Haagse C omedie speelde „Storm" van Shakespeare (rfee MORRIS iejjmwu imj Holland Festival Frappante compositie van Marius Flothuis D.I.U. met „Het proces Mary Dugan" Onderofficieren in Haarlem bijeen 'grieven aan de redactie Onderscheidingen voor verzetsstrijders Aanvraagformulier DONDERDAG 18 JUNI 1953 HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 8 - Kunstmaand Amsterdam Weer nauwer letterkundig contact met België Rode Kruis-collecte bracht twintig mille op Amateurtoneel Sjors en Sjimmi in Openluchttheater Bazar speeltuinvereniging „Weltevreden" Begrafenis omgekomen Haarlemse vlieger Schriftelijke HBS-examens op diverse punten te zwaar geacht? Nieuw-Venneper C. van Stam verwierf de Bronzen Leeuw Particuliere tuinwedstrijd te Heemstede telde 71 deelnemers Motorbotter lekgestoten Begrafenis F. Pöttger BARTELJORISSTRAAT 20 TEL. 13439 Burgerlijke Stand van Haarlem Zelden zal na een Nederlandse toneel voorstelling zo'n langdurig applaus geklon ken hebben als dat, waarmee de Haagse Comedie gisteravond in de Koninklijke Schouwburg voor de als onderdeel van het Holland Festival gegeven opvoering van „De Storm" van Shakespeare werd beloond. Zaterdag hoop ik in een uitvoerige be schouwing op deze in al zijn speelsheid in drukwekkende gebeurtenis terug te komen, thans moet ik met een kort verslag vol staan. In zijn verantwoording in het program ma schrijft Karl Guttmann, de dramaturg van het gezelschap, dat men „De Storm" niet alleen heeft gekozen omdat het stuk, met zijn blijmoedige sfeer tegen een achter grond van tragische (leest: duistere) ge beurtenissen, zo uitermate geschikt leek als feestvoorstelling, doch evenzeer omdat men zodoende gelegenheid had een groot dichter te eren, die ons onlangs, te vroeg, ontvallen is: Martinus Nijhoff, die hier mede een onovertroffen meesterstuk van vertaalkunst leverde. De prosodie van Shakespeare op de voet volgend, slaagde hij erin de bouw en de betekenis van de oorspronkelijke tekst zodanig met een mo dern taalgebruik te verenigen, dat het .soms lijkt'alsof het werk rechtstreeks in het Nederlands werd geschreven. Nooit heeft iemand de woordmuziek van Shake speare weten te benaderen. Cees Laseur heeft „De Storm" geregis seerd en is daarbij zeer ver in de richting van het spectaculaire gegaan. De bezwaren, die daartegen kunnen rijzen, zal ik in een volgend artikel onderzoeken, maar thans reeds moet in ieder geval worden vastge steld, dat op voorbeeldige wijze de droom sfeer van het Bermuda-eiland werd opge roepen, naar behoefte van de situatie beur telings bekoorlijk romantisch of bizar ver wrongen als fantastische weerspiegeling Op het festival voor smalle beurzen, zo als men de manifestaties in de „Kunst maand Amsterdam" heeft aangekondigd, gebeuren zonder veel ophef interessante dingen, die het Nederlandse muziekleven rechtstreeks raken. Zo kon men op het zangrecital, dat de sopraan Erna Spooren- berg gisteravond in de Bachzaal gaf, ken nis maken met een frappante compositie van Marius Flothuis, namelijk een reeks van vijf vocalises, die evenzoveel karakter stukken zijn, voor sopraan en piano, welke geheel door de auteur als „Kleine Suite" betiteld werd. Op een statig Voorspel volgt een zeer gesyncopeerd Scherzo, daarna een inge togen en mysterieuze Nocturne, dan een opgewekt stuk in het rhytfime van de Ta rantella en tot slot een Epiloog met her- innneringen aan de voorgaande delen. Aan de vertolkster