Haarlems Dagblad Subsidies voor Kunst Overeenstemming in Bata'via Aanvullende Nederlandsche nota te Londen overhandigd Verzoenend gebaar van Stalin Opleggerbussen voor de N. Z. H. Twee doodelijke ongelukken in IJmuiden 61e Jaargang No. 18542 Bureaux: Groote Houtstr. 93, Tel. Admin. 10724, 14825, Redactie 10600, Directeur-Hoofdredacteur 15054. Bijkantoor H.N., Soendaplein 37, Tel. 12230. Drukkerij ZzB. Spaarne 12, Tel. 12713, 10132. Zaterdag 25 Januari 1947 Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen. Abonnement:prijs per week 31 cent, per kwartaal ƒ4,Franco per post ƒ4,50. Postgiro 273107. Advert.tarieven op aanvraag bij de Administratie Directeur-Hoofdredacteur: Robert Peereboom Uitgave van de Stichting Voorlichting te Haarlem EEN commissie uit Provinciale Staten van Noordholland heeft zich bezig ge houden met een dierbaar oud onderwerp: de vraag of de subsidie voor de Haarlem- sche Orkest Vereeniging verhoogd moest worden. Er bestond blijkbaar misverstand, want men meende dat de gemeente Bloe- mendaal haar subsidie geheel zou schrap pen en dat is niet zoo. De gemeenteraad heeft deze week slechts besloten tot hal veering van het bedrag. Voor de H.O.V. zou het niettemin belangrijk zijn als de provincie dit verschil voor haar rekening nam en aangezien het geen groote som betreft en de p'rovincie, in tegenstelling tot de meeste gemeenten, geenszins „noodlij dend" is maar zelfs een sluitende begroo ting bereikt, moet men hopen dat dit ge schieden zal. Het ter vergadering aanwe zige lid van Gedeputeerde Staten heeft er geen animo voor getoond. Hij heeft opgemerkt dat de provinciale subsidie voor de H.O.V. al verdubbeld is, zoodaV zijns inziens een npg verder gaande verhpoging buitensporig zou zijn. Bovendien is een verhouding van lt) tot 25 tusschen de pro vinciale subsidies voor H.O.V. en Concert gebouw-orkest z.i. alleszins verantwoord en men kan het wegvallen van inkomsten uit Bloemendaal betreuren, maar dat is nog geen reden voor onmiddellijk ingrijpen. De gevolgen' zullen het volgend jaar moeten worden bezien, zei de Gedeputeerde, die aldus op de bres stond voor de provinciale geldmiddelen. Het is mij niet bekend volgens welke geleerde formule men de verhouding tus schen subsidies voor verschillende kunst instellingen berekent en daarom sta ik een beetje schuchter tegenover die berekening van 10 tot 25, maar als de provincie het kan doen zou zij de moeilij'kheden van de gemeenten tijdelijk helpen opvangen, zij het dan „sans préjudice". Ik vrees ove rigens dat die er voor de-kunst-subsidies in het algemeen niet rooskleurig uitziet, hetgeen een onprettige gedachte is. In het vooruitzicht is men geneigd er nog eens de aandacht op te vestigen, dat sommige kunst-instellingen, die ter bevordering van cultuur en beschaving onmisbaar zijn, zelfs in tijden van de grootste welvaart zichzelf niet kuit eigen middelen kunnen financieren. Daartoe behooren orkesten. In het verleden hebben wij vaak hooren be- toogen, vooral door menschen die geen be langstelling voor muziek hebben, dat zij dat dan maar wèl moesten kunnen, even als een of andere commercieele instelling. Maar dit soort betoog baat niets. De erva ring in binnen- en buitenland heeft al te duidelijk geleerd, dat het nu eenmaal niet gaat en hetzelfde is op den duur gebleken bij tooneelgezelschappen en het allerdui delijkst bij de opera. Het groot aantal me dewerkenden dat bij deze- kunstuitingen bezoldigd moet worden zelfs al geschiedt dat op allesbehalve royale wijs de hooge kosten van