BONERA-GOUDA FEUILLETON De vervloekte Viool 17) door PETER FAZEKAS. In plaats van Pettie, antwoordde diens moeder: Maar Juliska, jullie zijn nog veel te jong. Wanneer mogen we dan trouwen? Als Pettie zestien is. Nog eventjes wachten, Juliska, vulde Pettie de woorden van zijn moerer aan, per slot van reke ning had hij ook een woordje over zijn eigen huwe lijk in te brengen en hierin wilde hij zich niet on betuigd laten. God zal je er voor behoeden, dreigde Juliska als je intusschen met een ander meisje trouwt. Ik zal jou en haar.de oogen uitsteken. Hoe kan ik met een ander trouwen, als jij mijn bruid bent? verwonderde Pettie zich. Nou zoo, als je op een andere verliefd wordt of een ander meisje je spel zoo mooi vindt, dat zij je van me weggapt. Maar o wee, dan voor jullie bei den. Ik zal jou vervloeken, haar vervloeken en zal jou viool vervloeken, dat je dood gaat, want ik geef je aan niemand. Vervloeken? Mij? En mijn viool? Toe Juliska, doe het niet, smeekte hij haar. Ik zeg je toch, stommeling, ik doe het alleen dan, als je met een ander meisje trouwt. De viool wordt alweer verdoemdfluisterde hij zacht, nauwelijks hoorbaar en streek met zijn hand op de rugplaat van de Stradivari. Juliska hoorde het en keek verwonderd naar hem en dan naar de viool. Toen trok Pettie haar aan haar hand naar de' binnenplaats, waar niemand hen kon storen en vertelde haar over de vervloekte viool. Zij luisterde met verschrikte oogen en het speet haar reeds, djtt zij den ban had uitgesproken. Hoewel Pettie nu probeerde haar te verzekeren dat hij niet aan die dingen geloofde, omdat er geen spoken, geen geesten, noch dergelijke malle schimmen beston den, brak Juliska er haar hoofd mee, hoe het goed te maken. Ik wil je viool niet vervloeken, ik wil haar ze genen, zij zij gezegend en ze hief haar twee handen omhoog, zooals zij dit in de kerk had gezien, maar.... voegde zij er aan toe, je moet met mij trouwen, hoor! Toen Pettie den terugweg naar oom en tante Ver- segi alleen ondernam, was hij lang niet zoo vroolijk en rustig als anders, wanneer hij van bezoeken aan zijn moeder placht thuis te komen. Iets onverklaar baars maakte zich van hem meester, dat op onrust, angst en groote verantwoordelijkheid leek. Door Al ma en haar vader liet hij zich gaarne overtuigen, dat het verschijnen der geesten maar een praatje was, dat in het brein der eenvoudige menschen wordt geboren, doch hij bleef diep onder den indruk van Juliska's scheldwoorden, want zij zélf geloofde aan hun uitwerking, evenals iedereen in het dorp. In zijn steeds verder gesponnen fantasie echter, die- haar voortzetting 's nachts in zijn droomen vond, zag hij een reuzen weegschaal: aan den eenen kant stond een spook, in de andere schaal lag zijn Stadivari en deze laatste zakte met één ruk, door de zwaarte omlaag, terwijl de andere schaal met het spook als een licht veertje omhoog sprong.... Deze gevolgtrekking, door zijn eigen wil gescha pen, deed voor goed zijn twijfel onderdrukken zijn bijgeloof verdwijnen. HOOFDSTUK V. Kopandy had er niets tegen, dat Pettie zich aan hetl hoofd van het Zigeunerstrijkje te Domborad stelde, hoewel hij hem nog wat jong achtte. Ik had liever gezien, Pettie, en dat weet jij heel goed, dat je eerst naar de Muziekacademie was ge gaan en pas daarna in een orkest was gaan meespe len, zei hij tegen hem, maar ik wil je niet weer houden, ik heb daartoe het recht niet. Ik wil alles voor u doen, als u er op aandringt, dan ga ik zelfs naar de academie, maar het heeft voor mij geen doel! Ik wil heuseh niet op de plan ken als ean kunstenaar optreden, ik wil alleen pri mas worden, dit is de hoogste trap welke wij Zi geuners willen bereiken, meende Pettie. Je wilt toch zeker verder ook op het land goed blijven wonen en naar het dorp alleen gaan om te spelen? informeerde Kopandy. Ja, als het kan graag, want ik zou mij nu moei lijk kunnen wennen om in de Zigeuner-rij te wo nen. Doe je best, Pettie en zorg er voor, dat je strijkje het beste wordt van de heele buurt, ik zal je vaak noodig hebben, want Alma wordt groot en ik zal in de toekomst partijtjes geven en menschen van buiten hier vragen. Ik wil dan op mijn „hofmusicus" trotsch zijn.... Hofmusicus! Is dit een mooiere titel dan: Zigeu nerprimas? vroeg Pettie belangstellend. Ja, natuurlijk, want hofmusici zijn er niet ken als een kunstenaar optreden- ik wil alleen pri- veel, Zigeunerprimas'seri