Een eigenaardige aanbieding
Reizen en avonturen van Mijnheer Prikkebeen
MAANDAG 7 APRIL 1941'
HAARLEM'S DAGBLAD
door MABEL-GRUNDY.
Vertaald door
E. GRIESE-KETS DE VRIES.
18)
En Panton vertelde het haar.
Whiff lachte zachtjes. „Arme, oude dame", mom
pelde zij; „haar treft geen blaam", hetgeen Panton
een vrij wonderlijke opmerking vond.
Toen Quinton thuis kwam, ging Whiff hem in de
hal tegemoet. Het viel hem op, hoe heerlijk het was.
tegemoet gekomen te worden, vooral door iemand
zoo lief als Whiff, zoo vrij en vriendelijk en boven
al bekoorlijk. Hij begon zijn verlegenheid tegen
over haar te verliezen. Hij begon haar recht in
het gezicht te kijken en niet met korte, kramp
achtige blikken te vereeren. Hoe kon iemand ver
legen zijn tegenover een meisje, dat hem kort
en bondig verkondigde en wier oogen terzelfder
tijd tintelden van pleizier dat zijn tante naar
bed was.
„Naar bed? De hemel zij gedankt en geprezen!"
voegde hij er aan toe, terwijl hij zijn hoed ophing,
en inderdaad voelde hij zich innig dankbaar voor
den zegen, die hem ten deel was gevallen door het
overplanten, zij het ook tijdelijk, van tante Sophia
uit de zitkamer naar haar bed. Tante Sophia in
bed beteekende met Whiff alleen aan het diner en
later in de zitkamer.
„Maar denkt u", weifelde Whiff, „dat men blij
behoort te zijn? Iemand in bed is even ver van
ons verwijderd als iemand aan de Noordpogl, of
bijna even ver. De grond is mij onder mijn voeten
weggehaald".
„Ja, ik zie, wat u bedoelt", gaf Quinton toe; niet
temin was zijn dankbaarheid jegens tante Sophia
voor het feit, dat zij izch in haar bed had terug
getrokken, onbegrensd.
„Panton zei, dat mevrouw Dimsdale u direct,
als u gekomen was wenscht te spreken".
„O!" zijn geestdrift, zakte een weinig. „Wanneer
la ze naar bed gegaan?"
„Vlak na de thee. Ik ben bijzonder aardig voor
haar geweest. Ik stond er op, om thee in te schen
ken; en nam per ongeluk het meeste van haar room.
Vanmorgen wilde ik een wandeling met haar maken
er. na de lunch wilde ik hardop voorlezen. Heusch,
tegen vijf uur had ik regelrecht medelijden met
haar.Het lijkt haast wreed. Maar gaat u niet naar
haar toe?"
Quinton was Whiff in de zitkamer gevolgd.
„Is er haast bij?"
„Ze zei, dat ze u onmiddellijk wenschte te
spreken".
„Ik heb geen zin om te gaan".
„Ik ben bang, dat u zult moeten".
„Ze kan mij er niet toe dwingen, als zij in bed
ligt en ik hier ben", pleitte hij, maar terwijl hij
sprak, verscheurde zoo'n vreeselijk schel geluid de
rust in huis, dat hij overeind sprong en de trap
opsnelde. De sleur van een tienjarige inschikkelijk
heid en tegemoetkoming aan de wenschen van tante
Sophia konden niet in een oogwenk verbroken
worden.
Bij de deur aangekomen vond hij deze gesloten.
Dit leek vreemd na de heftige aanmaningen van de
bel.
„Ben jij het, Christopher?" kwam een stem van
binnen.
Hij antwoordde ja, en wenschte tegelijkertijd
dat hij het niet was. De klank van de stem was
hoogst onaangenaam.
Er was een beweging van ritselende kleeren,
dan het omdraaien van een sleutel en een
bevel te blijven waar hij was, tot hem gezegd werd
binnen te komen. Hij kon tante Sophia weer in bed
hooren klimmen.
