Meesterlijke uitvoering der
Orgelmis van J. S. Bach
Renaissance in Haïti
Week van de Franse
fFilmj
BATAVUS
De K.V.P.-fractie wil de huren
met twintig procent verhogen
Woensdag 28 Juni 1950
Holland
Festival
Nadat Johan Sebastian Bach in het tijd
vak van 1726 tot 1735 twee verzamelingen
van door hem gecomponeerde clavecymbel-
muziek onder de benaming „Klavier-
Uebung" had uitgegeven, verscheen in 1739
een derde deel van deze oefeningenreeks.
Dit derde deel bevatte uitsluitend orgel
muziek. De kern hiervan wordt gevormd
door koraal-variaties, waarvoor het muzi
kale gegeven gevonden werd in de koraal
melodieën die tijdens de hoofd-godsdienst-
oefening te Leipzig door de gemeente ge
zongen werden. Overeenkomstig de orde,
waarin deze godsdienstoefening verliep,
kregen de koraalbewerkingen in het derde
deel van de „Klavier-Uebung" een vast
staande opeenvolging. In overeenstem
ming met het lithurgische karakter hier
van heeft men aan de reeks koraal-bewer
kingen de naam „Orgelmis" gegeven. Bach
vatte de bewerkingen samen tussen een
monumentaal Praeludium en een Tripel
fuga van overweldigende grootsheid, wel
ke twee werken nog vrii vaak op de pro
gramma's van orgelconcerten in directe
opeenvolging voorkomen. Een integrale
uitvoering van dit Praeludium en Fuga met
de bijbehorende koraalbewerkingen hoort
men echter zelden. Daarom kon de Bach-
avond, die gisteren in de Oude Kerk te
Amsterdam op initiatief van de „Neder-
landsche Eachvereeniging" werd gegeven
en waarop de Orgelmis werd uitgevoerd,
een belangrijke muzikale gebeurtenis wor
den genoemd. Het Holland Festival en de
Bach-herdenking in dit jaar werden de
directe aanleiding tot dit concert.
De organist dr. Anthon van der Horst
was de vertolker van de Orgelmis en het
koor van de „Nederlandsche Bachvereeni-
ging" zong voor elke voordracht van een
bewerking de koraalmelodie, welke er aan
ten grondslag had gelegen. Op deze wijze
werden de melodieën bij de talrijke toe
hoorders geïntroduceerd. Het koor, door
jarenlange practijk volkomen vertrouwd
met Bachs muziek, zong onder leiding van
Albert de Klerk de koralen met grote
klankschoonheid. Door het moeilijk te ver
krijgen visuele contact met de organist was
er soms enige ongelijkheid tussen koor en
orgel, hetgeen echter aan de diepe indruk,
die de koorzang maakte, geen afbreuk kon
doen. Het zingen van het koor kreeg bij
deze Bach-herdenking toch meer beteke
nis dan alleen het aanduiden van de ko
raalmelodie. Het gaf de innige relatie aan
tussen Bachs religieuze wezen en de tekst-
gedachte van het koraal, een verhouding
die aanleiding werd tot muziek van su
bliem gehalte, al noemde Bach haar be
scheiden „oefening". In deze muziek bracht
Each de contrapuntiek tot een niet ver
moede ontwikkeling, die nog in „Das musi-
kalische Opfer" en in „Die Kunst der Fuge"
een hoogste voleinding zou verkrijgen.
In dr. Anthon van der Horst kregen de
koraalbewerkingen een ideale vertolker
met een volkomen technisch meesterschap,
zin voor constructieve bouw, klankkleur
en sterke rhythmiek. Elke bewerking klonk
in alle opzichten gaaf en doorzichtig en de
organist kon daarbij voortreffelijk de re
gisters van het fraaie orgel toepassen, be
houdens de tegenwerking van ontstemde
tongwerken bij de voordracht van de zes
stemmige variatie. En dan moet hier ook
bij vermeld worden de magistrale vertol
king van het Praeludium, waarmee de
avond in grootse stijl werd ingeleid en van
de Tripel-fuga. die een monumentale be-
toning van de orgelvooniracWen wer*.
