Belangwekkende inzending
der Nederlandse regering
air-wick
"•neemt
die
rooklucht
tweg
Johez-operette in de Schouwburg
met „Masker in 't blauw"
Kunstschilder Ben Kamp in Santpoort
ten grave gedragen
Zusters Franciscanessen een eeuw
in het St. Jacobs Godshuis
Huis vol mysterie
.Clowntje Riek
De Flora 1953
Grote belangstelling
voor consumptietenten
Binnenkort tentoonstelling van zijn werk
De entourage van de Flora
Er werd van vijf tot 1447 gulden
geboden
Beverwijk subsidiëert
Haarlems kraamcentrum
„Haarlems Zanggenot"
bestaat 85 jaar
Operette keert terug
met nieuwe gasten
Burgerlijke Stand
Vraag uitsluitend de originele flacon Air-Wick a f 2.40
Voor de kinderen
Eens een gesticht nu een gezin
FEUILLETON
door Jane England
DINSDAG 27 JANUARI 1953
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
Een van de vele paviljoens op de ter
reinen van de Flora 1953 zal een inzending
van de Nederlandse regering huisvesten.
Dit paviljoen zal ingericht worden door
de verschillende afdelingen van het De
partement van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening. De officiële instel
lingen op het gebied van bloemen, bloem
bollen en tuinbouw zullen hun werkzaam
heden daar demonstreren en door middel
van een rijk geschakeerd materiaal toe
lichten.
Het name zal het Laboratorium voor
Bloembollenteelt te Lisse, directeur prof.
dr. E. van Slogteren, door middel van
temperatuurkasten tonen hoe de bloem
bollen lemperatuurbehandelingen onder
gaan, waardoor zij op ieder gewenst tijd
stip kunnen bloeien. Bovendien zal men
kunnen zien, dat, ter bestrijding van
ziekten, de bollen warmwaterbaden krijgen.
Bij de inzending van "het Institutut voor
Tuinbouwtechniek te Wageningen kan men
de diverse werktuigen, installaties en
oogstmachines voor het sorteren en ver
pakken der bollen bewonderen. Iedere bol
vereist namelijk voor de export een be
paalde behandeling, al naar gelang de aard
van het land van bestemming.
Ook het gror.dmonsteronderzoek en de
daarmee samenhangende bemesting, waar
van in eerste instantie de groei van de bol
en de bloem afhankelijk is, vormt uiter
aard een belangrijk onderdeel van de cul
tuur en hoe men hierbij te werk gaat, zal
men kunnen zien in de stand van het Be-
drijfslaboratorium voor Grond- en Gewas-
onderzoek te Oosterbeek.
De voorlichting omtrent de plaats van
het onderwijs in de bloembollenteelt, als
mede het doel ervan hebben de Rijkstuin-
bouwvoorlichtingsdienst en Het Onderwijs
in Bloembollenteelt, in samenwerking met
het Proefstation voor de Bloembollencul
tuur te Lisse voor hun rekening genomen.
De Plantenziektekundige Dienst te Wa-
Niet dikwijls hebben wij de publieke
tribune van het Heemsteedse raadhuis zo
dicht bezet gezien als Maandagochtend,
toen deze letterlijk uitpuilde van gegadig
den voor de diverse standplaatsen op de in
te richten parkeer-terreinen, waar gedu
rende de Flora alcoholvrije dranken, kleine
eetwaren, bloemen, ijs, etc. verkocht kun
nen worden. Vele belangstellenden moes
ten met een staanplaats genoegen nemen
en wij stellen ons voor dat de raadsleden
bijzonder gevleid zouden zijn, wanneer ook
hun vergaderingen door een dergelijke
compacte massa werden bezocht.
De verpachting der standplaatsen ge
schiedde bij openbare inschrijving, welke
voor Maandagmorgen 11 uur gesloten was
verklaard. Precies op de vastgestelde tijd
opende de burgemeester, mr. A. G. A. rid
der van Rappard, de eerste enveloppe,
waarin zich de toegezonden inschrijvings
formulieren bevonden, om de daarin ge
boden pachtsommen bekend te maken.
