<V cle^Ü Opvallend debuut van jonge Chansonnière Dwaasheden van de Mode Eigen gebakken brood Wist U dat f Effecten- en Geldmarkt Wat sigarettenrokers interesseert drie vragen - drie antwoorden Pogingen tot sanering geld- en kapitaalmarkt BRIEVEN VAN EEN PARIJSE HUISVROUW - Moeder Er werd veel gekocht in December ZATERDAG 27 FEBRUARI 1954 oor rouw P a r ij s, Februari 1954. (Van onze Parijse medewerkster) Bobino is de naam van een music-hall-theater dat in onze wijk gevestigd is en dat ook hoofdzakelijk door mijn buurtgenoten wordt bezocht. Een heel gewoon doorsnee-publiek van cómmerganten en andere middenstanders die zo'n avond nu 's uit willen zijn en daarom helemaal niets dieps verlangen te beleven. De directie die een reputatie van zeker een halve eeuw heeft op te houden, voldoet graag aan die behoefte met programma's van goochelaars, jongleurs, clowns, dames en heren op rare fietsjes. En verder natuurlijk vooral met regelmatige „tours de chant" van chansonniers en chansonnières, omdat dié kunst bij de Parijzenaars nu eemaal nog steeds het allerhoogste genoteerd staat. Want: en France, tout finit par une chanson, in Frankrijk eindigt alles met een chanson, zoals het oeroude ge zegde luidt. Nirnlp T nuniPY ffppit lipt men voelt> dat ieder sentiment en elke LMCOie IsOUVtet &VeJl nei gedachte in haar liedjes ook door haar lied nieuwe klank ^ït zijn beleefd. „Coming woman De klein-kunst, vooral van het chan son, is in Frankrijk eigenlijk tot een soort industrie ontaard. Chansons wor den aan de lopende band geschreven, ten getale van 32.000 per jaar volgens de laatste opgave van de Maatschappij van Schrijvers, Componisten en Muziek uitgevers. Daardoor zijn er misschien drie of vier die de componist een for tuin opleveren en dat zijn zeker niet altijd de beste liedjes. Zoals dat chan son voor de film Moulin Rouge waarmee Georges Auric veel meer heeft verdiend dan met zijn hele verdere oeuvre dat uit balletten, liederen, sonates en an dere kamer- en orkestmuziek bestaat. Ik zei 't al: klein-kunst behoeft niet beslist zo heel klein te zijn, op voor waarde dat een artist de moed maar opbrengt buiten de commerciële tred molen te treden. Een Georges Brassens heeft zich met zijn navrante liedjes van eigen hand daaruit al bevrijdd en dat zelfde heeft ook de jeugdige Nicole ge presteerd. Ze heeft het chanson-genre kan men zeggen, zo weer tot een wer kelijke troubadourskunst verheven. En ze beoefent, neen beleeft die kunst met een zer ontroerende overtuigingskracht. Een buitengewoon begaafd en bui tengewoon bijzonder meisje, deze Ni cole. Op achtjarige leeftijd schreef ze al haar eerste gedichtjes en toen ze zestien was en haar baccalauréat-di- ploma in de zak had componeerde ze daar de eerste melodietjes bij. Twee jaar nadien maakte ze haar opvallend debuut in de journalistiek en toen ze negentien was publiceerde ze een ro man, Qui qu' en grogne geheten, waar alweer zeer veel talent uit sprak. Spoedig keerde ze echter weer terug naar haar eerste liefde het chanson en vorig jaar verwierf ze de Grand Prix de Deauville, waarmee ze de algemene aandacht op zich vestigen zou. In Parijs beschouwt men haar nu als de coming woman ofschoon nog maar een kind van het Franse chanson. Let u dus maar eens op die naam van haar: Ni cole Louvier; u zult beslist nog wel méér van haar horen. ève MOGELIJKHEDEN MET MOSSELEN Gebakken mosselen 250 g. gekookte mosselen, bloem, olie, citroen. Een flinke laag olie in de koekenpan verhitten totdat er een blauwe damp af komt. De mosselen door bloem schud den en vlug bruin en warm bakken. De mosselen even laten uitdruipen en heet opdienen met. partjes citroen. Mosselkoekjes 250 gr. gekookte mosselen, 3 gekookte aardappelen, een stukje ui, peterselie, zout, bloem, boter, margarine of olie. De mosselen klein snijden, de aardap pelen fijn drukken, de ui