Ochtendconcert door
Nederlands Kamerkoor
Ook de Nederlandse a capella-zang krijgt
op het Holland Festival zijn kansen. Dat
het Nederlands Kamerkoor van Felix de
Nobel voor deze aangelegenheid aange
zocht is zal iedereen natuurlijk vinden. Dit
ensemble van beroepsvocalisten het
moge dan nog al eens aan mutaties onder
hevig geweest zijn is immers in de loop
der jaren het voor Holland representatieve
koor geworden, het vocaal-orkest van eer
ste rang, dat binnen en buiten de grenzen
de Nederlandse zin voor samenzang op de
meest uitgebreide en artistieke wijze ver
tegenwoordigt. Het is een schakel in ons
muziekleven geworden, die er, naar gelang
men er de waarde van is gaan beseffen,
niet meer uit weggedacht kan worden zon
der dat dit gemis een gaping zou teweeg
brengen. Dinsdagochtend trad het Kamer
koor op in de kleine zaal van het Amster
dams Concertgebouw, met een klassiek
polyfoon programma, gewijd aan werk^van
Josquin des Prés, Sweelinck en Bach. Vol
gende week Dinsdag komt op een avond
concert in de Bachzaal een programma van
overwegend moderne koormuziek aan de
beurt.
Van Josquin klonken nu de deinende
meiismen van het driestemmig Ave Verum,
het kunstige stemmenweefsel van de vijf
stemmige klaagzang op Okeghem, de voor
zanger van de tweede Nederlandse school,
alsmede het onvolprezen vierstemmige
Ave Maria waarin, bij de kunstigste com
binaties, de consequente lijn van een hym
ne-melodie niet wordt losgelaten. Felix de
Nobel weet uit zijn prachtig afgestemd
ensemble de ranke gothische bouw dezer
meestercomposities te herscheppen. Waar
de geest van de Renaissance reeds door
breekt zoals bij „Accoutrez-vous d'habits
de deuil" in de „Déploration de Johan
Okeghem", klinkt in beheerste mate een
expressie door, die naar een nieuwe stijl
periode wijst.
De heerlijke nabloei van deze polyphone
kunst in de psalmen van Sweelinck was
op dit ochtenconcert kenmerkend verte-
ADVERTENTIE
■■■p glans
Agenda voor Haarlem
WOENSDAG 28 JUNI
Spaarne: „Smokingguns", 14 j., 2.30, 7 en
9.15 uur. Frans Hals: ,,'t Gebeurde op een
nacht", alle leeft., 2.30, 7 en 9.15 uur. Rem
brandt: „Maria Goretti", 18 j., 2, 4.15, 7 en
9,15 uur. Palace: „Gentleman inbreker", 18
j„ 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „De man op
de Eiffeltoren". 18 j., 2, 7 en 9.15 uur. City:
„Ontsnapt van het duivelseiland", 14 j.. 2.15,
7 en 9.15 uur.
DONDERDAG 29 JUNI
Grote Kerk. Orgelconcert, 2 uur. Biosco
pen: Middag- en avondvoorsteUingen.
genwoordigd met de Psalmen 75, 65 en 86.
Wanneer men na het blijmoedig frisse
majeur van het vierstemmige „O Seigneur,
loué sera" het ernstig getinte „Dieu la gloire
qui t'est due" te horen krijgt in zijn zes
stemmige klankcomplexen, dan ervaart
men de macht van het geniaal bedreven
handwerk over het rijk der tonen, waar
van destijds nog zo weinig mogelijkheden
tot moduleren ontdekt waren, welke ech
ter door een meester als Sweelinck, even
als zijn grote Zuid-Nederlandse voorgan
gers, gecompenseerd werden door een han
dig aanwenden van de verschillende kerk
toonaarden binnen de algemene tonale
basis. Die fijne nuances ontgaan ons meest
al, omdat wij te vast verankerd zitten in
ons moderne toonsysteem en de finesses
van de modaliteit voorbij /zien. Maar men
moet deze muziek dan ook kunnen horen
in de ideale gedaante en in de ideale klank,
waarvan Felix de Nobel en de zijnen zich
de geheimen hebben eigen gemaakt
Ook werden er twee motelten van Bach
uitgevoerd: het dubbelkorige „Der Geist
hilft unsrer Schwachheit auf" en het vier
stemmige „Lobet den Herin, alle Heiden",
dat zich jubelend ontlaadt in een er vrijwel
los van staand „Alleluia"-gedeelte; twee
zware opgaven voor de betrekkelijk kleine
bezetting van het Kamerkoor, zodat het
begrijpelijk was, dat de uitvoerders aan
het slot tekenen van vermoeidheid begon
nen te tonen. Doch dit deed niets af aan
de indruk, dat we een boeiend ochtend
concert hadden bijgewoond.
