Twee schitterende rollen van Rosella Hightower Agenda voor Haarlem Van de hoogste bergtop naar de diepste grot Probleem Holland Festival Gaaf gebouwd ballet van Bronislava Nijinska Azzedine Bey in Tunis overleden Het Rode Kruis en de overstroming in Japan MSA wordt over 2 jaar opgeheven Duitse „liberalen" schuiven geschil op Kfetnc Wxceltf Egyptisch plan voor Arabisch commando 3 Tweeëntwintig doden bij gevecht met Darul Islam Dader kreeg tweeduizend gulden voor aanslag Lepralijders betogen in Tokio Amerikaanse hulpverlening stopt een jaar later Congres vol marsmuziek en trouw aan het „Reich'' Bomaanslag in Ierland DONDERDAG 2 JULI 1953 Het Grand Ballet du Marquis de Cue- vas gaf gisteravond zijn derde voorstelling in theater Carré en daarmee zijn dan thans alle voor deze Nederlandse tournee geko zen werken tot vertoning gekomen. In het midden latend wie voor de samenstelling van de programma's verantwoordelijk is, moet in ieder geval worden vastgesteld dat deze wel buitengewoon ondeskundig ge schiedde, zozeer zelfs dat het gezelschap gevaar liep zijn goede naam te verliezen. Maar zover is het gelukkig niet gekomen, nu men heeft laten zien dat het répertoire ook kon worden uitgebreid met enige werken, die als ware aanwinsten zijn te be schouwen en die voldoende artistieke vreugde opleverden om ons over de eerste teleurstellingen heen te helpen. De avond begon met de uitgestelde pre mière voor Nederland van „Piège de Lu- mière" (De Lichtbak) door de gewezen balletmeester John Taras, die als zodanig tijdelijk door Bronislava Nijinska wordt opgevolgd. De muziek is van Jean Michel Damase, de bekende schrijver Philippe Héria leverde het scenario. Félix Labisse ontwierp de sfeerrijke décors ter suggestie van een Braziliaans oerwoud, waar een groep ontvluchte dwangarbeiders jacht maakt op nachtvlinders, die zij verkopen om in hun onderhoud te voorzien. De eer ste scène zich afspelend in een straf kolonie was niet bijster overtuigend, omdat de pantomimische bewegingen in deze dramatische situatie het gemis van woorden niet volledig konden opheffen. Veel beter, maar voorlopig alleen uit een oogpunt van regie, voldeed het volgende tafereel: een meeslepende verbeelding van de aantrekkingskracht van het licht schijnsel op de levensgrote, tropische in secten. Jammer genoeg kwam daarna een soort apotheose, die even herinneringen aan een revue in de Folies Bergères wekte, al dient niettemin de fantastische costu- mering te worden geprezen. De waarachtige danskunst kwam aan bod in het ononderbroken fascinerende duet van de grote Morphide en de jonge avonturier, die haar in zijn macht probeert te krijgen. Rosella Hightower en Wladi- mir Skouratoff gaven er een sublieme ver tolking van. Het is een fragment, clat men enige keren achtereen zou willen zien om er alle détails van te kunnen waarderen. Een herziening van de daarbij aansluiten de pas-de-trois met Serge Golovine als de Iphias, die zich opoffert om het leven van de geliefde vlinder te redden, lijkt gewenst, omdat er bij gebrek aan strijdbaarheid een lichte anti-climax ontstaat, ondanks de vertoonde virtuositeit. De finale aftocht van de jagers met hun prooi was weder om een door fantasierijke afwisseling boeiend staaltje van vakkundige mise-en- scène. Het geheel is zeker geen meester werk, ook al door de onevenwichtigheid van bouw, maar men zal er een treffende herinnering aan bewaren. Hoogtepunt van de voorstelling werd een met zinrijke figuratie uitgebreide pas-de- deux op het Rondo Capriccioso van Saint- Saëns, waarin concertmeester Jan Oellers van het Utrechts Stedelijk Orchest zich als vioolsolist liet waarderen. Dit duet van een prins en een paradijsvogel werd door Bronislava Nijinska speciaal gezet om de supérieure hoedanigheden van Rosella Hightower de schitterendste kansen te bie den zich te ontplooien, zonder dat men zich in een circus waant. En zij heeft die volledig gebruikt in een zeldzame ver eniging van techniek en