Predikbeurten
DE BLOE
JUFFROl
Huis vol mysterie
We maken een tandenborstel-hanger
Voor zendingen
4
CAFÉ-RESTAURANT ^00^ HILLEGOM
GRILLROOM - TULIP-BAR
ENTERTAINER HARRY DAVELAAR
„TRESLONG"
URANT
Inbraak in Kerstnacht
1952 in de Houtrakpolder
Zandloper met hindernissen
FEUILLETON
door Jane England
ZATERDAG 28 FEBRUARI 1953
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
ADVERTENTIE
ZONDAG 1 MAART 1953.
SCHITTEREND GELEGEN TERRAS AAN DEMONSTRATIETUIN.
Op Dinsdag 10 Maart zal het Gerechts
hof te Amsterdam in hoger beroep behan
delen de zaak tegen de Amsterdammers G.
J. en A. J. C. d. B., die door de Haarlemse
rechtbank veroordeeld zijn tot een gevan
genisstraf van zes jaar met aftrek van
voorarrest. Zij worden verdacht omstreeks
25 December 1951 te hebben ingebroken
in de Coöperatieve Boerenleenbank te
Ruigoord in de Houtrakpolder en een be
drag van bijna 50.000 uit een brandkast
te hebben ontvreemd. Beiden ontkennen
iets met de zaak uitstaande te hebben.
Goede. Amsterdam. 5: Dr. P. J. Richel.
Camplaan. 10: Dr. A. Dondorp. 5: Ds. M. de
Goede. Geref. Kerk, Herenweg 111. 10 en 5:
Ds. M. Vrieze.
AERDENHOUT. Ned. Herv. Kapel. 10.30:
DS. J. E. Drost. H. Doop. Religieuze Kring,
Eikenlaan 5. 10.30: Mej. Dr. Nic. A. Bruining,
N.H., 's Gravenhage.
BENNEBROEK. Ned. Herv. Kerk. 10: Ds
H. S. J. Kalf, 7: Dezelfde. Jeugddienst.
Geref. Kerk. 10 en 5: Ds. T. Spilker.
BLOEMENDAAL. Ned. Herv. Kerk. 9: Ds.
R. van der Mast. 10.30: Dr. J. H. Stelma, H.
Doop 9: Jeugdkapel, 12-15 j. Maranatha,
Donkerelaan. 10.15Jeugdkerk, 1520 j. Ma
ranatha, Donkerelaan Dhr. G. d'Olivat. 11.45:
Zondagsschool. 5 en 6 j. Kleuterschool, Bos-
laan; 7-12 j. in Jeugdhuis en Maranatha.
Ned. Prot. Bond. Potgieterweg 4. 10.30: Dr.
H. Faber, Hv. Wassnaar. Geref. Kerk. 9,
10.30 en 15.30: Dr. J. L. Koole. Vrije Kath.
Kerk, Popellaan 1. 10.30: Gezongen H. Mis.
Woensdag 19.30: Vespers en Lof. Donderdag
7.30: Gespr. Requiem Mis.
OVERVEEN. Ned. Herv. Kerk. 10: Ds. A.
Oskamp, uit Heemstede. 10: Jeugdkapel, 12-
16 j. Irene, Elswoutslaan 1. 10.15: Zondags
school voor Julianakwartier in Kon Wil-
helminaschool aan de Dompvloedslaan.
12-13: Zondagsschool voor Ramplaankwar-
tier, Irene, Elswoutslaan 1. Geref. Kerk. 10.15
en 5: Ds. D. Ringnalda.
HILLEGOM. Ned. Herv. Kerk. 10: Ds.
Knottnerus. H. Doop. 17: Ds. Eerhard. Chr.
Geref. Kerk. 10 en 17: Ds. Sluiter.
HOOFDDORP. Ned. Herv. Kerk. 10 Ds. D.
Bouma, van Katwijk aan Zee. 7: Ds. de Ruy-
ter van Leiden. Geref. Kerk. 9.30 en 3.30: Ds.
