Op bezoek in de schooi van het „Rozenpriëel" Begrafenis van generaal Spoor op het ereveld Menteng Poelo Opinie-onderzoek voor A msterda mse gemeenteraad sverkiezing KOORTOESTELLEN CKort en Bondig Het huis aan de baai Zaterdag 28 Mei 1949 4 DE HAARLEMSE VOLKSSCHOLEN Gebrek aan leerkrachten bleef niet zonder invloed De L1N SCHOTEN SCHOOL is „de school van mijnheer Van der Hart", zoals de bewoners van hel „Rozenprieel" plegen te zeggen. Dat wijst op een diiderwets- stevige relatie tussen de school en haar hoofd niet alleen, maar ook op nauwe betrekkingen tussen hem en de buurtbe woners, de ouders van de kinderen die hij onder zijn hoede heeft. „Mijnheer Van der Hart", dat is voor hen niet in de eerste plaats de „bovenmeester", maar vooral de man, die weet van hun moeiten en hun zorgen en die vaak goede en niet eens dure raad geeft om uit de nesten te komen. En nu de heer Van der Hart al enige maan den ziek is, leeft de buurt intens met hem en met zijn gezin mee. Intussen vonden wij zijn plaatsvervan ger, de heer J. de Snayer, bereid om ons op 'onze tocht langs de Haarlemse volks scholen. die de vorige week in de Jan Ligt- hartschool begon, iets te vertellen van de Linschotenschool. Het gebouw, waarin de kinderen uit dit stadsgedeelte hun lager onderwijs ontvan gen, ligt een eindweegs van de straat at, geheel omsloten door de lage woningen der aangrenzende straten en de fabrieken en fabriekjes aan het Spaarne, en ziet eruit om door een ringetje te halen. Dat komt niet alleen, omdat het onlangs een nieuw verfje heeft gekregen, maar ook, omdat de meisjes en jongens van de eer ste klas af de Hollandse eigenschap van properheid voor alles wordt bijgebracht, voor zover ze tenminste dat met al van thuis wisten, hetgeen gelukkig met ver:r - weg de meesten het geval is. De henlmn staan keurig-glimmend op een rij, op alle Sollen zit een dopje, de nieuwe wand- platen hangen netjes in het geliden van de vloer zou je kunnen eten. Dat is al ee hele prestatie, vooral als men bedenkt, dat de Linschotenschool rijkelijk haar deel heeft van de noodtoestand, waarin -het onderwijs - voor een goed deel door m het verleden getroffen bezumigmgsmaat- re"elen verkeert. „De derde is een klei ne klas", zegt de heer De Snayer; maar zo'n kleine klas" telt dan toch nog 33 leerlingen, de vierde klasse zelfs nog tien meer en het waarnemend hoofd staat voor een combinatie van de vijfdezesde klasse' tezamen 52 leerlingen! Wat teza men gedaan kan worden: Geschiedenis, Natuurkunde en togen, wordt gecombineerd. Bij de taal- of peke lessen krijgt de ene afdeling schriftelijk werk te maken, terwijl de andere uistert naar de onderwijzer. Grote moeilijkheden levert dat niet op. er is zelfs een voordeel aan verbonden: de zelfwerkzaamheid der leerlingen wordt erdoor bevorderd. Dan 2iin er in de lagere klassen - de tal rijke wisselingen van tijdelijk personee die de continuïteit van het onderwijs niet verhogen, ook al zijn er onder de jonge onderwijzeressen en onderwijzers vaak veelbelovende krachten. Soms ook moet een beroep op reeds gepënsionneerde on derwijzers worden gedaan: de man die de heer Van der Hart in de vierde klasse vervangt bijvoorbeeld, heeft er al veertig dienstjaren op zitten. Maar hij is het klap pen van de zweep figuurlijk nog niet verleerd. Geleidelijke verfrissing. Op de Linschotenschool wordt niet op spectaculaire wijze aan onderwijsvernieu wing gedaan. Men is overtuigd, dat het be proefde svsteem te veel goede kanten heeft, om het min of meer bruusk over boord te zetten. Het werk van de leerlingen het bleek nog bij het Verkeersexamen en het uiterlijk der school leveren ar gumenten genoeg op voor de stelling, dat het voor de resultaten van onderwijs en opvoeding minder op het systeem dan op de mensen aankomt. De heer De Snayer heeft zich in de twaalf jaren, dat hij aan de Linschotenschool is verbonden, laten leiden door het devies: „Geef vertrouwen en je zal vertrouwen ontvangen" en hij is er niet