temperament. Niemand zou haar, geloof ik, deze rol kun nen verbeteren. Weergaloos is hier haar expressiviteit door loutere bewegingskunst. Wie beschikt over zoveel triomfantelijk élan, wie behoudt een dergelijk finesse bij zoveel grilligheid in de kuise vermenging van trots en tederheid? George Skibine toonde zich een volwaardige partner. Dit kleine ballet kenmerkte zich verder door een uiterst gave structuur, mede bereikt door de voortdurende verbondenheid van de beide hoofdpersonen en de jagers met de grijze sjerp. Dat virtuositeit alleen niet voldoende is, kon men ten overvloede leren uit „Le Spectre de la Rose" van Fokine (op de „Uitnodiging tot de dans" van Carl Maria DONDERDAG 2 JULI Zuiderkapel: Spreker ds. S. Zijlstra, 8 u. Rembrandt: „Lovely to look at", alle leeft., 7 en 9.15 uur. Palace: „Bureau zedenpolitie", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido: „Een koningin wordt gekroond", alle leeft., 7 en 9.15 uur. Luxor: „Het vierde masker", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. City: „Montana Belle", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Spaarne: „De drie piraten", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „De luchtslag om Japan", 14 jaar. 7 en 9.15 uur. Minerva: „Het balboekje", 18 jaar, 8.15 uur. VRIJDAG 3 JULI Concertgebouw: Zomenconcert HOV, 8 uur. nieuwe programma's. Bioscopen: Middag- en avondvoorstellingen De voornaamste solisten van het thans in het Holland Festival optredende Grand Ballet du Marquis de Cuevas namen giste ren deel aan een lunch in het Internatio naal Cultureel Centrum in Amsterdam. Op de trap naar het terras van het Vondel parkpaviljoen ziet men van links naar rechts: Serge Golovine, Jacqueline Moreau Wladimir Skouratoff, George Skibine en zijn echtgenote Marjorie Tallchief, Rosella Hightower, gastheer Jo Elsendoorn en Ana Ricarda. von Weber) door Serge Golovine, die wel iswaar frappeerde met zijn fameuze spron gen, maar geen ogenblik de geest van ro mantische poëzie wist op te roepen. Dit werk vraagt dezelfde vloeiende lijnen, die „Les Sylphides" zo moeilijk te realiseren maken en daaraan kon zijn enigszins drif tige stijl niet voldoen. Solange Golovina was de dimmende vrouw, die sedert Tama ra Karsavina nimmer meer gelijkwaardige vertolking vond. Het programma werd be sloten met een herhaling van „De gevan gene van de Kaukasus" van George Ski bine op muziek van Katsjatoerian, waar van wij bij een vorig bezoek van het Grand Ballet du Marquis de Cuevas reeds een uitvoerige bespreking gaven. Deze be werking van een episch gedicht van Poesj- kin oogstte een geweldig succes, niet het minst dank zij de mannelijke kracht der Kaukasische volksdansen, door de te Parijs wonende emigrant Abachidze inge studeerd. Vooral Daniel Seillier trok daar in sterk de aandacht. Marjorie Tallchief vertolkte wederom de rol van het Tscher- kesser meisje, die bij vorige gelegenheden door Roselia Hightower werd overgeno men. Zij overtrof de verwachtingen met haar groot gebaar en gevoelig dramatisch talent. Het publiek, waartussen zich op het eer ste balcon de Prinsessen Beatrix en Irene bevonden, werd niet moe dit gezelschap van uitstekende dansers toe te juichen. Er volgen nog vier voorstellingen in Amster dam, daarna gaat het ballet naar Den Haag, waar het de volgende week in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen optreedt. DAVID KONING DJAKARTA (P.I.