Nazidom is in West-Duitsland nog niet uitgestorven Nijpend tekort aan artsen en hoog sterftecijfer in Indonesië flS p /L 50% korting SERVICE-VERKOOP .Clowntje Rick Berucht Duits „kasteelkraker" kwam er genadig af Een verraderlijk complot SLEUTEL WEG? Vooral Duitsers geven aan oproep om buitenlandse medici gehoor uitsluitend op RESTANTEN 4 Geïllustreerd weekbkd zet lezers wel en wee van nazi-vrouwen voor „DE SLEUTELSPECIALIST" Grote belangstelling voor uitvinding van smid Voor de kinderen Maandag, Dinsdag, Woensdag 2, 3, 4 Augustus van onze 783 costuums 677 sportcolberts 588 pantalons 1200 Overhemden met vaste boord (maten 36-37 42-43 44) 433 overhemden met losse boord 890 sporthemden 221 kamer- en badjassen Alléén in Amsterdam en Den Haag FEUILLETON door Richard Kevertie ZATERDAG 31 JULI 1954 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT Het zou onjuist zijn te beweren, dat het nazidom in Duitsland uitgestorven is en dat de Duitsers helemaal geen belangstelling aan de dag leggen voor figuren, die onder Hitiers bloedig schrikbewind leidende functies in dit land hebben bekleed. Dat bewijst de „Münchener lllustrierte", een weekblad, dat honderd duizenden Duitsers lezen. In het jongste nummer beantwoordt dit blad de vraag wat er van enkele vrouwen terechtgekomen is, wier mannen in het derde rijk de lakens hebben uitgedeeld en het publiceert er enkele pas genomen foto's bij. Frau von Ribbentrop - Geriefelijk Het blad begint met Frau von Ribben- trop, de weduwe van Hitler's minister van Buitenlandse Zaken, die het nazi-rijk vóór de oorlog ook nog aan het Engelse hof te Londen heeft vertegenwoordigd. Mevrouw von Ribbentrop is er blijkbaar nog niet zo heel slecht aan toe. Zij woont met drie van haar kinderen, van wie de oudste twee al volwassen beginnen te worden, in een ge rieflijk ingerichte villa te Wuppertal in het Roergebied, die zij in 1950 betrokken heeft. Rudolf, haar oudste zoon, is in het cham pagnevak werkzaam, haar dochter Ursula wil correspondente worden. Frau Speer - Hopend Mevrouw Speer, wier man minister voor Bewapening en Munitie is geweest, heeft kort geleden haar villa in Heidelberg te ruggekregen. Zij woont er met een paar kinderen, maar een deel van de kamers is aan vluchtelingen verhuurd. Zij hoopt vurig dat haar man van wie verteld wordt dat hij nog in 1945 een aanslag op Hitler's leven had voorbereid nog vrij zal komen voordat de lange twintig jaren voorbij zijn, waartoe hij veroordeeld werd. Telkens, wanneer zij voldoende geld bijeen heeft, vliegt zij naar Berlijn om haar man in de gevangenis van Spandau op te zoe ken. Frau Himmler - Hulpbehoevend Onder heel wat minder gunstiee en min der weelderige omstandigheden leeft Mag- da Himmler, de weduwe van de meedogen loze en gewetenloze Gestapo-chef Hein- rich Himmler, die in 1945, toen hij door de Britten gevangen genomen was. een einde aan zijn leven heeft gemaakt. On de foto in het blad ziet men haar in een wollen jasje in haar kleine keuken tussen potten en pannen en een fluitketel staan. Vaat doeken hangen tegen de muur en een Daar kartonnen dozen staan boven op de keu kenkast. Toen zij een paar interneringskampen achter de rug had en weer in vrijheid was gesteld, werd zij in een protestantse in richting voor hulpbetoon opgenomen. Zii moet van 57 mark in de maand dat is iets meer dan 50 gulden rond komen. Haar stiefzoon zit nog altijd in Russische krijgsgevangenschap. Haar dochter werkt in München. De enige wens van frau Himmler is wanneer wij het weekblad mogen geloven geld voor een eigen wo ning en voor kolen. Frau Göring - Elegant Emmy Göring, de weduwe van de dikke Hermann met ziin fraaie uniformen, woont in een elegante flat te Miinrhen. Vóór haar huwelijk is zij toneelspeelster geweest. Zii beweert wel dat zij niet van publiciteit houdt, maar zij schijnt er niets oo