Wie zitten er aan de Ronde Tafel? Curacao Suriname vraagt algemeen kiesrecht Be Antillen lig gen op viersprong van Zeewegen Be eilanden zijn financieel gezond ATERDAG 14 FEBRUARI 1948 Nadat H. M. de Koningin in een radio- öe op 10 Mei 1941 haar voornemen tot ing had gebracht in het gehele Rijk ruime legenheid te scheppen om wensen en op- ittingen te harer kenqis te brengen met trekking tot de s&uctuür van het Konink- pt, kondigde op 16 «Juni dejndische Land- cogd, met Koninklijke machtiging, in zijn sie tot opening van de Volksraad een jksconferentie aan, bijeen te roepen aan- mds na de terugkeer van de regering in t moederland. Nadat in een verklaring der Nederlandse gering te Londen op^27 Januari 1942 de idachte der Rijksconferentie betreffende sk en samenstelling nader was uitgewerkt ite H. M. de Koningin in haar rede van December 1942 uiteen hoe de voorberei- rg van de Conferentie, in Nederlands- liië,-Suriname en Curagao reeds ter hand nomen, voorzover het eerste gebiedsdeel iiof door de strijd aldaar en de daarop eigende Japanse bezetting, werd' stilge- tgö en hoe deze eerst zou kunnen worden srvat zodra een ieder vrijuit zijn over ling zou kunnen uitspreken. H. M. stelde ca voor, zonder vooruit te lopen op de kiezen der Rijksconferentie, dat zij zich alten zouden op een Rijksverband,'waar- Nederland, Indonesië, Suriname en Cu- ;ao tezamen deel zouden hebben, terwijl ieder op zichzelf de eigen, inwendige agelegenheden in zelfstandigheid en steu- !.n.d op eigen kracht, doch met de wil ei nder bij te staan, zouden behartigen. Na de bevrijding van Nederland werd, spoedig de omstandigheden dit mogelijk lakten, de voorbereiding der Rijksconfe- ntie daar te lande ter hai\d genomen: pa- üel aan de. procedure van voorbereiding Nederlands-Indië gevolgd in de jaren 10—'41, wei-den in 1945 in Nederland, •iname en Curasao Commissies van On- reoek ingesteld. De feitelijke loop der gebeurtenissen sakte het evenwel onmogelijk de Rijks- Voorzitter: de Minister van Overzeese Gebieds'delen. Nederlandse vertegenwoordigers: Ir. 3. W. Albarda (lid Raad van State). Mr. A. M. Joekes (lid Tweede Kamer). 3. C. H. Heldring, Cur. Handel Mij. Dr. W. L. P. M. de Kort (lid 2e Kamer) Mr. G C. 3. D. Kropman (lid 1e Kamer) Prof. Dr. 3. H. A. Logemann H. 3. W. A. Meyerink (lid 2e Kamer) Prof.Mr.C.M.P. Romme (lid 2e Kamer) Mr. D. U. Stikker (lid 1e Kamer)' H. W. Tilanus (lid 2e Kamer) Mevr. Dr. E. F. Verkade-Cartier van Dissel Surinaamse delegatieleden: Mr. Dr. 3. A. E. Buiskool Salikin M. Hardjo A. Karamat Ali P. Kaulesar Sukul 3. A. de Miranda P. Wijngaarde Mr. Dr. R. H. Pos Mr. F. H. R. Lim Apo Curagaose delegatieleden: C. A. Eman I. E. Irausquin E. 3onckheer Mr. S. W. van d^r Meer W. R. Plantz Dr. M. F. da Costa Gomez Alex Curiel A. D. Gerharts Regeringsadviseurs: 3. A. Drielsma Dr. W.' Ch. de la Try Ellis Mr. W. H. van Helsdingen Secretaris-Generaal der Conferentie: ■Mr. Th. H. Bot Waarnemers voor Indonesië: Dr. P. 3. Idenburg Mr. K. Ranti Abdoel Malik conferentie in ,dé aanvankelijk bedoelde vorm te doen plaats vinden. Tegemoet komende aan de in Suriname en de Neder landse Antillen levende verlangens zoals deze in de ein^l Juni 1946 aan de Koningin aangeboden'petities tot uitdrukking waren gebracht, werden wijzigingen in de staats regelingen ontworpen, beogend de autono mie dier gebiedsdelen uit te breiden zover dit binnen het-raam der bestaande Grond wettelijke bepalingen mogelijk was. De Linggadjati-overeenkomst, waarin de Uniegedachte en,* daarmee samenhangend, een afzonderlijke structuur voor Nederland, Suriname en Curacao werd geschetst, vorm de een andere aanleiding voor het bijeen roepen van een afzonderlijke conferentie tussen Nederland, Suriname en Curacao. Nadat omstreeks medio 1947 overleg met de gouverneurs van Suriname eri Curacao was gepleegd