slecht bij gevaren. Overigens: de staf van de school is verre van blind voor de noodzakelijkheid van een verfrissing van sommige onderdelen aeerfe scd&m> néSiWGGErt&e*/ der onderwijsmethode. Men is in de eerste en derde klas tot de invoering van het blokschrift overgegaan, in de tweede geeft juffrouw Jansen persoonlijkheidsonder- wijs, in de vierde zijn de aardrijkskunde lessen door de invoering van aantrekke lijk werkmateriaal verlevendigd en in de hoogste twee klassen kunnen de scholieren met 'behulp van Oost-Indische 'inkt en „ecoline" een verfsoort voor schoolge bruik hun artistieke nijgingen naar har telust botvieren. En zij doen dat ook, zoals uit een enorme stapel tekeningen, waar onder vaak opmerkelijke resultaten, blijkt. Prestaties die nog aan waarde winnen, wanneer men bedenkt dat deze klassen nog vrijwel niets aan tekenen hebben kun nen doen. Actieve Oudercommissie. Ook de Linschotenschool kan zich in een actieve oudercommissie verheugen, die reeds door de oprichting van een „school fonds" voor allerlei op een school onont beerlijke, doch door geldnood achterwege gebleven voorzieningen kon zorgdragen. Daarnaast bleek het mogelijk het school verzuim binnen redelijke grenzen terug te brengen. Dat schoolverzuim is dikwijls een gevolg van huiselijke omstandigheden. Moeder gaat door de nood gedwongen uit werken en dan moet het schoolgaande zusje maar thuis blijven om op haar vierjarig broer tje te passen. Maar dat gaat niet. „Neem jij je broertje maar mee", wordt er dan op de Linschotenschool gezegd. Het knaapje krijgt dan een plaats naast zijn zusje in de Idas en papier en potlood om zich te vermaken. Dat lukt als regel wel, tot de dreumes in slaap valt. Het onderwijs heeft daar geen hinder van en het meisje behoeft er geen les om te ver zuimen. Natuurlijk wordt zo'n regeling alleen getroffen, indien de afwezigheid van de moeder beslist noodzakelijk is. „Tenslotte zijn we geen bewaarplaats; zegt de heer De Snayer", en we laten ons liever niet beetnemen door iemand, die 's middags op haar gemak boodschappen wil doen". „Waarheen?" Wat gaan al die kinderen, die veertien jaar zijn geworden en die dus „bevrijd" zijn van de leerplicht, nu doen? Velen moeten dadelijk meehelpen "de fianciële zorg in de ouderlijke woning te verlichten, die zie je dan een week, nadat het schoolhek voor het laatst achter hen is dichtgeklapt al achter een handkar lo pen of op een bestelfiets zitten. De boven laag gaat naar de Centrale school om het zevende leerjaar te volgen Vandaar trek ken de jongens naar de Ambachts-, de meisjes naar de Huishoudschool. Vroeger gingen er ook nog een paar naar het ULO, maar dat is vrijwel afge lopen, hoogstwaarschijnlijk een gevolg van de verbeterde positie der geschoolde hand arbeiders. Overigens is het moeilijk een indruk te krijgen van de aantallen van deze groepen, want het gehalte der leer lingen wisselt soms per klas. „Maar of ze nu tot de vlugge of tot de langzame leerlingen behoren, of dat zij ons nu veel of weinig moeilijkheden geven, ze zijn ons allemaal even lief, want we hebben met jonge mensen te maken, die we beoordelen moeten niet naar hun ver stand of naar hun milieu, maar voor alles naar hun karakter en hun hart". En met deze het gehele probleem van de opvoe ding zo voortreffelijk samenvattende woorden neemt onze gids afscheid van ons. Prachtig natuurschoon valt ook in ons land steeds ten offer aan het vuur, dat vaak veroorzaakt wordt door mensen die met bijna misdadige achteloosheid met hun brandende sigaren- of sigaretteneindjes omspringen. De brandweer van Hengelo, manschappen van de politie en schooljongens voerden deze week een gemeenschappe lijke strijd tegen een heidebrand op de terreinen van het landgoed Twickel bij Delden. Men kon echter niet verhinderen, dat een oppervlakte vg/n 25 ha. verloren ging. Wat het Rode Kruis in Haarlem doet Een deel van het werk, dat het Neder landse Rode Kruis doet, geniet algemene bekendheid, zoals de verzorging