Prijsvorming en prijsopdrijving.
Mei.
DONDERDAG 1 MEI 1941
H'A'ASIEM'S DAGBLAD
3
De winstmarge van den winkelier.
De kwestie der huishuren.
Het boetestelsel.
(Van een Haagschen correspondent.)
Onlangs heb ik naar aanleiding van een on
derhoud met Dr. Winsemius. het hoofd van de
afdeeling prijsvorming van den dienst" van dm
Gemachtigde voor de prijzen, in een artikel in
dit blad geschreven over de moeilijkheden, welke
zich voor het publiek voordoen ten aanzien van
de vragen over prijsopdrijving en prijsvorming.
Mét Dr. Winsemius kwam ik daarin tot de con
clusie, dat een groot aantal informatiebureaux
verspreid over het geheele land, het eenige mid
del zou vormen, om op doeltreffende wijze in
deze moeilijkheden te voorzien.
Bij die gelegenheid opperde ik de mogelijk
heid bij de meer dan 30 bestaande Kamers van
Koophandel vanwege den dienst van den Ge
machtigde een deskundige aan te stellen, tot
wien zoowel de winkeliers als het publiek zich
rechtstreeks en mondeling zouden kunnen wen
den om moeilijkheden te bespreken, informaties
In te winnen, enz.
Naar ik thans verneem, heeft dit denkbeeld
een dusdanig gunstig onthaal gevonden, dat
bovengenoemde oplossing thans reeds geenszins
slechts een „vrome wensch" is, doch integendeel
een goede kans van slagen biedt.
In mijn onderhoud met Dr. Winsemius kwa
men echter ook nog enkele andere vragen be
treffende prijsvorming en prijsbeheersching
aan de orde, waaromtrent hier nog een uiteen
zetting moge volgen.
De winstmarge.
Herhaaldelijk kan men, niet alleen van de
zijde der winkeliers zelf, hooren dat de klein
handelaren tegenwoordig met een schrale winst
genoegen moeten nemen, ofschoon hun een
zelfde winstpercentage al vóór den tienden Mei
in uitzicht zou zijn gesteld. Hun onkosten zijn
veel hooger, zij moeten een niet onaanzienlijke
winstbelasting opbrengen, hun omzetten zijn
geringer, enz., terwijl zij daarentegen gebonden
zijn aan een reeks beperkende voorschriften ten
aanzien van hun prijsvorming. Aldus wordt be
weerd, en dit betoog wordt dan bijna altijd ge
ïllustreerd met het voorbeeld van de eieren,
waarop practisch slechts een winst van 20 a 30
cent per 100 stuks mogelijk is.
Inderdaad is de winstmarge op eieren zeer
gering. Maar dat is dan ook welhaast het eenige
voorbeeld dat aangevoerd worden kan. Hier kan
echter het een en ander tegenovergesteld wor
den, naar ons van bevoegde zijde werd te ken
nen gegeven, dat zeker niet minder belangrijk
I is, en waaruit blijken moge, dat de winkelier in
het algemeen zeker geen reden tot klagen heeft.
Daar is allereerst het feit, dat de winkelier in
deze abnormale tijden dingen heeft kunnen op
ruimen en vaak tegen zéér loonende prijzen
waarmee hij onder normale omstandigheden
ongetwijfeld zou zijn blijven zitten. Ieder weet,
hoe door velen alles „wat los en vast was" met
graagte werd gekocht, zoodat tallooze oude en
zelfs verouderde voorraden door den winkelier
van de hand konden worden gedaan tegen prij
zen. waarvan hij nooit had gedroomd
Wat de omzetbelasting betreft, kan bijv. ten
aanzien van den kruidenier het volgende worden
opgemerkt: per 1 October j.l. moest de kruide
nier 2 pet. van den fabrikantenprijs der artike
len aan omzetbelasting betalen. De winkelier
kocht echter meestal van den grossier en dus be
taalde hij geen 2 pet. van zijn eigenlijken in
koopsprijs (den grossiersprijs), terwijl hij toch
het recht kreeg, zijn inkoopsprijs met 2 pet. te
verhoogen. Hij kree,g dus aan „omzetbelasting"
méér terug dan hijzelf had moeten betalen!