„Kom binnen", riep zij.
Later, toen Quinton haar verschijning voor zijn
geest riep, zooals zij daar in het groote, koperen
ledikant lag, bleef zijn geheugen altijd verwijlen
bij de twee lange, venijnige zwarte haarspelden,
die haar stevig opgemaakte grijze pruik bovenop
haar hoofd vastklemden. De pennen staken hard en
vast over de breede scheiding en het kwam Quin
ton voor, dat ze den onbehaarde schedel, waartegen
ze gedrukt, werden, moesten bezeeren, en hij had
beslist met haar te doen.
„Waar sta je zoo naar te staren?" vroeg zij
scherp.
„Doen die haarspelden u geen pijn?"
„Haarspelden!" Zij hief een hand op naar de
plaats, waar zijn oogen op gevestigd waren en
staarde nu naar hem. „Ik weet niet, waar je heen
wilt en ik heb je niet laten komen, om over haar
spelden te praten. Weet je, waarom ik in bed lig?"
„Bent u onwel? Hebt u ergens last van, tante
Sophia?"
„Ik ben niet onwel. Ik ben volkomen gezond,
ofschoon je gelijk hebt, ik heb ergens last van. Ga
alsjeblieft zitten, Christopher".
Hij trok een stoel naast het bed en ging zitten.
Zijn blik rustte nog steeds op de haarspelden, ze
fascineerden hem; hij vroeg zich af, of zij ze altijd
in bed droeg; of de punten niet in de kussens ble
ven haken, als zij zich omdraaide.
„Christopher", begon zij, „wat ik je te zeggen
heb, moet èn kort èn bondig zijn". In haar ver
langen hem te imponeeren, hief zij haar linkerhand
van het dek op en hield haar naar hem toe, zooals
een redenaar zijn handen naar zijn gehoor houdt en
de dwalende aandacht van Quinton liet het pro
bleem van de haarspelden in den steek en vestigde
zich op den afgesleten trouwring, die in het weeke
vette vleesch van tante Sophia's derden vinger ge
nesteld zat, en nu begon hij zich af te vragen, of
dit haar ook pijn zou doen en of er een dag zou
komen, waarop de ring uitgesneden zou moeten
worden.
„Waar zit je nu weer naar te turen?" vroeg ze
vinnig. „Ik wensch,' dat je in mijn gezicht kijkt, als
ik je aanspreek en niet naar eenig ander deel
van mijn lichaam. Je geeft me het gevoel alsof er
't een of ander creatuur om me heen kruipt".
Hij glimlachte om haar ruwheid.
„Wel", vroeg hij, „wat is er?"
„Ik heb je laten komen om je mee te deelen,
dat dat vreeselijke jonge wezen me naar bed ge
jaagd heeft, Christopher, ik een sterke gezonde
vrouw, op een stralenden middag in Augustus".
„Heusch?" zei hij.
Tante Sophia nam hem op en met de grootste
moeite onderdrukte zij een kreet van ergernis.
Naar bed te worden gejaagd door een jong vrouws
persoon leek haar niets minder dan een vreeselijke
gebeurtenis en alles wat haar neef erop zei was.
„Heusch?"
„Ja", zei ze, „ik ben gedwongen hier een toe
vlucht te zoeken voor dat meisje".
„Maar is ze niet aardig tegen u geweest, tante
Sophia? Ze lijkt zoo lief en zacht. Ze is toch we)
aardig geweest?"
„Aardig!" bij een kreun, die den mond van
zijn tante ontsnapte, voelde hij zich toch een beetje
bewogen, ond-nk<? zichzelf; de kreun getuigde
van echt lijden.
