Een eigenaardige aanbieding U ZIET ER SLECHT UIT nrwioi "SU Geen nood-, maar een spaarmaatregel. MAANDAG '12 MET 1941' H A A R L" E M'S DAGE T. A D Dr. T. Coedewagen over hef Journalistenbesluit Radiorede over vrijheid en gebondenheid der pers 's GR A V F.N H AGE, 11 Mei. Zaterdagavond heeft de secretaris-generaal van het departement van volksvoorlichting en kunsten, dr. T. Goede- waagen, over beide zenders een rede uitgesproken over/het onlangs afgekondigde journalistenbesluit. Men hoort, aldus de secretaris-generaal, vaak zeggen: dat de vroeger vrije pers nu gebonden is Zoo eenvoudig is het echter niet. De pers is altijd gedeeltelijk gebonden en gedeeltelijk vrij geweest. Gebonden was de pers vroeger aan de kapitalis tische macht der uitgevers, der directeuren en aan deelhouders van een couranten concern of couran- tenbedrijf. Zij waren het die ten slotte bepaalden wat er in de krant kwam en wat niet en hoe iets in de courant kwam. Gebonden was de pers vroe ger aan de partijbesturen, die den journalist die in hun dienst stond in hooge mate in zijn uitingen beperkten. Gebonden was de perse aan de groote en machtige adverteerders, die door hun orders ook op den inhoud van het blad'dat zij gebruikten ver- strekkenden invloed konden uitoefenen en dezen ook hebben uitgeoefend. Binnen die grenzen was de pers echter vrij om te schrijven wat zij wilde. Die vrijheid was voor waardelijk. Als men maar niet vriendelijk over het Derde Rijk schreef, was men al schrijvende vrij. De journalist kon zich uitleven op het papier, zoolang hij zich aan de bepalingen hield. Gebon denheid en vrijheid tegelijk dus: het een niet zonder het ander. En nu na den tweeden Mei? Hier geldt het zelfde. Gebonden is de pers. maar niet meer aan ad verteerder, partij of aandeelhouders, doch aan het welzijn van het volk. Di,t legt haar begrenzingen op, dit bindt haar, dit maakt haar tot dienaresse. Inderdaad: ook nu mag de journalist niet meer schrijven wat hij wil zonder meer. De overheid zal hem scherp controleeren en zal maatregelen tegen hem nemen, als hij zich verstout de volks gemeenschap in gevaar te brengen door berichten of artikelen, die van een geest getuigen die vol gens de overheid volksgevaarlijk zijn, zooals bijv. het aanstoken van haatgevoelens van volksgroepen tegen elkaar, het krenken van de godsdienstige ge voelens van anderen, het aantasten van de eer van volkseenooten. zooals art. 13 van het journalisten besluit duidelijk formuleert. Gebonden is de pers ook nu, maar niet het particulier belang geeft hier de maatstaf aan, noch ook het partijbelang, doch al leen het belang des volks als geheel. Tegelijkertijd is de journalist vrij in zijn werk- zaamheidè Dit is niet alleen zijn recht, maar ook zijn plicht. De Nederlandsche pers zal in de toe komst meer dan ooit zich er van moeten over tuigen, dat zij een veelkleurig geheel Is, dat niets doodender is dan eentonigheid en gelijkschakeling. Vrijheid van pers beteekent, dat zij een veelvormig geheel wordt, dat binnen het geheel de bijzonder heden naar voren komen. Vrijheid beteekent dat er critiek mag zijn, voor zoover deze opbouwend is en geen gevaar oplevert voor de volksgemeen schap. Ook deze vrijheid is dus maar voorwaarde lijk, maar de voorwaarden, hier bedoeld, worden niet meer zooals voorheen door particulieren, maar door de instantie van den staat bepaald. De journa list wordt geen staatsambtenaar, maar wel een openbaar functionaris, die aan het volksverband Verplicht en in vrijheid gebonden is. U ziet wel: het is eenigszins oppervlakkig wan neer men zegt dat de pers vroeger vrij en nu ge bonden is. Men moet het, zoo