De Dominese De grote Deense acteur Henrik Malberg poseerde als ,,Jeppe-op-de-Rerg" in een oude deken op een rieten ruststoel Toneel in Nederland en België NATIONALE FEESTKLANKEN Onze Puzzle Nederlandse dichtbundel in Franse vertaling KERKELIJK LEVEN Horizont aal: 1. jongensnaam, 3. wapen, 7. lekkernij gebruiken, 9. rivier im West- Duitsdamd, 10. voorlichting, 11. vreemde munt, 13. metalen haak, 14. mikpunt, 16. vlatktemaat, 19. puitemmertje, 21. zwem vogel, 22. ergens kamperen, 23. omgang vain een toren, 24. rund. Verticaal: 1. tx>r, 2. eenmaal, 4. water in Noord-Brabant, 5. boom, 6. pluim van een vogel, 7. delfstof, 8. spijkeren, 11. familie lid, 12. gemeepte in Gelderland, 15. maand van het jaar, 17. schoorsteenzwart, 18. gif- elamgetje, 20. zuiver, 21. verdikking der opperhuid. Om mee te dingen naar de drie geld prijzen ad 7.50. 5.en 2.50 moeten oplossingen onder de aanduiding „Oplos sing Puzzle" uiterlijk Dinsdag 17 uur ont vangen zijn aan een van onze kantoren in Haarlem: Grote Houtstraat 93 en Soenda- plein 37 of IJmuiden: Kennemerlaan 186. Winnaars van de vorige puzzle zijn: P. B. van Rijswijk, Parkstraat 10, Haar lem, 7.50. Mejuffrouw E. Visser, Velserduinweg 16, IJmuiden-Oost, 5. C. J. Reinalda, Oranjelaan 4, Overveen, 2.50. De oplossing van de vorige puzzle is: Horizontaal: 1. kwaadaardig, 8. li, 9. os, 10. ar, 12. regel, 15. S.P.. 16. aam, 18. eer, 19. sir, 20. eek, 22. top, 24. weer. 25. doos, 26. sen, 28. tor, 29. lat, 31. Epe, 33. toe, 35. L.K., 36. Borne, 38. me, 39. O.E., 40. ge, 42. gepolitoerd, Verticaail: 1. kwaadwillig, 2. ai, 3. air, 4 alge, 5. rol, 6. D.S., 7. gepresteerd, 11. ra, 13. eek, 14. ert, 15. si, 17. meest, 19. sport, 21. ere, 23. adé, 17. rneo, 28. ten, 30. A.K.. 32. prei, 34. om, 36. beo, 37. ego, 39. op, 41. Ee. Voor het eerst sinds vele jaren zal een vertaalde Nederlandse dichtbundel in Frankrijk worden uitgegeven. De Parijse uitgever Pierre Seghers bereidt namelijk de publicatie voor van „Voorbij de wegen" van A. Roland Holst door Henry Deluy met medewerking van Dolf Verspoor, vertaald onder de titel „Par dela les Chemins". De inhoud van de bundel die zal uitkomen in de serie „Autour du monde" is uitge breid met Verspoors vertaling van het ge- dicht „Gebed van de harpspeler." Ook op muziekgebied is er een Neder landse kunstgebeurtenis te Parijs in voor bereiding. Onder auspiciën van de Franse vereniging van vrienden der Kamermuziek zal het kwintet Marie-Thérèse lbos op 6 Juni m de Comédie des Champs Eiysée de eerste uitvoering in Frankrijk geven van het Pianokwintet van Henk Badings. „Er is één figuur in de Griekse mytho logie, voor wie ik steeds een grote belang stelling heb gehad en die mijn sympathie verworven heeft, namelijk Merope, de vrouw van Sisyphus". Aldus begint Simeon Stylites, de geestige medewerker van het Amerikaanse tijdschrift „The Christian Century" een artikel over de predikants vrouw. Sisyphus was de man, die in de onderwereld een steen tegen een heuvel moest oprollen. Maar altijd rolde die steen weer terug en Sisyphus bleef bezig met zijn eindeloos eentonig en hartverscheu rend karwei. Ik heb mij dikwijls afgevraagd, schrijft Stylites, welke houding zijn vrouw daar bij aannam. Zei ze iedere keer als de steen naar beneden rolde: „Dat is een tegenval ler, ouwe jongen. Maar vooruit begin maar weer opnieuw"? De arme stakker zou daar wel schoon genoeg van gekregen hebben. Of gooide ze het over een andere boeg: „Vergeet in Jupiters naam die vervelende oude steen. Laat hem liggen. Het lukt je toch niet"? De predikant van een kerk is eigenlijk een moderne Sisyphus. Iedere week rolt hij met veel hijgen en blazen op Zondag morgen de grote steen naar boven. Iedere Zondag na de kerkdienst vraagt hij zich af, staande bij de kerkdeur, of hij eigenlijk iets gezegd heeft de gesprekken van de kerkgangers gaan alleen over het weer. 