Haarlems Dagblad Tweede Kamer schaart zich achter de regering Soen Fo vormt nieuw kabinet cn «Dprcrtjtc tsaarlcmartjc Courant (anno 165-6) De Veiligheidsraad bereidt interventie in Indonesis De Amerikaanse delegatie werkt aan drastische resolutie Het zal streven naar „eervolle vrede" zich voor op che kwestie 1 63e Jaargang No. 19123 Bureaux: Grote Houtstr. 93, Tel. Adv. en Admin. 10724, 14825. Redactie 10600. Direct.-Hoofdred. 15054. Bijkantoor H.N., Soendaplein 37, Tel. 12230. Drukkerij Z.B. Spaarne 12, Tel. 12713, 10132. Dinsdag 21 ÖecemBer 1918 Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen. Abonnementsprijs per week 33 cent, per kwartaal 4.25. Franco per post 14,75. Postgiro 273107. Advert.tarieven op aanvraag bij de Administratie. Directeur-Hoofdredacteur: Robert Peereboom Uitgave van de Stichting Voorlichting te Haarlem Communistische motie om de actie in Indonesië onmiddellijk stop te zetten verworpen met 80-8 stemmen (Van onze parlementaire, redacteur De Tweede Kamer heeft gisteravond, na een beraadslaging over de rege ringsverklaring, met 80 tegen 8 stem men een communistische motie ver worpen, waarin „onverwijlde stopzet ting der vijandelijkheden in Indonesië" werd verlangd. Evenals des middags bij het afleggen van de regeringsverklaring door de minister president dr. W. Drees, was er ook des avonds voor de debatten over Indonesië een grote belangstelling in de Tweede Kamer. De eerste woordvoerder was prof. R o m m e, voorzitter van de fractie der KVP. Hij herinnerde eraan, dat hij verleden jaar naar aanleiding van de regeringsver klaring van 23 September 1947 gewaagd had van de mogelijkheid van een her nieuwde politiële actie om de hoge doel einden van de Indonesische politiek te ver- wezenlijken. Sindsdien is ruim een jaar verstreken, doch het is geenszins een onnut jaar geweest: de deelstaten hebben zich geformeerd en zijn tot samenwerking ge komen en in onze hoogste staatswet werd de nieuwe vormgeving vastgelegd. Helaas stuit de voltooiing van dit werk af op de onwil van de republiek. Haar komt de twijfelachtige eer toe de totstandkoming van de nieuwe rechtsorde gesaboteerd te hebben. Niettemin moeten we met deze nieuwe rechtsorde voortgaan, omdat zij ligt in de lijn van de Oosterse emancipatie en om geen steun te geven aan de communisten. Nu weer een toestand is ingetreden over eenkomstig aan die in Juli 1947, bleef er maar één keus over. Prof. Romme vroeg of de regering het materiaal over de bestandsschendingen en de infiltraties heeft verzameld en of zij voornemens koestert dit te publiceren. Onmogelijk kon hij zich warm maken over de duur van de souvereiniteit in over gangstijd. Wel achtte hij deze souvereiniteit belangrijk, omdat zij het middel is om de nieuwe rechtsstaat in Indonesië te vormen. Tijdens de interimperiode zal geen enkele deelstaat mogen overheersen. Aangezien de republiek wel tot overheersing in deze periode wil komen, vond hij de militaire actie noodzakelijk. Daarom schaarde hij zich met volle overtuiging achter de rege ring. Met haar hoopte hij, dat de construc tieve krachten in de republiek spoedig tot opbouw van de republiek en van de Indo nesische Unie zullen willen medewerken. Welke leiders ook uit de republiek naar voren mogen komen, van hen zal nooit mogen worden gezegd, dat zij onder dwang hebben gehandeld. Federale opbouw kan alleen verwacht worden van de gezags dragers, die de innerlijke grondslagen van het accoord van Linggadjati erkennen en aanvaarden. Hii was er van overtuigd dat de jongens in Indonesië met beleid hun taak zullen vervullen. Hierna kreeg de heer Paul de Groot (C.P.N.) het woord. Er had zich 's mid dags, nadat dr. Drees de regeringsverkla ring had voorgelezen, een incident voor gedaan. Een man en een -vrouw op de pu blieke tribune hadden geroepen „Weg met de koloniale oorlog" en „Onze jongens naar huis. Vrijheid, vrede!" Beiden waren door rechercheurs verwijderd, De heer De Groot beweerde nu, dat de vrouw daarbij in het gezicht geslagen was. Toen hij te ver ging in zijn uitlatingen, hamerde de voorzitter en zei: „Als u zo voortgaat, verbied ik u het spreken". Hierop regende het opmerkingen uit de communistische hoek, doch ook deze ha merde hij fors en energiek af. Mr.. Kor- tenhorst was blijkbaar van plan de touw tjes strak te houden. Nadat de heer De Groot had opgemerkt, dat de Kamer niet besloten had, dat er politietoezicht in de gangen van de Kamer zou zijn, gaf hij een recapitulatie van de recente gebeurtenissen in Indonesië. De aanval op Djokja is nog verder gegaan dan de aanval van de Duitsers in 1940 op Rot terdam! riep hij uit. „Wie zal liet brengen van vrede en vei ligheid met bommenwerpers ernstig kun nen nemen? Niemand zal in het recht van de Nederlanders een ander dan het vuist recht zien". De heer Van der Goesvan Naters (P. v. d. A.) „Moeso!" De heer De Groot: ..Deze Moeso was een held". Hii wilde dit nader duidelijk maken, maar de voorzitter klopte voort durend met zijn hamer en verzocht de spreker niet op interrupties in te gaan. De heer De Groot ging echter nog even door en het werd steeds rumoeriger in de Kamer. Toen de rust enigszins was teruggekeerd, viel de heer De Groot, naar aanleiding van een passage in de regeringsverklaring de Griekse regering aan. De voorzitter: „Ik verzoek de geachte afgevaardigde de regering van een be vriende natie niet zo aan te vallen. An ders zal ik deze woorden uit het verslag van deze vergadering laten schrappen". De heer De Groot kwam er tegen op dat het voorgesteld wordt, dat het over grote deel van het Nederlandse volk ach ter de zuiveringsactie staat. Dat is niet het geval, meende hij. Hij diende een motie in, waarin de Kamer van de regering ver langt het vuren onmiddellijk te doen staken. De houding van de P. v. d. A. achtte de heer De Groot in strijd met alles, waartoe haar vertegenwoordigers in de regering en in de Staten-Generaal zich tegenover hun kiezers verbonden hebben. Een aantal predikanten in de P. v. d. A. heeft al een telegram aan de regering gestuurd, waarin zij zeggen, dat Gods tegen niet op de wapenen zal rusten. „Ik ben er zeker van, dat dit zo is", voegde hij aan deze mededeling onder vrolijkheid van de vergadering toe. De heer De Groot kwalificeerde de actie verder als een fascistische en koloniale veroveringsoorlog. De enige weg voor hen, die het met het militaire optreden niet eens zijn, is, deze regering ten val te brengen. Die val zal door de actie verhaast worden, want men heeft de wapens opgenomen tegen krachten, die vele malen sterker zijn dan de Nederlandse. Lang zal de actie vermoedelijk niet du ren, maar tot in een verre toekomst dreigt een guerilla. Alleen het gevoelen van de communisten noemde hij zuiver, omdat zij gepoogd hebben het artikel uit de Grond wet te houden, dat het mogelijk maakt Nederlandse soldaten naar de Overzeese gebiedsdelen te zenden. Mr. VanderGoesvanNaters (P. v.d.A.) betoogde hierna uitvoerig, dat de ontwikkeling tenslotte tot deze ontknoping moest leiden, hoe betreurenswaardig dit op zichzelf ook is. De republiek weigert een eenhoofdige leiding van de Indonesische strijdmachten te erkennen en wenst zich evenmin gedurende de overgangstijd onder de Nederlandse souvereiniteit te voegen. De republiek heeft bewust deze gang van zaken gewild. De politieke machthebbers hebben overeenstemming onmogelijk ge maakt. Hatta zag spreker nog altijd als iemand, waarmede redelijk te spreken is. Hij wil wel eens weten, waarom Hatta nog in Djokia is en niet bij de T.N.I. De heer Van