Haarlems Dagblad
Op 12 Mei eindigt de
blokkade van Berlijn
Het ontwerp-statuut van de
„Raad van Europagetekend
Raad van Europa
Tekst van het ontwerp-statuut
63e Jaargang No. 19236
Bureaux: Grote Houtstr. 93, Tel. Adv. en Admin.
10724, 14825. Redactie 10600 Dïrect.-Hoofdred.
15054. Bijkantoor H.N., Soendaplem 37, Tel. 12230.
Drukkerij Z.B. Spaarne 12, Tel. 12713, 10132.
Vrijdag 6 Mei 1949
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
Abonnementsprijs per week 33 cent, per kwartaal
4,25. Franco per post 4.75. Postgiro 273107.
Advert-tarieven op aanvraag bü de Administratie.
Directeur-Hoofdredacteur: Robert Peereboom
en «©prectjtc ïjaarirmactjc «Courant (anno 165:6)
Uitgave van de Stichting Voorlichting te Haarlem
TIEN REGERINGEN hebben gisteren te
Londen het ontwerp-statuut voor de
Raad van Europa ondertekend. Het zijn
die van België, Denemarken, Frankrijk,
Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland,
Noorwegen, Zweden en Groot-Brittannië.
Dit statuut zal nog door de tien betrokken
parlementen moeten worden geratificeerd.
Het is zeker te -?erwachten dat dit geschie
den zal. Volgens het statuut zullen nu een
West-Europees comité van ministers en
een Consultatieve Assemblée worden inge
steld. Deze laatste aanduiding betekent:
raadgevende vergadering. Het zal dus geen
wetgevende macht, zoals de parlementen
der tien landen elk in hun eigen land, zijn.
Het is helemaal geen parlement. Onder die
benaming verstaan wij immers een wet
gevend lichaam, dat door het volk (in dit
geval zouden het moeten zijn de volken) is
gekozen. Welnu, zover is men nog lang
niet en het blijft nog steeds de vraag of
men ooit zover zal komen, al beweegt de
ontwikkeling van zaken zich wel in die
richting. Deze raadgevende vergadering zal
niet door de volken worden gekozen en
•geen wetgevende macht bezitten.
Het lijkt nuttig hierop met nadruk de
aandacht te vestigen, omdat herhaaldelijk
begripsverwarring heerst over deze en
dergelijke zaken. Er is nog lang niet tot
vorming van een West-Europees parlement
besloten en het comité van ministers, dat
met de raadgevende vergadering samen de
Europese Raad zal vormen, zal ook in geen
enkel opzicht regering van West-Europa
I zijn. Het comité van ministers, waarin elk
land éen lid zal hebben en dat dus tien
I leden zal tellen, zal slechts: op aanbeveling
j van de raadgevende vergadering of op
eigen initiatief de regeringen der tien lan
den aanraden zo te handelen, als het comité
dienstig oordeelt ter bevordering van het
doel van de Raad van Europa. Daartoe be
hoort het sluiten van verdragen of overeen
komsten en het volgen van een gemeen
schappelijke politiek. Het onderwerp de
fensie valt evenwel niet binnen het kader
van de Raad van Europa. E11 de consulta
tieve Assemblée bespreekt alleen zaken,
die door het comité van ministers naar haar
worden verwezen en legt haar conclusies
in de vorm van aanbevelingen voor aan
het comité van ministers. Ge ziet wel dat
dit zelfs niet in de verte lijkt op de be
voegdheid van een parlement. Dat wordt
nog eens extra bevestigd door de wijze
van samenstelling van de Assemblée. Zij
zal bestaan uit vertegenwoordigers van elk
der tien landen, die zullen worden benoemd
.,op de door de regering van elk land vast
te stellen wijze". Met andere woorden: het
wordt een door regeringen samengesteld
lichaam, dat hun desgevraagd van advies
mag dienen. Het stelsel van de Volkenbond,
die vaak „een bond van regeringen" is
genoemd en van dat van de U.N.O., dat er
te dezen aanzien een voortzetting van is,
is men bij de West-Europese toenadering
dus nog niet te boven. Van een werkelijke
vereniging van volken is nog geen sprake;
.,de grote sprong" het afstaan van een
deel der z.g. souvereiniteit aan een boven
nationaal, federaal orgaan behoort nog
tot de wensen voor de toekomst. Wil die
Volbracht worden, dan zal dat een gevolg
van sterker aandrang uit de volken zelf
moeten zijn. Tot dusver heeft de bestaande
aandrang het niet verder kunnen brengen
dan dit: dan deze Raad van Europa, die
voor de oppervlakkige beschouwer meer
zou kunnen lijken dan hij in werkelijk
heid is.