tegen te hebben zich af en toe, ook voor de Ders, te laten fotograferen. De kiek in het weekblad geeft haar thans met haar dochter Edda, die zich met een kruisje om de hals en met een kerkboek in de hand, iuist a's lidmaat van de kerk had laten bevestigen. De woningdeur van Fmmv Görin^'s flat is met traliewerk versterkt. Emmv doet nooit zelf de deur open. Niemand weet waarvan zij leeft. Frau Sauckel - Idyllisch Elisabeth Sauckel, weduwe van het te rechtgestelde vroegere hoofd van de ,,Ar- beitseinsatz" in het derde rijk. woont in een idyllisch gelegen huis in de bergen bij Berchtesgadon, waarvan kamers worden verhuurd. Zii gaat niet veel uit en zii klaagt er nu al over. dat haar zes zoons misschien vrij snoedig soldaat zullen moe ten worden. „Mijn man hebben ze in 1946 te Neurenberg ongehan"en. omdat hij voor de staat had gevochten zegt ze bitter. Frau Hess - Teruggetrnkhi v Ilse Hess. echtgenote van de vroegere „plaatsvervanger" van de „Führer", Rudolf Hess, die tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld werd. heeft zich op het platte land in de Alleau teruggetrokken. Ze heefl de eerste verdieping van een huis gehuurd 's Morgens om 8 uur verschijnt ze. met een haarnet op het hoofd, op het houten bal- A DVFRTENTI F! LANGE VEERSTR A AT 10 TEL 11493 con. Daarna laat ze haar takshond in de tuin. Ze is juist bezig haar tweede boek over haar leven met Rudolf Hess te schrij ven. Zij zou graag zien, dat het grote pu bliek in Duitsland wat meer voor de ge vangenen in Spandau deed. Frau Hofer - Vluchtelinge Frau Friederike Hofer, de vrouw van de al sedert een paar jaar verdwenen gewe zen „gouwleider" van Tirol, huist met haar kinderen in een vluchtelingenkamp te München. Oostenrijk had uitlevering van haar man gevraagd, maar in 1948 is hij uit het interneringskamp bij Dachau ontsnapt. Hij houdt zich tegenwoordig zo staat zwart op wit in het geïllustreerde blad te lezen in de buurt van München ver borgen. Eén keer in de week ontmoeten zijn vrouw en hij elkaar. Frau Frank - Stetmttekkend Brigitte Frank, weduwe van de terecht gestelde vroegere gouverneur-generaal van Polen, woont ook in München. Zij zegt, blij te zijn nog te leven. Haar man heeft kort voor zijn dood nog verklaard, dat hij ADVERTENTIE Wat LINCOL doet, doet geen enkele andere wrijfwas het Christendom erkende. Tot voor kort geleden kreeg ze iedere maand 160 mark van de staat. Nu wordt zij door de kerk geholpen. Ze wil proberen toch weer so ciale ondersteuning te krijgen. Haar oudste zoon is naar Argentinië geëmigreerd, waar hij een betrekking bij de mijnen heeft. Frau Funk - Dorpelinge Luise Funk, de tedere wederhelft van de vroegere minister voor Economische Zaken, woont in een klein dorpslogement bij Bad Tölz. Haar tot levenslang veroordeelde man mag haar, net als de andere gevan genen van Spandau, niet over zijn gezond heidstoestand schrijven. Maar Luise wil méér van haar man weten. Met iedere brief, die zij van hem krijgt, stapt ze naar een grafoloog, in de hoop wat meer te horen te krijger^ Frau Scholz-Klink - Onverbeterlijk Gertrud Scholz-Klinik, die zich in het derde rijk „rijksvrouwenleidster" mocht noemen en die thans, in een derde huwe lijk, met de gewezen „Ober Gruppen- führer" van de SS, Heissmeyer, getrouwd is. heeft haar politieke opvattingen en haar wereldbeschouwing ondanks het fiasco van 1945, niet gewijzigd. „Ik ben nog net zo'n nationaal-socialiste als vroeger," verklaar de zij trots. Zij en haar man werken op het directiekantoor van een Coca-Colafabriek, waarvan de bezitter indertijd ook bij de SS is geweest. Na de oorlog was zij onder een valse naam in twee kamers van een villa te Bebenhausen getrokken. Daar woont zij nu weer. „Niemand heeft hef recht," zo houdt zij vol, „mijn politieke overtuiging te veroordelen". (Van onze correspondent te Djakarta) Tegenover de