der Goes van Naters vroeg door welke oorzaak aan de republiek in de laatste brief van de regering zo'n korte termijn is gesteld en of er een witboek is. van de Nederlandse regering, waarin de feiten worden weergegeven, hetgeen vooral voor de buitenwereld zozeer van belang moet worden geacht. Arbitrage werd door hem onmogelijk ge noemd, omdat zii alleen kan plaatsvinden over rechtsgeschillen. Hier geldt het echter machtspolitieke en beleidsgeschillen. Ook thans nog achtte hij bemiddeling in het conflict met de republiek mogelijk, doch gaarne wilde hij hierover de mening van de regering vernemen. Tot dit ogenblik was het rustig geweest, maar toen de heer Van der Goes sprak over Moeso, die van Russische nationaliteit, is en die twintig jaar „training" in Rusland heeft ondergaan, interrumpeerde de heer De Groot: Hij is Indonesiër in hart en nieren. Bezoedel toch een vermoorde man niet!" De voorzitter zag zich weer genoodzaakt om de orde te herstellen. De motie van de heer De Groot aldus de heer Van der Goes biedt geen enkele constructieve oplossing. Daarom wilde hij er geen woorden aan verspillen. De goede krachten van de republiek moe ten blijvend ingeschakeld worden, meende hij. Van de minister wenste hij te vernemen of deze het hiermede eens is en of hij bereid is, dat te bevorderen. Er moet thans een militair gezag in de republiek zijn, doch hij hoopte, dat het zo gauw mogelijk zou kunnen eindigen. Voorts zullen er progres sieve Nederlanders met bekwame adviseurs naar toe gestuurd moeten worden, opdat in de republiek gewerkt kan worden. Het B.I.O.-besluit zal nu zo spoedig mo gelijk verwerkelijkt moeten worden. „Enige leden van mijnfractie", aldus de heer Van der Goes, „menen, dat deze actie geen einde zal maken aan het extremisme en dat het aanzien van Nederland in de wereld wellicht schade zal ondervinden. Opbouwend critisch zal de P.v.d.A. blijven toezien, hoe de regering uit het conflict komt met medewerking van alle construc tieve elementen." De heer Vonk van de V.V.D. betreurde, dat thans weer mensenlevens geofferd moe ten worden, doch achtte deze actie de enige uitweg. Hetgeen de republiek zowel binnen als buiten haar gebied onderneemt, bete kent volgens hem een aanranding van de overal in de beschaafde wereld geldende rechtsnorm. Evenals de heer Vonk, sprak ook de voor zitter van de C. H. Unie, de heer T i 1 a n u s kort. Met de regering betreurde hij de stap, Marshall-hulp buiten geding De Amerikaanse ambassadeur in Indië, de heer Loy W. Henderson, weersprak he den berichten, volgens welke Nederland of enig ander land de Marshallhulp zou ge bruiken „voor de onderwerping van Azië". Dit werd gezegd op een persconferentie, waarop de heer Henderson nog mededeelde niet te denken, dat de Verenigde Staten zouden kunnen dreigen met een stopzetting van de hulp aan Nederland, zonder dat zij zich zouden blootstellen aan de beschuldi ging door middel van deze hulp te trachten op bepaalde landen een politieke druk uit te oefenen. Hij voegde hieraan toe: „Ik kan u de verzekering geven dat wij alles in het werk hebben gesteld wat mogelijk is om er zeker van te zijn dat de hulp uitsluitend wordt gebezigd voor vergroting van de Europese productie". die nu gezet is. In geheel Indonesië zou een chaotische toestand ontstaan, uitlopende op de dictatuur, wanneer de Nederlandse rege ring zich zou terugtrekken. Het is zowel nationaal als internationaal van het hoog ste belang, oordeelde hij, thans achter de regering te staan. De C.H.U., die het besluit van de regering het enig mogelijke acht, zal de regering ten volle steunen. Ook de heer W e 1 t e r (K.N.P.) betuigde zijn instemming met de regeringsbeslissing en zegde zijn steun toe. Verwonderd was hij, dat het kabinet dagen en nachten heeft moeten vergaderen om zijn besluit te ne men. Met instemming had hij de radiorede van dr. Beel gelezen, omdat zij passages bevat, die hij en velen met hem twee jaar lang hebben verkondigd". Hii was er vast van overtuigd, dat ons volk het regerings besluit zal zien als het enige, dat uitkomst kan brengen. Toen hij sprak over het „bom bardement" op Djokja, waarvan de heer De Groot had gewaagd, interrumpeerde de heer Gortzak: (C.P.N.)