Lyons ontwikkeling onstuimig als de Rhone SANATOGEN F. DAMIAANS Zn Frankrijkmet andere ogen Volpone (van Ben Jonson door het Vrije Toneel Een Eeuw Geleden Ons volk stelde compromis en schuilkelder boven het offer" Opmerkelijke prestaties in woningbouw en chemische industrie Hoe is het ontstaan?^ Het vuil werd er uit gejaagd 3 Kort nieuws Wetenschappelijke grondslag Wat voel ik me nu weer fit Agenda voor Haarlem (uit! Jee PlUKKIövefiWifMMi! Vijftien ton nylon per dag Dr. G. L. Walther Boer radio-dirigent Auto van Kamerlid in botsing met vrachtauto Verzending van zeepost Taxi reed tegen oplegger vijf inzittenden gewond r ACHTER DE MOUW Mr. M. M. Kwint op herdenkingsbijeenkomst Gaat U verhuizen Uit de Opregte Haarlemsche Courant van 4 Mei 1854 DINSDAG 4 MEI 1954 Lyon is, naar het bevolkingscijfer gerekend, de derde stad van Frankrijk. Het volgt met 460.000 inwoners op Marseille, dat op 636.000 zielen prat gaat. Maai de Li'"•ll1— -• Admiraal Sir John Edelsten, NAVO- opperbevelhebber van het Kanaal-comman do en maritiem commandant van Portsmouth, zat een bezoek aan ons land brengen. Op 6 Mei zal hij des morgens in IJmuiden aan komen met de torpedobootjager „Gren- ville". Nadat de admiraal daar van boord is gegaan, zal het schip doorvaren naar Amsterdam. w' A fvi' piai ^aai. i»iaai de Lyonnezen vertellen hun gasten al gauw dat dit een gevolg is van de kleine oppervlakte van de zijdestad. De gehele uitgestrekte agglomeratie van Lyon oveitreft in inwoneital de havenstad aan de Middellandse zee niet onaanzienlijk. Met de Marseillanen is nu een nieuw twistpunt in de overigens goedmoedige rivaliteit mogelijk. Marseille mag dan Le C'orbusier in staat hebben gesteld zijn Cite radieuse, zijn stralende stad te bouwen, het bijna tweeduizendjarige Lyon steekt dezer dagen de spade in de grond voor de vestiging van een nieuwe satellietstad welke onderdak zal bieden aan tienduizend inwoners. Bron-Parilly, zoals de stad wordt ge noemd, ligt aan de Zuid-Oostelijke rand1 van Lyon aan de weg naar het plaatsje Bron. waar ook de luchthaven van Lyon is gevestigd, en is een schepping vain drie stedebouwkundigen, Pierre Bourdeix, René Gages en Franik Grim al. Hun project omvat niet alleen de bouw van ruim 2400 woningen, in grootte va riërende van één tot zes kamers met keu ken en badcel, verdeeld over acht com plexen, maar ook alles wat tot de outillage van een stad' van die omvang behoort: een scholencentrum met veertig klassen, een medisch-sociaal centrum, een bibliotheek en wijkgebouw, een postkantoor, een hulp- secretarie, een marktplein en winkelcen trum, een bioscoop met zeshonderd plaat sen, een hótel-café-restaurant, een kerk met vierhonderd plaatsen, speeltuinen en dergelijke. Is tot zover dit ontwerp niet in. bijzondere mate afwijkend van wat wij in Nederland na de bevrijding aan stadsuitbreidingen gewend zijiri, al is wellicht de sector der publieke voorzieningen wat royaler uitge vallen, de standaardisatie in de woning bouw wordt op een bij ons ongekende schaal doorgevoerd. Hetgeen waarschijn lijk maakt, dat het aandeel van de inge nieur niet geringer is dan dat van de architect. Van voor- en achtermuren kan bij de woningblokken van Bron-Parilly niet meer gesproken worden, slechts van betonnen draagmuren, die de dertig centimeter dikke zijwanden der woningen vormen. Er zijn twee vaste maten welke het rhythme van elk complex bepalen: name lijk de hoogte der vertrekken twee me ter vijftig, de verdiepingen worden ge scheiden door een betonlaag van vijftien