Keiler Macdonald ELEVQXi Duitse ex-kroonprins geeft de strijd om de millioenen van Doorn niet op Typische verbondenheid van het Britse Gemenebest kan moeilijk worden gemist Evenwicht in Vraag en Aanbod op de Arbeidsmarkt WOENSDAG 6 APRIL 1949 Hij meent aanspraak te kunnen maken op een „non enemy"-verklaring en daardoor op de erfenis van zijn vader ï>e erfenis van de Duitse ex-keizer: Huize Doorn met 45 hectare grond en geld en effecten tot een bedrag van ongeveer twee millioen gulden was gisteren het onderwerp van een geding van ex-kroonprins Frie- drich Wilhelm von Hohenzollern contra het Nederlandse Beheersinstituut. Dit instituut heeft aan de ex-kroonprins de „niet- vijand"-verklarmg geweigerd. Het als Duits eigendom ten behoeve van de staat der Nederlanden geconfisqueerde eigendom der Hohenzollerns in Nederland werd dienten gevolge niet aan de ex-kroonprins overge dragen. Deze kwam van deze beslissing in appèl bij de Raad voor Rechtsherstel, waar gisteren de pleidooien van mr. B. R. Wesse- ling voor de ex-kroonprins en mr. J. van den Berg namens het Beheersinstituut wer den gehouden. Mr. Wesseling zeide dat de ex-kroonprins een goede houding jegens het nationaal- socialisme heeft aangenomen. Hij bestreed beweringen als zou de ex-kroonprins al thans in de aanvang van het Hitler-regiem het nationaal-socialisme begunstigd heb ben. Men moet echter niet vergeten, zo zeide spreker, dat de Hohenzollerns in Duitsland in een glazen huisje leefden en dat zij verdacht werden van monarchisti sche activiteit. Voorts zou"volgens de verde diger ex-kroonprins Friedrich Wilhelm zijn steun hebben gegeven aan de verzetsbewe ging. Mr. van den Berg voerde hiertegen aan, dat „ont-vijanding" in Nederland mede krachtens het geallieerd verdrag van 1945 van Parijs slechts om zeer bijzondere reden kan geschieden en wel alleen 'in gevallen van bijzondere verdiensten van ex-vijan delijke onderdanen voor Nederland of voor de geallieerde zaak. Men moet, aldus mr. Van den Berg, de confiscaties van eigen dommen van vroegere vijandelijke onder danen niet bezien als een persoonlijke straf wegens vijandig optreden. Dergelijke ont eigeningen zouden gevolgd kunnen worden door schadevergoeding, te geven door de regering van het ex-vijandige land. Mr. van den Berg baseerde een groot gedeelte van zijn pleidooi op de motieven van de scha devergoeding voor oorlogsverlies enerzijds en op het veiligheidsmotief anderzijds. De kwestie van veiligheid betreft het voor komen van economische machtsvorming van Duits vermogen buiten de grenzen van dat land. De inbeslagneming van ex- vijandelijk bezit is hiermee in volledige overeenstemming. Het Nederlandse stand punt te dezer zake was tot dusver strikter dan dat van Frankrijk, België of Amerika. De uitvoering der onderhavige maatregelen in Nederland maakt thans een punt van bespreking uit bij het Beheersinstituut en in de ministerraad. Mr. van den Berg voerde aan, dat er geen reden kan bestaan om een vriendelijk gebaar jegens de Duit sers te maken, door middel van teruggave van dit bezit aan de Hohenzollerns. De ex-kroonprins voert aan, dat hij geen bijzondere verdiensten jegens de goede zaak behoeft te hebben, omdat zijn geval een bijzonder geval is. Doch mr. van den Berg zeide dat zelfs indien appellant geen positieve verdienste voor de vijand zou hebben gehad, er krachtens^ bestaande maatregelen nog geen reden tot ont- vijanding zou zijn. Het weigeren van de „non-enemy verklaring" betekent geens zins, dat men de verzoeker als vijand be schouwt. Het gaat om positieve waarden, aldus mr. van den Berg. Hakenkruis als camouflage? Mr. Wesseling heeft