Met dit alles wil ik niet zeggen dat de
zaak niet van betekenis zou zijn. Neen,
öe aanvaarding van dit statuut betekent
ongetwijfeld een stap vooruit, omdat nu
een permanent overleg met een raadgevend
lichaam geschapen is, onder Europese titel,
met een eigen zetel in Straatsburg. Maar
het is maar weer een stap, meer niet. Geen
sprong, die zal worden vereist. Een der
ministers heeft gezegd, dat het denkbeeld
van een Verenigd Europa in de phase van
practische verwezenlijking is getreden. Dat
kan men erkennen, maar met de bijvoe
ging: in het eerste begin van die phase.
Het is nodig de zaken te zien zoals zij
werkelijk zijn en niet door fraaie termen
een verkeerde voorstelling van zaken te
krijgen.
Nu moet men niet denken, dat de rege
ringen van de tien landen alle tien op het
ogenblik niet reeds verder zouden willen
gaan. Men heeft in dat statuut voor de
Europese Raad neergelegd, wat thans voor
alle tien aanvaardbaar is en zich dus bij
compromis geschikt naar de minst-bereid-
willigen. De Fransen zouden zeker al
verder willen gaan, de Engelsen niet. Het
is bekend hoe remmend Bevin steeds heeft
gewerkt; aanvankelijk was hij ook tot het
verwezénlijkte statuut niet bereid. Hij
heeft bij de ondertekening, op de vlakte
blijvend, verklaard: „Niemand kan zeggen
h'oe de afloop zal zijn van het experiment
dat wij thans ondernemen, doch de hoop
van ons allen is er op gericht, daar wij van
mening zijn dat de instellingen, die wij
bezig zijn te scheppen, he't ontstaan van
een groter eenheid onder de volken zullen
bevorderen en dat door haar onze gemeen
schappelijke idealen zullen worden ver
wezenlijkt".
Dit is niet meer dan een welluidende
phrase. Het begin: „Niemand kan zeggen
hoe de afloop zal zijn van het experiment,
dat wij thans ondernemen", wil eigenlijk
zeggen: ik hou mijn hart vast, zelfs bij dit.
Minister Stikleer is vooruitstrevender in
zijn bewoordingen geweest. Hij heeft
weliswaar slechts het woord „Unie" ge
bruikt, dat alles en niets kan betekenen en
er niet het woord „federale" aan toege
voegd, maar wel erkend „dat er ongetwijfeld
personen zullen bestaan die van mening
zijn, dat er te bedachtzaam wordt gehan
deld bij het tot stand brengen van een
Europese eenheid; echter is slechts een
eerste stap gedaan. Wij moeten voorwaarts
blijven gaan teneinde een steeds groeiende
eenheid in Europa te bereiken; ik ben er
volkomen van overtuigd dat wij zullen
slagen". De stem van Spaak ontbrak dit
maal. Hij is ziek. Men zou hem ook bij deze
ielegenheid gaarne hebben gehoord.
Zoals al eerder is medegedeeld zal de
consultatieve Assemblée te Straatsburg 87
leden tellen, waarvan 18 Fransen, 18
Italianen, 18 Engelsen, 6 Nederlanders, 6
Belgen, 3 Luxemburgers (dus 15 van
Benelux), 6 Zweden, 4 Denen. 4 Noren
(dus 14 Scandinaviërs) en 4 Ieren. De
samenstelling van het Nederlandse zestal
zal wel een lastig vraagstukje voor Den
Haag zijn, gezien het jongste gekibbel over
de staatssecretarissen. Maar er zijn groter
laadsels op te lossen dan dit. R. P.