Een kwartier na het sluitingsuur kwam de
bode mededelen, dat beneden in de hal een
zenuwachtige gegadigde had verzocht zijn
biljet nog te mogen inleveren, omdat hij
zich enigszins had verlaat. De burgemees
ter had hiertegen persoonlijk geen bezwaar,
maar hij wenste uiteraard de regels in acht
te nemen en liet daardoor de beslissing aan
de overige aspirant-pachters over. Zij
gaven evenwel het recht de voorkeur
boven genade, zodat de inschrijving niet
meer werd geaccepteerd.
De door de burgemeester bekend ge
maakte bedragen lokten nog al eens een
gemompeld commentaar van verbazing
uit; niet alleen wegens een soms tamelijk
onverwacht hoog bod, maar ook door een
welhaast minieme som. Zo zag één der in
schrijvers blijkbaar weinig voordeel in een
dergelijke standplaats, want na opening
van de betreffende enveloppe bleek deze
hem niet meer dan slechts vijf gulden
waard te zijn. Daartegenover werd door
een firma uit Apeldoorn voor twee con-'
sumptietenten telkens 1447,— geboden,
waardoor zij als hoogste uit de bus kwam.
De overige inschrijvingen, welke ge
zamenlijk een stapel van respectabele om
vang vormden, varieerden tussen beide
reeds genoemde bedragen en waren uit
verschillende plaatsen van ons land toege
zonden. De formulieren welke uit Heem
stede zelf ontvangen werden, vermeldden
over het algemeen de laagst geboden
pachtsommen.
De gunning der standplaatsen geschiedt
door B. en W. van Heemstede, welk college
de beslissing zo spoedig mogelijk bekend
zal maken.
geningen tenslotte zal op aanschouwelijke
wijze tonen hoe iedere bol voor de export
wordt geïnspecteerd. Als reden voor een
mindere afneming door het buitenland
werd namelijk nogal eens aangevoerd, dat
tegelijk met de bollen ziektekiemen zou
den worden geïmporteerd. Thans staat de
Plantenziektekundige Dienst er voor in,
dat iedere bol, die wordt uitgevoerd, dooi
en door gezond is.
Het ruim vijfhonderd vierkante meter
grote paviljoen, waarin al deze belang
rijke exposities worden gehouden, wordt
speciaal voor dit doel van regeringswege
op de Flora gebouwd en zal reeds door
het aantrekkelijke uiterlijk iedere Flora
bezoeker tot binnentreden noden.
Het Bedrijfschap voor Sierteeltproducten
te 's-Gravenhage zal bovendien op de wa
randa van het Regeringspaviljoen met
spectaculaire overzichten, een vijf meter
grote globe en grote suggestieve foto's,
betrekking hebbend op de kwekerij en de
export, vertegenwoordigd zijn.
In zijn prae-advies op een Beverwijks
raadsvoorstel om het gemeentelijke sub
sidie in incidentele gevallen voor de
kraamcentra te verhogen, deelt het college
van B. en W. dezer gemeente thans mee,
dat het Protestants Christelijk Kraamcen
trum uit Haarlem ook in Beverwijk werk
zaam is. B. en W. stellen voor dit kraam
centrum een subsidie van 114.over
1952 en van 125.voor 1953 toe te ken
nen buiten de eventueel door de raad toe
te kennen bijdragen aan het Witte en het
Wit-Gele Kruis, die eveneens kraamcentra
aan het werk hebben.
„Haarlems Zanggenot" heeft Maandag
avond de gebruikelijke jaarvergadering ge
houden. Uit het verslag van de secretaris
bleek dat het ledental gedurende de laatste
zeven maanden verdubbeld is en de penning
meester kan een gunstiger saldo dan ooit
tevoren laten zien. Op grond van deze heug
lijke feiten durft men het aan nog voor het
begin van de zomervacanties een groot
festival voor koorzang in allerlei vormen te
houden, ter gelegenheid van het 85-jarig be
staan van de liedertafel in Augustus.
Na het bespreken van het op 11 April te
geven jaarlijks concert reikte voorzitter P.
Geerlings aan zeventien trouwe leden fraaie
oorkonden uit, als bewijzen van erkentelijk
heid voor de ondervonden medewerking.