in een zeer langdu rig betoog beweerd dat de ex-kroonprins wel degelijk positieve verdiensten voor de geallieerde zaak heeft gehad. Zijn aan vankelijke „meespelen" met het nationaal- socialisme noemde spreker een houding van argwaan en afwachten. Ter sprake kwamen drie telegrammen door de ex- kroonprins verzonden. Het eerste, uit 5936, was gericht aan Mussolini, die hieriii werd gefeliciteerd met het welslagen van de veldtocht in Ethiopië. Dit telegram eindigde met de woorden „leve de koning, leve de duce". „Hitier heeft de ex-kroonprins dit telegram zeer kwalijk genomen, omdat hij er een politieke stunt in heeft gezien," al dus mr. Wesseling. De ex-kroonprins ont kent na de overval op Noorwegen en de overweldiging van Nederland, België en Frankrijk, telegrammen aan Hitier te neb ben gestuurd. Dit schijnt, aldus spreker, gedaan te zijn door zijn nationaal-socia- listische kabinets-secretaris die echter in Russische krijgsgevangenschap vei'dwenen is en dus niet kan getuigen. Dat de ex-kroonprins hakenkruisbanden op zijn oude Stahlhelm-uniform droeg was volgens mr. Wesseling om politieke rede nen gebeurd. Mede in verband met cou rantenartikelen van de ex-kroonprins, meende mr. van den Berg echter te moe ten concluderen dat de prins in de eerste jaren van het Hitler-regiem de Stahlhelm zowel als zijn monarchistische aanhangers, welbewust in de armen van het nationaal- socialisme heeft gedreven. Pleiter conclu deerde dat de ex-kroonprins geen positieve verdiensten voor de Nederlandse of ge allieerde zaak heeft gehad, ook al heeft hij eens bemiddeld voor drie ter dood veroor deelde Nederlandse officieren en dat dien tengevolge het verzoek om ont-vijanding van ex-kroonprins Friedrich Wilhelm dooi de raad dient te worden afgewezen. Mr. Wesseling daarentegen was aan de hand van tal van citaten en productie van vele bewijsmiddelen van mening, dat de ex- kroonprins in Duitsland bekend stond als een onbetrouwbaar, verdacht en aan het nazi-regiem vijandig element, lid van een vijandige dynastie en dat hij, mede krach tens zijn verdiensten en anti-nazi activiteit, zeker voor ont-vijanding in aanmeridng kwam. De zitting die vijf uur duurde, werd daarna een maand verdaagd. Griekse guerilla-regering gewijzigd De „voorlopige democratische regering" der Griekse guerillastrijders heeft een wij ziging ondergaan. In deze regering zijn op genomen vertegenwoordigers van de Mace donische organisatie „Het Vaderlandse Volksfront" en van de organisaties dei- Griekse landbouwers, arbeiders en boeren. Demitrios Partsalides, algemeen secretaris van de EAM, is benoemd tot minister president. Partsalides, een vroegere tabaksorteer der, leidde de strijdkrachten der EAM tij dens de burgeroorlog in 1944 naar de ber gen. De 46-jarige „premier" heeft 10 jaar in de gevangenis doorgebracht wegens po litieke activiteit. In begin 1946 bracht hij een bezoek aan Moskou en in Juli van het volgende jaar werd hij door de Griekse regering gearresteerd op beschuldiging van hoogverraad. Hij werd onschuldig bevon den. Daarna werd gemeld dat hij „verdwe nen" was. In Januari 1948 loofde de Griekse regering een beloning voor zijn gevangenneming uit. Volgens de radio der opstandelingen zal de nieuwe regering „algemene amnestie" afkondigen. Onder voorzitterschap van Zachariades, de algemene secretaris van de Griekse communistische partij, is een oorlogsraad gevormd. Versterkte guerilla-troepen zouden he vige tegenaanvallen ondernemen in het Grammos-gebergte van Noord- Grieken land. De veldslag duurt nu reeds vier da gen. Griekse legerafdelingen, gesteund door vliegtuigen, maakten melding van de verovering