Verder kreeg hij het recht, naar goed koopmans-
gebruik, tot „afronden", waarvan een dankbaar
soms een al te dankbaar! gebruik werd
gemaakt. En tenslotte was er een heele lijst van
artikelen, die niet onder de omzetbelasting vie
len en waarvan de kruidenier de prijzen niette
min met bovengenoemde 2 pet. mocht verhoo
gen.
Dit alles betrof de goederen, die werden inge
kocht tusschen 1 October en 1 Januari j.l.
Hierop werd dus stellig in het algemeen geen
slechte winst gemaakt!
Thans is de regeling zóó, dat de kruidenier zijn
prijs berekent, verhoogd met de te betalen
1 omzetbelasting. Bedragen beneden 10 cent en
boven 20 cent moeten nu naar beneden wor
den afgerond, terwijl bedragen tusschen 10 en
20 ct.., die zeer gangbaar zijn, naar boven mogen
worden afgerond. Er is dus ook thans geen reden
voor den winkelier om over de hem toegemeten
winstmarge te klagen, al zijn de extra-voor-
deelen van vóór 1 Januari, die door sommigen
werden genoten, gedeeltelijk vervallen.
Ook moet men niet uit het oog verliezen, dat
de z.g. prijzenstop op het niveau van vóór den
i tienden Mei. gelijk ik reeds in mijn vorige arti
kel opmerkte, slechts een overgangsmaatregel
was, waarmee geenszins werd beoogd, alle prij-
zen blijvend hierop vast te leggen. Dit prijs
niveau wordt slechts als uitgangspunt gebruikt
bii de vaststelling van nieuwe prijzen, 'voor zoo
ver deze door een verhooging der noodzakelijke
1 onkosten e.d. van den winkelier noodig blijken.
De afdeeling prijsvorming van Dr. Winsemius is
dan ook dagelijks doende, een definitieve prijs
regeling voor de verschillende artikelen en dien
sten, in overleg met de betrokken organisaties
van den handel, vast te stellen. Hierbij wordt
den winkelier in het algemeen eenzelfde marge-
in-geld toegestaan, vergeleken met die, welke
hij op of voor 10 Mei 1940 placht te bereke
nen. De nieuwe verkoopsprijs wordt nl. gevon
den door op den hoogeren inkoopsprijs de winst-
marge-in-geld van vóór 10 Mei 1940 te leggen.
1 Voor artikelen met wisselende prijzen wordt
veelal een afwijkende regeling getroffen. Ten
aanzien van de groenten bijv. worden iedere
week de veilingprijzen vastgesteld. De grossier
mag dan als zijn winst 12 pet. op den veiling-
prijs zetten, plus transportkosten; de winkelier
op zijn beurt 30 pet. op den grossiersprijs.
Kortingen en Huren.
Een veelvuldig voorkomende, doch door het
publiek weinig als zoodanig gesignaleerde
vorm van prijsopdrijving is de kwestie van de
„procenten", aldus werd nog opgemerkt. Vele
winkeliers hadden voor den tienden Mei de ge
woonte hun klanten, al of niet onder bepaalde
voorwaarden, een zekere korting toe te staan,
door b.v. voor een bedrag van 10 gulden aan
kassabons 30, 40, 50 ct, of soms nog meer terug
te betalen.
Indien zulks het geval was, zijn deze winkeliers
verplicht deze kortingen ook thans toe te'staan,
want niet-nakoming hiervan valt onder de voor
schriften tegen prijsopdrijving. Dit is niet meer
dan billijk. Een eenvoudig rekensommetje toont
aan, dat een winkelier met een betrekkelijk
kleinen omzet van f 1200 per week, die vóór 10
Mei slechts 2 pet. korting gaf, thans, indien hij,
gebruik makend van de afhankelijke positie
waarin koning-Klant is komen te verkeeren,
hiermee is opgehouden, reeds een woekerwinst
van f 24 per week maakt!