De operettegroep van
de Centrale Johez-
vereniging heeft alle
zeilen bijgezet om de
moderne zangklucht
„Masker in 't blauw"
van Hentschke, mu
ziek van Fred. Ray
mond, voor het voet
licht te brengen. Zij
is er uitstekend in ge
slaagd de dynamische
kwaliteiten van dit
vooroorlogse product
van Duitse amuse
mentskunst uit te bui
ten en op het publiek
te laten inwerken.
Met „Masker in 't
blauw" is het genre
operette echter be
denkelijk op de hel
ling; de traditie van
Offenbach, Strauss,
Millöcker tot en met
Léhar en Fall toe,
Lijkt in dit moderne
stuk een overwonnen
standpunt, zowel wat
betreft de geestige
Voor het eerst in de geschiedenis van de
onder zakelijke leiding van Meyer Hamel
staande Hoofdstad Operette is dit gezel
schap door de grote belangstelling van het
publiek gedwongen de voorstellingen van
een zangspel gedurende de tweede helft
van het seizoen te prolongeren. Het betreft
hier de operette „G'schichten aus dem Wie
ner Wald" (naar een historisch gegeven)
van Ernst en Hubert Marischka met mu
ziek van Fritz Kreisler en Johann Strauss,
die overal in den lande voor uitverkochte
zalen werd vertoond, g.
Ook in Haarlem wordt een tweede reeks
voorstellingen gegeven en wel op 30 en 31
Januari, benevens op Zondag 1 Februari.
Er is een wijziging in de bezetting ge
komen: in plaats van Maria Waldner en
Erich Scholz, die naar het Wiener Stadt-
theater moesten terugkeren, treden nu
Doi'a Paulsen (bekend van het Nelson-
cabaret) en Gerard Muller (vroeger ver
bonden aan het gezelschap van Fritz
Hirsch) in de gastrollen op. De voornaam
ste andere medewerkenden zijn Ruth
Rhoden, Claire Clairy, Marga Graf, Fritz
Steiner, Herman Valsner en regisseur Otto
Aurich. De muzikale leiding is van Fredy
Salten.
ONDERTROUWD: 26 Jan., Th. H. C. de
Vries en Th. Klesser.
BEVALLEN van een zoon: 23 Jan., M. Slag
ter—Choufour; Th. G. Tollenaar—Mudde;
24 Jan., H. SmalDuivenvoorden; A. M. van
der Staaijvan der Burgt; F. E. Hesselman
—Mulder; E. C. de VriesAerts; 25 Jan., C.
E. BijleveldVerkerk; J. Inpijn—Barbie; M.
J. de RidderMerrelaar; H. E. van Tongeren
Tillemans; 26 Jan., Q. H. HubertWitte-
rick; L. van DriestKoper.
BEVALLEN van een dochter: 22 Jan., C.
J. de GierGeerlings; 24 Jan., N. I. van Zan
tenPrins; A. C. JansenBoelhouwer; A. C.
HartogPutman; A. VoogtKuiper; 25 Jan.,
M. van der Horst—van den Nouwland; B.
VredenduinKerkhoven.
OVERLEDEN: 23 Jan., J. G. van Hoften,
44 j., Generaal Cronjéstraat; 24 Jan., J.
Groen, 52 j., Oranjeboomstraat.
ADVERTENTIE
Tabakslucht is geen probleem meer. Evenmin
als keukengeuren, de lucht van ziekenkamers en
van huisdieren. Kortom, alle luchtjes kunt
U prompt verbannen, dank zij Air-Wiek.
Want Air-Wiek bevat o.a. chlorophyl en houdt
Uw woning
altijd fris.
MENSt* f/JNE
der
Intriges als het zangspelkarakter, dat
tot een minimum herleid is. Alles is op
direct effect berekend en wel zo handig
mogelijk. De eerste maten van de orehes-
trale inleiding houden weliswaar de be
lofte in van een goede, tamelijk originele
muziek. Maar het blijkt al gauw een staal
kaart te worden van allerlei stijlen, vlot
door elkaar gemengd: pseudo-jazz naast
herinneringen aan Strauss en zelfs aan
de brave, beschaafde Lortzing. een bril-
lante czardas naast een langoureuze tango
en andere Zuid-Amerikaanse volksmuziek.