van verscheidene belangrijke passen in deze strijd, die begon- toen de guerilla's uit het Vitsi-gebergte nabij de Albanese grens tot de aantal overgingen. De Griekse regering heeft inlichtingen, vol gens welke Albanië de opstandelingen openlijk zouden steunen, aan de speciale commissie voor de Balkan en vertegen woordigers van de Westelijke mogendhe den in Athene door gegeven. De Parijse Grote Opera biedt haar bezoe kers deze iveek ivcl een heel bijzonder schouwspel. Men kan er een Peruaanse balletgroep bewonderenwaarvan de exo tische gewaden in overeenstemming zijn met de bezieling, waarmee de vaak gecom pliceerde dansfiguren worden uitgevoerd. De eerste groep krijgsgevangenen, die na de capitulatie van Duitsland Rusland mocht verlaten, kwam dezer dagen in het vluchtelingenkamp Friedland (Göttingen) aan. Deze 1600 gevangenen kwamen uit de Russische kampen bij Leningrad en Stalino. Een zuster verwelkomt de ex-krijgsgevangenen bij aankomst bi het kamp. De aanstaande dominion-conferentie Agenda voor Haarlem WOENSDAG 6 APRIL Gem.Xoncertgebouw: Ned. Veren, van Spiri tisten. 8 uur. Bioscopen: Palace: „Het ge heime commando", 18 j., 2.00, 4.15, 7.00 en' 9.15 uur. Luxor: „Een affaire in Afrika", 18 j., 2.00, 4.15, 7.00 en 9.15 uur. City: „Het zit in de lucht.", 14 j., 2.15, 4.30, 7.00 en 9.15 uur. Spaarne: „Spionnage in New York". 14 j.. 2.30. 7.00 en 9.15 uur Frans Hals: ..North West Mounted Police". 14 j., 2.30. 7.00 en 9.15 uur. Rembrandt: „De rode schoentjes", alle leeft., 1.45. 4.15. 6.45 en 9.15 uur. DONDERDAG 7 APRIL Stadsschouwburg: ..De Herbergierster", 8 uur. Geni. Concertgebouw: Volksconcert HOV. 8 uur. Grote Kerk, Orgelconcert, 34 uur. Bioscopen: Middag- en avondvoorstel lingen. (Van onze correspondent te Londen) De Balfourverklaring van 1917 over Pa lestina is beroemd geworden. Minder be kend is de tenminste zo belangrijke Bal fourverklaring van 1926. Zij immers legde voor het eerst vast, dat de Britse dominions autonome gemeenschappen zouden worden binnen het imperium, „gelijk in status, op geen enkele wijze ondergeschikt aan elkaar, noch in binnenlandse, noch in buitenlandse aangelegenheden, hoewel verenigd door hun gemeenschappelijke trouw aan de Britse kroon". Deze aldus gedefinieerde verhouding werd in 1931 door het Engelse parlement bevestigd in het statuut van Westminster. Hiermede hadden de dominions volledig zelfbestuur gekregen. Zij werden voortaan rechtstreeks diplomatiek vertegenwoordigd in het buitenland. In Londen zelf heeft elk dominion zijn eigen Hoge Commissaris, terwijl Engeland in de dominions vertegen woordigd is door een functionaris, die nog altijd de koloniale titel van Gouverneur- Generaal draagt. Rechten, welke het Brit se parlement zich vroeger had voorbehou den, kwamen bij deze regeling geheel te vervallen. De Engelsen beschouwen terecht deze statenbond als de meest ideale vorm van samenwerking, een voor-beeld voor de wereld. Desniettemin waren er moeilijk heden. Economisch kwam er verwijdering als gevolg van geografische ligging. Cana da en Australië oriënteerden zich op Ame rika. Doch toen Engeland in 1939 in nood verkeerde, snelden zij toe als trouwe pala dijnen. De zuiver Britse gebieden zullen zich wel altijd een blijven voelen met het moederland. Ierland, wiens emigranten de overzeese dominions groot hielpen maken, verlaat thans het ouderlijk huis en kan de oude vete met de Engelsen niet vergeten. Dank zij de soepele dominion-regeling kon het in de oorlog neutraal blijven. Is er groter bewijs denkbaar voor de vrijheid van de leden van dit unieke verbond? Des ondanks zit het de nationalisten dwars, dat zij de