Op 23 Mei komen de vier ministers van
Buitenlandse Zaken in Parijs bijeen
NEW YORK, 6 Mei. Nadat de vertegenwoordigers van de vier grote mogendheden
Woensdag in een bijeenkomst te New York volledige overeenstemming hadden
bereikt over de opheffing der Berlijnse irlokkade en daarmee samenhangende kwes
ties, verscheen een voorlopig communiqué waarin van dit succes mededeling werd
gedaan. Hierin werden geen data voor de opheffing, noch voor de te houdén vier-
mogendheden-bespreking over de Duitse kwestie genoemd. In een tweede commu
niqué van de grote vier, dat Donderdag in de vier hoofdsteden is uitgegeven, wordt
het volgende gezegd:
„De regeringen van Frankrijk, de Sovjet-Unie, Engeland en de Verenigde Staten zijn
tot de volgende overeenkomst gekomen: 1. Alle sedert 1 Maart 1948 door de Sovjet-
Russische regering opgelegde beperkingen aan het verkeer, het vervoer en de handel
tussen Berlijn en de Westelijke zones van Duitsland en tussen de Oostelijke zone
en de Westelijke zónes zullen op 12 Mei 1949 worden opgeheven. 2. Ook de sedert
1 Maart 1948 door de regeringen van Frankrijk, Engeland en de Verenigde Staten of
een van hen afzonderlijk opgelegde beperkingen aan verkeer, vervoer en handel
tussen Berlijn en de Oostelijke zóne en tussen de Westelijke en de Oostelijke zones
van Duitsland zullen op 12 Mei 1949 worden opgeheven. 3. Elf dagen na de opheffing
van de bovengenoemde beperkingen, namelijk op 23 Mei 1949, zal de raad van
ministers van Buitenlandse Zaken te Parijs bijeenkomen om besprekingen te voeren
over de kwesties betreffende Duitsland en de problemen, welke uit de situatie te
Berlijn voortkomen, alsmede de valutakwestie in Berlijn".
De Britse minister van Buitenlandse Za
ken, Ernest Bevin, heeft Donderdag in het
Lagerhuis onder luide toejuichingen de
overeenkomst ter beëindiging van de Ber
lijnse blokkade bekend gemaakt.
„In eenvoudige taal", zo zeide hij, „be
tekent dit, dat overeenstemming is bereikt
tot opheffing van de blokkade en dat de
weg thans open ligt voor de vier mogend
heden om het Duitse vraagstuk in al zijn
aspecten te bespreken."
Bevin verklaarde ook, dat de luchtbrug
zal blijven bestaan, totdat de toestand vol
ledig opgehelderd is.
Bevin meende te weten, dat de overeen
komst aantoonde, dat „de krachtige en toch
redelijke politiek, die wij gevolgd hebben,
in feite ten volle gerechtvaardigd wordt
door de resultaten." De Britse regering zou
de nieuwe bijeenkomst van de raad van
ministers van Buitenlandse Zaken in de
zelfde geest van standvastigheid en rede
lijkheid bijwonen.
Bevin sprak de hoop uit, dat een basis
voor een duurzame regeling van het Duitse
vraagstuk zou worden gevonden. De Britse
regering zou bij die regeling de beginselen
niet prijsgeven „die wij immer ten opzichte
van Duitsland hebben gehuldigd."
De leidër der oppositie, Winston Chur
chill, zeide dat de mededeling van de mi
nister van Buitenlandse Zaken ontvangen
zou worden met „vreugde en opluchting".
Churchill was van mening, dat. „de stand
vastigheid, die aan de dag gelegd werd en
bovenal de machtige en consequente poli
tiek der Verenigde Staten, met wie wij
hand in hand samengewerkt hebben, zeer
veel had bijgedragen tot verlichting van de
spanning."
Vreugde en scepticisme
in Berlijn
Terwijl de straten van Berlijn als ge
woonlijk in het diepste donker waren
gehuld en de rode en groene lichten der
luchtbrugvliegtuigen door de lucht scho
ten, deelde de Britse bevelhebber, gene
raal Robertson, Woensdagavond als eerste
de bevolking van Berlijn de aanstaande
opheffing der blokkade mede. Hij wenste
de stad geluk „met de moedige wijze,
waarop zij de beperkingen en dreigingen
der laatste tien maanden heeft doorstaan".