en de Staten de zer gebiedsdelen officieus waren gepolst, maakte de regering in Jiaar antwoord in eerste termijn op de regeringsver klaring van 11 Juli 1<947 haar voor- (Vervolg van pag. 4) erkgevers, die een ruime loonpolitiek Krden, leidde tot een hoge loon- en le- fnsstandaard. I}e daardoor veroorzaakte topkracht onder alle'lagen der bevolking ipaard gaande aan de sterk gestegen prij- m der geïmporteerde* goederen op de ereldmarkt was oorzaak, dat ook het lijsniveau regelmatig opliep. loonniveau in dit gebied wordt be- arst door de loonpolitiek der oliebedrij- ffl. De loonpolitiek 'berust op de toepas- Eg van een bepaalde formule, welke de sten van het levensonderhoud verdiscon- srt. Dit betekent, dat het loonniveau op ae eilanden ongeveer met hetzelfde per- intage stijgt als de prijzen van de import. Sedert een tiental jaren wordt door het Kjvernement een sterk actieve sociale olitiek gevoerd. Gedurende die. periode isrderi verschillende wetten ingevoerd, de sociale toestanden van de arbeiders inzienlij k verbeterden, len afzonderlijke tak van dienst, het De- irtement van Sociale en Economische Za- tt werkt gestadig aan de ontwikkeling de verdere uitbouw der sociale struc- Het vakverenigingsleven staat nog in de aderschoenen, doch de laatste tijd is een rang naar een kl-achtige organisatie dui- dijk waarneembaar. De bestaande vakverenigingen,- die vrij- e! het gehele terrein van de handenarbeid strijken, hebben te kampen met een ge- rek aan discipline onder de leden, het- sn remmend werkt op een gezonde ont- ikkeling der verschillende bonden. Over het algemeen heerst er echter tbeidsvrede. Op de Nederlandse Antillen vindt men volgende politieke partijen: de Cüra- •se R.K. partij, de Democratische partij de Curacaose protestantenpartij. Tijdens een vergadering van vertegen woordigers van alle politieke partijen van Suriname is onderstaande resolutie aange nomen en ter kennis van de Surinaamse delegatie op de Ronde-Tafelconferentie ge bracht: „De besturen der Moslim partij Suri name, tellende 4500 leden en opgericht 12 April 1946; de progressieve Surinaamse volkspartij, tellende 6000 leden en opge richt 24 Augustus 1946; der Hindostaans- Javaanse politieke partij, tellende 4500 leden en opgericht 25 Februari 1947. in gecombineerde vergadex-ing bijeen te Para- rriaribo op 29 Januari 1948 en zich geheel verantwooi-delijk achtende deze delen van de bevolking te vertegenwoordigen; over wegende: dat thans het wetsontwerp der Surinaamse staatsregeling door de Tweede Kamer der Staten Generaal in behandeling is genomen; dat dit ontwerp een vergroting der politieke zelfstandigheid van Suriname beoogt en dat zulks gepaard dient te gaan met een zo groot mogelijke verruiming van de volksinvloed op het landsbestuur; dat, gezien/de in dit gebiedsdeel heersende toestanden, naar de innige overtuiging der bovenvermelde pai-tijbesturen dit slechts bereikt kan worden door ondubbelzinnige vastlegging in de Surinaamse staatsrege ling zelf van h'et algemeen' volwassenen- kiesi-echt met evenredige volksvertegen woordiging; dat voren genoemd algemeen kiesreoht - eventueel punt van bespreking bij de Ronde-Tafelconferentie zal zijn; be- sluitèn: een dringend vei-zoek tot de Ronde- Tafelconferentie te richten om deonmid- delijke invoering van bovenb'edoeld alge meen kiesrecht als grondslag der nieuwe verhoudingen te willen bevorderen". Een motie van gelijke strekking werd aangenomen door het bestuur van de Su rinaamse progressieve volkspartij. nemen tot het houden van een voor conferentie tussen Nederland, Suri name en Curacao, om aldus tot op zekere hoogte te voldoen aan de be hoefte van een ronde-tafel-conferentie bekend,. Op 13 Augustus werd in de pers een verklaring gepubliceerd, waarin de regering dit voornemen „een cpnferentie bijeen te roepen van