„Aardig!" herhaalde ze, „ze kleeft van aardig
heid. Ze is net een vlieg, die in een honingpot ge
vallen is. Gisteren had ik een lijdensdag, Christo
pher tweemaal ging ik naar de kerk, om zoo
mogelijk haar te ontkomen; het was niet mogelijk;
ze zat vlak tegen me aan als een weeskind, maar
ze kon me tenminste niet aaien en streelen en tegen
pie praten, maar wat ik gisteren geleden heb
want doordat jij thuis was, werd haar aandacht
voor een korte, gezegende periode van mij afgeleid,
waarin ik mijn lichaam en ziel en voetenbankje en-
boek en pennemes weer eens mijn eigen kon noe
men wat ik gisteren geleden heb was niets ver
geleken bij wat ik vandaag lijd. Vandaag" tante
Sophia sloot haar oogen, alsof zij l#t een of ander
afschuwelijk beeld moest verjagen „is ze een
wijkverpleegster, een kinderverzorgster, een Roode
Kruis-zusters, een oppaster van ongeneeslijk krank
zinnigen, allemaal in één rol. Vlak voordat ik mijn
toevlucht in bed zocht, begon ze opnieuw een aan
val te doen op mijn eenzaamheid op zijn zachtst
uitgedrukt, Christopher, is ze het vervelendste,
dikhuidigste meisje, dat er op den aardbodem rond
loopt. Niets is in staat haar uit het hoofd te praten,
dat ik gekweld word door ontzettende eenzaamheid
en hoe meer ik haar aan het verstand tracht te
brengen, dat ik niet eenzaam ben, hoe meer zij wei
gert het te gelooven."
Tante Sophia zat beslist in haar bed te rijden
bij de herinnering van Whiff's hardnekkige onge-
loovigheid en domheid en toen Christopher de stuip
trekkende bewegingen van haar groote ledematen
onder de dekens gadesloeg werd hij bijna bewogen
tot medelijden.
„Beheerscht uzelf tante Sophia", vermaande hij.
,,of u zult werkelijk ziek worden".
„Ik ben ziek", zei ze, „geestelijk, zoo niet licha
melijk, en ik zal nog zieker worden, zieker dan
ziek, als jij die jonge vrouw toestaat hier nog
een oogenblik langer te blijven. Christopher, ik als
je bloedeigen tante -— nie+ zoo maar een aange
trouwde tante heb toch zeker eenig recht op je
toegevendheid" (wanneer had mevrouw Dims
dale ooit zoo tegen hem gepleit?) „en ik eisch
als mijn goed recht, dat je dit meisje zegt heen te
gaan. Of zij gaat, of ik blijf in bed tot ze weg is.
Afgeloopen".
Tante Sophia liet zich tegen haar kussens vallen,
een tragische figuur, uitgeput, óp.
„Dan", zei Christopher, het gevoel van medelijden
voor de oude dame, dat in hem was opgestegen,
onderdrukkend, en zijn moed opzweepend, „ben ik
bang, dat u verscheiden dagen hier zult zijn, tante
Sophia, en dat ik voor den winter een haard voor
u zal moeten' laten plaatsen".
„De winter!"
Hij knikte.
„Een haard?"
„Ja, om u warm te houden".
Haar lippen bewogen, maar er kwam geen
geluid.
„Als u in bed blijft, zooals u zegt te zullen doen,
tot juffrouw Woffran gaat., zult u hier zes maanden
zijn, en warmte in uw kamer noodig hebben".
Hierna volgde stilte, een langgerekte stilte. Quin
ton keek tante Sophia aan en tante Sophia keek
Quinton aan.
Ieder mat de kracht van den ander. Ieder was
zich ervan bewust, dat het bij wijze van spreken
een strijd van leven en dood was. Toen verzamelde
tante Sophia met een schitterende poging opnieuw
haar krachten. Zij ging recht overeind in bed zitten.
„Zoo zij het", zei ze. „Ik zal hier zes maanden
blijven, Christopher Quinton. Goedenavond. Je kunt
gaan".
„Goedenavond", antwoordde hij, en verliet haar.
(Wordt vervolgd)
In het Stedelijk Museum te Amsterdam.