„Deze moed zal niet worden vergeten en
de belangen der Berlijners zullen worden
behartigd", zo zeide Robertson.
Na het instellen der Russische blokkade,
in Juni 1948, moest de straatverlichting
bijna geheel worden opgeheven, liepen
de trams en de treinen van de ondergrond
se spoorweg niet meer na zes uur 's mid
dags en konden nog slechts gedroogde of
in poedervorm verstrekte aardappelen
voor de consumptie worden beschikbaar
gesteld.
De hoeveelheden levensmiddelen, thans
door de distributie verstrekt, zullen als ge
volg van het opheffen der blokkade waar
schijnlijk niet worden vergroot, wel zullen
verse vruchten, groenten en vlees ver
krijgbaar worden gesteld ïn plaats van de
gedroogde producten die sinds de instel
ling van de blokkade in hoofdzaak "werden
verstrekt.
Enkele uren nadat het eerste stratosfeer-
vrachtvliegtuig met 21 ton goederen aan
boord op Tempelhof was neergestreken,
kwamen te Berlijn de eerste berichten
binnen over de succesvolle afloop der be
sprekingen te Washington. Deze berichten
hebben hier uiteraard geen verrassing ge
wekt. Slechts zeer weinigen hier hebben
er aan getwijfeld, dat een accoord over
hervatting van het normale verkeer zou
kunnen worden bereikt en de twijfel rees
pas wanneer het ging óver de kansen op
een vergelijk bij de besprekingen, die er
na zouden moeten volgen. Hoezeer de eer
ste Berlijnse reacties uiteraard beheerst
worden door vreugde over de beëindiging
van een zo onzekere periode en over het
uitzicht op herstel van de normale bedrij
vigheid in de stad. toch blijven zij uiting
geven aan de ernstige bezorgdheid met be
trekking tot de kansen van het komende
overleg.
Voldoening te Lake Success.
Dr. Herbert Evatt, de voorzitter van de
Algemene Vergadering der UNO heeft de
aankondiging van een overeenkomst ten
aanzien van de Berlijnse kwestie „een
zekere stap naar het doel, dat de UNO
beoogt" genoemd.
„Er blijft nog veel te doen. Heel klaar
blijkelijk is dit slechts één stap voor
waarts". zo voegde hij er aan toe.
Naar aanleiding van een opmerking, dat
de mate van overeenstemming, die reeds
Onze courant is gisteren wegens de
Nationale Feestdag niet verschenen. Wij
betuigen ons leedwezen dat dit niet
tevoren is bekend gemaakt.
is bereikt, buiten de UNO om geschiedde,
zei Evatt, dat hij het resultaat gedeeltelijk
als een prestatie van de UNO beschouwde.
„De UNO heeft tot dit resultaat bijgedra
gen", zo zefde hij.
Het communiqué der vier onderhande
laars der grote mogendheden is te Lake
Success in het algemeen met grote voldoe
ning ontvangen.
„Het accoord, dat door de vertegenwoor
digers der vier mogendheden is gesloten, is
een grote stap voorwaarts naar de vrede en
de versterking van de UNO," zo heeft de
secretaris-generaal van de UNO, Trygve
Lie. verklaard.
Hy voegde er aan toe: „Dit accoord
maakt nieuwe inspanningen mogelijk met
betrekking tot de regeling van het Duitse
probleem, een der voornaamste oorzaken
van de meningsverschillen onder de grote
mogendheden, die tot dusver de werkzaam
heden van de UNO hebben bemoeilijkt.
Het verheugt mij ten zeerste, dat dit ac
coord is tot stand gekomen door bemidde
ling van de vertegenwoordigers der UNO en
ik breng hier hulde aan de afgevaardigden,
die aan de onderhandelingen hebben deel
genomen, in het bijzonder aan de Ameri
kaanse vertegenwoordiger Philip Jessup en
aan de Russische adjunct-minister van
Buitenlandse Zaken, Jacob Malik", zo
besloot Trygve Lie.