van zieke en gewonde soldaten in oorlogstijd, maar men moet vooral niet denken, dat de taak daartoe beperkt blijft. Nog afgezien van het onnoemelijk vele, dat er in Indonesië voor militairen en blanke en bruine bur gers wordt gedaan, wordt ook in Neder land onvermoeibaar gewerkt om zieken en gewonden tot steun te zijn. Ook in Haarlem wordt veel gedaan. In het Parkherstellingsoord aan het Houtman pad bij de Brouwersvaart vinden zeer velen genezing. Verder belast het Rode Kruis zich met de organisatie van de bloedtransfusiedienst (in één jaar hadden 1000 transfusies plaats en werden 1300 eenheden bloedplasma aan patiënten ver strekt). Binnenkort hoopt men ook te be ginnen met „Welfare-werlc". De bedoeling is de zieken, die daarvoor in aanmerking komen, te scholen voor arbeid die zij op hun bed kunnen verrichten. Bovendien zal het Rode Kruis nog dit jaar worden ingeschakeld in het mooie werk dat de Moedermelkcentrale verricht. Er zijn vele jonge moeders die melk kun nen afstaan, die ten goede kan komen aan kinderen van andere moeders die daaraan grote behoefte hebben. Gehoopt wordt dat vele joiige moeders zich daarvoor beschik baar stellen, want het betreft hier een zaak die van veel betekenis kan worden voor de Volksgezondheid. In de week van 30 Mei tot 4 Juni wordt door het Rode Kruis in het bijzonder finan ciële steun gevraagd, want hoe meer werk er gedaan wordt, hoe groter de uitgaven worden. Het Rode Kruis, dat inderdaad zeer veel doet voor het welzijn der bevolking, mag op aller sympathie en steun aanspraak ma ken! Orgelbespeling Wegens de opvoering van net Pinkster spel „Des Heilands' Tuin" in de Grote- of St. Bavokerk op Dinsdag 31 Mei, zal de kosteloos toegankelijke orgelbespeling op die dag plaats vinden van 7.30-8.30 uur. ,As 't getij verlopt" BATAVIA, 28 Mei (Aneta). Onder stralend weer zagen duizenden belangstel lenden hedenmorgen de begrafenisstoet van generaal Spoor voorbij trekken. De drukte begon reeds om 8 uur met het langs de gehele route opstellen van „toeschou wers, onder wie vele Indonesiërs in hun beste kledij. De stoet stelde zich op de Oude Buitenzoi-gseweg op, vooraf gingen vier compagnieën en het muziekkoi'ps van het KNIL met omfloerste trommen en de commandant van de stoet, generaal-majoor Engles. Een legerauto trok het affuit, waar op de kist stond, gedekt met de Nedei'landse vlag, waarop lagen een helm, de decoraties van de generaal en het bloemstuk van mevrouw Spoor, bestaande uit witte anjers en orchideeën. Hiernaast gingen de vier slippendragers, generaal-majoor Mojet, generaal-majoor Scholten, generaal-majoor Alons en generaal-majoor Baay. Hier ach ter volgden zestien vaandrigs en onder luitenants als dragers, daarna mevrouw Spoor, dr. Beel,' sultan Hamid II als ver tegenwoordiger van Koningin Juliana, jhr. Six als vertegenwoordiger van Prins Bern- hard, hoge autoriteiten en deputaties van ridders van de Militaire Willemsorde. Aan het graf spraken dr. Beel, generaal- majoor Buurman van Vreede, vice-admi- raal Pinke, dr. Hilman Djajdiningrat en dominee F. M. Kooyman. De legercommandant, generaal Spoor, rust thans temidden van zijn soldaten op het ereveld Menteng Poelo aan de rand van Batavia onder een eenvoudig houten kruis onder nummer 46. Op het kruis staat onder de Nederlandse driekleur het op schrift „generaal S. H. Spoor, commandant van het leger in Indonesië". De generaal rust op het ereveld, dat op de zuil bij de ingang de inscriptie draagt „op 8 Decem ber 1947 eerste steen gelegd door zijne excellentie luitenant-generaal S. H. Spoor". Op het ereveld lagen ongeveer 300 bloem stukken, wadi-onder een van Koningin Juliana met rood-wit-blauw lint en kroon, Voorts bloemstukken van dr. Beel, dr. Van Mook, van de regeringen der deelstaten, van de legerkorpsen, van vice-admiraal Pinke, van sultan Hamid II, van de leden der UNO-commissie ieder afzonderlijk. Vereniging van Groningers vierde zevende lustrum Een paar maanden voor het begin van de