Haarlem's Dagblad | 1953 | 25 juli 1953 | pagina 9

Bobet de snelste in de étappe met de
1200 bochten in de Tour de France

Je moet niet bang zijn voor de
„azen", dat is het recept

iSpiec/el
sSporten

N

D

E1

Nederland sloeg Franse aanval in de tijdrit af

Goede tweede plaats
voor Wim van Est

Haarlemmer hartelijk
ontvangen door zijn
buurtgenoten

7

Waterpolo

Gelijkspel van HPC tegen
UZSG: 3-3

Cricket

Sterk team van MCG
naar Nederland

ADRIE VOORTING TERUG VAN TOUR-AVONTUUR

Gesloten seizoen

Reus onder bowlers

Kantoormachinehandel P. HARTOG

Athletiek

ZATERDAG 25 JULI 1953

De Fransman Louison Bobet, clie een goede
kans heeft om als overwinnaar van de
Tour de France te Parijs te worden gehul
digd, tijdens de bestijging van een Col.
Bobet is nog steeds drager van de gele trui.

hadden elkaar de hand gegeven. In de
beste families komen wel eens strubbe
lingen voor

Klassementen

De officiële uitslag van de 20ste étappe van
de Ronde van Frankrijk, van Lyon naar St.
Etienne, een tijdrit over 70 km. luidt: 1.
Bobet (Fr.) 1 uur 49 min.; 2. Van Est (Ne
derland) 1.50.45; 3. Schaer (Zwitserl.) 1.51.47;
4. Wagtmans (Nederland) 1.52.25; 5. Lerone
(Spanje) 1.25.56; 6. Bauvin (Frankrijk)
N.O.C.) 1.52.57; 7. Astrua (It.) 1.53.13; 3.
Morvan (Fr. West) 1.53.39: 9. Close (Belg.)
1.53.42; 10. Mailejac (Fr. West) 1.53.43: 11.
Rossellp (It.) 1.53.52; 12. Mirando (Frankr.
Zuid-Oost) 1.53.56; 13. Massip (Spanje)

De tijdrit over 70 km, van Lyon naar Saint Etienne door het Lyonese heuvelland,
heeft de Tour-karavaan urenlang in spanning gehouden. Niet, dat de Fransen bevreesd
zouden zijn dat hun favoriet en gele trui-drager Bobet, verslagen zou kunnen worden
door zijn naaste concurrenten Mailejac, Astrua, Close en Schaer, integendeel, voor
velen was het geen geheim dat het parcours, bochtig, zwaar en in sommige gedeelten
zelfs lastig, heel geschikt was voor Bobet. Laat men zich niet de illusie scheppen,
dat de Ronde van Frankrijk, wat het individuele klassement betreft, nog niet zou
zijn beslist. Slechts een toevallige omstandigheid, een valpartij of iets dergelijks zou
de oorzaak kunnen zijn dat Bobet Zondagmiddag niget als winnaar het Pare des
Princes op komt rijden. De strijd in het individueel klassement is gestreden, maar
het duel tussen Nederland en Frankrijk voor de eerste plaats in het ploegenklasse-
ment is nog niet definitief uitgevochten. Algemeen werd verwacht, dat de Frans-
Nationalcn, die 8 minuten achter stonden in het ploegenklassement, een zeer ernstige
aanval zouden doen op het Nederlandse team en die aanval is inderdaad in de tijdrit
pekemen, maar werd glansrijk door Wim van Est, Wout Wagtmans en Gerrit Voorting
afgeslagen. Slechts 54 sconden kon de ploeg van Bobet afknabbelen van het verschil
van 8 min. 4 sec., dat Nederland in Lyon voor stond.

De weg ging over heuvelen en door da
len met hoogteverschillen van maximaal
700 meter. Het wegdek was over het al
gemeen goed, maar het aantal bochten
overtrof de stoutste verwachtingen. Bijna
geen rechte gedeelten waren in het 70 km
lange traject opgenomen. De wegen slin
gerden als lianen door het vriendelijke,
zonnige landschap.

Een kenner van de streek schatte het
aantal bochten op 1200. Hetgeen betekende:
één bocht op elke 60 meter. Vele van deze
bochten waren flauw, maar een groot per
centage bleek van scherp tot haaks te zijn,
waardoor hoge eisen werden gesteld aan
de stuur- en remkunst van de renners.