-Aneta) Negentien leden van de Darul Islam zijn gedood tij dens gevechten tussen een bende van de D.I. en een legerbataljon in het Sidaredjase (Midden-Java). Het bataljon werd ge steund door politie en de bevolking. De bende was ongeveer 150 man sterk. Bij de gevechten zijn tevens drie dorpe lingen om het leven gekomen. TUNIS (AFP). Azzedine Bey, troon opvolger in Tunesië, op wie Woensdagoch tend een aanslag is gepleegd, is aan zijn verwondingen overleden. Azzedine Bey werd onmiddellijk na de aanslag naar een ziekenhuis vervoerd, waar twee kogels uit zijn buikholte werden ver wijderd. Zijn hart bleek echter te zwak voor het ondergaan van deze operatie. De Franse resident-generaal in Tunesië, Jean de Hautecloquc, de Tunesische pre mier, Salah Eddine Bakkoesj, en minister van Gezondheid Ghachem, hebben mee geholpen bij het plaatsen van het stoffelijk overschot in de auto, waarmee dit naar het paleis van Marsa is gebracht. Van de politie is vernomen, dat de dader, Ben Brahim Ben Ejebala Djeridi, verklaard heeft 200.090 francs te hebben ontvangen voor de aanslag. Hij had twee dagen om het huis van de Tunesische prins gezwor ven, om diens gewoonten te leren kennen. Men vermoedt, dat de gearresteerde de ware identiteit van zijn opdrachtgevers probeert geheim te houden, door het op geven van valse namen. Azzedine Bey, die 70 jaar is, stond be kend als Frans gezind. Volgens de Tunesi sche opvolgingswetten volgt het oudste lid van de regerende familie een overleden heerser op en wordt niet de oudste zoon van de regerende vorst als opvolger be schouwd. In 1951 verklaarde hij, dat hij afstand zou doen ten behoeve van zijn broer Prins Sadok Bey die herhaalde malen zijn trouw aan Frankrijk betuigde indien hij tot de troon geroepen zou worden. Verleden jaar weigerde Azzedine Bey een verklaring, opgesteld door andere leden van de vorstelijke familie, te onder tekenen, waarin de Bey van Tunis steun werd toegezegd bij diens streven naar een grotere mate van zelfstandigheid voor zijn land. Naar aanleiding van de overstromings ramp in Japan deelt het Nederlandse Rode Kruis mede: Op grond van de voorschriften wordt Rode Kruis-hulp bij rampen in andere lan den alleen verleend op verzoek van en via de Liga van Rode Kruis-Verenigingen in Genève, die de internationale hulpver lening coördineert. Dit geldt uit de aard der zaak niet als een ramp geschiedt in het grensgebied van een buurland. Zowel de Rode Kruishulp van België als die van Duitsland werd bij onze waters nood direct en spontaan gegeven. Zelfs heeft het Nederlandse Rode Kruis op grond van de wederzijdse grensovereenkomst de hulp ingeroepen van colonnes van het Rode Kruis van België, met het oog op de moge lijkheid van nieuwe ovei-stromingen bij de springvloed die ongeveer half Februari werd verwacht. Het is zeer begrijpelijk, dat vele Neder landers onder de indruk van de hulp die wij na de watersnood uil het buitenland hebben ontvangen, nu zelf ook iets willen doen om de nood in Japan te lenigen. Maar een desbetrefend verzoek van de Liga van Rode Kruis-verenigingen heeft het Nederlandse Rode Kruis echter niet be reikt. Als dat binnenkomt, zal 't besproken worden in de vergadering van het dage lijks bestuur. TOKIO (Reuter) De Japanse parle mentsgebouwen in Tokio zijn Donderdag gedesinfecteerd door een speciale ontsmet- tingsplcreg, nadat 50 lepraleiders in de ge bouwen waren doorgedrongen bij een pro testactie tegen een nieuwe wet, volgens welke zij niet hun tehuizen mogen ver laten. Na de betoging weigerden de protes terenden gebruik te maken van speciale autobussen, die de regering ter beschikking had gesteld. Zij trokken in groepsverband door de straten van Tokio alvorens per trein naar huis terug te keren. WASHINGTON (Reuter). De Ameri kaanse Senaat heeft Woensdag bepaald dat de M.S.A., het orgaan voor de Ameri kaanse hulpverlening aan het buitenland, met ingang van 1 Juli 1955 zal worden op geheven. De hulpverlening zélf zal een jaar later worden beëindigd. Dit besluit werd genomen gedurende het debat over het door president Eisenhower aangevraagde bedrag voor de buitenlandse hulpverlening in het nieuwe begrotings jaar, ter grootte van 5.318.000.000 dollar. Het was neergelegd in een door de demo cratische senatoren George en Mansfield ingediend amendement op het ontwerp der regering. Het amendement werd gesteund door de waarnemende leider der republikeinse se naatsfractie, senator William Knowland. Senator George, die lid is van de com missie voor buitenlandse aangelegenheden van