Idylle in een P
Voorjaar in de winter
Wettelijke geregelde adoptie
kan veel onrecht wegnemen
GESPREK VAN BAD TOT BAD
Nieuwe uitgaven
Bennebroek
Bloemendaal
Woningbouw in Nederland
Haarlemmermeer
Hoofddorp
Heemstede
Halfweg
Lisse
11
Om het geluk van het kind
Ervaringen in Amerika
De Leerdam is
te koop
Feestelijke bijeenkomst
voor ouden van dagen
Benoeming ouderlingen
Examens helpster
van het Rode Kruis
Kat in de zak
Wens tot opheffing van
veevoederdistributie
Haarlem Lichtstad
op 13 Maart open
Priesterjubilea
Arbeider kreeg blok
staal tegen het been
WOENSDAG 31 DECEMBER 1952
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
Het vraagstuk van. de adoptie het aannemen van kinderen met het doel deze geheel
als eigen kinderen op te voeden een aangelegenheid, die in alle Europese landen,
tehalve Nederland en Portugal, wettelijk geregeld is, begint thans weer actueel te
worden. Bij de behandeling van de begroting van Justitie in de Tweede kamer werd
Hierop van verschillende kanten de aandacht gevestigd en minister Donker heeft
doen weten, dat een wettelijke regeling van deze kwestie eventueel niet zal behoe
ven te wachten op de totstandkoming van het nieuwe Burgerlijk Wetboek. In af
wachting van deze regeling kan het nuttig zijn de gevolgde praktijk in het buiten
land eens in ogenschouw te nemen. De keus valt daarbij op Amerika, waarvan alle
43 staten een eigen adoptiewet hebben. De desbetreffende wetten vertonen onder
ling grote verschillen. Bij adoptie zijn er drie belanghebbenden: de natuurlijke
ouders, het kind en de pleegouders. Adoptie mag slechts geschieden, indien zij tegen
over ieder van deze drie partijen rechtvaardig en verantwoord is. Men kan er dus
nooit lichtvaardig toe overgaan. Vóórdat adoptie geschiedt, moeten de pleegouders
het kind een zekere tijd in hun huis verzorgd hebben. Gedurende die periode kunnen
de natuurlijke ouders en de pleegouders er nog eens goed over nadenken, of zij het
kind inderdaad willen afstaan, respectievelijk aannemen. In de meeste Amerikaanse
staten zijn dan ook proeftijden voorgeschreven. Deze variëren van drie tot twaalf
maanden.
In Amerika wordt algemeen verdedigd,
dat adoptie via vakkundige bemiddelings
organen dient te geschieden. Enkele staten,
zoals Californië, zijn zó ver gegaan, dat zij
het verlenen van bemiddeling zonder ver
gunning verbieden en strafbaar stellen. Ook
advertenties, waarbij kinderen aangeboden
worden, zijn daar niet toegestaan. Hierdoor
wordt vooral ook de bemiddeling uit winst
bejag bestreden. In Amerika worden soms
grote bedragen voor een baby betaald, een
enkele maal zelfs 2000 dollars. Meestal zijn
het de tussenpersonen, die het geld opstrij
ken en ontvangt de moeder slechts een
klein deel. Soms worden haar de kosten
der verloskundige hulp vergoed Vaak ook
ziet de ongehuwde moeder via deze zwarte
handel kans op snelle wijze afstand te doen
van haar kind en zich zodoende onder
de door haar zo begeerde geheimhouding
uit een moeilijke situatie te bevrijden.
De erkende instellingen zijn er niet op
uit zóveel mogelijk adopties tot stand te
brengen. Daar heeft men begrip voor de
problemen der ongehuwde moeder. Het
moederschap brengt haar financieel en
maatschappelijk in grote verlegenheid.