uitdrukken: vroeger was het particularisme almachtig en was het een recht en een plicht de bijzondere belangen boven die van het volk te stellen, van nu af aan is de volksverbondenheid almachtig en is er een recht en een plicht het bestaan van het volk boven dat, van den particulier te stellen. Het is geen wending van vrijheid naar gebonden heid, maar een van particularisme en individualisme maar gemeenschapsgedachte, naar volksche ver bondenheid, die wij in hel journalistenbesluit tot 6tand willen brengen. De pers is een cultureel goed een geestelijk or gaan. Maar juist daarom is haar macht in de huidige wereld zoo groot en zoo gevaarlijk. Ik ben er van overtuigd, dat men een instrument, dat zoo suggestief op het menschdom inwerkt, niet alleen aan het particulier initiatief mag overlaten en dat ook hier een voorwerp van aanhoudende zorg der regeering ligt, dat om ordening roept. De pers is de schuld van de psychische moeilijkheden, waarin ons volk thans verkeert. De pers heeft een zware schuld op zich geladen in de aflgeloopen jaren, toen zij van dag tot dag neit anders deed dan lasteren en ophitsen tegen alles en allen, die het waagden te twijfelen aan het alleen zaligmakend geloof aan de democratie en het individualisme. De pers heeft het op haar geweten, dat ons volk ver stard zit in een mentaliteit, die zich niet kan open stellen voor de nieuwe ontwikkeling in Europa en in Nederland. Hieraan komt thans een ëinde, het journalisten besluit regelt het beroep van den journalist en de toelating daartoe nauwkeurig. Na den inhoud van dit besluit in het kort te hebben opgesomd, vervolgde spreker: Gebondenheid en vrijheid, plich ten en rechten, zooals vroeger, maar het nieuwe in dit alles is het doel en de geest van het be sluit. Dit doel is: de Nederlandsche pers op een hooger peil te brengen ten bate van de geheele volksgemeenschap, ten bate van de openbare meening, waarvan men thans niet zeggen kan, dat zij er pelukkig aan toe is. Hoe sterker een orgaan des volks als "de pers zich van zijn verantwoorde lijke. taak bewust is en weet waarom het gaat, des te edeler zal het zich ontwikkelen. Des te meer zal ons volk van zijn persvoorlichting -profiteeren en met des te opener blik zal het de toekomst in kijken, vertrouwend en op zichzelf en op den gang ALS uw lever niet voldoende LEVER-GAL afscheidt. lederen dag moet uw lever een liter lever-gal in uw Inc-wanden doen vloeien. Wanneer deze strooir var lever-ga! onvoldoende is. verteert uw voedsel niet. h" bederft. U voelt u opgeblazen, u raakt verstopt- Uv lichaam is vergiftigd, u voelt u beroerd en ellendig u ziet alles zwart. De meeste laxeermidde'en zün slechts lapmiddelen. U moet CARTERS I.EVER-PILUETJES nemen oir deze liter lever-gal vrij te doen vloeien en u zult u e» geheel ander menseh voelen. Onschadelijk, plantaardig zacht, onovertroffen om do lever-gal te doen vloeien Elseht Carters Lever-Pilletjes bij apothekers en drogisten f 0.75. lever-p 1 l l e t j'es (Adv. Ingez. Med.) der dingen, die zich over ons en door ons vol trekken. Wij willen in het journalistenbesluit onze pers dei- toekomst tot drager maken van een herleving, een psychische herleving wel te verstaan van ons volk. De pers is ons een aanhoudend voorwerp van zorg der regeering. Het besluit is een middel, maar he: doel is een geestelijk gezond geworden volk. (A.N.P.) Geril slachtoffers van Engelsclie luchtaanvallen. 