Tijdperk der verdenking
Sinterklaas kwam te laat
Groepstentoonstelling van
„Kunst zij ons DoeV'
De kerken in Amerika spreken
HAAK WASSERIJ ATELIERS
„de mooiste was,
die ik ooit zag
Prachtige inzending van H. F. Boot
Financiële positie zou
zeer onzeker zijn
PURQL GENEEST
H
Bak gelicht en naar de
werkhaven gebracht
6
Avifauna
Vele dames zeggen:
Horlogerie ten Boom
Firma W. V o e t en Zonen,
Clementis ging vrijwillig
zijn dood tegemoet
KERKELIJK LEVEN
door H. G. Cx\NNEGIETER apart in de gang. Ze moesten
Heringa Wuthrich
CENTRALE VERWARMING
JOHNSON OLIEBRANDERS
Radio
Stofzuigers
Televisie
Wasmachines
Wringers
Vloerwrijvers
ZATERDAG 29 NOVEMBER 1952
De mensheid is op hèt ogenblik bevangen
door een zuiveringswoede. Dat gebeurt
iedere keer wanneer zij bang wordt. Maar
zelden zal men zo duidelijk een overeen
komst hebben kunnen voelen tussen ge
beurtenissen die voorvallen aan twee kan
ten van de wereld, aan twee zijden van
het beroemde ijzeren gordijn.
Sinds een week hoort men in Praag
(waar een vrouw er niet voor terugschrikt
om in naam van haar kinderen de execu
tie van haar echtgenoot te eisen, waar een
journalist de strop vraagt om als voor
beeld te dienen) de openbare aanklager
en de verdachten wedijveren in het liegen
en tot in détails een imaginair Trotzkis-
tisch-Titoïstisch-Amerikaans-Joods com
plot beschrijven, waarvan de ongelukkige
Konni Zilliacus, die nota bene uit de Brit
se Labourparty werd gestoten wegens zijn
uiterst-linkse zienswijze, de aanstichter
zou zijn geweest.
Als daar één les uit te trekken zou zijn,
is het, dat onverschillig wie in staat zou
zijn om verraad te plegen en bovendien
het te doen zonder dat iemand het merkt.
Dat men iedereen moet wantrouwen. En
wie bewijst ons na dit alles dat Thorez en
Stalin geen Amerikaanse agenten zijn? Ik
wacht hier op het antwoord van mijn com
munistische confrères. Maar wat zouden
zij twee jaar geleden gezegd hebben, wan
neer wij een soortgelijke vraag gesteld
zouden hebben ten aanzien van Slansky
en Clementis? Of van Marty en Tillon,
wier misdaden nu door ieder nummer van
de Humanité worden beschreven?
In het Westen
Men moet geloven dat er mensen in het
Westen zijn, die het Sovjetblok zijn liqui
datie-methodes benijden. In de Verenigde
Staten begint men overal Russische spion
nen te zien. Dat ze er hier en daar zijn
en dat ze in het verleden van een zekere
zachtmoedigheid hebben geprofiteerd,
lijkt moeilijk te betwisten. Maar dat er
zoveel zouden zijn, als men zegt, lijkt min
der zeker. En dat er in de veroordeling
van het echtpaar Rosenberg (wegens be
weerde atoomspionnage - Red. H.D.) enige
elementen zijn die vrije geesten moeten
verontrusten, is maar al te waar.
Heeft men werkelijk in vredestijd de
gewoonte om in niet-totalitaire landen
spionnen ter dood te brengen? Om vrou
wen naar de electrische stoel te zenden in
gezelschap van hun echtgenoten? Te ge
loven dat een man in staat zou zijn de ge
heimen van de atoom-bom uit het hoofd
te leren teneinde ze aan de Sovjet-Unie
door te geven? Was het niet, dat mên
domweg een zondebok nodig had, nadat
een imbeciele propaganda millioenen bra
ve burgers slapeloze nachten had bezorgd?
En is het toeval, dat in Praag zowel als in
Washington de beschuldigden Joden zijn?
