Buitenlandsch Overzicht Kort en bondig. Levensvreugde in Amerika. Nederlands nieuwe leger. Va Isch e Schilde rijen DE enorme belangstelling, waarmee men in alle deelen van de wereld heeft uitgezien naar het communiqué, dat na de besprekingen der drie groote mogendheden in Potsdam is uitgegeven, is niet een symp toom van den geestelijken honger naar nieuws, maar het bewijst den steeds ster ker wordenden samenhang van alle landen der wereld. Zuid-Afrika en N. Zeeland, evengoed als China en b.v. Brazilië hebben belang bij een geordend Europa. Evenzeer heeft dit continent te lijden als het een ander werelddeel slecht gaat. En nu mag het niet overal in de wereld merkbaar zijn, dat een klein land met economische moei lijkheden te kampen heeft, door de voort durende verbetering der transportmiddelen worden de landen voortdurend meer ge ïnteresseerd bij eikaars maatschappelijk welvaren. Een economische crisis in een deel der wereld wordt ook in het overblijvende deel na korten tijd gevoeld. Ook en het meest om deze reden de groote interesse door alles en allen getoond voor wat Pots dam aan besluiten zou brengen. De omlig gende staten vanwege de zeer directe en aanwijsbare belangen bij de regeling van deze kwestie en de West-Europeesche sta ten zullen het ten zeerste betreuren, dat •het rapport slechts 7000 woorden telt, want nu is er over hun aanspraken, over de door hen geleden schade en al het daarmee sa menhangende niets in gemeld. Naar hun oordeel had het langer moeten zijn om ook een deel van hun zaken te regelen. In Japan zal men zich afvragen of een zinsnede, waarin gemeld werd, dat de gemeenschap pelijke militaire kwesties waren besproken betrekking heeft op den oorlog in Oost- Azië. Waaruit dan zou kunnen volgen, dat Rusland binnenkort zelf zijn troepen Mandsjoerije zal laten binnenrukken of dat het bases door de Ver. Staten en Gr. Brit- tannië zal laten gebruiken. De Duitschers zelf zullen van oordeel zijn, dat ze veel te hard worden behandeld, want niet zij zijn de schuldigen, maar de leden van de partij, waartoe zij óf niet óf slechts gedwongen hebben behoord. In Oost- en West-Europa zullen er zijn, die vinden, dat met te zachte hand wordt geregeld. En terwijl zoo ieder bezig is zijn meening over de besluiten te vormen of kenbaar te maken, zijn de drie onderteekenaars van het communiqué, J. V. Stalin, Harry S. Truman, C. R. Attlee, op weg naar eigen land of daar reeds aange komen. De president der Ver. Staten is, na den Engelschen Koning in Plymouth te hebben ontmoet, nu aan boord van den kruiser Augusta op den Atlantischen Oceaan. Drie maanden geleden was hij nog zóó onbekend, dat na den plotselingen dood van Franklin Delano Roosevelt het publiek en de pers niet wisten welke houding moest worden aangenomen; het beste leek maar heel voorzichtig te zijn. Want wat wist men van Truman? Eerlijk gezegd niet veel. Toen hij 50 jaar was, in 1934, was hij lid van den Senaat geworden, maar tot 1940 had hij op geen enkele manier de aandacht op zich gevestigd. In dat jaar werd hij tot voorzitter van een commissie van onderzoek naar misstanden in de oorlogvoering benoemd. Het opgedragene werd snel, krachtig en doeltreffend gedaan en de Schatkist be spaarde zich een uitgave van ongeveer 250 millioen dollar. Voor een deel hierdoor en omdat hij geen man van uitersten was, maar .,het midden van den weg" zou hou den. werd hij in 1944 candidaat voor het vice-presidentschap. Met recht kan men zeggen, dat dit leven weinig toppen