's-GRAVENHAGE, 10 Mei. In den laatsten nacht was het Engelsche,luchtwapen actiever. Men vloog echter op groote hoogte en wierp de bommen doelloos en willekeurig uit. Zoodoende werd slechts geringe schade aangericht. Gelukkig zijn er ook geen dooden of gewonden te betreuren. In een dorp in het Westen van het land werd helaas een kerk hof getroffen. Tal van graven en grafsteenen wer den beschadigd. In dc omgeving liepen ongeveer honderd woonhuizen door den luchtdruk glasschade op. Op een andere plaats werd een boerderij zwaar beschadigd, een andere licht. (A.N.P.) Waakt legen bosch. en heidebrand. De directeur van het Staatsboschbeheer schrijft' o.m.: Het gevaar voor bosch- en heidebranden is dit voorjaar bijzonder groot. Door het schrale weer van de afgeloopen week is buiten alles kurkdroog. De heide is immers nog dor en het buntgras nog niet ontloken. Vooral deze gewassen zijn in het vroege voorjaar reeds na een paar dagen van droogte uiterst gemakkelijk ontvlambaar. Men zij daarbij in bosch en h.eide uiterst voorzichtig met vuur. Wij weten allen, dat er op het oogenblik in ons land een nijpende houtschaarschte heerscht.*Minder dan ooit mag thans door boschbrand hout verloren gaan. Een achteloos weggeworpen lucifer of een eindje sigaret kunnen de kleine oorzaken zijn van een niet te stuiten brand. Helpt door bijzondere voor zichtigheid thans allen mede, bosch- en heide branden te voorkomen. Slot defect? Tel. 11493 DeSleutelspecialist,L.Veerstr.lO (Adv. Ingez. Med.) Het inzamelen van afvalstoffe\ De groote riet- en biezenvelden bij Blankenham zijn geheel droog en om naar het nieuwe land in den Noord-Oostpoldcr te komen moet een heel eind door dc hooge stengels worden gewandeld. (Foto Pax Holland) Intrede Ds. I. P. van der Waal te Haarlem. Zondagmorgen werd in de Groote Kerk te Haarlem Ds. L P. van der Waal, predikant bij de Ned. Herv. Kerk te Hengelo, die in de vacature Dr. J. Weener naar Haarlem beroepen werd, in zijn ambt bevestigd door zijn vader den emeritus predikant Ds. W. van der Waal. De belangstelling was heel groot. Tot tekst had hij gekozen. Titus 2 vers 15: „Spreek dit, en vermaan en bestraf met allen ernst. Dat niemand u verachte". Na de bevestiging zong de gemeente den nieuwen predikant de zegenbede uit Psalm 134 toe. Zondagavond zeven uur deed Ds. I. P. van der Waal in dezelfde kerk zijn intrede. Ook nu was de belangstelling zeer' groot. Aanwezig waren o.a. de heer H. Franken Jr.. president-kerkvoogd en eenige andere kerkvoogden. Verder een groot aan tal predikanten. Dr. J. Weener, die gaarne aan wezig had willen zijn, was door ongesteldheid verhinderd. Nadat de verzen 1 en 3 van Psalm 95 gezongen waren en Ds. Van der Waal de Geloofsbelijdenis had voorgelezen, gevolgd door het zingen der ge meente van Gezang 3 vers 2, las hij het eerste hoofdstuk van den eereten brief van den apostel Paulus aan de Corinthen. Daarna ging hij in het gebed voor. „Door Gods genade en wonderlijke leiding mag ik op dezen avond voor het eerst op den kansel staan als predikant van Haarlem en mag ik u", zei de predikant, „aanspreken als „mijn" ge meente. U zult kunnen begrijpen, dat mijn ge dachten nog eens terug gaan naar mijn vorige gemeente, waar ik met mijn gezin acht jaar lang mee in lief en leed verbonden ben geweest, vooral na 10 Mei van het vorig jaar. Het afscheid van de gemeente is niet gemakkelijk voor mij geweest; ik was er als het ware mee samengegroeid. En toen ik op dezen avond door de straten van Haarlem wandelde, werd ik getroffen door het groote verschil tusschen mijn vorige gemeente en Voor de Kinderen (Teekenlngen H. Kannegieter). teddy zorgt voor verrassingen, maar.... Maar dat is nu niets voor Teddy, hij ver stopt zich ln een hoek. En zoodra de kamer leeg ls, gaat hij fluks op onderzoek, 't Grootste pak maar eerst: een trommel, die is vast bestemd voor Piet. „Wacht, ik ga hem