yfp
Ir. P. Dozy helpt menig uitvinder
uit de put en aan een fabrikant
\fetwormpjes
DËBRALINE
-Clowntje Riek
„Vlucht voor
Marion"
Don-Kozakkenkoor van
Serge Jaroff zong
SINATRAN
Diamanten bruiloft
Kantoren secretarie
op Zaterdag gesloten
Laat vermoeienis
en lusteloosheid geen vat
op Uw lieveling krijgen.
De weg naar octrooiverlening bez aaid met teleurstellingen
Voor de kinderen
Discussieavond in
Hartenlustschool
Paard op hol
Burgerlijke stand
van Haarlem
FEUILLETON
DINSDAG 13 NOVEMBER 1951
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
4
Toen kort na de eerste wereldoorlog
Serge Jaroff met zijn Don-Kozakkenkoor
hier voor het eerst kwam concerteren en
daarmee een proefje gaf van de wijze waar
op, tijdens het Tsaren-regiem, deze soort
regimentskoren een traditionele taak ver
vulden, toen viel het op dat die kleine, nog
jeugdige jongeman zijn ensemble van
reuzen-kerels met bijzonder veel energie,
doch vooral met sterke persoonlijkheid re
geerde. Hij leek ons altijd een David die
het van een heel stel Goliaths won. De
jaren hebben dat jeugdige vuur bij Serge
Jaroff niet uitgedoofd; hij is nog altijd de
pientere, veerkrachtige, onverbiddelijk-
strenge en correcte muzikale aanvoerder,
die wij ruim dertig jaar geleden leerden
kennen. Zijn ensemble is intussen geslon
ken en, wat meer zegt,t het kan niet meer
bogen op zijn zogenaamde stro-bassen die
tot contra-g afdaalden, en evenmin op zijn
fistelende tenoren, die haast de hoogte van
vrouwenstemmen bereikten; waardoor deze
mannenzangers zich desnoods als een ge
mengd koor konden laten horen. Maar het
traditionele karakter van deze oud-Russi
sche koormuziek bleef ongerept en hoewel
niet alle stemmen van" prima gehalte zijn
(wat zich bij het op volle kracht open zin
gen nog al eens wreekt), het ensemble be
zit toch enkele zangers met bijzonder fraai
geluid. Vooral de hoge bariton-, de bas- en
de lichte tenor-solist zijn mooi van timbre.
Maar de speciale handigheid die het genre
vergt, het temperament, de rhythmische
stevigheid en de zin voor kleur bezitten ze
allemaal. Hun wijze van zingen is een stuk
nationale cultuur en zit hen als het ware
in het bloed. Onze mannenkoren moeten
niet proberen het na te doen; dat lukt nooit.
Levend orgel
Een eerste reeks nummers was gewijd
aan liturgische muziek, het genre dat pas
in de zeventiende eeuw ontstond, en wel
uit verweer tegen de invoering van het
orgel, dat via de Grieks-geunieerden kans
kreeg in de Orthodoxe Russische kerken in
gebruik genomen te worden. De Russen
wilden liever een levend orgel van zingen
de mensen. De geloofsbelijdenis, waarmee
het programma geopend werd, is in al zijn
ruigheid van schitterende stemmen een
aangrijpend stuk. Maar de liturgische zang
kent evenzeer het milde en in elkaar smel
tende geluid van het op halve stem en in
falset zingende koor; en dat kan in zijn
rijke nuanceringen bijzonder treffend zijn
en de idee van een orgelklank verwerke
lijken.
Enige fragmenten uit de opera van Glin
ka „Het leven voor de Czaar" werden met
de nodige opera-allures weergegeven, zelfs
wist het koor de illusie van een orkestbege
leiding te wekken.
Het Russische volkslied was met ver
schillende nummers op het programma ver
tegenwoordigd. Het publiek (er was een
overvolle zaal) waardeerde vooral het
„Wolgalied", „Avondklokken" en „Aan de
oever van de Don", dit laatste met de
prachtige hoge bariton Khaderik in de solo
partij.
Een Don-Kozakken-concert zonder acro
batische danstoeren is haast niet denkbaar.
Die dingen horen bij elkaar en van oudsher
schijnt het gebruik te zijn geweest, dat de
leden van de militaire zanggroep, door hun
makkers zingend begeleid en aangevuurd,
hun lenigheid en hun fantasie dansend
demonstreerden.
Het gezelschap kwam nu met drie extra
dansers, die elkaar trachtten te overtroe
ven met hun benen- en zelfs handen gym
nastiek; er was namelijk een danser bii. die
op handen en voeten zijn kunstvaardigheid
toonde. Geen wonder dat het publiek bij
deze opwindende manifestatie wild van
geestdrift werd.
JOS. DE KLERK.