Phillippijnen met één arts op 3000 zielen, India met één op 6000kan Indonesië slechts één arts op 59.000 inwo ners plaatsen. Vergeleken met Westerse landen is de verhouding nog ongunstiger: Nederland en West-Duitsland hebben een arts op respectievelijk 1200 en 800 zielen. Het aantal sterfgevallen per duizend is in Indonesië dan ook aanmerkelijk hoger dan in de hierboven genoemde landen. Be draagt het in de Philippynen 11,77 per dui zend zielen, in India 14,5 en in Nederland 7,3 in Indonesië was het in 1952 niet minder dan twintig per duizend in woners. In Semarang stond in het laatste kwartaal van het vorig jaar tegenover 2996 geboren kinderen een sterfte van 441 kin deren in de leeftijd van een dag tot elf maanden, dat is dus bij%a 15 percent. Deze paar cijfers demonstreren wel over duidelijk de grote medische nood, waaron der Indonesië gebukt gaat. Het land heeft voor de ruim 80 millioen inwoners slechts de beschikking over 1400 geneesheren en daaronder bevinden zich dan nog enige honderden buitenlanders, zowel particulie re als gouvernementsartsen, onder welke dokters zoals trouwens in het algemeen onder de vreemdelingen hier een neiging bestaat uit Indonesië weg te trekken. Het spreekt vanzelf dat het ministe rie van gezondheid aan het artsen-pro bleem, dat zozeer de gezondheidstoestand van het volk raakt, grote aandacht schenkt en poogt het artsencorps uit te breiden Overdreven kan men de eisen, die men voor de naaste toekomst stelt, niet noemen. De minister van Gezondheid, dr. Lie Kiat Teng, heeft enige tijd geleden verklaard, dat naar zijn mening een verhouding van één op 25.000 voorlopig voldoende zou kun nen zijn, mits de artsen gesteund worden door een goed verplegerscorps. Géén studie-verkorting Een gelukkig verschijnsel is, dat de re gering, ondanks het grote tekort aan art sen, er voorlopig niet aan denkt de oplei- dingstijd te verkorten, omdat dit een ach teruitgang in deskundigheid ten gevolge zou hebben, hetgeen het land uiteindelijK niet ten nutte zou komen. Juist in verband met het geringe aantal achtte hij het no dig, dat de artsen kwalitatief zeer goed zijn. Het ziet er voorlopig niet naar uit, dat alleen door de opleiding van artsen het corps medici op een redelijke termijn zo kan worden uitgebreid, dat zélfs al stelt men de eisen niet hoog voldoende in de medische nood kan worden voorzien Mid- den-Java (met één arts op ruim 82.000 zie len) heeft een jaarlijkse uitbreiding met dertig artsen nodig. Doordat jaarlijks tien oudere artsen zich terugtrekken, moeten ei dus 40 jonge medici beschikbaar komen en die zijn er niet. Een grote moeilijkheid bij de opleiding van artsen vormen de slechte financiële toestand van het land en het gebrek aan docenten. Wat dit eerste betreft vindt men deze ook uitgedrukt in het bedrag, dat de overheid in het algemeen voor de Volksge zondheid beschikbaar kan stellen. Zo heeft bijvoorbeeld de gezondheidsdienst in West- Java (met een bevolking van 15 millioen) dc beschikking over 50 millioen rupiah, dat is dus nog geen vier rupiah per inwoner per jaar, een gering bedrag, zeker bij de zo gedaalde koopkracht van de Indonesi sche munt. Daarnaast is er onder de studerende jeugd geen grote animo om de studie voor arts op te vatten, wellicht omdat deze lan ger duurt dan die in andere faculteiten. Mogelijk speelt hierbij een rol, dat de jon ge arts, vóór hij zich in een stad mag ves tigen, op regeringsvoorschrift eerst enige jaren „op het platteland" practijk moet uit oefenen. Deze „bewegingsbelemmering"' lokt vermoedelijk ook niet de medische stu die aan. Opmerkelijk is, dat het merendeel der medische studenten van Chinese huize is. Een Zandvoortse smid de heer J. Jacobs, wonende in de Swaluëstraat 14, die al enige tijd had geëxperimenteerd om een oplossing te vinden voor de borden, die door publieke werken