even brengen, dan vergeten zij hem niet." Kleine Piet staat vreemd te kijken, als de hond daar binnenstapt met een trommel in zijn bek .dat is iets. waar hij niemendal van snapt. Maar, hij v'ndt het speelgoed prach tig. neemt het graag van Teddy aan. Voordat hij nog kan bedanken, is Trix weer op stap gegaan. Haarlem. Hengelo is van een dorp uitgegroeid tot een groote en levendige fabrieksstad. En nu sta ik op den historischen kansel in deze kathedraal, waar men een klein mensch wordt, zoodra men er binnenkomt, hier spreken de eeuwen mee. Ja. dat is wel een scherpe tegenstelling. Maar van Gods kant gezien bestaat er geen verschil. Het evangelie van Jezus Christus, dat overal en altijd hetzelfde is, bindt ons. Het doet er niet toe, waar God ons brengt, als we maar gehoorzaam zijn; "als we maar kunnen voelen, dat we weer een houvast hebben. Dit gaf mij kracht om mij los te maken van wat mij lief was. Toen ik voor den tweeden keer een beroep naar Haarlem ontving, durfde ik niet meer te weigeren. En men moet dan ook niet denken, dat ik uit Hengelo weg ging, omdat ik het daar niet goed gehad zou hebben, want God heeft mijn werk daar rijk gezegend: er inocht een rijke oogst worden binnengehaald. Toen ik weer een beroep naar Haarlem ontving, was er een stem in mij, die zei: „nu moet je gaan; je mag niet ongehoorzaam zijn; God heeft het gewild". Als wij den weg gaan, dien God ons wijst, dan zal alles goed gaan. Mijai vader, die mij in mijn beide vorige gemeenten in mijn werk heeft ingeleid, mocht het ook ln Haarlem doen. Ik ben God dankbaar, dat Hij dit voorrecht aan ons beiden geschonken heeft. Goa heeft niet alleen een plan met de wereld, maar ook met een klein menschenleven. Ik kom niet in Haarlem met een bijzondere boodschap; ik heb ook geen program ma; daarvoor ben ik niet belangrijk genoeg. Ik ben alleen een eenvoudig dienaar van God, die alleen het evangelie behoeft te brengen, maar dan ook met liefde, overtuiging, met overgave des harte en met enthousiasme. Ik ben overtuigd, dat er. ook in Haarlem, duizenden zijn, die snakken naar het woord van God". Ds. Van der Waal hield daarop een predikatie naar aanleiding van het Bijbelboek Galathen 1 vers 11: „Maar ik maalc u bekend, broeders, dat het evangelie, hetwelk van mij verkondigd is, niet is naar den mensch". De predikant zei, dat hij bij het brengen van het evangelie misschien wel eens hard en scherp zal zijn, maar het evangelie is óók scherp. „Wij moeten nu eenmaal door de nauwe poort gaan om het eeuwige leven te erven." Aan het eind van zijn predikatie richtte Ds, Van der Waal zich tot zijn vader, die hem al drie maal heeft mogen bevestigen. „Ik ben dankbaar dat God u dit voorrecht geschonken heeft en ik weet dat het voor u iets onvergetelijks is geweest, dat u het 's morgens op'dezen kansel 'hebt mogen doen." Spreker bad God? dat Hij. aan Dr. Wee ner de sterkte en kracht mag geven om voor vrouw en kinderen gespaard te blijven. Hij hoopte op een prettige samenwerking met de collega's, met den Kerkeraad en het kiescollege, dat hij dankbaar was voor het in hem gestelde vertrou wen om hem voor de tweede maal naar Haarlem te beroepen. Hij dankte voor de nu reeds onder vonden hartelijkheid van den heer Franken en andere kerkvoogden en voor het vriendelijk wel kom van vele vereenigingen en van de collectan ten. Hij dankte de gemeenteleden uit Hengelo, die de verre en moeilijke reis uit Hengelo gemaakt hadden om deze intrede bij te wonen. „Dat is een bewijs, dat de banden tusschen ons sterk zijn ge weest", zei spreker, die zich tenslotte tot de ge meente van Haarlem richtte. „Wij zullen aan elkaar moeten wennen, maar