Overeenstemming te Batavia
zo goed als zeker
Naar Reuter meldt is thans aan te nemen
dat de informele besprekingen met over
eenstemming beëindigd zijn en dat spoedig
een formele bijeenkomst der delegaties
gehouden zal worden.
Republikeinse en Nederlandse kringen
in Batavia gewagen ervan dat de delega
ties „op het punt staan een accoord te
bereiken".
Te Batavia werd Donderdag een infor
mele bespreking gehouden tussen zes le
den van de Nederlandse delegatie en zes
van de republikeinse delegatie in tegen
woordigheid van Cochran. De vergadering
was een voortzetting van de Woensdag ge
houden informele bespreking tussen groe
pen van de beide delegaties. Daarvoor
hadden de voorzitters dei- delegaties elkaar
ontmoet in aanwezigheid van Cochran.
Van Nederlandse zijde werd aan deze
bespreking deelgenomen door dr. Van
Royen en de heren Blom, Koets, Gieben,
van Hoogstraten en 's Jacob. Vap republi
keinse zijde waren aanwezig Roem, Soe-
pomo, Djoenda, Leimena, Sastroamidjojo
en Pringgodigdo.
In Nederlandse kringen achtte men deze
grote activiteit hoopgevend.
Volgens gezaghebbende bron zouden de
republikeinen zich verbonden hebben het
bevel tot staken van het vuren aan de
guerilla's uit te vaardigen na hun terug
keer te Djokjakarta.
De Nederlanders zouden op sommige
punten, die nog niet bekend gemaakt zijn,
een soepeler houding hebben aangenomen.
De bijeenkomst der vertegenwoordigers van de vier Grote Mogendheden in New York,
die besloten tot opheffing van de blokkade van Berlijn. We zien hier de Russische
gedelegeerde, Jozef Malik; dr. Philip Jessup, ambassadeur in algemene dienst der
Verenigde Staten; de Britse ambassadeur Cadogan en de Franse
vertegenwoordiger M. Chauvel.
Tien landen naar eenheid
„Het denkbeeld van een Verenigd Europa
in de fase van practische verwezenlijking"
LONDEN, 5 Mei (Reuter). Het ont
werp-statuut voor de Raad van Europa is
hedenmiddag in het Saint James Palace te
Londen door vertegenwoordigers van Enge
land, Frankrijk. België, Nederland, Luxem
burg, Italië, Eire, Noorwegen, Denemarken
en Zweden getekend.
Het statuut, dat werd opgesteld door de
ambassadeurs van de tien landen in Londen
en ten slotte goedgekeurd 11a een conferen
tie van drie dagen, die Dinsdag te Londen
begon, werd getekend door negen ministers
van Buitenlandse Zaken en door de Belgi
sche ambassadeur in Engeland.
De ondertekenende functionarissen hiel
den elk een korte rede, waarin zij de be
tekenis van deze stap belichtten.
De Luxemburgse minister van Buiten
landse Zaken, Joseph Bech, verklaarde:
„Door het stichten van deze Raad van
Europa zijn wij begonnen met het aanleg
gen van de weg, die naar een Europese
eenheid zal voeren. Het grote denkbeeld
van een Verenigd Europa, dat nog kort
geleden als een onbereikbaar ideaal werd
beschouwd, is thans uit de fase van het
verlangen in die van de practische ver
wezenlijking getreden."
De Nederlandse minister van Buiten
landse Zaken, mr. D. U. Stikker, verklaar
de. alvorens zijn handtekening onder het
ontwerp-statuut te plaatsen, dat het denk
beeld van een Europese eenheid voor Ne
derland niet nieuw is. „Onze aardrijkskun
dige ligging en ons gehele verleden maken,
dat wij voorstanders van een Europese
eenheid zijn", zeide hij.