In het Stedelijk Museum te Amsterdam is Zater
dagmiddag een eere-tentoonstelling geopend van
werken van Jan Sluyters. Deze tentoonstelling is
georganiseerd ter gelegenheid van den zestigsten
verjaardag, welken de schilder dit jaar zal herden
ken. Dat de expositie reeds vóórdien gehouden
wordt vindt zijn oorsprong in de omstandigheid, dat
het, met het oog op de verduisteringsmoeilijkheden,
gemakkelijker is tentoonstellingen in het voorjaar
in te richten dan in de wintermaanden.
De eere-tentoonstelling biedt een voortreffelijk
overzicht van het oeuvre van Jan Sluyters dat in
veertig jaren is ontstaan.
In een eerezaal ziet men de groote en voornaam
ste stukken. Daar hangt het schilderij van Staphorst,
dat Sluyters in 1915 maakte. Daar hangen ook een
fraai portret van mevr. v. d. Vuurst de Vries, dat
een nieuwe aanwinst van het stedelijk museum is.
een prachtige Don Quichotte, het laatste schilderij
van Sluyters. Een buitengewoon karakteristiek por
tret van wijlen baron Röell, den commissaris van
Noord-Holland, dat voor de Hollandsche Mij. der
Wetenschappen te Haarlem werd gemaakt
en dat voor de eerste maal geëxposeerd
wordt, een sterk portret van Mengel
berg als pendant van dat van baron Röell. een kleu
rig en bewogen zelfportret en twee treffende por
tretten van Sluyters' vader en moeder.
Marsch van de Nederlandsche S.S.
door Groningen.
GRONINGEN. 5 April. Met de correctheid en
discipline, welke de kenmerken zijn, zoowel naar
innerlijk als naar uiterlijk, van het korps, heeft
hedenmiddag de Nederlandsche S.S. een marsch
door Groningen gemaakt. Precies vijf uur werd
onder stroomenden regen van het beginpunt in
het stadspark afgemarcheerd onder leiding van
den plaatsvervangenden voorman, S.S.-onderstorm-
leider J. P. Wolffram. Een achttal tamboers voorop,
daarna de commandant en vervolgens de afdee-
lingen, waarvan als eerste standaard 1 der Neder
landsche S.S. (Groningen, Friesland, Drente) liep,
gevolgd door de afdeelingen uit de andere deelen
van het land. In totaal namen ongeveer vijfhonderd
man aan dezen marsch deel. Langs de geheele
route, welke ongeveer negen kilometer lang was,
sloeg een talrijk publiek de keurig marcheerende
colonne gade. Ongetwijfeld maakten de stramheid
een discipline een diepen indruk.
Intusschen was het weer opgeklaard. Op de
Groote Markt stond het vendel Groningen van de
W.A. opgesteld onder commando van opper-
kompaan J. Kollee, terwijl tevens banleider Bres-
ser aanwezig was. Een officieel défilé werd niet
gehouden, doch de Duitsche autoriteiten sloegen den
marsch gade van het balkon van het dienstgebouw
van den gevolmachtigde van den Rijkscommissaris.
Onder hen bevonden zich de Höhere S.S. und Poli-
zeiführer commissaris-generaal S.S. Brigadeführer
Rauter en de gevolmachtigde van den Rijkscommis
saris voor de provincie Groningen, dr. Conring. Op
de Vischmarkt stond voor de A-kerk de nationale
jeugdstorm onder leiding van den districtsleider,
den heer Timmer, opgesteld en de districtsgeleidster
van de N.S.V.O., mevrouw Kuiper. Nadat in de
Poelestraat de stoet was ontbonden, werd in het
Concerthuis een maaltijd gebruikt, waarna men zich
tegen acht uur in formatie naar de Harmonie be
gaf, waar een kameraadschapsavond werd gehou
den, ter gelegenheid waarvan als première voor
Nederland de film „Kampfgeschwader Lützow"
werd vertoond.