centimeter dikte en de breedte van het woonvertrek, namelijk vijf meter dertig. Op die manier wordt een constructie ver kregen welke wellicht nog het beste met een flessenrek is te vergelijken: als flessen passen dé appartementen in de stellage. Deze opzet maakt het ook nodig de gro tere woningen over twee verdiepingen uit te strekken, met toepassing vain gaanderij- bouw. De woonkamers hebben een opper vlakte van ruim achttien vierkante meter, die van de slaapkamers bedraagt als regel bijna tien vierkante meter. Constante en centraal gelegen eenheid is natuurlijk ook de „natte cel" van keuken, bad en toilet. Twee- en driekamerwoningen komen het meest voor (802 en 720 keer), daarna de eenkamerwoningen (520 keer), de vijf kamerwoning 158 keer, de zsskamerwoning 83 keer en de vierkamerwoning tenslotte 24 keer. Het ligt in de bedoeling de vijf- en zeskamerwoningen in het bijzonder te be stemmen voor de beoefenaars van vrije beroepen. Aan de realisering van Bron-PariMy zijn tal van studies en prijsvragen voorafge gaan, voor de accouistiek, de liften, de sa- ADVERTENTIE Hoe is het mogelijk, dat Ik zoo prikkelbaar en ver- moeid ben geweest Totaal verdwenen! Sinds mijn dokter mij aanried Sanatogen te gebrui ken en ik m'n eerste busje ge bruikt heb, is alles reeds anders geworden. Mijn huisgenooten klagen niet meer over mijn hu meur; ik heb weer plezier in mijn werk. Volg mijn voorbeeld: ga ook Sanatogen gebruiken. Uw apotheker of drogist heelt het in voorraad. Het zenuwsterkend voedsel. DINSDAG 4 MEI City: „The Glenn Miller story", alle leeft., 9.15 uur. Luxor: „Zij die van de zonde leven", 18 jaar, 9.15 uur. Rembrandt: „Ster kere banden", 14 jaar, 9.15 uur. Lido: ..Fan faren der Ehe", alle leeft.. 9.15 uur. Roxy: „Handlangers van de dood", 18 jaar, 9 uur. Palace: „Zij, die wij vereren", 14 jaar, 9.15 u. WOENSDAG 5 MEI City: „The Glenn Miller story", alle leeft., 2, 4.20, 6.45 en 9.15 uur. Luxor: „Zij die van de zonde leven", 18 jaar. 2, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Sterkere banden", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Lido: .Fanfaren der Ehe", alle leeft., 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Roxy: „Hand langers van de dood", 18 jaar, 2.30 en 8 uur. Palace: „Wij zijn niet bang", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Spijkers met kop pen", alle leeft., 2.30 en 8.15 uur. Frans Hals: „De twee straatjongens van Parijs", 14 jaar, 2.30, 7 en 9.15 uur. ADVERTENTIE BARTELJORISSTR. HAARLEM-TEL. 13439 FERD. B0LSTR. 48 A'DAM - TEL. 717162 ROSLEDEREN JASSEN ƒ125. nitaire outillage, de centrale verwarming. Wat die laatste betreft wordt een geheel nieuw systeem toegepast. Er komt in iedere woning namelijk slechts één radiator voor. die van het midden van de woning uit het gehele hu-is verwarmt. De aanlegkosten worden daardoor verminderd, terwijl ook de warmte zo economisch mogelijk wordt verdeeld. Alle onderdelen voor de huizen van Bron-Parilly worden geprefabriceerd. Deze wetenschappelijke grondslag voor het pro ject heeft gemaakt dat 20 tot 30 goed koper kan worden gebouwd dan tot nu toe in de volkswoningbouw het geval was. De volkswoningbouw wordt in Frankrijk be hartigd door de H(abitation) a L(oyer) M(odéré), die van de staat geld leent tegen één procent met een looptijd van 45 tot 60 jaar. Bron-Parilly zal ongetwijfeld een ge liefd woonoord worden èn door de voor Frankrijk betrekkelijk lage huren tach tigduizend francs per jaar voor een woning van vier vertrekken inclusief de centrale