heeft gekend, al is het nu op den hoogsten zeer plotseling en onverwacht terecht gekomen. En in korten tijd is gebleken, dat Truman daar niet misplaatst is. Churchill is gestruikeld en heeft zijn land niet naar de overwinning op beide fronten mogen voeren, omdat zijn volk hem wel een groot oorlogsleider achtte, maar hem het winnen van den vrede niet toevertrouwde. /Truman is juist aan het bewind gekomen Sn de periode, dat het moeilijke, ingewik kelde en ondankbare werk van de vredes- voorbereiding moet worden aangepakt. Hij vervult het ambt van president der Ver. Staten in een tijd, dat de hoogste eischen aan dezen functionaris worden gesteld. In zijn handen is een geweldige, reëele macht geconcentreerd. Zijn ambt is geen eerepost. Zijn bevoegdheden en zijn verantwoordelijk heden zijn enorm groot. De Ver. Staten kén nen geen verantwoordelijke ministers, de president alleen is verantwoordelijk. Zóó is de functie van het Amerikaansche staats hoofd er een, die den geheelen mensch en dan een mensch met meer dan gewone capaciteiten vraagt. Truman bekleedt haar nu enkele maanden. Hij heeft in dien korten tijd al het mogelijke gedaan om San Francisco te cïoen slagen - met succes. Mede door zijn toedoen is de moeilijke Poolsche kwestie tot een oplossing gekomen even eens een feit. om met eere te noemen. En thans is Potsdam al weer achter den rug. Het is nog niet bekend wat zijn aandeel daarin is geweest en of hij zelf volkomen tevreden is over het resultaat. Vast staat echter, gezien ook de personeelswijzigingen bij den buitenlandschen dienst der V. S., dat hij een man is met een eigen visie op de dingen en het is geen wonder dat de we reld, gezien de overwegende positie van N. Amerika, vol interesse is welke wegen deze president verder zal gaan. Het lijken die te zullen zijn, welke den oorlog zullen moeten uitbannen. Blijft hij dat doel nastreven, dan zal zijn naam nu reeds met eere ge noemd niet minder groot zijn dan die van zijn voorganger. nieuwe moeilijkheden te rotterdam? Het bestuur van de Eenheids Vakbeweging en het Collegè van vertrouwensmannen der havenarbeiders hebben een open brief aan den minister-president Prof. Ir. W. Scher- merhorn gericht, waarin gezegd wordt: ,,Er dreigt gevaar. Ondanks alle misleidende berichten, waarmede men het Nederlandsche volk in de waan trachtte te brengen, dat aan de gerechtvaardigde verlangens van de havenarbeiders was voldaan, heerschen in de Rotterdamsche havens nog steeds dezelfde toestanden van rechteloosheid der arbeiders en willekeur der werkgevers, die tot het ernstige conflict van'29 Juni j.l. hebben ge leid. Opnieuw gevoelen de arbeiders zich bedrogen." Verder wordt medegedeeld dat op Woens dag 8 Augustus een massa-vergadering ge houden wordt. De brief vervolgt dan: „Wij hopen dien dag de mededeeling te kunnen doen, dat Nederland inderdaad een demo cratische rechtsstaat is geworden, mede dank zij het ingrijpen van uwe excellentie en het rechtvaardigheidsgevoel der Nederlandsche bevolking. Kunnen wij dit niet, dan zullen - alle verdere gevolgen voor rekening komen van diegenen, die in hun plichtsgevoel te genover ons volk tekort schoten, ten bate van het eigen- en groepsbelang." binnenland Duizenden Canadeesche soldaten werken thans vrijwillig mede aan den wederopbouw van Nederlan'd alsmede aan het binnenhalen van den oogst. Ook op andere wijze verlee- nen zij hulp. Zoo zijn drie Canadeesche compagnieën permanent ingeschakeld bij de voedseldistributie, onder leiding van