worden gebruikt bij straatherstel: onhandelbare houten plan ken, die telkens omwaaien en bovendien door hun constructie maar weinig voldoen, kwam op het idee, deze bekende rood-wit geschilderde plank te vervangen door een opvouwbaar stalen rek, dat als een har monica in elkaar kan worden geschoven en een grootste breeedte heeft van vier meter. Geplaatst op twee eveneens in el kaar schuivende statieven, kan het gehele geval zelfs onder de arm naar het uit te voeren werk worden meegenomen en het heeft bovendien nog dit voordeel, dat het in alle gewenste standen kan worden op gezet, zelfs in cirkel- of vierkantvorm. Een extra buis op het statief maakt het moge lijk, dat er diverse rekken aan elkaar kun nen worden geplaatst, zodat de lengte on begrensd is, wanneer telkens opnieuw van een statief gebruik wordt gemaakt. Op de buizen kunnen dan nog op zeer eenvoudige wijze alle in omloop zijnde verkeersborden worden geschoven. De heer Jacobs vroeg op zijn uitvinding octrooi aan, dat hij vo rige week verkreeg en zijn uitvinding wekt bij de diensten van publieke werken in di verse steden van ons land veel belangstel ling. Reeds werden door enige gemeenten monsters aangekocht. Ook de politie heeft er veel interesse voor, daar men in deze uitvinding grote mogelijkheden ziet voor afzetting van weggedeelten bij verkeers ongevallen. „Gone with the wind" naar Nederland Men mag thans met zekerheid aannemen, dat de in 1939 vervaardigde, bijna 4 uur lange kleurenfilm „Gone with the wind" (met Clark Gable, Vivian Leigh, Leslie Howard en Olivia de Havilland)) in de komende herfst voor het eerst in Nederland in roulatie zal komen. De film werd gere gisseerd door Victor Fleming. Tot dusverre is deze Amerikaanse film slechts twee maal in een Nederlandse bio scoop vertoond. Dat geschiedde enkele jaren geleden bij een liefdadigheidsvoor stelling in het Amsterdamse City theater. Daags tevoren was de film in het Edison theater te Amsterdam voor een groot aan tal bioscoopdirecteuren gedraaid. Levenslang voor SS-er In Wenen is Peter Acher, een gewezen SS'er, tot levenslange dwangarbeid ver oordeeld. Hij is schuldig bevonden aan de moord op 114 Joden, poging tot moord op twee en verder aan wreedheid en mishan deling. Hij was een der SS'ers, die een groep Joodse dwangarbeiders van de ene fortificatie naar de andere dreven in een poging om stellingen tegen dé oprukkende rode troepen te bouwen. Zijn kameraden zijn reeds eerder verooi'deeld. Hij kreeg de zwaarste straf in Oostenrijk. kan het dus gebeuren, dat in Zuid-Suma- tra in een bepaald en niet zo'n klein gebied een Nederlander en twee Duitsers en geen enkele Indonesiër, de medische staf van het gouvernement vormen. De vraag is echter of de omstandigheden, waaronder deze buitenlandse artsen werken het sa laris, de huisvestingsproblemen enzovoort hen zo lang hier zullen houden, dat men niet permanent nieuwe krachten moet po gen te vinden. De artsenopleiding worstelt ook met een gebrek aan hoogleraren. Een aanwijzing, dat het blijkbaar moeilijk is het tekort aan Het aantrekken van buitenlandse artsen docenten aan te vullen, mag gezien worden blijft dus voorlopig mede het doel der re gering. In dit opzicht boekt zij wel succes sen, en speciaal onder de Duitse medici, waarvan er nu reeds een goede honderd in de archipel werken. Zij hebben meestal een contract met het gouvernement en het me rendeel is op het platteland geplaatst. Zo i~: het feit. dat een functionaris van de me dische faculteit in Medan enige tijd gele den naar Parijs is vertrokken voor het aan trekken van hoogleraren uit de Franse hoofdstad, hetgeen, gezien de taaimoeilijk heid, hier als een zeer bijzondere poging werd beschouwd. Jft? zëe s ADVERTENTIE ij iföSrr; aanvang 9 uur aanvang 1 uur Tante Liezebertha was nu alweer 'n heleboel opgeknapt. En omdat het lekker voor