eerste wereldoorlog, om precies te zijn: op 27 Mei 1914, had de oprichting plaats van de vei-eniging Gruno, waarin alle ge boren Groningei's, woonachtig te Haarlem en omgeving nog steeds hun moedertaal in ere houden en hun oude gebruiken in eigen kring voortzetten. Omdat men niets te maken wilde hebben met „dei oakelke cultuurkoamer" schonk men geen openbare aandacht aan het dertigjarig bestaan om echter de schade bij het zevende lustrum dubbel en dwars in te halen. Gisteravond om zeven uur begon de viering van het jubileum in de Stadsschouwburg met een receptie, waarop ook het ei'e-lid, de oud voorzitter dr. J, F. Steenhuis aanwezig was, mede teneinde de gelukwensen van het hoofdbestuur over te brengen. In de hall stond een \tot de eerste verdie ping reikende nabootsing van de Martini toren, die volgens het oude lied nergens zijn gelijke vindt. Alle bezoekers droegen een kokarde in de provinciale kleuren - groen en wit - en in authentieke hoeren dracht gestoken dames presenteerden bij de koffie de vermaarde Groninger koek in dikke plakken. Vele bloemstukken van zusterorganisaties prijkten in de gangen. Trouwens: dank zij de „versierings- kemissie" zag de zaal er al even feestelijk uit. Voorzitter J. Houwen stale een leutige toespraak af, waarin hij onder meer zei, dat ook Haarlem weliswaar een centrum bezit, doch dat dit niet halen kan bij dat van Groningen. De toneelclub - zoals men in het pro gramma kan lezen: de kurk waar de ver eniging op drijft - vertoonde vervolgens de historische schets „As 't getij verlopt" van de Hilversumse arts B. A. Hardenberg, die de voorstelling bijwoonde. Deze simpele kroniek van een geslacht, lodend over het tijdvak van om en nabij 1870 tot ongeveer 1920, liet in grote lijnen zien hoe de boe ren in de magere jaren van de klei naar het veen trokken om daar met „degelkhaid en wille vast as staol" een nieuwe toe komst op te bouwen. Men had moeilijk een geschiktere keuze kunnen doen, want het ging daar op de planken „net als vroeger" toe met die lange toebackspijpen en glan zende slipjassen van de mannen en de bonte omslagdoeken der vrouwen. Boven dien werd er doorgaans zó natuurlijk ge speeld, dat men zich helemaal thuis kon voelen. Tussen de dialogen in het rustig kabbelend dialect klonken van de u-egels zuiver Nederlands (van de huzai-en vooral) precies zo afgemeten als de teksten uit de films' van een jaar of tien geleden. Het is niet mogelijk om alle medewer kenden aan deze doorlopend gezellige op voering te noemen. Een uitzondering moge gemaakt worden voor mejuffrouw Corry Bolman en de heer J. van Oudemolen, op wier net iets boven de anderen uitstekende hoofden de hulde voor het hele gezelschap neerdaalt. Aparte bewondering verdient evenwel mevrouw. H. Wacha-Kol voor haar treffende transformatie. „De leden hebben flink sckeuteg west" en daai-om is het feest nog lang niet afge lopen. Vanavond wordt er geborreld, ge dineerd en gedanst in het buitenrestau- rant „Groenendaal" te Heemstede, waar men morgenmiddag alweer bijeen komt om wat na te praten en volgens oude traditie koek te hakken. De Groningers houden er van om gewoon te doen en nergens drukte over te maken, doch de saamhorigheid be trachten willen zij maar al te gaarne. DAVID KONING C.F.N. achteruitF.F.D. vooruit Binnen een maand gaat Nederland weer stemmen. Dit keer voor de gemeenteraden. Daarom is het op 22 Juni niet één verkie zing door het hele land, maar eigenlijk ruim duizend verschillende verkiezingen voor de meer dan duizend verschillende gemeenteraden. Het Nederlands Instituut voor de Publie ke Opinie kan niet in al die gemeenten verkiezings-enquétes houden. Maar wèl heeft het N.I.P.O. in het afgelopen half jaar veel Amsterdammers over hun poli tieke voorkeur kunnen ondervragen. Steeds is gevraagd op welke partij men nü denkt te gaan stemmen. Dat was dus steeds op het moment van ondervraging. Alle antwoorden op deze politieke vra gen zijn met grote zorg verwerkt en zij leveren