In Praag zowel als in Washington heeft
de rassenhaat nog niets van haar dema
gogische aantrekkingskracht verloren
Sinds de nederlaag van Stevenson heeft
de heksenjacht, die hij als een der grootste
gevaren voor de Amerikaanse democratie
kenschetste, aan de overzijde van de At
lantische Oceaan snelle vorderingen ge
maakt. Zij is de UNO binnengedrongen en
heeft er toe geleid, dat de secretaris-gene
raal zijn functie heeft neergelegd en dat
een van zijn medewerkers zich uit het
venster heeft geworpen. En John Foster
Dulles, Eisenhowers toekomstige minister
van Buitenlandse Zaken, heeft het heel
normaal gevonden om aan de federale re
cherche (het FBI) te vragen een onder-
ADVERTENTIE
Een blijvend bezit l
In het Franse blad „Le Monde" heeft
André Fontaine een artikel geschreven
over het proces in Praag en de heksen
jacht in Amerika. En over de soort
gelijke gevaren die West-Europa zou
den kunnen gaan bedreigen. Wij achtten
dit artikel, „Het tijdperk der verden
king", van zoveel belang, dat wij het
vrijwel onverkort opnemen.
zoek naar zijn verleden in te stellen. Hij
heeft daarmee vooral gedemonstreerd dal
ook in de Verenigde Staten de mens bezig
is zijn vertrouwen in de medemens te ver
liezen.
Stelt u zich eens de maatschappij voor,
die zich zou ontwikkelen wanneer het
staatshoofd zijn naaste medewerkers niet
zou kunnen recruteren, zonder van te vo
ren hun openbare en privé-leven kaal te
hebben laten plukken.
Ook hier?
Frankijk, West-Europa, zijn nog betrek
kelijk immuun tegen deze ziekte van de
verdenking, die na het Oosten te hebben
onderworpen, beetje bij beetje begint die
democratie te besmetten, die de toorts
drager van de vrijheid wil zijn. Maar er
zijn ook bij ons symptomen van aantas-
ADVERTENTIE
Mr. Cornelisstr. 33. tel. 17487 (2 lijnen), Haarl.
ting. Kijk maar wat men van dit blad (Le
Monde) zegt: het is „verdacht". Het doet
er weinig toe of het van „reactie" is door
de een of van „progressiviteit" is door de
ander. Het heeft zich niet gebonden aan
de termen van een bepaalde propaganda.
Het gebruik van de woorden „Vrijheid",
„Volk" en „Democratie" is het niet vol
doende om alles te verontschuldigen.
Daarom is het suspect.
„In een wereld waarin iedereen zich
schminkt", zo schreef André Gide al lang
geleden, „schijnt het blote gezicht opge
maakt".
Barteljorisstr. 19 Haarlem, Tel. 11541
Anegang 15 Haarlem. Tel. 10574
WASHINGTON (United Press) De
voormalige Tsjechoslowaakse minister van
buitenlandse zaken, Wladimir Clementis,
in het politieke „zuiveringsproces" in
Praag ter dood veroordeeld, heeft eens po
gingen gedaan om asyl in de Verenigde
Staten le krijgen. Clementis verkeerde in
die dagen in hevige tweestrijd doch be
sloot uiteindelijk naar Tsjechoslowakije
terug te keren om daar het lot te onder
gaan, waarvan hij zeker wist dat het hem
te wachten stond.
Clementis bevond zich in November 1949
in New York, als Tsjechisch gedelegeerde
bij de UNO, toen hij vernam dat hij be
schuldigd was van afwijkingen der partij-
richtlijnen.
Een goed vriend van Clementis stelde
zich in verbinding met de Tsjechische anti
communistische groep in New York en
polste deze over de mogelijkheid om Cle
mentis voorgoed in de Verenigde Staten
te laten blijven. De leider van deze groep
nam op zijn beurt contact met een voor
malige diplomatieke functionaris die zich
daarop weer in veroinding stelde met een
redacteur van een groot New Yorks blad.
Tijdens de daarop volgende besprekingen
bleek, dat Clementis, zijn vriend en de lei
der van de Tsjechische „ondergrondse" ge
schaduwd werden door communistische
agenten, die trouwens ook de gangen van
de Amerikaanse official en de journalist
gadesloegen.
Aan de journalist werd verzocht de in
vloed van zijn blad aan te wenden bij de
regering der V.S. ten gunste van Clemen
tis. De Tsjechische anti-communistenleider
vroeg de journalist of hij kans zag de vei
ligheid van Clementis te waarborgen. De
journalist antwoordde in bevestigende zin.