Bobet snelste op Ar pin

Acht kilometer buiten Lyon had men
het startpunt uitgekozen. Degenen, die
onderaan de lijst stonden van de algemene
rangschikking, vertrokken het eerst. Tel
kenmale met een tussenruimte van vier
minuten. Zo vertrok Boobet pas om 3 uur
als laatste. Op het hoogtepunt van de route,
de op 910 meter hoogte gelegen Arpin, 22
km voor de finish, werden tussentijden
opgenomen, die ongtewijfeld een duidelijk
beeld gaven van het verloop van de strijd.

Bobet bleek op de Arpin de snelste tijd
te hebben gemaakt over de 48 km, die
sedert de start buiten Lyon waren afge
legd. De snelste tussentijden op de Arpin
waren: Bobet 1.20.02, Van Est 1.21.21, Le
Guilly 1.21.27, Schaer 1.21.31, Wagtmans
1.22.20 en Lerono 1.22.25.

Van de Arpin tot aan de baan in St.

Etienne daalde de weg. Dat Bobet een
betere klimmer is dan Van Est bleek ook
in deze tijdrit. Want tot de Arpin liep de
weg vrijwel voortdurend omhoog, afge
wisseld met kleine dalingen en op de 48
km won Bobet 1 min. 19 sec. op Van Est.

Maar in de afdaling liep de Fransman
maar 26 sec. uit op onze landgenoot. Le
Guilly, klimmer par excellence, was een
slechte daler en hij die nog derde stond
op de Arpin noteerde een tijd in St.

Etienne, die hem slechts een veertiende
plaats opleverde.

Bobet kreeg een lekke band, enkele kilo
meters voor St. Etienne, maar het euvel
was snel verholpen en toen hij zijn ronde
in het stadion had gereden, hadden de
chronometreurs voor hem een tijd afge
drukt van 1 uur 49 min. precies over de
70 km. Een gemiddelde van 38.532 km per
uur. Wim van Est, die een lange tijd de
snelste tijd van de dag had, met Wagtmans
op de tweede plaats, werd door Bobet dus
beroofd van het winnen van een tweede
étappe. Schaer nam de derde plaats van
Wagtmans over.

Weddenschap

De tijd van 1 uur 50 min. 45 sec. met 30
sec. bonificatie stelde Van Est in staat om
in het algemeen klassement van de 15e
naar de 13e plaats te stijgen. De grootste
winst maakte Wout Wagtmans. Pellenaars
daagde hem bij de start voor een wedden
schap uit, waaraan hij honderd gulden kon
verdienen als hij bij de eerste tien was.

Wagtmans, die anders nogal vlot van
tong is, aarzelde, keek zijn ploegleider wat
wantrouwend aan. Maar de laatste her
haalde zijn aanbod, met getuigen erbij.

Nog durfde Wagtmans geen „ja" te zeg
gen, waarvan hij enkele uren later veel
spijt heeft gehad. Want hij werd vierde
in de étappe met een tijd van 1 uur 52
min. 25 sec. De Nederlander steeg van de
negende naar de zesde plaats in de alge
mene rangschikking. Een plaats, die nog
nimmer door een Nederlander is ingeno
men in het eindklassement. Aangenomen
natuurlijk, dat Wagtmans die plaats tot
aan Parijs weet te behouden.

Gerrit Voorting maakte na Van Est en
Wagtmans de snelste tijd van de Neder
landse équipe. Hij ging met te klein ver
zet naar beneden, waardoor hij kostbare
seconden verloor. Hij slipte nog in een der
bochten. De agent, die de bocht bewaakte,
had vergeten hem met de hand een waar
schuwing te geven, dat er een haakse
bocht zou volgen. Zijn grootste zorg na
aankomst was: als wij het ploegenklasse
ment maar behouden

De eerste plaats in het dagklasscmcnt
ging juist aan de portemonnaie van de Ne
derlanders voorbij, maar in de algemene
ploegenrangschikking staat Nederland na
de tijdrit nog met 7 min. 10 sec. voor op
Frankrijk en 22 min. 29 sec. op Noord Oost
Centraal Frankrijk. België bezet de vierde
plaats met 50 min. achterstand op Neder
land. De sterk teleurstellende Italiaanse
ploeg komt pas op de zesde plaats met 1
uur en 10 min. achterstand op het Neder
landse team.

„Ik begrijp 't niet"

Suykerbuyk en Roks maakten precies
dezelfde tijd. De laatste was verbaasd toen
hij later de veel snellere tijden, die ande
ren hadden gemaakt, vernam. „Ik begrijp
niet, dat die mensen zo snel kunnen rij
den", mompelde Roks. Jan Nolten had niet
sterk geklommen, waardoor zijn minder
goede tijd in de tijdrit is verklaard. In de
afdaling herstelde de Limburger zich uit
stekend, zodat hij toch nog 32e in deze
étappe werd geklasseerd.