JOS. DE KLERK.
Jean Cocteau op Schiphol
Ter gelegenheid van de opening van de
zogenaamde „Week van de Franse film"
arriveerde gistermiddag op Schiphol de
veelzijdige kunstenaar Jean Cocteau om
dek avoncLs in het Alhambra-theater de
gala-première van zijn „cinematografisch
gedicht Orpheus" bij te wonen. Hoewel
Cocteau de leeftijd van zestig jaar reeds
is gepasseerd, ontplooide hij een felle
geestdrift toen hij in een gesprek met Ne
derlandse journalisten de bijzondere kwa
liteiten van zijn film verdedigde. „Men
moet tegenwoordig ook eens ongehoorzaam
durven zijn en vooral niet toegeven aan de
banale smaak, zoals speciaal de radio doet.
Ik heb het middel film gebruikt om uit
drukking te geven aan een persoonlijke
visie op problemen die mij ter harte gaan.
Of de film voldoende toeschouwers trekt,
kan mij niet schelen. Ik moest haar ma
ken!" Jean Cocteau werd vergezeld dooi
de actrice Marie Dea en de acteur Edouard
Dermithe, die belangrijke rollen in de film
vervullen.
Beeldende kunst
De op een eiland in de Caraibische zee
gevestigde negerrepubliek Haïti is al meer
dan een eeuw zelfstandig. Gedurende beide
wereldoorlogen bezette Amerika het ge
bied en zo kwamen er blanke priesters en
onderwijzers enige jaren in contact met de
neger-bewoners. Verschillende bezoekers
bemerkten de grote picturale begaafdheid
van dit v.olk. Er waren reeds twee kun
stenaars, Philomé Obin, een klerk, en
Hector Hyppolite, een priester van de in
landse godsdienst. Zij werden door de
Amerikanen aangemoedigd evenals een
timmerman, een politieagent, een huis
knecht en een leerling-monteur. Voorlopig
werd er carton en ripoline verstrekt, maar
later kwam er echte olieverf en celotex.
Het aantal schilders neemt steeds toe. Is
er een kunstwerk klaar, dan wordt het in
feestelijke optocht naar het „Kunstcen
trum" gedragen, iets wat in de Renais
sance in Italië ook wel eens gebeurde. Het
is de gewoonte dat de titel van het stuk,
benevens naam en adres van de schepper
op het schilderij worden aangebracht.
Het is leerrijk om op de ter gelegenheid
van het Holland-Festival in het Stedelijk
Museum te Amsterdam gehouden expositie
de groei en differentiëring dezer jonge
Haïtiaanse kunst na te gaan. Er zijn schil
ders die naar een eenvoudige vlak-vulling
streven, alsof het een tapijt geldt. Maar
anaeren beheersen bewust de wetten van
het perspectief, der diepte, der derde
dimensie. Vaak wordt de stof aan inlandse
legenden ontleend: de groene godin, de
dis der goden, de magische tafel, de bloe-
menkoningin, dodenparade, weerwolf
ceremonie enzovoorts. Maar er zijn ook
veel onderwerpen uit het dagelijkse leven:
boerenmaaltijd, acrobaten aan het werk,
Bénoit: „Markt".