Clementis kreeg dit te horen van zijn
vriend en het Amerikaanse blad was al
voornemens te berichten, dat Clementis
„de weg naar de vrijheid" had gekozen en
zich blijvend in de Verenigde Staten zou
vestigen. Maar Clementis, geen overtuigd
aanhanger van het communisme, kon het
blijkbaar niet over zich verkrijgen „ver
raad" aan de communistische zaak te ple
ger. Dagenlang kwelde hij zich met de
vraag of hij wel of niet moest gaan. Ten
slotte besloot hij naar zijn vaderland terug
te keren.
Een van de eigenaardigheden van het
genootschap „Kunst zij ons doel" is dat er
tussen beroepskunstenaars en amateurs
geen scheidslijn wordt getrokken. Voor zo
ver dit het gezamenlijk werken op de te
kenavonden betreft, kan men daartegen
moeilijk bezwaar'hebben en dit is boven
dien een kwestie van volstrekt interne
aard. Anders is het wanneer men gaat ex
poseren en de werken van amateurs en
beroepsschilders naast elkaar in één zaal
hangen. Het valt immers niet te ontken
nen dat men bij de eerste categorie een
andere maatstaf aanlegt dan bij de twee
de. Doet men dit niet dan zal het werk
der amateurs maar hoogst zelden het cri
terium doorstaan.
Om een voorbeeld te geven uit de
groepstentoonstelling, die tot 15 December
in het Huis Van Looy gehouden wordt,
neem ik de tekeningen en aquarellen van
dr. Melchior. Men kan niet anders dan
respect hebben voor het enthousiasme en
de energie waarmee deze bekende Haar
lemse medicus, naast zijn beroepsbezig
heden, zich voor tal van andere facetten
van leven interesseert. Niemand zal ont
kennen dat hij een vaardig tekenaar is en
zowel voor hemzelf als voor zijn omgeving
is het een rijkdom deze begaafdheid te
kunnen gebruiken en hiermede tal van
boeiende documentaire notities te kunnen
maken. Deze bezigheid is echter iets es
sentieel anders dan het tekenen door een
beroepsschilder. Zelfs al zal deze laatste
op een bepaald moment ogenschijnlijk
geen ander doel nastreven dan het note
ren der werkelijkheid, dan geschiedt dit
bij hem toch steeds met een nevenbedoe
ling en deze is in zijn tekening ook zicht
baar en geeft er de méér dan documen
taire waarde aan: de kunstwaarde. Het al
dan niet herkennen van deze waarde zal
uiteindelijk onze appreciatie bepalen.
De kleine aquarel van H. F. Boot, geti
teld „Jongen met kruik", is een kostelijk
werkje, niet in de eerste plaats doordat
een alleraardigst motief als onderwerp
werd gekozen, maar omdat de schilder een
fijnzinnige harmonie in de gedempte kleur
en een bewuste spanning tussen de ver
schillende partijen heeft kunnen bereiken.
Het verschil tussen amateur en beroeps
kunstenaar is niet dat de eerste slechts een
klein deel van zijn tijd aan de beoefening
der kunst kan geven, waar tegenover
staat, dat de tweede alle uren van de dag
hieraan kan wijden. Het verschil ligt in
de algehele gesteldheid ten opzichte van
de zichtbare werkelijkheid, die door beide
groepen anders begrepen en geïnterpre
teerd wordt. De erkenning, dat in beide
groepen graden van begaafdheid te onder
kennen zijn, kan deze stelling niet teniet
doen.
De stillevens van dr. D. M. Hoogeveen
zal men, zo gezien, gaarne prijzen om de
geduldige aandacht waarmee de voorwer
pen zijn bekeken en weergegeven. Dit te
doen kan een verrijking van het leven be
tekenen voor de amateur, de eigenlijke
problemen der kunst zijn er slechts zeer
ten dele bij betrokken. Dat deze liefde
voor de kunst echter een enkele keer de
essentiële waarden benaderen, bewijst dr.
Hoogeveens stilleven „Ons dagelijks
brood", waarin een bevangen zijn door de
schoonheid gevoeld wordt.