het evangelie zal ons binden, vooral in dezen moeilijken tijd". De dienst, die door den heer George Robert met schitterend orgelspel gewijd werd, eindigde met het staande zingen van Gezang 264 vers 4. Na afloop bestond er in de Kerkeraadskamer gele genheid met den nieuwen predikant kennis te maken. De politie te Ede heeft bij een inval clan destien geslacht vleesch, een partij rogge en elf vaten machine-olie met een inhoud van onge veer 1200 L., in beslag genomen. De Lunteren- sche politie ontdekte bij een zekeren D., verbor gen in den grond, 100 weckflesschen met fraudu leus geslacht vleesch. Bij D. werd ook nog een partij koffie, thee, en zeep gevonden. 'S-GRAVENHAGE, 10 Mei A.N.P.Binr. afzienbaren tijd zal in bijna alle plaatsen met geveer 20.000 inwoners en meer de organisa van de ophaaldiensten voor oude materialen afvalstoffen, voorzoover deze voo>' jlc Nederlai sche industrie waarde hebben, haar beslag hi ben gekregen. Weet nu de huisvrouw wat straks van hi wordt verlangd? In de overtuiging, dat vele ht moeders deze vragen noch niet of slechts deele kunnen beantwoorden, wendde een red teur van het A.N.P. ziel? dezer dagen tot den recteur van het rijksbureau voor oude materia en afvalstoffen, den heer J. H P. van Haarer Er zullen folders worden gemaakt, zoo zeide heer van Haaren. waarin op aanschouweL wijze de beteekenis van afvalstoffen voor de dustrie zal worden weergegeven en verteld worden welke afvalstoffen wèl en welke niet de vuilnisemmer mogen worden gegooid. D H D' heel dat den. toes voir eiscl sehc dat ren, eila: Daa den het folders zullen in de plaatsen, waar de opha toe\ dienst zal gaan werken, -huis aan huis wor< sch< verspreid. Dezer dagen is* besloten aan-deze j kun der een bon te bevestigen. Door deze bon op sturen komt men gratis in het bezit van brochure, welke door mijn bureau wordt uitge ven en waarin op zeer aantrekkelijke wijze wo uiteengezet wat er precies met de ingeleve .oude rommel" gebeurt en welke industriep ducten er van gemaakt worden. In het algemeen zal de huisvrouw viif soor: afval niet mogen wegwerpen, maar aan den Ie der, die regelmatig aan huis zal komen, moe afgeven, uiteraard in de eerste plaats het o u papier (kranten, tijdschriften, carton, dood inrr pafcoapierafval, papiersnippers en verder alle: seh> papierafval), men doet het. beste en teven-s ij rik; gemakkelijkste door dit soort afval in een speci -- daarvoor bestemd kistje of mandje te verzan len. Oud papier, dat vet of erg smerig is geword alsmede cellppiiaanpapier heeft voor de indust geen waarde en behoeft dus niet bewaard te w den. Dit waardelooze papier kan men intusscl heel goed voor andere doeleinden gebruiken, voor het aanmaken van de kachel. Een tweede mandje of kistjeijjestemme men vi lompen. Zelfs het kleinste en vuilste stu linnen, katoen, wol. zijde, kunstzijde, jute. ko om elk stukje weefsel heeft voor de indust waarde, niets mag dus verloren gaan. Van gro beteekenis is. dat de afvalstoffen, welke door leurder worden meegenomen, niet door elka worden gehaald. Gebroken glas moet apart bewaard worden. Oud ijzer, zink. lood, koper, tin e vormen de derde soort, welke verzameld worden, hiertoe behooren ook leege conservi blikjes. Ook deze afvalstoffen en alle daaruit v vaardigde voorwerpen, die niet meer getoru worden, moeten apart bewaard worden. Men stemme hiervoor dus een vierde mandje of kis: Bestem tenslotte een vijfde mandje of kis voor al de andere „oude romme 1". zoo b.v. gebruikte of versleten flets- en autoband gummislang, rubber-goed. enz., celluloid, ku oude borstels, veeren, linoleum, kortom alles voor de huighouding geen waarde meer heeft. Er zijn dingen, waarvoor de leurder betaalt. 