jaarsweer was geworden, mocht ze nu buiten ook. Dat vonden de jongens prettig, en zij zelf natuurlijk ook. Met de jongens ging ze nu vaak een eindje wandelen door de stad, en dan keken ze winkels. „Fijn is dat!", lachte tante Liezebertha. „Ik ben er nou zo'n tijd niet uit geweest!" De jongens waren blij, dat tante Liezebertha nu weer zover hersteld was, en ze gingen wat graag mee de straat op. Zo'n wandeling in het zonnetje was goed voor i haar, nu ze zolang binnen was geweest. Ja, het voorjaar was nu toch werkelijk goed begonnen. Overal zag je de knoppen uitkomen en het zonnetje gaf al flink wat warmte. Oom Tripje was ook in zijn schik, als hij naar die knoppen keek, waaruit straks het jonge groen zou komen. „Er gaat toch maar niets boven de lente!", zei hij. „De winter kan wel gezellig zijn, maar ik houd meer van het voorjaar!" BONN (ANP) In Hechingen aan de voet van de oude rotsburcht der Hohen- zollerns heeft de rechtbank zes jaar ge vangenisstraf toebedeeld aan een man, die beweert uit afkeer van „Herrenmenschen" Duitslands beruchtste kasteelkraker te zijn geworden. Twintig van zijn achtenveertig levensjaren heeft Paul Falk wegens die hebbelijkheid al achter de tralies gezeten en in de resterende tijd heeft hij nog kans gezien zich te buiten te gaan aan bigamie, vervalsing van oorkonden, bedrog, pas poortenvervalsing en valse munterij. Falk begon zijn carrière als circus jongen in zijn geboorteland Pommern, het land der „Herrenmenschen". Daar oefende hij zich tegen de muren der Junkerkaste len en op het goud. zilver en diamant, dat zij moesten beschermen. Hij had ook een voorliefde voor de boekerijen der jonkers en uit de gestolen boeken deed hij vol doende beschaving op om zich te ontwik kelen tot een van Duitslands meest ge ziene „gentleman-boeven". Hij trad daarbij beurtelings op als graaf Ciryll von Kassloff, als Paulo Delmonte. plantagebezitter uit Brazilië, als Charly Roth, filmster uit Hollywood, als de ar tist Henri Blümenfeld en als José Pedro Klinge, vice-consul van Paraguay. Als Delmonte werd hij in 1949 huis vriend van de gravin Zu Erbach und Fiirstenuu, die hem op haar jachtslot in het Odenwald als een afgod vereerde en terloops geprobeerd had* hem in een paar „compensatie transacties" te verwikkelen. Daarvoor laat een Braziliaans plantage- bezitter zich echter niet vinden en zo beperkte „Delmonte" zich ertoe met een oerlonknus Her gravin over het hoofd bin nen te sluipen en sieraden ter waarde van dc-t''?duizend mark mee te nemen. Bii een overval in het slot „Goldensee" en later op kasteel „Höhnbuchau" bij Wiesbaden ging het minder „gentleman like" toe Daar hield Falk zijn gastheren een revolver voor. Op een kasteel bij Aschaffenburg liet hij zich ais vice-consul van Paraguay vieren en door een paar huurling-inbrekers veel loos alarm slaan, teneinde van de consternatie gebruik te maken om de juwelenkist mee te nemen. Helemaal alleen was hij echter, toen hij aa maandenlange voorbereiding touw ladders aan elkaar knoopte en daarmee de burcht der Hohenzollernfamilie te lijf ging. Hij haalde de schatkamer der kei zerlijke familie leeg tot zijn touwladders welhaast bezweken onder het gewicht aan familiestukken, vele briljanten, robijnen en smaragd, aan gouden tafelgerei en wat hij verder mee kon nemena Daarbij wa ren ook een maarschalkstaf en de zes gou den tabaksdozen van Frederik de Grote van Pruisen, waarom de talloze vereerders van de „grote Frits" getreurd hebben. Want Falk wist met deze nationale heilig dommen niets beters te doen dan ze in een autogarage in Wiesbaden tezamen met de bestekken met een lasapparaat om te smelten tot vier staven van een kilogram goud. Die bracht hij aan de man voor twaalfduizend mark bij een Pool en een vluchteling uit de Oekraine. Zijn Pom- merse aard had hij daarbij, zoals hij voor de rechter zeide, toch