Hein van Breenen zei ronduit: „Zo'n
tijdrit is niets voor mij. Dat voortdurend
alleen rijden inspireert mij niet"

1.54.20; 14. Le Guilly (Fr.) 1.54.34; 15. Rolland
(Fr.) 1.54.37; 16. Emzer (Lux.) 1.54.45; 17.
Molincris (Fr. Zuid-Oost) 1.54.48; 18. Meunier
(Fr. N.O.C.) 1.54.57; 19. Bartali (It.) 1.55.01;
20. Mahé (Fr. West) 1.55.02: 25. G. Voorting
(Nederl.) 1.55.25; 32. Nolten (Nederl.) 1.56.19;
62. Suykerbuyk (Nederl.) en Roks (Nederl.)

I.59.23 70. Van Breenen (Nederl.) 2.01.10.
tiet algemeen klassement na de 20ste

étappe is: 1. Bobet (Fr.) 113.17.19; 2. Maile
jac (Fr. West) 113.21.27 op 14.08; 3. Astrua
(It.) 113.32.20 op 15.01; 4. Close (België)
113.34.56 op 17.37; 5. Schaer (Zwitserl.)
113.36.03 op 18.04; 6. Wagtmans (Nederl.)
113.38.58 op 21.39; 7. Rolland (Fr.) 113.40.22
op 23.03; 8. Lauredi (Fr.) 113.41.25 op 24.06;
9. Geminiani (Fr.) 113.44.37 op 27.18; 10. Mahé
(Fr. West) 113.45.45 op 28.26; 11. Bartali (It.)
113.49.19 op 32 min.; 12. Mirando (Fr. Zuid-
Oost) 113.52.04 op 34.45; 13. Van Est (Ned.)
113.56.19 op 39.00; 14. Serra (Spanje) 113.57.51
op 40.32; 15. Magni (It.) 113.59.37 op 42.13;
16. G. Voorting (Ned.) 114.01.52 op 44.33; 17.
Bauvin (Fr. N.O.C.) 114.02.26 op 45.07: 18.
Ernzer (Lux.) 114.04.00 op 46.41; 19. Nolten
(Nederl.) 114.05.11 op 47.52; 20. Anzile (Fr.
N.O.C.) 114.07.57 op 50.38; 29. Roks (Nederl.)

114.30.42 op 1.13.23; 36. Suykerbuyk (Nederl.)

114.48.43 op 1.31.24; 37. Van Breenen (Ned.)
114.53.03 op 1.35.44.

Het ploegenklassement van de 20ste
étappe luidt: 1. Frankrijk (Bobet, Le Guilly,
Rolland) 5.37.11: 2. Nederland (Van Est,
Wagtmans en Gerrit Voorting) 5.38.05; 3.
Italië; 4. Spanje: 5. Frankrijk West: 6. Frank
rijk N.O.C.; 7. Frankrijk Zuid-Oost; 8. Zwit
serland; 9. België; 10. Luxemburg; 11. Ile de
France.

Het algemeen ploegenklassement is: 1.
Nederland 339.29.04; 2. Frankrijk 339.36.14
op 7.10; 3. Frankrijk N.O.C. 339.51.33 op
22.29: 4. België 340.20.06: 5. Frankrijk West
340.32.58; 6. Italië 340.37.19; 7. Spanje 341.19.43;
8. Frankrijk Zuid-Oost 341.54.20: 9. Ile de
France 342.03.20: 10. Zwitserland 342.23.24;

II. Luxemburg 343.56.19.

Na de 20ste étappe luidt het jubileum
klassement: 1. Schaer (Zwitserl.) 245 pnt.;
2. Magni (Italië) 293 pnt.: 3. Geminiani (Fr.)
359.5 pnt.; 4. Rolland (Fr.) 388 pnt.;5. Van
Est (Nederl.) 389 pnt.: fi. G. Voorting (Ned.
463 pnt. 7. Astrua (Italië') 473 pnt.; 8. Bobet
(Fr.) en Bartali (It.) 503 pnt.: 10. Lauredi
(Fr.) 548 pnt.: 16. Wagtmans (Nederl.) 661.5
nnt. 17. Mailejac (Fr. West) en Nolten (Ne
derl.) 664 pnt.

In Groenendaal werd gisteravond voor de
eerste klasse heren gespeeld de wedstrijd
HPC 1—UZSC 1. Al spoedig hadden de gas
ten door Van Aalst een eennul voorsprong
De HPC-midvoor Frits de Geest wist echter
voor het ingaan van de rust de achterstand
voor de Heemstedenaren te veranderen in
een tweeeen voorsprong. Na de hervatting
probeerde De Geest het met een ver schot
en het lukte. Nadat Van Aalst eerst de ach
terstand tot drietwee had verkleind wist
hij daarna, door een fout in de Heemsteedse
achterhoede, de eindstand op driedrie te
brengen.

