Tijdperk der verdenking Sinterklaas kwam te laat Groepstentoonstelling van „Kunst zij ons DoeV' De kerken in Amerika spreken HAAK WASSERIJ ATELIERS „de mooiste was, die ik ooit zag Prachtige inzending van H. F. Boot Financiële positie zou zeer onzeker zijn PURQL GENEEST H Bak gelicht en naar de werkhaven gebracht 6 Avifauna Vele dames zeggen: Horlogerie ten Boom Firma W. V o e t en Zonen, Clementis ging vrijwillig zijn dood tegemoet KERKELIJK LEVEN door H. G. Cx\NNEGIETER apart in de gang. Ze moesten Heringa Wuthrich CENTRALE VERWARMING JOHNSON OLIEBRANDERS Radio Stofzuigers Televisie Wasmachines Wringers Vloerwrijvers ZATERDAG 29 NOVEMBER 1952 De mensheid is op hèt ogenblik bevangen door een zuiveringswoede. Dat gebeurt iedere keer wanneer zij bang wordt. Maar zelden zal men zo duidelijk een overeen komst hebben kunnen voelen tussen ge beurtenissen die voorvallen aan twee kan ten van de wereld, aan twee zijden van het beroemde ijzeren gordijn. Sinds een week hoort men in Praag (waar een vrouw er niet voor terugschrikt om in naam van haar kinderen de execu tie van haar echtgenoot te eisen, waar een journalist de strop vraagt om als voor beeld te dienen) de openbare aanklager en de verdachten wedijveren in het liegen en tot in détails een imaginair Trotzkis- tisch-Titoïstisch-Amerikaans-Joods com plot beschrijven, waarvan de ongelukkige Konni Zilliacus, die nota bene uit de Brit se Labourparty werd gestoten wegens zijn uiterst-linkse zienswijze, de aanstichter zou zijn geweest. Als daar één les uit te trekken zou zijn, is het, dat onverschillig wie in staat zou zijn om verraad te plegen en bovendien het te doen zonder dat iemand het merkt. Dat men iedereen moet wantrouwen. En wie bewijst ons na dit alles dat Thorez en Stalin geen Amerikaanse agenten zijn? Ik wacht hier op het antwoord van mijn com munistische confrères. Maar wat zouden zij twee jaar geleden gezegd hebben, wan neer wij een soortgelijke vraag gesteld zouden hebben ten aanzien van Slansky en Clementis? Of van Marty en Tillon, wier misdaden nu door ieder nummer van de Humanité worden beschreven? In het Westen Men moet geloven dat er mensen in het Westen zijn, die het Sovjetblok zijn liqui datie-methodes benijden. In de Verenigde Staten begint men overal Russische spion nen te zien. Dat ze er hier en daar zijn en dat ze in het verleden van een zekere zachtmoedigheid hebben geprofiteerd, lijkt moeilijk te betwisten. Maar dat er zoveel zouden zijn, als men zegt, lijkt min der zeker. En dat er in de veroordeling van het echtpaar Rosenberg (wegens be weerde atoomspionnage - Red. H.D.) enige elementen zijn die vrije geesten moeten verontrusten, is maar al te waar. Heeft men werkelijk in vredestijd de gewoonte om in niet-totalitaire landen spionnen ter dood te brengen? Om vrou wen naar de electrische stoel te zenden in gezelschap van hun echtgenoten? Te ge loven dat een man in staat zou zijn de ge heimen van de atoom-bom uit het hoofd te leren teneinde ze aan de Sovjet-Unie door te geven? Was het niet, dat mên domweg een zondebok nodig had, nadat een imbeciele propaganda millioenen bra ve burgers slapeloze nachten had bezorgd? En is het toeval, dat in Praag zowel als in Washington de beschuldigden Joden zijn? In Praag zowel als in Washington heeft de rassenhaat nog niets van haar dema gogische aantrekkingskracht verloren Sinds de nederlaag van Stevenson heeft de heksenjacht, die hij als een der grootste gevaren voor de Amerikaanse democratie kenschetste, aan de overzijde van de At lantische Oceaan snelle vorderingen ge maakt. Zij is de UNO binnengedrongen en heeft er toe geleid, dat de