DISTRICT NOORD-HOLLAND.
Zondagmorgen kwam het District N. H. van den Ned.
Bond tot het Redden van Drenkelingen, onder voorzit
terschap van den heer A. J. Meijerink. in Jaarvergadering
bijeen in Hótel „Centraal", Baan. Vertegenwoordigd wa
ren de afgevaardigden van Aalsmeer, Amsterdam, Alk
maar, Bloemendaal, Haarlem, Heemstede, Pui-merend en
Zaandam. De heer Ph. J. van Veen, Rotterdam, redac
teur van „De Brigade" was mede aanwezig. De voorzitter
hield een korten terugblik over het afgeloopen jaar en
herdacht In gevoelvolle woorden hen die den Bond door
den dood waren ontvallen, n.l. mevrouw N. J. Meijerink—
Rijk en de heeren J. H. Kemper, A. A. Blerlee, J. P.
Claus en H. W. E. Struve; staande werden deze woorden
aangehoord.
Door den secretaris, den heer P. Wapstra werd het
Jaarverslag en ook het verslag van de Bondsvergadering
uitgebracht. De penningmeester, bracht het financieel
overzicht uit waaruit bleek dat het kassaldo bedraagt
f 19.79. Aan de functionarissen werd dank betuigd. Het
bestuur trad, reglementair, in zijn geheel af. Bij acclama
tie werd het herbenoemd en bestaat uit: de heeren A. J.
Meijerink, Haarlem, voorzitter; P. Wapstra, Haarlem,
secretaris; A. Nouwen, Alkmaar, penningmeester; G. J.
Crabbendam, Amsterdam en H. D. Tel, Zaandam, commis
sarissen.
De gedelegeerden naar de Bondsvergadering, die, be
houdens nadere goedkeuring, wordt gehouden op Zondag
8 Juni te Arnhem worden benoemd. Het voornemen be
staat de heeren Ph. J. van Veen te Rotterdam en A. G.
J. van den Berg, Haarlem te herbenoemen, respectievelijk
als redacteur en als administrateur voor het maandblad
„De Brigade". Voorgesteld zal worden het dag. bestuur
van den bond uit te breiden tot vijf leden. Ook zal daar
worden voorgesteld, bij de districts-vergaderingen af te
schaffen, het aftreden elk jaar van het geheele districts-
bestuur. Zaandam wenscht dat in één jaar aftreden voor
zitter, penningmeester en één commissaris en het volgen
de jaar secretaris met een commissaris. Een voorstel werd
Ingediend en aangenomen om een groote reddings
demonstratie voor het district In Zaandam te organiseeren.
Na afloop der vlot verloopen vergadering, bleef het be
stuur bijeen om een programma op te stellen voor de
gevraagde demonstratie, terwijl de voorzitter een plan j
aangaf voor een breed opgezette actie om nog meer be
langstelling te wekken voor het hoogst nuttige doel van
den Bond de bestrijding van den verdrinkingsdood.
's-GRAVENHAGE, 5 April. Het giroverkeer
met Duitschland is, in verband met de opheffing
van de Nederlandsch-Duitsche clearing, hersteld.
Dientengevolge kunnen, evenals vroeger, uit het
tegoed van de Nederlandsche postrekeningen recht
streeks bedragen op Duitsche postrekeningen wor
den overgeboekt. Deze overboekingen worden om
gerekend tegen den koers RM 100 f 75.36. Hier
voor kunnen de gewone girobiljetten worden ge
bezigd, mits deze op de drie deelen voorzien zijn
van de aanwijzing „buitenland".
Vergadering Witte Kruis.
De afdeelimg Haarlem van de Noord-Holland-
sche Vereeniging „Het Witte Kruis" hield Zater
dagmiddag in het centraal wijkgebouw aan de
Nieuwe Gracht een ledenvergadering, die gepre
sideerd werd door den heer C. van der Velden.
Deze sprak een kort welkomstwoord.
Het jaarverslag van den secretaris, den heer B.