materiaal, c.q. van dé cors en requisieten en de belangrijke be dragen voor reiskosten veroorzaken de tekorten, die door overheids-subsidies ge dekt moeten worden. En dat het maar een klein deel der bevolking geldt, dat op hooge kunstuitingen gebrand is, mag nooit reden zijn om ze te verwaarloozen. Ook op het gebied der muziek is immers afdoende aan getoond, dat men met weloverlegd beleid de publieke belangstelling wel degelijk kan uitbreiden. Het instituut der volkscon certen heeft in de tien jaar voor den oor log een wel inspannenden en moeizamen, maar toch met veel succes bekroonden ver overingstocht gemaakt. Ik geloof niet dat men dat bij de pro vinciale overheid van Noordholland on derschat en evenmin, dat men daar de kunst onwelwillend gezind zou zijn. In het algemeen is er na den-oorlog meer begrip ontstaan voor cultureele waarden een begrip dat veelal ontbrak in onze jaren van welvaart, toen men zonder bezw.aar meer had kunnen doen en het naliet. Dit lijkt op j een ironie van het noodlot, maar de oor zaak is niet toevallig. Tijden van zorg en beproeving leiden tot meer bezinning op de hoogere waarden des levens: tijden van welvaart brengen oppervlakkigheid en on verschilligheid bij velen. Er wordt nu nog vlot gesubsidieerd: in vele gevallen uit tekorten, zooals door de gemeente Amsterdam, die een begrootings- tekort van 43 millioen heeft en een mil- lioen voor kunst-subsidies heeft bestemd. De Groene Amsterdammer, die daar deze I week de aandacht op vestigt en het verde digt, omdat anderen het bestrijden, zegt dat dit millioen niet improductief is, al brengt hét rechtstreeks niets op. Daar ben ik het mee eens. De Groene gaat -verder als zij opmerkt, dat hetzelfde voor de politie en den keuringsdienst voor waren' geldt. Dat is letterlijk waar, maar de hoedanigheden zijn niet vergelijkbaar. Bij de uitgaven voor politie en keuringsdienst geldt absolute noodzaak. Dat valt niet te ontkennen en daarom geloof ik dat wij voorstanders van kunst-subsidies niet met dit soort vergelij kingen moeten komen. Het is niet juist. Wèl geloof ik dat het noodig zal zijn, het betere begrip voor cultuurwaarden te blij ven voeden: de vlam brandende te houden. Want het zal straks een moeilijke geschie denis worden. Misschien zal men het zoover kunnen brengen, dat in landelijke samen werking het bedrijfsleven en andere parti culiere instellingen willen meehelpen. Want het zal moeten slagen. R. P. Maatregelen ter verbetering van den toestand Naar Un. Press uit Batavia meldt, heb ben de Indonesische en Nederlandsche de legaties Vrijdagavond overeenstemming be reikt over de te nemen maatregelen ter verbetering van de situatie. Verdere bij zonderheden dienaangaande werden echter niet onthuld. Dinsdag zullen de delegaties opnieuw bijeenkomen. Tn de duisternis verdronken "s Avonds is de bejaarde veehandelaar A. P. uit Haarlemmermeer bij de Cruquius in de Kruisvaart geraakt en verdronken. Men ver moedt dat het slachtoffer door de duisternis tttisleld is. Nadere inlichtingen, hoofdzakelijk van technischen aard Heden is aan de plaatsvervangende ministers van buitenlandsche zaken van de Groote Vier te Londen een aanvullend memorandum van de Nederlandsche Regecring over handigd met betrekking tot de vaststelling van de toekomstige Nederlandsch-Duitsche grens en aanverwante problemen. Ter inleiding zegt de regeering daarin het volgende: In haar memorandum van 5 November 1946 heeft de Nederlandsche regeering haar standpunt kenbaar gemaakt ten aanzien van de toekomstige Nederlandsch-Duitsche