Een en ander brengt mee, dat men nu eens
een normaal orkest hoort, dan weer een
soort jazz-band en soms ook een mengsel
van beide. Dit is echter meestal verant
woord door de situatie, bijvoorbeeld het
optreden van een danseres of het verplaat
sen van de handeling naar Zuid-Amerika.
Met dat al is er effect genoeg, maar geen
bindende muzikale lijn, die naar een hoog
tepunt streeft in doorwerkte finales.
Wat er met het werk te doen is, hebben
de regisseur Jan Voogt, de dirigent Joh.
van 't Vlie, de leidster van het ballet
Henny Meijers, met assistentie voor décor
en belichting van H. Voskuilen, zeer be
hoorlijk voor elkaar gebracht. Wanneer ik
als punt van vergelijking de opvoering
neem, die vlak vóór de oorlog door het
gezelschap van het Stadt-theater uit Mün-
chen van „Maske im Bïau" hier gegeven
werd (dus door een goed ingespeeld be
roeps-ensemble) dan mocht deze opvoe
ring door de amateurs van Johez Ope
rettevereniging er heus wezen. De rolken-
nis was voorbeeldig en de spelers bewo
gen zich vrij vlot op het toneel. Dit kon
vooral gezegd worden van Corry Hooff,
Simon Verstraeten en Henk van Brinkom,
het drietal dat de humorloze intrige wat
grappigheid moest bijzetten en daar ook
volkomen in slaagde.
De heide hoofdrollen werden door Tiny
van Zuthem en Paul Steenbakker zeer ver
dienstelijk gespeeld en gezongen. Een goede
karakterrol als major domus gaf
Peter Boks en ook de overige vertolkers:
Frits Conzen, Steef Blaas, Jaap Fuchs, Leo
Steenbakker en Ko Hooff bleken voor hun
taak berekend. Wat samenspel, uitspraak
enzovoorts betreft, heeft het gezelschap
aanzienlijk gewonnen sinds de vorige op
voering, die ik er van bijwoonde.
Een zeer belangrijke rol spelen in het
stuk de balletscènes en het figurerende
koor. Zeer geslaagde hoogtepunten waren
I aldus het optreden van de „girls" in I, de
Fleurig tafreeltje van het leuk gecostumeerde ballet in het
eerste bedrijf van Masker in 't blauw".
verwikkeling
Maxixe in IV (in een aardig en stemmig
décor) en de solodans aan het slot. Dit
aandeel van Henny Meijers droeg niet wei
nig bij tot het effect van de opvoering. De
dirigent Joh. van 't Vlie had de beschik
king over een goed beroepsorkest dat hij
voortreffelijk in de hand had en dat hij
goed in evenwicht hield met de prestaties
op het toneel. De aankleding was prachtig
verzorgd. oUS. DE KLERK
De 19-jarige kroonprins van Japan zal
deze zomer een bezoek aan Nederland bren
gen. De kroonprins zal op 2 Juni de kroning
van koningin Elisabeth in Londen bijwonen.
Daarna maakt hij een reis door Europa,
waarbij ook Nederland zal worden bezocht.
Een groot aantal kunstbroeders
voor het merendeel leden van het
Haarlemse genootschap „Kunst zij Ons
Doel" heeft de vorige week in Driehuis
overleden kunstschilder Ben Kamp
gistermiddag op de kleine Santpoortse
dodenakker „De Biezen" de laatste eer
bewezen.
Namens allen, die het heengaan van deze
begaafde artist niet alleen in artistiek
maar ook in menselijk opzicht als een ver
lies voelden, voerde bij de groeve de hui
dige voorzitter van KZOD, de heer Huib
de Ru het woord. Hij herinnerde er aan,
hoe de overledene meer dan veertig jaar
lid van het genootschap is geweest en hoe
hij als collega geacht en als kunstenaar en
vriend hogelijk gewaardeerd is. „Deze zui
vere figuur hield zich ver van onrecht en
smaad, de argeloze aangedaan en het moet
hem een voldoening zijn geweest, daarbij
zovele vrienden rond zich te weten", zei
de heer De Ru.