Onder de druk der omstandigheden komt
zij er gemakkelijk toe afstand te doen van
haar kind. Maar wanneer haar lichamelijke
krachten na de bevalling geleidelijk terug
keren, voelt zij zich ook geestelijk beter
tegen de moeilijkheden van het leven op
gewassen. Dikwijls is zij van haar kind
gaan houden en wil er geen afstand meer
van doen. Daarom moet haar de tijd gegund
worden om een weloverwogen beslissing te
nemen. Met de ongehuwde moeder worden
openhartig alle consequenties besproken,
welke voor haar en het kind uit wel en niet
afstand doen voortvloeien. Op haar wordt
geen enkele pressie uitgeoefend, in welke
richting ook. De erkende instellingen laten
het kind eerst lichamelijk en geestelijk
onderzoeken. Over het algemeen komt
alleen het volkomen normale kind voor
adoptie in aanmerking. Toch gebeurt het,
dat ook een ziekelijk kind geadopteerd
wordt door pleegouders, die welbewust een
extra risico willen nemen. Niet in de laatste
plaats worden de belangen van het kind
door de instellingen behartigd. Het wordt
niet gegeven aan de eerste de beste pleeg
ouders, die daar om vragen. Eerst wordt
een onderzoek ingesteld naar de candidaat-
pleegouders. Deze moeten voldoende mid
delen bezitten om het kind een goede ver
zorging en een behoorlijke opvoeding te
kunnen geven. Even onontbeerlijk is een
goede huiselijke sfeer. Men streeft er steeds
naar het kind te plaatsen in een liefdevolle
omgeving, waar het een zonnige jeugd
wacht.
Onbeschermd
Volgens de gegevens van, het Centraal
Bureau voor de Statistiek werden in Ne
derland op 1 Mei 1947 68810 kinderen door
pleegouders verzorgd en opgevoed. In ons
land heeft echter de verhouding pleeg
ouders - pleegkind geen wettelijke basis.
Alle plechtige beloften van de natuurlijke
ouders, dat zij het kind voor goed wensen
af te staan en nooit zullen terugeisen, zijn
juridisch van nul en generlei waarde. Wel
geeft de Nederlandse wet een zwakke be
scherming aan de pleegouders. Op hun ver
zoek kan de rechtbank een ouder of voogd
uit de ouderlijke macht of voogdij ontzet
ten wegens: „het bestaan van gegronde
vrees voor verwaarlozing van de belangen
van het kind, doordat de ouder of voogd
het kind terugeist of terugneemt van ande
ren, die deszelfs verzorging en opvoeding-
op zich hebben genomen." De hier om
schreven begrippen zijn rekbaar en geven
weinig houvast. Veel, zo niet alles, is hier
aan het ooi-deel van de rechter overgelaten.
Dat pleegouders van een en ander geen
hoge verwachtingen moeten koesteren,
moge blijken uit het volgende voorbeeld
uit de praktijk, ontleend aan het Tijdschrift
voor Maatschappelijk Werk. Een getrouwde
vrouw bracht bij kennissen een onwettig
kind ter wereld. Zij liet het kind bij die
kennissen achter, die er als pleegouders
goed voor zorgden. Anderhalf jaar latei-
stierf de vrouw. Haar man was volgens de
wet vader van het kind en werd dienten
gevolge na de dood van zijn vrouw voogd.
Als zodanig eiste hij het kind op en wilde
het in een inrichting plaatsen, waarheen hij
ook zijn beide andere jonge kinderen had
gebracht. De voogdijraad achtte dit niet
verantwoord en verzocht daarom de recht
bank de vader uit de voogdij te ontzetten.
De rechtbank oordeelde, dat onderbrenging
in een inrichting niet in het belang van het
kind was. Hoe goed deze inrichting ook
voor het kind zou zorgen, zij zou toch nooit
datgene kunnen geven, wat het kind bij zijn
pleegouders genoot. De rechtbank ontzette
de vader uit de voogdij en benoemde de
pleegvader tot voogd. De vader ging echter
in hoger beroep. Het gerechtshof achtte
Het 881.5 bruto registerton metende s.s.
„Leerdam" van de Holland Amerika Lijn
is in Londen te koop aangeboden. Het had
in ons land geen certificaat van zeewaar
digheid meer gekregen.
De Leerdam wordt vervangen door het
door de Holland Amerika Lijn aangekochte
Panamese victcryschip Hassan. Dit schip
ligt voör het aanbrengen van verbeterin
gen bij de Rotterdamsche Droogdok Maat
schappij. Verwacht wordt, dat het schip,
dat „Appingedijk" zal worden genoemd,
over vier weken in de lijndienst zal wor
den opgenomen.
blijkbaar geen „gegronde vrees voor ver
waarlozing van de belangen van het kind"
aanwezig en maakte de ontzetting onge
daan.
Het gevolg van de huidige bepalingen is
een voortdurende strijd om het kind. Pleeg
ouders, die de weg weten in de doolhof dei-
wettelijke voorschriften, zullen soms als
overwinnaars uit de strijd komen, maar
lang niet altijd. Er zijn echter vele pleeg
ouders, die de weg naar de rechter niel
Kennen. Zij ontfermen zich over een kind
zonder er aan te denken, dat het hun later
wel weer eens ontnomen zou kunnen wor
den. Liefdevol brengen zij het kind groot
en dan komt plotseling de vader of moeder,
die het kind nu wel weer wil hebben. In die
gevallen wordt een groot onrecht bedreven
tegen de pleegouders.