Schnitger, waarvan de bijzonderheden reeds in
ons blad werden gepubliceerd, werd onder dank
zegging goedgekeurd.
Dit geschiedde ook met het financieel verslag
van den penningmeester, den heer H. Brunink.
Op voorstel van de kascommissie werd aan den
heer Brunink décharge verleend.
De ibegrooting voor 1942 werd vastgesteld. De
ontvangsten en uitgaven sluiten met een eind
cijfer van f 9615; die van de wijkverpleging van
f 8310 (onder voorbehoud) en die van baten en
lasten met f 30.610.65. Die begrooting zal aan het
gemeentebestuur worden toegezonden.
De keuze van candidaten voor lid "van het
hoofdbestuur werd uitgesteld tot de najaarsver
gadering. Ook het voorstel tot verhooging der
contributie werd uitgesteld tot later.
Tenslotte kwam in behandeling een voorstel tot
uitbreiding van het verplegend personeel. De
voorzitter vond het wenschelijk, dat het werk van
de drie zusters eenigszins wordt verlicht. Even-
_;oed als het belang van de patiënten moet ook
dat van de zusters behartigd worden. Daarom
stelde hij voor principieel te besluiten onder
eenige voorwaarden een vierde zuster aan te
stellen.
Besloten werd de afhandeling van deze benoe
ming aan het bestuur over te laten.
MIDDENSTANDS JONGEREN-ORGANISATIE.
De Algemeene Middenstands Jongeren-organisatie te
Haarlem houdt Woensdagavond 9 April in het Midden
standshuis aan de Wilhelminastraat een bijeenkomst. De
architect H. Korringa zal een lezing met lichtbeelden
houden over het onderwerp: „Oude bouwkunst in en om
Haarlem".
EXAMENS.
Academische opleiding.
Geslaagd aan de Technische Hoogeschool te
Delft voor het ingenieursexamen voor werktuig
kundig ingenieur H. van Lelyveld, te Zandvoort.
De cactus-kweckerijen in Nederland hebben op het oogenblik een vrij groot
afzetgebied in verband met de moderne woninginrichtingen.
(Foto Schimmelpenningh)
TWEE CELLISTEN VAN HET CONCERT
GEBOUW MET PENSIOEN.
AMSTERDAM, 5 April. De heeren J. F. K.
Coenen en A. Horn, leden van het Concertgebouw
orkest hebben zich genoodzaakt gezien om ge
zondheidsredenen hun pensioen aan te vragen. Bei
den kunstenaars is eervol ontslag verleend met
dank voor de trouwe diensten aan de instelling
bewezen. In de plaats van deze leden zijn als vio
loncellisten benoemd de heeren Jos. Schaepman
en Roelof Krol.
FUSIE TUSSCHEN ORGANISATIES VAN
CHR. ONDERWIJZERS MISLUKT.
De hoofdbesturen van de Vereeniging van Chr.
Onderwijzers en Onderwijzeressen in Nederland
en de Overzeesche Gewesten en van de Unie van
Chr. Onderwijzers en onderwijzeressen in Neder
land (org. klasseonderwijzers), publiceeren een
gemeenschappelijke verklaring, waarin zij mede-
deelen, na veelvuldige en in volkomen vriendschap-
pelijken geest gehouden besprekingen tot de over
tuiging te zijn gekomen dat de tijd nog niet rijp is
voor een fusie tusschen beide organisaties.
SEMI PERMANENT MAASSTATION TE ROT
TERDAM ZONDAGMORGEN IN GEBRUIK.
ROTTERDAM, 4 April. Door het spoorweg
bedrijf is thans op de plaats van het voormalig
Maasstation te Rotterdam een semi-permanent
stationsgebouw opgetrokken, dat dienst zal moe
ten doen totdat Rotterdam in de toekomst een
centraal stationsgebouw heeft gekregfen. Het
nieuwe station wordt Zondagmorgen in gebruik
genomen.