B. en W. van Bloemendaal hebben be
sloten wegens de beperkte brandstoffen-
voorraad en het invoeren van de zoge
naamde piekuren met ingang van 17 No
vember de kantoren van de gemeentesecre
tarie op Zaterdag te sluiten. Ook op de
Maandagen 24 en 31 December zal dit het
geval zijn. De afdeling burgerlijke stand
zal echter op Zaterdagen en op Maandagen
24 en 31 December van negen tot tien uur
geopend zijn voor het doen van aangiften
van geboorten en overlijden. Ter compen
satie van de verloren gegane diensttijden
zal met ingang van 19 November de mid
dagpauze op een half uur worden gesteld.
Voorts zullen de ambtenaren gedurende
vijftien weken op Donderdagavond twee
uur aanwezig zijn.
De scholen blijven voorlopig op Zaterdag
geopend.
In Haarlem zijn de kantoren der secre
tarie geopend. Daar is een regeling ge
maakt, dat de ambtenaren 'n half uur pauze
hebben in de middaguren en dat zij in de
namiddag vroeger naar huis gaan. In de
middagpauze gaan zij niet naar huis.
Gistermiddag om kwart over vier werd
de 71-jarige voetgangster M. C. B. door een
fietser aangereden, toen zij op de Zijlsingel
nabij de Raaksbrug aarzelde met oversteken.
Zij viel, kreeg een diepe wond in het achter
hoofd en moest naar het ziekenhuis Johannes
de Deo worden overgebracht.
ADVERTENTIE
Dagelijks twee theelepels Sinatrón
(een product van levertraan met :uiver
sinaasappelsap) in de zonarme
maanden zijn voldoende om de
levenskracht, in de zomer
opgedaan, op peil te houden.
Heel de winter door
houdt Sinatran ieder kind
tit en levenslustig.
V"aT.,,
tmmmmm T I KM
fc.compk* u
Een product von fr.i. ten Doesschate Zwolle
HET is bij ir. P. Dozy, Merkmanstraat 1 te Haarlem, dag in dag uit een komen
en gaan van allerlei slag mensen. Niet zozeer omdat mevrouw Dozy altijd een
kopje geurige thee vlak bij de hand heeft en evenmin omdat haar echtvriend in gulle
vrijgevigheid de ene sigaret na de andere aanbiedt, maar vooral omdat ir. Dozy secre
taris is van de Nederlandse Vereniging van Uitvinders en in die hoedanigheid voor
velen als een waardevolle vraagbaak geldt. Hij dist u in een oogwenk meer teleur
stellingen en verdrietelijkheden van een uitvinder op, dan u in een hele week be
denken kunt. Het mag trouwens geen verwondering baren dat ir. Dozy al die narig
heden in zo hoog tempo kan oplepelen, want al bijna dertig jaar hakt hij zèif met het
uitvindersbijltje, een omstandigheid die er in ruime mate toe heeft bijgedragen, dat
hij er van op de hoogte is dat het pad eens uitvinders niet over rozen gaat. Het moge
een troost voor hem zijn, dat hij nu weet waar dat pad dan wèl over gaat. Daarvan
profiteren niet alleen hij zelf, maar ook de ongeveer veertig bezoekers per week,
die in zijn kantoor de resultaten van hun rusteloze fantasie uit de doeken komen doeh.
Zulks onder meer met het oogmerk om de lange weg die naar de octrooiverlening leidt,
niet alleen af te leggen.
Beroepsuitvinder
Ir. Dozy zou ongestraft „uitvinder" op
zijn visitekaartje kunnen laten zetten:
Sinds hij maar d^f is al jaren geleden
bij de Philipsfabrieken in Eindhoven werd
aangesteld met als opdracht de productie
van het bedrijf te verhogen en waar dat
maar mogelijk was technische verbeterin
gen aan te brengen, begon hij ermee aller
lei uitvindingen uit zijn mouw te schudden.
Dat hoorde nu eenmaal bij zijn werk. Toen
hij Philips vaarwel zei, bleek het uitvinden
hem inmiddels in het bloed te zijn gescho
ten, want hij ging gewoon door met het
opdoen en uitwerken van ideeën.
Zo stak hij bijvoorbeeld in 1925 zijn col
lega's de loef af met een electrische klok
voorzien van een electriseh slagwerk en
enige jaren later ontwierp hij een toestel
letje dat de overheid de helpende hand
kon bieden bij de controle op de naleving
van het Rijtijdenbesluit. De chauffeur bij
wie het instrumentje van de heer Dozy in
de wagen was gemonteerd, kon er van ver
zekerd zijn dat hij na vier uur rijden auto
matisch de waarschuwing kreeg, dat die
overheid overwegende bezwaren koesterde
tegen langer rijden dan vier-uur-aan-één-
stuk. Als klap op de vuurpeil stond de auto
vijf minuten later stil om, als de bestuur
der tenminste geen tegenmaatregelen nam,
na een half uur weer te gaan rijden. Ten
einde te voorkomen dat de chauffeurs de
controleurs zand in de ogen strooiden, was
het voorzien van een apparaatje waarop
ingewijden konden aflezen of de verleiding
tot het tijdsmokkelen niet te groot was ge
weest.