Al deze misère kan voorkomen worden
door een adoptiewet, die de natuurlijke
ouders beschermt tegen overijlde afstand
en de pleegouders tegen terugvordering, en
die boven alles rekening houdt met de be
langen van het kind.
Doktersdienst voor morgen
De Zondagsdienst voor artsen wordt op
1 Januari 1953 waargenomen door dr. P. v.
Aalst, Rijksstraatweg 41, tel. K 2502 300.
Van heinde en ver uit de gehele gemeen
te Bloemendaal, van Vogelenzang tot Bloe-
mendaal-Noord, maar ook uit Overveen en
Bloemendaal-dorp, werden Dinsdagmiddag
ongeveer honderd ouden van dagen met
particuliere auto's naar het Jeugdhuis aan
de Donkerelaan te Bloemendaal gebracht.
Hier werd een bijeenkomst gehouden door
het Comité voor Ouden van Dagen, in het
bijzonder bestemd voor de mensen van
zeventig jaar en ouder, die anders er nooit
uitkomen.
Het succes van deze feestmiddag komt
voor het grootste deel voor rekening van
een actief dames-comité uit de burgerij,
dat niets naliet om deze middag voor de
oudjes zo gezellig mogelijk te maken, met
veel tractaties uiteraard, en een cabaret
programma dat onder leiding stond van
de heer Jos. van Gorp.
Diens amateurgezelschap bestaat uit
enkele leden van het na de bevrijding op
gerichte en in 1948 weer opgeheven caba
retgezelschap „Het dorpsplein Overveen".
De leider van het gezelschap, de echtparen
C. Paardebek-Polak en N. Roozen-van der
Laan en de dames N. R. en S. Janssen
brachten tal van aardige .sketches, liedjes
en andere plezierigheden ten tonele, waar
mee de oudjes zich kostelijk hebben gea
museerd. De heer J. Rozekrans was de
begeleidende pianist en werd in de inter
mezzi op vaardige wijze vervangen door
mevrouw M. de Vries-Rabbie, die de aan
wezigen met populaire wijsjes uit volle
borst liet' meezingen.
Evenmin onvermeld mag blijven de
voordracht van één der ouden van dagen,
de heer J. Hoffman uit Oveiveen, die zich
ondanks zijn achtentachtig jaren uitste
kend van die taak kweet. Een onlangs in
Bloet\endaal gevestigde bonizaak had ze
ven fraaie bontartikelen geschonken, die
enkele der aanwezige dames bij loting toe
vielen.
Mevrouw A. C. den Tex-baronesse Ben-
tinck van Schoonheien, die de gasten eerst
had welkom geheten, heeft zich aan het
einde van de middag hun tolk gemaakt
bij het bedanken van het gezelschap, het
geen van een stoffelijk huldeblijk verge
zeld ging. Dank ging eveneens uit naar de
Bloemendaalse bloemenzaken, die voor de
versiering hadden gezorgd, en naar een
drietal grote bedrijven (Droste, Union en
Albert Heyn), die de tractatie hadden mo
gelijk gemaakt. Daarna werd nog een film
vertoond, gemaakt tijdens één der zomer-
uits/apjes, waarop vele aanwezigen zichzelf
konden herkennen.
Boer Ramp in Vijfhuizen is de trotse eigenaar van dit welgeschapen schaap, dat haar
baas Zaterdag voor de tweede maal dit jaar verblijdde met een paar leuke en kern
gezonde lammetjes. „Zo vroeg heeft hier nog nooit een ooi geworpen", onthulde Ramp
ons, terwijl hij zijn „beest" beloonde met een extra-portie krachtvoer. Maar de
schapenmoeder had voorshands meer belangstelling voor haar kroost, dat hier, in
de armen van de knecht Arie Boklander, welwillend voor de fotograaf poseert.
Kleine Jan Ramp heeft het tweetal inmiddels al geannexeerd als speelgenootjes.
Bij de onlangs in de wijkgemeente Bloe
mendaal van de Hervormde Gemeente ge
houden verkiezing van ouderlingen wer
den gekozen de heren F. Faber te Bloe
mendaal in de vacature J. N. Stoppel
steen en dr. ir. H. G. Geerlings te Sant
poort in de vacature H. Wijgerse. Beide
ambtsdragers hebben hun benoeming aan
vaard.