Na herinnerd te hebben aan de in April
1948 genomen beslissing van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal welke in
hield, dat Nederland op krachtige wijze zou
bijdragen tot het welslagen van een unie,
verklaarde minister Stikker: „Het zal nie
mand verbazen, dat Nederland het docu
ment, dat wij thans tekenen, verwelkomt
als een grote stap voorwaarts in de rich
ting van verwezenlijking van een algemeen
noodzakelijk geacht streven". Hij voegde
hieraan toe, dat er ongetwijfeld personen
zouden bestaan, die van mening zijn, dat er
te bedachtzaam wordt gehandeld bij het tot
stand brengen van een Europese eenheid,
ér is echter slechts een eerste stap gedaan
en de kansen van slagen zullen verbeteren
door een krachtig en gestadig voortschrij
den op de reeds ingeslagen weg.
„Wij moeten voorwaarts blijven gaan.
teneinde een steeds groeiende eenheid in
Europa te bereiken. Ik ben er volkomen
van overtuigd, dat wij zullen slagen en ik
ben er trots op namens Nederland dit docu
ment te mogen tekenen."
De Britse minister Bevin verklaarde:
„Niemand kan zeggen hoe de afloop zal
zijn van het experiment dat wij thans
ondernemen, doch de hoop van ons allen is
erop gericht daar wij van mening zijn dat
de instellingen, die wij bezig zijn te schep
pen, net ontstaan van een groter eenheid
onder de volken zullen bevorderen en dat
door haar onze gemeenschappelijke idealen
zullen worden verwezenlijkt".
Hij voegde hieraan toe: „Ik heb gezegd,
dat dit een historische gebeurtenis is en dat
is het in feite ook. Ik zeg tot minister
Schuman, dat het wezenlijk symbolische en
van vitaal belang zijnde ogenblik van deze
gebeurtenis zal komen, wanneer de Raad
van Europa over enige maanden voor de
eerste maal op de historische bodem van
Elzas-Lotharingen zal bijeen komen. Dit
zal het ogenblik zijn, waarop de stad
Straatsburg, die door haar gehele lange ge
schiedenis heen als twistappel voor de
elkander beoorlogende Europese landen
heeft gediend, tot het centrum zal worden
van een nieuwe poging, om de geest van
verzoening in Europa te doen zegevieren en
Europese eenheid te bereiken".
Hef woord is aan
Anonymus:
Een hond die niet -kwispelt, een
kat die niet spint en een man die
niet lacht, daar mankeert wat aan
Vliegtuigramp in Italië
Het gehele voetbalelftal
Torino verongelukt
In de omgeving van Turijn is Woensdag
een vliegtuig neergestort, tengevolge waar
van 31 inzittenden, onder wie een volledig
voetbalelftal uit Turijn, om het leven
kwamen. Het vliegtuig vervoerde het elftal
van Lissabon, waar de ploeg tegen een
Portugees elftal speelde, naar Turijn te
rug. Het toestel heeft een kerktoren ge
raakt toen het bij slecht zicht wilde lan
den. Het stortte brandend neer.
Tal van bekende Italiaanse spelers, allen
leden van Torino, de ploeg die in de
hoofdklasse de leiding heeft, zijn bij deze
ramp om het leven gekomen.
Tqt hen behoren Bacigalupo, die als de
beste Italiaanse doel verdediger beschouwd
werd, de rechtsbuiten Monii en de links
back Maroso, die eveneens hoog aange
schreven stond. Verder de spelers Ballarin,
Martelli, Castigliano, Grezar, Fadini, Ga-
betto, Bongioni, Operto, Subert, Grava,
Loik en Rigamonti, evenals de manager van
het team. de masseur en de Engelse trainer
John Liverey.
Onze correspondent te Rome seinde
Donderdag:
Het vliegtuig, dat Turijnse voetballers uit
Lissabon terugbracht is, misleid door nevel
en regen, tegen de toren van de monumen
tale basiliek „Santa Maria della Superga",
gelegen op een heuvel bij de stad Turijn,
gevlogen. Alle achttien inzittende voetbal
lers, leden van het Italiaanse kampioens
elftal „Torino" (met reserves) plus de voor
zitter van de club, twee trainers (onder wie
de Engelsman Leslie Livesey), een mas
seur, de voormalige Frans-Italiaanse voet
baller Emile Bongiorni, die in Italië speelde,
drie sportjournalisten en vier leden van
de bemanning kwamen om het leven. In
geheel Italië heerst grote verslagenheid.