op het ogenblik, dus voordat de partijen hun politieke campagne begonnen zijn het volgende beeld op: Hoe A'dam Raadsver- volgende kiezing Am' maand denkt te stemmen Partij v. d. Arb. 32% C.P.N24% K.V.P19% A.R. en Chr. Hist, samen (één lijst) 14% V.V.D11% Rev. Comm. Partij Overige partijen •rdam 5 Juni 1946 '31 32 18,2% 11,7% 5,4% Twee ernstig gewonden bij ontploffing in cacaofabriek In de cacaofabriek „Het Zwarte Schaap' te Zaandam heeft zich hedenmorgen een hevige ontploffing voorgedaan, waarbij twee arbeiders ernstig gewond werden. De 39-jarige J. Hooischuur en de 45- jarige K. Jonker waren op de bovenste verdieping van de fabi-iek bezig met het afscheiden van cacaoboter uit cacaodoppen door middel van benzine. Doordat kort sluiting ontstond in een looplamp explo deerde de benzine in de ketel en vloog in brand. Beide mannen liepen ernstige brand wonden op. Hooischuur klom door een raam en sprong van het dak op straat. Jonker wist via de trap naar beneden te komen. De fabrieksbrandweer wist de brand spoedig te bedwingen. De beide arbeiders zijn naar een zieken huis overgebracht. Hun toestand was hedenmorgen zorgwekkend. Oponthoud voor het treinverkeer aan grensstations wordt beperkt De Organisatie voor Europese Economi sche Samenwerking te Parijs deelt het vol gende mede: De treinreizen in Europa zullen minder tijd vergen, wanneer een voorstel van de Organisatie voor Europese Economische Sa menwerking door de negentien Europese landen, die lid van de organisatie, zijn, wordt aangenomen. Maatregelen ter verkorting van het op onthoud van internationale treinen bij grensstations zullen op de bijeenkomst van de uitvoerende commissie van de O.E.E.C. te Parijs worden bestudeerd. Vijf tot twintig procent van de i-eistijd gaat tegenwoordig verloren aan de grens stations van de belangrijkste Europese lij nen. De Simplon-express brengt op zijn reis van Parijs naar Milaan 76 minuten door te Vallorbe aan de Frans-Zwitserse grens en 70 minuten te Brigue-Domodossola aan de grens van Zwitserland en Italië; dit is 16 procent van de totale reistijd. Aan de andere kant besteedt de „Blauwe Vogel express op de route Parijs-Brussel slechts twee minuten aan de grens, daar de douaneformaliteiten tijdens het rijden ver richt worden. De commissie voor het, toerisme van de O.E.E.C., van oordeel dat het oponthoud aan de grenzen het internationale toeristen verkeer belemmert, acht verhoogde samen werking ter vergemakkelijking van de uit voering der gr en svoor schriften noodzake lijk. Waar het technisch mogelijk is, zTJllen zodanige schikkingen met de douane-be ambten worden getroffen, dat de noodzake lijke formaliteiten tijdens de reis worden uitgevoerd. In October van dit jaar heeft te Brighton (Engeland) een conferentie plaats waar de internationale (Europese) dienstregelingen voor de periode Mei 19501951 zullen wor den opgesteld. De bij de O.E.E.C. aange sloten landen zijn uitgenodigd vóór deze datum stappen te ondernemen ter beper king van het oponthoud aan de grenssta tions, zulks door middel van bilaterale over eenkomsten, en omtrent de resultaten hier-^ van aan de organisatie verslag uit te brengen. (De overige partijen in 1946 waren: Protestantse Unie. Chr, Dem. Volkspartij, Vrouwen Groep Practisch Beleid en de Onafhankelijken). Vergeleken met de vorige Raadsverkie zing in Amsterdam is er dus een grote teruggang der communisten. Er is enige stijging bij de P. v. d. A„ Katholieken en de Christelijke partijen en een grote stij ging voor de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (toen: Partij v. d. Vrijheid). Op de Rev. Commun. Partij werden nog weinig stemmen uitgebracht: minder dan 1% namelijk. Door de propaganda-cam- pagne der partijen kan er natuurlijk nog een en ander veranderen. Nadruk verboden. I BONTEKOE HEEMSTEDE (Bus 3) SPOORPLEIN 4 TELEFOON 27627 Beëdigd Deskundige (Adv.) BINNENLAND Te Nieuwendam brak in een houten huis aan het Molenpad brand uit. De brand weer, die dadelijk