Snelheid en afstand stonden er bovendien
óók op aangegeven.
En om nog even bij het automobilisme
te blijven: ir. Dozy ontwierp een zoge
naamde verklikker, die de chauffeur er
haarfijn van op de hoogte hield of zijn ach
terlicht het al dan niet deed en omdat
autobestuurders die hun richtingaanwijzers
zonder aanwijsbare reden laten uitstaan
niet met een lantaarntje gezocht behoeven
te worden, wrochtte hij bovendien een toe
stelletje dat deze slechte gewoonte afdoen
de onder de aandacht van de nalatige
rijders bracht.
Een machine waarmee zonder veel moei
te honderveertigduizend, anderhalve cen
timeter lange, ijzerdraadjes voor batterijen
geproduceerd kunnen worden en een ma
chine waaruit zeventigduizend zekeringen
per dag kunnen rollen, behoren tot zijn vin
dingen, die een Nederlandse en een Duitse
fabrikant gretig hebben toegepast, tenein
de hun productie aanzienlijk op te voeren.
Goede resultaten
Voordat een uitvinder tot de ontdekking
is gekomen dat zijn geploeter niet voor
niets is geweest, heeft hij meestal een keer
of tien het plan opgevat om bij de pakken
neer te gaan zitten. Sommigen voeren dat
plan inderdaad uit, anderen geven de moed
niet op, al zal iedere uitvinder het er roe
rend met iedere uitvinder over eens zijn,
dat het een hele dosis doorzettingsvermo
gen vereist om zijn vinding „er door te
krijgen". Het is namelijk lang niet eenvou
dig om uitgemaakt te krijgen of een uit
vinding inderdaad een uitvinding is en
mocht dat eens het geval zijn, wel dan lig
gen er weer andere moeilijkheden te wach
ten. Want wie vindt één-twee-drie een fa
brikant die bereid is een nieuw artikel op
de markt te brengen? En waar worden de
nodige contanten zo gauw vandaan ge
haald? Ir. Dozy heeft in de loop der jaren
genoeg ervaring opgedaan, om te weten dat
het een hele toer is, voordat een vinding
in kannen en kruiken zit. En omdat hij óók
weet dat het zonder hulp wel bijzonder
moeilijk gaat, is de Nederlandse Vereniging
Van Uitvinders opgericht. De heer Dozy is
er secretaris van en in die functie dag en
nacht in de weer om de belangen van de
Nederlandse uitvinders, of zij nu lid van de
vereniging zijn of niet, te behartigen. Hij
wordt daarbij trouw terzijde gestaan door
de heer J. J. Castelein, die alle zakelijke
beslommeringen voor zijn rekening neemt.
Het is elke dag raak in de Merkman
straat en er zijn al heel wat resultaten ge
boekt. Dank zij de N.V.V.U. is in Castricum
onlangs een begin gemaakt met de produc
tie van een nieuw soort wegenwals, waarop
reeds in acht landen octrooi is verleend.
Een groente-snijmachine waarin zeven ver
schillende soorten groente tegelijk kunnen
worden gesneden, siert alweer dank zij
de N.V.V.U. al menig groente- en fruit-
bedrijf. Niet alle uitvindingen zijn overi
gens van zo groot formaat. De heer Dozy
heeft ook eens bezoek gehad van een knut
selaar die een nieuwe fluitketel had uitge
vonden. En nog wel eentje waar men zijn
vingers niet aan kón branden, een onaan
gename gewaarwording die men onder
meer kan opdoen als men de dop van een
juist van het vuur komende ketel afneemt,
zonder zich eerst voorzien te hebben van
een pannelap. Van deze nieuwe ketel kan
de dop namelijk niet verwijderd, doch
slechts verschoven worden. Het verliezen
van de dop wordt daarmee ook meteen
uitgesloten.
Ook teleurstellingen
De uitvinders die het voornemen hebben
zich nu spoorslags naar ir. Dozy te begeven
en daarbij in de heilige overtuiging leven
dat al hun vindingen er in het vervolg
zonder veel moeite doorgesleept kunnen
worden, vergissen zich deerlijk. Dat deed
Bazar ten bate van gereformeerd
Jeugdhuis
Reeds jaren bestaat grote behoefte aan
een centrum voor de Gereformeerde jeugd-
actie in Haarlem.
De bijgebouwen van de kerken bieden
niet meer de nodige en geschikte ruimte
voor vergaderingen en ontspanning. Zodra
•de bouwvergunning is verleend, zal bij de
Noorder Schoterkerk in de Rechthuis
straat in Haarlem-Noord een gebouw wor
den gezet dat ruimte biedt voor de in het
Noorden van de stad werkende vereni
gingen.