Gelijk bekend werd in Mei ook het huren-
niveaü vastgelegd. Dit is een zeer belangrijke
inaatr^el indien men den noodlottigen cir
kelgang: hoogere prijzen hoogere loonen
inflatie, wil ontgaan; want. bij lagere inkomens
vormen de huren vaak 20 a 30 pet. van het
geheele budget.
Er zijn slechts twee uitzonderingen toege
staan: 1. Indien een essentieele verbetering aan
het pand wordt aangebracht i opverven e.d. wordt
hiertoe niet gerekendmag 10 pet. van de kos
ten dezer verbetering per jaar op de huur wor
den opgelegd; 2. Indien door een persoonlijken
band tusschen huurder en verhuurder ib.v. een
vader, die een huis aan zijn pas-getrouwden
zoon verhuurt i de huur van een pand beneden
het normale niveau lag. mag deze huur in r-~
val er een nieuwe huurder in dit pand komt wo
nen gebracht worden op het niveau van andere,
overeenkomstige huizen.
Nu wij naar alle waarschijnlijkheid een pe
riode van huizenschaarschte tegemoet gaan, zal
het aller medewerking vragen on het algemeen
belang! om ontduikingen van de huurvoor-
schriften. b.v. in den vorm van al of niet gedwon
gen steekpenningen, tegen te gaan. Het is dan
ook geenszins uitgesloten, dat nieuwe, strengere
voorschriften op dit gebied binnenkort zullen
moeten worden uitgevaardigd. (Dit is intuschen
geschied. Red.»
Het boetestelsel.
Tenslotte nog een enkel woord over het boete
stelsel voor overtreders der gegeven voorschrif
ten. Het is een gebiedende eisch vooral in dezen
tijd, waar wij allen met elkaar zoo goed mo
gelijk doorheen moeten zien te komen en waar-
In elke vorm van prijsopdrijving wel bij uitstek
als diefstal te brandmerken valt, dat tegen
deze menschen krachtig wordt opgetreden, zoo
zeide men.
Het is hierbij zeker niet de bedoeling van de
autoriteiten, de zaak van den betrokken schul
dige te torpedeeren. Bij het bepalen der boete,
welke ongelimiteerd is. wordt dan ook aller
eerst rekening gehouden met het onverdiende
voordeel dat de delinquent van zijn overtreding
genoten heeft. Ook de vraag of men te doen
heeft met een groote of een kleine zaak speelt
een rol.
De zwaarste straf is wel het publiceeren in
de dagbladen van den naam van den schulctige.
Hiermee kan immers de ondergang van zijn zaak
zijn gemoeid. Derhalve gaat men slechts in het
uiterste geval, wanneer de overtredingen wel
zeer brutaal en ingrijpend waren, hiertoe over.
Niettemin is ook deze straf reeds enkele malen
toegepast.
De boete-gelden worden alle geheel in de
schatkist gestort.
Het effect van een boete aan één overtreder is
soms zeer merkwaardig: zoo was er onlangs in
geheel den Haag practisch geen wol tegen nor
male prijzen te koop. Er werd een groote boete
gegeven aan een bepaalde firma, die op ver
schillende wijzen de prijs voorschriften had over
treden en plotseling kon men in tal van textiel
zaken van den Haag weer gewoon wol koopen.
EXAMENS.
ACADEMISCHE OPLEIDING.
Bevorderd a^ii de Gcm. Universiteit van Amsterdam
ot arts de he®en L. Meerburg. Bergen op Zoom; H. M
Martens. Amsterdam; J. M Reeder, Groningen en W. C.
de Boer, Hoogwoud. Artsexamen le gedeelte de heeren
I. Jollema, Harlingen; J. H. van Ginkel. Sloten en A. E.
Hoog, Paree. Doctoraal geschiedenis de heer J. A. ten
Cate.
DE GENERALE SYNODE DER CHR. GEREF.
KERK.
De classis Haarlem der Chr. Geref. kerk heeft
besloten aan den kerkeraad van 's-Gravenhage-
Centrum te verzoeken de uitgestelde Generale
Synode thans te willen samenroepen.