's Maandagsmorgens begint zijn kracht toer opnieuw. Het is het hele jaar door een eindeloze heuvel. In de weken voor Pasen rolt hij de steen naar boven tot hij op Paasmorgen daar net is aangekomen. Dan, plof! de volgende.morgen is hij Weer be neden. Het is geen wonder, dat men de Zondag na Pasen „Low Sunday" noemt (de Nederlandse vertaling „beloken Pa sen" geeft de bedoeling niet duidelijk weer). Zelfs in het gunstigste geval is het resultaat van de dominee als dat van de Australische bokser, die na een wedstrijd aan zijn vader telegrafeerde: „Gemakkelijk gewonnen in 84 ronden". Hoe staat het met Merope, de vrouw van de dominee? Wat moet zij doen ten aanzien van deze eindeloze ups en downs? Soms probeert ze het door opbouwende eritiek te geven, bijvoorbeeld: „Sisyphus, lieve, waarom probeer je het niet door hem in diagonale richting naar boven te schuiven en dan bovenaan een zetje te geven? Dat zou bepaald lukken". Sommige vrouwen komen op Zondagavond met deze helpende eritiek. Dat is duidelijk in tegen spraak met de Bijbel, want dit Boek zegt: „Hij zal het gekrookte riet niet breken". De Dominee is nu eenmaal op vele Zondag avonden een gekrookt riet. De klank als van een ramshoorn is geheel uit zijn stem en geest verdwenen. Hoe vreemd het ook is, het beste wat Merope voor Sisyphus kan doen, is hem een poosje de grote steen en de heuvel te doen vergeten. De „ideale" vrouw, die in alle boeken over dit onderwerp te vinden is en in de dromen van menige onwetende student, de goed voorbereide kameraad, die er altijd is om op het juiste moment te helpen, is vaak een last die maar al te zwaar te dragen is. Zij zal waarschijnlijk zeggen: „Lieve Sisyphus, nu hebben we een heerlijk lange avond om het programma op te maken voor de jeugdclub". Of: „Nu kunnen we de gezellige avond voor groep C in elkaar zetten". De arme man heeft dan waarschijnlijk de neiging om te vloe ken. De verstandige Merope zal zeggen: „Die oude steen kan daar rustig blijven liggen vanavond, Sis. Wij behoeven er niet op te letten. Laten wij uitgaan en er niet meer aan denken" DEZE week hebben de programma's van de Nederlandse zenders wel een zeer feestelijk lintje gedragen. Hel begon uiteraard met het bezoek van de Koning en Koningin van Denemarken, dat de reportersstaf van de Nederlandse Radio-Unie handen vol werk heeft ge geven. Zonder in een persoonlijke eritiek te willen vervallen de radioverslag- geverij is een kwetsbare zaak moet ons toch van het hart, dat eens te meer is gebleken, dat het niet voldoende is, dat de reporter niet om woorden verïèggn jnt: hij moet ook nog enige cultuur bezitten. De man, die de aankomst van de Deense gasten bij het Concertgebouw moest ver slaan, bleef naar ons gevoel in dat opzicht onder de maat, zelfs wanneer men reke ning houdt met de impasse waarin hij ge raakte doordat de aankomst der vorste lijke personen langer op zich liet wachten dan voorzien was. De verslaggever in het Concertgebouw deed het een stuk beter, maar viel van zijn voetstuk toen hij de hoge gasten zich in de garderobe „van hun kleding liet