Britse kroon erkennen moest, al is het slechts formeel. Thans heeft India besloten eveneens een onafhankelijke republiek te worden, maar met het kennelijk voornemen de band met het gemenebest niet te ver breken. De strategische positie van dit land laat dit niet toe. Het kernprobleem, waarvoor de komende dominjonconferentie in Londen nu geplaatst is, vormt de vraag of er een formule kan worden gevonden waarbij ieder vrij is de band met de Britse kroon te verbreken, maar niettemin alle voordelen zal behouden verbonden aan de erkenning van de koning van Engeland. Niemand weet hier nog een oplossing voor. De regering heeft enige tijd geleden ge tracht de opstandigen te bevredigen door het woordje „Brits" weg te laten bij de aanduiding van het gemenebest, maar na vele protesten kwam het weer te voor schijn in de jongste Troonrede. Men heeft er ook over gedacht om het staatshoofd te aanvaarden als symbool van het gemene best als groep, dus niet meer van elk sa menstellend deel afzonderlijk, zoals thans het geval is. De presidenten der republieken zouden dan tegenover het buitenland op reden als veregenwoordigers des konings. Ierland, dat vlak voor de bijeenkomst dei- dominions op 18 April, de herdenkingsdag der Ierse revolutie van 1916, de republiek zal uitroepen, heeft geweigerd deze formule te accepteren. Het is ook twijfelachtig of India ervoor voelt. Ook is gedacht aan een regionale verbinding tussen republikeinse en andere delen van het gemenebest of aan een buitengewoon lidmaatschap daarvan voor landen die zich van de kroon los maken. Indien het gemenebest alleen maar door een verdrag bijeengehouden zou wor den, zou het niet meer betekenen dan een andere willekeurige statenbond. De figuur Van de koning is voor de oude dominions, in tegenstelling met de nieuwe, een morele factor van onschatbaar belang. Nu men de suggestie oppert van een aanvullend pact voor Zuidoost-Azië kunnen de dominions in hun typische onderlinge verbondenheid niet worden gemist. Zij zullen echter meer dan voorheen op eigen krachtsinspanning zijn aangewezen. Er schijnen reeds plannen te zijn welke elk hunner een bepaalde rol toewijzen, economisch en strategisch. Zeven-en-vijflig wegenwachters krijgen deze week jaarsterren uilgcreikt als bekro ning van een nieuw jaar trouwe dienst. Een groep van de bekende trouive wachters op onze wegen ontvangt in het A.N.W.B.-gebouw in Den Haag de onderscheidingen uit handen van de heer H. Rienstra, directeur van „Ledenvoorlichting". Gegevens uit het Jaarverslag van de directeur van het Gewestelijk Arbeidsbureau De directeur van het Gewestelijk Arbeids bureau te Haarlem, de heer A. P. M. van Driel, schrijft in zijn jaarverslag over 1948 o.a. het volgende over de arbeidsmarkt in Haarlem en omgeving. Overeenkomstig de verwachting in het vorige jaarverslag uitgesproken, ontwik kelde de arbeidsmarkt zich in 1943 in de richting van het ontstaan van een even wicht in de vraag naar en het aanbod van arbeidskrachten. Het grote tekort aan arbeidskrachten, waarmee vrijwel alle be drijven te kampen hadden in de eerste ja ren na de oorlog, is geleidelijk verdwenen. Zoals te verwachten was, werd het verza digingspunt het eerste bereikt voor de categorie ongeschoolde arbeiders. In de laatste maanden van 1947 en de eerste van 1948 was het bijna alle bedrijven mogelijk de behoefte aan ongeschoolde arbeids krachten volledig te dekken. In de laatste maanden van 1948 voltrok hetzelfde proces zich voor geoefende arbeidskrachten. Aan het einde van het verslagjaar kon ook aan de vraag naar geoefende arbeiders volledig worden voldaan. Een tekort openbaarde zich op dat