Mei, daar ben je weer begonnen
En wij buigen voor je wil
Maar wij vragen- kom ons zonnen,
Neem geen voorbeeld aan April.
Geef ons warmte zonder kolen
Toon je onzen milden vriend,
Deze gunst is niét gestolen,
Heuseh, we hebben het verdiend.
Breng Meizoentjes in getale.
Spaar ons Meidoorns als het kan,
Ook al meng je zonnestralen
Met wat regen nu en dan.
Laat je naam terdege gelden
Bloeimaand, zooals meer gedaan,
Mei, je bent je komen melden
Richt voor ons een lente aan.
P. GASUS.
In het achterhuis van een romantische boerenwoning in het Gooi is het spinnen
volgens aloude methode weer ter hand genomen. Daar heeft zich te Laren „de
Knipschecr" geïnstalleerd.
(Foto Pax Holland)
bef paar
door TEPALIN tegeoruiken.
TEPALIN reinigt letterlijk
ai.es en is volkomen zuiver;
Ideaal voor huishoudelijk
werk, maar ook voor fijn
goed. kant. rilden kousen
en dergelijke
Alleen REEMEB5 heeft
Tepalin. Voor I9v':ct. heeft
U een flink pak: u doet er
•onderen mee'
KRUISSTRAAT 35.
(Adv. Ingez. Med.)
tend); c. alle kleedingsstukken of stof daarvoor.
5. Op speciale g-punten zijn verkrijgbaar: alle
soorten garens.
6. Op speciale b.g.-punten zijn verkrijgbaar: alle
stoffen, aan het stuk dus geen geconfection-
neerde artikelen met uitzondering van: a. alle
wollen stoffen; b. alle katoenen stoffen.
7. Op speciale v.v.w.-punten zijn verkrijgbaar
a. wollen winterjassen en -mantels of stof daar
voor; b. wollen dekens (meer dan 3 pet. natuurwol
bevattend); c. alle andere wollen stoffen aan het
stuk.
8. Op speciale v.v.a.-punten zijn verkrijgbaar: a
geconfectionneerde katoenen en graslinnen lakens
of stof daarvoor: b. alle soorten geconfectionneerde
luiers of stof daarvoor: c. alle andere .katoenen
stoffen aan het stuk.
Met nadruk wordt er derhalve de aandacht op
gevestigd, dat alle stoffen aan het stuk, ook de
katoenen en wollen stoffen, verkrijgbaar zijn op de
punten der textielkaart en of toeslagkaart.
Alle stoffen aan hel stuk, met uitzondering ech
ter van *alle katoenen en wollen stoffen, zijn op
speciale b.k.-punten verkrijgbaar en mogen niet op
andere speciale punten worden betrokken.
Katoenen stoffen zijn op speciale v.v.a.-punten
verkrijgbaar en wollen stoffen op speciale v.v.w.-
punten. Deze katoenen en wollen stoffen mogen
derhalve niet op andere speciale punten worden af
geleverd.
Regelingen voor de textieldistributie
's GRAVENHAGE, 30 April. De secretaris
generaal van het departement van handel, nijver
heid en scheepvaart maakt naar aanleiding van de
vele vragegn. welke door handel en publiek zijn ge
steld inzake de artikelen, welke op de textielkaart
en toeslagkaart en welke op speciale punten kunnen
worden aangeschaft bekend, dat hieromtrent thans
het volgende is voorgeschreven:
1. Op de punten der textiel- en/of toeslagkaart
zijn verkrijgbaar: alle geconfectionneerde op pun
ten gewaardeerde textielgoederen of stof daarvoor
en alle soorten garens met uitzondering van: a
wollen winterjassen en -mantels of stof daarvoor
b. wollen dekens (meer dan 3 pet. natuurwol be
vattend); d. alle soorten luiers of stof daarvoor.