secretaris-gene raal zijn functie heeft neergelegd en dat een van zijn medewerkers zich uit het venster heeft geworpen. En John Foster Dulles, Eisenhowers toekomstige minister van Buitenlandse Zaken, heeft het heel normaal gevonden om aan de federale re cherche (het FBI) te vragen een onder- ADVERTENTIE Een blijvend bezit l In het Franse blad „Le Monde" heeft André Fontaine een artikel geschreven over het proces in Praag en de heksen jacht in Amerika. En over de soort gelijke gevaren die West-Europa zou den kunnen gaan bedreigen. Wij achtten dit artikel, „Het tijdperk der verden king", van zoveel belang, dat wij het vrijwel onverkort opnemen. zoek naar zijn verleden in te stellen. Hij heeft daarmee vooral gedemonstreerd dal ook in de Verenigde Staten de mens bezig is zijn vertrouwen in de medemens te ver liezen. Stelt u zich eens de maatschappij voor, die zich zou ontwikkelen wanneer het staatshoofd zijn naaste medewerkers niet zou kunnen recruteren, zonder van te vo ren hun openbare en privé-leven kaal te hebben laten plukken. Ook hier? Frankijk, West-Europa, zijn nog betrek kelijk immuun tegen deze ziekte van de verdenking, die na het Oosten te hebben onderworpen, beetje bij beetje begint die democratie te besmetten, die de toorts drager van de vrijheid wil zijn. Maar er zijn ook bij ons symptomen van aantas- ADVERTENTIE Mr. Cornelisstr. 33. tel. 17487 (2 lijnen), Haarl. ting. Kijk maar wat men van dit blad (Le Monde) zegt: het is „verdacht". Het doet er weinig toe of het van „reactie" is door de een of van „progressiviteit" is door de ander. Het heeft zich niet gebonden aan de termen van een bepaalde propaganda. Het gebruik van de woorden „Vrijheid", „Volk" en „Democratie" is het niet vol doende om alles te verontschuldigen. Daarom is het suspect. „In een wereld waarin iedereen zich schminkt", zo schreef André Gide al lang geleden, „schijnt het blote gezicht opge maakt". Barteljorisstr. 19 Haarlem, Tel. 11541 Anegang 15 Haarlem. Tel. 10574 WASHINGTON (United Press) De voormalige Tsjechoslowaakse minister van buitenlandse zaken, Wladimir Clementis, in het politieke „zuiveringsproces" in Praag ter dood veroordeeld, heeft eens po gingen gedaan om asyl in de Verenigde Staten le krijgen. Clementis verkeerde in die dagen in hevige tweestrijd doch be sloot uiteindelijk naar Tsjechoslowakije terug te keren om daar het lot te onder gaan, waarvan hij zeker wist dat het hem te wachten stond. Clementis bevond zich in November 1949 in New York, als Tsjechisch gedelegeerde bij de UNO, toen hij vernam dat hij be schuldigd was van afwijkingen der partij- richtlijnen. Een goed vriend van Clementis stelde zich in verbinding met de Tsjechische anti communistische groep in New York en polste deze over de mogelijkheid om Cle mentis voorgoed in de Verenigde Staten te laten blijven. De leider van deze groep nam op zijn beurt contact met een voor malige diplomatieke functionaris die zich daarop weer in veroinding stelde met een redacteur van een groot New Yorks blad. Tijdens de daarop volgende besprekingen bleek, dat Clementis, zijn vriend en de lei der van de Tsjechische „ondergrondse" ge schaduwd werden door communistische agenten, die trouwens ook de gangen van de Amerikaanse official en de journalist gadesloegen. Aan de journalist werd verzocht de in vloed van zijn blad aan te wenden bij de regering der V.S. ten gunste van Clemen tis. De Tsjechische anti-communistenleider vroeg de journalist of hij kans zag de vei ligheid van Clementis te waarborgen. De journalist antwoordde in bevestigende zin. Clementis kreeg dit te horen van zijn vriend en het Amerikaanse blad was al