Meesterlijke uitvoering der Orgelmis van J. S. Bach Renaissance in Haïti Week van de Franse fFilmj BATAVUS De K.V.P.-fractie wil de huren met twintig procent verhogen Woensdag 28 Juni 1950 Holland Festival Nadat Johan Sebastian Bach in het tijd vak van 1726 tot 1735 twee verzamelingen van door hem gecomponeerde clavecymbel- muziek onder de benaming „Klavier- Uebung" had uitgegeven, verscheen in 1739 een derde deel van deze oefeningenreeks. Dit derde deel bevatte uitsluitend orgel muziek. De kern hiervan wordt gevormd door koraal-variaties, waarvoor het muzi kale gegeven gevonden werd in de koraal melodieën die tijdens de hoofd-godsdienst- oefening te Leipzig door de gemeente ge zongen werden. Overeenkomstig de orde, waarin deze godsdienstoefening verliep, kregen de koraalbewerkingen in het derde deel van de „Klavier-Uebung" een vast staande opeenvolging. In overeenstem ming met het lithurgische karakter hier van heeft men aan de reeks koraal-bewer kingen de naam „Orgelmis" gegeven. Bach vatte de bewerkingen samen tussen een monumentaal Praeludium en een Tripel fuga van overweldigende grootsheid, wel ke twee werken nog vrii vaak op de pro gramma's van orgelconcerten in directe opeenvolging voorkomen. Een integrale uitvoering van dit Praeludium en Fuga met de bijbehorende koraalbewerkingen hoort men echter zelden. Daarom kon de Bach- avond, die gisteren in de Oude Kerk te Amsterdam op initiatief van de „Neder- landsche Eachvereeniging" werd gegeven en waarop de Orgelmis werd uitgevoerd, een belangrijke muzikale gebeurtenis wor den genoemd. Het Holland Festival en de Bach-herdenking in dit jaar werden de directe aanleiding tot dit concert. De organist dr. Anthon van der Horst was de vertolker van de Orgelmis en het koor van de „Nederlandsche Bachvereeni- ging" zong voor elke voordracht van een bewerking de koraalmelodie, welke er aan ten grondslag had gelegen. Op deze wijze werden de melodieën bij de talrijke toe hoorders geïntroduceerd. Het koor, door jarenlange practijk volkomen vertrouwd met Bachs muziek, zong onder leiding van Albert de Klerk de koralen met grote klankschoonheid. Door het moeilijk te ver krijgen visuele contact met de organist was er soms enige ongelijkheid tussen koor en orgel, hetgeen echter aan de diepe indruk, die de koorzang maakte, geen afbreuk kon doen. Het zingen van het koor kreeg bij deze Bach-herdenking toch meer beteke nis dan alleen het aanduiden van de ko raalmelodie. Het gaf de innige relatie aan tussen Bachs religieuze wezen en de tekst- gedachte van het koraal, een verhouding die aanleiding werd tot muziek van su bliem gehalte, al noemde Bach haar be scheiden „oefening". In deze muziek bracht Each de contrapuntiek tot een niet ver moede ontwikkeling, die nog in „Das musi- kalische Opfer" en in „Die Kunst der Fuge" een hoogste voleinding zou verkrijgen. In dr. Anthon van der Horst kregen de koraalbewerkingen een ideale vertolker met een volkomen technisch meesterschap, zin voor constructieve bouw, klankkleur en sterke rhythmiek. Elke bewerking klonk in alle opzichten gaaf en doorzichtig en de organist kon daarbij voortreffelijk de re gisters van het fraaie orgel toepassen, be houdens de tegenwerking van ontstemde tongwerken bij de voordracht van de zes stemmige variatie. En dan moet hier ook bij vermeld worden de magistrale vertol king van het Praeludium, waarmee de avond in grootse stijl werd ingeleid en van de Tripel-fuga. die een monumentale be- toning van de orgelvooniracWen wer*. Ochtendconcert door Nederlands Kamerkoor Ook de Nederlandse a capella-zang krijgt op het Holland Festival zijn kansen. Dat het Nederlands Kamerkoor van Felix de Nobel voor deze aangelegenheid aange zocht is zal iedereen natuurlijk vinden. Dit ensemble van beroepsvocalisten het moge dan nog al eens aan mutaties onder hevig geweest zijn is immers in de loop der jaren het voor Holland representatieve koor geworden, het