2. Op speciale a.k.-punten zijn verkrijgbaar: alle
geconfectionneerde op punten gewaardeerde artike
len dus geen stof daarvoor met uitzondering
van: a. wollen dekens, wollen winterjassen en
-mantels of stof daarvoor; b. alle soor.ten luiers en
katoenen en graslinnen lakens of stof ter vervaar
diging van luiers en of katoenen en -graslinnen
lakens; c. artikelen, welke op b.k.-punten verkrijg
baar zijn (zie onder 3) of stof daarvoor; d. huis
houdelijke artikelen of stof darvoor.
3. Op speciale b.k.-punten zijn verkrijgbaar: on
derstaande geconfectionneerde op punten gewaar
deerde artikelen dus geen stoffen: bakkersbuis,
bakkersbroek, boezeroen (van keper of drill), buis
(van keper of drill), doktersjas, kapmantel (lang)
kappersjas (kort), kappersjas (lang), kiel, koks
broek, koksbuis, laboratoriumjas, mouwvest (van
stof), mijnwerkershemd (van stof), mijnwerkers-
hemd (tricot of gebreid), overall, serveerschort, sloof
stofjas (kort), stofjas (lang), teekenjas (kort)
teekenjas (lang), uniform 2-declig (alle soorten),
uniform 3-deelig (alle soorten), verpleegsters-
boorden, verpleegstersjapon, verpleegstersmanchet
ten, verpleegstersschort. voorschoot, werkbroek
van keper of drill), werkhemd zonder boord, werk
jas (van keper of drill), werkpak (van ker of drill).
4. Op speciale h.a.-punten zijn verkrijgbaar: alle
geconfectionneerde op punten gewaardeerde huis
houdelijke artikelen dus geen stof daarvoor
met uitzondering van: a. geconfectionneerde luiers,
katoenen en graslinnen lakens of stof ter vervaar
diging van luiers, en,'of katoenen en graslinnen
lakens, alsmede alle andere katoenen stoffen: b.
wollen dekens (meer dan 3 pet. natuurwol bevat-
Om den heidebloei in het Gooische natuurreservaat te bevorderen en den grond
van schadelijke torren te zuiveren, worden op verschillende plaatsen branden
gesticht, hetgeen uiterst zorgvuldig dient te geschieden, om het gevaar van uit
breiding te voorkomen. Daardoor uordt de grond geschikt gemaakt voor
nieuwen en beteren groei. Een der „brandstichters" temidden der vlammen.
(Foto Pax Holland)
Prof. Dr. J. R. Slotemaker de
Bruïne. f
Na een ernstige ongesteldheid is hedenmorgen in
den ouderdom van ruim 71 jaar te Wassenaar over
leden prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine, oud
minister en vooraanstaande figuur op velerlei ge
bied. Hij werd 6 Mei 1869 te Sliedrecht geboren, be
zocht het Gymnasium te Haarlem cn studeerde aan
de Rijksuniversiteit te Utrecht. In Juni 1894 promo
veerde hij daar tot doctor in de theologie op een
proefschrift getiteld: „De eschatologische voorstel
lingen in I en II Corinthe". In datzelfde jaar werd
hij candidaat in Overijsel en aanvaardde 16 Sep
tember van dat jaar het predikambt te Haulerwijk.
Hij was achtereenvolgens predikant te Beilen (1897),
Middelburg (1900), Nijmegen (1903) en Utrecht
1907. Hier werd bij het in 1916 door de Algemeene
Synode der Ned. Herv. Kerk waarvan hij zelf ook
meermalen deel uitmaakte, benoemd tot kerkelijk
hoogleeraar, welke functie hij 27 September 1916
aanvaardde. Tien jaar is hij als zoodanig werkzaam
geweest.
In zijn Utrechtsche jaren ontwaakte zijn belang
stelling voor het politieke leven. Hij werd door de
Chr. Hist. Unie afgevaardigd naar de Prov. Staten
van Utrecht en later door deze partij ook naar de
Eerste en Tweede Kamer.