1 tuurlijik heeft de man de goederen liever vi niets, maar evengoed wil hij er een daad tege overstellen. Op deze wijze kan en zal worden berel dat allen meewerken aan het welslagen van d ophaaldienst in het belang van de Nederlandse industrie. Het verzamelen van afvalstoffen is geen n o o maar een spaarmaatregel. Waarom nieu materialen, wanneer de oude nog te gebruik zijn? Vooral de brochure zullen de kinderen gc moeten lezen. Zij zal op de scholen moeten w< den besproken. Tenslotte is het goed er nog eens op te wij! zoo besloot de heer van Haaren dat wat de afvalmandjes of -kistjes geborgen moet wi den, niet in de vuilnisbak of aschemmer woi weggeworpen. Dit mag beslist niet. Het in het oude materialen- en afvalstoffenbesli uitdrukkelijk verboden. Wordt deze raad niet gevolgd, dan kan er procesverbaal worden o gemaakt. De reinigingsdienst zal bovendien geren de vuilnis- of aschemmers te ledigen, dien daarin oud goed of afvalstoffen voorkomi die in de genoemde mandjes of kistjes thi hooren. zou ope dus schi ting Lat vaa r.ig< rijk het: te Em I var WOl var Joc Pej set we ka: ree Af' hel de' He Personeel van den lucht- bescherminffsdienst. Overdag mag geen loonarbeid worden verric De secretaris-generaal van het departement binnenlandsche zaken heeft aan de burgemeesti geschreven: Van verschillende zijden bereikte de klacht, dat personen, die ingedeeld zijn bij vaste kern van den luchtbeschermingsdienst en nachts 10 uren dienst doen, overdag bij particulier werkzaamheden verrichten in loondienst. Deze ha delwijze komt mij niet juist yoor. Indien toch personeel overdag een volle dagtaak verricht, k het des nachts-niet voldoende capabel zijn om zj taak naar behooren te volbrengen. Afgescheid hiervan kunnen de hierbedoelde personen niet me als werklooze kostwinners worden aangemerkt. In dit verband hiermede wordt door mij paald, dat bovenbedoeld personeel overdag ge arbeid in loondienst mag verrichten bij particuli ren. Ik moge u verzoeken het personeel ter za in te lichten en tevens mede te deelen, dat l overtreding ontslag uit den luchtbeschermingsdier zal moeten volgen. door MABEL-GRUNDY. Vertaald door E. GRIESE-KETS DE VRIES. 47) En dan weer: hoe legde Quinton eiken dag den afstand naar en van het Bram'.ing station af? Nam hij de „bokkingbus" omgebouwde vrachtwagen, of een taxi, of liep hij naar en van het station? Quinton - zelf beantwoordde deze vraag recht streeks en onmiddellijk, bijna nog vóór ze gevormd was, door plotseling langs den weg beneden haar aan den voet van Common op een motorfiets voor bij te suizen. Whiff wreef haar oogen uit. Ze kon nauwelijks haar oogen gelooven en zou het niet voor waar hebben gehouden, ware daar r.iet het feit, dat Quinton haar groette, terwijl hij langs reed. Quinton op een motorfiets! Dus op die manier loste hij de moeilijkheid van zich verplaatsen op! En hij had er een aangeschaft heelemaal „op zijn eentje", zonder wel, wie dan ook te raadplegen! Zij voelde zich bijna woedend en haar voetstappen versnelden zich merkbaar, loen zij langs de Com mon liep in de richting, die Quinton genomen had. Michael, die in de buurt een strooptocht onder nam, op zoek naar iets belangwekkends, dat zich zou kunnen voordoen een kat, een veldmuis of iets dergelijks dook vroolijk naast haar op, toen hij haar herkende: maar zij streelde alleen zijn kop en hij wist, dat zij hem niet gezien had. dat zij zich niet bewust was. dat hij er was dus ging hij met een peinzenden blik van teleurstelling zijn weegs. „Ik vind, dat hij het mij wel had mogen ver tellen", mompelde Whiff. „Daar is hy