De club Torino is de bekendste
van Italië. Het elftal is vier opeen
volgende jaren landskampioen geweest en
zou ook ditmaal weer kampioen zijn ge
worden. Als regel leverde Torino een man
of acht voor de Italiaanse nationale ploeg.
Een onderzoek wees uit dat de hoogte
meter van het vliegtuig op 2000 meter
stond, geheel in strijd met de werkelijk
heid.
Prins Bernhard bezocht
de jaarbeurs in Brussel
Hedenmorgen zijn Prins Bernhard en
prof. dr. J. R. M. van den Brink, minister
van Economische Zaken, in Brussel aange
komen, waar zij een bezoek aan de jaar
beurs zullen brengen. De Prins was verge
zeld van zijn secretaris, mr. J. Thomassen,
en dr. F, H. Fentener van Vlissingen, voor
zitter van de Raad van'Bestuur van de
Utrechtse Jaarbeurs.
Comité van ministers en consultatieve
Assemblée zullen in Straatsburg zetelen
Tussen de vele groene bussen die door Haarlem snellen viel gisteren eer. crème
exemplaar op, dat bovendien een afwijkende bouw vertoonde. Passagiers op ver
schillende siadslijnen hebben de kwaliteiten van het voertuig kunnen bewonderen
of afkeuren, doch belangrijker was wat de technici van de N.Z.H. ervan dachten.
Het betrof namelijk een proefneming ten behoeve van de Nederlandse fabrikante,
die wel eens wilde weten of haar product ook voor het stadsverkeer geschikt is. Een
bijzonderheid is, dat de zes-cglinder benzinemotor van deze bus uitschuifbaar is,
hetgeen bij reparaties veel gemak oplevert (zie foto). Ook in uitgeschoven toestand kan
de motor draaien, daar de assen telescopisch zijn. Het ligt niet in de bedoeling van
de N.Z.H. deze wagens aan te schaffen: nien heeft al bussen genoeg. Vandaag gaat
zü weer naar de fabriek terug.
Benelux krijgt 15
van de 87 zetels
's GRAVENHAGE. 5 Mei (A.N.P.).
I11 de preambule van het ontwerp
statuut van de Raad van Europa, dat
Donderdag te Londen door tien landen
werd ondertekend, geven de regerin
gen van België. Denemarken, Frank-
rija, Eire, Italië, Luxemburg, Neder
land, Noorwegen, Zweden en Engeland
als haar mening te kennen, dat „het
noodzakelijk is onverwijld een organi
satie in het leven te roepen, welke de
Europese staten in hechter verband met
elkander zal brengen". Zij hebben be
sloten een Raad van Europa op te rich
ten, bestaande uit een comité van re
geringsvertegenwoordigers en uit een
consultatieve Assemblee.
Het doel van de Raad van Europa wordt
in het eerste hoofdstuk genoemd: groter
eenheid tussen zijn leden tot stand te bren
gen. hun idealen en beginselen te beveili
gen en hun economische en sociale vooruit
gang te bevorderen.
Dit doel wordt ten uitvoer gebracht door
de organen van de 'Raad, die zich zullen
bezighouden met het bespreken van en
handelen in aangelegenheden van gemeen
schappelijk belang, en het verwezenlijken
van de rechten van de mens.
Het statuut verklaart nadrukkelijk, dat
deelneming aan de Raad van Europa niet
van invloed ?al zijn op deelneming van de
leden aan het werk van de UNO en van
andere organisaties of unies.
Aangelegenheden, welke betrekking heb
ben op de nationale verdediging, vallen niet
binnen het kader van de Raad van Europa.
In hoofdstuk twee, dat over het lidmaat
schap gaat. worclt verklaard dat elke Euro
pese staat, die gea.cht wordt in staat en be
reid te zijn de beginselen van het statuut
te onderschrijven en na te komen, door het
comité van ministers kan worden uitgeno
digd lid of toegevoegd lid van de raad van
Europa te worden.
Hoofdstuk 3 bepaalt, dat de organen van
de Raad, die zijn zetel te Straatsburg heeft,
zijn: het comité van ministers en de consul
tatieve Assemblée.