en peterselie snipperen. Alle ingrediënten dooreen mengen en de massa op smaak afmaken met zout en desgewenst peper. Er platte koekjes van vormen, deze door bloem wentelen en vlug aan weerszijden bruin bakken in hete boter, margarine of olie. Zowel in Parijs als Londen schijnen de modeontwerpers zich te beijve ren om zo dwaas mogelijk voor de dag te komen. De modellen, hierbij afgebeeld, spreken voor zichzelf. De „Schildersjassen" komen uit Parijs, de avondrobe eveneens. De twee anderen zijn in Engels brein ontstaan. Tot welke ongerijmdheden het zoeken naar een nieuwe „stijl" leiden kan, wordt hierdoor wel duidelijk gedemonstreerd. De arme manne quins moeten maar net doen of ze het leuk vinden Een jonge ster in de wereld van het chanson: Nicole Louvier Onder die zangers en zangeressen van het chanson heb je natuurlijk kaf en koren. Maar soms kun je hier in Bobino op dit gebied toch wel eens buitengewone momenten ervaren. Zo hoorde ik hier een Edith Piaf, een Greco over wie ik al eens eerder wat mocht schrijven een Nouloudji, een Brassens. En nu deze week heb ik in ditzelfde variété-theater kennis mogen maken met een nieuwe chan sonnière voor wie ik best mijn hand in het vuur durf te steken wat betreft haar toekomst in de wereld van de klein-kunst, een genre dat in haar geval dat enigszins denigrerend ad jectief eigenlijk helemaal niet ver dient. Om haar dan maar direct voor te stellen. Ze heet Nicole Louvier en ze is nog maar nauwelijks meerderjarig. Ze schrijft persoonlijk de woorden en de muziek van haar liedjes en ze be geleidt zichzelf op een gitaar zonder zich ook maar ergens in de harmonie- en te verstrikken. Haar optreden en haar hele voorkomen bezit dat accent van waarachtigheid dat moeilijk on der woorden valt te brengen. Waarover haar liedjes handelen? Het zijn altijd heel droevige geschie- denisjes van een meisje dat wat bang is voor de liefde omdat ze bang is al leen achter te zullen worden gelaten: bang is voor de eenzaamheid. Het is de angst van de adolescent, het kind dat mens wordt en nog in de eigen ge voelens verward zit. Zo zingt ze dan met een klein donker kinderstemme tje haar liedjes waarvan Qui me déli- vrera wie zal me bevrijden wel de diepste indruk op me heeft ge maakt, het gaat alweer over een vriendje, een copain, die ze pas heeft ontmoet maar van wie ze betwijfelt of hij wel evenveel van haar zal kun nen houden als zij meent van hèm te houden. In haar donkere trui en broek met haar korte zwarte haren, de brede mond en de melancholieke wat ver ongelijkte ogen, ziet Nicole eruit als een meisje dat nog een kind is maar aan wie toch niemand meer iets hoeft te vertellen. Ze heeft iets van het angstwekkende van een wonderkind en ik kan me dan ook wel voorstel len dat Maurice Chevalier, die wel weet wat er in de wereld van het chan son te koop is en die zich voor werke lijke jonge talenten altijd heeft geïn teresseerd, in haar verband van een Rimbaud en van het vroeg gestorven litteraire genie Raymond Radiguet heeft kunnen spreken. Nicole Louvier heeft namelijk helemaal niets van de meeste andere chansonnières die zich op hun percoonlijke charme voor laten staan om met meer of minder stem een paar liedjes te zingen, die anderen ge schreven hebben en anderen hen heb ben ingeprent. Nicole doet alles zélf en In verschillende streken van ons land (vooral op het platteland) wordt door de vrouwen nog dagelijks zelf brood gebakken en zij zouden dit voor geen geld willen ruilen met ons „stadsbrood", dat ze maar een zielig iets vinden. En degenen onder U, die wel eens in de gelegenheid zijn geweest dit eigen brood te proeven zullen direct hiermee kunnen instemmen. Want de buitenmens houdt over 't algemeen van goed doorbakken brood, dat werkelijk brood is en niet van het „verse cadetje", dat door de stedeling zo omhoog gestoken wordt. Mosselen in azijn