Hij deelde mee, dat binnen afzienbare
tijd een tentoonstelling uit Kamp's oeuvre
Wat ging het fijn, met die vlieger!
Hoog in de lucht stond-ie, terwijl Bunkie stevig het touw vasthield. Dat moest wel,
want de vlieger trok flink.
„Laat 'm niet schieten, hoor!", waarschuwde Lumpo. „Want als hij sliep-uit gaat,
zou-ie misschien kapot slaan!"
„Nee, ik pas wel op!", zei Bunkie.
Ze keken allemaal naar de vlieger, die hoog in de lucht zweefde en zachtjes heen
en weer zwaaide op het windje.
„Het is net goed weer voor vliegeren", vond Rick. „De wind is niet te hard en niet
te zacht!"
„Wat staat-ie mooi!", zei Oepoetie. „Die staart is ook zo leuk. En wat zijn die kleuren
prachtig zo!"
Ja, het was leuk speelgoed, zo'n vlieger. En Lumpo was er trots op, omdat ze 'm
helemaal zelf hadden gemaakt.
Toen de vlieger een poos daar gestaan had, vond Bunkie, dat hij nog wel hoger kon.
„Ik zal het eens proberen", zei hij. „Wacht, ik ga nog een eindje hard lopen, dan gaat-ie
nog hoger!"
Met de touwklos stevig in zijn hand holde hij weer een eindje voort over het land. Tel
kens keek hij naar boven, vmar de vlieger nog weer een beetje hoger in de lucht ging.
Maar oweetoen gebeurde er iets. Hij zag niet, dat hij bij de rand van de sloot
kwam, enplons!daar viel hij achterover in het water! 63-64
zal worden georganiseerd. In een persoon
lijk woord waardeerde hij de verscheiden
oud-leermeester aan de Haarlemse kunst
nijverheidschool als een wai'e mentor voor
velen, die zijn leerlingen ook later als een
vriend gadesloeg een vriend, die hen
de verantwoordelijkheid voor het leven
wist bij te brengen. Een zwager van de
overledene achtte het een vrijwel onmo
gelijke taak deze man te gedenken, die zo
diep geleden en zo veel gearbeid heeft: in
de familiekring en onder zijn bewonde
raars zal de herinnering aan een blijmoe
dig maar ernstig mens blijven voortleven.
Vele, lichtgetinte bloemen dekten de groe
ve, onder meer een laatste groet van KZOD
en van de NZHVM, voor wie Kamp vele
jaren lang tekende en ontwierp en die dan
ook een afgevaardigde naar de plechtig
heid had gezonden.
Een schoonzoon van de overledene dank
te namens de familie voor de belangstel
ling.
Op 10 November 1851 overleed te Oegst-
geest de oud-Haarlemmer monseigneur C.
L. Baron van Wijkerslooth die bij testa
ment van 30 Augustus 1851 een groot be
drag schonk aan het St. Jacobs-Godshuia
onder bepaling dat de renten voor sur
veillance en verzorging van de kinderen
door zusters gebruikt zouden worden.
„Franciscanessen" werden bereid gevon
den het werk in de Hagestraat op zich te
nemen. Op de avond van 31 Januari 1853
arriveerden in het St. Jaeobs-Godshuis
vijf Penitenten-Jlecollectinen, thans beter
en algemeen bekend als „Franciscanessen
van Roosendaal".
De Zusters stonden voor een moeilijke
taak. Zij moesten haar activiteit ontplooien
in een huis dat van somberheid doortrok
ken was. In de loop der jaren zijn zij daar
in geslaagd.
Nu bij het eeuwfeest verzorgen de
Zusters de bejaarden van het huis in pret
tige eet- en conversatiezalen, en in bloem
rijke tuinen. Onder leiding van de Zusters
heeft zich in de loop der jaren een paeda-
gogische evolutie voltrokken: de gestichts
sfeer is veranderd in een gezinssfeer. We
kunnen nog moeilijk spreken van zalen,
het zijn huiskamers waar men werkt.