Geen artsendienst
De eerste Januari geldt voor de artsen in
Bloemendaal-dorp niet als Zondag, zodat
men op die dag zo nodig de hulp van elk
der drie artsen kan inroepen.
Twee van de drie wijkverpleegsters zijn
op Nieuwjaarsdag aanwezig. In Overveen
zuster J. van Dijk, Bloemendaalseweg 307,
Overveen, telefoon 12698. b. g. g. 14424 en
voor Bloemendaal zuster J. J. M. de Bruin.
Platanenlaan 10. Bloemendaal, telefoon
25769, b. g. g. 10920.
De apothekersdienst voor Overveen,
Bloemendaal en Santpoort-station wordt in
spoedgevallen verzorgd door de Bloemen
daalse Apotheek (mej. J. M. E. Reyers),
Bloemendaalseweg 85, Bloemendaal, telefoon
22181. Ook is geopend Apotheek De Wilde,
Broekbergenlaan 42, Santpoort-dorp, tele
foon K 2560 8284. De Nieuwjaarsdienst
geldt eveneens voor de avond- en nachtdienst
tot Zaterdag 10 Januari.
Het hoofdbestuur van het Nederlandse
Rode Kruis had examinators aangewezen die
in Badhoevedorp en Hoofddorp examen af
namen voor Rode Kruishelpsters 2e en 3e
klas.
Van het detachement Hoofddorp slaag
den: 2e klasse helpster M. van Dam en C. W.
van Nieuwenhuis, 3e klasse met aantekening:
A. J. de Bakker: 3e klasse helpster: E. J. van
Herwijnen, W. M. RoodStoelers. K. Schoen
makers, H. E. Versteeg en C. P. Vervloed.
Van het detachement Badhoevedorp-Slo
ten de dames: 3e klasse helpster: Ch. Bie-
reau, G. Hijstek, J. KemmingWater, Ch.
Middendorp—Demaat, R. Munnik—de Boer,
N. Schindeler, F. TimmanScharrighuizen.
(Van een Parijse medewerkster)
P a r ij s, December 1952.
Het badhuis van onze wijk ziet er met zijn frisgekleurde ven
sters, het trappetje met begonia's en geraniums langs de leu
ning en zijn keurig onderhouden tuintje met fonteintje en
goudvissenvijver zó vriendelijk en coquet uit, dat ik, en mét
mij alle andere buurtgenoten, er iedere week weer heen ga met
een vernieuwd plezier. Een plezier waardoor het gemis aan
voldoende eigen sanitair, dat ik overigens met zeker 80 der
Parijzenaars delen moet, voor een ruim part wordt gebalsemd.
De directrice van dit badhuis, een dame van middelbare leef
tijd, maakt een al even propere en innemende indruk als heel
haar etablissement, en wanneer ze, omringd door haar opge
poetste kooien met kanariepietjes en merels, ons zo, pronkend
achter haar monumentale kassa, persoonlijk weer (elke Za
terdag) met haar liefste glimlach verwelkomt, dan zou je wel
een bijzonder snibbige juffer moeten wezen om niet met vreugde
die vijfenzeventig francs op haar toonbank te deponeren, de prijs
waarvoor ons de toegang tot één harer badcellen wordt verleend.
Toch zou ik er vermoedelijk
niet zo gauw toe gekomen zijn
deze voortreffelijke vrouw en
haar nuttige instelling hier ter
sprake te brengen, als ik dank
zij haar, deze week niet een
avontuur had meegemaakt dat
ik u beslist niet mag onthou
den.
Ik weet niet of iemand zich
al eens aan een wetenschap
pelijke verklaring heeft ge
waagd. van het verschijnsel
dat zovele mensen in een bad
of onder een douche tot een
onbedwingbare neiging wor
den verleid hun stembanden
te doen trillen, maar hoe dat
dan ook zit: de cel naast mij
was die bewuste dag bezet
door een dame die door die
weldadige warme waterstraal
wel tot haar hoogste lied ge
dreven werd. Een nog al zeer
sentimenteel lied bovendien,
waarin veel sprake was van
eenzame Zondagen, verbroken
verlovingen, en van brandende
kussen die tot het verleden
behoorden. Zó smachtend
klonk haar zang, dat een heer
die zich in een belendende cel
aan 't reinigen was, er onmo
gelijk ongevoelig voor kon
blijven en daarom zijn buur
vrouw uitdrukkelijk zijn be
wondering betuigde zodra
haar lied was verstomd.
„Wat een verrukkelijke
stem heeft u", riep die man
geestdriftig uit, „zoudt u dat
liedje niet nog 's voor me wil
len zingen?"