Prinsesjes maakten
een schoolreisje
Honderddertig leerlingen van de „Werk
plaats" van Kees Boeke, waarbij de prin
sesjes, hebben Dinsdag per bus eer. school
reisje naar Den Haag gemaakt. Daar wer
den het planetarium en de tentoonstelling
„zestig jaar koninklijke" in de Dierentuin
bezocht. Voorts maakte een groepje nog
een deel van de vergadering der Tweede
Kamer mee.
Twee jongetjes overreden
In de Van Ostadestraat te 's-Gravenhage
zijn twee jongetjes van vier jaar op de
koppeling van een vrachtauto met aan
hangwagen geklommen. Toen de auto weg
reed, vielen de knaapjes op straat en wer
den door de aanhangwagen overreden.
Beiden waren op slag dood. De chauffeur
heeft van het ongeluk niets gemerkt.
Opgericht is dc stichting „Europees
Jongeren Contact", welke zich ten doel stelt
de bevordering van het contact tussen de
jongeren in Europa. Het E. J. C. stelt zich
op federalistische grondslag. Voorzitter is de
heer C. J. M. Peeters te Steenbergen.
familie-tafereel, stratenmakers, zelfpor
tret, élite-diner, dobbelspel, vismarkt,
hanen-offer. De beschrijving van hun
religieuze held en martelaar Charlemagne
Péralte is een geliefd onderwerp. Daar
naast begint ook de geheel vrije compo
sitie veld te winnen.
De kleuren zijn zeer levendig. In de
tekening ontdekt men telkens een meester
lijke zekerheid. De ideeën die deze kun
stenaars in brieven neerschreven, zijn op
recht en eenvoudig. Men gaat de kinder
lijke ernst van een film als „Grazige wei
den" begrijpen, wanneer men deze ten
toonstelling bezocht heeft.
H. SCHMIDT DEGENER
Invoerwaarde in Mei voor
57 pet. gedekt door uitvoer
De regelmatige stijging van de omvang
van onze invoer gedurende de laatste
maanden zette zich in Mei 1950 voort. Vol
gens de door het Centraal Bureau voor de
Statistiek samengestelde voorlopige ge-
gegevens bedroeg de waarde van de in deze
maand geïmporteerd goederen 663 mil-
lioen (v. m. 644 millioen) en het gewicht
2.27 millioen ton (v. m. 1.97 millioen ton).
Ook de uitvoer vertoonde over deze
maand enige stijging, althans wat de waar
de betreft. Deze nam toe van 367 millioen
(gewicht 1.13 millioen ton) in April tot
377 millioen (gewicht 1.08 millioen ton)
in Mei.
Evenals in April was slechts 57 pet. van
de waarde van de invoer gedekt door de
uitvoer.
Vooral de import van suiker, minerale
oliën, ertsen en hout was aanzienlij groter
dan in April. De invoer van cacaobonen en
granen daarentegen belangrijk minder.
De vermindering van de aardappelen
export kan als een normaal seizoenver
schijnsel beschouwd worden evenals die
van bloembollen en planten.
MEISJESSCHOOL 'T KOPJE
Voor het eindexamen Middelbare School
voor Meisjes' van de H.B.S. voor Meisjes met
5 en 6-jarige cursus ,,'t Kopje" slaagden de
dames: A. E. Bartels, C van der Bree, C.
Coelingh, E. S. Domhoff, W. V. G. Dyserinck,
C. A. M. van Eyck, J. M. Heytman, R. G. G.
M. Huysser. Th. E. Otto, R. J. Rempt. E. J.
Rijnaers, M. T. Schenk, W. L. Star Busmann,
O. van der Tak, G. Verwey, J. A. van Werk
hoven; M. W. E. Wilde.
Herinnering aan de eerste
Anjerdag
Donderdag 29 Juni is het tien jaar ge
leden, dat in 1940, op de verjaardag van
Prins Bernhard, bloemen werden gelegd
voor het paleis Noordeinde en felicitatie-
registers werden getekend. Evenals tien
jaar geleden zullen de oud-burgemeester
van de residentie mr. S. J. R. de Monchy,
de luitenant-generaal J. J. G. baron van
Voorst tot Voorst, oud-commandant van het
veldleger en de generaal H. G. Winkelman,
oud-opperbevelhebber van land- en zee
macht en de luitenant-generaal H. F. M.
baron van Voorst tot Voorst, oud-chef staf
van het algemeen hoofdkwartier, zich naar
het paleis Nooi-deinde begeven om daar hun
handtekeningen in de registers te plaatsen.