tijdstip nog alleen in de aanhou dende vraag naar werkelijk bekwame, ge schoolde arbeidskrachten in bepaalde be drijfstakken. Bovenstaande schets over de ontwikke ling van de arbeidsmarkt in 1943 geeft na tuurlijk een algemeen beeld. De afzonder lijke bedrijfstakken tonen afwijkingen van dit algemene beeld naar boven of naar be neden. Dc vraag bleef nog het grootst in de metaalindustrie, de textielindustrie en de chemische nijverheid. In deze bedrijfstak ken deed zich ook nog steeds een tekort aan vakbekwame arbeiders gevoelen. On gunstiger was de toestand voor de midden- standsbedrijven. Voor slagers, bakkers, kappers, schoenmakers en kellners was het soms moeilijk passend emplooi te vinden. Ook voor administratief personeel werd de toestand in 1948 minder rooskleurig. Voor vrouwen en jeugdigen bleef de tewerkstel lingsmogelijkheid zeer ruim, al zijn ook ten aanzien van deze categorieën tekenen be speurbaar die er op wijzen dat binnen af zienbare tijd een evenwichtstoestand zal worden bereikt. Al is dus een belangrijke ontspanning op de arbeidsmarkt ingetreden, toch mag niet worden geconcludeerd, dat de balans reeds naar de andere zijde zou zijn doorgeslagen en de vraag naar arbeidsmachten zou achterblijven bij het aanbod. De toestand kan misschien het beste worden gekarak teriseerd door te spreken van een even wichtstoestand. Enerzijds kunnen arbeiders die bereid en in staat zijn om te werken in het algemeen nog aan passende arbeid worden geholpen, anderzijds kunnen de werkgevers van hun personeelsleden weel een redelijke arbeidsprestatie eisen, zonder de vrees te behoeven te koesteren moeilijk heden met een deel van het personeel te zullen krijgen. Van werkloosheid is nog geen sprake Dat van een zich ontwikkelende werk loosheid eigenlijk nog geen sprake is. oüjkt ook uit de cijfers. Op 1 Januari 1943 ston den 2236 personen als werkzoekend bij het arbeidsbureau ingeschreven; op 31 Decem ber was het aantal ingeschrevenen gestegen tot 2367, een stijging dus met 131 of onge veer 7 procent. Hoewel het aanbod van arbeidskrachten in 1948 dus niet noemens- ELECTRIC CALL luidsprekende telefoon installaties INLICHTINGEN EN PROSPECTUS BIJ: ;ende tele N PROSPECTUS B JANSWEG 42. HAARLEM - TEL. 11828-18626 Laatste H.O.V.-volksconcert Op Donderdag 7 April geeft de H.O.V. onder leiding van Kees Hartvelt het laatste Volksconcert en besluit hiermede het win terseizoen 1948/49. Dit concert zou oorspron kelijk op 18 Januari hebben plaats gevonden, doch kon toen om technische redenen niet doorgaan. Als soliste zal deze avond "medewerken de pianiste Anna Wester, reeds bekend door haar optreden te Haarlem met het Orchestre Colonne, waarbij zij het pianoconcert voor de linkerhand van Ravel ten gehore bracht. Ook met de H.O.V. speelde zij dit concert met groot succes. Ditmaal zal Anna Wester Beethoven's Eerste pianoconcert vertolken. Het orkest voert de volgende werken uit: de Symphonie No. 97 in C gr. terts van Haydn, de Ouverture Amphitryon van onze landgenoot Daniël Ruyneman en tenslotte de Symphonie van Georges Bizet. Faillissementen Dinsdag werden door de rechtbank te Haarlem géén faillissementen uitgesproken Wegens hel verbindend worden der enige uitdelïngslijst is geëindigd het faillissement van: Jan van der Werf, bloembollcnhande- Iaar, wonende te Heemstede, van S]inge- landtlaan 5. Candidaten P. v. d. A. Heemstede De ledenvergadering van de afdeling Heemstede van de Partij van de Arbeid heeft gisteravond de candidatenlijst voor de ge meenteraadsverkiezingen vastgesteld con form de op 4 Maart gepubliceerde groslijst. De lijst luidt: 1. H. Disselkoen; 2. dr. E. Brongersma; 