kunnen zo op het brood worden gegeten of met blokjes aardappel en biet tot een slaatje wor den verwerkt. Waar nog bijkomt, dat het goed door bakken brood veel beter verteert en waar van in ons lichaam veel meer voedende bestanddelen worden opgenomen dan van b.v. vers witbrood, dat in onze maag*op een kluit gaat zitten, zodat er geen spijs verteringssappen bij kunnen komen. Wan neer U in het bezit bent van een oven probeert U dan voor de aardigheid ook eens zo'n eigen gebakken brood; hieronder volgen een paar recepten: Witbrood. Voor 1 Va kg. brood of 4 broodjes van bijna 400 gr. 1 kg. bloem, 7 dl. melk (of water), 50 gr. gist, 20 gr. zout. De gist aanmengen met de lauwe melk, bloem en zout toevoegen en alles samen zo lang kneden, tot het deeg soepel is en van de kom loslaat. (Men kan het deeg nog soepeler maken door het enige keren met kracht op een tafel te slaan). Het deeg zo nodig in stukken verdelen, opmaken door het plat te slaan tot men een ongeveer vierkante lap verkregen heeft, iets korter dan de lengte van de broodvorm. De lap oprollen en daarbij de omgevouwen kant stevig tegen het voorbaande deeg aandrukken. Het deeg met de laatste omslag op zij of naar on deren in een vet gemaakte broodvorm leggen, het deeg dicht dekken met een iels bloem bestoven doekje en het op een war me plaats laten rijzen, gedurende minstens één uur. Heeft de broodvorm geen naden, dan kan de vorm in lauw water gezet worden. Wanneer het deeg sterk gerezen is, het in een hete oven (bij plm. 250 gr. C gedurende 40 min. gaar en bruin bakken. Even voordat het brood uit de oven ge nomen wordt, de bovenkorst met water bestrijken om de korst glimmend te ma ken. Het brood, wanneer het uit de oven komt, dadelijk op een rooster keren, om dat de korst anders slap wordt. Bruinbrood 1 kg. ongebuild meel, 7 dl. water, 50 gr. gist, 20 gr. zout. De gist aanmengen met het lauwe water, het meel en het zout toevoegen en alles samen zo lang kneden tot het deeg gelijk matig is en van de kom loslaat. Dit deeg wordt niet zo soepel als wit brooddeeg. Het deeg opmaken, in de vorm leggen, laten rijzen en bakken, zoals hierboven beschreven is bij wit brood. Eenvoudig krentenbrood, of rozjjnenbrood. 1 kg. bloem, 8 dl. melk, 75 gr. gist, 50 gr. basterd suiker, kaneel, plm. 800 gr. krenten of rozijnen, 15 gr. zout. Bereiding als wit brood. De krenten of rozijnen schoonmaken, goed laten uitlek ken en met het deeg vermengen, nadat het soepel gekneed is. Het deeg direct in de vorm leggen, laten rijzén en bakken zoals beschreven is bij wit brood. .als u een truitje gaat breien u ver standig doet met de knot wol eerst in een pan te leggen, er kokend water over heen te gieten en dan de wol rustig te laten liggen tot het water koud is ge worden? Als ge de wol goed laat drogen en daarna opwindt, zal deze nooit meer krimpen. .dat flessen van binnen schoon wor den door in het spoelwater stukjes eier schaal te doen? ....bij vorst de ruiten niet met water moeten worden schoongemaakt? En dat u misschien beter het recept van onze grootmoeders kunt proberen, namelijk door krijtpoeder in een neteldoekzakje op de ruiten te deppen en die daarna met een schone doek af te wrijven? dat als u bij tochtige ramen de vensterruiten in de voegen met een kwast van binnen en buiten bestrijkt met gummi arabicum de voegen lucht dicht zullen zijn? dat u het glas voor uw wandver siering het beste schoonhoudt door het bij tijd en wijlen te reinigen met een penseel of een doekje met spiritus waar in een ietsje ammoniak is gedaan? ADVERTENTIE Vraag 1. Het is de ervaring van de sigaret tenrokers. dat men door het roken van Roxy niet gaat hoesten. Hoe komt dat Antwoord: Dal komt. omdat de tabakken, die samen de Roxy-mélange vormen, eerst zorg vuldig op „non-irritatie" en gering nicotine gehalte worden getest. Dat betekent dat geen tabakken