Er wordt niet meer voorgeschreven op
welk uur van de dag „de jeugd" het huis
mag verlaten en daarin moet terugkeren.
Het bezoek van en aan familie en kennis
sen en vrienden ligt niet meer in voor
schriften vastgelegd. Zolang het vertrou
wen van de leiding niet misbruikt wordt,
is er een ruime vrijheid.
In 1926 is het traditionele weesmeisjes
uniform afgeschaft en wel zo radicaal dat
zelfs niet één exemplaar is terug te vin
den op de „vergaar- en bewaarzolders"
van het huis.
Slechte tijden
Een bijzonder moeilijke tijd hebben de
Zustex-s doorgemaakt in de bezettingsjaren.
Veelal intenser dan eldex-s voelde men dat
het moeilijk was een maaltijd te verzorgen,
want men werkte niet voor twee of drie
mensen maar voor tientallen. De keuken-
zuster bereidde dagelijks het weinig af
wisselende voedsel voor de huisbevolking
die aanmerkelijk was vergroot door het
aantal onderduikers dat hier een aanlok
kelijk veilige schuilplaats vond. Bovendien
verdrongen zich iedere dag opnieuw tien
tallen hongerigen vóór de poort: niemand
keerde met een lege maag huiswaarts.
De bezetters hebben de Zusters bange
uren bezorgd. Op zekere kwamen twee
Duitsers het huis voor belangrijke docu
menten onderzoeken. Een der Zusters be
geleidde het tweetal over een doolhof van
zolders rakeling langs de schuilplaatsen
vaxx onderduikers en bracht hen op slimme
wijze weer terug naar de uitgang. Het was
goed gegaan doch opnieuw hield men een
onderzoeking. Dezelfde Zuster leidde hen
rond met hetzelfde resultaat. Maar vol
gens de Duitsers moésten de documenten
er liggen en zij keerden na een half uur
weer. Ditmaal ging de vlieger voor de
Zusters niet op. Na ruim een uur zoe
ken vond men wat men zocht.
Dat het huis toen ontkomen is aan de
wraakgevoelens van de bezetter is een
groot wonder. De hele huisbevolking heeft
toen de belofte gedaan te sparen voor zes
glas-in-lood-ramen met voorstellingen uit
het leven van St. Jacob. Vorig jaar is het
laatste raam in de kapel aangebracht.
Honderd jaar hebben de Zusters dapper
gewerkt zonder uiterlijk vertoon. Slechts
eenmaal is op haar gemeenschapsgevoel de
schijnwerper der publieke belangstelling
gericht. In 1904 werd namelijk de toen
malige Moeder, Zuster Bonaventura be
noemd tot Ridder in de Orde van Oranje
Nassau. En in haar werden alle Zusters in
de Hagestraat geëerd.
ADVERTENTIE
32)
Sara schudde haar hoofd. „Mijn beste
Chloë", zei ze, „Constance is een uitste
kende px'ivé-secretaresse en kan een op
dracht prima uitvoeren, maar ik zou haar
werkelijk niet willen aanbevelen als par
ticulier detective. Haar nieuwsgierigheids
zin is niet voldoede ontwikkeld en boven
dien is ze te fijnbesnaax'd". Ze lachte en
liep in de richting van de deur. Constance
opende deze voor haar met een gefox'ceerd
lachje op haar gezicht. „Ik zal je even
uitlaten, Sax-a", zei ze koel.
„Dag Chloë", zei Sara vrolijk, „zorg goed
voor jezelf en stel een politieagent aan om
die dief van je te pakken. Het lijkt me op
de duur werkelijk bevredigender".
Ze liep door de hal en Coxxstance volgde
haar, na de zitkamer achter hen gesloten
te hebben. Er was niemand in de hal aan
wezig. Door de open voordeur zag
Constance Fiona, die nog steeds voor het
huis rondhing, maar Philip was xxergens
te bekennen. Dat was een opluchting. Het
zou helemaal onmogelijk geweest zijn, als
Sara op dit moment een gesprek met hem
zou hebben kunnen aanknopen over Con
stance's merkwaardige eigenschappen.neuzen'
Opeens keerde Sax-a zich echter met een
ongewoon ernstige uitdrukking op haar
gezicht naar Constance om. „Lieve kind",
zei ze zacht, „dit is geen omgeving voor
jou. Ik vindt het helemaal xiiet prettig, dat
je hier bent. Helemaal niet!"