Neder landsche militaire autoriteiten, zij hakken hout en zijn behulpzaam bij het uit den grond trekken van boomstompen, welke een aanvulling zullen vormen voor de brandstof in den komenden winter. De soldaten ge nieten een uniform loon. Hun loon komt echter niet in eigen zak, maar wordt aan een erkend Nederlandsch herstelfonds ge schonken. Ter gelegenheid van de officieele beëin diging van de werkzaamheden van het Inter Kerkelijk Bureau, welke bestaan hebben in het verstrekken van noodvoeding, heeft ir. S. L. Louwes, de dir. gen. van de voedsel voorziening den dank van de overheid jegens het I. K. B. vertolkt. Het heeft in samenwerking met de autoriteiten op het terrein van de voedselvoorziening ons volk in een barren tijd krachtig geholpen. Ds Gravemeijer sprak namens het centr. best. van het I. K. B. Met grooten spoed wordt er gewerkt aan het dichten van het gat in den Wie- ringermeerdijk. Reeds meer dan 200 M. van den binnenkeileemdam van het nieuwe dijkstuk steekt boven water uit. Ondanks dat het weer de laatste dagen zeer tegen werkt hoopt men op 15 Augustus zoo ver te zijn, dat met de bemaling kan worden be gonnen. De door de N.V. Werkspoor te Am sterdam reeds afgeleverde hulpbemalings- installaties worden opgesteld iets ten N. van het gemaal Lely bij Medemblik. Ambtenaren van den Opsporingsdienst van de Prijzencontrole te Amsterdam heb ben medegedeeld, dat zij een actie beginnen tegen de veel te hooge prijzen op veilingen. Op een veiling werden de volgende prijzen genoteerd: ƒ42 voor een „verdragen" (niet net gedragen) flanellen heerenhemd; ƒ28 voor een paar nieuwe sokken; ƒ20 voor ge stopte sokken; ƒ32 voor 9 gehavende soep borden; ƒ18 voor een gebruikte theepot. Ge meend wordt dat 95 pet. der veilingbezoe kers behoort tot de zwarte handelaren. buitenland Een militaire opstand tegen de regeering van Ecaudor is onderdruk. De dreigende spoorwegstaking op den a.s. Engelschen bank-holiday" is voorko men, doordat inzake de eischen der em- ployé's omtrent loonen en dienstregeling na tusschenkomst van den nieuwen minister van arbeid in principe overeenstemming is bereikt. Er is besloten tot gedeeltelijke demo bilisatie van de militie op Curagao. BIOSCOPEN rembrandt, cinema. De vloot waar op wy dienen. Deze mannelijke film (in de beste beteekenis van dit woord) is gepro longeerd. Hier wordt duidelijk bewezen dat niet alleen de Duitsche sentimentaliteit het verliest tegen het mannelijke, maar ook dat de Britsche opnametechniek,voor den oor log ten achter bij de D^uitsche, thans tot verbluffend sterke prestaties in staat is. Noel Coward is de groote man van deze film, weer een naam om te onthouden. LUXOR, journaalvoorstellingen. Staalstad, de korte titel waarachter reeds het krach tige ligt, dat men hier ziet gebeuren. Van ijzererts naar staalplaten is geen eenvou dige wég, maar de fabrieken weten dien snel af te leggen. In een Engelsche film zien wij dat je in Engeland niet gedwongen bent kansloos je leven te slijten na een ongeluk, waardoor je kreupel, of invalide werd. In de film van den strijd op Okinawa blijkt weer duidelijk het verschil tusschen de geallieer den en de as-landen, de eersten geven eer lijke filmreportages, er wordt niet gedaan ol alle verliezen aan één kant liggen. Ieder een kan zich indenken met welk een enthou siasme generaal Dwight D. Eisenhower, ..Ike", in Amerika wordt ontvangen. Hij heeft blijkbaar niet alleen aan het westfront gewonnen! Silly Symphony", is een tee kenfilm van Disney. Uit een sprookjesboek, Moeder de gans in Hollywood, zien we de figuren steeds levend uit de plaatjes treden en een avontuurtje beleven. Elk persoon en elke handeling is een hoogst vermakelijke karikatuur van Hollywoodsche sterren en hun gewoonten op de film. A G E X D A. Zaterdag 4 Augustus. Stadsschouwburg. 