grenslijn en verwante problemen. Te dien tijde was nog geen beslissing getroffen met betrekking tot de procedure, die gevolgd moest worden bij de beschouwing van hët Duitsche vraagstuk; derhalve was Hr. Ms. regeering van oordeel, dat in die omstan digheden een beknopte uiteenzetting van haar standpunt voldoende zou zijn. De raad van ministers van buitenlandsche zaken echter heeft bij nota van 7 Januari 1917 Hr. Ms. regeering uitgenoodigd aan de vertegenwoordigers voor Duitschland schriftelijk mededeeling te doen van haar zienswijze ten aanzien van de aspecten van het Duitsche probleem, die voor Nederland van belang zijn. Hr. Ms. regeering acht derhalve het oogenblik gekomen nadere inlichtingen te ver strekken. voornamelijk van technischen aard, met betrekking tot de vraagstukken opgeworpen in haar bovenvermeld memorandum van 5 November. Aan het aanvullend memorandum is het volgende ontleend: Historische aspecten. De historische beschouwing van de grens tusschen Nederland en Duitschland en te vens van de daarin voorgestelde verande ringen, dient een prealabel onderscheid te maken ten aanzien van de grensgedeelten ten zuiden en .ten noorden van den Rijn. In het Noordelijk gedeelte, langs de Duitsche provincies Westfalen en Hanno ver, is de grens sedert langen tijd nage noeg constant gebleven. Zoo desalniette min wijzigingen ook in dit grensgedeelte historisch zijn te rechtvaardigen (en alleen het historisch aspect wordt hier bespro ken), heeft dit de volgende reden, eerst in het jongste verleden sedert Bismarck heeft de grens een absoluut, cultureel- en economisch-uitsluitend, karakter verkre gen (waardoor misstanden eerst in den jongsten tijd voelbaar zijn geworden). Breedvoerig wordt uiteengezet dat er gegronde redenen zijn voor de verlangde grenscorrecties. Alle punten worden nog eens opgesomd en nader toegelicht, in het bijzonder wat de grens langs de Duitsche Rijnprovincie betreft. Samenvattend kan men zeggen, dat de door Nederland voorgestelde grenswijzi giqgen overeenstemmen met de histori sche ontwikkeling der grens en van het historisch overgeleverde grensbeloop slechts die veranderingen nastreven, die hetzij strekken tot rectificatie van vroeger be gane fouten of omissies, hetzij vereischt worden door de nieuw in het spel ge brachte factoren. Daarbij -is ernaar ge streefd, aan het historisch gezag van het geen lang heeft bestaan, vooral ten aanzien van het Noordelijk gedeelte der grens, vol recht te doen wedervaren. Economische desiderata. Vervolgens worden de desiderata die Nederland op economisch gebied gesteld heeft nader toegelicht. Inwilliging dezer eischen is voor Nederland van het aller grootste belang. De hierbij betrokken vraagstukken zullen thans ter hand moeten worden genomen, ten einde te bereiken, dat het regime, dat thans in het bezette Duitschland geldt zoo snel mogelijk wordt .aangepast bij het stelsel, dat voor het vre desverdrag wordt nagestreefd. De proble men, de oneerlijke concurrentie der Duit sche zeehavens en het monetaire regime betreffende, vereischen onmiddellijk aan dacht, terwijl de vraagstukken, die met het Duitsche kanalenstelsel verband houden, daarentegen een minder dringend karakter dragen. Voor een redelijk herstel van de wel vaart van Nederland is absoluut noodzake lijk het openen van alle wegen, die er toe kunnen leiden dat Nederland niet gilleen weer toegang krijgt tot zijn natuurlijk ach- tefland, doch vooral, dat dit onder voor waarden kan geschieden waarbij iedere discriminatie wordt