3. W. J. Reynders: 4. A. J. J. Verspoor; 5. A. N. Zonneveld; 6. mevr. N. MeyerWisse; 7. J. H. Bartman; 8. J. F. Saarberg; 9. mevr. J. C. C. van Zeeventer Van Male; 10. H. J. Verkouw; 11. J. Galjaard; 12. J. Paternostx-e; 13. W. van Doorn. Hoogovenarbeider bekneld tussen twee spoorwagons Bij het opduwen van een spoorwagon op het terrein van de IJmuidense Hoogovens door middel van een kraan, die zelf al een tweede wagon voortduwde, raakte Dins dagmiddag de veiligheidsman van hel ver voer D. v. O. uit Beverwijk tussen de beide wagons bekneld. Met een kneuzing aan de borstkas moest hij in 't Rodekruis Zieken huis te Beverwijk worden opgenomen. Le vensgevaar is niet aanwezig. waardig is veranderd, blijkt uit de afgeno men vraag toch wel, dat zich een wijziging heeft voltrokken. Op 1 Januari stonden bij het arbeids bureau 1417 aanvragen om mannelijke ar beiders geregistreerd, op 31 December waren het er nog slechts 656. Een daling dus met 761, of meer dan 50 procent. De behoefte aan vrouwelijke arbeidskrachten echter is enigszins gestegen. 675 aanvragen aan het begin van het jaar: 723 aan het einde. Het lijkt niet onwaarschijnlijk, dat de tegenstelling tussen het verloop in de vraag naar mannelijk en vrouwelijk per soneel, moet worden ve-klaard uit de om standigheid, dat sommige werkgevers de neiging hebben geleidelijk over te schake len van duurder mannelijk op goedkoper vrouwelijk personeel. liet stemt tot voldoening, dat in 1943 het peil van de bedrijvigheid in het gewest Haarlem niet alleen kon worden gehand haafd, doch zelfs worden uitgebreid, daar de jaarlijkse aanwas van de jeugdigen die voor het eerst aan het arbeidsproces gaan deelnemen, zonder bezwaar kon worden opgenomen. Deze factor mag niet worden onderschat, daar veilig kan worden aan genomen, dat in het gewest Haailem per jaar 4000 a 5000 jeugdigen méér in de be drijven hun intrede doen dan ouderen door het bereiken van de leeftijdsgrens afvallen. Ofschoon het niet altijd gemakkelijk zal zijn jaarlijks een zo groot aantal jonge mensen aan een passende, vooruitzichten biedende werkkring te helpen, bestaai er toch evenmin reden tot bijzonder pessi misme. Het gewest Haarlem beschikt over een flink aantal goed geleide, gezonde, tot expansie geneigd zijnde industriële bedrij ven, die nog grote mogelijkheden hebben voor het opnemen van jeugdige arbeids krachten. In dit verband dient er tevens op te worden gewezen, dat de zo veel bespro ken industrialisatie niet alleen kan worden verkregen door het uit de grond stampen van een aantal grote nieuwe bedrijven, doch dat geleidelijke uitbreiding van reeds jaren gevestigde industriële ondernemingen tot hetzelfde doel zal kunnen leiden. Minder boorden, meer overalls Willen deze bedrijven echter tot die uit breiding in Staat zijn, dan zullen zij de be schikking moeten kunnen krijgen over een flink aantal werkelijk geschoolde arbeiders. Nederland zal zich in de komende jaren, veel meer dan in het verleden het geval is geweest, moeten gaan toeleggen op het op leiden van vaklieden. De opleiding voor de administratieve beroepen zal moeten wor den ingekrompen, die voor de technische beroepen uitgebreid. Niet alleen in om vang, doch ook in kwaliteit. Het peil van de jongeren dat de ambachtsscholen be zoekt, dient te worden opgevoerd en de technische opleiding zal, althans voor een deel der leerlingen, moeten worden ver diept en verlengd. Er zal zich een wijzi ging moeten voltrekken in de maatschap pelijke opvatting, dat kantoorbedienden met de boord meer aanzien verdienen dan de vaklieden met de overall. Niet de aard van de werkzaamheid en het schone han