„Mijn beste Sara", antwoordde Constan
ce zich flinker voordoeixde dan ze zich
voelde, „dit is inderdaad niet een ideale
baan voor een vrouw, die wat bereiken wil
in de wereld, maar het duurt maar drie
maanden en misschien zelfs korter, als ik
eex-der achter het mysterie hier kom
,,'t Roeren in een stinkende modderpoel
is geen werk voor een meisje", zei Sara
schex-p.
„Wat bedoel je in 's hemelsnaam?" vroeg
Constance oprecht verwonderd.
„Noem jij jezelf intelligent?" was Sara's
wedervraag. „Zie je niet in, dat alles wat
met Chloë Fincham te maken heeft, be-
doi-ven is? Ze is een afschuwelijk mens en
op het x-andje van abnoxrmaal. Ik wil niet,
dat je hier blijft, en ik moet dat kind, die
Fiona, hier ook weg zien te krijgen, 't Is
een tè ongezonde atmosfeer voor jonge
mensen. Ik ben dankbaar, dat tenminste
die roodharige jongeman hier aanwezig is,
om op je te passen".
„Philip Bagnet?" riep Constance ver
ontwaardigd uit. „Ik begrijp niet, hoe je
zo iets zeggen kunt! Voor zover ik heb
kunnen nagaan, kan hij heel goed degene
zijn, die die diefstallen pleegt. Hij is altijd
hier op de x-aarste momenten aan 't rond-
Sara staarde haar aan en bax'stte dan op
eens in lachen uit. „Mijn lieve Coxxstance",
zei ze, „je bent aardig bezig je gezonde in
zicht te verliezen. Ten eerste is het over
duidelijk, dat die jongeman volkomen te
vertx-ouwen is, en bovendien is hij een telg
uit het geslacht Bagnet uit Wiltshire".
Coxxstance snoof even. „Werkelijk, Sax-a",
zei ze spottend, „ik wist niet dat je zo'n
snob was".
„Het heeft niets met snobisme te maken",
zei Sara effen. „Er is een tijd geweest, dat
ik óók dacht, dat zoiets snobisme was,
maar ik ben gelukkig nu oud genoeg om
te weten, dat ik ongelijk had. Ik ben er
achter gekomen, dat precies zoals bij de
dieren, ook bij de mensen een behoorlijke
afkomst, een goed nest, van belang is. De
Bagnet zijn een oud en degelijk geslacht.
Nox-maal en gezond. Misschien zijn er las
tige en wat opvliegende mensen bij, maar
hun fond is goed. Ik ben veel banger voor
Neill en Fiona. In hun families was ver-
keerd bloed aan beide kanten
„Neill is eerste klas" zei Constance met
nadruk.
„En Fiona?" vroeg Sara.
Constance haalde even haar schouders
op. „Fiona maakt een wat neurotische in
druk", antwoordde ze.
„Constance", zei Sara langzaam, „je
bent nu te hoogstaand en behoorlijk om
toe te geven aan zo'n typisch vrouwelijke
eigenschap: Ik herinner me, hoe je voor
drachten hield over de bekrompenheid en
afgunst van vrouwen jegens elkaar, wan
neer ze niet onafhankelijk waren geweest
en in de wereld rondgekeken hadden. Ze
aanbidden alles wat man is, hield je me
voor, en de eigen sexe vallen ze af
„Dat is helemaal mijn bedoeling niet ten
opzichte van Fiona", onderbrak Constance
haar. „Het komt alleen, doordat jij hier
plotseling verschijnt en allerlei opmer
kingen maakt en 'doet alsof je van alles op
de hoogte bent. Je weet, dat je me daar
door px-ikkelt".
„Hoe zou een oude jongejuffrouw als
ik een moderne onafhankelijke vrouw als
jij van de wijs kunnen brengen?" vroeg
Sara minzaam.