2 uur: Revue van leer lingen der Haarlemsche Middelbare Scho len. 7.30 uur: Max Croiset speelt „De Gedachte". Circus Saltarino: Kinderhuissingel, 2 en 7.30 uur. Rem brandt-theater: De vloot, waarop wij dienen: 2.30, 4.30, 7 en 9.15 uur. Cinema Palace: De vloot waarop wij dienen, 2, 4, 6.30 en 8.45 uur. Luxor: Journaalvoorstellingen, 110 uur (niet doorloopend). Frans Hals: De weg die voor ons ligt, 2.30, 7 en 9.15 uur. Zondag 5 Augustus. Stadsschouwburg: 2 en 7.30 uur: Kinderen van ons volk (Kennemer Tooneelgroep). Rembrandt-theater: De vloot, waarop wij dienen, 2.30, 4.30, 7 en 9.15 uur. Cinema Palace: De vloot, waarop wij die nen, 2, 4, 6.30 en 8.45uur. Luxor: Journaal voorstellingen, 110 uur (niet doorloopend). Frans Hals: De weg, die voor ons ligt, 2. 4,30, 7 en 9.15 uur. Maandag 6 Augustus. Stadsschouwburg: Tooneelgroep 5 Mei 1945: De naamloozen van 1942 (voor oud-ille galen). Wat zoo heerlijk is in Amerika is, dat iedereen zoo blij is Amerikaan te zijn. Levensvreugde is er in dat land. En zelf verzekerdheid. Ep de trots van den burger, die het hoofd hoog doet houden, die een diepen zin voor verantwoordelijkheid jegens gemeenschap en gemeenebest in de harten en de hoofden der menschen brengt. Daar geurt iets in de lucht, dat veer krachtig doet loopen en dat het hart op flinker maat doet slaan. Veel van Europa is er, dat ge er mist: onze oudheid en grijsheid en bestorvenheid, die door de eeuwen niet alleen op onze prachtige steden zijn gelegd, doch ook op onze harten en geesten. En op onze levens, die daardoor een pate en een doffen glans hebben, die ginds niet bestaan. Dat oude van ons kan verrukkend van klaarte zijn en ook van beslagenheid: als het rood en geel en blauw van onze kerk glazen gestold zonnelicht en als het grijs van onze straten en stadhuizen en stadspoorten beslagen zilver. In Amerika is het de ochtend die u bege leidt: een klare, luciede morgen over een groen dal. met een wit-houten, rood- bedaakt kerkje. En boerderijen met den klaren damp van den nieuwen dag om de koebeesten en de geur van hooi rond de schuren. Of ge beleeft den pittigen morgen in de geweldige stad New York, met de werkdrift trillend in de menschen en in de liften, die op en neer suizen in de kantoorgebouwen van Rockefeller Plaza, waar twintigduizend menschen zestig verdiepingen bevolken. Europa is mooi. En Amerika is mooi. Doch de eene schoonheid is de andere niet. Twee werelden. Twee levenswijzen. Twee belijdenissen van het mensch-zijn. Amerika is zoo sterk. Het weet dat 't zoo sterk is. En het is blij en gelukkig om zijn kracht. Dat is de heerlijkheid van dat land. Door zijn sterkte, die zijn heerlijkheid is, is het zoo eerlijk, zoo kinderlijk-eerlijk ver heugd om zich zelf. Voor iederen Amerikaan is Amerika het heerlijkste ter wereld en dat maakt er het leven zoo blij. Zuid-Amerika is, met al zijn zorgen van armoe e^. ziekte en brandende koortsen, zorgeloozer. Havana en Mexico en Bogota en Quito, met hun kerken en paleizen, met hun plaza's en hun capitolen, zijn muziek. Welk een vreugde, daar de zon op de rozen te zien glanzen. Maar Noord-Amerika is: het geluk van de redelijkheid, de bewustheid van de men- schelijke macht; de