Ook voor het Centrum en het Zuiden
van de stad is echter dringend behoefte
aan een jeugdhuis. Tot steun van de reeds
jaren gevoerde actie om gelden voor dit
jeugdhuis bijeen te brengen wordt van
19 tot en met 21 November in de bij zalen
van het Gem. Concertgebouw een bazar
gehouden, georganiseerd door de Geref.
Jeugdcentrale. Maandagavond 19 Novem
ber zal de bazar door ds. J. A. van Arkel
als voorzitter van de Gereformeerde Jeugd
centrale, worden geopend.
Men verwacht een druk bezoek en veel
kopers om het zo belangrijke jeugdwerk
te steunen.
ADVERTENTIE
mpF- Niet uitdrukken.Ze verdwijnen
Hip spoedig en spoorloos wanneer
p=- U ze een paar maal bet met
het bekende huidgeneesmiddel
die achttienjarige jongeman, die een siga
rettenkoker had geconstrueerd, waaruit hij
brandende sigaretten kon presenteren, ook.
Zo'n koker was namelijk in Amerika al lang
in de handel en dus geen nieuwtje meer.
De heer Dozy heeft al menig uitvinder te
leur moeten stellen: Slechts tien percent
van alle uitvindingen die men hem komt
voorleggen, komen voor octrooiaanvrage
in aanmerking.
Om de Nederlandse uitvinder een beetje
vertrouwd te maken met de formaliteiten
die vervuld moeten worden, voordat een
octrooi uit de bus kan komen, is door de
vereniging een boekje samengesteld met als
titel: „Wat moet de uitvinder van octrooien
weten?" Het boekje geeft op deze vraag een
duidelijk antwoord.
De N.V.V.U. werkt internationaal. Zij
heeft een stevig contact met soortgelijke
Zweedse, Franse en Amerikaanse vereni
gingen, welke laatste organisatje vooral
streeft naar het verkrijgen van één we
reldpatent, waarvan ook de heer Dozy en
met hem tal van Nederlandse uitvinders
voorstander zijn.
Het was een plezierige tocht. Toen ze 'n half uurtje hadden gereden wees Tripje naar
een gezellig huis, dat verderop tussen de bomen te zien was.
„Kijkdaar wonen ze!", zei hij. „Wat zullen ze verrast zijn over dit onverwachte
bezoek!"
Toen ze bij het huis waren aangekomen, bonden ze hun schaatsen af en stapten de
wal op. Langs een besneeuwd pad bereikten ze de tuin; Tripje opende het hek.
Binnen was het lekker warm; bij de warme kachel zaten Juup en Plop genoeglijk
te lezen
Piep!, deed het tuinhekje.
Plop keek verbaasd op van zijn boek.
Wie kan daar zijn?", vroeg hij verwonderd, door het raam ziend. Toen liet hij zijn
boek vallen en sprong verheugd op.
„Dat is Tripje!", riep hij. „En hij heeft nog iemand bij zich ook!"
Toen spoedde hij zich naar de voordeur en opende die.
„Ha, Tripje! Kom gauw binnen! 't Is hier lekker warm!"
In de gymnastiekzaal van de Hartenlust
school aan de Vijverweg werd Maandag
avond een discussieavond gehouden, waar tal
van vragen met betrekking tot de moeilijk
heden en mogelijkheden van de opvoeding
van het kind in de schoolleeftijd werden be
sproken. Deze avond had de vorm van een
paedagogisch forum onder voorzitterschap
van het hoofd der school, de heer J. Buys
Jr., welbekend om zijn voorzitterschap van
het „Aetherforum". Leden van het forum
waren mevrouw G. TextorVos te Over-
veen, drs. J. W. Bos, zenuwarts te Overveen,
dr. K. Huibregtse, rector van het gymnasium
te Haarlem en mr. F. P. Th. Rohling, wet
houder van Onderwijs der gemeente Bloe
mendaal.
Voor deze avond bestond grote belang
stelling en de gymnastiekzaal feestelijk
met planten versierd was dan ook zo goed
als bezet, toen de voorzitter van de ouder
commissie, de heer A. P. W. van der Ham,
de aanwezigen welkom heette. Onder hen
bevond zich de heer W. Schoenmakers, in
specteur van het Lager Onderwijs. Burge
meester Den Tex had bericht van verhinde
ring gezonden.
Na een inleiding van de heer Buys zette
het college zich aan het beantwoorden van
vragen van opvoedkundige aard. Deze waren
van te voren schriftelijk ingediend, waarbij
de naam van de vragensteller niet werd ge
noemd. De opzet van deze avond was, dat
men zelf de antwoorden nog eens zou over
wegen en naar een oplossing zou zoeken. Een
positieve uitspraak werd dus niet gedaan,
deze kon ook moeilijk worden gegeven door
een zo zeer verschillend gezelschap, die
slechts hun persoonlijke visie weergaven.