FAILLISSEMENTEN
De rechtbank te Haarlem heeft in staat
van faillissement verklaard:
Wilhelmus Maria Rooyers Jr.. vertegen
woordiger, wonende te Heemstede. Heem-
steedse Dreef 39. Rechter-commissaris: mr.
C. W. de Visser. Curator: mr. J. W. Rutgers,
advocaat en procureur te Haarlem.
Andreas Johannes Jacobus Schreuder,
koopman, wonende te Zaandam, Hoogen-
dam 4 Rechter-commissaris: mr. C. W. de
Visser. Curator: mr. W. Boers, advocaat en
procureur te Overveen
Wegens het verbindind worden der enige
uitdelingslijsten zijn geëindigd de faillisse
menten van: F. H. J. de Klerk, aannemer,
wonende te Haarlemmerliede, Liewegje 29.
J. A. Nieuwstraten, timmerman-aannemer,
wonende te Haarlem, Parklaan 33.
Deze week zal het eerste stuk. dijk van
de Zuid-Oost-polder, dat achter Kampen ligt,
boven water komen. De naam van dit stuk
zal Vosseweerd worden.
ADVERTENTIE
ANJERDAG
ORANJEBOOM BIER!
Luxor theater vertoont
„Antoine et Antoinette"
Kostelijke comedie van jonge Franse regisseur
r!R
vai
GELEGENHEID VAN de Week
■an de Franse film, die volgende week
in vele Nederlandse bioscoop-theaters zal
worden gehouden, zal het Luxor-Thealer
in Haarlem de reeds in 1947 vervaardigde
rolprent van Jacques Becker „Antoine et
Antoinette" vertonen.
Wij kunnen dat niet anders dan een bij
zonder gelukkige keuze vinden, want hoe
wel deze film in ons land niet die bekend
heid heeft verworven die zij verdient, be
hoort zij tot de geslaagde producten die
de Franse droomfabrieken sedert de be
vrijding hebben afgeleverd.
„Antoine et Antoinette" is daarom ook
van belang omdat zij het bewijs levert,
dat de na-oorlogse stroming in de film
kunst, die men het best als die van de
„geromantiseerde documentaire" zou kun
nen aanduiden en die speciaal in Italië en
in Engeland bloeit, aan Frankrijk niet on
opgemerkt is voorbijgegaan.
Het verlangen om de waarheid en de
werkelijkheid zo zuiver mogelijk weer te
geven leidde de cineasten naar de docu
mentaire. die overigens met anderssoor-
tige vormen vermengd kan
worden, van de improvisa
tie „Paisa" tot aan het so
bere document „Bataille du
rail", van de subtiele ro
mantiek van „Brief encounter" tot de
lichtvoetige humoreske „Vier stappen in
de wolken". Een deel van deze werken
ontstond door de oorlog: de vex-beelding
van de cineast moest het altijd afleggen
tegen de realiteit, zodat de reportage wel
het bij uitstek geschikte middel tot weer
geving van het krijgsgeweld werd.
Jacques Becker is echter, met de
meeste zijner Italiaanse en Engelse kunst
broeders van oordeel, dat de geromanti
seerde documentaire zeer goed van pas
komt bij de schildering van die milieux,
waarvan de leden in het geheel niet tot
een tragisch lot zijn voorbestemd. In „An
toine et Antoinette" tekent hij ons zo'n
samenleving van kleine luiden, waarvan
de gedachten en handelingen zo nauw
keurig mogelijk overeenkomen met die
van het Parijse volk.