de Amerikaanse Senaat,verklaarde: „In dien de vrije Europese staten na zeven jaar nog niet in staat zijn op hun eigen benen te staan, zullen zij dit nooit meer kunnen." Hij voegde hieraan toe: „De enige manier om Europa in staat te stellen zelfstan dig te zijn, is het zelf een oplossing voor zijn moeilijkheden te laten zoeken." Be M.S.A. is sinds 1951 belast geweest met de uitvoering van het programma voor de Amerikaanse hulpverlening aan het buitenland. Dit orgaan is in de plaats gekomen van de E.C.A., de organisatie, die zorg droeg voor de uitvoering van het „plan-Marshall". In deze dagen, nu de naam van het hoogste en geweldigste gebergte van onze planeet weer op ieders lippen ligt, moet er gewezen worden op een boek Heiliger Himalaya" dat verdient ook hier te lande een ruime lezerskring te vinden. De schrijver-samensteller is de bekende alpi nist Josef Julius Schatz uit München, wiens naam er borg voor staat, dat hier een publicatie werd geschapen, die niet alleen het thema met de nodige kennis be handelt, maar ook met een toewijding, die elke bergbeklimmer pakt en enthousias meert. Daarenboven echter zal door dit werk elke natuurvriend, elke minnaar van vreemde landen, gegrepen worden. Eigenlijk is het een platenboek, een ver zameling magnifieke foto's in zwart-wit en in kleuren. Fotografiën, die alles bestrij ken, verwerkelijken en overtreffen, wat zich onze fantasie maar kan voorstellen, als zij zich verheft naar die verre zónes, naar deze hoogste hoogten. Tegenover die 96 pagina's foto's (8 daarvan in kleuren) staan afgezien van de verklarende foto- lijst en de bronvermelding 24 pagina's proza, een overzichtelijke, kernachtige, helemaal niet sentimentele tekst, die steeds in de schaduw van de foto's blijft, een steeds discreet terugtredende begeleiding van de bergsymphonie, die ons daar met zorg gekozen opnamen van verschillende Himalaya-beklimmers wordt geboden. Op de algemene inleiding volgen lexico grafische opsommingen van de Himalaya- landen, van de veertien toppen boven de De hoogste toppen zijn nog ver. BONN (A.N.P.) De onenigheid in de rijen der Duitse liberalen is door de jongste partijdag der F.D.P. (Freie Demokratische Partei) niet verminderd, zo wordt door liberale politici in Bonn toegegeven. De partijdag heeft zich er toe bepaald om de tussen de liberalen en de nationale vleugel van de partij bestaande wrijvingen tot na de verkiezingen te verschuiven. De neiging naar een splitsing van de partij blijft even wel onverminderd voortbestaan. De meest omstreden figuren in de partij, de Diisseldorpse dr. Middelhauve en de Neder-Saksische leider Stegner, hebben zich op de achtergrond gehouden. Zij vertegenwoordigen de naar een grote nationale partij strevende richting. De con cessies, die door het centrale partijbestuur aan deze richting waren gedaan, kwamen niet zozeer tot uiting in de redevoeringen dan wel in de gehele entourage van het congres, dat met veel vlagvertoon, militaire marsmuziek en betogingen van trouw aan „das Reich" gepaard ging. Binnenskamers is het echter in de leiding der partij tot een nieuwe uitbarsting tegen Middelhauve ge komen. De Berlijnse liberalen hebben zijn aftreden uit het partijbestuur geëist. Ook de liberale studentenbond is scherp van leer getrokken tegen de nationale vleugel eri slechts met moeite is men erin geslaagd een openlijke uitbarsting voor het ogenblik te voorkomen. De president van de West-Duitse Bonds raad, Reinhold Maier, heeft eens te meer een politieke storm doen opgaan. In een rede, die hij op het congres hield, herhaalde hij de vroeger reeds door de socialistische leider Schumacher geuite beschuldiging aan Katholieke Duitse politici, dat zij „uit confessioneel egoïsme" niet voldoende zou den hebben gedaan voor het herstel der Duitse eenheid. De Katholieke politici zijn volgens hem van mening, dat de in grote meerderheid Protestantse Sovjetzóne niet lang genoeg afgescheiden kon blijven om in de tussentijd in