is de keuze overgelaten de vocalen aan te wenden, die zij voor de interpretatie geschikt acht. Erna Spooren- berg koos daartoe doorlopend de a, maar ongetwijfeld zou met afwisselende klinkers het stuk nog meer kleurverscheidenheid verkregen hebben. Doch hoe dan ook, haar zeer muzikale interpretatie kon ons een verrassende en overtuigende indruk geven van de compositie. Ook het belangrijke aandeel van de pianopartij, verzorgd door Géza Frid, werkte daar niet weinig toe mee. Flothuis heeft in dit werk een muziek geschreven van waardig karakter: zij is nergens opgeschroefd of zogenaamd inte ressant gemaakt door exentriciteiten, maar toont de tendenz om met ernstige middelen eerlijk de kunst te dienen. Want het geldt hier niet een studie-vocalise in de gewone zin, maar een étude in de betekenis die bijvoorbeeld Chopin, Schumann, Liszt, Debussy en anderen bezigden. „Het is dus een concertstuk, tamelijk instrumentaal opgevat (bij voorbeeld heel goed te spelen op een hobo), maar tevens uitstekend voor de stem geschreven, althans voor een voca- liste, die tevens musicienne is en over een virtuose techniek en een aanzienlijke hoogte beschikt. Erna Spoorenberg is er de geschikte zangeres voor; zij kan er echter nog in groeien en dan wordt deze „Kleine Suite" buiten kijf een zeldzaam succes stuk voor haar. Verder vertolkte de zangeres een aria en een reeks liederen van Mozart (waarom zij het „Dans un bois solitaire et sombre" van deze toondichter in de Duitse vertaling zong, is mij een raadsel) en wijdde aan Fauré en Wolf de rest van haar program ma. Vooral wanneer zij haar stem licht wist te houden, bereikte zij mooie resul taten. De rustig beheerste begeleidingen van Géza Frid boden op zichzelf een tref fend muzikaal genot. JOS. DE KLERK. Scène tijdens de ondergang van het schip uit de proloog van „De Storm" van Shakespeare, in de vertaling van Martinus Nijhoff door de Haagse Comedie onder regie van Cees Laseur opgevoerd in décors van Wim Vesseur. van gekwelde gedachten, mede dank zij een uiterst suggestieve belichting. Een ideale medewerker voor de verwezenlijking van zijn bedoelingen vond hij in Wim Vesseur, die magnifieke décors ontwierp, waarin de wederzijdse doordringing van de realiteit en het bovennatuurlijke zich sprookjes achtig kon voltrekken, al was het jammer dat door de noodzakelijke changementen ernstige verliezen aan tempo werden ge boekt. Een mooie vondst was het bouwen van de grot van Prospero in de vorm van een kinkhoorn, een hoorn des overvloeds, tot welke associatie men vooral in de slot scène komt, wannneer daaruit de jonge gelieven als belichaming van het geluk en de hervonden harmonie te voorschijn treden. Niettemin eiste de entourage dik wijls teveel aandacht op en waren de schilderachtige plaatsjes, die men te zien kreeg, als „tableaux" niet altijd even „vi- vants". Albert van Dalsum vertolkt als gast de rol van de magiër Prospero met een waar lijk bezwerend gebaar en weldadig aan doende toets van de lichte humor der wijzen. Maar de ster van de voorstelling was Myra Ward als de lichtvoetige Ariël, de grote verrassing van deze avond. Ook op hun spel en dat van de vele anderen volgt nog een nader commentaar. Het muzikale geluidsdécor is gecomponeerd door Jurriaan Andriessen, de dansen wer den gezet door Albert Mol, die zelf de solo- rol moest dansen in plaats van Jan Leo Zielstra, die op de generale repetitie zijn enkel