D. Hoornstra.
NIEUW VENNEP. Ned. Herv. Kerk. 9.30:
Prof. Dr. M. J. A. de Vrijer, van A'dam. 5:
Ds. J. A. van Boven. Abbenes. 9.30: Ds. J.
A. van Boven. 3: Ds. M. C Don Bethel Kapel
10: Ds. M. C. Don. Geref. Kerk. 9.30 en 3: Ds.
IJ. v. d. Zee. H. Avondmaal.
VIJFHUIZEN. Ned. Herv. Kerk. 10 en 3:
Dhr. A. C. Brörens. Geref. Kerk. 10 en 3.30:
Dr. G. E. Meuleman.
LISSE. Ned. Herv. Kerk. 9 en 10.30: Ds.
Jongeboer H. Doop. 5: Dhr. S. den Blauwen
Ned. Prot. Bond. 10.10: geen dienst. Geref.
Kerk 10 en 5: Dr. Th. Ruys Jr. Geref. Kerk
Art. 31. 10 en 4.30: Ds. J. J. Verleur. Geref.
Gemeente 10 en 4: Ds. K. de Gier. Dondef-
dag 7.30: Ds. K. de Gier. Bijbellezing. Oud-
Geref. Gem. 9.30 en 3: Leesdienst. Dinsdag
7.30: Ds. T. de Jong. Kralingseveer. Chr.
Geref. Kerk. 10 en 4: Ds. H. W. Eerland.
SANTPOORT. Ned. Herv. Kerk. Dorps
kerk. 10.30: Ds. D. Ter Steege. 18.45: Bijzon
dere Kerkdienst. Ds. Kr. Strijd, den Bosch.
Van 18.45 tot 19: Zangdienst. Medewerking
Ned. Herv. Kerkkoor Schoten". Woensdag
8.15: Ds. D. Ter Sieege, Lijdensmeditatie.
„De Toorts". 9: Ds. D. Ter Steege. Jeugdhuis
10.30: Jonge Jeugdkerk. Dhr. A. Vennik,
Driehuis.
SPAARNDAM. Ned. Herv. Kerk. Oost.
Oude Kerk. 10: Ds. G. H. v. d. Woord. 7: Ds
Oorthuys. van Beverwijk. West. Sionskerk,
Eksterstraat. 10.30: Ds. Salverda, van Hoofd
dorp. Jeugddienst. 7: Ds. G. H. v. d. Woord.
Evangelisatie „Bethel", Oost Kolk 17. 10:
Dhr. A. de Waal Malefiit, uit Amsterdam.
ZANDVOORT. Ned. Herv. Kerk. Kerk
plein. 10: Ds. G. de Ru. Medewerking kerk
koor. 7: Ds. E. Saraber Jr. Jeugddienst.
Ned. Prot. Bond, Brugstraat 15. 10.30: Ds. J.
Heidinga, van Haarlem. Geref. Kerk, Julia-
naweg. 10: Ds. A. de Ruiter, H. Avondmaal.
5: Dezelfde. TI. Avondmaal en dankzegging.
Ned. Chr. Gemeenschapsbond, geb. „Ons
Huis" Dinsdag 8: J. W. van Zeijl.
Deze hanger wordt van triplex gemaakt en geschilderd met plakkaatverf.
Trek met behulp van carbon (doordrukpapier) het voorbeeld over op het hout
en zaag het netjes uit. Schilder het in de aangewezen kleuren en vernis het.
In de beide handen wordt een schroefje gedraaid, zoals de tekening aangeeft.
Maar deze hanger moet zelf ook hangen en daarom bevestig je aan de achter
kant van de hoed een schilderijenhangertje.