vocaal-orkest van eer ste rang, dat binnen en buiten de grenzen de Nederlandse zin voor samenzang op de meest uitgebreide en artistieke wijze ver tegenwoordigt. Het is een schakel in ons muziekleven geworden, die er, naar gelang men er de waarde van is gaan beseffen, niet meer uit weggedacht kan worden zon der dat dit gemis een gaping zou teweeg brengen. Dinsdagochtend trad het Kamer koor op in de kleine zaal van het Amster dams Concertgebouw, met een klassiek polyfoon programma, gewijd aan werk^van Josquin des Prés, Sweelinck en Bach. Vol gende week Dinsdag komt op een avond concert in de Bachzaal een programma van overwegend moderne koormuziek aan de beurt. Van Josquin klonken nu de deinende meiismen van het driestemmig Ave Verum, het kunstige stemmenweefsel van de vijf stemmige klaagzang op Okeghem, de voor zanger van de tweede Nederlandse school, alsmede het onvolprezen vierstemmige Ave Maria waarin, bij de kunstigste com binaties, de consequente lijn van een hym ne-melodie niet wordt losgelaten. Felix de Nobel weet uit zijn prachtig afgestemd ensemble de ranke gothische bouw dezer meestercomposities te herscheppen. Waar de geest van de Renaissance reeds door breekt zoals bij „Accoutrez-vous d'habits de deuil" in de „Déploration de Johan Okeghem", klinkt in beheerste mate een expressie door, die naar een nieuwe stijl periode wijst. De heerlijke nabloei van deze polyphone kunst in de psalmen van Sweelinck was op dit ochtenconcert kenmerkend verte- ADVERTENTIE ■■■p glans Agenda voor Haarlem WOENSDAG 28 JUNI Spaarne: „Smokingguns", 14 j., 2.30, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: ,,'t Gebeurde op een nacht", alle leeft., 2.30, 7 en 9.15 uur. Rem brandt: „Maria Goretti", 18 j., 2, 4.15, 7 en 9,15 uur. Palace: „Gentleman inbreker", 18 j„ 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „De man op de Eiffeltoren". 18 j., 2, 7 en 9.15 uur. City: „Ontsnapt van het duivelseiland", 14 j.. 2.15, 7 en 9.15 uur. DONDERDAG 29 JUNI Grote Kerk. Orgelconcert, 2 uur. Biosco pen: Middag- en avondvoorsteUingen. genwoordigd met de Psalmen 75, 65 en 86. Wanneer men na het blijmoedig frisse majeur van het vierstemmige „O Seigneur, loué sera" het ernstig getinte „Dieu la gloire qui t'est due" te horen krijgt in zijn zes stemmige klankcomplexen, dan ervaart men de macht van het geniaal bedreven handwerk over het rijk der tonen, waar van destijds nog zo weinig mogelijkheden tot moduleren ontdekt waren, welke ech ter door een meester als Sweelinck, even als zijn grote Zuid-Nederlandse voorgan gers, gecompenseerd werden door een han dig aanwenden van de verschillende kerk toonaarden binnen de algemene tonale basis. Die fijne nuances ontgaan ons meest al, omdat wij te vast verankerd zitten in ons moderne toonsysteem en de finesses van de modaliteit voorbij /zien. Maar men moet deze muziek dan ook kunnen horen in de ideale gedaante en in de ideale klank, waarvan Felix de Nobel en de zijnen zich de geheimen hebben eigen gemaakt Ook werden er twee motelten van Bach uitgevoerd: het dubbelkorige „Der Geist hilft unsrer Schwachheit auf" en het vier stemmige „Lobet den Herin, alle Heiden", dat zich jubelend ontlaadt in een er vrijwel los van staand „Alleluia"-gedeelte; twee zware opgaven voor de betrekkelijk kleine bezetting van het Kamerkoor, zodat het begrijpelijk was, dat de uitvoerders aan het slot tekenen van vermoeidheid begon nen te tonen. Doch dit deed niets af aan de indruk, dat we een boeiend ochtend concert hadden bijgewoond. JOS. DE KLERK. Jean Cocteau op Schiphol Ter gelegenheid van de opening van de zogenaamde „Week van de Franse film" arriveerde gistermiddag op Schiphol de veelzijdige kunstenaar Jean Cocteau om dek avoncLs in het Alhambra-theater de gala-première van zijn „cinematografisch gedicht Orpheus" bij te wonen. Hoewel Cocteau de leeftijd van zestig jaar reeds is gepasseerd, ontplooide hij een felle geestdrift