Nu, dat wilde die dame
best, en toen ze haar romance
had herhaald werd ze door
een klaterend applaus van
heel het badhuisauditorium
uitbundig en verdiend be
loond. De heer die haar tot
deze bissering had bewogen,
beschikte nu blijkbaar over
voldoende overmoed om een
dialoog met zijn buurdame te
entameren, een dialoog die zo
luid gevoerd werd, dat geen
woord er van ons andere bad
gasten kon ontgaan. Zoals dat
een net heer betaamt, begon
hij met zichzelf voor te stel
len.
„Mijn naam is Jacques", ver
klaarde hij openhartig, „en
hoe heet u?"
„Raadt u maar 's," was 't
speelse antwoord en daarop
volgde een lange reeks van
Franse meisjesnamen, die bij
het woord „Jeannette" door
een hoog gilletje uit de
douchecel van de zangeres
"'■d onderbroken.
„Ja, ik heet Jeannette," zo
klonk 't opgetogen, „maar al
mijn vrienden noemen me Kiki
en dat moet u dus óók maar
doen".
Het gesprek werd nu op nog
wat onverstoorder toon voort
gezet, en geanimeerd werden
van beide zijden van het
muurtje inlichtingen uitge
wisseld over kleur van haar
en ogen, omvang van handen
en voeten, taillebreedte en
lichaamsgewicht en nóg di
verse andere bijzonderheden.
Belofte
Vooral Kiki bleek uiterst
mededeelzaam en wanneer je
al die détails, die ze zelf met
zo luide stem over het eigen
voorkomen verstrekte, teza
men voegde, dan vormde zich
daaruit het beeld van een
vrouw die zeker met succes
aan het strengste schoonheids
concours deel had kunnen ne
men. Geen wonder dat vooral
Jacques van dat belofterijke
visioen merkbaar onder de in
druk geraakte en er zo op
staande (en blote) voet toe
kwam zijn buurvrouw voor te
stellen na afloop van de was-
partij de kennismaking te ver
diepen door middel van een
tochtje in zijn auto door de
stad. Een bioscoopje voor de
zelfde avond werd in één
adem ook nog even in het
vooruitzicht gesteld. Kiki ging
op al die proposities alvast
gretig in, maar wilde toch ook
nog wel een paar nadere in
formaties hebben.
„Draagt u een baard?"
moest ze nu weten.
„Wat dacht u nü", riep
Jacques ontsteld, „maar ik heb
wèl een snorretje. Een heel
smal en fijn kneveltje", zo
preciseerde hij niet zonder
enige merkbare trots.
„Hmmm", klonk 't nu weer
uit de andere cel, alsof made
moiselle Kiki daar iets on
vergelijkelijk verrukkelijks
proefde.
„Bent u dokter", gilde ze nu
weer, zonder dat die vraag
door enige aanwijsbare aanlei
ding gemotiveerd kon worden.
„Nee, ik ben musicus en dat
is niet helemaal 't zelfde", ant
woordde Jacques met een
nogal overbodig commentaar.
Maar medicus of muzikant,
dat was de baadster blijkbaar
om het even, en nu hief ze
een nieuw en veel vrolijker
.ied aan, waarin de blijde char
mes van een liefde op de eer
ste aanblik met vurigheid be
zongen werden.
Voor geen geld had ik na
tuurlijk de gelegenheid willen
ontlopen Kiki en Jacques, na
alles wat ik uit hun monden
had gehoord, ook met mijn
eigen ogen te aanschouwen, en
daarom spoedde ik mij naar
buiten, met de bedoeling in
het aangrenzende cafétje hen
beiden op te wachten. Toen ik
de deur achter me dichttrok
hoorde ik, na een vluchtige
groet voor de directrice, nog
juist hoe monsieur Jacques
met een „quelle voix ado
rable!" uiting aan zijn opper
ste ontroering gaf.
Na een kwartierje wachten
zag ik een dame en een heer
het badhuis verlaten. De heer
voldeed vrij nauwkeurig aan
de beschrijving die Jacques
van zichzelf had gegeven, het
smalle bandleaderssnorretje
inbegrepen. Maar op zijn rein
gelaat was (tegen mijn ver
wachting) geen spoor van ver
rukking te bekennen. Het
drukte eerder een mengeling
van spijt en verontwaardigde
verrassing uit, als van iemand
die zo juist een kat in de zak
had gekocht, een kat, die be
slist géén angora was. En ja,
net een angora kon men Kiki,
dit propje, dat zich daar met
wiebelende pasjes voort
spoedde aan de zijde van die
reer, en dat bovendien de
grens der bakvisperiode al
wel zeer geruime tijd moest
hebben overschreden, dan ook
bepaald héél bezwaarlijk ver
gelijkenZodat ik voor
haar moet vrezen dat er van
de autotrip en 't bioscoopje
wel niet veel meer zal zijn ge
komen.