gebruikt worden, die de slijmvlie zen prikkelen, welke prikkeling het hoesten veroorzaakt. Bovendien wordt het stof, dat in een natuurproduct als tabak steeds voorkomt en ook irritatie kan veroorzaken, door een herhaald, bijzonder schoningsproces geheel uit de Roxy-tabakken verwijderd. Vraag 2. Is er een verklaring voor de bijzon dere mildheid van Roxy Antwoord: Met mild wordt bedoeld zacht van smaak, niet scherp, niet prikkelend. Die mildheid wordt verkregen doordat in de Roxy-mélange steeds zorgvuldig op mildheid geteste tabakken worden verwerkt die min stens twee jaar oud zijn. Evenals wijn, kent n.l. ook de tabak het proces van na-rijping en na-fermentatie. Hierdoor daalt het nicotine gehalte en wordt deze tabak zachter. Boven dien hangt de mildheid van een sigaret ten nauwste af van de goede conditie, waarin ze verkeert niet te droog, niet te vochtig. Dank zij het feit dat Roxy vanaf de fabricatie totdat men ze koopt, door het gepatenteerde F.S.-pack (Flavor Seal) beschermd wordt tegen ongunstige atmosferische invloeden, is Roxy steeds in prima fabriekverse conditie. Vraag 3. Hoe komt het dat 's avonds de laatste Roxy nog even lekker smaakt als 's morgens de eerste Antwoord: Dat komt hoofdzakelijk door twee dingen: het geraffineerde evenwicht in de mélange en de bijzondere sausing en aroma tisering. Tè veel van één of twee tabakken in een mélange verstoort het evenwicht en bena deelt de geur en smaak. Dit komt bij Roxy- mélange niet voor. Door een groep speciaal getrainde „tabakkers" wordt de gecompli ceerde samenstelling van de Roxy-tabakken op uiterst zorgvuldige wijze in balans ge houden. Zodoende zijn smaak en geur van Roxy steeds constant: constant prettig. Een simpele mélange verveelt spoedig, daarom is de Roxy-mélange gecompliceerd; fleurig en nooit vervelend. Sigaretten van het Amerikaanse typen wor den gesausd. De sausen voor Roxy worden samengesteld uit zuivere natuurgrondstoffen. De recepten kunnen uiteraard niet gepubli ceerd worden, maar om eens een voorbeeld te geven: er wordt honing gebruikt. Niet ,,zo maar honing", neen, het moet beslist zuivere heidehoning zijn al is deze duur en soms schaars omdat die verreweg de geurigste is. Die kostbare saus-ingrediënten samen ronden de smaak van Roxy af en geven haar net dié mildheid en charme welke rokers met smaak zo gesteld op Roxy doet zijn. [Ce Er is dezer dagen na langdurige onder handelingen een overeenkomst tot stand gekomen tussen de Nederlandse Bank enerzijds en de handels- en landbouwban- ken anderzijds met het tweeledig doel het gevaar van een te grote vlottende schuld voor de Overheid te verminderen en aan de andere kant de banken in staat te stellen voor de nog steeds toenemende geldmid delen van derden een rendabele belegging te vinden. Men weet dat dit reeds geruime tijd onmogelijk is, doordat aan de ene kant de vraag naar bankcrediet nog altijd tame lijk beperkt is en anderzijds de agent van Financiën geen nieuw schatkistpapier meer afgeeft. Hoe groot de toevloed van geld naar de banken is, blijkt wel uit het feit dat vier grote banken op 31 December j.l. alleen aan kasmiddelen, dus onbelegde gel den, rond 350 millioen onder zich hadden tegen 80 millioen een jaar tevoren. Wat voor de grote banken geldt, kan ook van de kleinere worden gezegd, namelijk dat de rentabiliteit van het bedrijf door deze superliquiditeit aanmerkelijk is vermin derd. Het is nu de bedoeling het labiele karakter van de geldmarkt te doen ver dwijnen door de banken, welke tot de gentlemen agreement zijn toegetreden, te verplichten een zeker percentage (max. 15 procent van de gelden van derden) rente loos bij de Nederlandse Bank te deponeren en voorts schatkistcertificaten beschikbaar te stellen tot een bedrag van ten hoogste 1400 millioen, aanvankelijk met een loop tijd van vijf jaar, maar die, zodra dit wet telijk