voorzieningen èn door de lagging nabij, eigenlijk i<n een mooi bos. De ontwerpers hebben in dat opzicht naar een soort osmose van natuur en techniek gestreefd. De nieuwe stad, die binnen vier jaar vol tooid zal zijn, is slechts een stadium, zeker geen eindpunt, in de zo onstuimige ont wikkeling van Lyon. onstuimig als de Rhone zelf, onder leiding van de nog steeds vitale burgemeester Edouard Herriot. Niet slechts loerden de tweeduizend tij dens de oorlog verwoeste huizen herbouwd, werd de petroleumhaven onderdeel van het bedwingen van de Rhonewaarover we het nog zullen hebben gegraven, roerden 22 door de Duitsers opgeblazen of bescha digde bruggen hersteld, maar werd ook de grote verkeerstunnel onder de heuvel Croix rousse met de aansluitende Pont Poincarré over de Rhone en de Pont Clé- menceau over de Saöne voltooid. De tunnel is 1752 meter lang, ruim zeven meter hoog, en ruim veertien meter breed. Er is door driehonderd man twaalf jaar aan gewerkt. Maar niet alleen in de sector van de publieke werken werd een grote krachts inspanning gedemonstreerd. In de wijk Georges du Loup bouwde de Société Rhó diacéta, een dochter van het chemische concern Rhóne-Poulenc, de enige nylon- fabriek van Frankrijk, de grootste van Europa. Haar productie beloopt vijftien ton nylon per dag, meer dan vierduizend ar beiders vinden er werk. De Rhódiacéta pro duceerde al van 1931 af acetaatzijde vol gens een eigen vinding, waarvan Dupon.t en Nemours in de Verenigde Staten het licen- tierecht verwierven. Omgekeerd kreeg Rhódiacéta de licentie voor de vervaardi ging van nylongarens in Europa. De waar de der productie wordt op twintig milliard francs per jaar geschat, ongeveer vijftien procent daarvan wordt geëxporteerd. Niet minder indrukwekkend zijn de pres taties van de Société Lyonnaise de textiles, welke twee fabrieken bezit, waarvan er een, voor de productie van viscose, in Dé- cines, enkele kilometers buiten Lyon is ge vestigd. Ook hier werd de laatste jaren de productie door toepassing van enorme spin machines opgevoerd tot twaalf a dertien ton viscose per dag. Met de jongste reuzen- machinerie van klossen en spoelen wordt de hoeveelheid waar men vroeger vieren- eenhalve dag voor nodig had in viereneen half uur afgeleverd Een maquette van het intérieur van een woningeenheid in het complex Bron-Parilly, de voorstad van Lyon, waarvan de bouw dezer dagen begint. De tot in détails door gevoerde standaardisatie is duidelijk te onderscheiden. In beide fabrieken sprak men overigens met het grootste respect over de A.K.U. De bejaarde Maurice Cusiin, president-direc teur van de Société lyoninaise de textiles, vertelde ons, dat zijn onderneming twintig jaar met de Nederlandse had samenge werkt tot de oorlog de banden verbroken had. Op de internationale markt is de A.K.U. een gevreesde concurrent, vooral door haar lagere productiekosten. In beide fabrieken ook werd opmerke lijk veel zorg besteed aan de sociale positie der arbeiders, onder meer tot uiting ko mende in medische voorzieningen,vacantie- kolonies, studiebeurzen, eigen scholen, bouw van tuinsteden en nog veel meer. Waarbij men toch niet het gevoel van zich af kan zetten, dat de arbeider op die wijze geheel en al horig aan de fabriek wordt. Vooral als men een, overigens ongetwijfeld terecht op zijn prestaties trotse fabrieks directeur hoort verklaren: „We hebben ook onze eigen kerk". We hebben maar niet gevraagd of de onderneming soms ook haar eigen geloof heeft. Dr. C. L. Walther Boer, vroeger leider van de Koninklijke