den hebben, doch de betekenis van de func tie voor de samenleving zal maatstaf moe ten zijn voor de maatschappelijke waar dering. Ook in de geldelijke beloning van de arbeid zal deze gewijzigde opvatting tot uiting moeten komen. De differentiatie in de lonen' der arbeiders is te gering. Het verschil in beloning tussen de ongeschoolde en de hoog geklasseerde vakarbeider zal aanzienlijk groter moeten worden. Even min is het nodig dat twee beoefenaars van hetzelfde beroep des Zaterdags met het zelfde loon naar huis gaan. Het is redelijk en menselijk, dat degene die meer pres teert meer ontvangt, en degene die achter blijft in prestatie ook achterblijft in loon. Êen bijzonder moeilijk probleem dat zich in 1948 geleidelijk sterker opdrong was het vraagstuk van de oudere arbeidskrachten. Het is verklaarbaar, dat uit economische overwegingen bij verschillende bedrijven de neiging bestaat, zich van oudere, op hun retour zijnde arbeidskrachten te ont doen. Op gr/md van sociale en maatschap pelijke motieven en tei bescherming van de overheidskas moet dit zoveel mogelijk worden tegengegaan. De oudere arbeids kracht, die ontslagen wordt, komt moeilijk weer aan de slag. Hij ontvalt aan de pro ductie, doch blijft deelnemen aan de con sumptie en dit laatste op kosten van de ge meenschap. Zijn ontslag betekent dus, af gezien van het zeer grote persoonlijke nadeel, op twee manieren een schade voor de volkshuishouding. Bij de hantering van het ontslagrecht werd op de wenselijkheid ontslag van oudere arbeidskrachten zoveel mogelijk tegen te gaan, zeer sterk de na druk gelegd. Zolang dat kon, zonder aan tasting van de rentabiliteit van een bedrijf, werd het ontslag van oudere arbeidskrach ten in het algemeen geweigerd. VELSEN KRIJGT GEMEENTE KWEKERIJ. Naar wjj vernemen zal Dinsdag in de Gemeenteraadsvergadering een voorstel aan de orde komen tot aankoop van grond voor een Gemeentelijke kwekerij. Deze kwekerij komt vermoedelijk te liggen ten Oosten van de Rijksweg VelsenHaarlem ter hoogte van de „Hofgeest" bij Santpoort. Butlinkamp alscompensatie voor verlies van hotels Minister beantwoordt vragen van Tweede Kamerlid Stein- metz Op vragen van het Tweede Kamerlid de heer Steinmetz (K.V.P.) over de bouw van een Butlinvacantiekamp te Zandvoort heeft de minister van Wederopbouw en Volks huisvesting geantwoord dat het juist is, dat hij medewerking heeft toegezegd voor de bouw van een dergelijk vacar.tiekarnp te Zandvoort. Voorts verklaart de minister, dat hij bij de behandeling van de begroting 1949 van het ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting heeft, uiteengezet dat, hoe belangrijk ook de woningbouw is. an dere onderdelen van de bouwnijverheid niet kunnen worden verwaarloosd zonder schade toe te brengen aan het maatschap pelijk leven. Aan welke onderdelen in de verschillende gemeenten in de eerste plaats aandacht moet worden geschonken, hangt af van de aard van deze gemeenten en de daarin eventueel aangerichte verwoestin gen. Zo zal, waar stadskernen zijn vernield beschikbaarstelling van bouwvolume voor de herbouw van winkels en kantoren pri mair in aanmerking komen en zal in een badplaats als Zandvoort, waar bijna alle hótelaccomodatie verloren ging, meer in het bijzonder gedacht mogen worden aan bouwvolume om daarin te voorzien. Uitbreiding van logeergelegenheid is ook in het algemeen gewenst, omdat daaraan in Nederland ten gevolge van de oorlog een ernstig tekort is ontstaan. Dit is te meer te betreuren, nu Nederland zich in een groeiende belangstelling van de buiten landse toeristen mag verheugen en bij lange na niet voldaan kan worden aan