KETTINGHANDEL IN MELKPOEDER ONTDEKT.
De politie te Woerden is in samenwerking met
den rijksveldwachter te Nieuwersluis op het spoor
gekomen van een wijdvertakten handel in melk
poeder.
Tegen alle handelaren en leveranciers is proces
verbaal opgemaakt.
Scholing van huisvrouwen en moeders.
AMSTERDAM, 4 April. Het Duitsche vrou
wenwerk heeft ook binnen het Arbeitsbereidh d<
N.S.D.A.P. in Nederland cursussen geopend voo
Duitsche vrouwen in Nederland, zoowel als voo
de Nederlandsche Vrouwen. Twee afdeelingen va
het groote werk zijn reeds begonnen en wel <j
moederdienst en de huishouddienst in verband m<
de volkshuishouding. De belangstelling voor d
leergangen in naaien, zuigelingen verzorging e
opvoedkunde is onder de Duitsche en Nederland
sohe vrouwen zoo groot, dat niet alleen in de groo
te steden vele deelneemsters zijn. doch ook in d
kleine plaatsen in de provincie. Onder leiding va
deskundige leerkrachten krijgen de aanstaand
moeders hier les, zij leeren 'het kind verzorgen e
zijn gezondheid bewaren, alleraardigstspeelgoe
knutselen en uit voorradige stoffen wordt allerhan
voor baby of gezin gemaakt. Van groot belang
'hierbij dat de nieuwste ontdekkingen op het ge
bied van gezondheidszorg en opvoedkunde aan d
cursisten worden geleerd en practisch worden toe
gepast.
In Den Haag, Rotterdam, Schiedam. Haarlem e
Hilversum worden sedert eenigen tijd cursussen i
naaien, opvoedkunde en zuigelingen verpleging gt
houden, welke door het groote getal aanvrage
uitgebreid moeten worden.
De huisvrouwen, die reeds vertrouwd zijn met d
leiding van een huishouden, worden op de kook
cursussen bekend gemaakt met de moderne eischei
Teneinde een tijdroovende cursus van weken I
voorkomen, heeft men hier een geconcentreerde
cursus ingericht, waarbij het geleerde onmiddellij
practisoh wordt toegepast. De deelneemsters let
ren hier brandstof besparen, het gebruik van ver
vangingsstoffen voor vet, het toekomen niet d
rantsoenen en krijgen les in voedingsleer. De prac
tisöhe oefeningen sluiten aan op een korte theore
tiscbe verhandeling: de geheele cursus duurt slecht
drie ü>ur. (A.N.P.)
H. O. V.
Op het Volks-Concert dat op Dinsdag 8 April a.s. te 7.30
uur onder leiding van Toon Verhey zal worden uitgevoerd,
zal de Haarlemsche pianiste Ans Bouter haar solistische
medewerking verleenen.
Zij zal het piano-concert van R. Schumann spelen.
Op dit concert zal na de pauze worden uitgevoerd de
vierde Symphonie van A. Bruckner.
VOOR DE KINDEREN
Wat ziet die arme kerel bleek,
Hij is dat blijkt geheel van streek.
Zus Ursula moet dat wel merken.
Zij zegt. „Je moet wat minder werken.
Hier, neem een lepel levertraan,
Drink dien gauw op, dan sterk je aan."
De arme Prikkebeen denkt na,
Hij ziet, hoe zuster Ursula
Heel zachtjes is in slaap gezonken:
Nu wordt hem eind'lijk rust geschonken.
Hij zelf wordt er ook droom'rlg van,
Maar zint toch op een aardig plan.
Politieagenten medeplichtig aan
kettingliandel.
Voor den Utreohtschen politierechter mi
Visser is Vrijdagmiddag den kettinghandel in the
te Zuilen behandeld, waarbij twee plaatselijk
agenten van politie een rol hebben gespeeld e:
deswege uit bun ambt geschorst.