DWR 1 heeft in de tweede klasse dames
de laatste wedstrijd gespeeld en wel tegen
HZPC 1. Voor de rust behaalden de Haagse
dames een twee—nul voorsprong. In de twee
de speclhelft bleven doelpunten uit. DWR

Het cricketelftal van de MCC, dat van 1
tot en met 9 Augustus wedstrijden in Ne
derland zal spelen bestaat uit de volgende
spelers: F. G. Mann (capt.), J. R. L. Hill,
T. G. Abell, D. L. Blake, M. H. Bushby, A.
B. Quick, D. C. Jowett, dr. R, A. Shaddick,
maj. H. F. D. Gillett, capt. T. S. W. Rceve-
Tucker, A. W. H. Mallett en M. H. Wrigley.

Over de spelers ontlenen wij het volgende
aan het officieel orgaan van de Nederlandse
Cricketbond „Cricket". Aanvoerder Mann
bezocht reeds in 1938 met de MCC en in '39
met de Eton Ramblers ons land. Gedurende
beide toeren scoorde hij een century. Sinds
dien is Mann zowel binnen als buiten zijn
vaderland met succes als captain van het
vertegenwoordigend Engelse elftal opge
treden.

Te Port Elisabeth scoorde hij in 1949 136
nol out in een test-match tegen Zuid-Afrika,
Blake is een zeer goede linkse batsman.
Bovendien is hij een uitstekende wicket-
keeper. Hij komt vrij regelmatig voor
Hampshire uit. Ook Abell is een goede
wicket-keeper-batsman. Hij speelde enige
wedstrijden voor Oxford in dit seizoen.
Bushby fungeerde in het afgelopen seizoen
op zeer succesvolle wijze als openings-bats
man voor Cambridge. Het komende seizoen
zal hij het Cambridge team op Lord's aan
voeren.

Het bezoekende team bezit twee snelle
openings-bowlers in Mallett en Wrigley.
Eerstgenoemde speelde in 1947 cn 1948 voor
Oxford en nadien voor Kent. Wrigley had
voor Oxford een uitstekend seizoen in 1949.
Vooral door zijn voortreffelijk bowlen (5
voor 28 in de eerste en 3 voor 23 in de twee
de innings) kregen de Nieuw-Zeelanders in
dat jaar hun enige nederlaag in Oxford te
slikken, D. C. Jowett speelde zowel dit jaar
als verleden jaar voor Oxford tegen Cam
bridge op Lord's Hij is een zachte off-spin-
ner. Ook dr. R. A. Shaddick is als bov/ler
geen onbekende in Engels eerste klasse
cricket. Voor de MCC, Middlesex en Free
Foresters speelt hij regelmatig en vaak met
succes.

De aanval lijkt aldus goed verzorgd. A.
B. Quick speelde als batsman met succes
voor Essex.

Maj. Gillett en Capt. Reeve-Tucker zijn
zeer behoorlijke clubcricketers.

Het wedstrijdprogramma is als volgt: 1 en
2 Augustus: MCC—HCC in Den Haag; 4 en

5 Augustus MCCFlamingo's in Enschedé;

6 Augustus: MCCNCB XI in Amstelveen
(VRA-terrein); 8 en 9 Augustus: MCC—All
Holland in Haarlem.

Bartali, Robic, Koblet, Bobet, LeronoBauvin, Astrua, of hoe al die „azen" ook heten
mogen, zijn met één gevaarlijk en doeltreffend wapen te bestrijden. Je moet niet
bang voor ze zijn. Je moet er eenvoudig niet aan denken dat die knapen geroutineerder
zijn en meer presteren. Je moet ze aanvallen met vertrouwen in eigen kunnen. Dan
kan je ze hebben. Adrie Voorting heeft ons dat lesje gisteravond geleerd in de
overvolle huiskamer van zijn jarige schoonvader in de Kedoestraat in Haarlem-Noord.
Een lesjedat hij zelf heeft geleerd en in praktijk heeft gebracht tijdens de achttien
étappes, die de jonge Haarlemse wielerprof in de Ronde van Frankrijk heeft gereden.
In de ruim vijfendertighonderd kilometer, die hij voor de eerste maal reed in gezel
schap van nagenoeg alle wielrenners van naam die de West-Europese landen kunnen
opbrengen. Met zijn rechtervoet, waaraan hij een infectie heeft opgelopen, in een
teil met sodawater heeft hij verteld over zijn eerste Tour de France, die voor hem
zo'n ontijdig einde heeft genomen op de vervaarlijke Izoard. Jammer, zegt Adrie.
Maar met een veelzeggende grijns vertelt hij direct daarna dat Pellenaars gezegd
heeft dat hij uitstekend gereden heeft en dat het het volgend jaar nog wel beter zal
gaan. Het volgend jaar, Adrie Voorting heeft er nu al plannen voor!

heeft uit de 8 wedstrijden 6 punten binnen
gehaald.