„Jij zou iederéén van de wijs kunnen
brengen", antwoordde Constance, terwijl
er een glimlach om haar mond kwam.
„Wel, het enige wat ik je positief zeg
gen kan, is dat ik Chloë Fincham inder
daad ken", zei Sara rustig. „Wat Fiona be
treft, heb jij het misschien aan het rechte
eind. Ik voel me niet gerust en je weet,
waar je me kunt vinden. Constance. Wees
rxiet te tx-óts om naar me toe te komen,
liefje, als er hier iets is, waarover je met
me wilt praten
„Nee, dat zal ik niet zijn", beloofde Con
stance haar, texnvijl er een jongensachtige
lach op haar gezicht doorbrak. „Maar je
moet niet proberen me Philip Bagnet aan
te prijzen", voegde ze er aan toe. „Hij is
een ingebeeld, eigengereid en heerszuch
tig individu
„Zo zijn alle Bagnets", gaf Sara toe. „Ik
heb eens van een Bagnet gehouden en heb
hem op een bepaald moment een klap in
zijn gezicht gegeven".
„Waarom ben je niet met hem ge
trouwd?" vxxxeg Coxxstance, opeens één en
al belangstelling. Sara keek haar peinzend
aan en fronste even.
„Omdat hij ingebeeld en eigengereid en
heex-szuchtig was", antwoordde ze lang
zaam. „En ik was zo'n modern jong meis
jeIk vond mijn werk fantastisch be
langrijk.
„En was 't dat dan niet?" vroeg Con
stance impulsief.
Er kwam een grixnmig lachje op Sara's
oude gezicht. „Nee, liefje", antwoordde ze
zacht, „mijn werk had door ieder ander
gedaan kunnen worden, maar niémand an
ders kon de Bagnet, die van mij hield, ge
lukkig maken. Hij vertrok plotseling op de
romantische manier van jonge mannen uit
die dagen en sneuvelde ex-gens in Zuid-
Afrika. En ik bleef alleexx om een vrouw
met een drukbezet leven te worden, die
eenzaam was
„Maar het leven heeft je toch niet te
leurgesteld", begon Constance.
„Gebruik dat woord liever niet", zei
Sax-a geprikkeld, het is zo'n gemeenplaats.
Nee, ik ben niet teleurgesteld. Ik heb altijd
hard gewerkt en ik werkte voor het wel
zijn van andere mensen en niet ter ver
hoging van eigen roem en glorie. Ik nam
niet de tijd om medelijden met mezelf te
hebben of over mezelf na te denken
Wel dat is alles, wat er te vertellen was,
geloof ik".
„Ik heb een wagentje gekocht", merkte
ze terloops op, terwijl ze naar een kleine
groene twoseater wees, die op zij van het
huis geparkeerd stond.
,,'t Ziet er niet bepaald nieuw uit", zei
Constance lachend.
,,'t Past bij mijn leeftijd", antwoox-dde
Sara.
Fiona kwam op hen toelopen en Sara
keek haai- critisch aan. „Mijn lieve kind",
zei ze „loop rxiet zo krom! Als je zo door
gaat, heb je over enkele jaren een ver
groeide rug".
Tot Constances verwondering ging Fiona
onmiddellijk rechtop staan in plaats van
een lelijk gezicht te trekken.
„Dat is beter", zei Sax'a vriendelijk.
„Luister eens, kom met mij mee lunchen,
Constance zal je wel bij je tante veront
schuldigen. Dan kuxxnen we eens prettig
rustig samen babbelen".
„O, graag", riep Fiona vol enthousias
me uit.
„Ga je dan even opknappen en kam
vooral je haar", zei Sara. „Dat ziet er ver
schrikkelijk uit. „Waarom laat je 't niet
afknippen?"
„Mijn lieve Sara", zei Constance, jonge
mexsjes dragen tegenwoordig haar haar
graag zo, half lang".
„Neill houdt niet van kort haar bij meis
jes", zei Fiona uitdagend.
„Is dat heus waar", zei Sara. „En wat
heeft dat met jou te nxaken?"
(Wordt vervolgd)