Zonder de hiervoor gegeven lijn nu ver
der te willen doortrekken, moet ik ten
slotte nog enkele werken vermelden. Dan
begin ik graag met de zeer mooie inzen
ding van H. F. Boot, die op zichzelf reeds
een bezoek aan de tentoonstelling ten volle
loont. Prachtig van brede allure vond ik
zijn in donkere kleuren geschilderd vrou
wenportret. Uiterst overwogen van bouw,
is deze kop toch nergens „klein". De zwa-
vormen van hoofd en hals, de ernstige
en warm-menselijke uitdrukking van ogen
en mond, roepen bij de beschouwer de
herinnering aan Courbets machtige por
tretten op.
Een verrassing op deze tentoonstelling
vormt de inzending van C. van Baren, die
alleen tekeningen en aquarellen omvat.
Voortreffelijk zijn de aquarellen 1 en 2,
stadsgezichten van Parijs en Amsterdam.
Maar het mooist vond ik de kleine teke
ning nr. 9 van een vrouwenkopje.
Vermelden wij nog de inzending van
Gerard Huyser, wiens eigen kleurschema
zich bij het schilderen van Noord-Afri
kaanse landschappen uit lichte okers,
blauwen en witten heeft ontwikkeld. De
ze samenklank bezigt hij ook gevarieerd
in z'n stillevens, die mede hieraan hun
decoratief karakter ontlenen. En tenslotte
P. Kloes, die behalve een fors geschilderd
stilleven met bruine pot een uitzonderlijk
levendige studie van „hooibouw" inzond,
waarin actie en atmosfeer mooi zijn ge
troffen. UTTO B. DE KAT
Het wordt niet uitgesloten geacht, dat
de voorlopig verleende surcéance van be
taling aan de Britimij, eigenaresse van het
vogelpark „Avifauna" te Alphen aan de
Rijn, toch nog zal eindigen in een faillis
sement.
Bij enkele schuldeisers zou het voorne
men bestaan om te protesteren tegen het
feit, dat in September de Britimij is ge
splitst. De hoedenmagazijnen, waarvan de
opbrengsten in feite de financiële basis
vormden van „Avifauna", zijn uit de Bri
timij getreden. Daardoor is de financiële
positie van het park voor de toekomst,
naar het oordeel van de crediteuren,
uiterst onzeker geworden.
De crediteuren achten de in de overeen
komst opgenomen bepaling, dat ook na
uittreding van de hoedenzaken, deze 70
percent van de te maken winst aan Avi
fauna moeten afstaan, een te geringe
waarborg.
Een andere aanleiding om een uiteinde
lijk faillissement met enige zekerheid te
verwachten is de omstandigheid, dat naar
het oordeel van terzake deskundigen, we
gens de grote schuldenlast een lonende
exploitatie niet voor mogelijk moet wor
den gehouden.
Zelfs het jaar, v/aarin het bezoek het
grootst was, leverde verliezen op. De in
ongunstige zin gewijzigde conjunctuur
heeft het bezoek aan het park sterk doen
afnemen.
De directie van Avifauna heeft gepoogd
nieuw kapitaal aan te trekken. Deze po
gingen zijn zonder resultaat gebleven.
Óver de „grote mate van bereidheid" van
de Maatschappij tot Financiering van het
Nationaal Herstel, welke tot uitdrukking
kwam in een brief van de Britimij, zulks
als antwoord op een verzoek om f 100.000
te willen fourneren, toont men zich in de
kringen der crediteuren enigszins gereser
veerd.
Het is uiterst moeilijk het bezoek dat,
gezien de kostbare opzet, massaal moet
zijn op peil te houden.
De grote uitgaven, welke zijn gedaan
voor het doen optreden van populaire
orkesten en aan de beplanting van het
park, hebben wel de nekslag gevormd
voor de eploitatie van Avifauna, dat van
het begin van haar bestaan af met grote
verliezen te kampen heeft gehad. De to
tale schuld bedraagt thans f 725.000.
ADVERTENTIE
ruwe huid, ruwe handen, ruwe lippen
ADVERTENTIE
Vooral de laatste jaren komt het nogal
eens voor, dat de Kerk haar geluid laat
horen over actuele problemen. Zij acht het
haar plicht dit te doen. Dezer dagen kregen
wij onder ogen een verklaring van het Mo-
deramen van de Nationale Raad van Chris
telijke Kerken in de Verenigde Staten, die
de rol van Amerika op het wereldtoneel
onder de loupe nam.