uitrukte, kon niet voor komen, dat drie van de houten huizen aan dit pad geheel uitbrandden. Van het huis raad kon het grootste gedeelte door de buurt bewoners worden gered. In de Staatscourant van 27 Mei is gepu bliceerd de beschikking tot vrijlating van de prijzen voor enige bouwwerkzaamheden. In deze beschikking worden in de water-, spoor- en wegenbouw alle aannemingssommen, in de burgerlijke- en utiliteitsbouw de aanne mingssommen boven f 10.000 vrijgelaten. Tevens is ingetrokken de prijzenbeschikking berekening aannemingssom bouwwerken op het gebied van de burgerlijke- en utiliteits bouw 1946. Te Laren is in de leeftijd van 63 jaar overleden de -gepensionneerde kapitein ter zee R. P. van de Wetering, militair raadsheer in het Bijzonder Gerechtshof te Amsterdam. Er zyn geen koop-, verkoop- en verwer kingsvergunningen voor halffabrikaten van non-ferro metalen meer nodig. Dit betreft aluminium, lood, koper, tin, zink, antimo nium en nikkel in de vorm van staven, bla den, buizen, band, kabel, draad en andere geprofileerde vormen. De beslaande distri butievoorschriften blijven van kracht voor de blokmaterialen, en vooi afval van ge noemde non-ferro metalen. Le voorschriften betreffende de in- en uitvoer non-ferro metalen blijven eveneens volledig gehand haafd. Correspondentie voor het s.s. „Water man", onderweg van Indonesië naar Rotter dam, moet uiterlijk 2 Juni' worden gepost om de opvarenden in Port Said te bereiken. HAARLEM EN OMGEVING Het bestuur van „Bos en Vaart Haarlem "Zuid" legde in zijn geheel zijn functie neer. Er werd een nieuw bestuur gekozen. Het bestaat uit de heren H. Siebol, P. Kluit en A. J. v. Roon. De netto opbrengst van de collecte voor de Stichting Kinderbewaarplaatsen bedraagt circa f 1300. De Stichting, is over het resultaat zeer tevreden en brengt hartelijk dank aan allen die de collecte hebben gesteund. Ten bate van Kerkelijke Gezinszorg, een tak van arbeid van de diaconie der Ned. Herv. Gemeente van Haarlem, is door de actie van enige Haarlemse dames een bedrag van f2556,25 bijeengebracht. Het Schotse terrier-teefje „Gredie" vón de heer H. Slobbe uit Haarlem-Noord be haalde op de tentoonstelling te Groningen het laatste nog ontbrekende kampioenschaps certificaat, zodat „Gredie" thans definitief kampioene is. Hetzelfde zou het geval zijn geweest met de Tervuerense herder reu „Vainqueur" van de heer A. Kaufmann, ware het niet dat deze hond juist enige weken te jong is om al definitief kampioen te kunnen worden. „Vainqueur" werd beste der Belgi sche rassen en beste van alle herdershonden. Beide heren zijn lid van „Kennemerland". De heer Wim Povel te Haarlem, redac teur en tekstspreker van een buitenlands filmjournaal, is uitgenodigd om voor Philips Experimentele Televisie op 2 Juni zijn ver telling „De koetsier van Assepoester" uit zijn bundel „Sprookjesfiguren die onze aandacht ontgingen" voor te dragen. De heer J. C. van Westering uit Heem stede is benoemd tot hoofd van een Chr. school (Duinoordschool) te Den Haag, De A. R. Kiesvereniging „Dr. H. Colyn" belegt op Vrijdag 3 Juni een openbare ver gadering in gebouw „Flora", Pretoriaplein te Haarlem. Als sprekers zullen optreden de heren W. C. Bakker en mr. O. H. van Wijk, respectievelijk gemeenteraadslid van Haar lem en Heemstede. FEUILLETON door ANDREW MACKENZIE vertaald uit het Engels. 48) Ik heb zo juist een ietwat storm achtig onderhoud gehad met m'n chef, deelde de inspecteur me met een bedrukte stem mee. Op een gegeven moment dreig de deze me zelfs, dat hij mij de zaak uit handen zou nemen. De ontnapping van die man bij de Monopolis Magazijnen noemde hij een grandioze blunder. Dat had iedereen kunnen gebeuren, zei ik vol medeleven. Is er nog enig spoor van die vent gevonden? Geen enkel. Hij is in lucht opgegaan. Ik heb een andere verrassing voor je, merkte ik op. Ik heb Judith Taylor ge sproken en ze heeft me verteld, dat Johnny Barnes vermoord werd door de man met de maskerkap. Brannigan zette