voornemens te berichten, dat Clementis „de weg naar de vrijheid" had gekozen en zich blijvend in de Verenigde Staten zou vestigen. Maar Clementis, geen overtuigd aanhanger van het communisme, kon het blijkbaar niet over zich verkrijgen „ver raad" aan de communistische zaak te ple ger. Dagenlang kwelde hij zich met de vraag of hij wel of niet moest gaan. Ten slotte besloot hij naar zijn vaderland terug te keren. Een van de eigenaardigheden van het genootschap „Kunst zij ons doel" is dat er tussen beroepskunstenaars en amateurs geen scheidslijn wordt getrokken. Voor zo ver dit het gezamenlijk werken op de te kenavonden betreft, kan men daartegen moeilijk bezwaar'hebben en dit is boven dien een kwestie van volstrekt interne aard. Anders is het wanneer men gaat ex poseren en de werken van amateurs en beroepsschilders naast elkaar in één zaal hangen. Het valt immers niet te ontken nen dat men bij de eerste categorie een andere maatstaf aanlegt dan bij de twee de. Doet men dit niet dan zal het werk der amateurs maar hoogst zelden het cri terium doorstaan. Om een voorbeeld te geven uit de groepstentoonstelling, die tot 15 December in het Huis Van Looy gehouden wordt, neem ik de tekeningen en aquarellen van dr. Melchior. Men kan niet anders dan respect hebben voor het enthousiasme en de energie waarmee deze bekende Haar lemse medicus, naast zijn beroepsbezig heden, zich voor tal van andere facetten van leven interesseert. Niemand zal ont kennen dat hij een vaardig tekenaar is en zowel voor hemzelf als voor zijn omgeving is het een rijkdom deze begaafdheid te kunnen gebruiken en hiermede tal van boeiende documentaire notities te kunnen maken. Deze bezigheid is echter iets es sentieel anders dan het tekenen door een beroepsschilder. Zelfs al zal deze laatste op een bepaald moment ogenschijnlijk geen ander doel nastreven dan het note ren der werkelijkheid, dan geschiedt dit bij hem toch steeds met een nevenbedoe ling en deze is in zijn tekening ook zicht baar en geeft er de méér dan documen taire waarde aan: de kunstwaarde. Het al dan niet herkennen van deze waarde zal uiteindelijk onze appreciatie bepalen. De kleine aquarel van H. F. Boot, geti teld „Jongen met kruik", is een kostelijk werkje, niet in de eerste plaats doordat een alleraardigst motief als onderwerp werd gekozen, maar omdat de schilder een fijnzinnige harmonie in de gedempte kleur en een bewuste spanning tussen de ver schillende partijen heeft kunnen bereiken. Het verschil tussen amateur en beroeps kunstenaar is niet dat de eerste slechts een klein deel van zijn tijd aan de beoefening der kunst kan geven, waar tegenover staat, dat de tweede alle uren van de dag hieraan kan wijden. Het verschil ligt in de algehele gesteldheid ten opzichte van de zichtbare werkelijkheid, die door beide groepen anders begrepen en geïnterpre teerd wordt. De erkenning, dat in beide groepen graden van begaafdheid te onder kennen zijn, kan deze stelling niet teniet doen. De stillevens van dr. D. M. Hoogeveen zal men, zo gezien, gaarne prijzen om de geduldige aandacht waarmee de voorwer pen zijn bekeken en weergegeven. Dit te doen kan een verrijking van het leven be tekenen voor de amateur, de eigenlijke problemen der kunst zijn er slechts zeer ten dele bij betrokken. Dat deze liefde voor de kunst echter een enkele keer de essentiële waarden benaderen, bewijst dr. Hoogeveens stilleven „Ons dagelijks brood", waarin een bevangen zijn door de schoonheid gevoeld wordt. Zonder de hiervoor gegeven lijn nu ver der te willen doortrekken, moet ik ten slotte nog enkele werken vermelden. Dan begin ik graag met de zeer mooie inzen