In de tweede klasse B dames won DWT 1
met tweeeen van Nereus 1. HVGB 1 ver
loor met drieeen van ADZ 1. In deze
afdeling heeft DWT 1 de leiding en staat
met 1 punt voor op ADZ 1.

In de reserve hoofdklasse heeft HPC 2 het
nog niet tot een overwinninig kunnen bren
gen. In de afgelopen week werd met twaalf
nul van Merwede 2 verloren.

HVGB 3 heeft in de reserve tweede klasse
twee overwinningen geboekt; ZIAN 3 werd
in Den Haag met twaalfeen verslagen en
in Leiden werd LZC 2 met viereen ge
klopt. TIPC 3Haarlem 3 resulteerde in
drieeen.

Het IJ 3HVGB 4 werd voor de reserve
derde klasse gespeeld met als resultaat
drietwee.

In de afdeling dames van de kringcompe
titie heeft VZV 2 met vijftwee van DWT 4
verloren en met tweenul van HPC 2.

In de afdeling meisjes won DWR met vier
nul van HPC. Bij de jongens versloeg HZV
VZV met zeseen.

Door het niet opkomen van de scheids
rechter hebben de ploegen van HVGB en
Merwede Vrijdagavond in Stoop's bad ver
geefs gewacht en kon de hoofdkalsse com
petitiewedstrijd HVGB 1Merwede 1 niet
door gaan.

Adrie Voorting is dus weer thuis na zijn
Tour-avontuur. De jongetjes uit de buurt
hadden al lang op dat moment gewacht.
Toen Adrie met zijn verloofde Riet gister
avond in de Kedoestraat arriveerde, vond
hij daar al die jeug
dige buurtgenoten, die
met oude fietswielen
een erehaag vormden
voor de feestelijk ver
sierde voordeur, waar
achter de oudere,
maar even enthousi
aste wielerliefheb-
bers, vol ongeduld
wachtten. As-je-me-
nou, heeft Adrie ge
zegd, die zoiets hele
maal niet verwacht
had.

Verhalen

Natuurlijk zat de
jeugdige Haarlemmer
na zijn eerste Tour-
avontuur vol verha
len over de moorden
de étappes door
Frankrijk en België.

Etappes, waarin hij
veel heeft geleerd
van al zijn gerouti
neerde collega's. Hij
kan de vraag hoe
hem de krachtproef
is bevallen, dan ook
niet anders dan met
een volmondig „best"
beantwoorden. Beter
nog dan hij in de
meest optimistische
bui had durven ver
wachten.

De jonge Voorting
raakt er niet over uit
gesproken. Als hij
zijn „fan-mail" heeft
laten zien stapels
brieven en briefkaar
ten van jonge en oude mannen en vrouwen
uit alle delen van Nederland komen zijn'
"spannende verhalen los over achtervolgin
gen, demarrages, klimpartijen en afdalin

gen. Vooral over die laatste raakt hij niet
uitgepraat.

Zoals het in de Pyreneeën was zal ik niet
licht vergeten, zegt de jeugdige Voorting.
Vooral niet bij die afdalingen met een vaar
tje van tachtig kilometer in de mist, wan
neer je nawelijks twintig meter voor je
uit kan zien. Ik reed voorzichtig en zorgde
dat mijn remmen en velgen warm bleven
om weigeren te voorkomen. Plotseling
kwam er een Fransman bij de afdaling van
de Col d'Aubisque in volle vaart langs mij