ver tegenwoordigers van Suriname, Neder landse Antillen en Nederland teneinde gezamenlijk overleg'te plegen over de verhouding in het nieuwe Staatsbestel tussen deze staatsdelen in Amerika en Nederland in het bijzonder", concre tiseerde. Op 27 Januari 1948 werd de conferentie met een rede van dr. Beel geopend. De ligging der Nederlandse Antillen, in het bijzonder die der Benedenwindse Eilan den., op een belangi-ijk kruispunt van de Caraibische zeewegen en tevens als schakel in de verbindingswegen van Europa met Noord-Amerika en de-Noordkust van Zuid- Amerika en in latei-e jaren mede van N. met Z. Amerika, is voor de economische constellatie dezer eilanden steeds de be heersende factor geweest. Deze ligging, is altijd van meer belang geweest dan de productie van eigen bodera. De Nederlandse Antillen hebben twee periodes van grote bloei gekend, waarvan de eei-ste in de 17e en 18e eeuw vief en de tweede thans, wordt beleefd. Door de Nederlanders in bezit 'genomen, teneinde met hun uitstekende havens te dienen als steunpunten voor de vaart tegen de Spaanse én Portugese koopvaardijvloten, ontwikkelde Curagao, en in een later sta dium eveneens de Bovenwindse Eilanden, zich in de loop "der 18e eeuw als doorvoor haven voor Europese goederen, bestemd voor de grote West-Indische eilanden en Venezuéla en als stapelplaats voor de daar van afkomstige tropische landbouwproduc ten, en het vormde tevens een der belang rijkste enti-epots voor uit Afrika aange voerde slaven. In het bijzonder tijdens de Amerikaanse Vrijheidsoorlog ontstond een levendige handel, waarvan speciaal St. Eustatius het middelpunt was. Er waren jaren, dat er' meer dan 3000 schepende „Gouden Rots" binnenliepen en maanden dat er 400 koopvaarders uitzeilden. Ook Curagao maakte een dankbaar ge- bi-uik van de tussen Engeland en haar ko loniën gerezen moeilijkheden, gevolgd door een oorlog tussen dat land en Spanje, en beheerste vrijwel de gehele handel met Venezuela. Aan deze eerste periode van economische bloei, zowel op «handels- als landbouwge bied, kwam tegen het einde der 18e eeuw een einde. Na afloop der Amerikaanse Vrij heidsoorlog kreeg Engeland de handen vrij en kon, doordat het de zee beheerste, ge leidelijk de handel aan zich trekken. Het Engelse tussenbestiljur over de Nederlandse Aixtillen ontstaan als gevolg der Napoleon tische oorlogen in Europa, maakte aan alle handel en scheepvaart een einde en ook de landbouw maakte slechte tijden door. Het herstel van het Nederlandse gezag in 1815 bracht in deze toestand weinig ver betering; de handel was blijvend verlopen, pogingen om de landbouw en de veeteelt nieuw leyen in te blazen, leverden weinig resultaat op. Industrieën waren niet aanwezig .en het voornaamste product in die dagen was het zout, waai-van £uba en de Verenigde Staten de grootste afne^ mers waren. De afschaffing' der slavernij had op het plantagebedrijf tenslotte een zodanige terugslag, "dat op de Bovenwindse Eilanden tegen het einde der 19e eeuw alle grote landbouw waï verdwenen. Een lichtpimt vormde de ontclekking van fosfaat pp Curagao en Aruba. D'e éxploitatie dezer delfstof bracht weder enige opleving die echter van beperkte duur en omvang was. Aan de periode van economische depres sie, die ongeveer een eeuw duurde, kwam eerst in 1916 een definitief einde. In het eerste decenrTium dezer eeuw zette het her stel zich wel reeds in door een opleving in de handel, en ook de fosfaatwinning weer betere resultaten opleverde, doch eerst de vestiging der olie-industrie leidde een periode van nieuwe en grote welvaart in, Olie, niets dan olie Het ontbreken van -goede havens ip de omgeving van de vindplaatsen van aardolie ih Venezuela, rond en in het meer van Maracaibo, maakte Curagao en Aruba tot de aangewezen plaatsen voor,de bouw van raffinaderijen. Op Curagao