ontdoen". Het gisteren uitgezonden Koninginne dag-programma had in elk geval één uit stekende kwaliteit: het was harmonisch samengesteld. Een harmonie welke dan ook alleen mogelijk is, wanneer de pro gramma-samenstellers niet gehinderd worden door de obligate zend tijd.schotjes. Het muzikale deel van het programma was van voortreffelijk gehalte. Het geheel Voor de microfoon kreeg reliëf door de toespraken van dr. W. Drees, Anton van Duinkerken en prof. dr. W. Banning. Toch heeft ons de wed- ss. strijd in kennis der vaderlandse geschie denis tussen studen ten uit Groningen, Nijmegen en Am- sterdam (Vrije Uni versiteit) het meest pleizier gedaan, omdat daaruit de eenheid in verscheidenheid, welke men van een nationaal programma verwacht, het duidelijkst sprak. De feestklanken eindigen deze week met de Eén Mei-programma's. Inderdaad in meervoud, want naast de Vara is thans ook de K.R.O. aandacht aan de Dag van de Arbeid gaan besteden. Zo zal men van avond twee ministers hun Meigedachten kunnen horen formuleren: mr. Van Thiel via Hilversum I, dr. W. Drees via Hilver sum II. Het Vara-programma bevat voorts om 18.45 en 23.15 uur reportages van de Meivieringen in het buitenland. De culturele kant van de Meigedachte komt vooral tot gelding in de microfoon bewerking van het treurspel „Thomas More" door Henriëtte Roland Holst welke vanmiddag werd uitgezonden. Op deze wijze heeft het Mei-programma in de omroep een geestelijke basis gekre gen, die breed genoeg is om van een na tionale gebeurtenis te spreken. J. H. B. DE Haagse Comedie heeft aan het einde van het seizoen haar bewonderaars een zeer doorwerkte, fraai afgestemde voorstelling van „Maria Stuart" van Schiller, met Elisabeth Andersen in de titelrol, geboden. De foto toont Myra Ward als Koningin Elisabeth en Paul Steenbergen als Robert Dudley, graaf van Leicester twee bijzonder imponerende creaties in de door de dramaturg Karl Guttmann geleide opvoering. DE Nederlandse Comedie heeft de laatste tijd veel met ziekten te kampen gehad. Vooral Guus Hermus heeft men daardoor node moeten missen, zodat tenslotte de aangekondigde première van „The Confidential Clerk" (De Procuratiehouder) van T. S. Eliot in de vertaling van mr. H. J. W. M. Keuls naar het volgende seizoen moest worden verschoven. In plaats daarvan heeft men thans „Glazen Speelgoed" van Tennessee Williams weer op het répertoire gezet. Men ziet een scène hieruit met Ellen Vogel en Guus Oster, die evenals destijds bij Comedia tezamen met Mien van Kerckhoven-Kling en Han Bentz van den Berg de rolbezetting vormen. Johan de Meester had wederom de regie. Intussen is Guus Hermus gelukkig hersteld. Hij zal de rol van Orestes vervullen in de door Ton Lutz voor het Holland Festival te regiseren vertoning van „Electra" van Sofocles in de vertaling van Boutens. Naar aanleiding van het bezoek van Koning Frcderik en Koningin lngrid hebben tcij in het vorige nummer van „Erbij" ruimschoots aandacht aan Denemarken besteed. Als aanvulling daarop publiceren wij thans nog een her innering aan een reis door dat bevriende land van onze medewerker voor beeldende kunst, Otto B. de Kat. MEN heeft het dezer dagen in de krant kunnen lezen: de Koninklijke Nederlandse Schouwburg te Antwerpen viert zijn eeuwfeest. In de foyer van het stedelijk theater aan de Komedieplaats is een standbeeld van Victor Driessens de stichter van de K.N.S. onthuld. In aanwezigheid van Koning Boudewijn is een galavoor stelling van „Een