„Was u er bij?" On middellijk kaatste de heer Weiter terug: „Neen, was u er bij?" Waarop de heer Gort zak een ontkennend antwoord moest geven. De heer Zandt (St. Geref.) bracht de regering hulde voor het feit. dat de ver overing van Djokja zonder bloedvergieten in zijn werk is gegaan. De heer Schouten (A.R.) schaarde zich achter de regering, huldigde de troe pen op Java, en herdacht de slachtoffers, die het hoogste gegeven hebben voor de vrijheid van Indonesië. Regeringsantwoord. De minister van Overzeese Gebiedsdelen, de heer Sassen, was erkentelijk voor de uitingen van vertrouwen' uit de Kamer. Hij gaf nog eens een resumé van de motieven, die de regering tot haar vérstrekkende be slissing brachten. Het overstelpende materiaal is stelsel matig verzameld en het is inderdaad de bedoeling, het te juister tijd te publiceren. De minister las voor „Decreet no. 60 J A 92/48 van de minister van defensie van Indonesia, „dat verder commentaar op de bestandsschendingen door Djokja overbodig maakt" aldus de minister. De regering deelt de opvatting van de heer Romme over de'overgangstijd. Even als de heer Van der Goes van Naters distan- cieert zij zich van de lieden, die stelsel matig hebben gestreefd naar een geweld dadige oplossing. De minister las daarna in het Engels voor art. 10 van het Renville- Het is nog niet zeker dat de aangekondigde zitting van de Veiligheidsraad Woensdag doorgaat, aangezien men nog in twijfel verkeert of de Russische delegatie op tijd aan wezig zal kunnen zijn. De Amerikanen, die blijkbaar zeer gesteld zijn op een spoedige behandeling van de kwestie-Indonesië en bezig zijn een resolutie op te stellen die aanvaardbaar moet zijn voor alle leden van de raad, hebben aangeboden de Russische delegatie van Berlijn uit met een Amerikaans vliegtuig naar Parijs te brengen. Intussen heeft de Nederlandse vertegenwoordiger bij de Veiligheidsraad, dr. van Royen. een memorandum van de Nederlandse regering aan de Veiligheidsraad doen toekomen waarin de Nederlandse actie in Indonesië wordt gemotiveerd cn in het kort een uiteen zetting wordt gegeven van de voorgeschiedenis, die leidde tot de huidige ontwikkeling. De opmars der Nederlandse troepen in het republikeinse gebied blijft zich zonder noemenswaardige tegenstand voltrekken in de richting van de knooppunten, zonder dat de troepen zich verspreiden in het binnenland. „Strijdkrachten-radio Djokja" Enige berichten over de bezetting van Djokja behalve de leger-communiqués komen nu over radio-Djokja, de zender van de strijdkracht.en-radio, welke door de lucht was aangevoerd en op het vliegveld van Magoewo is opgesteld. Reeds Zondag nacht was de zender in de aether. Volgens eigen uitzendingen beschikt het „strijd krachten-programma Djokja" over een complete installatie, draaitafels, discotheek enzovoort. In verschillende uitzendingen van dit station wordt gezegd dat het op het vlieg veld van Magoewo Maandag reeds aanzien lijk minder druk was dan Zondag. Thans landen slechts vliegtuigen, welke voorra- accoord, waaruit het recht van opzegging van het bestand blijkt. De heer Van der Goes: „Mijn Nederlandse tekst daarvan luidt geheel anders." Minister Sassen: „Dit is de Engelse tekst zoals die op de Renville werd ondertekend." De minister verklaarde dat hetgeen de heer De Groot heeft verklaard over bom