zijn glas neer en staar de me aan. Ik vertelde hem het hele ver haal, zoals Judith mij dit zo pas gedaan had. Het is wel erg jammer, dal dat vrien dinnetje van jou niet dadelijk, naar de pnlitie gegaan is met deze inlichting, zei de inspecteur, toen ik klaar was. Alles wat ze officieel verklaarde was, dat ze die nacht goed had geslapen en geen enkel geluid had gehoord. Ik mag veronderstel len, dat ze weet, dat het een ernstig ver grijp is aan de politie valse inlichtingen te geven. Ze was bang, dat iemand van haar familie erin betrokken zou worden, legde ik uit. Evenals jij is ze van mening, dat het mysterie in de buurt van het Huis aan de Baai moet worden gezocht. Als ik dit eerder geweten had, zou ik misschien in staat zijn geweest een be schuldiging tegen Edith Simpkins te for muleren, zei Brannigan. Haar verhaal was waarschijnlijk één en al leugen. Als dat meisje de waarheid spreekt en ik ge loof, dat haar verhaal inderdaad het juiste is dan sliep haar tante dus. Maar waarom vond Edith Simpkins het nódig te liegen? vroeg ik. Om iemand anders te beschermen. Ze was bang, dat Fellowes in een moord zaak betrokken zou worden. Haar ver haal gold alleen voor de tijd, dat de in breker in het Huis was, maar het diende tevens om de aandacht af te leiden van de man, van wie zij vermoedde dat hij de inbreker vermoord had. Brannigan bestelde meer drank. Je schijnt er een pracht methode op na te houden om mensen tot het doen van vertrouwelijke mededelingen te brengen, Bob, merkte hij op. Ik meende, dat het nu wel tijd was om Brannigan de hele waarheid te vertellen. Ik had een bewijsstuk achter de hand, legde ik uit. Iets dat met het meisje te maken had en dat ik jou niet liet zien. En ik vertelde hem het vinden van het sigarettenpeukje tijdens mijn onderzoek op eigen houtje die nacht in de buurt van de plaats van de moord. Toen ik mijn ver haal gedaan had, schudde Brannigan zijn hoofd. Je benl werkelijk een van de minst beginselvaste assistenten, die een hard- zwoegende politieman zich uit zou kun- nen zoeken, zei hij. Ten behoeve van een aardig gezichtje nam je de verantwoor ding op je een waardevolle aanwijzing ach ter te houden. Naar wat jij wist, had het meisje heel goed een moordenares kun nen zijn. Ik kan er een eed op doen, dat het meisje volkomen onschuldig is, barstte ik uit. Het is een verdachtmaking, die je niet siert, Brannigan. Ik weet, dat ik een aan merking verdiend heb wegens het achter houden van het sigaretteneindje, maar werkelijk, Judith is niet tot moord in staat. Ik greep mijn hoed en wilde weggaan, toen ik opeens mijn arm in de machtige greep van Brannigan's stevige hand voel de. Neem het niet zo zwaar op, Bob, zei de inspecteur. Ik begrijp je gevoelens wat dat meisje betreft heus wel. In deze hele waanzinnige geschiedenis beweegt zich die man met de maskerkap en als zij zegt, dat ze hem zelf gezien heeft, dan geloof ik haar. Ik liet me weer in een stoel vallen. Maar wie is dan toch in hemels naam die mysterieuze figuur? vroeg ik. Het kan de dominee geweest zijn of Fel lowes. Of misschien Arthur Carfrew. Als het de dominee was, wat belette hem de kap in de struiken te verbergen om deze de volgende dag weg te halen? We hebben de hele omtrek zorgvul dig afgezocht de volgende morgen, ant woordde Brannigan. Maar een dergelijke kap kan heel gemakkelijk opgerold en onder een jas verborgen worden. Nu ik dat verhaal van het meisje gehoord heb, zal ik de dominee toch eens gaan onder vragen. Ik zal hera ook laten vertellen, wat hij vandaag precies heeft uitgevoerd. Hij zal er niet gemakkelijk met een ver haaltje afkomen. Ik zal het hem zó zuur maken, dat hij het betreuren zal zich ooit met andermans zaken bemoeid te hebben. Wanneer ga je hem opzoeken? vroeg ik. Zodra ik in het dorp terug ben. En als hij me niet behoorlijk antwoordt, dan zou hij wel eens overgebracht kunnen worden naar een plaats, waar hij geen Zondagse predikaties kan houden. Aan BBrannigan's gezicht kon