In 1926 trad hij op als minister van Arbeid, Han
del en Nijverheid. In 1929 werd hij na zijn aftreden
als minister lid van de Tweede Kamer. Bij het op
treden van het tweede kabinet-Colijn nam hij
daarin plaats als minister van Sociale Zaken. In het
voorlaatste kabinet had hij 2itting als minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, welk depar
tement hij reeds na het aftreden van mr. H. P
Marchant ad interim beheerde.
Dr. Slotemaker de Bruïne was een veelzijdige
geleerde en een man van groote werkkracht, alsook
een eminent organisator. Daarom hebben tal van
lichamen op Prot. Chr. gebied hem in hun besturen
óf als voorzitter óf als lid gekozen. Wij wijzen
vooral op zijn arbeid op oecumenisch gebied Zoo
wel in het Internationaal Verbond tot verdediging
van het Protestantisme als in de afdeeling Neder
land van den Wereldbond der Kerken nam hij een
leidende plaats in. Ook was hij o.m. lid van den
Hoogen Raad van Arbeid en was hij aan tal van
lichamen als voorzitter verbonden. In dit verband
noemen we zijn presidium van de stichting Valken-
heide te Maarsbergen, opvoedingsgesticht voor jon
gens vanwege de Ned. Herv. Kerk; de Nat. Com
missie tegen het Alcoholisme, waarvan hij een der
oprichters was; zijn voorzitterschap van de Nat. Chr
Geh. Onth. Vereeniging enz.
Tusschen zijn eerste en tweede ministerschap
was hij behalve Kamerlid ook hulpprediker van de
Ned. Herv. gemeente van Wassenaar, speciaal voor
de Kievitskerk
De overledene, die de Chr. Hist. Unie tevens
diende als voorzitter en als hoofdredacteur van haai
dagblad „De Nederlander", heeft ook veel geschre
ven. Wij noemen ten eerste zijn standaardwerk
„Christelijk-sociale Studiën", waarvan het eerste
deel verscheen, toen de overledene 37 jaar was Het
werd vijf deelen en beleefde niet minder dan zes
drukken. Van zijn hand zijn ook onderscheiden
stichtelijke werken verschenen alsmede kleinere ge
schriften. zoowel op het gebied van het sociale leven
als van dat der drankbestrijding.
In de kringen van het Chr. Nat. Vakverbond, den
Chr. Nat. Werkmansbond en het Ned. Werklieden
verbond „Patrimonium" was hij een gezagheobende
figuur.
Ook op diaconaal terrein heeft hij zich bewogen
met name in de Federatie van Diaconieën der Ned.
Herv. Kerk. waarvan hij tot zijn dood toe voorzit
ter is geweest.
Ontelbaar is het aantal spreekbeurten, dat hij op
kerkelijk, charitatief, politiek en sociaal gebied
heeft vervuld; in al die kringen heeft hij om zijn
vriendelijk en hulpvaardig optreden zich vele vrien
den gemaakt.
Hem vielen vele onderscheidingen ten deel We
mogen er in dit verband aan herinneren dat hü in
1938 het eere-doctoraat in de theologie vanwege de
Prot. Theol. faculteit van de universiteit te Praag
kreeg als een erkenning van zijn verdiensten in
betrekking tot het graf van Comenius te Naarder
De teraardebestelling van het stoffelijk overschot
van prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruïne zal Maan
dag a.s. te 1 uur van de dorpskerk uit op de be
graafplaats van dc Ned. Herv. Gemeente te Wasse
naar geschieden,
Het Rijksarbeidsbureau is
zijn arbeid begonnen.
Een nieuwe fase in de
ontwikkeling van de
arbeidsbemiddeling.
(Van den Haagschen correspondent).
Met ingang van heden is een nieuwe fase in de
ontwikkeling van de arbeidsbemiddeling aangebro
ken. Heden i<= namelijk het Rijksarbeidsbureau, in
gesteld bij besluit van den waarnemenden secre
taris-generaal van het departement van Sociale
Zaken van 24 September 1940 zijn arbeid begonnen.
Hiermee zijn de gemeentelijke arbeidsbeurzen
van het tooncel verdwenen, het scherm gaat op
voor een nieuw bedrijf, waarbij dc gemeentelijke
bemoeiing is uitgeschakeld en de arbeidsbemidde
ling geheel als rijkstaak optreedt.