uitgesloten. Nederland vraagt daarbij den vrijen Rijn. Het achterland van Nederland strekt zich geographisch ook uit tot de Donaulan- den, alleen al om die redenen mag Neder land het recht verlangen, dat het transito- verkeer door Duitschland naar beide rich tingen zonder discriminatie voor Neder land openstaat en dat daarmede ook bij de havenpolitiek van andere dan de Duitsche Noordzeehavens wordt rekening gehouden, onder andere Triest. De mijnen. Wat de mijnen betreft, die thans in ex ploitatie zijn, gaat het hier niet uitsluitend om de overdracht der concessies en van de eigenlijke mijnen, maar ook om alles wat daai'mede annex is zooals de bedrijven tot het winnen van nevenproducten, even- tueele haven- en andere tot het bedrijf behoorende verkeersinrichtingen. De over dracht van de concessies, mijnzetels en alles wat daarmede verband houdt, zal zonder tegenprestatie dienen te geschieden. Overwogen zou kunnen worden om Ne derlandsche vooroorlogsche investeeringen in den Duitschen steenkolenmijnbouw in te wisselen in de bij het memorandum van 5 November 1946 bedoelde mijnen. De Nederlandsche regeering stelt er prijs op te verklaren, dat voor zoover de kolen niet voor de Nederlandsche consumptie zouden blijken noodig te zijn, afzet op de wereldmarkt of in Duitschland zal geschie den binnen de grenzen van mogelijke inter nationale regelingen op het gebied van de kolen verzorging. Waar het beheer, zoowel economisch als technisch, geheel een Nederlandsche aan gelegenheid zal zijn, zal moeten vaststaan, dat Duitschland (c.q. een Duitsch land) van zijn souvereiniteitsrechten geen enkel gebruik mag maken, dat zou neerkomen op een discriminatie ten koste van Nederland sche belangen. De niet in exploitatie zijnde concessies worden voor onbepaalden tijd gevraagd, daar alleen op die basis kan worden verwacht dat de aanzienlijke ka- pi taalinvestatie, die voor de toekomst nood zakelijk zou zijn, verantwoord is. Ten overvloede wordt er nog eens op ge wezen, dat de „gewerkschaft Sophia Ja- coba" voor 100 pet. toebehoort aan een Nederlandsche naamlooze vennootschap. Waterstaatkundige toestand. Het derde hoofdstuk geeft een beschrij ving van den waterstaatkundigen toestand langs de Nederlandsch-Duitsche grens en de daarin gewenschte veranderingen. In het algemeen wordt een goede ont wikkeling van een grensgebied bevorderd, indien aldus de nota aan verschillen de voorwaarden ten aanzien van het ver keer wordt voldaan, zooals: de kortste verbindingsweg tusschen twee plaatsen nabij de grens mag deze grens niet snijden, indien de plaatsen aan dezelfde zijde van de grens liggen. Ter weerszijden van de grens moeten behoorlijke doorgaande verbindingen on geveer evenwijdig aan de grens aanwezig zijn of kunnen worden gemaakt. Ten aanzien van de spoorlijnen geldt hetzelfde als voor gewone wegen, echter is het voor een spoorlijn geen bezwaar indien zij over korten afstand vrij dicht langs de grens loopt, daar een rijdende trein min der gelegenheid tot smokkelen biedt. Over de stroomgebieden zegt de nota: Vrijwel geen enkel stroomgebied valt geheel binnen Nederland en bovendien is Nederland steeds de water-ontvangende partij met onbeteekenende stroomopper- vlakten op Nederlandsch gebied, doch veel al met overlast van bijzonderen afvoer van bovenwaarts gelegen gronden. Op Duitsch gebied zijn meermalen verbeteringen in den waterstand aangebracht, die werken op Nederlandsch gebied noodig maakten, zonder dat hiervoor in de kosten daarvan werd meebetaald of werden vervuilingen