Allereerst had zich voor den politierechter t
verantwoorden de 33-jarige politie-agent H. A. H
die volmondig toegaf zich uit winstbejag aai
dezen kettinghandel te hebben overgegeven, al
hoewel hij daarnaast moest bekennen, dat hi
zeker niet in armoede leefde.
Verd. betreurde het gebeurde ten zeerste ei
zeide zeer veel spijt te hebben zich in deze affair
te hebben gemengd. Ook de volgende verdacht
de agent van politie C. B„ 'betuigde zijn spijt ove
den gang van zaken en vond het nog het ergst
dat hij nu zijn betrekking zal verliezen.
De officier van justitie eischte een boete van
f 25 subs, tien dagen.
Hierna kwam de hoofdschuldige, de 43-jarig]
melkhandelaar H. V. voor den rechter, die we
gens het ongeoorloofd handelen in thee f 30Ö
boete of dertig dazen hechtenis tegen zich hoor
de elschen. De politierechter veroordeelde hen
tot 150 gulden boete subs, een maand hechtenis
De medewerker van V.. de 36-jarige pluimvee-
handelaar Th. van H., die de thee van H. V. vooi
380 gulden had gekocht, en de partij weer iha<
verkocht voor 455 gulden hoorde tegen ziel
eischen 200 gulden boete subs. 40 dagen hech
tenis en werd veroordeeld tot 75 gulden boet
of een maand hechtenis. Vijf andere verdachten
resp. een autosloouer een melkslijter. een expe
diteur een groentenhandeïaar en een bakker
werden veroordeeld tot een geldboete van 10
gulden subs. 5 dagen met verbeurdverklarini
van de ln 'beslaggenomen hoeveelheden thee.
FAILLISSEMENTEN.
(Opgegeven door afd. Handelsinformaties v. d. Graaf er
Co. N.V.. Amsterdam).
UITGESPROKEN:
3 April. Mej. j. c. Barendse, wonende te Amsterdam
Orthellusstraat no. 142. Recht. Comm. Mr. W. H. A Weit
.ïens. Cur. Mr. F. C. Roels, P. C. Hooftstraat 18. A'dam
3 April. Th. A. Smulders, wonende te Bussum, Simond
Stevmweg 24. Recht. Comm. Mr. p. E. Swagerman
Curatrice mevr. Mr. J. E. C. Willet—Rosenburg,, Regen
tesselaan 29. Bussum.
3 April. j. Huibers. timmerman en aannemer. Geld
Veennedaal, Nieuweg 69, Recht. Comm. Mr. F. M. Pleyte
Cur, Mr. ,T van der Deure. Bennekom. gemeente Ede.
VERNIETIGD NA GEDAAN VERZET:
3 April. w. Danlëls, Sittard, Steenweg 15.
GEDEPONEERDE UITDEELINGSLIJSTEN:
H. c. Lelie, architect, Kijkduin. Geëindigd door het ver-
bindend worden der eenige uitdeelingslijst.
J. B. van Dillewijn, voorheen Voorburg, thans te Der
Haag. Idem.
Joh. Th. Hooymans. caféhouder, Alphen aan de Rijn
Gebigd door het verbindend worden der uitdeelings
N. V. Zwitsersche Uurwerkcentrale v/h. J. Bornefeld
Den Haag. Geëindigd door het verbindend worden de
eenige uitdeelingslijst.
F. J. M. van Heeswijk. Voorburg. Idem.
G. J, Grasser, meubelhandelaar. Arnhem. Geëindigd
door het verbindend worden der eenige ultdeelingslijs
na gedaan verzet.
Comm. Venn. Eerste Nederl. Bouwcrediet-Ondememlng
Den Haag. Geëindigd door het verbindend worden der
eenige uitdeelingslijst.
A. J. Ulderink (Maison de Fourrures). Den Haag. Idem
Eeretentoonstelling Jan Sluyters.
Weder giroverkeer met Duitschland.
Vrouwen op de schoolbanken.