Militaire Kapel, is door de Nederlandse Radio-Unie met in gang van 1 September 1954 benoemd tot dirigent van het Radio-Philharmonisch Orkest. Op die datum zal hij zijn functie van Inspecteur van het muziekonderwijs neerleggen. Tot deze benoeming is beslo ten omdat men het huidige aantal diri genten te klein achtte. Het aantal hoofd-muziekregisseurs van de Nederlandse Radio-Unie is met één vermeerderd door de benoeming met in gang van 1 Mei jongstleden van de heer George van Renesse. Maandagmiddag is op de Rijksweg na bij Hoorn een auto, waarin het Tweede Kamerlid de heer E. A. Vermeer en de chauffeur T. H. Alfenaar uit Amsterdam zaten, in botsing gekomen met een vracht auto uit Groningen. Een 26-jarig meisje uit Amsterdam, dat van Leeuwarden af met de vrachtwagen was meegereden, werd uit de cabine ge slingerd. Zij kreeg een hersenschudding en enkele andere kwetsuren en is in een ziekenhuis te Hoorn opgenomen. De heer Vermeer liep slechts enige schrammen op. Zijn chauffeur brak enkele ribben. De vrachtautobestuurder werd licht gewond. De beide auto's werden ernstig beschadigd. Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan tussen haakjes achter de naam van het schip vermeld. Naar Indo nesië: m.s. „Oranje" (12 Mei); naar Nieuw Guinea: m.s. „Japara" (13 Mei); naar de Ned. Antillen: m.s. „Willemstad" (11 Mei)'; naar Suriname: s.s. „Cottica" (8 Mei); naar Zuid-Afrika en Z.W.-Afrika: m.s. „Stirling Castle" (8 Mei); naar Canada: s.s. „Nieuw Amsterdam" (8 Mei), s.s. „Rijndam" (12 Mei) en s.s. „American Jurist" (13 Mei); naar Zuid-Amerika, Argentinië en Chili: s.s. „Cordoba" (8 Mei): naar Brazilië en Uruguay: m.s. „Alhena" (12 Mei); naar Australië en Nieuw Zeeland via Engeland (8 Mei). Een taxi uit Dalfsen is Maandagmiddag omstreeks half één op Rijksweg 12 tussen Utrecht en Den Haag nabij Gouda onder de gemeente Moordrecht op een stilstaan de aanhangwagen gereden, waardoor vijf personen zijn gewond. In de taxi zaten behalve de chauffeur, de 24-jarige H. A. Gijssler uit Dalfsen, de heren H. Hoogendoorn uit Dalfsen. Th. G. Leijzer uit Etten (gemeente Gen- dringen) en W. de Graaf uit Teuge bij Apeldoorn, alsmede mevrouw Hoogen doorn, die op familiebezoek in Den Haag gingen. De taxi is met een snelheid van ongeveer 75 kilometer per uur tegen de stilstaande aanhangwagen gereden en onder dit voertuig geschoven. De chauf feur, alsmede de heer Hoogendoorn wer den ernstig gewond. Diens echtgenote en de beide andere heren werden minder ernstig gewond. De taxichauffeur verklaarde de oplegger noch de waarschuwingsseinen van een der chauffeurs van de vrachtauto, die.bij de stilstaande aanhangwagen stond, te hebben gezien. De taxi werd ernstig beschadigd. Wanneer van iernahd gezegd wordt dat hij ze achter de mouw of achter de elleboog heeft, bedoelt men daarmee dat hij streken heeft, onbetrouwbaar is. De mouw was vroeger een los kleding stuk dit blijkt bijvoorbeeld uit de zegswijze: ergens een mouw aan passen waarin men allerlei voorwerpen droeg die men thans in zijn zak heeft. Een oud schrijver zegt: hij heeft het evangelie wel in de mouw, wel in de mond, maar niet in het hart. Nu droeg men vroeger ook verboden zaken in de mouw, verborgen wapens bijvoor beeld. Het Haarlemse Keurboek zegt: „Waert dat yemant enige wapene anders droege dan gescreven staet, heijrnelijc in bosemen, in mouwen, in cousen, dan. De oorspronkelijke betekenis is dus: iets in 't geheim doen en dus: niet te vertrouwen zijn. Onder invloed van achter de elleboog is in de mouw tot achter de mouw geworden. 