Jullie hebt natuurlijk ook altijd ge
hoord, dat alle uilen zulke verschrikke
lijk wijze en verstandige vogels zijn. Dat
zou ik ook nog geloven als er hier bij
mij achter de kachel niet een kistje
stond met een domme uil erin, een bijna
bevroren domme uil. Mijn buurjongetje
heeft hem daareven gebracht, hij lag
zo maar onder de boom voor mijn huis,
net of hij dood was. Helemaal in elkaar
gedoken zit hij nu in een hoekje van de
sinaasappelkist. Hij beweegt haast niet,
zijn veren zijn nog kletsnat, maar zijn
ogen gaan een beetje bang heen en
weer. En als ik zo naar hem kijk be
grijp ik, zonder dat hij iets zegt, zijn
hele geschiedenis.
Natuurlijk heet hij Oehoe, hij heeft
echt een kop om zo te heten. Oehoe is
een torenuil. Hij woonde met zijn vader
en moeder en nog een heleboel familie
leden op -de omloop van de toren. Daar
was zijn nest geweest en daar had hij
op zomeravonden leren vliegen. Heerlijk
was dat, zo langzaam klapwiekend om
de toren zoeven als de maan scheen en
de kleine muizen zo maar voor het op
pikken waren.
Toen kwam de winter. Er werd
's avonds niet meer gevlogen en de
muizen bleven in hun holletje. Het leven
daarboven in de toren was saai ge
worden. Oehoe keek van de één naar
de ander. Zijn vader en moeder zaten
gewichtig te peinzen en aan de andere
uilen kon je zien dat ze, terwijl ze slie
pen, nog over geleerde dingen nadach
ten. Oehoe probeerde ook om net. te
doen of hij met een moeilijk probleem
bezig was, maar het lukte hem nooit
langer dan twee minuten.
„Och", zuchtte hij, „wat een vrese
lijk leven, ik zit maar in die klokke-
stoelen te wachten tot het voorjaar
wordt met een lege maag en bibberend
van kou".
Hij haalde zijn kop uit zijn veren en
riep: „Pa, je bent zo geleerd, weet je
niet iets om van de kou en de honger
af te komen?"
Zijn vader zei plechtig: „Niet aan
denken, jongen, dat is de enige oplos
sing".
„Ik moet er wel aan denken", riep
Oehoe.
„Denk dan aan iets anders, aan iets
gewichtigers", zei vader uil en boog
zijn hoofd om weer verder te, gaan
met zijn eigen geleerde gedachten.
Verkijk u niet op deze schijnbaar een
voudige puzzle want al zijn de eerste en
laatste letters gegeven, er komen een paar
uitzonderlijke woorden in voor die u waar
schijnlijk niet zonder assistentie van het
woordenboek vindt. Zoekt u prettig; mis
schien „zit" u ditmaal ook in de prijzen
(f 7.50; f 5.—; f 2.50).
NAAM INZENDER;
Oehoe probeerde het, maar het lukte
niet, hij moest iets ander verzinnen. Hij
keek peinzend door de klokkegaten naar
buiten en beneden zich zag hij opeens
een hele troep meeuwen, merels, mussen
en spreeuwen, die huri kostje ophaalden
bij de huizen. „Ik ga naar ze toe", dacht
Oehoe, „het is daar in ieder geval vro
lijker dan hier en ze hebben bovendien
hun buik vol".
Hij wachtte tot het avond was en hij
niemand van zijn familie meer zag. Eerst
wipte hij omhoog naar de balustrade en
keek neer op de donkere stad. „Daar
is het", dacht hij, „geen geleerdheid,
geen honger, geen kou, alleen maar
vrolijkheid en volle magen. Hoep, daar
ga ik!"
Terwijl hij naar beneden vloog,
merkte hij dat. hij stijf was van het
lange stilzitten. Na één minuut was hij
al moe. Hij haalde nog net de tuin,
waar hij de vogels had gezien.
Maar wat was dat? Er was geen
meeuw, geen merel, zelfs geen musje
meer te bekennen. Oehoe, die zich had
voorgesteld dat de grond vol lekkere
muizen lag, zag alleen een paar krui
meltjes brood, die hij niet lustte. Men
sen waren er ook niet meer. Het was
doodstil op straat en wat erger was,
het was hier nog veel kouder dan tus
sen de klokkenstoelen.