het Westen „een cultu rele oogst in grote stijl, door bijzondere school, opheffing van het verplichte bur gerlijke huwelijk enzovoort binnen te halen." Maiers rede werd door het gehele liberale congres stormachtig toegejuicht. Ook de socialistische partij heeft zich ter stond bij de critiek aangesloten. Bij midzomer zijn de nach ten niet meer dan een schemer, als een tullen gordijn dat tus sen de zwoele avond en de lichte morgen wordt geschoven voor enkele uren. Een zomernacht is een dro merige pauze in het leven een roerloze rust van korte duur tussen de trillende warm te van de middag en de klare helderheid van de ochtendzon. De zomerdagen gaan vlak ach ter elkander zonder diepe duis- sternis, want het licht van de ronde maan weeft zich samen met de zonneglans en blijft als een sluier tussen de bomen hangen. Wie de zomeravond met zijn ijle klanken van rustend leven en het trage ritselen van moe de bomen in de halve duister nis niet waarderen kan, gaat slapen als het bedtijd is. Maar wie in het late uur in een koesterende stoel onder de koelte van een groen bomen- dak een langzaam en onbe langrijk gesprek is begonnen met iemand die ook niet van den buiten scheiden kan. zit daar tot in de late nachtelijke uren, zonder begrip van tijd en plichten. Er wordt een goed glas koele wijn bij gedronken, dat even langzaam als de woorden bij teugen genoten wordt. De kellner van het uitspan- ninkje is willig genoeg om met af en aan lopen het gesprek en de wijn niet te laten stokken. De heren zitten op het terrasje onder de bomen en zeggen dat het jammer en zonde zijn zou, naar bed te gaan met zulk weer. Zo een avond krijgt ge maar één in het jaar, zeggen ze, en wij moeten ervan profiteren. We zullen de glazen nog maar eens laten vól-doen, want we hebben nu dubbel plezier van ons geld, met zulk een prachtige avond erbij cadeau. Zij drinken en praten met trage schokjes, tussen lange pauzes van mijmeringen in. Een nachtegaal, zegt de een, met zijn wijsvinger opgesto ken, hoort ge hem? Daar moe ten we nog een glas wijn bij nemen, dan klinkt het nog beter. Ze doen dat, het klinkt in derdaad nog mooier dan voor dien. Diep in het bos, dat als een ingang van de nacht don ker en massief achter de uit spanning ligt, zit de meester lijke zanger zijn zomervreug- de te vertellen aan ieder die het horen wil. Er zijn kikkers in de bosvijver die er nu en dan een woordje willen bij doen, maar de nachtegaal zingt er coquet doorheen en de kik vorsen plonzen geërgerd in de diepte zodat ge hier op het terras het watergespetter ho ren kunt. Van watergespetter horen als het warm is krijgt ge dorst, dus ze nemen nog een glas koele wijn om die te lessen. Maar dan trekt de kellner zijn zwérle jas uit met een zucht, omdat hij naar huis wil en de heren moeten nu werkelijk op stappen. Is het avond, is het morgen? De natuur heeft zich in het grijs gekleed, met een licht glans hier en daar, en boven hgn is de lucht zo blauw als gebrand staal. Achter de bo men knipoogt een heldere lichtschijf van botergeel, die haar schijn door de boombla deren heen in mozaïeken op de grond werpt. In de takken ritselt en schuifelt wat, het kan een eekhoorn zijn die laat thuis komt of een uil die zijn toilet maakt. Wat een avond, zeggen ze. Het is niet licht en niet don ker, niet vroeg en niet laat, geen nacht en geen morgen. Het is een stukje eeuwigheid zonder begin of einde, dat voor ons is afgesneden om er ple zier aan te hebben. En de maan is zo helder, dat het een wonder lijkt, zegt de een. De maan? Het spijt me voor u, maar dat is de zon, zegt de ander. Het is moeilijk uit te maken wie gelijk heeft, want in de zomer zijn zon en maan met elkander bevriend door de nacht heen. En toch is het de maan, met uw welnemen, houdt de eerste vol. De wijn is hem een wei nig naar het hoofd gestegen, dat komt van de koelte der wandeling. Het is de zon, dat kunt ge toch zó wel zien, zegt de an der vriendelijk doch beslist. Hij is er zo een die