toen hij in een gesprek met Ne derlandse journalisten de bijzondere kwa liteiten van zijn film verdedigde. „Men moet tegenwoordig ook eens ongehoorzaam durven zijn en vooral niet toegeven aan de banale smaak, zoals speciaal de radio doet. Ik heb het middel film gebruikt om uit drukking te geven aan een persoonlijke visie op problemen die mij ter harte gaan. Of de film voldoende toeschouwers trekt, kan mij niet schelen. Ik moest haar ma ken!" Jean Cocteau werd vergezeld dooi de actrice Marie Dea en de acteur Edouard Dermithe, die belangrijke rollen in de film vervullen. Beeldende kunst De op een eiland in de Caraibische zee gevestigde negerrepubliek Haïti is al meer dan een eeuw zelfstandig. Gedurende beide wereldoorlogen bezette Amerika het ge bied en zo kwamen er blanke priesters en onderwijzers enige jaren in contact met de neger-bewoners. Verschillende bezoekers bemerkten de grote picturale begaafdheid van dit v.olk. Er waren reeds twee kun stenaars, Philomé Obin, een klerk, en Hector Hyppolite, een priester van de in landse godsdienst. Zij werden door de Amerikanen aangemoedigd evenals een timmerman, een politieagent, een huis knecht en een leerling-monteur. Voorlopig werd er carton en ripoline verstrekt, maar later kwam er echte olieverf en celotex. Het aantal schilders neemt steeds toe. Is er een kunstwerk klaar, dan wordt het in feestelijke optocht naar het „Kunstcen trum" gedragen, iets wat in de Renais sance in Italië ook wel eens gebeurde. Het is de gewoonte dat de titel van het stuk, benevens naam en adres van de schepper op het schilderij worden aangebracht. Het is leerrijk om op de ter gelegenheid van het Holland-Festival in het Stedelijk Museum te Amsterdam gehouden expositie de groei en differentiëring dezer jonge Haïtiaanse kunst na te gaan. Er zijn schil ders die naar een eenvoudige vlak-vulling streven, alsof het een tapijt geldt. Maar anaeren beheersen bewust de wetten van het perspectief, der diepte, der derde dimensie. Vaak wordt de stof aan inlandse legenden ontleend: de groene godin, de dis der goden, de magische tafel, de bloe- menkoningin, dodenparade, weerwolf ceremonie enzovoorts. Maar er zijn ook veel onderwerpen uit het dagelijkse leven: boerenmaaltijd, acrobaten aan het werk, Bénoit: „Markt". Prinsesjes maakten een schoolreisje Honderddertig leerlingen van de „Werk plaats" van Kees Boeke, waarbij de prin sesjes, hebben Dinsdag per bus eer. school reisje naar Den Haag gemaakt. Daar wer den het planetarium en de tentoonstelling „zestig jaar koninklijke" in de Dierentuin bezocht. Voorts maakte een groepje nog een deel van de vergadering der Tweede Kamer mee. Twee jongetjes overreden In de Van Ostadestraat te 's-Gravenhage zijn twee jongetjes van vier jaar op de koppeling van een vrachtauto met aan hangwagen geklommen. Toen de auto weg reed, vielen de knaapjes op straat en wer den door de aanhangwagen overreden. Beiden waren op slag dood. De chauffeur heeft van het ongeluk niets gemerkt. Opgericht is dc stichting „Europees Jongeren Contact", welke zich ten doel stelt de bevordering van het contact tussen de jongeren in Europa. Het E. J. C. stelt zich op federalistische grondslag. Voorzitter is de heer C. J. M. Peeters te Steenbergen. familie-tafereel, stratenmakers, zelfpor tret, élite-diner, dobbelspel, vismarkt, hanen-offer. De beschrijving van hun religieuze held en martelaar Charlemagne Péralte is een geliefd onderwerp. Daar naast begint ook de geheel vrije compo sitie veld te winnen. De kleuren zijn zeer levendig. In de tekening ontdekt men telkens een meester lijke zekerheid. De ideeën die deze kun stenaars in brieven neerschreven, zijn op recht en eenvoudig. Men gaat de kinder lijke ernst van een film als „Grazige wei den" begrijpen, wanneer men deze ten toonstelling bezocht heeft. H. SCHMIDT DEGENER Invoerwaarde in Mei voor 57 pet. gedekt door uitvoer De regelmatige stijging van de omvang