trots van den burger om het leven zooals hij zich dat zélf met zijn medeburgers heeft gebouwd. Nederland is een heerlijk land. Maar Amerika ook. Wie dat gevoelen kan weet, dat het leven het leven waard is. Ook nu. Mr. E. ELLAS De schilder vertelde. Hij was op dreef. Hij zei: „Jaren geleden kwam er een man bij mij, die een Breitner gekocht had: een Am- sterdamsche gracht. Hij had het stuk bij zich en zette het op een ezel in mijn atelier. Wij bewonderden het samen. Het was een karakteristieke Breitner, een van zijn beste dingen. Ik zei dat en de man antwoordde: „Hum! Jij gelooft dus dat het echt is. Vol gens twee vrienden van mij is dit stuk valsch. Zij vinden het mooi, maar dat doet er minder toe. Zij hebben eens een valschen Breitner gezien en zeggen, dat deze eraan herinnert". „Misschien was de valsche ook mooi", op perde ik. Maar daar wou hij niet van weten. Hij had duizend gulden voor dit stuk betaald. Hij moest weten of het echt of valsch was. Ik moest dat uitmaken. Ik was toch ook een schilder. „Ga liever naar een expert", zei ik. „Die weet zulke dingen zoo precies en geeft een verklaring af". „Hum", zei hij. „Hoeveel kost me dat?" Toen kwam ik op een brillante gedachte en zei: „Ga naar Breitner zelf". Hij leefde namelijk nog. v De. man pakte het schilderij weer in en ging ermee naar Breitner. Hij zette het op een ezel in zijn atelier. Samen bewonder den zij het. „Wat zegt u ervan?" vroeg de bezoeker. „Mooi", zei Breitner. „Heel mooi. Ik wou dat ik het geschilderd had". „Meneer Breitner! Is het dus valsch?" „Valsch. meneer? Waarom? Het is een echt schilderij, gemaakt door een eersterangs kunstenaar". „Maar uw naam staat eronder". „DToevig, meneer. Droevig dat zóó'n ar tiest. zoo'n begaafd man als deze, mijn naam moet gebruiken om een boterham te kunnen verdienen. Maar weet u wat u doet? Niets! Laat hem er on staan. Ik heb er geen enkel bezwaar tegen". En Breitner liet zijn verbaasden bezoeker uit. „Wat mij nu wel eens bezig houdt", zei de schilder, „is ten eerste de vraag of er veel zulke schilderijen bestaan: erkend door den man die ze niet geschilderd heeft en daardoor, al waren ze valsch. toch eigenlijk geëcht. Maar er is een vraag die ik nog inte ressanter vind. HeKiben kunstenaars dubbel gangers of misschien zelfs reïncarnaties? Hoeveel Rembrandts zijn er dan al geweest en hoeveel Velasquessen, hoeveel Titiaans en hoeveel Frans Halsen? En hoe heetten ze allemaal?" „Schel uit", zei ik. Hij begon aan een ander verhaal. Maar nu is het mij weer te binnen ge schoten. En ik vraag met benauwenis: „Hoe veel Vermeers hebben er geleefd, van Delft en elders?" Een goede vangst. De Haagsche Pol. Opsporingsdienst had dezer dagen een lageren officier van den Sicherheitsdienst gearresteerd. Toen de bu ren den nacht na de arrestatie een verdacht geluid hoorden in het huis waarin de officier had gewoond, waarschuwden zij onmiddellijk den P. O. D., die nog juist op tijd kwam om een zoon van den S. D.-man te betrappen bij het openbreken van een houten hok tus schen twee vloeren. Tn deze ruimte bleek een enorme voorraad gouden armbanden, horloges, penningen, broches, colliers, das spelden. oorbellen, ringen met diamanten enz. verborgen te zijn. De waarde van deze collectie wordt op niet minder dan 2 mil lioen gulden geschat. Een radio-rede van den Minister van Oorlog. IN de serie wekelijksche radio-redevoe ringen „Op de brug" heeft Vrijdagavond de minister van oorlog, mr. J. Meynen, een rede gehouden over ons nieuwe