55 ADVERTENTIE „Vrij te zijn, een hoogst begeerlijk goed, dat zowel de enkeling als ganse volken heeft bezield. Onder de banier, waarop het woord vrijheid gescheven stond, zijn daden van zelfverloochening, toewijding en heldenmoed geschied. Waar eenmaal de be geerte naar die parel van grote waarde is ontbrand, helpt geen blussen meer. Wij Nederlanders zijn niet weinig trots op onze tachtigjarige worstelstrijd tegen het oppermachtige Spanje, een strijd, die er hoofdzakelijk om ging vrij te zijn. Het bleef zo door alle tijden heen. Vrijheid, vrij te zijn, het is eigenlijk ondoenlijk om de mach tige, overweldigende inhoud van dit begrip weer te geven. Een inhoud zó geweldig, dat men zich moet verwonderen over de menselijke geest, die in één woord zulk een grote rijkdom aan gedachten weet uit te drukken". TK heb twee wegwerkers van de spoorwegen in huis en die hebben nogal zwart ondergoed van 't werk. Ik stond versteld van de goede uit werking van Castella Parels. Ik be hoefde het ondergoed van de jon gens niet uit te boenen en ik kon volstaan met één keer wassen en spoelen. Het vuil was er door Cas tella Parels uitge jaagd. Ik heb nu de was wreer in het water staan en verheug mij al op morgen. Heerlijk sop, de was mooi schoon, weinig werk. wie doet mij wat! U vliegt nu door de was heen Zo schrijft ons één van de vele tiendui zenden huisvrouwen die opgetogen zijn over de snelle en fantastische resultaten, die zij bereiken met Castella Parels, het wasmiddel von de nieuwe tijd. Castella Parels strooit men zo in het water en direct ontstaat verrukkelijk schuim. Geen papje vooraf te maken! Alle vuil trekt enorm snel uit het goed: in paniek vluchten de vuilste vlekken. Eén maal spoelen is genoeg. Al met al betekent dit een geweldige tijdsbesparing. U vliegt nu door de was heen. En U staat versteld van de blankheid, de hel derheid en de zacht heid van alle goed, dat U behandelt met dit wonderwasmiddel. Bovendien vindt U in Castella Parels (47 ct.) een uiterst veilig wasmiddel, waar aan U alle textielweefsels met een gerust hart kunt toevertrouwen. Volg de beste raad die U ooit werd gegeven: haal nog vandaag Castella Parels in huis Met deze woorden begon de heer G. L. Tichelman te Overveen, conservator aan het Koninklijk Museum voor de Tropen, zijn toespraak in de Maandagavond in het Hervormd Kerkgebouw te Bloemendaal gehouden herdenkingsbijeenkomst van de afdeling Bloemendaal van de Nationale Federatieve Raad van het Voormalig Ver zet Nederland. De heer Tichelman zeide in het vervolg van zijn toespraak: „Het waren de vrijheidshelden, die in de diepe duisternis der tijden het licht brandende hielden. Hun daden om der wille van het hoge goed der vrijheid zijn een getuigenis van vrijheid, kracht en schoonheid. Maar deze vrijheid betekent volstrekt niet het zelfde als maar doen wat men wil, ont aardend in tuchteloosheid en willekeur. Dit zijn juist de grootste vijanden der vrij heid. Vrijheid wordt echter dikwijls mis verstaan en daardoor misbruikt. Wij zijn hier bijeen gekomen om ons te bezinnen op de periode in de Nederlandse geschie denis, die nog niet zo ver echter ons ligt. Wij zijn ook gekomen om te gedenken allen die behoorden tot de door leed gelouterde gemeenschap van het Nederlandse volk, aldus spreker, die hiervan een uitvoeriger opsomming gaf. Daarbij noemde hij ook de Nederlandse vrouwen, die voorzichtig, stil j en zorgzaam het taai' verzet steunden. De tweede spreker was de heer mr. M. M. Kwint, burgemeester van