Tijdens de ledenraadsvergadering van
de Aankoopvereniging Friesland, de CA.F.
te Leeuwarden, deelde de directeur de heer
J. M. Boudewijn mede, dat het veevoeder-
gebruik vergeleken bij het vorige jaar sterk
is vooruitgegaan. Tengevolge van over
heidsmaatregelen zijn de prijzen voor het
krachtvoer naar beneden gegaan. Verwacht
mag worden, dat ook de prijzen voor de
granen deze tendenz zullen volgen. De
directeur uitte de hoop, dat de minister
van Landbouw zal besluiten binnen afzien
bare tijd de distributie van veevoeder op
te heffen. Ook de omzet van meststoffen
bewoog zich in stijgende lijn, hetgeen voor
al van toepassing is op de door de coöpe
ratie zelf gefabriceerde mengmest. Wat het
ruwvoer betreft, de omzet hierin werd door
het slechte weer nadelig beïnvloed. Ge
rekend in guldens steeg de totale omzet in
het afgelopen boekjaar tot 16.350.900.
Fanfaregezelschap „Excelsior"
Hoofddorps Fanfaregezelschap „Excelsior"
zal onder leiding van de directeur, de heer
A. Toornspits op 3 en 10 Januari in „De
Beurs" te Hoofddorp zijn jaarlijkse uitvoe
ring geven.
Het programma vermeldt werken van
Neij, Mozart, Ruh, von Suppé, Joh. Chr.
Bach, M. Dagnelie en H. Nicholls.
Doktersdienst op Nieuwjaarsdag
Op 1 Januari worden de diensten voor
artsen waargenomen door dokter J. G. M. v.
Walsem, Bronsteeweg 32, tel. 38377 en dokter
G. S. Nout. Camplaan 20, tel. 38763.
Wijkverpleging: Zuster P. Mantz, Camp
laan 17.
Geopende Apotheek: Heemsteedse Apo
theek. Binnenweg 98. tel. 38197; Aerdenhout-
Apotheek, Zandvoortselaan 164, tel. 26772.
DOKTERSDIENST
Op Nieuwjaarsdag wordt de doktersdienst
in Halfweg en omgeving waargenomen door
dokter D. A. Rijnders.
DOKTERSDIENST
De doktersdienst wordt op Nieuwjaarsdag
waargenomen door dokter H. A. Holl, Veld
horststraat 50, tel. 3155.
Naar wii vernemen ligt het in de bedoe
ling dat „Haarlem Lichtstad"' en de Flora
1953 in de avond van 13 Maart worden
geopend.
Eerst heeft de officiële opening plaats
van de bloemententoonstelling in de ere-
hal op het Flora-terrein, vervolgens be
geven de genodigden zich per autobus
naar Haarlem, waar zii ten stadhuize door
het gemeentebestuur zullen worden ont
vangen. Bij die gelegenheid zal dan de
verlichting worden ontstoken.
De volgende morgen gaan de poorten van
de Flora dan voor het publiek open.
In de loop van het volgend jaar hopen de
volgende priesters der R.K. Kerk uit Haar
lem en omgeving een priesterjubileum te
vieren:
Pastoor H. J. Ch. Haver, vroeger pastoor
Ie Rotterdam, erekanunnik, thans wonende
in huize Sint Bavo te Heemstede, is op 15
Augustus 55 jaar priester.
De heren J. Nolet, emeritus hoofdinspec
teur van het R.K. lager onderwijs te Be
verwijk en P. Roovers, oud-pastoor van de
parochie H. Joannes de Dooper te Haarlem,
thans wonende te Den Haag, zijn op .16
Augustus 50 jaar priester.
De heren W. M. Bosch, pastoor te Aer-
denhout, J. Th. van Galen, pastoor te
Overveen en G. P. A. van Zuylen, pastoor
te Lisse vieren op 15 Augustus de dag, dat
zij 40 jaar geleden tot priester zijn gewijd.
De heer J. A. van Ettinger, pastoor te
Lijnden (Haarlemmermeer) viert op 2 Juni
zijn zilveren priesterfeest.