verzwikte en thans rust moet houden. De gala-première trok veel belangstel ling, al was de zaal niet uitverkocht. Tot de aanwezigen behoorde ook mr. J. M. L. Th. Cals, minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. DAVID KONING. In de te Leiden gehouden vergadering van de Maatschappij der Nederlandse Let terkunde is besloten het contact met Bel gië te verstevigen, hetgeen onder meer na gestreefd werd door een statutenwijziging. Op grond daarvan werd prof. dr. A. van Loey uit Brussel als Belgisch vertegen woordiger in het bestuur gekozen. De opbrengst van de Rode Kruis-cam- pagne van de afdeling Haarlem en Omstre ken van het Nederlandse Rode Kruis be draagt f20.039,69. Hierbij zijn begrepen de bedragen, die in Aerdenhout, Bennebroek, Bloemendaal. Heemstede, Overveen en Vogelenzang zijn bijeengebracht. Het bestuur van de afdeling Haarlem en Omstreken van het Nederlandse Rode Kruis wil gaarne alle medewerkers (stersl dank zeggen voor het vele werk. dat zij ten behoeve van deze collecte hebben verricht. Het toneelseizoen der Haarlemse ama teurs heeft nog geen einde genomen.Woens dagavond tenminste diende in de stads schouwburg. De zaak Mary Dugan, een Amerikaans proces, waarin de verrassende wendingen de dramatische gang der dingen voor het belangrijkste deel bepalen en de sentimentaliteit weliger tiert dan de geest. Ik geloof niet, dat ik er goed aan doe.de inhoud breedvoerig te verhalen. Onlangs immers kondigde een ander onzer dilettan tenverenigingen de opvoering van dit stuk aan als opening van haar nieuw speel seizoen. Kort en goed komt het erop neer, dat een actrice wordt beschuldigd van moord op haar minnaar. Het klaarblijke lijk strafbaar feit is niet door haar bedre ven. Haar broer neemt de verdediging over wanneer de haar toegewezen advocaat weigert de echtgenote van de verslagene aan een kruisverhoor te onderwerpen. Dat weigert die advocaat niet zonder reden. De broer van de verdachte komt daar dan ook spoedig achter;hij wijst de ware schul dige aan. Een en ander gaat niet zonder tegenwerking van de officier van justitie. Een en ander gebeurt ook zeer doorzichtig. Men begrijpt al gauw hoe de zaak in elkaar zit. De spanning maakt plaats voor nieuwsgierigheid en de room is van de melk. Het gedrag van de verdachte wordt verklaard uit de onbaatzuchtige liefde, die zij voor haar broer koesterde, wiens studie kosten zij bekostigde met. het verkopen van zichzelf. Dit aspect wordt omstandig toe gelicht, er komen veel tranen aan te pas en luide spreekt het gevoel. Maar het vindt geen weerklank. Alles is op uiterlijk effect berekend. Het spel, dat „Het proces Mary Dugan" heet, lijdt aan bloedarmoede, om dat het oppervlakkig is geconstrueerd, han dig weliswaar, maar verre van imponerend. Tk kon er tenminste moeilijk van onder de indruk komen. Nu hoeft dat niet alleen, aan de auteur te liggen. De uitvoerende vereniging, in dit geval „Door Inspanning Uitspanning", hief het ook al niet op een hoger niveau. De dialogen flitsten niet. Er zat geen vuur achter, geen stuwkracht, geen bezetenheid. Het bleef alles matigjes, plichtsgetrouw. Daarmee verliest zo'n proces zijn glans. De officier van justitie voldeed nog het beste. Ad Antonisse gaf hem de nodige hardheid en nuchterheid. Zijn voornaamste tegen speler, de broer van de verdachte (Dick Antonisse) was echter te onbesuisd, zelfs al werd van hem verondersteld, dat zijn jeugd hem parten speelde in