bardementen niet overeenkomt met de fei ten zoals de regering die kent. De regering is het eens met de opvatting, dat arbitrage onmogelijk was en is. Het is de bedoeling, de militaire bezetting ten spoedigste door een bestuur volgens de volkswil te vervangen. Hij streeft daarbij naar inschakeling van alle constructieve Indonesische krachten. De minister citeerde vervolgens berichten uit „De Waarheid" en de „Daily Worker" om te betogen, dat de politiek der communisten* jegens Djokja allerminst wordt ingegeven door liefde voor het volk en dat zij door anderen wordt gedicteerd. Tenslotte verklaarde minister Sassen, dat de regering de actie met al die onbuigzaamheid en volharding zal voortzet ten, die de grootheid van het doel en de grootheid van ons volk vereisen. Van replieken werd afgezien. De motie-De Groot werd hierna verwor pen met 880 stemmen. In een speciale zitting heeft de Tweede Kamer gisteren haar zegel gehecht aan de zuiverings actie in Indonesië. Minister-president dr. W. Drees arriveert, voor hel parlementsgebouw Dr. Soen Fo heeft de vorming bekend gemaakt van een Chinees kabinet dat „vast besloten is de strijd voort te zetten totdat een eervolle vrede kan worden verkregen". Soen Fo verklaarde, dat er „geen overgave op staande voet" zou zijn. Soen Fo, die 26 November tot premier is benoemd, deelde Tsjiang Kal Tsjek giste ren mede, dat hij niet in staat was de li berale cn onverzettelijke elementen binnen de Kwomintang te verzoenen. Hij zei vandaag: „Het spijt mij te moeten meedelen, dat bepaalde personen die ik gaarne op de lijst van ministers had ge zien, mijn uitnodiging niet hebben aan vaard. Onder hen bevindt zich dr. Hoe Sjih, president van de nationale universi teit van Peiping, die ik als minister van Buitenlandse Zaken wilde hebben". Dr. Soen Fo, die zijn verklaringen op een persconferentie aflegde, zei verder dat zijn regering naast vertegenwoordigers van de verschillende richtingen van de Kwo mintang uit een zo groot mogelijk aantal partijlozen zal bestaan. De strijd om Tientsin. Terwijl de communistische strijdkrach ten de ring om Tientsin steeds nauwer sluiten, zijn de regeringstroepen in de straten van de stad bezig met het aanleg- gen van machinegeweer-stellingen en met het opwerpen van barricades. De regeringstroepen hebben thans de spoorweg zowel ten Oosten als ten Westen van Tientsin opgebroken. De inwoners uit de meeste voorsteden zijn geëvacueerd. In berichtea uit Chinese bron wordt verklaard, dat de situatie ten Zuiden van Tientsin critiek is. De regeringstroepen zouden Hsiensjoekoe en Paitangkoe heb ben ontruimd, waardoor de weg naar Tientsin open ligt. Ook uit Peiping wordt gemeld, dat al daar voorbereidingen voor straatgevech ten worden getroffen. Naar verluidt wordt de toestand in het gebied van Honan en Hoepei critiek. Op het front aan het Grote Kanaal heeft het gewestelijke regeringshoofdkwartier zich teruggetrokken op de Zuidelijke oever van de Yangtse. waardoor een. nieuwe bedrei ging voor Nanking is ontstaan. Tsjiang Kai Tsjek heeft het plan om het front aan de rivier de Jangtse te verdedi gen goedgekeurd. De verdedigingslinie zou zich over een lengte van 2.500 k.m. langs de rivier uit strekken, bijna tot de stad Tsjoengking. Waarnemers verklaren, dat het plan reeds enige tijd werd bestudeerd. Zij be twijfelen of het genoemde aantal troepen beschikbaar zou zijn en zijn tevens scep tisch gezind ten aanzien van de gevechts capaciteit van deze troepen. Vier doden bij botsing tussen trein en vrachtauto Op een onbewaakte overweg bij Deventer is hedenmorgen een vracht auto met twaalf arbeiders in botsing gekomen met een trein. Vier arbeiders verloren hierbij het leven. De chauffeur van de auto, die bij het ongeluk ongedeerd is gebleven, heeft