Twaali'eneenhalf jaar priester zijn op 7
December de heren C. Bakker, kapelaan te
Heemstede (parochie Valkenburgerplein)
en H. N. M. van der Plas, kapelaan te
Haarlem (Amsterdamstraat).
In de plakkenhal van de blokwalserij
kreeg de arbeider H. H. uit Heemskerk bij
hijswerkzaamheden met behulp van een
magneet een blok staal een z.g. „bloom"
voor de W. O. tegen het linkerbeen.
Met een flinke kneuzing van het boven
been is H. opgenomen in het Rode Kruis
ziekenhuis te Beverwijk.
Een man vecht voor zichzelf door
Tom Lea. Verschenen in de Unicum
reeks, gezamenlijke uitgave van N.V.
Servire en Heinemann, Nederland,
's Gravenhage.
De goede hoedanigheden van het boek, dat
Tom Lea schreef over het leven van de
toreadores in Mexico en de kleurrijke woe
lige omgeving van de arena worden soms
zwakheden, wanneer de auteur de wijd
lopigheid zijner beschrijving de spanning
offert aan het détail. Dat maakt „Een man
vecht voor zichzelf" tot een niet geheel even
wichtig boek. Het ware evenwel onjuist het
op deze grond ongelezen te laten. Lea ver
staat de kunst in de huid van zijn figuren
te kruipen en hun emoties haarscherp te
peilen. De stieren in zijn boeken worden als
bezielde wezens. Zij zijn voor de toreadores
de huiveringwekkende realiteit van het
alternatief: leven of dood. Het is dit alter
natief, dat Lea's boek achtergrond en karak
ter verleent. Fr.
De enge poort door André Gide, uit
gegeven door N.V. Em. Querido's
Uitgeverij. Amsterdam in de Sala
manderreeks.
Van deze door A. H. Nijhoff fraai vertaalde
roman is thans de tweede druk verschenen.
Eigenlijk onbegrijpelijk, dat zulks nu pas
het geval is. De subtiele dichterlijke vertel
ling van Gide verdient een groot lezers
publiek.
Het Heilige Vuur, roman over
Goya, door Lion Feuchtwanger,
vertaald door Alice van Nahuys
(N.V. Em. Querido's Uitgevers
maatschappij, A.'dam. Twee
delen).
In dit geweldig werk, geweldig van om
vang en van hartstochtelijke klank, voert de
schrijver ons door het leven van de schilder
Goya, te beginnen ongeveer bij diens veer
tigste jaar, toen na een hevige ziekte, die
een tijdelijke maar steeds weer opduikende
doofheid nagelaten had, zijn grote periode
aanving en hij zijn gooi naar het machtig
ambt van hofschilder ging doen, tot aan de
voleinding van de „Caprichosals hij zijn
groot schilderwerk „De Reus" zal gaan be
ginnen. Dat was een goede vondst, deze man
niet van de wieg tot het graf te begeleiden,
maar alleen de grote schilder in zijn grote
tijd te laten zien.
Het is verbazend hoe Feuchtwanger kans
heeft gezien in de huid van zijn held te
kruipen. Het boek werd een Goya van kleur
en toets, van verrukking en verschrikking.
Begrijpelijk is dat bij deze werkwijze Goya
zelf het best uit de verf kwam; zijn gedra
gingen en' woorden zijn zoals ze geweest
moeten zijn. Zijn tegenspeelster, de koningin
Marie Louisa, volgt op hem in sterkte. Jam
mer alleen dat harer majesteits idioom som
tijds meer modern plat aandoet dan gedurfd
origineel voor een koningin uit het einde der
achttiende eeuw. De lezer wordt in dit ver
woorde Goy a-schilderij wel herhaaldelijk
vergast op hartige brokjes inquisitiewerk,
met wat gehaspel met zogenaamde dogma's
en aardige bijgelovige trekjes, maar een aan
raking met het ontzaglijk geloof van de
Spanjaard krijgt hij pas uit de aangehaalde,
waarschijnlijk authentieke, brieven van
Soya daar is plotseling nog wat anders
op en boven de aarde dan verpolitiekte
priesters en boze demonen.
Overigens hebben we met een meester
werk te doen, dat aldoor de grote allure van
een groot schilder en een groot auteur weer
spiegelt. Opmerkelijk zijn ook de gedichten,
die de hoofdstukken afsluiten en de wijze
waarop de laatste prozaregels ven elk hoofd
stuk, in steeds gebondener vorm, op deze
poëzie inlopen.
Zestien reproducties naar Goya, uit zijn
verschillende periodes, zetten het werk extra
kracht bij. H. v. Z.