en Aruba ves tigden zich een drietal bedrijven, waarvan twee tot ''s werelds grootste behoren, De olie-industrie leverde niet alleen een welkome werkgelegenheid, zowel voor de bewonei-s van de Benedenwindse- als die der Bovenwindse IJilanden, doch stijnuleer de ook de handel in hoge mate. Na de olie industrie is de handel dan ook thans weer de belangrijkste bron van welvaart. Naast de in- en uitvo'er van wat het land zelf behoeft en voortbrengt, houdt de handel zich bezig met de invoer van goederen voor wederuitvoer, naar de belangrijkste landen van de Noordkust van Zuid-Amerika. Deze overscheep, welke in hoofdzaak in de haven van Curagao plaats vindt, neemt in het handelsverkeer een belangrijke plaats in. Van belang voor de Nederlandse Antiffen is eveneens het toeristenverkeer. Als ge volg zijner gunstige ligging, plaatselijke at- ti-acties en mede ook van lage invoerrech ten* werd Cux-acao in de voorooidogse perio de regelmatig door toeristenschepen aan gedaan. De door de olie-industrie veroorzaakte welvaart had echter ook schaduwzijden. Door gebrek aan werkkrachten verliep niet alleen de landbouw van Curagao, doch ook die van Bonaire, en de Bovenwindse Eilanden, waar^de mannelijke bevolking voor een deel 'werd weggezogen, onder vonden er zeer sterk de nadelige gevolgen van. Met- de andere hulpbronnen der eilanden is het niet gunstig gesteld. De fosfaatontgin- nin^ heeft aan betekenis verloren, de goud industrie van Bonaire, die in het begin der twintigste eeuw weer wat leven vertoonde, werd kort daarop gestaakt, en ook de zout winning leidt een wisselvallig bestaan. De economische structuür der Nederland se Antillen is dan ook betrekkelijk eenzij dig en voor een belangrijk deel op de olie gebaseerd. Deze structuur -verklaart tevens de binnen het gebied bestaande verschillen in economisch niveau: geringe welvaart op Bonaire en de Bovenwindse Eilanden, die langzamerhand ontvolkt dreigen te worden, grote bloei op Curagao en Aruba. Slaven-Bloei De landbouw heeft slechts in de periode toen de lage kosten van slavenarbeid cul tuur mogelijk maakten, een betrekkelijke voorspoed gekend. Na afloop dezer periode is de grote landbouw op de Bovenwindse Eilanden geheel en op de Benedenwindse EilandeiiJvoor een belangrijk gedeelte ver dwenen. Wat er thans nog op Curagao aan plantages over is alle aan particulieren toebehorend en gelegen op het Westelijk gedeelte van het eiland zijn gemengde bedrijven, die naast landbouw, veeteelt, kalkbranden, zoutverkoop, enz., uitoefenen. SURINAME Op Curagao en Aruba wordt de landbouw door de klimatologische omstandigheden en het gebrek aan arbeidskrachten dermate ongunstig beïnvloed, dat hef slechts door enkelen als hoofdbedrijf, door het meren deel als bijberoep, wordt uitgeoefend. De resultaten zijn onzeker en hoofdzakelijk af hankelijk van de onregelmatige regenval. De producten, voornamelijk mais, vruchten en door Chinezen gekweekte groente, wor den locaal afgezet. Op de Bovenwindse Eilanden, waar de arbeiderssituatie gunstiger en de regenval iroter is, neemt de landbouw een belang rijke plaats in. Boven hetgeen er yoor eigen gebruik wordt gepi"oduceei-d, is er van be paalde gewassen gewoonlijk een surplus aanwezig, dat naar de Benedenwindse Eilanden wordt geëxporteerd. Aloë divi-divi Specifieke producten der Nederlandse Antillen zijn aloë en divi-divi. De cultuur van aloë v(aloë vera), ongeveer een eeuw geleden uit Afrika ingevoerd, heeft voor de eilanden Anxba en Bonaire, waar grote oppervlakten met dit gewas, dat het in de geneeskunde gebruikte aioehars oplevert, zijn beplant, belangrijke economische waar de. De Nederlandse Antillen levei-en naar schatting de helft der wereldproductie: de kwaliteit van deze aloë wordt beter geacht dan die der andere productie gebieden. Divi-divi, de looistof houdende