zijn toege wijde verdediging. Mary Dugan kreeg van Nelly van Esch een gedegen vertolking, technisch knap gespeeld, iets te technisch om tot bewogenheid mee te slepen. Haar eerste verdediger was nog even te weinig geraffineerd om helemaal aanvaardbaar te zijn, al deed hij loffelijke dingen (Arie Mulder). Rechter Nash (Piet de Wit) bleef bijna onopgemerkt, de overige rollen vie len niet op door excellente spelprestaties, met uitzondering van mevrouw Edgar Rice (Zus de Wit-Van Twuijver) van wie men een huichelachtige onschuld in persoon kreeg voorgezet. Wat tenslotte Willem van der Veer's regie betreft: hij kon het feu sacré niet opwekken, al verzorgde hij de voorstelling nauwgezet. Een opmerking: De journa listen in het stuk vroegen steeds de officier om inlichtingen. Beter ware het als zij op de nieuwe verdediger waren afgevlogen, die toch een sensationeel element in deze zaak bracht. De ietwat burgerlijke sfeer van het proces leek mij er op te wijzen, dat Door Inspanning Uitspanning een hoge worp deed, niet geheel overeenkomstig de capaciteiten. P. W. FRANSE. Vandaag is de tweedaagse algemene ver gadering van de Onderofficiersvereniging „Ons Belang" te Haarlem begonnen onder leiding van de waarnemend president, de onderluitenant J. van der Zouw. Een bij zonder woord van welkom richtte deze tot de vertegenwoordigers der Belgische onder officieren, de directeuren van de door „Ons Belang" opgerichte instellingen, de ver tegenwoordigers van de algemene militaire pensioenbond en die van de vereniging van beroepsschepelingen bij de zeemacht. Mededegedeeld werd dat een nieuw be vorderingsvoorschrift voor de Koninklijke Landmacht spoedig te verwachten, is en een ontwerp-bevorderingsvoorschrift voor de Koninklijke Luchtmacht met belang stelling tegemoet wordt gezien. Het in bruikleen verstrekken van een battle dress, inplaats van de toekenning van een kle- dingtoelage, werd niet de juiste oplossing van het kledingvraagtuk geacht. De heer Van der Zouw belichtte tenslotte de mogelijke gevolgen, die het eventueel tot stand komen van een Eüropese Defen sie gemeenschap voor de positie der be roepsonderofficieren zou kunnen hebben. Er werd daarbij de nadruk op' gelegd dat bij de opbouw van een Europese Defensie Gemeenschap, de positie der Nederlandse onderofficieren geen verslechtering behoort te ondergaan. Hierna kwam de bespreking van de ar beid voor de morele verheffing en ontwik keling aan de orde. De heer C. Gijse, eerste secretaris der vereniging hield hierover een rede, waarin hij constateerde, dat velen tegenwoordig een pessimistische kijk heb ben op het leven en weinig geloof bezitten in de toekomst. Hij wekte op om te ver trouwen op de kracht van de waarheid en de geest. De positie van de beroepsonder officier in het leger en bij de luchtmacht is die van opvoeder en onderwijzer. Slechts hij kan een goed opvoeder en onderwijzer zijn, die voortdurend aan zijn eigen opvoe ding en ontwikkeling werkt. Met een ver wijzing naar hetgeen de organisatie in het verleden met succes voor de arbeid der mo rele verheffing en ontwikkeling heeft ge daan, spoorde hij de leden aan ook thans te zorgen militair-technisch uitstekend op de hoogte te blijven, karaktervolle mensen te zijn, voorbeelden van getrouwe plichtsbe trachting en zorg te dragen voor een be hoorlijke algemene ontwikkeling. Dank zij samenwerking tussen de Nieuwe Haarlemse Courant en de directie van