Wereld zonder blanken door Alain
Gheerbrant, uitgegeven door P. N.
Kampen en Zoon N.V. te Amsterdam.
„Wereld zonder blanken" is het verslag
van een Franse expeditie naar het Pasima-
gebergte en de Orinoco-rivier in het Zuid-
Amerikaanse binnenland, waar de grenzen
van Brazilië, Columbia en Venezuela bijeen
komen. Het is een gebied waar alleen In
dianen wonen, stammen, die nooit een blanke
zagen, levend in de duisternis van de jungle,
zich voedend met bananen, wortels en ma
niok en gevaarlijk voor iedereen, die hen
benadert. Naar deze stammen trekken vier
jonge Fransen op weg. Hun leider Alain
Gheerbrant brengt over hun tocht een om
standig verslag uit. Zij verloopt, vooral op
het eind, ongemeen spannend. Haar weten
schappelijke opzet wordt wel eens wat te
nadrukkelijk en uitvoerig omschreven voor
hen, die alleen het avontuur zoeken, maar
de ontdekkingen, die de expeditie doet, zijn
dan ook voor de ethnologie van verrassend
groot belang en het is daarom begrijpelijk,
dat Gheerbrant er zoveel aandacht aan be
steedt. Men komt aan sfeerbeschrijving wel
wat te kort. Er is te weinig beeldend vermo
gen. Dat is een stylistische zwakheid, die
men Gheerbrant graag vergeeft, omdat hij
op de eerste plaats onderzoeker en slechts
dientengevolge be-schrijver is. Hij legt in
ieder geval een wereld voor u open, die gij
anders nooit bij benadering had gekend.
Daarom is zijn relaas er een, dat men eigen
lijk niet mag missen. Fr.
„Schilders van het eeuwige" (Grüne-
wald. Michelangelo, El Greco en
Rembrandt) door dr. Walter Nigg,
met 48 illustraties, vertaling van Rob
Limburg. (Uitgeverij Ploegsma, Am
sterdam)
De Prostestantse theoloog Walter Nigg,
hoogleraar te Zürich, die zich met zijn van
een waarachtig oecumenische geest getui
gend werk „Grote Heiligen" een naam ver
wierf. die zowel in Protestantse als in
Katholieke kringen met bewondering en
liefde genoemd wordt, komt hier uit die
zelfde geest een reeks andere subliemen
onder de mensen belichten. Deze prachtige
en heldere denker spreekt nooit over iets
a nders dan het meest waardevolle, de ver
houding tussen de Schepper en de naar Zijn
evenbeeld geschapene. In hoever het schep
sel zijn Oerbeeld weet te benaderen besprak
hij in „Grote Heiligen", in hoever het schep
sel zijn Oerbeeld weet te verbeelden be
spreekt hij in „Schilders van het Eeuwige".
Zijn inleiding, waarin hij uitvoerig behan
delt hoe de felle epidemie der beeldenstorm
een eeuwen durende verdorring na zich
sleepte in het kunstleven der daardoor ge
troffen landen, is een meesterstukje van
breed en diep inzicht. Wat zijn standpunt
betreft hoe dolend het geestesleven wordt
waar het Teken ontbreekt, is het verbazend
te zien hoe hij hierin bijna gelijkluidend
oordeelt als de beroemde Franse kunstken
ner Abbé Maurice Morel. Moge het sommige
lezers raadselachtig voorkomen als laatst
genoemde het over religieuze kunst heeft
als hij over Picasso praat, niet minder ont
stellend zullen zij het-vinden als Nigg in
dit werk een reproductie van „De geslachte
os" van Rembrandt opneemt. Let echter wat
hij erover schrijft, met als motto een woord
uit „De idioot" van Dostojefski: „Het
godsdienstig gevoel.... men ontkomt er
niet aan, maar men moet over iets geheel
anders spreken".
Dit werk moge ik u nu eens van ganser
harte aanbevelen. Laat u niet afschrikken
door de hoog schijnende prijs, maar bedenk
wat u daarvoor hebt, welk een gegeven en
welk een auteur! Een bezit voor het leven.
H. v. Z.
Schemering over Shanghai door Mao
Tun, uitgegeven door J. Philip Kru-
seman's Uitgeverij N.V., Den Haag.
De derde druk van Mao Tun's karakteris
tiek van het China uit de dertiger jaren is
verschenen. Het boek is deze nieuwste druk
waard. Zelden werd zo scherp de achter
grond getekend van de historische revolutie,
die zich in het verpauperde China voltrok.