ik zien, dat het geen zin had, hem verdere vragen te stellen. Op dat moment vèelde hij zich kennelijk nog vrij wanhopig. Ik benijdde de dominee het aanstaand onderhoud met de inspecteur niet. HOOFDSTUK XIX. Het was tegen tienen, toen de politie auto ons aan de voet van de heuvel, waarop de pastorie stond, afzette. De huis houdster van de dominee deelde ons mede, dat haar meester nog niet terug was ge keerd. Op Brannigan's verzoek werden we in de studeerkamer gelaten om daar op zijn thuiskomst te wachten. De wanden van het vertrek waren in beslag genomen door boekenkasten vol met oude, verwaar loosde theologische werken, zoals men die wel in tweedehands boekwinkels ziet. Wat vind je van deze bibliotheek? vroeg Brannigan mij, terwijl hij in de rich ting van de boeken, die dik onder het stof zaten, wees. Ze worden niet al te veel gebruikt, zou ik zo zeggen, antwoordde ik. Die indruk krijg ik ook. Die dominee van ons schijnt niet bepaald een ijverig theoloog te zijn. Hij schijnt meer tijd te besteden aan het bestuderen van de natuur, Hier zijn twee boeken over vogels en één over insecten. Het zou me niets verbazen, als dat ding daar tegen de muur aan, een vlindernet is. Eén van het ouderwetse soort. Als deze stoel mijn gewicht kan dragen, zal ik er eens bijklimmen om het nauwkeuriger te bekijken. Het zou grap pig zijn, er een mot mee te vangen. Brannigan voegde de daad bij het woord en hield het netje in zijn handen. Hij stond op het punt om weer van de stoel af te stappen, toen deze een hevig gekraak liet horen. De inspecteur sprong op de grond, maar verloor daarbij z'n evenwicht en hield zich met veel moeite, door het zware eikenhouten bureau vast te grijpen, staande. Een stapel boeken viel op de grond en een rollejte donkergekleurd goed. Brannigan veegde het stof van zijn kleren. Als dit gestommel de huishoudster niet halsoverkop hier binnen doet rennen, dan ben ik een boon, merkte hij op. Maar de huishoudster gaf geen teken van leven. Het geluid van een auto duidde er echter op, dat de dominee teruggekeerd was, Help me even die boeken weer op hun plaats te leggen, beval de inspecteur. Het moet er hier niet uitzien, alsof wij zijn studeerkamer aan het afbreken waren. Zo, dat is beter. Wat moeten we in 's he melsnaam doen met die rol zwart goed. Geef maar hier, ik zal die achter het bureau mikken. Ik wierp Brannigan het bundeltje toe, dat gedeeltelijk losrolde. Op het gezicht van mijn metgezel was opeens een gewel dige emotie waar te nemen. Hij rolde de bundel verder los, en toen was er niet lan ger enige twijfel mogelijk: Brannigan hield de maskerkap van de man, die bij het Huis aan de Baai spookte, in zijn handen! Ik geloof wel, dat ik een gevoel van voldoening had behoren te hebben bij deze ontdekking, die onze vermoedens ten aan zien van de dominee bevestigden, maar in plaats daarvan voelde ik iets van teleur stelling. Het leek opeens" allemaal zo ge woon, zo derde-rangs, na alle gecompli ceerde aanwijzingen, die we gevolgd had den en die een opwindender einde voor speld hadden dan deze toevallige ontdek king bij een schrijftafel. We hoorden de voordeur dichtslaan en wisten, dat de dominee nu ieder ogenblik voor ons zou kunnen staan. Brannigan liet de kap achter het bureau vallen. Met een blik beduidde hij mij, dat we niets moesten laten merken over onze ontdek king. Wat een verrassing! begroette een stralende dominee ons, terwijl hij zijn han den in elkaar wreef. Ik neem aan, dat u me voor zaken komt opzoeken op dit nach telijk uur, voegde hij eraan toe. Ik werd nogalehopgehouden. U bent zeker in Londen geweest? vroeg Brannigan. Ja, een klein uitstapje, zowel voor zaken als voor mijn genoegen. Ik heb een paar nieuwe boeken gekocht en de doch ter van een dierbare vriend van me be zocht, die zwaar ziek in het kinder ziekenhuis in Great Ormond Street ligt. Dat was een triest bezoek. De dominee keek bedroefd. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1949 | | pagina 6