weer...." Quinton schoot met groote snelheid voorbij en ditmaal wuifde hij op zoo'n overmoedige manier, dat het Whiff binnenshuis en met een afschuwe lijk humeur naar bed dreef. HOOFDSTUK XXXIII. Het was de avond van Whiff's vertrek. Zij zou naar Salcombe gaan. Een brief van „een dame" aldaar, die kamers verhuurde, deed haar tot Sal combe besluiten. Zy mocht dien brief zijn stijl en wat hij te vertellen had: en het huis der „dame" was van een aantrekkelijke draaibaarheid, die het in staat stelde de zon in haar dagelykschen loop te volgen. Hier volgt hetgeen mevrouw Pump, de de dame, zei: Ik heb 2 mooie kamers. 1 aan de voorzyde die regt op zee kijkt en 1 aan de agterkant. allebei de heele dag zon. Mijn koken word uitstekend gevonden 1 van mijn heeren had vorige zomer 2 galaanvallerv doordat hij tê veel gegeten had. Mijn prijs is billijk en ik houd tot Ougustus het keukenvuur an. Ik ben vriendelik en raak niet dikwels uit mijn hum. Een tijdig antwoord zal me ver- pligten. Hoogagtend, Mevrou Pump. Het denkbeeld een kamer die recht op zee kijkt en nooit zonder zon is trok Whiff aan gelijk een magneet: en de verzekering van mevrouw Pump, dat zij niet vaak uit haar humeur was, speelde ook een rol; evenals haar eerlijkheid. Een oneerlijke vrouw zou te kennen hebben gegeven, dat zij nooit uit haar humeur was: niet aldus mevrouw Pump. die, zich ten volle de zwakheid der men- schelijke natuur herinnerend, niet van plan was zich over te geven, aan onmogelijkheden; daarom kon Whiff het nemen of laten, maar een redelijke speling voor den aard van haar humeur moest haar toegestaan worden. Whiff was kant en klaar voor de reis: zij Zou den volgenden morgen vroeg vertrekken en nu, om acht uur, ging zij op weg om bij Quinton afscheid te nemen. Telkens en telkens had zij bij zichzelf ge zworen, dat ze geen afscheid zou nemen. Zij had hem, behalve in de verte op zyn motorfiets, niet gezien sinds den middag, toen hij haar gezegd had te moeten gaan, en vlug: toch voelde zij, dat zij hem niet uit haar leven kon laten gaan zonder één woord van vaarwel. Hij was zoo heel erg goed voor haar geweest, zoo vriendelijk. Zijn kleine gaven bleven dag na dag komen, en demonstreerden haar ondanks zijn afwezigheid, dat haar beeld voor goed in zijn ziel gegrift was. Zij was onredelijk, wist zij, om geraakt te zijn over zijn weigering, het behoud van zijn zelfbeheersching te riskeeren, wanneer hij in haar nabijheid was. Waarom zou hij het riskeeren? Waarom pijn lijden, die vermeden kon worden? Zoo. resoluut haaf trots prijsgevend, zette zij haar hoed op en zocht haar weg voor de laatste maal langs het pad, dat zich naar den voet van de Common slingerde en begaf zich naar De Zuid. De avond was heel lieflijk. De betoovering van een vroegen zomer was alom. Bloemen en gras vulden de lucht met een ijl parfum. Rozen stonden in kleine landhuistuinen, uit de heggen vlogen merels, onder het uitstooten van hun verschrikte kreet als er iemand naderde. Haar hart begon hef tig te kloppen, toen zij het witte fiek van Quinton's tuin opende en het erf opliep. Het grasveld terzijde was pas geschoren, de perken warén gevuld met een overvloed van bloeiende anjelieren en de rho dodendrons, die hun besten tijd gehad hadden, waren met zorgelooze ongedwongenheid bezig hun prachtige bloembladen op den grond te strooien waar ze bleven liggen, een opeenhoiping van rose en wit in schoone harmonie.. Niemand was er te zien. Absolute stilte heerschte over de plaats. Whiff's eigen voetstappen bonsden in haar keel. Een oogenblik stond zij by de voor deur met de belknop in haar hand, al haar kracht verzamelend om er aan te