Velsen, inge leid door orgelspel van de heer P. Halse- ma. Mr. Kwint constateerde dat ons volk op vei-schillende punten van nationale eer diep is gezonken. Hij noemde het direct een gevolg van het feit, dat onze na oorlogse regeringen de moed niet hebben kunnen opbrengen om gerechtigheid te be trachten, maar de wezenlijke oorzaak ligt, aldus deze spreker, bij het Nederlandse volk zelf. Elk volk heeft de regering die het ver dient en daarom is in laatste instantie de diepe oorzaak van ontrouw aan gegeven woorden, van het niet nakomen van be loften, gelegen in het feit, dat het volk van Nederland als geheel nimmer een volk van het verzet is geweest, maar een volk, dat de wijsheid van het compromis, de bere kende voorzichtigheid en de veiligheid van de geestelijke schuilkelder gesteld heeft boven de dwaasheid van het offer; van dat offer gebracht door het niet begrepen, door 99 Men zegt wel eens, dat er in ieder mens twee wezens wonen. Dat er waarheid in deze stelling kan schuilen, werd ik mij Zondagavond in de Haarlemse Schouw burg bewust tijdens het zien van de voor stelling van „Volpone" door het Vrije To neel, die zeer veel succes oogstte, ondanks de merkwaardig (of liever: betreurens waardig) geringe sterkte van het publiek. De gewone toeschouwer, die in de schrij ver van dit artikel schuilt, amuseerde zich werkelijk van begin tot einde, maar zijn alter ego, de criticus, kon de vertoning toch niet zonder ernstige bedehkingen aanzien. Laten wij met de plezierige kant begin nen. Men kon namelijk de gehele avond vreugde beleven aan vele aardige en en kele zeer goede spelprestaties in de met toch betrekkelijk eenvoudige middelen een kleurige, oververzadigde, Venetiaanse weelde suggererende décors van Wim Ves- seur, die zich de laatste jai-en ontwikkeld heeft tot een meester in zijn vak. De mu ziek die Jurriaan Andriessen schreef voor deze gelegenheid, klonk een beetje als de oude pathéfoonplaten, die Leo Riemens wel eens in een disco-causerie voor de radio draait, amechtig en krassend. Regisseur Bob de Lange speelde de titel rol met de volle nadruk op de komische kant en verwekte als zodanig, zowel in zijn bravourscènes onder de invloed van sterke drank als reutelend en zuchtend op zijn gefingeerde sterfbed, bijzonder veel hilariteit. Werkelijk uitmuntend, ook van grime, was de oude, inhalig drentelende woekeraar van Wim van den Brink, die dan ook terecht zijn eerste optreden met een open doekje zag beloond. Zijn echtge note, Nell Koppen, verraste de zaal met een geraffineerd-flemende cocotte, met op merkelijke speelsheid haar „terzijdes" lancerend. Anton en Willy Ruys waren de beide andere hypocriete geldwolven, Henny Orri was het aandcfenlijk vrouwtje van één van hen, Peter Holland de opvliegen de officier met rechtvaardigheidsgevoel, Ton Lensink een mallotige rechter en Ton- nv Foletta een domme brigadier in wat volgens het programma bedoeld was als „een rauwe maar tegelijk elegante come- die, een boosaardig maar vrolijk diverti mento". Eric van Ingen had de belangrijk ste rol in het stuk, die van de parasiet Mosca, overgenomen van Ton van Duin hoven, die enkele weken geleden ziek is geworden. Hij sloeg zich vooi'tvarend door de moeilijkheden heen en men mag het hem niet euvel duiden, dat deze figuur zo'n beetje in het vage bleef zweven, in plaats van de centrale plaats te bezetten in wat oorspronkelijk bedoeld was als een satire op hebzucht en corruptie. En hier komt de criticus aan het woord. Het spel werd ons aangekondigd als „Vol pone" naar