vruchten van caesulpinïa coriaria, dat, hoewel in mindere mate dan aloë, gedurende tiental len! jarea een der exportproducten van de eigen bodem der Benedenwindse Eilanden vormde, heeft in de oorlogsjaren belangrijk aan betekenis ingeboet. Voor Aruba en Cu racao is het practisch van geen belang meer en ook Bonaire, verscheepte in de laatste jaren weinig, daar de prijs van het-product in de Ver. Staten zulks in verband met de hoge verschepingskosten niet mogelijk maakte. Hoewel de kwaliteit van het product be ter is dan dat der andere West-Indische productielanden, is de toekomst dezer cul tuur ongunstig, aangezien het uit de divi- divi-peul bereide looi-extract ernstige con currentie ondex-vindt van andere looimid- delen. Stimulans Teneinde op betere wijze in de behoefte aan 'eigen voedingsmiddelen te kunnen voor zien, waarvan de noodzaak zich in de ach terliggende oorlogsjaren duidelijk demon streerde en tevens ter verbreding van de thans wel zeer eenzijdig op de olie-industrie gebaseerde economische structuur, worden door het Gouvernement gedurende de laat ste jaren'ernstige pogingen in het werk ge steld tot het stimuleren van de landbouw en de veeteelt. Daartoe werd o.m. in 1943 ingesteld een zelfstandig departement van Landbouw, Veeteelt en Visserij. Reeds eerder was op Curagao een nederzetting van modelboer derij tj es gesticht, waar onder deskundige leiding het bedrijf wordt uitgeoefend. Voorts zijn op verschillende eilanden proef tuinen aangelegd, waar wetenschappelijke en pi-actische proeven worden genomen op het gebied van de landbouw, alsmede het volbouwen van groente en vruchten. De veeteelt is in het verleden voor de Benedenwindse Eilanden, meer in het bij zonder voor Bonaire en Curagao, steeds van groot belang geweest en zowel voor de plantage-eigenaars als de kleine landbou wers vormde het fokken van schapen en geiten vaak de voornaamste bron van in komsten. In de latere jaren kreeg de vee teelt ook voor de Bovenwindse Eilanden meer betekenis en vormt vee aldaar thans een belangrijk uitvoerproduct. Deze laatste eilanden lenen zich ook bij uitstek voor de gras- en hooiteelt. In uitvoering zijn de plannen langs mechanische weg zowel hooi als mais in het groot voor veevoeder te ver- bouwen, zullen een aanmerkelijke uitbrei ding van de veestapel mogelijk maken. Het thans reeds bestaande overschot aan vee en hooi, wordt naar Curagao afgevoerd. Handel op de tweede plaats De handel is van ouds her een der hoofd middelen van bestaan der Nederlandse An tillen geweest en na de olie-industrie is hij ook thans nog de belangrijkste factor in het economisch bestel. Na afloop der eerste bloeiperiode van dit gebied spelen de Bovenwindse Eilanden op dit terrein echter geen rol meer- en con centreerde de handel 7-ich in hoofdzaak rv Curagao, dat door zijn uitstekende haven en zijn ligging tegeixover de vaste wal van Zuid-Amerika. daarvoor de beste kansen bood. Vóór 1940 liep het handelsverkeer met het buitenland dan ook vrijwel geheel via Curagao. Als gevolg van de in de loop der oox-logsjai-en steeds moeilijker wordende scheepsverbindingen, welke veelal recht streekse lossing van goederen op Aruba noodzakelijk maakten, heeft dit laatste eiland zich op handelsgebied een eigen olaats veroverd, die het ook in de na-oor- logse periode wist te bèhouden. Naast de aan- en afvoer in verband met verbruik en productie op de algen eilanden, neemt de overslag van goederen bestemd voor en afkomstig van de naburige landen een belangrijke plaats in. Zowel voor de uitvoer van een deel der eigen producten als de invoer van stukgoederen gebruikt de handel van Venezuela, Columbia en Santa Domingo de Curagaose haven als overlaad- haven. Het verkeer met Venezuela is daar bij in hoofdzaak geconcentreerd op Cu ragao, Aruba is mede georiënteerd op Co