u al weer ruim een week geleden
kwamen wij 's avonds langs het ter
reinencomplex van een der Haarlemse
voetbalverenigingen. En we moeten eer
lijk zeggen dat we van hetgeen we daar
zagen toch wel geschrokken zijn. Want
op een van die zoele zomeravonden om
streeks half Juli waren op dat ene
voetbalveld een vijftiental spelers in
volle training. Vijftien voetballers, die
zich voorbereiden voor hei aanstaande
seizoen, dat over enige weken al weer
haar intrede doet met tournooien, serie-
wedstrijden en zo voort. En dat terwijl
op dat tijdstip R.C.H. nog in training
was voor de beslissingswedstrijd om het
kampioenschap van Nederland en in het
Zuiclen de promotiecompetitie voor een
plaats in de eerste klasse ook nog niet
eens beslist was. Training voor het
nieuwe seizoenWe hebben zo'n
idee clat die spelers die wij bezig zagen
met lichaamsoefeningen en oefeningen
ter bevordering van de balcontróle heus
niet de enige zijn in Nederland die zich
al weer volledig concentreren op de
komende seriewedstrijden voor het sei
zoen 1953—1954. Waarmede wij alleen
maar willen constateren dat het toch wel
eens hoog tijd wordt dat de woorden
„gesloten seizoen" betekenis krijgen en
niet een periode aanduiden voor het in
halen van een tijdens de wintermaanden
opgelopen achterstand van wedstrijden.

ER is reeds zo veel over gezegd en ge
schreven. Wij hebben u bij vorige ge
legenheden al voorgehouden waarom een
gesloten seizoen noodzakelijk is en hoe de
verwezenlijking er van bevorderd kan
worden. Op het ogenblik zijn er sportbe
oefenaren, die nu al uit moeten rekenen
op welke data zij weer de voetbalschoe
nen aan hebben, terwijl zij op diezelfde
dag hun athletiek-, cricket- of honkbal-
kleding nog in een wedstrijd zouden
kunnen dragen. Nu al weer krijgen zij
aanschrijvingen van hun voetbalvereni
gingen voor het bezoeken van trainings
avonden. De bestuurders komen hun ver
tellen dat zij node gemist kunnen worden,
omdat het elftal als geheel moet oefenen
om straks tot goede resultaten te komen.

Hetgeen allemaal goed bedoeld is, maar

Met Roks zocht hij na de rit gezamenlijk j waar bij vergeten wordt dat er ook nog

kan het misschien iets korter worden dan
het vorige seizoen, maar het feit blijft be
staan dat hoe dan ook het seizoen
te lang duurt. Er zijn sporten die volko
men in de verdrukking komen, omdat
Koning Voetbal het gehele jaar wil rege
ren op de Nederlandse sportvelden. Een
situatie, die verre van normaal en ook
verre van gezond is.

Stagnatie

het hotel op. Van Breenen en Suykerbuyk
sliepen in de nacht van Donderdag op
Vrijdag in één kamer, een fijn trekje van
Pellenaars. De schurmutselingen wgren
gestaakt, de vrede was getekend. Beiden

wel andere takken van sport zijn die even
goed of soms nog beter voor lichaam
en geest zijn.

Het komende seizoen wordt even lang
als:het'voorgaande. Als de winter meevalt'

AT het het afgelopen seizoen zo laat
is geworden vindt naast natuurlijk
het zeer grote aantal wedstrijden, tevens
zijn oorzaak in de stagnatie tijdens de
wintermaanden toen de velden enkele ma
len volkomen onbespeelbaar waren, doch
ook omdat soms op Zaterdagochtend het
gehele competitieprogramma voor Zondag
werd afgelast naar aanleiding van terrein
rapporten van het begin van de week.
Wat moet er wel gebeuren, indien er wer
kelijk eens een strenge winter komt?

Zoals bijvoorbeeld de winter van
1S28/29 of die van 1939/1940. In eerstge
noemde winter werd er negen weken ach
tereen geen voetbal gespeeld. Na 31 De
cember werd er toen pas weer gespeeld op
Zondag 3 Maart. Verder ging het toen van
een leien dakje. Alleen werd van de beide
Finksterdagen gebruik gemaakt om de
achterstand iets in te halen. De gewone
competitie en ook de kampioens-,
promotie- en degradatiecompetitie konden
geheel afgewerkt worden (Haarlem pro
moveerde naar de eerste klasse). De laat
ste promotiewedstrijd werd op 2 Juni ge
speeld; dat was HaarlemZeeburgia. En
heel ver in de zomermaand, op 23 Juni,
was het toui-nooi om het kampioenschap
van Nederland geëindigd. De laatste wed
strijden waren toen P.S.V.Velocitas en
SpartaGo Ahead. De Philips Sport Ver
eniging werd kampioen.