van onze invoer gedurende de laatste maanden zette zich in Mei 1950 voort. Vol gens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek samengestelde voorlopige ge- gegevens bedroeg de waarde van de in deze maand geïmporteerd goederen 663 mil- lioen (v. m. 644 millioen) en het gewicht 2.27 millioen ton (v. m. 1.97 millioen ton). Ook de uitvoer vertoonde over deze maand enige stijging, althans wat de waar de betreft. Deze nam toe van 367 millioen (gewicht 1.13 millioen ton) in April tot 377 millioen (gewicht 1.08 millioen ton) in Mei. Evenals in April was slechts 57 pet. van de waarde van de invoer gedekt door de uitvoer. Vooral de import van suiker, minerale oliën, ertsen en hout was aanzienlij groter dan in April. De invoer van cacaobonen en granen daarentegen belangrijk minder. De vermindering van de aardappelen export kan als een normaal seizoenver schijnsel beschouwd worden evenals die van bloembollen en planten. MEISJESSCHOOL 'T KOPJE Voor het eindexamen Middelbare School voor Meisjes' van de H.B.S. voor Meisjes met 5 en 6-jarige cursus ,,'t Kopje" slaagden de dames: A. E. Bartels, C van der Bree, C. Coelingh, E. S. Domhoff, W. V. G. Dyserinck, C. A. M. van Eyck, J. M. Heytman, R. G. G. M. Huysser. Th. E. Otto, R. J. Rempt. E. J. Rijnaers, M. T. Schenk, W. L. Star Busmann, O. van der Tak, G. Verwey, J. A. van Werk hoven; M. W. E. Wilde. Herinnering aan de eerste Anjerdag Donderdag 29 Juni is het tien jaar ge leden, dat in 1940, op de verjaardag van Prins Bernhard, bloemen werden gelegd voor het paleis Noordeinde en felicitatie- registers werden getekend. Evenals tien jaar geleden zullen de oud-burgemeester van de residentie mr. S. J. R. de Monchy, de luitenant-generaal J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, oud-commandant van het veldleger en de generaal H. G. Winkelman, oud-opperbevelhebber van land- en zee macht en de luitenant-generaal H. F. M. baron van Voorst tot Voorst, oud-chef staf van het algemeen hoofdkwartier, zich naar het paleis Nooi-deinde begeven om daar hun handtekeningen in de registers te plaatsen. FAILLISSEMENTEN De rechtbank te Haarlem heeft in staat van faillissement verklaard: Wilhelmus Maria Rooyers Jr.. vertegen woordiger, wonende te Heemstede. Heem- steedse Dreef 39. Rechter-commissaris: mr. C. W. de Visser. Curator: mr. J. W. Rutgers, advocaat en procureur te Haarlem. Andreas Johannes Jacobus Schreuder, koopman, wonende te Zaandam, Hoogen- dam 4 Rechter-commissaris: mr. C. W. de Visser. Curator: mr. W. Boers, advocaat en procureur te Overveen Wegens het verbindind worden der enige uitdelingslijsten zijn geëindigd de faillisse menten van: F. H. J. de Klerk, aannemer, wonende te Haarlemmerliede, Liewegje 29. J. A. Nieuwstraten, timmerman-aannemer, wonende te Haarlem, Parklaan 33. Deze week zal het eerste stuk. dijk van de Zuid-Oost-polder, dat achter Kampen ligt, boven water komen. De naam van dit stuk zal Vosseweerd worden. ADVERTENTIE ANJERDAG ORANJEBOOM BIER! Luxor theater vertoont „Antoine et Antoinette" Kostelijke comedie van jonge Franse regisseur r!R vai GELEGENHEID VAN de Week ■an de Franse film, die volgende week in vele Nederlandse bioscoop-theaters zal worden gehouden, zal het Luxor-Thealer in Haarlem de reeds in 1947 vervaardigde rolprent van Jacques Becker „Antoine et Antoinette" vertonen. Wij kunnen dat niet anders dan een bij zonder gelukkige keuze vinden, want hoe wel deze film in ons land niet die bekend heid heeft verworven die zij verdient, be hoort zij tot de geslaagde producten die de Franse droomfabrieken sedert de be vrijding hebben afgeleverd. „Antoine et Antoinette" is daarom ook van belang omdat zij het bewijs levert, dat de na-oorlogse stroming in de film kunst, die men het best als die van de „geromantiseerde documentaire" zou kun nen aanduiden en die speciaal in Italië en in Engeland bloeit, aan Frankrijk niet on opgemerkt is voorbijgegaan. Het