toegelaten, die benedenstrooms overlast veroorzaakten. Het is bij geen enkele der voorgestelde grenswijzigingen mogelijk de grens geheel langs de waterscheidingen te leggen. Daar door zal in het vredesverdrag steeds een bepaling moeten worden opgenomen, die regeling der overblijvende vraagstukken voorschrijft. Hierbij zou in het algemeen zijn te bepalen: dat de waterafvoer in de in beide landen gelegen stroomgebieden op zoodanige wijze zal worden verzekerd, dat overstroom in- gen en voor dpn landbouw nadeelige hooge waterstanden en de afvloeiing van hin derlijk vervuild of chemisch of bacteriolo gisch verontreinigd water van 't eene naar het andere land worden voorkomen, be staande bronnen van die verontreiniging moeten ten genoegen van Nederland wor- den weggenomen. Ten aanzien van het vraagstuk van de Een Spaansche journaliste, die niet een N ederlandsche collega een bezoek aan Mar ken, bracht, kon niet meer terug doordat de Gouwzee inmiddels dichtgevroren was. Zij liet zich echter niet ontmoedigen en schreef temidden der ijsschotsen een relaas van haar Jjselijke" ervaringen, Dr. van Mook wenscht op geschikt moment af te treden De luitenant-gouverneur- generaal heeft echter nog geen verzoek ingediend In welingelichte kringen te Den Haag verklaart men naar aanleiding van het Aneta-telegram van gisteren, dat een af treden thans van dr. Van Mook tegen spreekt, dat de nadruk in dit telegram wel moet vallen op het woord „thans". Voor het huidige oogenblik is een heen gaan van den luitenant-gouvemeur-gene- raal, zoo is in deze kringen de - meening, niet te verwachten, maar men onder streept nog eens. dat met de mogelijkheid van zulk een heengaan in de nabije toe komst moet worden rekening gehouden. Reeds sedert geruim en tijd koestert dr. Van Mook het verlangen van zijn functie te worden ontheven op een daartoe ge schikt tijdstip. Dat tijdstip, aldus welingelichte krin gen te Den Haag, achtte de regeering eeni- ge maanden geleden nog niet gekomen. Zou evenwel de luitenant-gouverneur thans een desbetreffend verzoek indienen dit is, naar men verzekerde, nog niet geschied dan zou de regeering tegen zijn aftreden geen bezwaar maken. Omtrent een datum van eventueel af treden is daarom uit den"aard der zaak op dit oogenblik nog niets te zeggen. Het zou echter in de lijn liggen, dat de luitenant-gouverneur-generaal niet heen gaat, voordat de conferentie te Pontianak medio Februari zal zijn gehouden, welke den voorbereidenden arbeid voor de be paling van den status der verschillende In donesische gebiedsdeelen zal verrichten. KLEEDING VOOR GEREPATRIEERDEN De kleedingmagazijnen van den Repatri- eeringsdienst worden op 1 Maart gesloten. Uiterlijk tot 15 Februari kunnen bij de distributiebureaux voor oorlogsslachtof fers, verzoeken om kleedingruil en klach-* ten omtrent kleedingmoeilijkheden wor den ingediend. Op den nationalen feestdag vrijaf De Stichting van den Arbeid adviseert het Nederlandsche bedrijfsleven ter gelegenheid van de blijde gebeurtenis in het Prinselijke gezin een dag vrij te geven met behoud van loon en dezen vrijen dag niet als z.g snipper- vacantiedag op het aantal vacantiedagen in 1947 in mindering te brengen. Het woord is aan. Daniël: Op een afstand lijkt het gevaar altijd grooter. Hoe dichter men is bij datgene, tl'aar men bang voor is, des te minder lang is men. Geen ruimte voor misverstand over het Britsch-Russisch verdrag Een Britsch-Russisch meeningsversehll, in het leven geroepen door het Russische regeeringsorgaan de Prawda, ls thans op