De heer Buys leidde het gesprek op prettige
en vaak geestige wijze en de openhartigheid
van de sprekers gaf eveneens vaak tot hilari
teit aanleiding. Over het huiswerk was men
van oordeel, dat de kinderen dit thuis zo
veel mogelijk zelfstandig moeten maken. Op
school hebben zij van te voren genoeg ge
legenheid gehad vragen over moeilijkheden
te stellen. Het zogenaamde „derde milieu"
werd erkend en voor de meeste kinderen
zelfs noodzakelijk geacht. Er zou dan even
wel een opvoedkundige drie-eenheid moe
ten zijn tussen school, gezin en jeugdbewe
ging, waarbij de jeugdleider bijvoorbeeld
bij de school best kon wijzen op eventuele
moeilijkheden van een scholier. De school
moet gedurende bepaalde tijd gezien wor
den als verlengstuk van het gezin.
Een belangrijke vraag betrof de co-educa
tie in de ruimste zin van het woord
van jongens en meisjes. De meningen hier
over verschillen. Eveneeens actueel was een
vraag over de schoolradio. (De Hartenlust
school is eveneens in het bezit van een radio
om de schoolradiolessen te kunnen volgen).
Sommigen zagen dit als een welkom hulp
middel: anderen waren van mening, dat het
persoonlijk contact met de leerkracht er
teveel door verloren zou gaan. Dr. Hui
bregtse, die de radio een „kwebbelkast"
noemde, vreesde dat het critisch vermogen
van het schoolkind bij veelvuldig gebruik
van de schoolradio schade zou lijden.
Tenslotte werd van gedachten gewisseld
over het al dan niet les geven op Zaterdag
(vanwege het verzoek van de minister om
de schoien op Zaterdag gesloten te houden)
en over de voor- en nadelen van een huis
werkloos weekeinde.
Het was elf uur toen voorzitter Van der
Ham de sprekers dankte. Deze dank aan 'alle
leden werd symbolisch vertolkt door een
bouquet bloemen, die mevrouw M. Tichel
manBeekman, secretaresse van de ouder
commissie, aan het enige vrouwelijk forum
lid, mevrouw G. Textor—Vos, overhandigde.
Gistermiddag sloeg op de Rijksstraatweg in
Haarlem-Noord een voor een veewagen ge
spannen paard op hol, toen hij werd gepas
seerd door een personenauto. De voerman
sprong onmiddellijk van de bok, maar slaag
de er niet in het geschrokken dier te kal
meren. Op de hoek RijksstraatwegMuider-
slotweg rende het door een prikkeldraad
versperring een wei in. Daar voelde het zich
blijkbaar beter op zijn gemak dan op de
drukke weg. Persoonlijke ongelukken deden
zich niet voor en ook het paard liep geen
letsel op. De veewagen evenwel werd geheel
vernield.
NEDERLANDSE ADVISEUR VOOR
POLITIE OP DE ANTILLEN.
De landsregering der Antillen heeft de
Nederlandse regering verzocht een deskun
dige ter beschikking te stellen ten einde
daar de doelmatigheid en de sterkte der
politie-organisatie na te gaan. Deze des
kundige zou op zo kort mogelijke termijn
advies aan de landsregering moeten uit
brengen. Naar aanleiding van dit verzoek
heeft de Nederlandse regering ter beschik
king gesteld de heer B. W. van Mourik
Broekman, hoofd van het Bureau Politie
van het departement van Binnenlandse
Zaken. De heer Van Mourik Broekman zal
spoedig vertrekken en omstreeks een
maand wegblijven.
Prof. dr. M. van Rhijn herdenkt op 15
November de dag, waarop hij vóór 25 jaar
het kerkelijke hoogleraarschap aan de rijks
universiteit te Utrecht aanvaardde met eèn
rede over „Modern Christendom". Op de
jubileumdag zal in het groot auditorium van
de universiteit des middags een huldigings
bijeenkomst worden gehouden.
Vierenveertig bemanningsleden van de
„Maipu" zijn met een speciaal vliegtuig van
de K.L.M. naar Beunos Aires teruggekeerd.
De „British Overseas Airways Corporation"
zal de rest van de bemanning in drie spe
ciale vliegtuigen naar Argentinië terug
brengen.
Het onderzoek naar de fraude bij de
luchtmacht aanschaffingsdienst, dat onder
meer heeft geleid tot de arrestatie van het
hoofd van deze dienst, luitenant-kolonel B.,
is nog steeds gaande. Daardoor is nog geen
beslissing genomen ten aanzien van een
strafvervolging.
De Nederlandse Onderwijzersvereniging
zal op 27, 28 en 29 December in Rotterdam
haar jaarlijkse congres houden.