ding van H. F. Boot, die op zichzelf reeds een bezoek aan de tentoonstelling ten volle loont. Prachtig van brede allure vond ik zijn in donkere kleuren geschilderd vrou wenportret. Uiterst overwogen van bouw, is deze kop toch nergens „klein". De zwa- vormen van hoofd en hals, de ernstige en warm-menselijke uitdrukking van ogen en mond, roepen bij de beschouwer de herinnering aan Courbets machtige por tretten op. Een verrassing op deze tentoonstelling vormt de inzending van C. van Baren, die alleen tekeningen en aquarellen omvat. Voortreffelijk zijn de aquarellen 1 en 2, stadsgezichten van Parijs en Amsterdam. Maar het mooist vond ik de kleine teke ning nr. 9 van een vrouwenkopje. Vermelden wij nog de inzending van Gerard Huyser, wiens eigen kleurschema zich bij het schilderen van Noord-Afri kaanse landschappen uit lichte okers, blauwen en witten heeft ontwikkeld. De ze samenklank bezigt hij ook gevarieerd in z'n stillevens, die mede hieraan hun decoratief karakter ontlenen. En tenslotte P. Kloes, die behalve een fors geschilderd stilleven met bruine pot een uitzonderlijk levendige studie van „hooibouw" inzond, waarin actie en atmosfeer mooi zijn ge troffen. UTTO B. DE KAT Het wordt niet uitgesloten geacht, dat de voorlopig verleende surcéance van be taling aan de Britimij, eigenaresse van het vogelpark „Avifauna" te Alphen aan de Rijn, toch nog zal eindigen in een faillis sement. Bij enkele schuldeisers zou het voorne men bestaan om te protesteren tegen het feit, dat in September de Britimij is ge splitst. De hoedenmagazijnen, waarvan de opbrengsten in feite de financiële basis vormden van „Avifauna", zijn uit de Bri timij getreden. Daardoor is de financiële positie van het park voor de toekomst, naar het oordeel van de crediteuren, uiterst onzeker geworden. De crediteuren achten de in de overeen komst opgenomen bepaling, dat ook na uittreding van de hoedenzaken, deze 70 percent van de te maken winst aan Avi fauna moeten afstaan, een te geringe waarborg. Een andere aanleiding om een uiteinde lijk faillissement met enige zekerheid te verwachten is de omstandigheid, dat naar het oordeel van terzake deskundigen, we gens de grote schuldenlast een lonende exploitatie niet voor mogelijk moet wor den gehouden. Zelfs het jaar, v/aarin het bezoek het grootst was, leverde verliezen op. De in ongunstige zin gewijzigde conjunctuur heeft het bezoek aan het park sterk doen afnemen. De directie van Avifauna heeft gepoogd nieuw kapitaal aan te trekken. Deze po gingen zijn zonder resultaat gebleven. Óver de „grote mate van bereidheid" van de Maatschappij tot Financiering van het Nationaal Herstel, welke tot uitdrukking kwam in een brief van de Britimij, zulks als antwoord op een verzoek om f 100.000 te willen fourneren, toont men zich in de kringen der crediteuren enigszins gereser veerd. Het is uiterst moeilijk het bezoek dat, gezien de kostbare opzet, massaal moet zijn op peil te houden. De grote uitgaven, welke zijn gedaan voor het doen optreden van populaire orkesten en aan de beplanting van het park, hebben wel de nekslag gevormd voor de eploitatie van Avifauna, dat van het begin van haar bestaan af met grote verliezen te kampen heeft gehad. De to tale schuld bedraagt thans f 725.000. ADVERTENTIE ruwe huid, ruwe handen, ruwe lippen ADVERTENTIE Vooral de laatste jaren komt het nogal eens voor, dat de Kerk haar geluid laat horen over actuele problemen. Zij acht het haar plicht dit te doen. Dezer dagen kregen wij onder ogen een verklaring van het Mo- deramen van de Nationale Raad van Chris telijke Kerken in de Verenigde Staten, die de rol van Amerika op het