het Openluchttheater in Bloemendaal hebben gistermiddag een kleine duizend kinderen in het Openluchttheater tegen gereduceerde prijzen van een nieuwe reeks avonturen van de zo langzamerhand legendarisch ge worden figuren Sjors en Sjimmi kunnen genieten. Ditmaal kwam de Nederlandse Toneel- en Revuegroep uit Amsterdam onder leiding van Henri Strater met Sjors en Sjimmi in Kabouterland, een première voor Nederland. De ideale speelgelegenheid zorgde voor een treffende sfeer. Het stuk bracht de kinderen keer op keer tot enthou siasme. Henri Strater heeft met zijn groep in deze opvoering opnieuw bewezen voor de kinderen een der belangrijkste tonelisten te zijn. Op 27 en 28 Juni zal de speeltuinvereni ging „Weltevreden" een bazar houden op het sportterrein aan de Spaarndamseweg. Het bestuur van de speeltuinvereniging hoopt met de opbrengst er van de bouw van een clubhuis, dat wegens geldgebrek moest worden gestaakt, te kunnen finan cieren. Op Vrijdag 19 Juni zal om kwart over een de teraardebestelling van de Haarlemse sergeant-vlieger F. Pöttger plaats vinden oo de begraafplaats aan de Kleverlaan. Maandag jongstleden verongelukte deze 26-jarige Haarlemmer met een „Meteor"- straaljager boven Markelo in Overijsel. Tijdens de kroningsvlootschouw te Spithead werd aan boord van het vliegdekschip „Eagle" (Arend) een baby geboren. De vrouw van bootsman Cornelius McCracken, die een uitnodiging had gekregen om aan boord van de „Eagle" de vlootrevue bij te wonen, schonk het leven aan een dochter, enige ogenblikken nadat Koningin Elizabeth aan boord van de „Surprise" de oorlogsbodem gepasseerd was. Het ouderpaar met de baby, die de naam Elizabeth Aquila kreeg, in het St. Mary's ziekenhuis te Portsmouth. (Verkort weergegeven) De Franse President heeft prof. ir. H. E. Jaeger, hoogleraar in de scheepsbouwkunde aan de Technische Hogeschool te Delft, be noemd tot ridder in het Legioen van Eer. Prof. Jaeger heeft veel werk in Frankrijk verricht en maakt regelmatig met studenten excursies naar Franse werven. Geachte redactie, Naar aanleiding van het artikel van „een Haagse medewerker" onder bovengenoem de titel in uw blad van 13 Juni j.l., het volgende: Het schijnt een kenmerk van onze tijd te zijn, dat in de pers regelmatig publicaties verschijnen, waarin onderwijsproblemen op dilettantische wijze worden „opgelost" en allerlei „misstanden" in dat onderwijs aan de kaak worden gesteld. Wij, docenten bij het gymnasiaal en mid delbaar onderwijs, trachten veelal dit lijde lijk te ondergaan, maar af en toe wordt het ons wel eens te machtig, zoals na het lezen van bovengenoemd artikel over het Schriftelijk eindexamen 1953 van de H.B.S.- A en de H.B.S.-B, waarom wij ons ver plicht voelen enige kanttekeningen daarbij te plaatsen. 1. Wij geloven, dat aan de scholen.waar men redelijke eisen wil en durft stellen aan de leerlingen tijdens hun opleiding, de resultaten van het schriftelijke examen 1953 met gerustheid tegemoet gezien wor den. 2. De bewering dat de opgaven voor natuurkunde en scheikunde zodanig waren, dat de leraren zelf twee a tweeëneenhalf uur nodig hadden voor het uitwerken der opgaven, die de candidaten in drie uur moesten uitwerken, is belachelijk. 