Oehoe keek omhoog. De toren leek
ver weg, hij kon de spits niet meer
zien. Toch moest hij terug. Hij zette zich
af en fladderde een paar meter, maar
de wind blies hem gewoon weer terug
en sneeuwvlokken verblindden hem.
Oehoe probeerde het nog een paar keer,
maar hij kwam niet hoger dan een dak
goot en vandaar op een boomtak.
Helemaal suf van kou en honger bleef
hij zitten. Sneeuw viel op zijn kop,
wind blies door zijn veren, maar er was
geen plekje te vinden om te schuilen.
Zo zat hij daar de hele nacht. Hij
wist van niets meer en zijn vleugels
en poten waren verstijfd.
Toen het dag werd viel hij, zonder
dat hij zelf wist wat er gebeurde, als
een speelgoedvogel uit de boom. Daar
vond mijn buurjongen hem en zó komt
het dat hij nu bij mij in de kamer zit.
Even kijkenja hoor, hij komt al
een beetje bij; zijn groene ogen staan
wat helderder en hij hipt een heel
klein eindje over de bodem van de
kist. Straks eet hij vast wel iets van de
stukjes vlees die ik bij hem heb neer
gelegd.
Dag Oehoe.... je begrijpt er zeker
niets van hè? Dat hoeft ook niet, wordt
eerst maar eens beter. Dan schrijf ik
nog een verhaal over je, tenminste als
je dan nog niet teruggevlogen bent naar
je toren!
1. Rechter, aan wie b.v. het vooronder
zoek is opgedragen in civiele gedingen en
strafzaken. 2. Voorzitter van academische
senaat. 3. Deel v. h. oog. 4. Regelrecht.
Zonder omwegen. 5. Beoefenaar of aan
hanger der romantiek. 6. in weiden veel
voorkomende grassoort. 7. Verhaal, ver
slag. 8. Rit, tocht. 9, Vreemde rekenmunt
(afkorting). 10. De oudste. 11. Tooi. 12.
(Eng.) Patrijshond. 13. Slager, vleeshou
wer. 14. Veenwerker, baggerman. 15.
Krijgsmakker. 16. Bepaald soort afsluit
klep in riolen. 17. Persoon die uit de stand
der sterren het lot voorspelt. 18. Iyid der
rechterlijke macht.
Oplossingen kunnen worden ingezonden
aan onze bureaux Grote Houtstraat 93 en
Soendaplein 37 te Haarlem, of Kennemer-
Iaan 186 in IJmuiden. Zij moeten in ons
bezit zijn voor Woensdag a.s. te 17 uur
n.m. Op couvert of briefkaart vermelden:
„Oplossing puzzle" en geen mededelingen
toevoegen of bijsluiten.
De oplossing van de vorige puzzle luidt:
Horizontaal: 1. neger, 5. Japan, 10. dal,
12. fur, 14. plas, 16. hut, 18. Indo, 20. gom,
21. dadel, 23. oor, 24. e.k., 25. lea, 26. Ier,
28. p.s., 29. kastelein, 30. drama, 34. steen,
36. ade, 37. sta, 38. uil, 39. opera, 41. feeks,
43. redeneren, 46. R.B., 48. nar, 49. dol,
50. de, 51. ook, 53. totem, 55. rag, 56. eten,
58. sol, 59. page, 60. een, 62. dog, 63. plots,
64. koper.
Verticaal: 2. Edam, 3. gas, f. el, 6. af, 7.
pui, 8. Arno, 9. opgeld, 11. mud, 13. torsen,
15. lok, 16. haat, 17. teil, 19. dop, 21. desa,
22. lees 25. lameren, 27. ritueel, 29. kader,
30. Elten, 31. neien, 33. rap, 35. elk, 39.
oproer, 40. Adat, 41. from, 42. stegel, 44.