trekken. Toen liet zij hem los. Het hevige kloppen van haar hart vertelde haar dat, als Panton in antwoord op het geluid zou verschijnen, zij niet in staat zou zijn woorden te vinden om te vragen, of Quinton er was dat wil zeggen, kalme woorden. Geluid van een zekere soort zou zij wel aan haar keel weten te ontwringen, maar niet de toon, waaraan Panton bij bezoekers gewend was. Zij besloot om te loopen naar den zijkant van het huis. whar Quinton's bibliotheek gelegen was. Hij kon bij het raam zijn of buiten aan het werk bij een van de nieuwe bloembedden. Op geluidlooze voeten liep zij op haar teenen voort. Hij was niet bij het raam. Heel brutaal gluurde zij naar binnen. Daar zat hij, alleen, en haar hart kromp ineen van medelijden en pijn bij het zien v an hem. Hij was gezeten op een harden, rechten itoel voor zijn'schrijftafel, zijn oogen recht voor zich uit starend. Zijn heele houding was er een van de diepste neerslachtigheid en drukte ter zelfder tijd gespannen verwachting uit. Het kwam Whiff voor. alsof hij naar iets luisterde, op iets wachtte. Zij besefte niet. dat zij voor luistervink speelde, terwijl zij hem stond gade te slaan en zij werd overmand door een zonderling gevoel, dat zij daar moest blijven voor het geval hij haar noodig had. Er rees een beschermend gevoel in haar op, een gevoel, dat een moeder kan voelen voor een hulpe loos kind. Er hing iets onbestemds in de lucht zij wist niet wat maar zij was er vast van overtuigd, dat zij, als zij wachtte, hem op onvoorziene wijze van dienst zou kunnen zijn. Zij was van nature niet bijgeloovig. maar zoo dringend was de aanmaning in haar binnenste om te blijven, dat zeven paarden haar niet van haar plaats hadden kunen trekken Geluidloos leunde zij tegen 't raamkozijn, half ver borgen door een gordijn binnen en wachtte. Haar oude eigenschap van geduldig wachten was haar nooit beter te pas gekomen. Quinton bleef steeds in dezelfde houding zitten. Minuten gingen voort De strakheid vn zijn trekken werd dieper. Eindelijk keek hij op en staarde naar de dei Hij veranderde van houding, hij had blijkba iets gehoord. Nu stond hij, zijn hoofd achterov geworpen, zijn handen om zijn schrijftafel gekleir. Hij herinnerde Whiff aan een plaat van een zii verdedigend dier. Een geluid verbrak de stilte, het geluid van' ei menschelijke stem Whiff schrok zoo hevig, c zij bijna door het raam tuimelde: „Christophei riep de stem, „Christopher! Waar ben je?" Het was de stem van tante Sophia! Het volgende oogenblik ging de deur open tante Sophia zeilde majestueus de kamer in. Het was Whiff nooit heelemaal duidelijk, hi zij in de kamer gekomen was, hetzij door het raa of door de voordeur of allebei. Alles wat naderhai in haar geheugen bleëf gegrift was. dat zij het eer oogenblik buiten de kamer en het volgend oogenbl er in was, schouder aan schquder met Quinton met uitdagende blikken naar tante Sophia staarc De oude dame hijgde beslist van woede. „U?" ...Ja, en U?" Tante Sophia liet zich in een leunstoel valle ..Hoe durft u een dergelijke vraag tot mij te rich ten? De brutaliteit! Ik ben hier met het recht het recht van tantes! Wat hebt u in het huis mijn neef te maken?" „Ik ben hier met het nog veel grooter reel van zyn aanstaande vrouw!" Het was schitterend, de manier waarop Whi: zich bij het uitspreken van deze woorden uitrek» en met haar hoofd achterover geworpen hoog op gericht onvervaard in de oogen van tante Sophl blikte: en even schoon was het. toen zij zich me een licht gebaar van nederigheid en overgave to Quinton wendde en haar handen in de zijne legdt (Slot volgtjj

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 6