mogelijk is, zullen kunnen worden omgezet in certificaten met een looptijd van 8, 10 of 12 jaar en een rente van respec tievelijk 2 5/8, 2Va en 2 7/8 procent. Op deze wijze zal de vlottende schuld van het Rijk, welke 31 December j.l. rond 4,6 mil liard bedroeg en waarvan zich ca. 3 V% milliard in het bezit van de banken bevindt, althans ten dele worden geconsolideerd, of, zoals het terecht in het perscommunique wordt, semi-geconsolideerd. Men kan de goede bedoeling van deze maatregel waarderen en er toch weinig enthousiast over zijn, wat dan ook onge twijfeld in bankkringen het geval is. Want deze maatregel draagt tot op zekere hoogte een onnatuurlijk karakter en moet worden gezien als een uitvloeisel van de geleide economie, welke men in de kringen van de regering blijkbaar nog niet geheel kan los laten. In de eerste plaats valt op te merken dat hier van een gezonde consolidatie geen sprake is, gelet op de betrekkelijk korte looptijd van de certificaten. Maar voorts komt de vraag op waarom dit aanbod aan de banken wordt gedaan en niet aan het publiek en het bedrijfsleven de gelegenheid wordt gegeven om rechtstreeks aan de ADVERTENTIE Ja, die wist 't wel Maar zij had t nog niet door - tot, opeens, zij 'tbemerkteMAÏZENA! dat was het geheim van moeders kookkunst. Maar... moeder zei bij het kopen van MAÏZENA steevast DU RYE A en daarbij keek moeder wel uit, dat zij geen andere kreeg. Vandaar haar kooksuccessen. Nu is ook zij zelf ervan doordrongen, dat het heus wel de moeite loont op die naam DURYEA te letten. In derdaad er i3 geen beter bind middel voor groenten, soepen en sausen dan MAÏZENA DURYEA. Indexcijfer wijst uit Het waarde-indexcijfer van de totale con sumptie der Nederlandse bevolking is ge durende December met zijn vele feestdagen met 15 gestegen tot 135. (1949 is 100). Het prijsindexcijfer daalde met 1 tot 120, waar door het hoeveelheidscijfer een stijging ver toont met 12 tot 112 en per hoofd der bevol king van 94 tot 106. De stijging is het sterkst geweest bij de sector genotmiddelen. Hier steeg het waardecijfer met 40 tot 152. De prijsindex bleef onveranderd op 112, waar door de hoeveelheid met 38 steeg tot 136 en per hoofd der bevolking met 35 tot 128. De waarde-index van de voedingsmiddelen kwam in December van 130 op 152, de prijsindex verminderde met 1 tot 126. Het hoeveelheidscijfer vertoont een stijging met 19 tot 121, per hoofd der bevolking met 17 tot 114. De veranderingen in de sector der duurzame consumptiegoederen zijn slechts gering geweest. Hier is per hoofd der bevol king een stijging met twee ontstaan tot 94. De waarde index van de overige goederen consolidatie van vlottende schuld mee te werken. In het door de Nederlandse Bank verstrekte commentaar wordt gezegd dat de geldmiddelen in handen van het publiek en het bedrijfsleven geenszins de redelijke be hoeften te boven gaan. Hiertegen kan echter worden opgemerkt dat het geld bij de banken van het publiek en het bedrijfsleven afkomstig is en dat het daar gedeponeerd wordt omdat men er anders geen emplooi voor heeft. Men neemt daarom een minimale rente van V2 of 1 procent voor lief. En wanneer wordt ge wezen op het minder grote succes van de jongste staatslening als een bewijs dat er weinig mogelijkheid of geneigdheid bij het publiek en het bedrijfsleven is om op con- solidatie-feningen in te schrijven, dan zal dit grotendeels aan de minder aantrekke lijke voorwaarden moeten worden toege schreven. Een 314 lening met 40 jarige looptijd bergt grote gevaren voor koers verlies in zich, welke reeds nu in de koers daling beneden 99 procent zichtbaar zijn geworden. Wij vragen ons echter af wat het publiek zou doen als een openbare inschrijving zou worden gehouden van 8-, 10- en 12-jarige schatkistcertificaten met een rente van 2 5/8, 2/i of 2 7/8 procent. Zeer zeker zou dan een belangrijk bedrag