verlangen om de waarheid en de werkelijkheid zo zuiver mogelijk weer te geven leidde de cineasten naar de docu mentaire. die overigens met anderssoor- tige vormen vermengd kan worden, van de improvisa tie „Paisa" tot aan het so bere document „Bataille du rail", van de subtiele ro mantiek van „Brief encounter" tot de lichtvoetige humoreske „Vier stappen in de wolken". Een deel van deze werken ontstond door de oorlog: de vex-beelding van de cineast moest het altijd afleggen tegen de realiteit, zodat de reportage wel het bij uitstek geschikte middel tot weer geving van het krijgsgeweld werd. Jacques Becker is echter, met de meeste zijner Italiaanse en Engelse kunst broeders van oordeel, dat de geromanti seerde documentaire zeer goed van pas komt bij de schildering van die milieux, waarvan de leden in het geheel niet tot een tragisch lot zijn voorbestemd. In „An toine et Antoinette" tekent hij ons zo'n samenleving van kleine luiden, waarvan de gedachten en handelingen zo nauw keurig mogelijk overeenkomen met die van het Parijse volk. Het leven van de kleine typograaf en van de jonge verkoopster, zoals Becker dat laat zien, is dat van duizenden hand en hoofdarbeiders. De anecdote die de re gisseur als gegeven voor zijn film ge- bruikte schijnt waar gebeurd te zijn: een brave jongeman wint een geweldig bedrag in de Franse Staatsloterij en verliest als hij zijn gewin wil gaan incasseren, zijn lot. Alle luchtkastelen, die hij reeds met zijn vrouw heeft gebouwd, vallen in puin en de held, die niet meer thuis durft ko men, gaat aan de zwerf en raakt aan lager wal. Becker heeft gelukkig dat som bere einde niet overgenomen en van het hele verhaal alleen dal behouden, wat kon bijdragen tot een helclere kijk op het dagelijkse leven van heel gewone mensen. Overigens had 3ecker zelfs dat element niet nodig cm een goede film te maken: Georges Rouquier toonde ons reeds in „Farrebique", dat men ook zonder bepaal de feitelijke gebeurtenissen die verteld moeten worden, een film kan maken die zich van de lopende bandproductie volko men onderscheidt. Wat ons betreft was het reeds voldoende geweest Antoine en Antoinette in hun gewone dagelijkse doen te tonen: eentonig werk en bescheiden ge noegens, hun bestaan zou geëindigd zijn zoals het was begonnen: veel kleine en soms ook grote zorgen, waaraan echter iedere grootsheid ontbreekt. Zeker, we aanvaarden de bioscoop gaarne als een instituut dat het ons mogelijk maakt een ogenblik de sleurgang van alle dag te ont vluchten, doch we worden veel meer ge roerd wanneer we geconfronteerd worden met mensen die op ons zelf lijken. En zoals Becker zijn figuren heeft be handeld zo deed hij het ook met de stad waarin het verhaal speelt. Voor de eerste keer zien we Parijs nu eens niet als een decoratieve en ornamentale, achtergrond, ten prooi, zouden we haast schrijven, aan de artistieke buitelingen van de camera man. Nochtans, of wellicht juist daardoor, is het gehele werk ook door de kostelijke dialogen van een typisch Parijse sfeer doortrokken. Avenues, métrostations, wa renhuizen, alles werd in een zeer persoon lijke stijl opgenomen, waardoor deze film, die voor alles een beschrijving van de werkelijkheid moest zijn tevens een kunstwerk werd, waaraan de camera-man Montazel, de componist Grunenwald en Marguérite Renoir met de montageschaar gelijkelijk hebben bijgedragen. J.H.B. Een opname uit Antoine et Antoinette", ADVERTENTIE RUW I E L EN trotseren de tijd door degelijkheid TWEEDE KAMER Minister In 't Veld acht een daartoe strekkend amendement onaanvaardbaar Van onze parlementaire redacteur) Voordat de Tweede Kamer Dinsdagmid dag met de behandeling van het wetsont werp inzake de huurverhoging begon, drong jhr. mr. Van der Goes van Naters (Arbeid) aan op een spoedige openbare behandeling van de jongste De- viezennota, omdat hij meende te weten, dat in het van regeringswege nog te ge ven antwoord op het