Het leven van de kleine typograaf en
van de jonge verkoopster, zoals Becker
dat laat zien, is dat van duizenden hand
en hoofdarbeiders. De anecdote die de re
gisseur als gegeven voor zijn film ge-
bruikte schijnt waar gebeurd te zijn: een
brave jongeman wint een geweldig bedrag
in de Franse Staatsloterij en verliest als
hij zijn gewin wil gaan incasseren, zijn
lot. Alle luchtkastelen, die hij reeds met
zijn vrouw heeft gebouwd, vallen in puin
en de held, die niet meer thuis durft ko
men, gaat aan de zwerf en raakt aan lager
wal. Becker heeft gelukkig dat som
bere einde niet overgenomen en van het
hele verhaal alleen dal behouden, wat
kon bijdragen tot een helclere kijk op het
dagelijkse leven van heel gewone mensen.
Overigens had 3ecker zelfs dat element
niet nodig cm een goede film te maken:
Georges Rouquier toonde ons reeds in
„Farrebique", dat men ook zonder bepaal
de feitelijke gebeurtenissen die verteld
moeten worden, een film kan maken die
zich van de lopende bandproductie volko
men onderscheidt. Wat ons betreft was
het reeds voldoende geweest Antoine en
Antoinette in hun gewone dagelijkse doen
te tonen: eentonig werk en bescheiden ge
noegens, hun bestaan zou geëindigd zijn
zoals het was begonnen: veel kleine en
soms ook grote zorgen, waaraan echter
iedere grootsheid ontbreekt. Zeker, we
aanvaarden de bioscoop gaarne als een
instituut dat het ons mogelijk maakt een
ogenblik de sleurgang van alle dag te ont
vluchten, doch we worden veel meer ge
roerd wanneer we geconfronteerd worden
met mensen die op ons zelf lijken.
En zoals Becker zijn figuren heeft be
handeld zo deed hij het ook met de stad
waarin het verhaal speelt. Voor de eerste
keer zien we Parijs nu eens niet als een
decoratieve en ornamentale, achtergrond,
ten prooi, zouden we haast schrijven, aan
de artistieke buitelingen van de camera
man.
Nochtans, of wellicht juist daardoor, is
het gehele werk ook door de kostelijke
dialogen van een typisch Parijse sfeer
doortrokken. Avenues, métrostations, wa
renhuizen, alles werd in een zeer persoon
lijke stijl opgenomen, waardoor deze film,
die voor alles een beschrijving van de
werkelijkheid moest zijn tevens een
kunstwerk werd, waaraan de camera-man
Montazel, de componist Grunenwald en
Marguérite Renoir met de montageschaar
gelijkelijk hebben bijgedragen. J.H.B.
Een opname uit Antoine et Antoinette",
ADVERTENTIE
RUW I E L EN
trotseren de
tijd door
degelijkheid
TWEEDE KAMER
Minister In 't Veld acht een daartoe
strekkend amendement onaanvaardbaar
Van onze parlementaire redacteur)
Voordat de Tweede Kamer Dinsdagmid
dag met de behandeling van het wetsont
werp inzake de huurverhoging begon,
drong jhr. mr. Van der Goes van
Naters (Arbeid) aan op een spoedige
openbare behandeling van de jongste De-
viezennota, omdat hij meende te weten,
dat in het van regeringswege nog te ge
ven antwoord op het Kamerverslag een
en ander omtrent het plan-Schuman en
het plan-Stikker zal voorkomen. Presi
dent Kortenhorst zegde toe, na overleg
met de vaste commissie voor handelspoli
tiek Woensdag iets naders omtrent dit ver
zoek te zullen mededelen. De heer D e
Groot (Comm.) informeerde of de re
gering voornemens is binnenkort ook over
enige gebeurtenissen van internationaal
belang en dan in het bijzonder omtrent
Korea mededelingen te doen. De Kamer
voorzitter verklaarde, dat hem niets be
kend was over zulk een voornemen van
de regering, maar dat hij het oordeel van
de voorzitter van de commissie voor Bui
tenlandse Zaken dat is hij zelf zal
vragen.
Hierna kwam men aan het wetsontwerp
inzake de huurverhoging toe.