Eros, 45. edel, 47. bot, 50. dag, 52. keel,
54. tol, 55. rage, 57. neo, 59. pop, 61. n.t.,
62. do.
De prijzen werden toegekend aan:
De heer A. Akkerman Kennemerlaan 166,
IJmuiden f 7.50; Mevr. M. C. de Vries,
Spionkopstr. 39, Haarlem f 5.—; De heer
Nieuwenhuysen, Kloppersingel 143, Haar-
ADVERTENTIE
groot of klein
is BESTELDIENST ABC niet te evenaren
BARREVOETESTRAAT 2 - HAARLEM
Tel. 18428 na 6 uur 14810 - 14155
Langs de hoge blauwe stoepen
gaat een bloemenkar voorbij
en je hoort de koopman roepen:
zoiets moois, alléén bij mij!"
Ging daarginds de deur niet open?
Nee..., hij duwt zijn kar weer voort.
Lopen, stilstaan, roepen, lopen,
't lijkt wel of geen mens hem hoort.
Eindlijk komt hij in een straatje,
alle huisjes zijn er oud.
Op de hoek woont juffrouw Daatje,
die zoveel van bloemen houdt.
Juffrouw Da is zeker binnen.
Uit de huisjes van daarnaast
komen juffrouw Da's vriendinnen.
O, wat hebben ze een haast!
„Ik wil lelietjes van dalen",
Tulpen ik en een cyclaam".
„Ik kom rode rozen halen",
„ik een -plant voor in het raam".
„Koopman, heb je anjelieren?"
„Geef mij die seringen maar.
We gaan een verjaardag vieren,
juffrouw Da wordt tachtig jaar!"
Met hun tulpen en seringen,
met cyclaam en clivia,
gaan de oude vrouwtjes zingen
voor de deur van juffrouw Da.
„Lang zal onze Daatje leven".
,,'t Is te veel", zegt Daatje zacht
en haar stemmetje gaat beven,
maar de bloemenkoopman lacht.
En hij tilt die oude Daatje
zó opeens maar van de grond.
Dan draagt hij haar door het straatje
op zijn sterke schouders rond.
MIES BOUHUYS.
60)
„Maar lieve Sara", zei Constance, „waar
om heb je me dit alles niet eerder ver
teld in plaats van me alleen maar vaag
te waarschuwen?"
„Ik heb r.ooit meer aan deze hele ge
schiedenis gedacht", antwoordde Sara. „Ik
was het bestaan van Peter en Chloë Fin-
cham volkomen vergelen". Ze zuchtte
even. „Ja, ik zou nu willen, dat me deze
affaire eerder weer te binnen was gescho
ten. Het zou jou heel wat moeite en ver
velende dingen bespaard hebben. Maar
hoe dan ook, het is nu verder alles heel
eenvoudig. Als je wilt, ga ik met je mee
naar Chloë Fincham en zeg ik haar, dat
ik weet, wie Peter Phipps is. Zodra dat
gebeurd is, verliest hij zijn macht over
haar en kan Chloë weer vrij adem halen".
„Tenzij hij naar de beheerder van Fin-
charns vermogen gaat en vertelt, dat zij
hem regelmatig wat heeft toegestopt", zei
Constance.
Sara schudde haar hoofd. „Ik gelooi
niet, dat hij dat zal doen", zei ze. „Begrijp
je, men zou hem meteen kunnen aanbren
gen onder beschuldiging van chantage.
Zelfs al ruïneerde hij Chloë, dan zou hij
tegelijkertijd zijn eigen graf graven. En als
ik zijn slag mensen goed beoordeel ik
heb 'in de sloppen van de armste wijken
van Londen heel wat van dit genre gezien
dan zal hij bij het eerste teken van een
nederlaag terugwijken. Hij behoort niet
tot het haatdragende type, dat andere
mensen mee wil sleuren in de eigen on
dergang. Hij bekijkt de zaak waarschijn
lijk van een min of meer philosofisch
standpunt.