Het comité van ministers wordt bespro
ken in hoofdstuk 4, dat bepaalt, dat elk lid
recht heeft op één vertegenwoordiger in
het comité en elke vertegenwoordiger recht
heeft op één stem.
Op aanbeveling van de Assemblée of op
eigen initiatief beveelt het comité van mi
nisters ae regeringen van leden aan zo te
handelen als het comité dienstig oordeelt
ter bevordering van het doel van de Raad
van Europa, met inbegrip van het sluiten
van verdragen of overeenkomsten en het
volgen van een gemeenschappelijke politiek
inzake bijzondere aangelegenheden.
Belangrijke besluiten van het comité van
ministers worden genomen met algemene
stemmen van de vertegenwoordigers, die
hun stem uitbrengen. Overige besluiten
vereisen een twee-derde meerderheid, en
in sommige gevallen slechts een gewona
meerderheid van stemmen,
Het comité, dat als regel in besloten zit
ting zal vergaderen, komt samen voor en
gedurende elke zitting van de Consultatieve
Assemblée en voorts telkens, wanneer het
hiertoe besluit.
De Consultatieve Assemblée is volgens
hoofdstuk 5 het beraadslagend orgaan van
de Raad van Europa. Zij bespreekt alle
aangelegenheden, welke door het comité
van ministers naar haar worden verwezen
en legt haar conclusies in de vorm van aan
bevelingen voor aan het comité van minis
ters.
De Assemblée, die eveneens comités en
commissies in het leven kan roepen om
daaraan gedeelten van haar taak te dele
geren, bestaat uit vertegenwoordigers van
elk lid, die worden benoemd op door de.
regering van dit lid vast te stellen wijze.'
Frankrijk, Italië en Engeland zullen elk
18 vertegenwoordigers in de Assemblée
hebben. België. Nederland en Zweden ieder
6. Denemarken, de Ierse republiek en Noor
wegen ieder 4 en Luxemburg 3. zodat de
Assemblée 87 leden zal tellen.
Besluiten van de Assemblée. behalve die.
welke haar interne werkwijze betreffen,
worden genomen met een meerderheid van
twee-derden van de vertegenwoordigers,
die hun stem uitbrengen.
Debatten over voorstellen, die aan het
comité van ministers zullen worden gedaan
betreffende aangelegenheden, die op de
agenda van de Assemblée behoren te wor
den geplaatst, moeten beperkt blijven tot
een aanduiding van de voorgestelde aan
gelegenheid en de redenen voor en tegen
haar plaatsing op de agenda.
De Assemblée komt eenmaal per jaar in
gewone vergadering bijeen.
Hoofdstuk 6 behandelt net secretariaat.
Hoofdstuk 7 gaat over ae geldmiddelen;
voorrechten en immuniteiten worden be
handeld in hoofdstuk 8. dat zegt: De Raad
van Europa, vertegenwoordigers van leden
en het secretariaat genieten in het gebied
van leden .van de Raad de voorrechten en
immuniteiten, welke redelijkerwijs nodig
zijn voor de uitoefening van hun functies.
Tenslotte bepaalt hoofdstuk 9, dat voor
stellen tot wijziging van het statuut kunnen
worden gedaan in het comité van ministers
of in de Assemblee.
Het statuut treedt in werking zodra zeven
akten van bekrachtiging zijn neergelegd.
AANHOUDEND VRIJ KOUD.
Verwachting, medegedeeld door het
K.N.M-I. in De Bilt, geldig v^n Vrij
dagavond tot Zaterdagavondrv (opge
maakt te 10 uur)
Koude nacht met weinig wind, afne
mende bewolking en enkele verspreid
optredende buien. Morgen geleidelijk
toenemende bewolking en aanvankelijk
droog weer, maar later in de Weste
lijke provincies hier en daar enige
negen. Zwakke tot matige Westelijke
wind. Overdag iets hogere temperatu
ren dan vandaag.
7 Mei:
Zon op 5.00 uur, onder 20.14 uur
Maan op 13.22 uur, onder 3.21 uur