De heer Van Vliet (K.V.P.) betoog
de, dat de huren lang op hetzelfde peil
zijn gebleven hoewel de inmiddels toege
nomen lasten zeer ten nadele van de ver
huurders hadden gewerkt. Bij de loon-
ronden had men zijns inziens rekening
moeten houden met hogere huren en zo
dat niet mogelijk was geweest, dan bleef
toch de vraag waarom de regering niet
eerder met de nu voorgestelde maatregel,
alsmede met de wetsontwerpen inzake
verlaging van de Loon- en Inkomsten
belasting, welke als compensatie voor de
huurverhoging dienst zullen moeten doen,
voor de dag was gekomen.
Op zichzelf kon hij met de strekking
van het ter tafel liggende ontwerp het
wel eens zijn. Zelfs vroeg hij zich af of
de 15 eigenlijk niet 20 had moeten
zijn. Intussen zitten we, zo liet hij hierop
volgen, met het probleem van de hoofden
van grote gezinnen, die niet onder de
loon- en inkomstenbelasting vallen, zodat
de daarin aan te brengen verlaging voor
hen geen compensatie zal brengen tegen
over de 15 huurverhogingen, die zij wel
te dragen krijgen. Daarom wilde zijn frac
tie gaarne zien, dat die groep een loon-
bijslag zou gaan genieten gelijk aan de
huurverhoging.
De heer Stapelkamp (A.R.) was
over de huurpolitiek van de sinds 1945
aan het bewind geweest zijnde kabinetten
slecht te spreken. Geen enkele poging
was er gedaan om de huren de ontwikke
ling van lonen en prijzen te doen volgen.
Op zo kort mogelijke termijn moest er nu
naar gestreefd worden het evenwicht tus
sen bouwkosten en huren te herstellen.
Ofschoon spreker en zijn politieke vrien
den allerminst geestdriftig zijn, zullen zij
het nu voorgestelde wel moeten aanvaar
den.
Mr. Ten Hagen (Arbeid) tapte weer
uit een heel ander vaatje. In den brede
rekende hij voor, dat en waarom een
huurverhoging met 15 waarlijk niet
aan de te lage kant is. Hij trok voorts te vel
de tegen hen, die van woningexploitatie
een broodwinning maken, hetgeen zijns
inziens met het oog op de belangen van
de volkshuisvesting ontoelaatbaar is. Zijn
fractie zou noodgedwongen de huurver
hoging aanvaarden.
De heer Gortzak (Comm.) beweerde,
dat de gelden van de huurverhoging in
de verkeerde zakken komen. Intrekking
van het ontwerp en toekenning van een
toeslag aan de kleine huiseigenaren, voor
zover deze daarvoor redelijkerwijze in
aanmerking komen, was zijn verlangen.
Daarnaast kwam dan het denkbeeld de be
handeling voov het voorstel op ie schor
ten om eerst zekerheid te verkrijgen in
zake de compensatie.
Jhr. mr. Van der Feltz (C.H.) was
van mening, dat hoofdoorzaak van het ten
achter blijven van de woningvoorraad in
de nog steeds te laag gehouden huurprij
zen gelegen is. Hij vond dan ook de ont
worpen verhoging niet alleen billijk te
genover de huiseigenaren, maar econo
misch gerechtvaardigd en noodzakelijk;
thans geeft de regering door de huurstop
indirect subsidie aan de huurders ten
koste van de verhuurders.
De handhaving van de huurstop zonder
enige compensatie ten behoeve van de
verhuurders was volgens de heer R i t-
meester (V.V.D.) een ernstige aantas
ting van het eigendomsrecht geweest. De
15 waarmee men thans komt is vol
strekt onvoldoende; het zou tenminste
20 moeten zijn, waar dan een even
redige belastingverlaging ten gunste van
de huurders tegenover' zou moeten staan.
Mr. Roel vink (K.V.P.) veroordeelde
de speciale bescherming, die het ontwerp
aan onderverhuurders verschaft, als „ju
ridische ketterij". Ir. Van Dis (St.Ger.)
brak enige lansen voor de huiseigenaren-
verhuurders. De heer Hoogcarspel
(Comm.) wilde eerst de belaslingontwer-
pen vastgesteld zien om daarna te beoor
delen of de huurders nog enigerlei huur
verhoging kunnen opbrengen.