Bijna dagelijks kan men in de bladen
lezen van stemmen uit de Ver. Staten, die
hun visie geven op allerlei vraagstukken.
In deze rubriek luisteren we nu eens naar
dit geluid vanuit de Kerk.
Nadat in de verklaring gewezen is op de
positie die de Verenigde Staten in de vol
kerenwereld innemen en herinnerd is aan
de geweldige morele verantwoordelijkheid,
die hierdoor is ontstaan, constateert men,
dat men niet ten volle voorbereid is voor
deze verantwoordelijkheid, omdat Gods
leiding niet ten volle wordt aanvaard.
De meningen in Amerika zijn verdeeld.
Er zijn mensen die willen, dat het zich
terugtrekt, anderen willen juist een actieve
buitenlandse politiek, waarmee bedoeld
wordt een afzonderlijk optreden. Het on
derhandelen met andere landen heeft hun
te veel teleurstellingen opgeleverd. Er zijn
ook enkelen, die willen dat de Verenigde
Staten een „heilige oorlog" zullen beginnen
en zo een einde zullen maken aan de koude
oorlog door zelf een „hete" oorlog te ont
ketenen
De Nationale Raad van Christelijke Ker
ken in de Verenigde Staten roept alle bur
gers op om dergelijke voorstellen te ver
werpen. Zij zijn wordt gezegd zede-
Moeder nam Pappie even
er dan maar wat anders op
ET vorige jaar hadden de kinderen de vinden! Langer konden ze niet
opmerking gemaakt, dat Sinterklaas wachten. Dus: bericht aan de
zoveel op pappie leek en daarom moest er kinderen, dat Pappie Sinter-
ditmaal een andere Sinterklaas komen, klaas nou maar zou gaan zoe-
Moeder had aan oom Bernhard gedacht, ken. Pappie trok zijn overjas
Het was net iets voor hem, en je moest aan en ging kwansuis de straat
zo'n eenzame oude man toch ook eens iets op. Maar na een kwartiertje
gunnen. - daar trad Sinterklaas bin-
Inderdaad was het iets voor oom Bern- nen> de Sinterklaas die zo op
hard. Zijn droefgeestige ogen lichtten op. Pappie lijkt. Hoe jammer, dat
toen de post hem de uitnodiging bracht. Pappie nu juist er op uit was
Hij had weinig vertier in zijn bestaan als om Sinterklaas te zoeken en
gepensionneerd ambtenaar bij de griffie. dat hij dus de visite van de
De vrolijke studentenjaren lagen als een Goedheilige misliep
vage herinnering mijlenver achter hem, en
in het villadorp waar hij zijn pensioen jnmidDELS was de echte
verteerde, was het alles koekoek eén zang. 5 c.
Maar nu stuurde zijn zuster hem geld om s uit zijn ïmpas-
een costuum te huren en daarmee per taxi f. verIost' Een ^ee*\ waaun"
naar het naburige stadje te gaan, waar zij f ten had
met de ontvanger getrouwd was. Zo had gestopt Toen
hij een genoegelijke avond in 't zicht en de dne studenten, die m een
jolige feeststemming verkeerden,
daar veel jongere commilitones. Zij vonden Sin
terklaas een fidele vent. Wat een bof, dat
ze hem juist vanavond hadden opgepikt.
opgetuigd met de traditionele attributen, J
stapte hij in de auto. u °PJe. "herbergzame heirweg de
.J baarlijke Sinterklaas opmerkten, konden - - -
Het was naargeestig Decemberweer, een ze wel niet anders doen dan zich over de Hoe waren de drie van de jeep eigenlijk
druilige motregen benam het gezicht op heilige ontfermen. Ze waren op weg naar aan hem gekomen?