Sara hield even op en keek peinzend
voor zich uit. „Weet je, Constance", ver
volgde ze dan ,,'t lijkt me 't beste, dat je
Philip of Neill op de hoogte stelt, en dat
zij één van beiden Chloë Fincham ver
tellen, dat ze alles inzake Peter weten.
Dat is minder vernederend voor haar dan
wanneer ik 't haar zeg. En daarna kan
één van hen waarschijnlijk is Neill de
meest geschikte persoon hiervoor, omdal
hij tot de iamilie behoort met Peter
gaan praten om iiem duidelijk te maken,
dat zijn spelletje uit moet zijn, en dat,
voor het geval hij er mee doorgaat, onmid
dellijk de politie gewaarschuwd zal wor
den".
„Ja", zei Constance, „ja, ik geloof ook,
dat dat de beste weg zal zijn. Ik kan je
niet zeggen, hoe dankbaar ik je ben voor
ie hulp".
„Zullen we nu Fiona weer roepen", stel
le Sara voor, „en gedrieën even lunchen?
Als je wilt Constance, kan Fiona rustig
hier bij mij blijven, totdat deze hele ge
schiedenis achter de rug is. Het lijkt me
voor dat jonge kind beter, dat ze er zo
weinig mogelijk van merkt. Ik ben erg op
haar gesteld, ik denk dat het komt, omdat
ik zoveel van haar moeder heb gehou
den
„Dat lijkt me een prachtig idee", zei
Constance. „Sara, je bent werkelijk een
engel en ik bied je mijn verontschuldi
gingen aan voor mijn houding van het
allemaal-beter-weten".
„Och, die houding nam ik met een kor
reltje zout", antwoordde Sara met een
olijk lachje. „Toen ik zo oud was als jij.
wist ik ook altijd alles beter!"
„Je bent onbetaalbaar", zei Constance,
terwijl ze de oude vrouw vertedert toe
lachte.
„Weet je, dat je er opeens weer nor
maal uitziet", merkte Sara op, „dat komt
waarschijnlijk, doordat je opgelucht bent.
Je ziet er zelfs jaren jonger uit. Vooruit,
ga kijken of je Fiona kunt vinden".
„Ik moet absoluut de bus van twee uur
halen", zei Constance.
„Dan zul je je lunch naar binnen moe
ten schrokken", was Sara's antwoord.
Gedrieën aten ze de uitstekende lunch,
die het Goodmans Hotel had opgediend.
Er werd weinig gesproken. Fiona was
hongerig en concentreerde zich volkomen
op het lekkere eten. Sara sprak nooit veel
aan tafel, als er niets bijzonders te ver
melden viel, en Constance had na alle ont
hullingen van de afgelopen morgen, geen
behoefte om veel te zeggen. Ze zat stil en
met een onbeschrijflijk gevoel van opluch
ting voor zich uit te kijken. Er zouden nog
onaangename dingen op le knappen zijn,
maar in ieder geval wisten ze nu defini
tief, waar het om ging en was alle ge
heimzinnigheid verdwenen. Sara had ge
lijk. Zodra mevrouw Fmcham en Peter
Phipps wisten, dat men achter hun geheim
was gekomen, zou deze zaak uit de wereld
verdwijnen. Voor mevrouw Fincham zou
het een enorme opluchting betekenen en
Peter Phipps zou er waarschijnlijk zo van
ondersteboven zijn, dat hij zijn gezicht
nooit weer zou durven vertonen.
„Zeg, je haalt die bus nooit", merkte
Fiona opeens op.
De klok stond op twee minuten voor
twee. Constance zuchtte. Ze was zo in ge
dachten verdiept geweest, dat ze niet meer
op de tijd gelet had. Het was zeker een
wandeling van vijf minuten naar de bus
halte. „Trek je er niets van aan", zei Fi
ona, „er is een volgende bus 'om 3 uur. Je
kunt Neill even opbellen om hem te zeg
gen, dat hij nog een uurtje moet wachten".