Antwoord van dc minister
Minister In 't Veld bracht in herinnering
dat de critiek makkelijk, de kunst daaren
tegen moeilijk is. Hiervan had het debat
hem wel overtuigd. Gaarne zou de minis
ter de voorgestelde maatregel eerder inge
diend hebben gezien, maar men moet be
grip hebben voor de moeilijkheden na de
bevrijding.
Bij de laatste loonronde was het al moei
lijk genoeg de eindjes bij elkaar te brengen.
Het zou nog veel lastiger geweest zijn toen
ook meteen de huurverhoging er bij te be
trekken. Bovendien is van sterke aandrang
van de Kamer in deze zitting bij de be
raadslagingen over de loon- en prijspoli
tiek weinig gebleken.
Met 15 procent is men aan de krappe
kant, maar, zo zei de minister, voor een
behoorlijke huizenexploitant is het vol
doende. Met de bestaande huren komt men
niet uit; voor een behoorlijke exploitatie is
verhoging nodig en als het niet mogelijk is
behoorlijk te exploiteren bestaat gevaar
voor verval van ons woningbezit.
De minister laakte de onvoldoende af
schrijving door particuliere huizenexploi
tanten die er aldus een rendement uit wil
len halen dat over de economische schreef
gaat.
Als de eigenaar het onderhoud op de
huurder wil afschuiven kan evenredige
verlaging van de huur intreden. Toch zul
len vele eigenaren, zolang er een woning
tekort is, de verhoging niet voor behoorlijk
onderhoud gaan gebruiken.
Aanhouding van het wetsontwerp tot na
de behandeling van de belastingvoorstellen
achtte de minister niet gewenst. In het na
jaar, zo zei hij, zal moeten worden nage
gaan in hoeverre de verhoging van de Om
zetbelasting een prijsstijgende werking zal
hebben en of daarom een nieuwe loonronde
nodig zou zün.
Of er voldoende compensatie wordt ge
geven, niet alleen aan hen, die Loon- en
Inkomstenbelasting betalen, maar ook voor
andere groepen, zal eveneens in het najaar
worden nagegaan. De huurverhoging zal
trouwens moeten wachten totdat de verla
ging van Loon- en Inkomstenbelasting zal
ingaan en dat zal pas per 1 Januari 1951
het geval kunnen zijn.
Het denkbeeld van de heer Van
Vliet (K.V.P.) (die een amendement
had ingediend om het percentage der
huurverhoging op 20 te brengen)
noemde de minister, sprekende namens
het gehele kabinet, onaanvaardbaar.
Mocht het amendement worden aan
genomen, dan zou de bewindsman
schorsing der beraadslagingen moeten
vragen (hetgeen intrekking van het
wetsontwerp betekent).
Om halftwaalf is de vergadering verdaagd
tot hedenmiddag.
Goedgelovige caféhoudster
slachtoffer van „ruiltruc"
Een caféhoudster in Rucphen is het
slachtoffer geworden van twee vrouwen,
die het landelijke café bezochten en zich
voordeden als medewerksters van een cir
cus, dat een aantal gedresseerde kleine
paardjes bezat, die tekenen van herken
ning gaven wanneer men hen muntstukken
voorhield, waarop het laatste cijfer van
het jaartal een 1 was. De dames wilden
gaarne dit soort muntstukken met de café-
houdsier ruilen tegen andere munten. De
bezoeksters vroegen ook naar zilverbons
en bankbiljetten waarvan het serienummer
met het cijfer 1 eindigde.
In goed vertrouwen spreidde de café
houdster daarop de inhoud van een geld
kistje, ongeveer 1700 gulden, op het biljart
uit cn gezamenlijk begon men naar de ver
langde biljetten te zoeken. De „circusda
mes" verlieten, nadat zij haar consumptie
hadden betaald, vrolijk het café. Later
bleek de caféhoudster dat haar 790..
was ontstolen.
De rijkspolitie zoekt nu naar de beide
dieveggen.