de maan, die maar met door de bomen een fuif en die fuif was toevallig in het_
wou schijnen. Het wegdek was glibberig ze]fde stadje waarheen sinterklaas op weg
m °r BeSnh£rS VOOr' dat de was' Met luidruchtig vreugdebetoon werd
hÏ L ^-l+0nrUSilg ree^- Telr ens wan"eer de Goedheilige met baard, mijter, staf
al in het voertuig gehesen, waar hij met
en, v as de passagier opgelucht, dat er ppn wpi 7PPr nncrpripfiuk-p ninatc uonnonon
r> i- j een wel zeer ongerieflijke plaats genoegen
t t - WfS' m Befnhard moest nemen. Zodra de jeep zich in bewe-
X>wnJ^LllVSn 9 ei ma tG Z1Ch had gezet, begon voor Sinterklaas een
gauw ongerust Zijn voorpret was over en nieuw lijden Met gekromde rug zich buk_
zijn witte baard maskeerde nauwelijks de kend onder de Iinnen k en de ijn ver_
bedenkelijke trekken van zijn gelaat. bijtend, die zijn zitvlak onder het hotsen
Plotseling maakte de taxi een rare zwaai en botsen veroorzaakte, voelde hij zich
en met piepende en knarsende geluiden bovendien wat onwennig in dit uitgelaten
remde zij midden in de volle vaart, zodat gezelschap, waartussen hij opgevouwen
de bisschopsmuts tegen de tussenruit zat als een gebraden haan in een conser-
bonkte en het karton een lelijke deuk venblikje.
kreeg. De staf bibberde Sinterklaas in de De gedachte, dat hij nu in elk geval
hand en een angstkreet ontsteeg aan de spoedig en niet VGel te laat het huis
wollige lippen. Maar daar opende de chauf- van zijn zuster bereiken zou, 'deed Oom
eur reeds het portier met de geruststel- Bernhard deze netelige positie vergeten,
ende mededeling, dat er niets aan de hand Hjj herademde, toen het primitieve voer-
was Er was alleen maar iets gebroken, zo- tuig stopte en zijn medepassagiers hem
dat de wagen met verder kon. Hij zou moe- hielpen bij het uitstappen.Maar hoe vreemd
ten worden weggesleept naar de naastbij- keek hij op toen de woning) waarv0or de
zijnde garage en Meneer zou maar moeten jeep stiisiond, niet het huis van zijn zuster
zien, hoe hij op eigen gelegenheid de reis was. De deur ging open en een feestelijk
wilde vervolgen. jjcht straalde naar buiten. Er klonk gejuich
„U kunt hier gemakkelijk een lift vin- en gelach.
denJ',\ ZGi de chauffeur- »Eet is een drukke Voordat Oom Bernhard wist wat er eigen-
vv(l?' lijk gebeurde, voelde hij zich onder de arm
Daar stond dan Sinterklaas met gedeukte genomen door twee krachtige vuisten, die
mijter en droef neerhangende staf als een hem ondersteunden, terwijl hij de trap
bedelaar aan de berm. Kouwelijk sloeg hij naar boven werd opgedragen,
de rode bisschopsmantel om zich heen en >>Maakt p]aats jongens, voor Sinterklaas
met het gebaar dat de chauffeur hem ge- in eigen persoon!" klonk het uit de mond
S t n 'J, dÜ VOOr4blJ?neIlende van een der studenten. En onder het ge-
tot een afonkelendSmisStgordUn werd door „am dTvroljjkf"brat* de* GoedheXge^in Pei> l06n een zonderling gejoel z«n oor
de schijn van een koplicht, hief hij zijn ^middenop Goedheilige in trof. Het werd luider en ,uider ,„rnl
arm als een smekeling op. Maar de rijders oe warmte van de kachel, de geur van
alIer^aal, aast ?,m 2? hun punch en de feestelijke aanblik van lam
es fr 1J av°nd;ie e bereiken. En de arme pions en dennegroen, waartussen jeugd-
Sint stond daar maar als een potsierlijke frisse jongens en lieftallige meisjes zich
nana wijzer. ongedwongen bewogen, verwekten bij de
kouwelijke gast een behaaglijke stemming.
Na de eerste feestdronk, met een grappige
toespraak op hem uitgebracht, was heel
HET was reeds lang over zeven het zijn mieserige gevoel geweken. Lang ver-
afgesproken uur, want men wil het met geten herinneringen aan zijn eigen studen-
kleine kinderen riiet te laat maken en tentijd borrelden op in zijn brein en zijn
nóg ontbrak de hoofdpersoon van het feest, hart werd gaandeweg week van zoete ge-
De Sinterklaasliedjes waren al enige ma- voelens. Ook hij ging speechen, vergetend
len op de gramofoon afgedraaid en door de dat hij Sinterklaas was, hetgeen hem ech-
Toen een meisje van het gezelschap deze
vraag aan haar buurman deed, en Oom
Bernhard haar woorden opving, kromp hij
eensklaps ineen bij de gedachte, hoezeer hij
zijn zuster en haar. man had gedupeerd
door hier in dit leutige milieu te blijven
hangen. Het besef hiervan ontnuchterde
hem; de fonkelende oogjes boven de witte
baard werden glazig en tuurden onzeker
naar het plafond.