echter in elk dorp. En hoeveel goede zijn er onder? Hoeveel Zi geuners kunnen het van zichzelf met rustig geweten beweren: „ik ben een goede primas"?'vroeg Pet tie met opkomend zelfbewustzijn. Ik reken in elk geval op je, mijn jongen en ik ben er van overtuigd, dat je ook zonder academie een der besten zult zijn, besloot graaf Kopandy het gesprek. De eerste taak van Pettie was het houden van een generale repetitie in de herberg van Onodi. Voor deze gelegenheid liet hij nog enkele andere Zigeu nermusici uit Domborad en omgeving komen, be halve de vaste leden van het bestaande strijkje. Als of hij nooit-iets anders in zijn leven had gedaan, exa mineerde hij de violisten, kontras'sen, cimbalisten en bassisten, niets ontging hem, niet de kleinste fout, maar aan het eind van den avond tóen het reeds heel laat was, had hij een strijkje, 'z ij n strijkje bij elkaar. Géén der muzikanten speelde zelfs 'niet bij benadering zoo goed als hij, zoodat allen zijn supe rioriteit erkenden. Het was goed „materiaal" dat hij aldus bijeen had gebracht, de rest kon hij door repetities en dooh discipline in orde maken. Als kon tras, als tweede violist dus, koos hij den vroegeren primas, dien hij er lieven uit had gesmeten, ware het niet, dat deze vrij behoorlijk kon spelen. Som mige aanwendsels, bijvoorbeeld van het al te over dreven glimlachen tegen de gasten, zou hij hem wel afleeren, want zijn tanden waren zacht uitge drukt niet blank genoeg en dit feit was nogal hinderlijk voor de gasten, die zaten te eten en te drinken in de gelagkamer. Hij zou voortaan letterlijk zijn mond dicht moeten houden. De cimbalist was aan de beurt. Hem verbood hij ten strengste het bierglas op den rand van zijn instrument te zetten, want ten eerste zou hij het glas met zijn ellebogen kunnen omgooien,- ten tweede was dit niet goed voor de klanken en ten derde was het glas veel te diep, hetgeen den cimbalist aanlei ding gaf er te ver en te lang in te kijken. En wat de bassist betx-eft, hem verzocht Pettie zeer beleefd, doch zeer dringend ook eens naar zijn dirigeerende gebaren te kijken en niet alleen naar de rokken en de laarzen van de meisjes, vooral op Zondagmiddag, bij den dans op het marktplein-. Deze musicale wenken namen de leden zich zeer ter harte, vooral toen hij hun duidelijk maakte, dat hij ook voldoende reserve-muzikanten ter beschik king had, die gereed stonden om in te springen, zoo dit noodig mocht zijn. -Orde moet er zijn gaf hij hun te kennen en hoewel zij daaraan niet al te zeer gehecht waren, begrepen zij heel goed, dat de jonge primas het goed met hen meende, maar ook gereed was om bij het kleinste verzet hen er één voor één uit te gooien en door nieuwe te vervangen. Heel spoedig verspreidde zich de mare dat te Dom borad het beste Zigeunerorkest van de heele pro vincie te vinden was en Pettie noch zijn makkers mochten over gemis aan belangstelling klagen. Toen hij zijn eei'ste geld verdiend had, was hij over gelukkig en dit schonk hem veel meer voldoening dan al die welvaart, welke hij op het landgoed tij dens zijn verblijf had genoten. Zijn eerste weg leidde naar zijn moeder: Hier, kijk moeder, drie gulden, die verdiende ik vandaag en die mag jij hebben. O, o, mijn lieve, aardige, flinke, schattige zoon, wat een boel geld op een dag, riep zij uit, hem aller lei lof toezwaaiend, wat zal je toch veel geld verdie nen als je nog grooter bent. Bi-eng je. ook morgen je verdienste naar huis? Ik zal het altijd doen, zoolang ik het zelf niet noodig heb. Hij had er echter nog één gulden bij, waarover hij zweeg, dien bracht hii aan zjjn bruidje. Zij straaldè en bespuwde den gulden, tegen het geldstuk zeg gende: Ja vader, je moeder, je kinderen en je heele fa milie worden eveneens door mij verwacht. (Wordt vervolgd.) WEEK-ABON1VEMENTEN dienen uiterlijk Woenlsdagsavonds betaald te zijn, daar- de bezorgers op Donderdag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE. Verkrijgbaar In rollen van 10 en 5 ets in dezelfde grootte en dezelfde mooie verpakking, als de Pepermunt en Vruchten drops van BONERA. Hel afgemeten kwantum, dat wij door de omstandigheden kunnen fabriceeren, wordt onder onze vaste BONERA Cliënten naar best vermogen gedistribueerd. Aanvragen van nieuwe Cliënten kunnen wij helaas om Bovenge noemde redenen niet in behandeling nemen. Gouwe 213

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 4