Het stoomschip „Riouvv" van de Maat
schappij „Nederland" is uit Amsterdam naar
Djakarta vertrokken met het eerste door
Werkspoor gebouwde personenrijtuig, dat be
stemd is voor de Indonesische Spoorwegen.
Het is de eerste wagon van een serie van
honderd door de Nederlandse industrie ge
fabriceerde personen- en goederenwagons.
Op de Scliiedamse vest in Rotterdam
gaat een nieuwe Schotse Kerk verrijzen. De
eerste steen is Maandag gelegd door de
douairière A. M. RechlinElink Schuurman.
Bij de plechtigheid waren onder meer bur
gemeester Oud. de echtgenote van de Britse
ambassadeur, mevrouw Nichols en de Britse
consul-generaal in Rotterdam aanwezig.
Een 74-jarige kamerverhuurder in Den
Haag, die bij een ruzie, twee van zijn huur
ders met een mes te lijf ging en schreeuwde
„je gaat er aan" i s door de politie ge
arresteerd wegens een poging tot doqdslag,
casu quo zware mishandeling. Een van de
huurders had zelf een wond aan de hand
gekregen toen hij trachtte, de oude man het
mes te ontworstelen.
Bij de Tweede Kamer is spoedig de in
diening te verwachten van een wetsontwerp
ter vereenvoudiging van de civiele kanton
gerecht t-procedure.
De Arnhemse rechtbank heeft Dinsdag
morgen de architect J. P. J. G. H. te Den
Bosch vrijgesproken van de ten lastelegging
dat hij, hoogst onvoorzichtig, zou hebben
toegelaten dat in het St. Jozefsgesticht te
Beneden-Leeuwen de centrale verwarming,
waarvan een leidingkanaal nog niet was
aangesloten, in werking werd gesteld. Hier
door konden koolmonoxyde gassen doordrin
gen in de slaapvertrekken van enige bejaarde
bewoners van het gesticht. Zes oude mannen
kwamen door het binnendringen van deze
gassen om het leven. De eis luidde f 2000
boete of 180 dagen hechtenis.
Het zal Zondag 18 November zestig
jaar geleden zijn dat de heer J. G. W. de
Droog zijn bruid, mevrouw M. H. van den
Nieuwenhof, naar het altaar leidde. En
daarom is het feest in de Rosemarijnsteeg
op nummer 14. De bruidsdagen zijn in
middels ingegaan en tal van vrienden en
kennissen hebben het diamanten echtpaar
reeds overladen met blijken van belang
stelling. Zijn huis is van binnen en van
buiten in de bloemetjes gezet.
De bruidegom, die nu al bijna een kwart
eeuw gepensionneerd is en daarvoor zijn
beste krachten wijde aan een bierbrou
werij en later aan de gasfabriek, is een
rasechte Haarlemmer. De wieg van zijn
vrouw stond in Velsen.
Het diamanten echtpaar heeft negen
kinderen gehad, waarvan er nog drie in
leven zijn. Acht kleinkinderen en zes ach
terkleinkinderen zullen het grote feest van
de heer en mevrouw De Droog meevieren.
ADVERTENTIE
OLIEKACHELS en
OLIEVERGASSERS
OUDE GROENMARKT 16-14
HAARLEM TELEFOON 11266
HAARLEM, 12 November 1951
ONDERTROUWD: 12 Nov., E. Homan en
J. M. Rap; E. H. T. Raymans en H. C. M.
Vink; W. C. P. Kat en E. J. L. Muller.
BEVALLEN van een zoon: 9 Nov., M. M.
Blomvan Soest; 10 Nov., C. M. Smit—
Kok; A. RoozenNienkemper; C. van dei-
MeerClaassen; R. BoeleBlum; J. M. C.
Uitermark; 11 Nov., E. M. G. Stelieman—
Evers; W. SchaapFuncke; 12 Nov., J. W.
C. MeijerDisco; J. A. van 't HoffTool; J.
SwakmanHoutgraaf; M. M. Bouterse—van
der Weele.
BEVALEN van een dochter: 10 Nov., R.
M. Blesvan Straaten; 11 Nov., A. H. Snij
derPhilippo; A. G. RusmanHoogland; G.
H. HeidstraOosterhof; 12 Nov., J. F. Beu
kenkampKoedijk.