lumbia. Hoewel de havens van de Noordkust van Zuid-Amerika de laatste jaren zijn verbe terd en de betrokken staten regelmatig hun hanaelsyloot uitbreiden, zijn de vooruit zichten van het overslagverkeer gunstig. Verwacht mag worden, dat de toekomstige ontwikkeling van de genoemde Zuid-Ame rikaanse en vele andere Centraal Ameri kaanse en Caraibische gebieden een zoda nige toeneming van het totale verkeer zal veroorzaken, dat Curagao een belangrijk centi-um van overslag zal blijven. Het scheppen van gunstige ontwikkelings mogelijkheden is daartoe noodzakelijk. Te dien einde zijn plannen tot verbeteringjïn uitbreiding der havens van Curagao Aruba, gepaard gaande met verdei-e me chanisatie van de los- en laadgelegenheden in uitvoering. Een hartig bedrijf Op de eilanden Curagao, Bonaire en St. Maarten, wordt sinds onheugelijke tijden zout gewennen uit zeewater door indam ping langs natuurlijke weg. De geschiede nis der zoutbedrijven geeft vele ups en downs te zien, in hoofdzaak bepaald dooi de handelspolitiek van de afzetgebieden. In het algemeen kon worden geconsta teerd, dat de afzet van zout van dit gebied op de wereldmarkt door beschermende maatregelen van vele landen dermate wordt bemoeilijkt, dat voor de Nederlandse Wettelijk slechts'gebonden om geen dis criminerende bepalingen tegen het moeder land en zijn gebiedsdelen in te voeren, voert Suriname financieel een volledige open deur-politiek. De invoerrechten zijn fiscaal en hebben, behoudens een enkele uitzonde ring (leder, schoenen, suiker, lucifers), geenszins de strekking de Surinaamse pro ducten ten koste van de vreemde te be schermen of voortbrengselen van vreemde oorsprong te weren. Evenmin kent Suri name uitvoerpremies of subsidies met het doel het eigen product op de wereldmarkt egn bevoorrechte positie te bezorgen. 'De landsuitgaven en -middelen worden op de jaarlijkse begroting gebracht, die door de Staten voorlopig wordt vastgesteld. In dien de uitgaven de eigen middelen over treffen, vindt' de definitieve vaststelling door de volksvertegenwoordiging van het moederland plaats. De economische toestand van Suriname was tot voor kort van die aard, dat het overtreffen van de eigen middelen door de uitgaven een regelmatig terugkerend ver schijnsel was en de begroting slechts slui tend kon worden gemaakt door een rijks bijdrage. Voor een deel was zulks een ge volg van het feit, dat het natuurlijk accres der uitgaven tengevólge van de bevcf kings- aanwas niet is kunnen worden opgevangen door het accres den middelen, ondanks de belangrijke verhogingen van invoerrechten en belastingen in de loop der jaren. De ge ringe belastbare draagkracht der bevolking was Verder oorzaak, dat de.hoofdbron van inkomsten steéds gevonden moest worden in de indirecte belastingen en wel in hoofd zaak door middel van invoen-echten. Het verloop der overheidsmiddelen geeft echter voor de oorlogsjaren een ongekend gunstig beeld te zien. In 1941 wordt voor het eerst.in vele jaren een budgetair even wicht bereikt en sluit de begrotingsrekening met een voordelig saldo en ook de daarop volgende jaren tonen een bevredigend fi nancieel aspect. Hoewel derhalve hierbij de invloed der oorlogsomstandigheden duide lijk aanwijsbaar was en het wegvallen daarvan geleid heeft tot een tijdelijke in zinking, zijn de financiële vooruitzichten van Suriname betrekkelijk gunstig. Evenals Suriname voeren ook de Neder landse Antillen op financieel gebied een voledige open deur-politiek. De voorschrif ten op het gebied der geldmiddelen en be lastingen zijn in hoofdzaak gelijk aan die van eerstgenoemd gebiedsdeel. In tegenstelling tot Suriname verheugen de Nederlandse Antillen zieh echter reeds gedurende tal van jarpn in een sluitende begroting, in hoofdzaak een gevolg van de steeds in omvang en betekenis toenemende olie-industrie. De