gelost door een verzoenende nota van Sta lin aan den- Britschen minister van Bui tenlandsche Zaken Bevin, waarin de Rus sische leider vaststelt dat „er geen ruimte is voor een misverstand". Het betrof hier de waarde van het Engelsch-Russische bondgenootschapsverdrag. De Prawda had in een artikel beweerd, dat Bevin in zijn rede van 22 December, gehouden bij zijn terugkeer van de New Yorksche UNO-vergadering, had laten doorschemeren dat Engeland het Engelsch- Russische verdrag terzijde had gesteld en zich aan niemand verbonden achtte. Deze interpretatie heeft Bevin in een nota aan Stalin als onjuist gekenmerkt, en Mont gomery heeft tijdens zijn bezoek aan Mos kou nog eens duidelijk gezegd, dat Enge land veel waarde aan het verdrag hecht. Stalins antwoord op de nota van Bevin werd gisteren door den Russisch en ambas sadeur te Londen aan Bevin overhandigd. Het was in verzoenende bewoordingen ge- Op het vliegveld Schiphol arriveerde gist Sir Basil Brooke, die, vergezeld van zijn e ermiddag de premier van Noord-Ierland, chtgenoote, een bezoek aan ons land brengt. verontreiniging van het Rijnwater door in dustrieën of anderszins zal zijn te bepalen, dat Duitschland zich verplicht mede te werken aan een oplossing, waarbij nieuwe bronnen van verontreiniging of vergroo ting van de bestaande "bronnen is uitgeslo ten, terwijl er naar wordt gestreefd de be staande verontreiniging door doelmatige middelen te verminderen of zoo mogelijk op te heffen. Eems en Dollard. Ten aanzien van de landaanwinningsmo gelijkheden en de daaruit voortvloeiende afwateringsproblemen worden een reeks bepalingen voorgesteld. Nadere studie doet de wenschelijkheid duidelijk worden om de ten Oosten van de Dollard gelegen „Ka- nalpolder" binnen Nederland te trekken, den zeedijk ten Oosten van de ontworpen grens buiten te sluiten en ten Zuiden van de Dollard de grens eenigszins westwaarts te leggen. De totale oppervlakte wordt hierbij weinig beïnvloed. Duitschland heeft de bevoegdheid om over een strook van 500 m. breedte ten be hoeve van op Duitsch territoir gelegen zee dijken werken aan te leggen en te onder houden, echter uitsluitend ten behoeve van de zeewering of van de afwatering van achtergelegen gronden. Ten behoeve yan de scheepvaart op Ein den zal Nederland op zijn territoir de noo- dige werken uitvoeren ter verkrijging van een voor de scheepvaart voldoenden toe gangsweg, de kosten komen ten laste van Duitschland. Beloodsïng van voor Nederlandsche ha vens aan de Eems bestemde of vandaar vertrekkende schepen geschiedt door Ne derland, die van voor Duitsche havens aan de Eems bestemde of vandaar vertrekken de schepen door Duitschland- De Duitschf loodstarieven mogen niet lager zijn dan d' Nederlandsche. Nederland en Duitschland zullen geza menlijk de reglementaire bepalingen vast stellen. geldende voor de scheepvaart op het gebied waar de grens door het midder van de vaargeul loopt. Deze bepalingen zullen zich zoo nauw mogelijk aansluiten aan die betreffende het op Nederlandsch gebied gelegen gedeelte van.de monding. Nederland heeft het recht over de Eems op zijn gebied een of meer bruggen te leg gen. Het verbindt zich daarbij volledig rekening te houden met de scheepvaartbe- langen. Twentekanaal. Ten aanzien van de scheepvaartwegen wordt in de nota nog opgemerkt, dat. door het Twentekanaal in Oostelijke richting op Duitsch gebied door te trekken naar het Dordtmund-Eemskanaal en daardoor te vens naar het Mittellandkanaal, een goe de, voor groote schepen bevaarbare, Oost- West