Kamerverslag een en ander omtrent het plan-Schuman en het plan-Stikker zal voorkomen. Presi dent Kortenhorst zegde toe, na overleg met de vaste commissie voor handelspoli tiek Woensdag iets naders omtrent dit ver zoek te zullen mededelen. De heer D e Groot (Comm.) informeerde of de re gering voornemens is binnenkort ook over enige gebeurtenissen van internationaal belang en dan in het bijzonder omtrent Korea mededelingen te doen. De Kamer voorzitter verklaarde, dat hem niets be kend was over zulk een voornemen van de regering, maar dat hij het oordeel van de voorzitter van de commissie voor Bui tenlandse Zaken dat is hij zelf zal vragen. Hierna kwam men aan het wetsontwerp inzake de huurverhoging toe. De heer Van Vliet (K.V.P.) betoog de, dat de huren lang op hetzelfde peil zijn gebleven hoewel de inmiddels toege nomen lasten zeer ten nadele van de ver huurders hadden gewerkt. Bij de loon- ronden had men zijns inziens rekening moeten houden met hogere huren en zo dat niet mogelijk was geweest, dan bleef toch de vraag waarom de regering niet eerder met de nu voorgestelde maatregel, alsmede met de wetsontwerpen inzake verlaging van de Loon- en Inkomsten belasting, welke als compensatie voor de huurverhoging dienst zullen moeten doen, voor de dag was gekomen. Op zichzelf kon hij met de strekking van het ter tafel liggende ontwerp het wel eens zijn. Zelfs vroeg hij zich af of de 15 eigenlijk niet 20 had moeten zijn. Intussen zitten we, zo liet hij hierop volgen, met het probleem van de hoofden van grote gezinnen, die niet onder de loon- en inkomstenbelasting vallen, zodat de daarin aan te brengen verlaging voor hen geen compensatie zal brengen tegen over de 15 huurverhogingen, die zij wel te dragen krijgen. Daarom wilde zijn frac tie gaarne zien, dat die groep een loon- bijslag zou gaan genieten gelijk aan de huurverhoging. De heer Stapelkamp (A.R.) was over de huurpolitiek van de sinds 1945 aan het bewind geweest zijnde kabinetten slecht te spreken. Geen enkele poging was er gedaan om de huren de ontwikke ling van lonen en prijzen te doen volgen. Op zo kort mogelijke termijn moest er nu naar gestreefd worden het evenwicht tus sen bouwkosten en huren te herstellen. Ofschoon spreker en zijn politieke vrien den allerminst geestdriftig zijn, zullen zij het nu voorgestelde wel moeten aanvaar den. Mr. Ten Hagen (Arbeid) tapte weer uit een heel ander vaatje. In den brede rekende hij voor, dat en waarom een huurverhoging met 15 waarlijk niet aan de te lage kant is. Hij trok voorts te vel de tegen hen, die van woningexploitatie een broodwinning maken, hetgeen zijns inziens met het oog op de belangen van de volkshuisvesting ontoelaatbaar is. Zijn fractie zou noodgedwongen de huurver hoging aanvaarden. De heer Gortzak (Comm.) beweerde, dat de gelden van de huurverhoging in de verkeerde zakken komen. Intrekking van het ontwerp en toekenning van een toeslag aan de kleine huiseigenaren, voor zover deze daarvoor redelijkerwijze in aanmerking komen, was zijn verlangen. Daarnaast kwam dan het denkbeeld de be handeling voov het voorstel op ie schor ten om eerst zekerheid te verkrijgen in zake de compensatie. Jhr. mr. Van der Feltz (C.H.) was van mening, dat hoofdoorzaak van het ten achter blijven van de woningvoorraad in de nog steeds te laag gehouden huurprij zen gelegen is. Hij vond dan ook de ont worpen verhoging niet alleen billijk te genover de huiseigenaren, maar econo misch gerechtvaardigd en noodzakelijk; thans geeft de regering door de huurstop indirect subsidie aan de huurders ten koste van de verhuurders. De handhaving van de huurstop zonder enige compensatie ten behoeve van de verhuurders was volgens de heer R i t- meester (V.V.D.) een ernstige aantas ting van het eigendomsrecht geweest. De 15 waarmee men thans komt is vol strekt onvoldoende; het zou tenminste 20 moeten zijn, waar dan een even redige belastingverlaging ten gunste van de