Midzomernachtdroomvan Shakespeare onder regie van Ben Royaards gegeven. Op de foto ziet men de huidige eerste acteurs en actrices van het gezelschap, dat thans onder directie staat van Firmin Mortier, in een bloemlezing uit het répertoire van de laatste jaren. TERWIJL ik uit het raam van mijn kamer hing. zag ik in de verte mijn vader aankomen. Hij liep met korte, stevige passen en nam met een zwierig gebaar zijn hoed af voor een vrouw, die in haar voortuin bloemen stond te plukken. Ze scheen iets tegen hem te zeggen, want mijn vader hield even zijn pos in. Ik bleef uit mijn raam kijken hoe hij naderde. In de tuinen bloeiden reeds volop voorjaarsbloemen, mussen hipten op de hekken en tussen de per ken, een poes lag languit op een vensterbank in de zon en bewoog zelfs zijn staart niet. Mijn vader was al vlak bij huis, toen ik zag dat hij een pakje in zijn hand hield. Een bruin pakje. Ik rende naar beneden, stak mijn hoofd om de huiskamerdeur en riep: „Daar komt vader met een pakje". „Wat is dat?" vroeg ik al bij de voordeur. „Wat?" zei mijn vader, die rustig jas en hoed ophing. Hij had het even op de kapstok gelegd. „Nou", zei ik ongeduldig, „dat pakje, dat je bij je hebt?" „Je zult het wel zien", zei hij. „Kom maar". Ik volgde hem de huiskamer in, waar iedereen nieuwsgierig naar het pakje keek. Er zat een touwtje om heen, waarvan hij* eerst geduldig de knopen lospeuterde. Daarna vouwde hij het papier open. Het waien de sterren. „Ik heb er voor ons allemaal wat meegebracht", zei hij, „dan kunnen jullie ze op al je jassen naaien". Mijn moeder nam er een uit het pakje en bekeek die aandachtig. „Ik zal eens zien of ik gele zij in huis heb", zei ze. ,,'t Is oranje", zei ik „Je moet er oranje garen voor gebruiken". „Het lijkt mij beter", zei de vrouw van mijn broer, „om garen in de kleur van je mantel te nemen". „Bah", zei mijn zusje, „het zal afschuwelijk staan op mijn rode jasje". „Zien jullie maar hoe je het doet", zei mijn vader. „Als je er maar aan denkt dat ze aan de linkerkant op borsthoogte moeten zitten". „Hoe weet je dat?" vroeg mijn moeder. „Het stond toch in de krant?" zei mijn vader. „Heb je dat niet gelezen? Ze moeten duidelijk zichtbaar zijn". „Wat heb je er veel meegebracht", zei mijn moeder, die aan ieder van ons een paar sterren uitdeelde. „Kon je er zoveel krijgen?" „O, ja", zei mijn vader, „zoveel ik maar wou". „Het is wel gemakkelijk", zei ze. „Nu kunnen we er wat in reserve houden voor het zomergoed". We haalden onze jassen en gingen de sterren er op naaien. Mijn zusje deed het heel nauwkeurig, met kleine, onzichtbare steken. „Je moet ze zomen", zei ze tegen mij, toen ze zag hoe ik de ster met grote, slordige steken op mijn jas zette, „dat staat veel netter". „Ik vind het zulke onhandige dingen", zei ik, „hoe kun je nu een zoom krijgen in die ellendige punten?" „Je moet eerst de zoom er in rijgen", zei mijn zusje. „Daarna speld je hem op je mantel, naait hem vast en haalt de rijgdraad er weer uit-; dan móet hij goed zitten". Ik probeerde het opnieuw. Ik was niet zo handig met naald en draad als mijn zuster. De ster kwam er tenslotte scheef op. „Nu kun je niet lezen wat er op staat", zei ik zuchtend, „maar dat zal geen bezwaar zijn. Ze zullen het zó ook wel weten". „Kijk eens", zei de vrouw van mijn broer, „hij past precies in de ruit van mijn jas". We bekeken haar mantel, die ze meteen aantrok. „Keurig", zei mijn moeder, „je hebt hem er netjes opgezet" Mijn zusje schoot nu eveneens