verbinding tusschen de Nederland sche vaarwegen en het kanaalstelsel wordt verkregen, wat voor beide landen van be lang kan zijn. Een grensverbetering is hierdoor niet noodig, wel de medewerking van Duitsch land voor de totstandkoming van het daar voor noodige kanaalvak op Duitsch gebied. Naar wü vernemen heeft de N'.Z.H. drie groote oplegger-bussen aangeschaft van hetzelfde model als de Nederlandsche Spoorwegen op het traject Nijmegen Zwolle in gebruik hebben en de Neder landsche Buurtspoorwegen in het Gooi. Deze bussen bieden plaats aan 80 personen, verdeeld over 52 zit- en 28 staanplaatsen. De |M.Z.H. zal dit materiaal van morgen af op het traject Noordwijk-aan-Zee Haarlem inleggen, zoodat de klachten over de te geringe capaciteit der op die lijn ge bruikte bussen dan wel tot het verleden zullen behooren. Tevens heeft de maatschappij voor de lijn Noordwijk aan Zeeden Haag deze week een nieuwe Chaussonbus, waarmee 55 pas sagiers vervoerd kunnen worden, gekocht, een tweede zal binnenkort volgen. Ten behoeve van het gezelschapsvervoer en de stadslijnen te Haarlem werd een klein aantal gebruikte Engelsche auto bussen aangeschaft. steld en luidde: „Uw boodschap en de ver klaring van de Britsche regeering licht de zaak volledig toe en laat in het geheel geen ruimte over misverstand. Het is thans duidelijk dat u en ik hetzelfde standpunt deelen met betrekking tot het Engelsch-Russisch verdrag". Stalin ga£ verder te kennen dat Rusland een Britsch voorstel om de thans vdbr twintig jaar geldende alliantie tot vijftig jaar uit te breiden, zou overwegen, indien het ver drag zoodanig wordt gereviseerd dat het wordt bevrijd van „de bepalingen die dit verdrag verzwakken". Bevin heeft den Britschen ambassadeur in Moskou verzocht, Stalin zijn dank over te brengen voor deze openhartige verkla ring. Het is zeer merkwaardig dat de Prawda, ondanks deze ondubbelzinnige verklaring van de hoogste Sovjet-autoriteit, voort gaat met de juistheid van haar interpre tatie te verdedigen en de verdediging van de Britsche regeering te bestrijden. Het blad houdt vol, dat de uitlating van Bevin op 22 December een devaluatie van het Britsch-Russische bondgenootschap betee- kende. De Grieksche regeering verbreed De Grieksche regeering, die na het af treden van Tsaldaris gevormd is door den populist Maximos, oud-gouverneur van de Bank van Griekenland, bestaat uit verte genwoordigers van de sociaal-democraten, reformisten, de partij der nationale bevrij ding, het democratische bevrijdingsleger en de populisten. De EAM werd buiten de be sprekingen gehouden en ook de partij van Sofoulis, de liberalen, hebben niet aan de kabinetsformatie medegewerkt. Wel is een liberaal, Venizelos, tot de regeering toege treden zonder mandaat van zijn partij. De vroegere premier Tsaldaris is als vice- premier en minister van Buitenlandsche Zaken in de regeering opgenomen. De nieuwe regeering heeft den steun van een groote parlementsmeerderheid. Koninklijke belangstelling voor Amsterdamsche haven De Koningin heeft zich gisteren door een zestal deskundigen, die Zij In het pa leis op den Dam te Amsterdam heeft ont vangen, laten inlichten over de Amster damsche haven en alles, wat daarmede samenhangt. De delegatie bestond uit den burgemeester van de hoofdstad, mr. Arn. d'Ailly, den heer W. Rehbock, directeur der Hollandsche Stoomboot Maatschappij en voorzitter van de vereeniging „Amster damsche Haven", prof. Th. Limperg Jr., voorzitter commissie van advies inzake de handelsbetrekkingen van Amsterdam en hoogleeraar