leger. Spreker verklaarde: Wat tot heden is ge schied is niet meer en niet minder dan met den grootst mogelijken spoed militaire on- derdeelen te formeeren welke als hulpver- leeningseenheden aan de geallieerde oor logsvoering in het Westen een bijdrage kon den leveren. Niet wachten tot we met een volledig uitgeruste divisie aan den strijd konden deelnemen was het parool. In het Zuiden des lands werd het oorspronkelijk gebrek aan uitrusting aan schoenen, aan kleeding en voedsel goedgemaakt door een laaiend enthousiasme. Soms werd op klompen, in onverwarmde wachtlokalen dienst gedaan, zóó, dat de geallieerde com mandanten er den grootsten lof voor had den. 200.000 MAN Globaal genomen zijn noodig 200.000 man: ongeveer 100.000 voor de expedi- tionnaire macht, 27.000 voor de gezags- bataljons (inclusief N.I.C.A.-personeel) 50.000 man voor bezettingstroepen in Duitschland, tenslotte het personeel der luchtstrijdkrachten, plus additio- neele eenheden. Hieronder is niet gere kend het personeel van de vloot, waar onder 8000 mariniers zijn, die in Ame rika worden opgeleid. Het is niet mogelijk om tegelijk zoowel of ficieren als onderofficieren en manschap pen door Engelsche instructeurs te laten opleiden. De manschappen moeten opgeleid worden door Nederlandsche officieren en onderofficieren. Eenige honderden officie ren zijn reeds naar Engelsche trainings- scholen vertrokken; zij zullen binnenkort gevolgd worden door vele honderden onder officieren. Als dit kader in snel tempo op geleid is, komen de manschappen aan de beurt. Verwacht wordt dat de eerste divisie van de expeditionnaire macht (rond 20.000) in October-November naar Engeland zal gaan voor opleiding. Door gebrek aan scheepsruimte komt ver traging in de uitvoering van het plan om te beginnen met Augustus elke 14 dagen 2500 man naar Australië te zenden voor oplei ding van de gezagsbataljons. Dit scheeps- tekort ontstaat o.a. doordat honderdduizen den Amerikaansche en Canadeesche solda ten gedemobiliseerd worden. NOG VECHTEN TEGEN JAPAN? Aangenomen mag worden, dat de eerste divisie der expeditionnaire macht in de eer ste helft van 1946 gereed en gevechtsklaar zal zijn; de tweede ongeveer vier maanden later. Men vraagt wel eens of onze expedition naire macht nog een taak in Indië te ver vullen zal hebben. Het is niet aan te geven, wanneer Japan den strijd zal opgeven. Men dient er ernstig rekening mede te houden, dat bij een ineenstorting van het Japansche militaire apparaat de weerstand niet auto matisch wordt opgeheven op de verschillen de deelen en eilanden, waar de Japanners zijn gevestigd. De minister acht het dan ook waarschijnlijk, dat voor het veroveren van hecle eilandengroepen in Indië deze expeditionnaire macht nog noodig zal zijn. I)E GEEST IX HET NIEUWE LEGER Ook vestigde de irïinister er de «aandacht op dat Nederland een legerorganisatie moet opbouwen, die aansluit bij die onzer bond- genooten en die toch het Nederlandsche ka rakter en het Nederlandsche belang scherp ln het oog houdt. Hier komt aan de orde een probleem van het allergrootste belang, namelijk de volksopvoeding. Voor een goed en daadkrachtig leger is allermeest noodig het ontwikkelen van een sterk saamhooi'ig- heidsgevoel. Allen zijn raderen van hetzelf de uurwerk, dat alleen' feilloos werken kan als het gesmeerd wordt door den „goodwill", de saamhoorigheid van alle medewerkers. Officieren, onderofficieren en manschappen hebben in het leger te dienen. De offi cieren en onderofficieren der