„Het spijt me, dames en heren, maar ik
moet weg!" hakkelde hij. „Ik heb mijn
plicht als Sinterklaas schandelijk verzuimd.
Maar beter later dan nooit! Nog één dronk
op uw aller welzijn ten afscheid...."
„Daar ga je, Sinterklaas! Dat hij leve!
Three cheers voor Sinterklaas! Hiep-hoü"
„Weet je wat: we brengen Sinterklaas
met z'n allen thuis!" riep een van de jon
gelui.
Dit voorstel vond bijval, en spoedig zag
het' stadje een eigenaardige optocht door de
straten marcheren. Vooraan stapte, een
beetje wankel op zijn benen, de Goed
heilige, aan weerszijden geschraagd door
een van de lieftallige meisjes, die hem
vast omarmden. Een lange slungel daar
achter droeg de staf hooggeheven en een
cordon zingende feestvierders omgaf deze
vaandrager. Zwaaiend en dansend bewoog
deze bonte schaar zich in de richting van
het ontvangershuis.
lijk verkeerd en ondermijnen positieve po
gingen om te komen tot een wereld waar
meer gerechtigheid en vrede heerst; mis
schien ook vernietigen zij dergelijke pogin
gen volkomen. Zij, die dergelijke voorstel
len doen, vergeten dat God de mens niet
geschapen heeft als eenling maar in ge
meenschap met anderen.
Eenheid van mensheid
Als Christenen aldus de Amerikaanse
kerken geloven wij in de wezenlijke
eenheid van de mensheid onder een God,
die voor een ieder zorgt. Wij geloven, dat
ieder volk voor God rekenschap moet af
leggen en mede verantwoordelijk is voor
de welvaart van andere volken. Wij drin
gen er bij de Verenigde Staten op aan om
de steun aan de Verenigde Naties en aan
de met haar verbonden organen voort te
zetten en te vermeerderen, al erkennen wij
dat iedere waarlijk internationale samen
werking een zekere beperking van de na
tionale vrijheid van handelen met zich
brengt.
Alle burgers worden aangespoord om
de Universele Verklaring van de Rechten
van de Mens te bestuderen en er voort
durend naar te streven dat de principes
van deze Verklaring met het gehele volks
leven worden verweven. Alle inspannin
gen van de Verenigde Staten voor het ver
krijgen van betere politieke, economische
en sociale rechten in de wereld zullen steeds
te lijden hebben van beschuldigingen van
schijnheiligheid zolang men deze rechten
niet in Tiet eigen land beter gewaarborgd
heeft. De kerken geloven, dat deze rechten
voortvloeien uit de erkenning, dat ieder
mens voor God gelijke waarde heeft.
Onontwikkelde gebieden
Zij steunen de Verenigde Staten in het
program van economische en technische
steun aan onontwikkelde gebieden in de
wereld. De mensen, die in het kader van
dit program naar het buitenland worden
gezonden, moeten niet alleen technische
bekwaamheid bezitten, maar ook de geest,
waarin de steun is gegeven. Wanneer een
dergelijke steun beter verleend kan wor
den door de Verenigde Naties dringen de
kerken er op aan dat dit dan inderdaad zal
gebeuren. Zij zijn van mening, dat deze
steun aangevuld moet worden met lenin
gen en kapitaalinvesteringen van buiten
af en vanuit de gebieden aan welke hulp
wordt geboden. Zal deze economische en
technische steun waarlijk aan haar doel
beantwoorden, dan acht men het gewenst
dat zij vergezeld gaan van een meer effi
ciënte verkaveling van de grond. Wanneer
de Verenigde Staten militaire steun aan
het buitenland verlenen, wordt er op aan
gedrongen, dat er hierbij voor gezorgd
wordt, dat het streven naar vrijheid en
gerechtigheid niet wordt tegengegaan.