Daarbij willen wij echter wel opmerken
dat de afdelingen in de eerste klasse toen
schrikt u met tien vei-enigingen tel
den en niet veertien, zoals op het ogen
blik. Waarbij op het ogenblik alleen de
hoop rest dat werkelijk strenge winter
maanden vooreerst uit zullen blijven op
dat geen aaneengesloten seizoen bereikt
wordt. Waarbij tevens mag worden ge
hoopt dat de Bondsvergadering van de
K.N.V.B. het eindelijk eens wordt en da
den naast woorden zet. En dat niet alleen
in het belang van de zomersporten, maar
ook voor de voetballers zelf, die bij een
seizoen als het nu afgelopen heus geen
baat vinden.

CT ENOEG echter over voetbal. Nu iets

F over cricket. Wanneer u deze woorden
over Alec Victor Bedser de reus onder
de bowlers, zoals men in Engeland zegt
onder ogen krijgt, is de vierde testmatch
tussen Engeland cn Australië gespeeld
op Headingley in Leeds in volle gang.
Hoe de situatie dan zal zijn kunnen wij u
moeilijk voorspellen. En dat is ook de be
doeling niet. Wel kunnen wij vooruit ge
rust schrijven dat ook het resultaat van
deze vierde match voor een zeer groot ge
deelte zal afhangen van wat Alec Bedser
met de bal zal presteren. Want faalt
Bedser, dan faalt Engeland, kan men wel
zeggen. Zijn cijfers in testwedstrijden van
dit seizoen eerste match 7 voor 55 en
7 voor 44, tweede match 5105 en 377,
derde match 5 voor 115 en 2 voor 14
spreken wat dat betreft reeds genoeg.

Alec is de meest succesvolle van de
cricket spelende tweeling AlecEric Bed
ser die in 1918 werd geboren. Tweeling
broers, die sterk aan elkaar gehecht zijn.
Reeds vanaf hun prille jeugd waren zij
altijd samen en zijn dat tot op dit ogen
blik nog. Reeds vroeg ook speelden zij
samen cricket. Ieder uur dat zij er maar
voor konden vinden. Aldus waren zij meer
in de gelegenheid om te oefenen dan een
ander en ontwikkelden eikaars mogelijk
heden ten volle, te meer ook omdat beide
knapen veel aanleg voor cricket vertoon
den.

Toen ze van school kwamen kregen ze
beiden een baantje bij een firma en speel
den alleen Zaterdags. Maar ze bleven
oefenen. Op een van die avonden werden
ze toen door een cricketer van naam en
faam „ontdekt" en werden lid van de
Surrey County cricket staff. Ook daar ble
ven Alec en Eric dus samen.

Zelfde onderdeel

N ook tijdens de tweede wereldoorlog.
Zij dienden samen bij de politieafde
ling van de Royal Air Force, waren bij de
evacuatie van het Engelse leger in Duin
kerken en stonden hun mannetje bij de
invasie in Noord-Afrika en Italië. Toen ze
later naar Australië werden gestuurd,
hervatten ze uiteraard hun cricket-trai
ning en waren dan ook in perfecte vorm.
Toen in 1946 de eerste klasse competitie
weer begon, kwamen beiden voor het
County-team van Surrey uit.

Toch viel Eric af. Alec bleek de beste
en werd een vervaarlijk bowler. Voor
Surrey nam hij in '46 eerst vijf wickets

Alec Bedser, bowler van Surrey en Engeland.

voor weinig runs tegen het testteam van
India en in de testtrial een maand
later kwamen zo waar de wickets van
Hutton en Hammond op zijn naam.

Toen kwam de eerste testmatch van En
geland tegen India. Alec nam zeven
wickets voor 49 en in de tweede innings
vier voor 96! Geen bowler vóór hem
maakte zo'n enorm succesvol debuut in
testcricket. Doch daar bleef het niet bij.

In de tweede test was Alec Bedser
weer de gevreesde man en nam weer elf
Indiase wickets. Alec's naam was ge
maakt. Een naam, die sinds 1946 niets van
haar klank heeft verloren.

Ook al kreeg Alec enkele inzinkingen,
voornamelijk door het spelen van te veel
wedstrijden. Maar om maar eens een
voorbeeld te noemen in 19501951 in
Australië liet hij eens te meer zien wat
voor een reus hij onder de bowlers is. In
de serie testmatches nam hij niet minder
dan dertig wickets tegen een gemiddelde
van 16 runs elk. Waaronder zijn tien
wickets voor 105 runs in de vijfde test
match, die een belangrijk aandeel bete
kenden van de eerste Engelse overwin
ning op Australië sinds 1938.