Terloops mag er wel de aandacht op gevestigd
worden, dat dit een belangrijke principicclc ver
andering is voor de arbeidsbemiddeling hier te
lande.
Zooals de ingewijden zullen weten (de anderen
houden zich met zulke zaken veelal niet bezig) is
zij uit gemeentelijke initiatief voortgekomen. En
dezen oorsprong getrouw is zij sedert gemeente-
zorg gebleven. In de Vereeniging van Nederland-
sche Arbeidsbeurzen kwam er mettertijd een zekere
intercommunale samenwerking tot stand, later (in
1916) werd de Rijksdienst der Werkloosheidsver
zekering en Arbeidsbemiddeling ingesteld, die met
de leiding dezer intercommunale arbeidsbemidde
ling werd belast, verder werd bij de Arbeidsbe-
middelingswet van 1930 aan de gemeenten van meer
dsn 15.000 inwoners de verplichting opgelegd een
arbeidsbeurs te hebben, maar ondanks deze be
moeiingen en een zeker toezicht van bovenaf blééf
de arbeidsbemiddeling gemeentetaak.
Dit is nu radicaal veranderd. De arbeidsbemidde
ling is rijkszaak geworden.
Het Rijksarbeidsbureau, dat zich, volgens het
woord van zijn waarnemenden directeur-generaal
den secretaris-generaal van het departement van
Sociale Zaken. ir. R. A. Verwey, zal moeten ont
wikkelen tot de centrale kracht bij de organisatie
van den arbeid kan natuurlijk alle misstanden, die
er op het gebied van de arbeidsbemiddeling beston
den niet met één tooverslag doen verdwijnen. Het
zal zijn taak met voorzichtigheid moeten beginnen,
die echter voortvarendheid niet behoeft uit te slui
ten. En voortvarendheid is met het oog op de
eischen van het oogenblik geboden.
De taak van het Rijksarbeidsbureau omvat aller
eerst de arbeidsbemiddeling in den ruimsten zin des
woords: plaatselijk, interlocaal, intergewestelijk cn
internationaal.
Het vervult deze taak met medewerking van 37
geweestelijke arbeidsbureaux en ongeveer 150 bij
kantoren, die zoodanig zijn gelegen, dat feitelijk elke
arbeider en werkgever binnen ongeveer 12 kilo
meter een gewestelijk arbeidsbureau of een bij
kantoor binnen zijn bereik heeft. In afgelegen
plaatsen zullen bovendien spreekuren worden ge
houden.
De samenwerking tusschen de verschillende ver
takkingen zal zoo nauw mogelijk zijn. Hiervoor
worden zulke moderne middelen van de techniek
als de telex te hulp geroepen, die bepaalde aan
vragen meteen aan alle gewestelijke bureaux en
bijkantoren bekend zal maken. Dit is voor zekere
vakken, die een specifiek intergewestelijk karakter
hebben, (dienstboden, kantoorbedienden, hotel-,
restaurant- en cafépersoneel e.d.) van zeer veel
belang.
Een van de dingen, waarmee men reeds eenigen
tijd geleden is begonnen, is de zorg voor betere
huisvesting van een aantal gewestelijke bureaux.
In vele gemeenten had de arbeidsbeurs te weinig
ruimte. En het gewestelijke arbeidsbureau krijgt
meer te doen dan zij. Ook wordt het ontvangen van
werkgevers en werknemers aan het loket, een ma
nier van samenspraak, die vertrouwelijke gedach-
tenwisseling bemoeilijkt, afgeschaft. Voortaan zal
men in de kamer van den bemiddelaar worden ont
vangen. Een andere zorg was de schifting van het
personeel. Een gedeelte van het personeel der ge
meentelijke arbeidsbeurzen is overgenomen, maar
er zijn ook nieuwe krachten benoemd moeten wor
den, omdat men er in de eerste plaats op gesteld
is, dat er menschen op de bureaux zitten, die „van
het vak" zijn. Voor bepaalde vakken maakt men
liefst gebruik van de z.g. vakbemiddelaars, personen
uit het bedrijf zelf, die weten wat zoowel werk
gevers als werknemers noodig hebben.