„Ja, dat zou ik kunnen doen", zei Con
stance. „Hij -zal wel woedend zijn, maar
er zit niets anders op".
Het duurde even, voordat de verbinding
met het Fincham-huis tot stand kwam.
Tenslotte hoorde ze Mary's stem, die on
duidelijk en verlegen klonk. Ze maakte
uit Mary's verwarde verhaal pp, dat
iemand Neill dringend had opgebeld en
dat deze het huis had verlaten. Nee Mary
kon niet zeggen, wie gebeld hadMis
schien was het meneer BagnetHet
was in ieder geval een man geweest.
„Dank je", zei Constance en hing de
hoorn op. Ze liep snel terug naar de eet
kamer en zei enigszins hijgend: „Sara,
leen me je autootje, ik moet onmiddellijk
naar huis terug. Het is zéér dringend".
„Uitstekend", antwoordde Sara. „Zullen
we met je meerijden?"
„Nee, geen tijd, ik vlieg er vandoor",
riep Constance, terwijl ze wegsnelde.
Sara's oude karretje startte prima en zo
snel als ze kon, begon Constance langs de
grote weg terug te rijden. Misschien maak
te ze zich onnodig bezorgdMaar
waarom was Neill zo opeens weggegaan?
•Het moest dan wel een bijzonder drin
gende boodschap zijn geweest! En wat kon
van zo dringende aard zijn, dat hij zijn
belofte, om in het huis te blijven, had ver
broken? Tenzijtenzij hij onder een
vals voorwendsel uit huis gelokt was
Ze reed zo snel mogelijk en hield ten
slotte met veel geknars van de remmen
voor het huis stil. Ze sprong uit de wagen
en rende naar binnen. Het was doodstil in
de hal. Er was geen geluid te horen. Ze
merkte, hoe haar hart bonsde. Op haar
tenen liep ze naar de deur van de zitkamer
en luisterde. Er waren geluiden daar. Niet
het geluid van mevrouw Fincham snurken
tijdens haar middagslaapje na de lunch,
maar het geluid van iemand, die zachtjes
kreunt en van iemand anders, die op ge
dempte toon harde woorden zegt....
Even kwam er een dodelijke angst over
Constance, maar ze vermande zich, duwde
de deur wijd open en liep zonder aarzelen
de zitkamer binnen. De gordijnen waren
half dicht getrokken, waardoor het ver
trek slechts vaag verlicht was. Op de
grond lag Mevrouw Fincham als een grote
monsterachtige pop. Er sijpelde bloed langs
haar gezicht uit een wond aan haar slaap.
En bij haar stoel stond Peter Phipps, die
koortsachtig bezig was de bekleding stuk
te scheuren. Hij was zo verdiept in dit ver
nielingswerk, dat hij Constance niet da
delijk bemerkte.
Met een triomfante kreet trok hij ten
slotte uit het binnenwerk van de stoel iets
te voorschijn. Het vage licht viel op een
halssnoer, bezet met grote diamanten. Hij
hield 't snoer omhoog en staarde er naar
met een onaangenaam lachje op zijn ge
zicht. Constance bleef doodstil bij de deur
staan. Haar benen waren als lood en haar
armen hingen slap langs haar lichaam
neer. Opeens scheen het tot Peter Phipps
door te dringen, dat er iemand het vertrek
binnengekomen was. Hij draaide zich om
en staarde haar aan. Er kwam een onheil
spellende uitdrukking op zijn gezicht, dat
mets meer had van de zachte vriendelijk
heid, die ze er tot dusver altijd op gezien
had. Hij zag doodsbleek en met een kat
achtig snelle beweging kwam hij op haar
af. Ze trachtte hem te ontwijken, maar hij
pakte haar beet en sloeg de deur voor haar
dicht.
„Dat is heel erg jammer, Constance", zei
hij langzaam. „Heel erg jammer, dat je je
nieuwsgierigheid niet beter kon bedwin
gen".
(Wordt vervolgd).