niet gezien, dat er een trein naderde. Dit was een zware steenkolentrein, die op de over weg in botsing kwam met de vrachtauto, welke reeds gedeeltelijk de rails gepasseerd was. De auto werd 350 meter meegesleurd. Van de twaalf inzittenden viel een viertal uit de auto op de spoorlijn. Van hen zijn drie personen onmiddellijk gedood. De vierde overleed vrij spoedig. Van de acht andere inzittenden werden enigen zwaar en anderen licht gekwetst. Drie schooljongens, die anders elke mor gen met de auto meereden, hebben geluk gehad, doordat zij hedenmorgen te laat waren. De diepe duisternis is vermoedelijk de oorzaak geweest, dat de chauffeur de trein niet tijdig heeft gezien. Het treinverkeer is tot tien uur gestremd geweest. COASTER BIJ AMELAND AAN DE GROND. In de afgelopen nacht is de coaster „Twee Gebroeders" van de reders Damhof uit Delfzijl, in het Friese Gat bij Ameland aan de grond gelopen. Kapitein Roosema ver zocht sleepboothulp en de „Stortemelk" van de rederij Doeksen is van Terschelling ter assistentie uitgevaren. De coaster is gela den met ijzer en kwam van Wilhelmshaven. den aanvoeren en verschillende hoge mili tairen aan boord hebben die zich van de toestand op de hoogte komen stellen. Soekarno's paleis te Djokja werd na ge ringe tegenstand bezet. Zes leden van Soe karno's lijfwacht trachtten met een auto te vluchten, doch de bestuurder van de auto werd doodgeschoten, waarna de auto tegen een muur botste. De eerste Nederlandse parachutisten, die op het vliegveld van Ma goewo landden, vonden de republikeinse bezetting gevlucht. In de gebouwen stonden de porties rijst nog op tafel. Intusschen heeft de dienst voor welzij nsverzorging op het vliegveld reeds een cantine ingericht. De bevolking is kalm en gereserveerd, doch inden een Nederlandse militair naar de weg vraagt, krijgt hij gewoonlijk ten antwoord „tidah tahoe" (dat weet ik niet). Eén van de parachutisten bleef bij de sprong uit het vliegtuig met zijn valscherm aan het toestel haken, doch de vlieger wist hem veilig aan de grond te zetten. Volgens mededelingen van twee Ameri kanen en een Engelsman, die de republi keinse hoofdstad per vliegtuig hebben ver laten, hebben Nederlandse vliegtuigen bij het begin van het Nederlandse offensief doelen in Djokja gebombardeerd en voer tuigen met mitrailleurvuur beschoten. De straatgevechten, welke spoedig na 12 uur op Zondag, toen de Nederlandse door de lucht aangevoerde troepen Djokja binnen rukten, begonnen, duurden ongeveer een half uur. Onder deze Nederlandse troepen waren vele Ambonnezen, welke in Indone sië bekend staan onder de naam „de zwarte Nederlanders", vanwege hun traditionele trouw aan de Nederlandse regering. Van het vliegtuig uit konden deze buitenlanders negen grote branden in de stad zien. Sancties? Wat de inhoud zal zijn van de resolutie die Amerika aan de Veiligheidsraad zal aanbieden, aan de samenstelling waarvan de Amerikaanse delegatie thans hard werkt en waarvoor zij besprekingen voert met alle delegaties, is nog niets met zekerheid te zeggen. Een zegsman van de Amerikaan se delegatie deelde mede dat er grotere eensgezindheid blijkt te bestaan dan men had verwacht. Volgens uitlatingen van deze woordvoerder sturen de Amerikanen aan op een onmiddellijk besluit dat recht op het doel afgaat. Zij hopen nog steeds op her vatting der onderhandelingen na beëindi ging der militaire actie, doch tevens is de neiging te constateren de Nederlanders te verzoeken voordien hun troepen terug te trekken. Wanneer dit zou worden gewei gerd zou het toepassen van sancties kunnen worden overwogen. In dit verband moet gewezen worden op de uitlatingen van verschillende Ameri kaanse radio-commentators, die aandron gen op het stopzetten van de Marshall hulp aan Nederland De