Dc beroepskeuze is in de arbeidsbemiddeling
allerminst een nieuw element. Er is een aantal ge
meentelijke en particuliere bureaux voor beroeps
keuze, die herhaaldelijk met de arbeidsbeurzen
hebben samengewerkt. Maar zij bestrijken lang
niet het geheele land. Het streven van het Rijks
arbeidsbureau zal zijn het mettertijd zoover te
brengen, opdat dc arbeidsbemiddelaar aan de hand
van de psychotechniek, eventueel ook van genees
kundig onderzoek enz, een beter inzicht kan krijgen
in de bekwaamheid en geschiktheid van de werk
nemers, die hij te plaatsen heeft. Voor zoover
mogelijk zullen hierbij de bestaande organisaties
worden ingeschakeld. Dit is echter alles nog min
of meer toekomstmuziek. Voor het oogenblik staat
de algemeene (verplichte) registratie van alle
werknemers vooraan op het programma. Zij krijgen
ieder een kaart waarop hun arbeidsloopbaan wordt
bijgehouden met eventueele gegevens omtrent hun
gezondheidstoestand, het psychotechnische onder
zoek. dat zij hebben ondergaan, speciale vakbe
kwaamheden enz., kortom alles wat maar van be
lang kan zijn in verband met de plaatsing.
De arbeider zelf krijgt een arbeidsboek, waarin
overeenkomstige gegevens voorkomen.
De in het kaartsysteem verzamelde gegevens zul
len statistisch worden verwerkt en kunnen dienen
om het inzicht in de sociaal-economische toestan
den te verbeteren. Ook dit laatste is een zaak van
latere orde.
Verder zal het Rijksarbeidsbureau mettertijd ook
de cultureele werkloozenzorg voor ouderen en
jongeren, w.o. begrepen de scholing, herscholing
enz. van werkloozen en eventueel de omscholing
van werklooze en niet-werkloozc arbeiders ter hand
nemen. Hierbij zal zoo mogelijk gebruik gemaakt
worden van bestaande instellingen, zooals gemeen
telijke vakcursussen, nijverheidsscholen enz. En
tenslotte zal het zich ook bemoeien met werkloos
heidsverzekering, wachtgeldregelingen en steunre
gelingen.
Keulen en Aken zijn niet op één dag gebouwd. Er
zal nog wel eenige tijd heen gaan eer dit geheele
programma ten uitvoer gebracht is.
Het is een groote taak, die aan het Rijksarbeids
bureau is opgelegd en zij zal veel van de bekwaam
heid, het inzicht en de toewijding zijner medewer
kers eischen. Maar het is stellig een taak, die den
inzet der eigenschappen ten volle waard is; in
nauwe en vertrouwelijke samenwerking met alle
betrokkenen een organisatie van den arbeid op te
bouwen, die aan velen de vreugde van den arbeid
terug zal geven en die, zoowel uit menschelijk als
sociaal oogpunt bezien ons vaderland tot rijken ze
gen kan strekken.
DE HOEUFFT-PRIJS TOEGEKEND.
Voor 1941 ls de Hoeufft-prJJs, die elk jaar
wordt uitgereikt voor de beste inzending in den
wedstrijd voor Latijnsche gedichten, toegekend
aan den inzender van het gedicht „Templum
divlni spiritus",
JUBILEUM J. KROONSTTHVER.
Heden viert de heer J. Kroonstuiver, brieven
besteller te Haarlem, zijn zilveren ambtsjubi
leum. Wegens de tijdsomstandigheden had hij
den wensch te kennen gegeven, dit jubileum al
leen in den intiemen familiekring te herdenken.
De directeur van het Postkantoor, de heer J. C.
Smid. heeft hem vanmorgen iti zijn woning
aan de A. L. Dyserinckstraat 74 gecomplimen
teerd en daarbij de gebruikelijke oorkonde ®ver-
handigd.