3. De H.B.S. is niet alleen bedoeld als „algemene maatschappij-school", zoals uw medewerker schrijft, maar tevens als voor bereiding tot de studie aan universiteit en hogeschool. De studierechten die de H.B.S. geeft, bepalen mede en volkomen te recht de zwaarte der eindexameneisen. Wij vragen ons met verbazing af of het aantal studenten, dat in Delft voor het propaedeutisch examen zakt, nog niet hoog genoeg is. Wil men soms ingenieurs, die bruggen bouwen die na 10 jaar instorten en de problemen van waterbouwkunde, die zich steeds weer voordoen, niet baas kun nen? Wil men doktoren, die slechts ver wijzen naar een specialist? 4. Merkwaardig doen ook de klachten over de Franse en Engelse vertaling aan. Het identiek zijn van H.B.S.-A en H.B.S.- B-vertaling is slechts het herstellen van een toestand, die enkele jaren geleden de normale was. De klacht, dat de Ierse kwes tie niet op de H.B.S.-A, laat staan op de H.B.S.-B behandeld zou worden, is een treffend voorbeeld van ondeskundige cri- tiek. Ons voornaamste bezwaar tegen de cor respondentie van uw Haagse medewerker is echter, dat technische onderwijszaken als de onderhavige slechts door werkelijk deskundigen kunnen worden beoordeeld en er dus geen reden voor publicatie is. Het komt ons bovendien in hoge mate ongewenst voor, dat publicaties als deze plaats hebben, wanneer het examen nog in volle gang is. Dit werk nadelig op de rust, die onze leerlingen in hun eindexamentijd nodig hebben. U, redactie, dankend voor de verleende plaatsruimte, W. KUIPER, voorzitter, Dr. J. S. BARTSTRA Jr., secretaris van de Vereniging van Leraren bij het Gymnasiaal en Middelbaar Onderwijs der gemeente Haarlem. B ij s c h r i f t. Het stuk van een Haagse medewerker in ons nummer van 13 dezer was gebaseerd op inlichtingen die hij van een directeur van een H.B.S. had gekregen. Deze had zijn aandacht op het onderwerp gevestigd naar aanleiding van de vele klachten, die hij uit de kring van zijn collega's-leraren had vernomen. Bovendien had onze mede werker, alvorens hij zijn stuk schreef, ken nisgenomen van klachten en aanmerkingen van leraren en van gecommitteerden. Die stukken zijn aan het departement van O., K. en W. gezonden. De opmerking over dilettantisme, in bo venstaand stuk gemaakt, blijkt hier dus misplaatst te zijn. Het komt overigens veelvuldig voor, op velerlei gebied, dat deskundigen van mening verschillen. Ten aanzien van de H.B.S.-B is onze medewerker ongetwijfeld beïnvloed door de overweging, dat de meerderheid der leerlingen niet voornemens is universitaire studies te gaan verrichten. In antwoord op de ons gestelde vraag verzekeren wij gaar ne dat wij geen bruggen willen die na tien jaar instorten en geen huisdokters, die iedereen naar een specialist verwijzen. Als het identiek zijn van H.B.S.-A en H.B.S.-B-vertalingen uit de Franse en En gelse taal slechts het herstel betekent van een toestand, die enkele jaren geleden de normale was bewijst dat nog niet dat deze toestand goed is. En onze medewerker heeft er niet over geklaagd dat de Ierse kwestie niet op de scholen behandeld zou zijn. Hij heeft slechts opgemerkt dat men bij het kiezen van het te vertalen stuk iets als bekend verondersteld had, dat be zwaarlijk bij de leerlingen bekend kon zijn. Hij vermeldt ook dit overigens als citaat uit klachten, die hij gelezen heeft. De geachte inzenders van bovenstaand stuk merken voorts op, „dat technische onderwijszaken als de onderhavige slechts door werkelijk deskundigen kunnen wor den beoordeeld en er dus geen reden voor publicatie is". Wij hebben al gezegd dat onze medewerker deskundigen heeft ge raadpleegd en zelfs door