republikeinse ver tegenwoordiger in Washington, Soemitro, heeft een bezoek aan de plaatsvervangende minister van Buitenlandse Zaken Lovett ge bracht en hem verzocht te willen over wegen, Nederland uit te sluiten van de Marshall-hulp. Bovendien verzocht hij de politieke en economische steun der Ver enigde Staten voor de republiek. Naar uit Parijs verluidt zou het mogelijk zijn dat. de Amerikaanse resolutie ook nog de invrijheidsstelling van de gevangenge nomen leden der republikeinse regering eist. Het uittreden van de Amerikaan Cochran uit de Commissie voor Goede Diensten wordt waarschijnlijk geacht wan neer de Nederlanders weigeren zich te schikken naar de wensen van de Veilig heidsraad. Soemitro tot de pers Na zijn onderhoud met de waar-nemende minister van buitenlandse zaken, de heer Lovett, deelde de heer Soemitro aan jour nalisten mede, dat de republiek zou voort gaan met aan de Nederlanders sterke weer stand te bieden, ook al zijn haar leiders gevangen genomen en hij kondigde daarbij aan, dat een nieuwe regering zou worden gevestigd te Boekit Tinggi (Fort de Koek, in Sumatra) en dat, als Boekit Tinggi mocht worden bezet, de republikeinse regering naar elders zou worden overge bracht. „Zo lang wij over enig gebied be schikken, zullen wij onze regering in In donesië hebben en als dat niet meer moge lijk is, zullen wij een regering in balling schap vormen", zeide hij. Soemitro voegde hieraan toe: „De repu bliek is voorbereid op een langdurige guerilla-oorlogvoering. Zeer spoedig zult ge getuige zijn van een serie tegenaan vallen op de Nederlanders vanuit de ber gen. Ik weet dat onze gevangen genomen leiders de strijd nooit zullen opgeven." De heer Soemitro zeide ook nog dat, als aan de Nederlandse militaire actie „niet spoe dig een halt wordt toegeroepen, het gevaar van het communisme in Indonesië zeer zal toenemen". Toen een Russische correspondent de heer Soemitro de vraag stelde, of de repu blikeinen steun van communistische zijde zouden afwijzen, weigerde deze te ant woorden Hij deelde ook nog mede, dat hij de heer Lovett de volledige steun van Amerika had verzocht om er de Nederlan ders toe te brengen, hun thans twee jaren durende blokkade van de eilanden op te heffen. „Wij maken thans zo voegde hij er aan toe alleen nog maar het begin mede van een hele keten van noodlottige gebeurtenissen, thans weet ik wat gij, Ame- rikanen, hebt gevoeld na Pearl Harbour." Het Engelse standpunt Van de zijde van de Britse delegatie in de Veiligheidsraad werd medegedeeld, dat de delegatie met betrekking tot haar standpunt bij de behandeling van het In donesische vraagstuk in de Veiligheids raad nog geen definitieve instructies uit Londen heeft ontvangen. De zaak wordt te Londen nog bestudeerd, doch te Parijs zeide men, dat de Engelsen stellig niet een zo fors standpunt zullen innemen als de Amerikanen. In Engelse officiële kringen ver luidde het heden, dat de Amerikaanse onlwerp-resolutie, waaraan thans ge werkt wordt, zal zijn gebaseerd op liet zesde hoofdstuk van het handvest der Verenigde Volken, dat handelt over „vreedzame regeling van geschillen'. Het werd echter niet uitg'esloten ge acht, dat in een later stadium der be handeling men wellicht de Indonesi sche kwestie zou moeten beschouwen in het licht van de voorzieningen van hoofdstuk zeven, handelend over „be dreiging van de vrede". Dit laatste hoofdstuk voorziet er in, dat de Veilig heidsraad economisch sancties kan toepassen, of. indien deze niet tot het beoogde doel leiden, zelfs kan over gaan tot een militaire actie, uit te voe ren door de leden van de UNO. De minister-president van Australië, de heer Chifley, zeide 11a een lange kabinets vergadering. waarin ook de toestand in Indonesië ter sprake was gekomen: „Australië