Iogiesverstrekking. Aangenomen mag worden, dat dè devie zen, welke nodig zijn voor de bouw van hotels, op korte termijn teruggewonnen worden door de inkomsten uit dit buiten landse toerisme. Om deze redenen is goedgevonden, dat in 1950 wordt begonnen met de verwezen lijking van een gedeelte van het plan, dat als Butlinkamp wordt bestempeld. Aan de uitwerking daarvan wordt nog gearbeid. De voorwaarde is gesteld, dat de uitwer king nadere goedkeuring van de Weder- opbouwdienst behoeft, zodat gewaakt kan worden tegen een opzet, die meer materia len zou vorderen dan in deze lijden van materiaalschaarste verantwoord is. Jan Musch vertelt over zijn tournée door de West Gebruind door de tropenzon is de Neder landse acteur en voordrachtskunstenaar Jan Musch na een succesrijke tournée door de West in Nederland teruggekeerd. Met de „Helena" van de K.N.S.M. kwam de 73-jarige vitale grijsaard, na een reis die bijna drie maanden geduurd heeft, in ons land aan en onmiddellijk was hij bereid iets over zijn reis te vertellen. Jan Musch verhaalde hoe de kranten in de West al spoedig een mening over hem hadden gevormd, die het beste naar voren kwam in een krant in Paramaribo, waar na het eerste optreden van de kunstenaar da gelijks een kolom werd gemaakt onder het hoofd „Musschennieuws". Jan MuscJi. Jan Musch heeft dagelijks gewerkt in Suriname. Hij gaf voordrachtsavonden voor ouderen, schoolvoorstellingen ook in de districten Nickerie, Groningen, Mariën- burg en Paranam een cursus in regie voor amateurtoneelverenigingen en cursus sen in de voordrachtskunst. Vooral voor de cursussen bestond een enorme belangstel ling. Er bestaat in Suriname, zo zei Jan Musch. een grote drang naar goede cul turele ontspanning. Het werken voor kun stenaars is er echter zeer moeilijk. Zo moest hij eens optreden in een open thea ter, waarin het lawaai van een bruiloft doordrong. Eens moest een voorstelling worden gestaakt wegens het lawaai van huilende babies en blaffende honden. Leuke herinneringen heeft Jan Musch aan een schoolvoorstelling in Paranam. De kinderen waren doodstil en hij dacht eigen lijk hoewel hij een speciaal kinderpro gramma had gegeven dat zij er niet veel y&n begrepen hadden. De onderwijzers lieten de kinderen de volgende dag op stellen over de voordracht maken en toen kwamen er verrassende resultaten uit de bus. EenSpstcl begon met de woorden: „De heer Jan Musch is een wonderman. Hij kan loeien als een koe. fluiten als een boot en kan vlinders maken met zijn handen". Een klein inheems jongetje vertelde hem onomwonden dat hij de voordracht „net zo fijn had gevonden als de bioscoop". Het programma van Jan Musch bestond uit werken van Shakespeare, Edgar Allan Poe, Lou Lichtveld, Adema van Schelte- ma. Hooft, Huygens, Bredero, Guido Ge- zelle en Alphonse Laudy („De Paradijs vloek"). Door een toeval de boot waarmee hij van Paramaribo zou vertrekken had ver traging ging Jan Musch naar Curasao en toen daar bleek dat hij nog ruim een week moest wachten alvorens de terugtocht te aanvaarden, kwamen daar ook spoedig uit nodigingen om voordrachten te houden. Ook op Aruba gaf hij nog een voordracht avond. Op Curagao was het succes bij zonder groot. „Nog nooit" volgens in siders „werd aan een optredend kunste naar aan het eind van een voorstelling door het publiek staande een ovatie gebracht, zoals Jan Musch die kreeg". Ere-lid. Het bestuur van de Wagner- vereniging heeft Erich Kleiber, die sedert 1933 met een onvrijwillige onderbreking van tien jaar de voorstellingen van deze vereniging heeft gedirigeerd, benoemd tot erelid.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1949 | | pagina 5