in haar jas, Samen liepen ze de kamer door. „Net koninginnedag", zei ik. „Wacht even, dan trek ik de mijne ook aan". Mijn broer kwam binnen. „Waar is mijn jas?" vroeg hij. „Wie heeft mijn jas gezien?" „Die is hier", zei zijn vrouw. „We zijn de sterren aan het opzetten". „Ik moet even weg", zei hij. „Zit er bij mij al een op of kan ik mijn jas nog zó aantrekken?" „Vandaag kan het nog zó", zei mijn vader. „Wil ik hem er gauw even voor je opnaaien?" bood ik aan. „Nee", zei mijn broer, „laat me vandaag dan nog gewoon zijn". Toen hij het tuinhekje open deed en de straat uitliep, keken we hem allemaal na, tot we hem niet meer zagen. MARGA MINCO Het was na de bevrijding in 1945, dat veel Nederlanders Scandinavië en spe ciaal Denemarken ontdekten. Ik had het voorrecht om reeds vrij kort na de oorlog de toen nog moeilijke reis naar Kopen hagen te maken, waar ik bij Deens- Hollandse vrienden gastvrij ontvangen werd. Sindsdien was ik verscheidene malen in dit heerlijke land en daar ik het geluk had êr een aantal portret opdrachten te mogen uitvoeren, kwam^ ik van de ene Deense fapiilie bij de andere en verbleef korter of langer in zeer uiteenlopende milieus. ERBIJ OP HET EILAND FALSTER raakte ik door bemiddeling van een Deense airts, wiens gast ik in de nazomer van 1948 was, in een zeer merkwaardig gezelschap ver zeild. Het dorpje, waar mijn nieuwe vrien den woonden, heet Vaeggerlöse en ligt zo wat midden in het Zuidelijkste der Deense eilanden. Het is een dunbevolkte streek, heuvelachtig, met hier en daar stukjes bos, molens en boerderijen. Kopenhagen, waar zich het culturele leven afspeelt, lijkt ver weg en is dat ook. Dat het toeval mij juist in deze lande- de tijd van Molière - nog onovertroffen, lijke streek in aanraking bracht met enige Maar behalve als acteur had Malberg van Denemarkeriis beroemdste toneelspe- zich onderscheiden als voorvechter ter ver- ïers, was een grote en prettige verrassing betering van de sociale toestond der toneel voor mij. Op een avond ging ik met mijn spelers. Zoals men misschien weet, staat de vrienden op bezoek bij een notaris, die fa- sociale verzorging in de Scandinavische milie van hen was en ontmoette daar de landen op een hoog peil. Als bekroning op grote acteur Henrik Malberg. het streven van Malberg was er op het Nu moet u weten, dat het mij ondanks eiland Falster een prachtig tehuis voor mijn langdurig verblijf in Denemarken, oude acteurs gebouwd, waarvoor onder nooit gelukt is meer dan enkele woorden anderen Asta Nielsen belangrijke giften Deens te Ieren spreken, zodat ik voor de had gedaan. Met bijna kinderlijke trots conversatie op Frans of Engels was aan- leidde de acteur mij rond in dit tehuis, gewezen. Daar Malberg deze talen niiet beheerste, kon ik mij alleen met hem on- PP DE AFGESPROKEN DAG begaf ik derhouden door bemiddeling van zijn mi-> naar zlJn zomerhuisje om een tekening vrouw, die goed Frans sprak. Maar de van de actcur te maken. Hij ontving mij op acteur zelf sprak een beetje Duits en Deens Zi*n bekcnde hartelijke manier en ging er door elkaar en zo vonden we toch een taal- ™ete,en toe over mij te vertellen hoe hij tje om onze gedachten uit te wisselen. En het h®.f,ste geportretteerd wilde worden, verder keek ik maar naar zij" mooie, ex- n?mehjk in zijn glansrol van de titelheld pressieve kop met het krullende grijze Ult de klucht va,n kud'wig Holberg: „Jeppe haar. Ik was zo enthousiast over dat leven- °p-.de be,rg"- In verrukkelijk