aan de gemeentelijke universi teit, den heer L. Boogerd, directeur Han delsinrichtingen, den heer G. Warnderink Vinke, oudste firmant der Fa. Vinke en Co. en den heer A. Verschure, directeur der Scheepswerven en machinefabrieken Verschure en Co. Felix Timmermans overleden Tn den nacht van Donderdag op Vrijdag overleed op 60-jarigen leeftijd in zijn geboor teplaats Lier de Vlaamsche schrijver, schilder en boekverluchter Felix Timmermans. Gewonde militairen repatrieeren Van de „Kota lnten", die den Isten Februari te Rotterdam uit Indië ver wacht wordt met gewonde leden van dc Land- en Zeemacht, en dc Luchtstrijd krachten. is een passagierslijst, vermel dende 286 namen, op onze kantoren te Haarlem en IJmuiden aangekomen. Binnen vierentwintig uur hebben zich in IJmuiden twee verkeersongelukken voorgedaan, die beide den dood van een der betrokkenen veroorzaakt heb ben. Het eene ongeluk had plaats heden- •chtend ongeveer negen uur op den Zee- veg en heeft den 68-jarigen gehuwden vee- iouder P. Sneekes te Driehuis het leven iekost. Sneekes reed met een met een paard be- paönen wagen, en passeerde bij de Nach- .egaallaan een ander voertuig. Juist op dat oogenblik kwam een groote vrachtauto van de P. S. IJ. voorbij. Deze raakte den wagen van Sneekes, waardoor het paard op hol sloeg. Sneekes viel van den bok en werd door het linkerachterwiel van de vrachtauto overreden, met het gevolg dat hij zoodanig aan het hoofd gewond werd, Jat hij onmiddellijk overleed. Het lijk van Jen heer Sneekes, die in R.K. sportkringen een bekende figuur is, werd naar het sec tiegebouwtje van het hoofdbureau van politie in Velsen overgebracht. Bij het uitwijken heeft de vrachtauto een paal van de lichtleiding omver gereden. De 29-jarige gehuwde vischhandelaar L. Klinkenberg, wonende in de Bloemstraat te IJmuiden, reed Vrijdagmiddag op den Velserduinweg met zijn motorrijwiel in dc richting van den Zeeweg en was vermoede lijk op weg naar zijn vader, die in Sant poort woont. Volgens ooggetuigen reed hij met matige snelheid door de scherpe bocht van den Velserduinweg. Een eind van de bocht stond geheel aan den rechterkant van den weg een vrachtauto van den heer v. d. K. Daar er geen tegenliggers waren en het overblijvende deel van den rijweg dus ge heel vrij was. bleef er voldoende ruimte voor den motorrijder over om te passeeren, doch op onverklaarbare wijze botste de heer K. tegen de auto. Hij vloog van het zadel en kwam met het hoofd tegen de auto terecht, waardoor hij zoo ernstig werd gewond, dat hij onmiddellijk overleed. De eenige verklaring die men voor het onge luk weet te geven is, dat de heer K. den motor nog slechts korten tijd bereed en er daardoor wellicht nog niet geheel mee ver trouwd was. Ooggetuigen en omwonenden, waaron der een agent van politie, hebben een dok ter en den heer Bakker van E.H.B.O. ge waarschuwd. De dokter kon slechts den dood constateeren. Het lijk van het slachtoffer werd naar het hoofdbureau van politie overgebracht, jiiiiniininiiiiniiiiioiiiniiiifliiioiiioiifiiniiiiiiiiniiiiiniiiuiiiiiiiiiininiiiniiiiniüiiininiinjniiii^ Weerbericht WEER OOSTENWIND S Verwachting, medegedeeld door het g K.N.M.I. te De Bilt, geldig tot Zon- dagavond: Ij Aanvankelijk weinig wind. later toe- nemend uit richtingen tusschen Noord g en Oost. Zwaar bewolkt met tijdelijke f} opklaringen. Plaatselijk eenige <*neeu\v. Vannacht wat minder laf temperatuur. Morgen overdag ma;i-. s tot lichte vorst. Suillus

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1947 | | pagina 1