oorlogsomstandigheden hadden ook hier een gunstige invloed op 's lands finan ciën, doch ook in de na-oorlogse periode bleven de middelen zich in stijgende lijn bewegen en maakt dit staatsdeel thans een periode van gezonde bloei op financieel en economisch gebied door. Antillen slechts de onmiddellijke omgeving als afzetgebied is overgebleven. Met het uitbreken van de tweede wereld oorlog heeft aanvankelijk de zoutuitvoer vrijwel stil gestaan, maar daarna viel een krachtig herstel waar te nemen, waarbij in het bijzonder de uitvoer naar de Engelse Antillen dient te worden genoemd. Zeer waarschijnlijk fiwaren deze verschepingen grotendeels voor doorvoer bestemd. Of de zoutwinning in haar tegenwoordige vorm goede toekomstmogelijkheden bezit, is onzeker. Derhalve worden thans de mo gelijkheden' nagegaan van een verwerking van het ruwe /out tot fijn consumptiezout en andere chemische producten, zoals mag nesium, broom, soda enz. Op de fruitmarkt van Willemstad (Curagao) zijn vruchten te krijgen.... Ach, laten we het er maar niet verder over hebben. Het is een edele gewoonte van Tante Pos der Nederlanden, om haar patiënten met de meest liefderijke zorgen te omringen. Hebt gij een nieuwe keukenspiegel naar uw overigens niet onbemiddelde oud-tante in Leeuwarden verzonden, omdat kleine geschenken de vriendschap warm onder houden en komt dit stuk huisraad niet aan: een voorkomende ambtenaar klimt hele maal alleen voor u op zijn hoge kruk en ggat nauwkeurig onderzoeken. Weigert uw telefoon en kunt gij door een defect in dat meubel luisteren naar de Bonte Dinsdagavondtrein over de radio centrale inplaats van naar het sonoi-e ge luid uwer buurman, die eigenlijk had moeten zeggen, dat het afzeggen van de bridge-avond hem onnoemelijk speet wat gij tussen haakjes even snel en be langrijk goedkoper over de schutting kunt doen dan komt binnen een verheugend korte spanne tijds een PTT-auto voor uw deur tot stilstand! Twee watervlugge Tante Pos-neefjes rukken uw bel uit het lid en bestormen onverwijld de ziéke verrespreker, elk ge wapend met een handig tasje met gereed schap. Als ge dan, met het u ingeboren wantrouwen even terloops, vooi-al zeer terloops, gaat kijken naar het bezige be drijf dezer nijvere lieden men hoort zoveel, nietwaar, van als gasfitters ver momde bankrovers, die eerzame burgers van hun spaarvarkens ontdoen dan metselen de gepette ambtenaren alweer het weigerachtige toestel dicht met de zeef tevreden uitleg: „dat het gebakken is". Wat er precies in die telefoon van een bruine korst voorzien werd, kan u minder interesseren: de soos kan thans verwittigd worden van een onverwijlde komst en buurman hoeft zijn avond niet te verzitten wegens het onverwacht ontbreken van een vierde man. Ge zijt dankbhar en. offreert dj heren een goede sigaret, die zij echter achter hun respectievelijke oren deponeren onder het mompelen van een verontschuldigend: „Dienst is dienst, meneer". En dan hup pelen deze twee dienaren der Telefonie met hun handige karbiesjes-vol-gereed- sehap naar de auto terug, die even later zwaar grommend uw straat uitzwaait. Wanneer ge tenslotte nieuwsgierig naaf buiten loert, om te constateren, of' mis schien een militaire colonne aan uw huis voorbijtrekt, blijkt 'dit jjselijk gegrom te worden veroorzaakt door een twaalftons vrachtwagen met de twee montciirtjea hups op de bok, al draaiend aan grote stuurwielen en manipulerend met de koe voeten-der-versnelling. Ge bedenkt, dat deze voor- en achferwielaandri.iving-ge-* weldenaar volgens ruwe schatting één kostbare liter per twee kilometer consu meert, emge schudt het wijze hoofd des belastingbetalers en des telefoonrekcnTng- mopperaars. De edele Tante Pos is in haar coulance niet goedkoop, denkt ge. ft» 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1948 | | pagina 7