Gaven van God
Millioenen van onze medemensen, wordt
verder gezegd, zijn vluchtelingen, die geen
tehuis meer hebben. Een groot aantal van
hen moet in staat worden gesteld een nieuw
leven te beginnen. Met de grote macht en
de geweldige bodemrijkdom van de Ver
enigde Staten mag niet slechts datgene ge
daan worden wat de bevolking behaagt.
„Het zijn gaven van God en wij zijn aan
God en aan onze medemensen rekenschap
verschuldigd hoe wij deze gebruiken. Laten
wij deze grote verantwoordelijkheid met
deemoed en onbevreesd op ons nemen, ge
dachtig aan het woord van onze Heer: „Van
een ieder, wien veel gegeven is, zal veel
geëist worden."
Aan duidelijkheid laten deze woorden
niets te wensen over. De kerken in de Ver
enigde Staten bewijzen met het afleggen
van deze verklaring, dat zij begrepen heb
ben, waar de Kerk heeft te staan, n.l.
daér waar problemen om een oplossing vra
gen en waar nood is, die gelenigd moet
worden.
ADVERTENTIE
Generaal Hoyt S. Vandenberg, chef-staf
van de luchtmacht van de V.S., brengt een
bezoek aan het front in Korea.
gelegd en vervangen door zijn pyjama.
Hij stond juist op het punt in bed te stap
pen,
trof. Het werd luider en luider en zwol
aan tot een koor, dat voor de deur van zijn
woning de Sinterklaasliederen aanhief. Met
schrille en vaak onvaste stem drongen de
bekende wijzen tot in de slaapkamer door.
De kinderen, die na de spanning van de
avond de slaap niet konden vatten, werden
er wakker van.
„Ze bellen hier!" fluisterde moeder met
schrik.
„Stil laten bellen!", antwoordde pappie.
Maar zijn manlijke stem beefde. Hij hield
niet van herrie. En wat moest dit lawaai
voor zijn huis?
Het bellen werd zo hardnekkig, dat
ongeduldig wachtende kinderen zonder ter op" luidruchtige wijze aan het verstand onbewu^lan^ S?
geestdrift meegezongen. Moeder had maar werd gebracht. Toen nam hij vrede met de kpprdp hii
eens van het lekkers gepresenteerd en uit rol, die hij tegen wil en dank op zich had
de chocoladeketel geschonken, om de tijd moeten nemen, en spoedig gevoelde hij
om te krijgen. zich één met het feestvierend gezelschap.
„Ik begrijp er niks van!" mompelde
Pappie. student geweest, en onder de invloed van
Het werd half acht, het werd achtuur, hetgeen hij hier te genieten kreeg, ver-
nóg geen Sinterklaas! De kinderen begon- anderde hij allengs van een gepensionneerd
nen te dreinen. Kregen ze nou hun ca- ambtenaar bij de griffie in een corpsbroe-
deautjes nog altijd maar niet? rW J j-==-
Haarlem
ADVERTENTIE
C DDE Q NATIONALE PRODUCTEN
LimEO VAN.^RELOhAAV
Verlang, dii, merk van Uw handelaar!.
keerde, holde hij verontwaardigd de trap
pen af, rukte de huisdeur open en., daar
viel Oom Bernhard hem in de armen!
..'t Is we-wel-wat-laat!", prevelde de
Bernhard was in zijn tijd een lustig Goedheilige, zich verontschuldigend.
„Sinterklaas komt nóóit te laat!", riep
een van de belhamels. En onmiddellijk viel
de bent in met een koorzang op eigen wijs:
.Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas, komt
der, die niet minder meedeed dan zijn zo- nóóit en nóóit te laat!"
De cementbak, die in de nacht van
Woensdag op Donderdag ter hoogte van de
stoompontveren in Velsen zonk na een
aanvaring met de „Schie" is door de tv.ee
ter assistentie geroepen bokken (één van
Goedkoop en één van de Amsterdamse Bal-
lastmaatschappijgelicht.
Toen de tweede bok gistermiddag e
maal een strop om het wrak had ge-kreg-
kon men de bak in zoverre boven wa t
halen, dat het gevaart, dat geladen v;
met 150 ton cement, naar het werkhav
tje bij de tunnelbouw kon worden ver
haald. Daar is de bak voor reparatie aan
de grond gezet.