wereldtoneel onder de loupe nam. Bijna dagelijks kan men in de bladen lezen van stemmen uit de Ver. Staten, die hun visie geven op allerlei vraagstukken. In deze rubriek luisteren we nu eens naar dit geluid vanuit de Kerk. Nadat in de verklaring gewezen is op de positie die de Verenigde Staten in de vol kerenwereld innemen en herinnerd is aan de geweldige morele verantwoordelijkheid, die hierdoor is ontstaan, constateert men, dat men niet ten volle voorbereid is voor deze verantwoordelijkheid, omdat Gods leiding niet ten volle wordt aanvaard. De meningen in Amerika zijn verdeeld. Er zijn mensen die willen, dat het zich terugtrekt, anderen willen juist een actieve buitenlandse politiek, waarmee bedoeld wordt een afzonderlijk optreden. Het on derhandelen met andere landen heeft hun te veel teleurstellingen opgeleverd. Er zijn ook enkelen, die willen dat de Verenigde Staten een „heilige oorlog" zullen beginnen en zo een einde zullen maken aan de koude oorlog door zelf een „hete" oorlog te ont ketenen De Nationale Raad van Christelijke Ker ken in de Verenigde Staten roept alle bur gers op om dergelijke voorstellen te ver werpen. Zij zijn wordt gezegd zede- Moeder nam Pappie even er dan maar wat anders op ET vorige jaar hadden de kinderen de vinden! Langer konden ze niet opmerking gemaakt, dat Sinterklaas wachten. Dus: bericht aan de zoveel op pappie leek en daarom moest er kinderen, dat Pappie Sinter- ditmaal een andere Sinterklaas komen, klaas nou maar zou gaan zoe- Moeder had aan oom Bernhard gedacht, ken. Pappie trok zijn overjas Het was net iets voor hem, en je moest aan en ging kwansuis de straat zo'n eenzame oude man toch ook eens iets op. Maar na een kwartiertje gunnen. - daar trad Sinterklaas bin- Inderdaad was het iets voor oom Bern- nen> de Sinterklaas die zo op hard. Zijn droefgeestige ogen lichtten op. Pappie lijkt. Hoe jammer, dat toen de post hem de uitnodiging bracht. Pappie nu juist er op uit was Hij had weinig vertier in zijn bestaan als om Sinterklaas te zoeken en gepensionneerd ambtenaar bij de griffie. dat hij dus de visite van de De vrolijke studentenjaren lagen als een Goedheilige misliep vage herinnering mijlenver achter hem, en in het villadorp waar hij zijn pensioen jnmidDELS was de echte verteerde, was het alles koekoek eén zang. 5 c. Maar nu stuurde zijn zuster hem geld om s uit zijn ïmpas- een costuum te huren en daarmee per taxi f. verIost' Een ^ee*\ waaun" naar het naburige stadje te gaan, waar zij f ten had met de ontvanger getrouwd was. Zo had gestopt Toen hij een genoegelijke avond in 't zicht en de dne studenten, die m een jolige feeststemming verkeerden, daar veel jongere commilitones. Zij vonden Sin terklaas een fidele vent. Wat een bof, dat ze hem juist vanavond hadden opgepikt. opgetuigd met de traditionele attributen, J stapte hij in de auto. u °PJe. "herbergzame heirweg de .J baarlijke Sinterklaas opmerkten, konden - - - Het was naargeestig Decemberweer, een ze wel niet anders doen dan zich over de Hoe waren de drie van de jeep eigenlijk druilige motregen benam het gezicht op heilige ontfermen. Ze waren op weg naar aan hem gekomen? de maan, die maar met door de bomen een fuif en die fuif was toevallig in het_ wou schijnen. Het wegdek was glibberig ze]fde stadje waarheen sinterklaas op weg m °r BeSnh£rS VOOr' dat de was' Met luidruchtig vreugdebetoon werd hÏ L ^-l+0nrUSilg ree^- Telr ens wan"eer de Goedheilige met baard, mijter, staf al in het voertuig gehesen, waar hij met en, v as de passagier opgelucht, dat er ppn wpi 7PPr nncrpripfiuk-p ninatc uonnonon r> i- j een wel zeer ongerieflijke plaats genoegen t t - WfS' m Befnhard moest nemen. Zodra de jeep zich in bewe- X>wnJ^LllVSn 9 ei ma tG Z1Ch had gezet, begon voor Sinterklaas een gauw ongerust Zijn voorpret was over en nieuw lijden Met gekromde rug zich buk_ zijn witte baard maskeerde nauwelijks de kend onder de Iinnen k en de ijn ver_ bedenkelijke trekken van zijn gelaat. bijtend, die zijn zitvlak onder het hotsen Plotseling maakte de taxi een rare zwaai en botsen veroorzaakte, voelde hij zich en met piepende en knarsende geluiden bovendien wat onwennig in dit uitgelaten remde zij midden in de volle vaart, zodat gezelschap, waartussen hij opgevouwen de bisschopsmuts tegen de tussenruit zat als een gebraden haan in een conser- bonkte en het karton een lelijke deuk venblikje. kreeg. De staf bibberde Sinterklaas in de De gedachte, dat hij nu in elk geval hand en een angstkreet ontsteeg aan de spoedig en niet VGel te laat het huis wollige lippen. Maar daar opende de chauf- van zijn zuster bereiken zou, 'deed Oom eur reeds het portier met de geruststel- Bernhard deze netelige positie vergeten, ende mededeling, dat er niets aan de hand Hjj herademde, toen het primitieve voer- was Er was alleen maar iets gebroken, zo- tuig stopte en zijn medepassagiers hem dat de wagen met verder kon. Hij zou moe- hielpen bij het uitstappen.Maar hoe vreemd ten worden weggesleept naar de naastbij- keek hij op toen de woning) waarv0or de zijnde garage en Meneer zou maar moeten jeep stiisiond, niet het huis van zijn zuster zien, hoe hij op eigen gelegenheid de reis was. De deur ging open en een feestelijk wilde vervolgen. jjcht straalde naar buiten. Er klonk gejuich „U kunt hier gemakkelijk een lift vin- en gelach. denJ',\ ZGi de chauffeur- »Eet is een drukke Voordat Oom Bernhard wist wat er eigen- vv(l?' lijk gebeurde, voelde hij zich onder de arm Daar stond dan Sinterklaas met gedeukte genomen door twee krachtige vuisten, die mijter en droef neerhangende staf als een hem ondersteunden, terwijl hij de trap bedelaar aan de berm. Kouwelijk sloeg hij naar boven werd opgedragen, de rode bisschopsmantel om zich heen en >>Maakt p]aats jongens, voor Sinterklaas met het gebaar dat de chauffeur hem ge- in eigen persoon!" klonk het uit de mond S t n 'J, dÜ VOOr4blJ?neIlende van een der studenten. En onder het ge- tot een afonkelendSmisStgordUn werd door „am dTvroljjkf"brat* de* GoedheXge^in Pei> l06n een zonderling gejoel z«n oor de schijn van een koplicht, hief hij zijn ^middenop Goedheilige in trof. Het werd luider en ,uider ,„rnl arm als een smekeling op. Maar de rijders oe warmte van de kachel, de geur van alIer^aal, aast ?,m 2? hun punch en de feestelijke aanblik van lam es fr 1J av°nd;ie e bereiken. En de arme pions en dennegroen, waartussen jeugd- Sint stond daar maar als een potsierlijke frisse jongens en lieftallige meisjes zich nana wijzer. ongedwongen bewogen, verwekten bij de kouwelijke gast een behaaglijke stemming. Na de eerste feestdronk, met een grappige toespraak op hem uitgebracht, was heel HET was reeds lang over zeven het zijn mieserige gevoel geweken. Lang ver- afgesproken uur, want men wil het met geten herinneringen aan zijn eigen studen- kleine kinderen riiet te laat maken en tentijd borrelden op in zijn brein en zijn nóg ontbrak de hoofdpersoon van het feest, hart werd gaandeweg week van zoete ge- De Sinterklaasliedjes waren al enige ma- voelens. Ook hij ging speechen, vergetend len op de gramofoon afgedraaid en door de dat hij Sinterklaas was, hetgeen hem ech- Toen een meisje van het gezelschap deze vraag aan haar buurman deed, en Oom Bernhard haar woorden opving, kromp hij eensklaps ineen bij de gedachte, hoezeer