geallieerden hebben geleerd zich aan de manschappen te geven, niet alleen gedurende den diensttijd, maar ook daarna. Zij zien de manschappen niet alleen als nummers. Men kan niet een- twee-drie de Nederlandsche mentaliteit ver anderen, maar toch wordt gehoopt, dat in het nieuwe Nederlandsche leger een andere geest zal ontstaan dan er vroeger was. De minister vond het gelukkig, dat er gen groote groep van personen is die zich vrijwillig gemeld heeft voor het leger. An derzijds is er een groep van personen die liever geen dienst nemen en zich kramp achtig vastklampen aan hun maatschappe lijke functie. De juiste weg is dat de jonge menschen zichzelf aanmelden en dat zij p.an de overheid overlaten om te beslissen of het gewenschter is hen eventueel te laten in hun tegenwoordige positie. Zij, die meenen op grond van een eind examen Gymnasium of H.B.S. een soort recht te hebben op kaderopleiding, vergis sen zich. Zij. die meenen, dat de verstande lijke ontwikkeling met de geschiktheid voor leider niets te maken heeft, vergissen zich eveneens. Naast een dosis gezond verstand en een bepaalde kennis van het vak is aller eerst een geschikt karakter noodig, waarbij leiderskwaliteiten ook onder moeilijke en gevaarlijke omstandigheden wel van het grootste belang zijn. GEEN VERGRIJSDE KAPITEINS Na vijf jaren krijgsgevangenschap is het beroepskader thans grootendeels uit de kampen teruggekeerd en het staat dus weer ter beschikking. Duidelijk is het, dat voor een gevechtsleger een verjonging van het kader noodzakelijk is. Men moet ook om de bovengenoemde eischen van verstand en karakter in een vechtend leger te kunnen doorvoeren met jongere menschen kunnen werken. Dit brengt met zich mede, dat de pensioen-gerijpte personen uiteraard ook gepensionneerd zullen worden, of althans een functie zullen krijgen, die buiten de di recte legerorganisatie staat. Bovendien zal de rang verbonden worden aan een maxi- malen leeftijd, zoodat het instituut van de vergrijsde kapiteins vervalt. Teruggekeerde beroepsofficieren moeten een herscholing ondergaan. Van de reserve officieren zal men het gedeelte onder de wapenen roepen die gezien hun leeftijd het best bruikbaar zijn en die wat hun karakter en persoonlijkheid betreft het meest passen in het nieuwe leger. WIE WORDEN OPGEROEPEN? Hoeveel mannen zullen onder de wape nen geroepen worden? De minister schat het aantal vrijwilligers op 100.000 a 110.000. Een lichting wordt getaxeerd op 30.000 man. Dit zou dus neerkomen op het oproepen van 3 lichtingen. Het oproepen van de eer ste lichting is niet te verwachten voor de lente van 1946. In den zomer en den herfst zouden dsn de volgende aan de beurt ko men. Opgeroepen zullen worden zij, die in het jaar 1946 den leeftijd van 20 jaar en even tueel die van 21 en 22 jaar hebben bereikt. Het is denkbaar, dat van de 3 lichtingen er vier of vijf worden gemaakt, vooral als er veel uitvallers zouden zijn. Het ligt echter algemeen gesproken niet in de bedoeling om alle vroegere legerlichtingen op te roe pen, uitgezonderd dan degenen, die, zooals ook reeds geschiedde, in verband met hun vakbekwaamheid, welke in het leger noodig is, niet gemist kunnen worden en die niet op een andere wijze te verkrijgen zijn. Dat de diensttijd vooral bij een strijd in het Verre Oosten en een voortgang van den oorlog onbeperkt is, dat wil zeggen clat de duur niet met eenige zekerheid kan worden bepaald, spreekt vanzelf.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1945 | | pagina 2