Deens- dige gezicht, dot ik het waagde hem te Pulls taaltJe af en toe kwa™ zijn vrouw verzoeken een keer voor mij te willen po- m be^ Frans te hulp vertelde hij mij de seren. Tot mijn vreugde stemde hii hier tragi-komische geschiedenis van Jeppe, de direct in toe en zoals u zult horen kwam aan de dlran'k verslaafde boer, die op een uit deze afspraak die zonderlingste en dag door een kasteelheer en zijn vrienden boeiendste situatie voort, waaronder ik ooit dronken op een mesthoop wordt gevonden, een portret gemaakt heb. De graaf hedenkt een grap, waarmee hij hoopt Jeppe van zijn drankzucht te gene- ALVORENS dit te vertellen, moet ik zen. Ze nemen de bewusteloze boer mee enige bijzonderheden over mijn nieuwe naar het kasteel, baden en parfumeren model mededelen. Henrik Malberg was, hem, steken hem in een prachtig nachtge- loen ik hem ontmoette, in de zeventig en waad en leggen hem in een praalbed. Als had het toneel sinds enige jaren vaarwel de boer eindelijk uit zijn roes ontwaakt, gezegd. Niet alleen in Denemarken, maar weet hij natuurlijk niet waar hij is. Hij ook buiten de grenzen had hij een grote hoort een kwartet van Mozart zachtjes spe- naam verworven. Hij had onder andere in len en bevindt zich in een heerlijk ledikant Berlijn gespeeld in stukken van Ludwig in een vorstelijke omgeving. Holberg, de grote Deense diramaturg uit Jeppe denkt dan, dat hij gestorven en in HET HOOGTEPUNT van het stuk is het moment waaróp Jeppe in het praalbed langzaam uit zijn.roes ontwaakt. Het is een vrij lange scène, waarbij de verbaasde boer aanvankelijk geen woord spreekt. Allies wordt door mimiek en gebaren uitgedrukt en deze scène ging Malberg nu voor mij spelen. Hij hulde zich in een oude deken en vleide zijn omvangrijk lichaam op een rieten ruststoel, die in het serretje stand. Malberg speelde het schitterend! Heed langzaam en uiterst wantrouwend opent de dronken boer eerst één oog, maar sluit dlit weer dadelijk. Stukje voor stukje waagt hij zich aan een nader onderzoek vam de vreemde situatie, hij bekijkt vol verbazing zijn schone handen, de met kant omzoom de mouwen van zijn nachtgewaad, de zijden lakens, om dan plotseling vol schrik weer onder de dekens te verdwijnen. Eindelijk komt hij met wijd geopende ogen overeind en begint zijn alleenspraak. In deze houding inoest ik Mal berg-Jeppe tekenen en ik heb het zo goed als het gjlng gedaan, echter niet zondier me voortdurend! ergens in m'n achterhoofd bewust te zijn van het komische van het geval. de hemel is, maar begrijpt niet waarom hij zich daar geheel alleen bevindt en waar aan hij deze uitverkiezing te danken heeft. Men brengt hem de heerlijkste spijzen en wijnen. Jeppe drinkt hiervan echter zoveel, dat hij weer dronken wordt en in deze toestand brengen de vrolijke vrienden van de kasteelheer hun slachtoffer, weer in zijn eigen schamele plunje gestoken, terug naar zijn mesthoop. De tekening kan ik helaas niet laten zien: die heb ik de acteur cadeau gegeven, die er een lofrede op hield, die in de eerste plaats Holberg, vervolgens hemzelf en ten slotte mijn persoontje betrof. Hij zei namelijk dat het talent van de dramaturg Ludwig Holberg zó enorm was, dat het mogelijk bleek dat een Hollander, die geen woord Deens verstond, alleen door de mimiek van een acteur de geest van het stuk begreep en deze in een tekening fcon weergeven. Want ik had niet hem, Mal berg, maar Jeppe de boer geportretteerd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 16