spreekt zich uit voor een on middellijk ophouden van het vuren, het terugtrekken van de Nederlandse troepen achter de demarcatielijn van voor het be gin der actie en de nodige stappen van de C. v. G. D. om représailles en executies te voorkomen." De militaire toestand Het officiële Nederlandse communiqué van heden geeft slechts summiere détails over de Nederlandse vorderingen, doch uit gewoonlijk betrouwbare niet-officiële bron werd vernomen, dat zowel op Java als op Sumatra snelle vorderingen worden ge maakt. Nïet-bevestigde berichten melden, dat Nederlandse gemechaniseerde brigades van Semarang uit, Soerakarta, de tweede stad der republiek, hebben bezet en zich heb ben verenigd met de luchtlandingstroepen in Djokja. Andere onofficiële berichten melden, dat de Nederlandse strijdkrachten, die in op mars zijn van Padang op Sumatra uit. over vrijwel onbeschadigde wegen en weinig tegenstand ondervindend, bijna Boekit Tinggi (Fort de Koek) hebben bereikt. In Tjepoe, het oliecentrum in Oost Java, dat gisteren volgens dezelfde bronnen door de mariniers werd bezet, stond min stens een bron in brand. Onze correspondent te Batavia seinde ons heden: Het legerbericht heeft de aanvankelijk uit Chinese bron komende geruchten be vestigd dat in de bergen van de republiek een guerilla wordt georganiseerd. Machinerieën, radiozenders, drukkerijen en verdere benodigdheden voor de guerilla en de propaganda zouden naar de bossen zijn overgebracht, van waar contact met het buitenland kan worden verkregen. De republiek zou een tienjarenplan heb ben voor voortzetting van de strijd, doch dit is gebaseerd op de medewerking van de bevolking. De uitnodiging van Pandit Nehroe tot Soekarno hield inderdaad ver band met de plannen om de republikeinse regeringszetel naar India te verplaatsen. De regeringen van Oost Java en Madoera hebben de noodzaak van de zuiveringsactie erkend en een beroep op de bevolking ge daan om rustig te blijven. Intussen krijgen de journalisten nog geen toestemming om het republikeinse gebied te betreden. Veldpostkantoor in Djokja Maandag werd te Djokja de eerste Ne derlandse post bezorgd. Heden werd te Djokja het eerste veldpostkantoor voor de Nederlandse strijdkrachten geopend. Van officiële Nederlandse zijde wordt nog medegedeeld, dat de Nederlandse troe pen gisteren Bojolali, 25 km Zuidoost van Salatiga en Pati, 23 km ten Noordoosten van Koedoes hebben bezet. De Nederlandse mariniers bezetten Toeban en staan aan de rand van Bodjonegoro. De marine voorlichtingsdienst meldt, dat zich ter zee geen incidenten hebben voor gedaan. De verscherpte kustbewaking, zoals deze door de commandant der zee macht in het Oosten werd afgekondigd, is in gang gezet, waarbij vooral wordt ge waakt tegen het vluchten overzee van extremistische benden. De marine verleent waar nodig hulp en steun aan de acties van het leger, vooral bij het aan land zet ten van afdelingen van de mariniers en het leger in diverse streken. Door de marine luchtvaartdienst werd belangrijke bijstand aan de Nederlandse troepen verleend, aldus het communiqué. OVERWEGEND DROOG VyEER Verwachting, medegedeeld door het K.N.M I. in De Bilt. geldig van Dins dagavond lot Woensdagavond: Voor het Noorden van het land over wegend droog weer met tijdelijk op klaringen. Zwakke tot matige wind lussen Noord en Oost., 's Nachts plaat selijk lichte vorst, overdag temperatuur enkele graden boven het vriespunt. Voor het Zuiden van het land meest zwaar bewolkt of nevelig, maar over wegend droog weer. Zwakke tot matige wind tussen Noord en Oost. Lichte vorst tot temperatuur om het vries punt. 22 December: Zon op .»v. 8.46 uur, onder 16.31 uur Maan op 23.37 uur. onder 12.42 uur

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1948 | | pagina 1