OVERLEDEN: 8 Nov.. C. N. Albracht, 42
j.. Wagenweg; 9 Nov., F. J. M. W. Vrijer, 62
j., Kleverparkweg; J. BonRozenhart, 76 j.,
Indischestraat; J. A. A. Stoltenkamp, 84 j.,
Schotersingel; P. Kuiter, 53 j„ Teijlerstraat;
C. L. M. Pijpers, 2 m., Kamperlaan; 10 Nov.,
C. Hendriks, 74 j.; E. BanninkHartel, 72 j.,
Olieslagerslaan; F. Papelard, 22 m., van Zeg-
gelenstraat; 11 Nov.. J. Wijdoogen, 87 j„ M.
v. Heemskerkstraat; H. P. A. van Gurp, 62
.door JOS LODEWIJKS)
10)
„De andere sleutel was in het bezit
van de secretaris. Ziet u, nu komen we bij
de verdachte. Er zijn allerlei aanwijzingen
in zijn richting. Zijn houding wel in het
bijzonder! Hij weigert verklaringen af te
leggen, is zowat over zijn zenuwen heen,
en zegt bovendien alleen maar: „Gelukkig
dat hij dood is. Zoek het maar niet verder
uit. Het is goed dat hij dood is". Wat zegt
u me daarvan? Ik ben bang dat we dat
jongmens zullen moeten arresteren. Hij is
nu bezig telegrammen klaar te maken voor
de zakenrelaties van Vandearn en zijn
naaste betrekkingen in Zuid-Amerika. Ik
heb met spoed om inlichtingen over de per
soonlijke omstandigheden van Vandearn
gevraagd in Valparaiso, maar ik heb nog
niets ontvangen. Die secretaris doet geen
enkele poging om zich schoon te wassen,
dat vind ik zo vreemd".
Ik luisterde oplettend en trachtte de
verschillende détails in mijn hoofd te pren
ten, maar dat lukte me niet erg. Alles liep
in mijn gedachten dooreen, en inspecteur
Vonk vertelde maar door. Het leek mij dat
hij mij als klankbord gebruikte om zijn
eigen gedachten te horen. Dus hield ik me
maar stil.
„Er hebben zich hier in die nacht
vreemde dingen in het hotel afgespeeld,
juffrouw Lotgering", zei hij plotseling, zijn
verhaal onderbrekend. „Daar heb je bij
voorbeeld dat paartje Franeker. Komt met
veel poeha logeren en smeert 'm midden in
de nacht. Hoe? Waarom? Ik hoop die op
geblazen heer uit te persen over die kwes
tie. Mijn informaties over dat heerschap
zijn overigens uitermate ongunstig. We
hebben die twee gevangen in een ander
hotel, niet zo ver hier vandaan. Maar daar
heetten ze geen Franeker, doch Blokzijl.
Ze schijnen een voorliefde voor het Noor
den van ons land te hebben. Mijnheer heeft
al drie veroordelingen wegens diefstal op
zijn blazoen. Het merkwaardige is, dat nie
mand in het hotel gemerkt heeft dat ze
vertrokken zijn in het holst van de nacht.
En dat terwijl alle deuren gesloten waren!
Ik ben benieuwd om daar eens wat meer
van te horen. Wilt u hier blijven terwijl
ik hem doorzaag? Ik zou het prettig vinden
als u meeluisterde".
Ik vond het geen leuk idee om dat door
zagen bij te wonen, maar ik bleef toch. De
zaak begon me namelijk heftig te interes
seren, al schaamde ik mij bij het idee dat
ik op mijn leeftijd belangstelling kon heb
ben voor een opwindende en geheimzinnige
historie als deze. Ik heb'altijd hevig afkeer
gehad van alles wat op sensatie lijkt.
Trouwens, dat blijkt wel uit de inhoud
van mijn boek „Twee Harten Vonden El
kaar". Maar ik begon op dat moment mij
zelf er van te verdenken dat ik onder in
vloed van die zeurende Marion zelfs de
doodgewone dingen des levens als sensaties
was gaan zien. Wat is er tenslotte gewoner
in het leven dan een slecht mens, en een
politieman die hem probeert te vangen?
„Zaag maar door", zei ik ferm tegen Vonk
en ik bloosde meteen om de vulgaire term
die ik van hem had overgenomen. Stel je
voor, dacht ik nog, dat Marion dit hoorde!
Toen kwam Franeker binnen.
Ik heb nooit geweten hoe het in zijn werk
ging, om mensen te verhoren en de waar
heid uit hen te wringen. Ik heb me nooit
afgevraagd wat er vooraf gaat aan simpele
krantenberichten, die bekentenissen van
misdadigers en medeplichtigen vermelden.
„Een ingesteld onderzoek wees uit, dat.
zo staat het er vaak en dan komen de ini
tialen van de dader, die „een volledige be
kentenis heeft afgelegd".
Jawél. Maar nu weet ik wat er allemaal
bij komt kijken. Marion krijgt een flauwte
als ik haar vertel wat ik nu weet!
Inspecteur Vonk was een wonder van ge
slepenheid en spitsvondigheid. De brutale,
onbeleefde en treiterige Franeker begon
met hoog van de toren te blazen en opmer
kingen te lanceren als: „Zoek dat zelf maar
uit", en „daar heb ik niets mee te maken".
Overigens, inplaats van dat „niets" zei hij
een heel ander woord, maar als ik dat
tegen Marion zou herhalen zou ze denken
dat ik aan lager wal was geraakt en een
prooi van zedenverwildering was geworden.