hij zijn zuster en haar. man had gedupeerd door hier in dit leutige milieu te blijven hangen. Het besef hiervan ontnuchterde hem; de fonkelende oogjes boven de witte baard werden glazig en tuurden onzeker naar het plafond. „Het spijt me, dames en heren, maar ik moet weg!" hakkelde hij. „Ik heb mijn plicht als Sinterklaas schandelijk verzuimd. Maar beter later dan nooit! Nog één dronk op uw aller welzijn ten afscheid...." „Daar ga je, Sinterklaas! Dat hij leve! Three cheers voor Sinterklaas! Hiep-hoü" „Weet je wat: we brengen Sinterklaas met z'n allen thuis!" riep een van de jon gelui. Dit voorstel vond bijval, en spoedig zag het' stadje een eigenaardige optocht door de straten marcheren. Vooraan stapte, een beetje wankel op zijn benen, de Goed heilige, aan weerszijden geschraagd door een van de lieftallige meisjes, die hem vast omarmden. Een lange slungel daar achter droeg de staf hooggeheven en een cordon zingende feestvierders omgaf deze vaandrager. Zwaaiend en dansend bewoog deze bonte schaar zich in de richting van het ontvangershuis. lijk verkeerd en ondermijnen positieve po gingen om te komen tot een wereld waar meer gerechtigheid en vrede heerst; mis schien ook vernietigen zij dergelijke pogin gen volkomen. Zij, die dergelijke voorstel len doen, vergeten dat God de mens niet geschapen heeft als eenling maar in ge meenschap met anderen. Eenheid van mensheid Als Christenen aldus de Amerikaanse kerken geloven wij in de wezenlijke eenheid van de mensheid onder een God, die voor een ieder zorgt. Wij geloven, dat ieder volk voor God rekenschap moet af leggen en mede verantwoordelijk is voor de welvaart van andere volken. Wij drin gen er bij de Verenigde Staten op aan om de steun aan de Verenigde Naties en aan de met haar verbonden organen voort te zetten en te vermeerderen, al erkennen wij dat iedere waarlijk internationale samen werking een zekere beperking van de na tionale vrijheid van handelen met zich brengt. Alle burgers worden aangespoord om de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens te bestuderen en er voort durend naar te streven dat de principes van deze Verklaring met het gehele volks leven worden verweven. Alle inspannin gen van de Verenigde Staten voor het ver krijgen van betere politieke, economische en sociale rechten in de wereld zullen steeds te lijden hebben van beschuldigingen van schijnheiligheid zolang men deze rechten niet in Tiet eigen land beter gewaarborgd heeft. De kerken geloven, dat deze rechten voortvloeien uit de erkenning, dat ieder mens voor God gelijke waarde heeft. Onontwikkelde gebieden Zij steunen de Verenigde Staten in het program van economische en technische steun aan onontwikkelde gebieden in de wereld. De mensen, die in het kader van dit program naar het buitenland worden gezonden, moeten niet alleen technische bekwaamheid bezitten, maar ook de geest, waarin de steun is gegeven. Wanneer een dergelijke steun beter verleend kan wor den door de Verenigde Naties dringen de kerken er op aan dat dit dan inderdaad zal gebeuren. Zij zijn van mening, dat deze steun aangevuld moet worden met lenin gen en kapitaalinvesteringen van buiten af en vanuit de gebieden aan welke hulp wordt geboden. Zal deze economische en technische steun waarlijk aan haar doel beantwoorden, dan acht men het gewenst dat zij vergezeld gaan van een meer effi ciënte verkaveling van de grond. Wanneer de Verenigde Staten militaire steun aan het buitenland verlenen, wordt er op aan gedrongen, dat er hierbij voor gezorgd wordt, dat het streven naar vrijheid en gerechtigheid niet wordt tegengegaan. Gaven van God Millioenen van onze