Ben Jonson, in de vertaling van Gerard Rekers maar wat betekent dit! Waarom is deze bewerker niet met name genoemd? Hij is nogal ingrijpend te werk gegaan, liet bij voorbeeld alle scènes met de kostelijke vermommingen van de titelheld weg, wijzigde sommige namen en heeft bovendien de afloop en daarmede de gehele aard veranderd. Bij Jonson. een tijdgenoot van Shakespeare wordt Mosca. die zijn meester in schur kerij overtroeft, tenslotte naar de galeien verbannen, maar hier ontplooit hij zich (psychologisch averechts) als een ver kwistende weldoener der mensheid! De vraag rijst of de artistieke leiding van dit gezelschap, bestemd tot vaste be speler van de Rotterdamse Schouwburg, ooit de oorspronkelijke tekst onder ogen heeft gehad en zo ja, waarom zij dan deze verminking tolereerde. Er is veel te zeggen voor het streven om een klassiek stuk niet als een curiositeit uit het muse? urn aan te dienen en het integendeel voor een modern publiek wat gemakkelijker aansprekend te maken maar dit mag toch niet ten koste van het wezenlijke karakter gaan. Te minder kan hiervan bij een stuk als „Volpone" sprake zijn, waar juist de eenheid van inspiratie, de felle concen tratie op het onderwerp, de inhoud zo in tens gespannen maakt. Ben Jonson, zou men kruinen zeggen, was een humanist, die met afschuw de hartstocht van Engelands gouden eeuw: het vergaren met alle middelen van zo veel mogelijk rijkdom, gadesloeg. Met vaste hand tekende hij (in 1605 ongeveer) een wereldbeeld, waarin het ene roofdier het andere verslindt. Tamelijk ver is hij hier van zijn nogal eens vervelende theorie van de „humours" verwijderd en dicht tot Shakespeare van „Troilus en Cressida" genaderd. Maar deze penetrante visie op de keerzijde van de Renaissance ontbrak in de voorstelling door het Vrije Toneel zo goed als geheel. Is deze veroordeling nu niet in strijd met de constatering van het onmiskenbare plezier in het begin van deze beschouwing? Geenszins. Want er ontbrak een dimensie aan de vertoning: het sinistere element, de diabolische kant, zich ook uitend in ingenieuze (met onverbloemd cynisme op menselijke zwakheden gerichte) listen, welke verdieping het amusement wranger zou hebben gemaakt, maar tevens aan zienlijk vergroot. Van de schitterende typeringen zag men nu vrijwel alleen de kluchtige zijde maar die was dan ook heel fortuinlijk geslaagd. In dit boertig-realistische genre ligt de kracht van Bob de Lange als regisseur en hij leverde dan ook talrijke bewijzen van zijn speels vermogen tot het scheppen van verkwikkend vermaak. Laten we echter hopen voor de toekomst, dat een gewaar schuwd mens voor twee telt, want bij zijn nieuwe carrière als artistiek directeur (met Jan Teulings) van het Rotterdams Toneel zij hem niets dan voorspoed ge wenst. DAVID KONING het gehoonde, door het beledigde, door het belasterde en ja door het gehate verzet. Als wij in deze wijdingsvolle stonde onze doden herdenken dan herdenken wij hen, die weliswaar de bevrijding, die wij dank zij hun offer niet als een aalmoes hebben behoeven te aanvaarden niet meer hebben aanschouwd, maar aan wie reeds voor onze bevrijding de grootste aller overwinningen deelachtig was gewor den: de overwinning van de Geest, die eeuwig is over het lichaam dat verganke lijk is. Het gesproken woord op de herdenkings bijeenkomst werd ingeleid en gevolgd door zang van het dubbelmannenkwartet „Har monie" onder leiding van Anton de Beer. Het welkomstwoord werd uitgesproken door de heer W. C. Bier, voorzitter van de afdeling