Franeker begon heel aardig op die ma
nier, en ik dacht dat Vonk niets uit hem
krijgen zou, maar de val die de inspecteur
voor de man opstelde was zo handig en
Franeker liep daar zo plompverloren in, dat
na drie kwartier het besmeurde blazoen
van de schurk open en duidelijk voor ons
op tafel lag.
Franeker heette geen Franeker. Evenmin
trouwens Blokzijl. Hij had een naam
die mijn hevige antipathie tegen hem vol
ledig rechtvaardigde. Hij heette Klammer-
bol en bovendien nog Joseph. En hij was
een doodgewone, ordinaire, nare höteldief.
Toen het verhoor zo ver gevorderd was
dat Klammerbols rode, klamme, bolle ge
zicht glom van de zweetpareltjes en hij
geen uitweg meer zag uit zijn leugens en
brutaliteiten, werd hij plotseling heel klein.
Hij zakte wat onderuit op zijn stoel en be
gon stotterend om clementie te vragen.
,,Ki„k es hier, inspecteur, nou vooruit,
geen gijntjes met 'n man as ik, die in het
leve mislukt is en die ellende op ellende
krijgt te verdouwe. Ik zal je vertellen wat
je wete wil, as je maar in de gate hou als
dat je mij niet mot probere te flesse met
moorde of dergelijke. Want ik kan 'n vent
zijn die wel eris wat neve de dinges doet,
das wiedes, maar ik blijf memme pote van
andermans strot af, das zo vast as 'n huis.
Daar kan je staat op make en bloed kan ik
niet zien, vanmeleve niet gekund. Vooruit,
ik wil 't wel wete asdat ik hier zonder
'n cent op 's sjieke kamer ben gaan zitte
met da serpent van me, vooruit, ik zal er
niet om liege. Maar ik kreeg er spijt van,
waarachtig, midde in de nacht zag ik tegen
me vrouw, eruit zeg ik, geen kapsones, we
snieren 'm op de kouse. Want ik voelde me
niet plezierig, ik weet niet wat het was.
En wij eruit.
„Je kwam hier om een slaatje te slaan,
Klammerbol, zeg dat nu maar. Je dacht
dat hier wat te graaien viel, hè?" Zo sneed
de scherpe, spottende stem van Vonk zijn
jereminade door.
Klammerbol draaide wat met zijn hoofd
alsof hij een uitweg zocht en begon met
veel omhaal, maar Vonk zette hem onmid
dellijk de pen op de neus.
„Geen praatjes verder, man, we hebben
je vingerafdrukken gevonden op de safe
in het kantoor van mevrouw Marter en op
de twee kassa's in het restaurant. Die wor
den namelijk iedere avond prachtig opge
poetst, weet je?"
De ogen van Klammerbol werden zo
groot als schoteltjes.
„Wel allemachtig, inspecteur, dat kan
weze asdat ze worden opgepoetst, maar het
kan niet weze asdat mijn jatte erop ston
den, dat moet een zware vergissing zijn
van je snuffelaars. Ik ben niet aan die
kassakasten geweest zeg ik, de safe nog
tot daarantoe, maar de kassa's, ik weet nie
eens waar die dingen uithangen".
„En je wist zeker ook niet waar de kamer
van de heer Vandearn was?"
Klammerbol begon plotseling op jamme
rende toon zachtjes te vloeken.
„Verdomme, verdomme, verdomme
ik heb niks met die ouwe dooie diender te
maken zeg ik, inspecteur, je mót me ge-
love. Ik zal je precies vertellen wat ik
weet, nou zal je het wete ook. Hier. ik
geef toe dat ik een krakie van de sardine-
blik in het kantoor op het oog had! We
zijn midden in de nacht op dat ding afge
gaan, me vrouw stond op de uitkijk, en
net zal ik beginnen of daar knipt iemand
het licht aan in de gang en we stonden
met onze gewassen hals te kijken. De bazin
van het huis en een kerel die ik nie ken
stonden in de deur en hij wou me anvliege.
Maar as ik geknipt ben weet ik damme
spelletje verlore is, ik ben een sportieve
verliezer en ik zeg: heidaar, kalm effe, ik
ben erin en je hoef me niet te molle. Bel
de politie maar, zeg ik, dan is de boel gauw
genoeg opgeruimd. Maar da deje ze niet,
ze begonnen te smoezen tege elkaar en 't
eind van 't liedje was damme de plaat
konde poetse, ik kon me oren nie gelove.
Eruit, zeidie vent, hij ging met ons naai
de voordeur en dee er de knippen af. Me
vrouw had de sleutel en deed de deur ope.
En mondje dicht, dan kan je dervan opaan
dat je er zonder meer afkomt, zei die vent
nog. Nou, daar gingen we, midde in de
nacht. Te voet. Maar nie ver, inspecteur.
(Wordt vervolgd).