medemensen, wordt verder gezegd, zijn vluchtelingen, die geen tehuis meer hebben. Een groot aantal van hen moet in staat worden gesteld een nieuw leven te beginnen. Met de grote macht en de geweldige bodemrijkdom van de Ver enigde Staten mag niet slechts datgene ge daan worden wat de bevolking behaagt. „Het zijn gaven van God en wij zijn aan God en aan onze medemensen rekenschap verschuldigd hoe wij deze gebruiken. Laten wij deze grote verantwoordelijkheid met deemoed en onbevreesd op ons nemen, ge dachtig aan het woord van onze Heer: „Van een ieder, wien veel gegeven is, zal veel geëist worden." Aan duidelijkheid laten deze woorden niets te wensen over. De kerken in de Ver enigde Staten bewijzen met het afleggen van deze verklaring, dat zij begrepen heb ben, waar de Kerk heeft te staan, n.l. daér waar problemen om een oplossing vra gen en waar nood is, die gelenigd moet worden. ADVERTENTIE Generaal Hoyt S. Vandenberg, chef-staf van de luchtmacht van de V.S., brengt een bezoek aan het front in Korea. gelegd en vervangen door zijn pyjama. Hij stond juist op het punt in bed te stap pen, trof. Het werd luider en luider en zwol aan tot een koor, dat voor de deur van zijn woning de Sinterklaasliederen aanhief. Met schrille en vaak onvaste stem drongen de bekende wijzen tot in de slaapkamer door. De kinderen, die na de spanning van de avond de slaap niet konden vatten, werden er wakker van. „Ze bellen hier!" fluisterde moeder met schrik. „Stil laten bellen!", antwoordde pappie. Maar zijn manlijke stem beefde. Hij hield niet van herrie. En wat moest dit lawaai voor zijn huis? Het bellen werd zo hardnekkig, dat ongeduldig wachtende kinderen zonder ter op" luidruchtige wijze aan het verstand onbewu^lan^ S? geestdrift meegezongen. Moeder had maar werd gebracht. Toen nam hij vrede met de kpprdp hii eens van het lekkers gepresenteerd en uit rol, die hij tegen wil en dank op zich had de chocoladeketel geschonken, om de tijd moeten nemen, en spoedig gevoelde hij om te krijgen. zich één met het feestvierend gezelschap. „Ik begrijp er niks van!" mompelde Pappie. student geweest, en onder de invloed van Het werd half acht, het werd achtuur, hetgeen hij hier te genieten kreeg, ver- nóg geen Sinterklaas! De kinderen begon- anderde hij allengs van een gepensionneerd nen te dreinen. Kregen ze nou hun ca- ambtenaar bij de griffie in een corpsbroe- deautjes nog altijd maar niet? rW J j-==- Haarlem ADVERTENTIE C DDE Q NATIONALE PRODUCTEN LimEO VAN.^RELOhAAV Verlang, dii, merk van Uw handelaar!. keerde, holde hij verontwaardigd de trap pen af, rukte de huisdeur open en., daar viel Oom Bernhard hem in de armen! ..'t Is we-wel-wat-laat!", prevelde de Bernhard was in zijn tijd een lustig Goedheilige, zich verontschuldigend. „Sinterklaas komt nóóit te laat!", riep een van de belhamels. En onmiddellijk viel de bent in met een koorzang op eigen wijs: .Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas, komt der, die niet minder meedeed dan zijn zo- nóóit en nóóit te laat!" De cementbak, die in de nacht van Woensdag op Donderdag ter hoogte van de stoompontveren in Velsen zonk na een aanvaring met de „Schie" is door de tv.ee ter assistentie geroepen bokken (één van Goedkoop en één van de Amsterdamse Bal- lastmaatschappijgelicht. Toen de tweede bok gistermiddag e maal een strop om het wrak had ge-kreg- kon men de bak in zoverre boven wa t halen, dat het gevaart, dat geladen v; met 150 ton cement, naar het werkhav tje bij de tunnelbouw kon worden ver haald. Daar is de bak voor reparatie aan de grond gezet.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1952 | | pagina 10