de dingen altijd zeker weet en dienover eenkomstig zijn woorden kiest. De maan, natuurlijk de maan. De zon is nog niet op. De zon, natuurlijk de zon, want hebt ge ooit een gele maan gezien? Dat dispuut gaat door, de wijn vuurt hen aan, ze zullen op deze manier nog ruzie krij gen. Dat zijn zo de moeilijk heden van de zomernacht, die mysteriën brengt en geheimen vertelt zonder de oplossing erbij te geven. Het is de maan, en daar ben ik zeker van. Dat het de zon is, zal ieder een moeten toegeven. Iedereen? Er is geen leven de mens meer op de straat om het te vragen. Dat zou de beste weg zijn want het is nu een prestige-kwestio ge worden, waarin van toegeven geen sprake kan zijn. Over een stil, mul pad on der bomen komt een man hen tegen. Hij heeft misschien op een ander terras van an dere wijn genoten. Zij stap pen onvast op hem toe en spreken hem aan. Vriend, ge kunt ons helpen. Wij hebben een meningsver schil, en dat is onaangenaam. De vreemdeling kijkt eens naar de een en naar de ander. Zijn ogen vallen half toe, wel zeker was ook zijn wijn van de goede soort. Zeg het maar, biedt hij aan. Ik doe wat ik kan. Wel, dan zeg eens: Wat is dat daarboven ons hoofd, de zon of de maan? Ik beweer dat het de zon is, hij dat het de maan moet zijn. Wij weten niet meer of wij in de nacht of de morgen leven. De vreemde kijkt omhoog naar de gele schijf, en dan weer omlaag naar de vragen de gezichten. Hij wrijft eens over zijn voorhoofd en glimlacht met spijt. Heren, zegt hij, ik wou dat ik u helpen kon. maar ik kan het niet. Want ziet ge, ik woon niet in deze buurt. Hij neemt zijn hoed af met een zwier en gaat zijns weegs. De twee anderen kijken hem na, en schudden spijtig het hoofd. Dat hebben we slecht getroffen, zeggen ze. Het was jammer dat hij hier niet be kend is. En zij wandelen verder door de zomernacht, als schaduwen tussen schaduwen, nu en dan wat lichtglans vangend van de maan. Of van de zon? 8000 meter, een overvloed van citaten uit de mond van al degenen, die in de ban gestaan, hebben van deze bergen: een wer kelijk wereldomvattend koor van lofprij zende stemmen. Dichterlijke woorden uit de diepten van duizenden jaren, nuchtere woorden van taaie ontdekkingsreizigers en bergbestijgers, meeslepende van hen, die door de grootheid en de schoonheid over weldigd waren, verklarende van de ge leerden. Zo weerspiegelen zich in bonte afwisseling het gebergte, de heerlijkste toppen, het beleven van de bergen in deze hoogste regionen, godsdienst, magie en mystiek, kloosters en heiligdommen, zeden en gebruiken, pelgrims en asceten, volke ren en rassen, goden, geesten en demonen. Waarlijk een waardige bloemlezing in woord en beeld, cirkelend om het hoogste gebergte van onze aarde. Sir Francis Younghusband schreef eens: ,.De daden van de Himalaya-bestijgers doen de harten van de bergbeklimmers van elk land feller slaan. Zelfs de mensen, die nooit mogen hopen de heerlijkheid der Himalaya te aanschouwen, gevoelen toch op grond van de beschrijvingen iets van de gloed, die de bergbeklimmers zelf ge voeld hebben." Ook in deze zin is het boek voor iedere vriend van de bergen en van de natuur een bron van vreugde en geluk. „Onder ons" Naar beneden tot in de diepste diepten der bergen, voert „Die Welt ohne Licht" (De wereld zonder licht). Hans Hofmann- Montanus enErnst Felix Petritsch zijn de gidsen in deze alpine-onderwereld. Wat zij geschreven hebben is een boek vol ont dekkingen en avonturen. De beschrijvingen van de tochten door de grotten, der onder zoekers, de tragedies, die zich daar in de afgronden der bergen afspelen, de avon turen die de moedige kerels moesten door maken, zijn als gedocumenteerde versla gen adembenemend. Wat hieraan zijn bij zondere bekoring verleent, is dat dit alles zich niet ergens aan de andere zijde van de zeeën afspeelt, maar zo te zeggen „on der ons". Als het ware binnen reikwijdte ligt het toneel van al deze daden en ge beurtenissen, vlakbij in Europa. Dr. Petritsch