van de thans bij de banken gedeponeerde gelden worden teruggetrokken en in dat papier worden belegd. Niet de banken zouden dan het voordeel hebben van een hogere rente, maar de bezitters van overtollige gelden zelve. Ook vroeger werd de vlottende schuld van het Rijk geconsolideerd door de uitgifte van staatsleningen, maar dan met een aantrekkelijke rentevoet. En wij kun nen in de thans genomen maatregel dan ook niet anders zien dan een onbillijkheid jegens hen, die van de vlottende middelen de eigenaars zijn. En tevens als een poging om de vlottepde schuld van het Rijk te consolideren tegen een rentepercentage, dat tot op zekere hoogte kunstmatig is. Er is de laatste tijd van verschillende kanten op een andere sanering van de geld en kapitaalmarkt aangedrongen en ook wij hebben dat meer dan eens gedaan. In het jongste verslag van de Amsterdamse Bank v/ordt betreurd dat de voor de bestaande toestand, waarin het particuliere bankwezen naar eigen inzicht geld in het buitenland kon uitzetten, tot dusver niet voldoende is hersteld. Zolang de deviezenpositie van Nederland zo ruim is als thans, schijnt er alle aanleiding te bestaan het internationaal crediet verkeer in ruimere mate toe te laten dan nu nog het geval is. De Amster damse Bank herinnert in dit verband aan de plaatsing van 50 millioen Belgisch schatkistpapier bij Nederlandse Banken als een voorbeeld van datgene wat op dit ter rein der uitzettingen in het buitenland mogelijk is. Ook de Twentse Bank wijst er op dat kapitaalexport van ouds een mach tige steun is voor de ontwikkeling der in ternationale handelsrelaties en dat het kunstmatig ruim houden van de geld- en kapitaalmarkt grote gevaren kan mee brengen. Temeer bevreemdt deze min of meer kunstmatige binding der geldmiddelen, als men leest wat de commissie van experts van het Benelux-comité hebben gerappor teerd. Zij komen tot de conclusie dat over gegaan kan worden tot een volledige vrij making van het kapitaalverkeer tussen de Beneluxlanden, waarbij dan de in Neder land geblokkeerde gelden zou moeten wor den vrijgegeven, de wederzijdse aan- en verkoop van effecten zou moeten worden toegestaan, zomede de wederzijdse indus triële investeringen en transfer van kapi talen. Wil de Nederlandse regering die kant niet op? Of wil zij, alvorens deze facili teiten toe te staan, nog even een deel van haar vlottende schuld tegen de thans in ons land geldende rentevoet, die belangrijk lager is dan die in België en elders „conso lideren"? Er valt nog iets op te merken over de jongste maatregel van de regering tot sanering van de geld- en kapitaalmarkt. Zij heeft wel gevoeld dat het vastleggen voor de tijd van 8 tot 12 jaar van gelden, welke voor korte termijn bij de banken zijn ge deponeerd, eigenlijk niet juist is. En zij heeft daarom bepaald dat als de gelden van derden tot een zeker percentage teruglopen, de schatkistcertificaten bij de Nederlandse Bank kunnen worden beleend, terwijl ze na een jaar aan de Nederlandse Bank op basis van de huidige rentevoet kunnen worden overgedaan. In dat geval financiert dus de Nederlandse Bank de geldbehoeften van de Staat. Maar afgezien hiervan, wat moeten de banken doen, als him credietgel- den verminderen door een toeneming van de normale credietvraag? Zij zullen dan hun schatkistpapier niet kunnen afstoten want verhandeling is alleen mogelijk tu« sen de deelnemers aan het gen tl erna; agreement. En de Nederlandse Bank neem ze in dat geval niet. Dat de banken met deze regeling erg ingenomen zijn, kan dan ook niet worden gezegd, dat blijkt trouwens ook wel uit het en diensten vermeerderde met 11 tot 132 en de prijsindex met 1 tot 123. De hoeveelheid feit dat zij voor met meer dan het minimum per hoofd is hierdoor van 94 op 102 gekomen- van 1200 millioen hebben ingeschreven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 9