huurders tegenover' zou moeten staan. Mr. Roel vink (K.V.P.) veroordeelde de speciale bescherming, die het ontwerp aan onderverhuurders verschaft, als „ju ridische ketterij". Ir. Van Dis (St.Ger.) brak enige lansen voor de huiseigenaren- verhuurders. De heer Hoogcarspel (Comm.) wilde eerst de belaslingontwer- pen vastgesteld zien om daarna te beoor delen of de huurders nog enigerlei huur verhoging kunnen opbrengen. Antwoord van dc minister Minister In 't Veld bracht in herinnering dat de critiek makkelijk, de kunst daaren tegen moeilijk is. Hiervan had het debat hem wel overtuigd. Gaarne zou de minis ter de voorgestelde maatregel eerder inge diend hebben gezien, maar men moet be grip hebben voor de moeilijkheden na de bevrijding. Bij de laatste loonronde was het al moei lijk genoeg de eindjes bij elkaar te brengen. Het zou nog veel lastiger geweest zijn toen ook meteen de huurverhoging er bij te be trekken. Bovendien is van sterke aandrang van de Kamer in deze zitting bij de be raadslagingen over de loon- en prijspoli tiek weinig gebleken. Met 15 procent is men aan de krappe kant, maar, zo zei de minister, voor een behoorlijke huizenexploitant is het vol doende. Met de bestaande huren komt men niet uit; voor een behoorlijke exploitatie is verhoging nodig en als het niet mogelijk is behoorlijk te exploiteren bestaat gevaar voor verval van ons woningbezit. De minister laakte de onvoldoende af schrijving door particuliere huizenexploi tanten die er aldus een rendement uit wil len halen dat over de economische schreef gaat. Als de eigenaar het onderhoud op de huurder wil afschuiven kan evenredige verlaging van de huur intreden. Toch zul len vele eigenaren, zolang er een woning tekort is, de verhoging niet voor behoorlijk onderhoud gaan gebruiken. Aanhouding van het wetsontwerp tot na de behandeling van de belastingvoorstellen achtte de minister niet gewenst. In het na jaar, zo zei hij, zal moeten worden nage gaan in hoeverre de verhoging van de Om zetbelasting een prijsstijgende werking zal hebben en of daarom een nieuwe loonronde nodig zou zün. Of er voldoende compensatie wordt ge geven, niet alleen aan hen, die Loon- en Inkomstenbelasting betalen, maar ook voor andere groepen, zal eveneens in het najaar worden nagegaan. De huurverhoging zal trouwens moeten wachten totdat de verla ging van Loon- en Inkomstenbelasting zal ingaan en dat zal pas per 1 Januari 1951 het geval kunnen zijn. Het denkbeeld van de heer Van Vliet (K.V.P.) (die een amendement had ingediend om het percentage der huurverhoging op 20 te brengen) noemde de minister, sprekende namens het gehele kabinet, onaanvaardbaar. Mocht het amendement worden aan genomen, dan zou de bewindsman schorsing der beraadslagingen moeten vragen (hetgeen intrekking van het wetsontwerp betekent). Om halftwaalf is de vergadering verdaagd tot hedenmiddag. Goedgelovige caféhoudster slachtoffer van „ruiltruc" Een caféhoudster in Rucphen is het slachtoffer geworden van twee vrouwen, die het landelijke café bezochten en zich voordeden als medewerksters van een cir cus, dat een aantal gedresseerde kleine paardjes bezat, die tekenen van herken ning gaven wanneer men hen muntstukken voorhield, waarop het laatste cijfer van het jaartal een 1 was. De dames wilden gaarne dit soort muntstukken met de café- houdsier ruilen tegen andere munten. De bezoeksters vroegen ook naar zilverbons en bankbiljetten waarvan het serienummer met het cijfer 1 eindigde. In goed vertrouwen spreidde de café houdster daarop de inhoud van een geld kistje, ongeveer 1700 gulden, op het biljart uit cn gezamenlijk begon men naar de ver langde biljetten te zoeken. De „circusda mes" verlieten, nadat zij haar consumptie hadden betaald, vrolijk het café. Later bleek de caféhoudster dat haar 790.. was ontstolen. De rijkspolitie zoekt nu naar de beide dieveggen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1950 | | pagina 5