Ongenaakbaar

TERUG in Engeland bleek Bedser ook
tegen de Zuid-Afrikanen in ongenaak
bare vorm. In de eerste test nam hij zes
voor 37 in Afrika's tweede innings en in
de derde testmatch had hij een groot aan
deel in de zege met zijn twaalf wickets
voor 112 runs. Aan het einde van het sei
zoen had Alec Bedser 182 wickets geno
men in testmatches
tegen een gemiddelde
van 26 elk. Alleen de
befaamde S. F. Bar
nes met 189 had
toen meer genomen
voor Engeland. Intus
sen is Alec dat aantal
men zal het zich
herinneren al weer
lang gepasseerd.

We hadden het al
leen over testcricket.
Voor Surrey was hij
van onschatbare
waarde. Meer dan
zijn tweelingbroer
Eric ook een bow
ler die steeds op
hetzelfde peil bleef.

Op hetzelfde peil,
maar dat wilde niet
zeggen dat Eric van
Alec gescheiden
werd. Geenszins. Op
menige buitenlandse
tour waren zij samen,
ook al speelde dan
alleen Alec. Onaf
scheidelijk, inder
daad, want eenmaal
kwam het zelfs zo ver
dat Alec weigerde het
land te verlaten voor
een tour zonder dat
Eric ook mee zou
gaan. Men gaf toe,
want we zeiden
het reeds zonder
Alec is de Engelse
aanval niet op volle
toeren. E. K.

heen. Even plotseling was hij verdwenen.
Niet veel verder zag ik hem naast de weg
liggen, op het randje van een diep ravijn.
De schapen keken hem nieuwsgierig en
dom aan.

Weer even verder was een andere Frans
man wél in het ravijn gereden, maar kwam
er ook nog vrij goed af. En of dat nog niet
genoeg was, zo lag Hugo Koblet weer een
paar kilometer verder gewond met z'n fiets
naast een muurtje. Ik heb daarna bij de
afdaling toen nog maar even meer bijge-
remd. Je kan per slot van rekening nooit
weten.

Nerveus

Over zijn tweede plaats in de étappe
Nïmes-Marseille is Adrie natuurlijk ook
nog lang niet uitgesproken. Ik had gejaagd,
zoals ik nog nooit gedaan had, vertelt hij.
Maar op het critieke moment werd ik ze
nuwachtig en Quentin was me in de sprint
de baas. Het scheelde maar een half wiel.
Een volgende keer kan me alles overkomen
maar dat niet meer, verzekert de jeugdige
Haarlemmer.

En dan die Alpen-étappes. Zwaar werk,
maar ik voelde me best. Toen ik een blaar
kreeg op de grote teen van mijn rechter
voet was dat alleen maar lastig. Even
doorprikken en zuiveren, anders niet. Zo
veel renners hadden dat bij de hand. Maar
mij bleef het hinderen. M'n hele teen zwol
op en ik kon m'n rechterschoen nauwelijks
meer aan. En dat juist in die zware acht
tiende étappe met de Izoard. Ik kon wel
huilen. De top heb ik nog gehaald, maar
toen waagde ik het niet meer. Ik gaf op.
Jammer, maar het was niet verantwoord
om verder te rijden. Een volgende keer
gaat het beter. Ik weet het zeker.

Dorst

Zo vertelt Adrie Voorting maar verder
voor luistei-grage oren. Verhalen over God-
det, die al die successen van de Nederlan
ders niet zo heel leuk vindt, over ruzies
die even gauw gemaakt als bijgelegd zijn,
over grappen en grollen van de renners,
over het natuurschoon in Frankrijk, over
„de Pelle", die wel hard is maar toch reuze
meevalt, over de eeuwige dorst, die dik
wijls gelest wordt met uit cafétjes wegge
haalde flessen limonade terwijl een agent
buiten op de racefiets past. En zo maar
door.

Verhalen in overvloed. Verhalen, die
Adrie Voorting voor de eerste maal ver
telde aan de douane-ambtenaren in Roo-
zendaal, die overigens wel raar opkeken
toen ze Voorting op grote pantoffels (door
de infectie) in de trein zagen zitten, en die
hij nog wel vele malen zal moeten vertel
len. Tot de volgende Ronde van Frankrijk,
als hij weer van de partij hoopt te zijn.
Een Ronde, waarin hij zich dat weet
hij nu al nog beter zal weren dan in die
van dit jaar.

ADVERTENTIE

Schoterweg 122 - Haarlem - Tel. 12681

KOFFERSCHRUFMACHINES

JANSEN EN SWART

In de Nederlandse ploeg, die op Zondag 2
Augustus in Antwerpen België in een lan-
dan-athletiekwedstrijd ontmoet, zullen Jan
sen, Swart (beiden Haarlem) en Lagerberg
(Vlug en Lenig) op het nummer polsstok
hoogspringen uitkomen.