een hunner op de zaak attent is gemaakt. Maar overigens aanvaarden wij de stelling der geachte in zenders omtrent redenen voor publicatie geenszins. Ieder beroep telt zijn deskun digen. Niet alleen het onderwijs, maar ieder beroep. Als dit uitsloot dat anderen er ooit een mening in het openbaar over mochten uiten, zouden wij een rare toestand krij gen. Niet het minst ten aanzien van het onderwijs, waarbij het gehele volk betrok ken is en dat het zo niet aan den lijve, dan toch aan de geest ervaart. Als critiek wordt geuit kan men daar nota van nemen en haar beantwoorden, maar in een vrij land als het onze geldt niet het argument: er is geen reden voor publicatie. Wil men soms, zouden wij willen vragen, een soort dictatuur der deskundigen? De geachte inzenders zeggen, dat publi caties als die van onze Haagse medewer ker nadelig werken op de rust, die de leer lingen in hun eindexamentijd nodig heb ben. Geen enkele klacht van deze aard heeft ons bereikt. Red. H. D. Bij Koninklijk Besluit zijn opnieuw een aantal dapperheidsonderscheidingen toe gekend aan landgenoten, die zich geduren de de bezettingsjaren zeer moedig hebben gedragen. Posthuum is de bronzen leeuw toegekend aan wijlen de heer J. D. A. Hellema, ge woond hebbende te Koog aan de Zaan, die zich heeft onderscheiden als transport officier van de ordedienst in Noordholland boven het IJ. Bij de wapendroppings in de Wieringermeer heeft hij met vernuftige technische hulpmiddelen en camouflage het vervoer van deze wapens mogelijk ge maakt. In Februari 1945 werd hij gearres teerd en gefusilleerd. Eveneens verwierf de bronzen leeuw de vaandrig P. W. Hordijk, thans burgemees ter van Ooltgensplaa.t» leider van een sa botagegroep in het Westen des lands, die belangrijke ontwrichtingen bracht in het Duitse verkeer na September 1944. In No vember volgde hij de inmiddels gesneuvel de landelijke sabotage-commandant op. De heer C. van Stam te Nieuw Vennep verwierf de bronzen leeuw als leider van een K.P. in de Haarlemmermeer, later van het strijdend gedeelte der B.S. aldaar. Hij wist een strijdbare kern van medewerkers te vormen, die zich verdienstelijk maakte op het gebied van wapendroppings, sabo- tage-acties op de vfeg en bescherming van vitale objecten ingeval Duitse inundatie maatregelen in de Haarlemmermeerpolder zouden plaats vinden. Hij werd driemaal gearresteerd doch kwam steeds vrij. Zoals reeds in ons nummer van gisteren werd medegedeeld, zal Maandagavond 22 Juni in het verversingshuis van het wan delbos „Groenendaal" de prijsuitreiking plaats vinden van de particuliere tuinwed strijd, welke te Heemstede tijdens de Flora 1953 gehouden werd. Deze wedstrijd is indertijd door-de V.V.V. te Heemstede uitgeschreven met de bedoe ling, dat de inwoners van deze gemeente die daarvoor in de gelegenheid waren, ditmaal de voortuinen van hun particuliere woningen met speciale zorg zouden inrichten, opdat de duizenden vreemdelingen van Heemstede een welvarende indruk konden meenemen. Aan deze oproep hebben 71 inwoners ge volg gegeven, zodat de jury deze tuinen aan een nadere beschouwing heeft onderworpen. De jury bestond uit de heren A. J. Braam, voorzitter van de afdeling Heemstede van de Kon. Ver. voor Bloembollencultuur; L. Adriaanse, hoofd-opzichter van Hout en Plantsoenen te Haarlem en G. Bleeker, tuin architect te Santpoort en adviseur van de gemeente Heemstede. De jury heeft over het algemeen veel