Bloemendaal van de vereniging Nationale Federatieve Raad van het V.V. N. en hoofdbestuurslid van deze landelijke vereniging. Hij opende de samenkomst in het sfeervolle kerkgebouw met het belich ten van de in het afgelopen jaar door de vereniging bereikte resultaten. De afschaf fing van de vijfde Mei heeft grote beroe ring gewekt. Er is veel over gesproken en zowel de Nederlandse Jeugd Gemeenschap en de Nationale Federatieve Raad waren de grootste pleitbezorgers om de feestdag te handhaven. De heer Bier wees er op, dat het plan is opgevat op de zesde Juni het tweede lustrum van D-day, de landing op Normandië, internationaal te vieren. Daar voor zullen zelfs bekende staatsfiguren als Eisenhower en Churchill naar Frankrijk komen. Spreker constateerde verder, dat men veel steun ondervindt van departe mentale zijde en van gemeentebesturen. Hij betreurde, dat het niet was gelukt een wijziging te krijgen in artikel 20 van de Pensioenwet, die gevallen verzetsstrijders gelijk wil stellen met overleden bunker bouwers en collaborateurs. De bijeenkomst, bijgewoond door burge meester jhr. mr. C. J. A. Den Tex, wethou ders en raadsleden, hoofden van gemeente lijke takken van dienst, vooraanstaande figuren uit de gemeente en vele anderen, werd besloten met het gezamenlijk zingen van twee coupletten van het Wilhelmus. ADVERTENTIE Wanneer U een goede verhuizer neemt, dan profiteert U van zijn uitgebreide ervaring. Ons geschoold personeel, dat bij ons in vaste dienst is kent de kneep jes van het vak. Bij het kiezen van ons als uw verhuizer voorkomt U dus schade aan uw huis en uw huisraad. Vraag ons eens offerte, het verplicht U tot niets. Zijlvest 41 - Haarlem Telef. 12456 - 14155 - 22279 De vroegere Perzische minister van Buitenlandse Zaken dr. Hoessein Fatemi, die na de omverwerping van het regiem van Mossadeq onderdook en pas enige maanden geleden werd gearresteerdverblijft op het ogenblik in het militaire hospitaal van Teheran waar hij naiiwlettend ivordt beivaakt. We zien hern hier in gezelschap van zijn neef Said Fatemi (rechts) en de zoon van Mossadeq dr. Gholarn Hoessein Mossadeq (links). De baard, die Fatemi bij zijn arrestatie droegis afgeschoren.... PARIJS. In den Moniteur wordt melding gemaakt van het eerste treffen tusschen Rusland en de Westelijke mo gendheden. Dit geschiedde voor Odessa, bij welke stad het Engelsche stoomfregat „Furious" ten anker ging, daarbij de parlementaire vlag voerende. Ook de sloep, welke naar de stad werd gezonden om de Engelschen, die wilden vertrekken, af te halen, had de parlementaire vlag geheschen. Desondanks zijn zeven kanon schoten met scherp op die sloeg gelost, echter zonder haar te treffen. Van eene dergelijke handelwijze heeft de geschie denis der door beschaafde natiën gevoerde oorlogen geene voorbeelden opgeleverd. De Russische bevelvoerende officier van Odessa heeft een geheel andere lezing van het voorgevallene gegeven. Volgens deze was de onder parlementaire vlag varende sloep gerespecteerd, doch waren de Engelsche marine-officieren aange spoord zich onmiddellijk te verwijderen. Nadat desloep aan boord van de „Furious" was geheschen, is het fregat blijven liggen en heeft men de opvarenden bezig gezien met het opnemen der plaatselijke gesteld heid. Daarom waren drie schoten met los kruit gelost, welke echter zonder gevolg bleven. Een daarop gevolgd schot met scherp had eene der raderkasten getrof fen, waarna de „Furious" onverwijld het steven had gewend.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 5