stond al op 16-jarige leef tijd in de voorste rijen van die onver schrokken mannen, die de grotlenwereld van de Adriatische Kaï-st onderzochten. Hij vertelt van de „Hades", een vereniging van studenten uit Triëst, die enthousiaste grottenonderzoekers waren en die met recht als echte baanbrekers der grotten- kunde worden beschouwd. Zij hebben es sentieel bijgedragen tot het doorvorsen van de ondergrondse Karst, afgezien nog van de vele aansporingen, die van deze jeugdige schare zijn uitgegaan. Verder be schrijft Petritsch de dramatische ontslui ting van het ravijn van Raspo (l'abisso Bertarelli), die diepste grot van Istrië (450 meter), over het geheel wel een der avon tuur] ijkste grotten-expedities. In zijn derde bijdrage behandelt hij de diepste spelonken van de wereld. Met een diepte van 637 meter houdt de Spluga della Prata op de hoogvlakte der XIII Ccmmuni in de Lessiner Kalkalpen (Ita lië) het record. Zij werd door de vereni ging voor het grottenonderzoek „Sucai" uit Verona in September 1927 ontsloten. Hans Hofmann-Montanus herinnert in een uitvoerige beschrijving aan het histo rische „Lurloch-ongeluk" van het jaar 1894. Toen werden, tengevolge van plotse ling hoogwater in het Lurloch, een grot bij Semriach in Stiermarken-, zeven grotten- onderzoekers 8'/a dag lang door de berg gevangen gehouden, tot een reddingswerk, waarvan de omvang enig in zijn soort was, hen bevrijdde en dat meehielp de ogen van Europa op dit Lurloch en daarmee op de spelaeologie, het onderzoek van de onder aardse grotten in het algemeen te leiden. Als voorbeeld van een monografie van een grot kan beschouwd worden, wat Hofmann-Montanus weet te vertellen van de beroemde „Frauenmauer" in Opper st iermarken, die door een waas van tra giek is omgeven. Zijn boeiende beschrij ving van het leven en werken van de uit het Zuiden van Frankrijk stammende Nor- bert Casteret laat ons ongelooflijke avon turen in de riviergrotten der Pyreneeën meemaken, de oudste standbeelden op aarde mee ontdekken en medeleven met het onderzoek naar de bron van de Ga ronne, dat drie jaar duurde. De tekst van het boek besluit Hofmann-Montanus met „Der Steinbock ob der Altmühl", welke studie ons inleidt in de Altmiihltalgrot van het kleine Schullerloch in Beieren en daarbij diep in de prae-historie. Het werk is rijk voorzien van kaarten, verticale en horizontale doorsneden van de diverse grotten. Daarna volgt een serie platen van 66 bladzijden, die geheel bij de tekst aansluit. H. St. Uitgeverij F. Bruckmann, München. Uitgeverij Josef. Habbel Regensburg. ,ul DAMASCUS (Reuter). Egypte heeft de vorming van een gecombineerd Ara bisch militair commando, dat acht divisies van 19.000 man elk zou omvatten, voor het gebied van het Suez-kanaal voorgesteld, zo wordt in Damascus vernomen. Het voorstel zou bedoeld zijn om een regeling van het Brits-Egyptische geschil te vergemakkelijken. In kringen, die bij de kwestie betrokken zijn, gelooft men echter, dat strategische moeilijkheden het voorstel onuitvoerbaar zullen maken. Men verwacht, dat het voorstel in Sep tember te Caïro zal worden besproken op een conferentie van de Arabische liga. Dan zal ook gesproken worden over maatregelen voor de uitvoering van het Arabische vei ligheidspact en voor uitbreiding van het pact tot een doeltreffende defensie-organi satie, die het gehele Midden-Oosten omvat. In Arabische militaire kringen acht men een dergelijk defensiestelsel waartoe de Arabische staten naar hun financiële en militaire draagkracht zouden bijdragen, noodzakelijk. BELFAST (Reuter) De voornaamste spoorwegverbinding tussen Dublin en Bel fast is Donderdagochtend vroeg te Kilnasa- gart aan de grens van Noord-Ierland en Eire door een ontploffing beschadigd. Op dit punt zouden do extra-treinen uit Dublin passeren, die bezoekers naar Bel fast vervoeren ter gelegenheid van het of ficiële bezoek van Koningin Elizabeth aan Noord-Ierland.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 5