waardering gehad voor de zorgen, welke aan de tuinen zijn besteed, al zal zij Maandag avond ook nog wel enige critiek te berde brengen. Bij de beoordeling werd onderscheid ge maakt tussen twee groepen; a. tuinen door de bewoners zelf verzorgd en b. tuinen ver zorgd door hoveniers. Deze groepen werden dan weer onderverdeeld in grote en kleine tuinen, waarbij onder en boven 100 m. 2 als maatstaf gold. Hedenochtend om acht uur is de motor- botter SI. 15, „De tijd zal 't leren", bij kilo-meterpaal 107 bezuiden Kijkduin op een strekdam gelopen. Het schip heeft een lek. De motorreddingboot van Scheveningen „Arthur" bevindt zich in de nabijheid om eventueel assistentie te verlenen. Het Stellendammer vissersvaartuig, dat 27 ton meet, is eigendom van T. Grinwes en P. van Es uit Stellendam. Het scheepje neemt sinds de watersnood deel aan de kustvisserij van Scheveningen. Het stoffelijk overschot van sergeant F. Pöttger, die Dinsdag bij een vliegtuig ongeluk om het leven is gekomen, zal Vrij dagmiddag cm kwart over een op de Alge mene Begraafplaats aan de Kleverlaan ter aarde worden besteld. De begrafenis geschiedt met militqire eer; de stoet ver trekt van de Spaarnrijkstraat. De route is: Rijksstraatweg, Schoterweg, Kleverlaan. ADVERTENTIE WEEK-END SHIRTS HAARLEM, 17 Juni 1953 ONDERTROUWD: 17 Juni, J. A. Rom- melse en M. S. van Dam; J. de Graaf en S. M. Heyman; J. P. van Breemen en M. L. B. van der Meer; G. Bijster en J. Feldman; J. E. Snijders en A. J. van den Borg; L. Be rends en W. E. P. Zuurendonk; D. Baas en J. W. van Norde; A. J. Habers en A. M- Moens; J. C. Boelsma en A. J. Holtrop; F. J. de Reus en C. C. Engel; L. F. Luister burg en C. Beljaards; C. W. Hol en P. S. M. Hilarius; J. Koper en M. E. Groot; J. C. Bon- frer en D. van den Berg; Th. L. Ballast en B. A. Mulder; H. van Rotterdam en A. Ver hoeven; L. F. Schelfaut en H. W. C. Musch; K. Rietvink en G. Kuipers; F. J. Mulder en S. H. H. Borst; J. A. Ursem en J. M. Blan- kestein; H. Stéenkist en J. Mol; B. Krol en K. Colijn; C. R. Stoelman Leysner en E. Douwes. GEHUWD: 17 Juni, B. H. Bank en A. Lucke; B. M. Dijkzeul en C. C. A. de Vries; G. Th. Kors en M. J. J. Verver; A. H. G. Lieth en C. M. Seijsener; B. G. Piepenbrink en A. van Brugge; B. Chr. Gosen en A. M. van Gooi; J. Willemsen en G. C. Timmer man; J. F. B. Kaasenbrood en P. J. Voge lenzang. BEVALLEN van een zoon: 17 Juni, G. T. Loerakker—van Wijk; J. C. Claudius— Philippo. BEVALLEN van een dochter: 15 Juni, J. W. Petri—Wezenbeek; O. Broeder—van Heelsbergen; 16 Juni, J. Nieuwenhof—Schol ten; A. Kroon—Lamboo; M. Th. Assendelft Corbeek; C. M. ten BoomKommer; A. P. E. de Jong—van Hinte; J. A. M. Kottman —Jansen; 17 Juni, E. de Graaff—Heving; A. Numan—Brico; C. A. van den Hurk—Mes man. OVERLEDEN: 15 Juni, E. J. Degenhard, 55 i.. Kamperlaan; 16 Juni, J. L. van Aggelen— Rijnders, 62 j., Bantamstraat; C. Chr. Pollé ter Horst, 62 j., Zijlweg. Ondergetekende: Naam: Straat: Plaats: wenst zich met Ingang van te abonneren op HOCHrlSlYlS DQQblQd OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 6.10 per kwartaal// 0.47 per week Handtekening: Doorhalen wat niet verlangd wordt. Zij, die zich met ingang van 1 Juli 1953 per kwartaal abonneren, ontvangen de nummers tot en met 30 Juni 1953 gratis. Dit geldt alleen voor nieuwe kwartaalabonne s, dus niet voor omzetting van week- in kwartaalabonnementen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 8