niet verraden. De Pruisische koningskroon had hij name lijk laten staan, alhoewel „zijn vingers jeukten". „Daar Pruisen nu verscheurd is en ik me toch nog als echte Pruis voel, heb ik deze kroon, die vele mensen als een heiligdom vereren, niet willen ver nielen en versjacheren", aldus Falk. Na dat nationale gebaar deed de rechter drie jaren af van de eis, die het openbaar mi nisterie gesteld had. 53) Met enige moeite vermande hij zich en mevrouw Dean schrok van de hardheid van zijn stem, toen hij zei' „Jonathan, ik moet dit snel in orde maken. Je wilt wel voor dat millioen binnen een week zorgen? Je kunt voor me verkopen...." En snel noemde hij diverse fondsen. Zijn harde zakelijke houding scheen Arden houvast te geven. Gedurende de eerstvolgende ogenblikken bespraken de twee mannen allerlei financiële details. Hierna richtte Randal zich tot mevrouw Dean, die nog steeds haar gezicht in haar handen verborgen hield en volkomen ge broken scheen te zijn. „Jij moet je met Monica bezig houden", zei hij. ,,'t Is wer kelijk ontzettend' Stel je voor dat dat arme kind iets ernstigs is overkomen. Haar vader zal 't me nooit vergeven! Nooit..! Ik zal één van Pringle's mensen onmiddel lijk naar Rouaan sturen. Jonathan, wil jij dat voor me in orde maken? Hij moet on middellijk vertrekken! Vertel hem alles wat je weet. Je kunt de telefoon in mijn slaapkamer gebruiken". „Ik zal er voor zorgen" antwoordde Arden. Hij scheen blij te zijn iets te kun nen doen. Randal wendde zich weer tot mevrouw Dean. „Je kent juffrouw Brent's familie, nietwaar?" vroeg hij. „Ik weet wie 't zijn" antwoordde Laura, „Ik heb hen nooit ontmoet, Jonathan kent hen". „Ik heb 't gevoel dat ik me met hen in verbinding moet stellen", ging Randal voort, ,,'t Lijkt me goed voor het geval dat.Wat zou je er van zeggen als jij hen eens opbelde vooropgesteld dat ze telefonisch aangesloten zijn en Monica te spreken vraagt, voorgevend dat je ver wachtte haar daar te zullen vinden. Als ze de hemel moge 't verhoeden niet terug zou komen, dan hebben we al con tact met haar familie. We kunnen nader hand nog eens opbellen, als ze er niet is, en het eventuele slechte nieuws behoeft dan niet als zo'n schok te komenBe grijp je wat ik bedoel, Laura.ik moet aan deze kant van de zaak denken". Mevrouw Dean scheen zich enigszins te herstellen. „Je bent fantastisch, Faraday", zei ze. „Zelfs op een moment als dit denk je nog aan anderen! Ik zal opbellen, Jona than zal wel weten, of ze telefoon hebben. Zo niet, dan zal ik er zelf heengaan". „Goedzo", antwoordde Randal. „Je neemt een zware last van mijn schouders, als jij die kant van de zaak voor je reke ning wilt nemen. O, lieve hemel, soms lijkt 't alsof we nooit uit de ellende zullen raken. Eerst Bobby., en nu dat meisje.,! Laura trachtte woorden van troost te spreken en toen Arden het vertrek weer binnenkwam legde ze hem Randal's plan met haast overdreven uitvoerigheid uit. Arden had echter niet erg veel belang stelling en scheen er niet veel voor te voelen. Hij maakte zich zorgen over Pring le's mededeling, dat er waarschijnlijk geen tijd genoeg zou zijn om de boottrein nog te halen. „Laat ze dan vliegen" riep Randal boos uit. „Begrijpen die mensen dan niet, dat iedere minuut telt?" Enige ogenblikken later bleek mevrouw Dean Monica's ouderlijk huis in Forden ham opgespoord te hebben. Plet telefoon nummer was 27. En na enig wachten kwam het interlocale gesprek door. Laura was tactvol. Aan de andere kant van de lijn trad Admiraal Brent even tactvol op. Maar Laura Dean kon niet weten dat Mo nica naast haar vader stond. Monica die een uur geleden zelf met Randal had ge sproken en mevrouw Dean's telefoontje verwachtte. HOOFDSTUK 18. Het was Jim's idee, dat ze elkaar die avond laat in Holmarket zouden treffen. Holmarket was een vrij grote provincie plaats en een spoorwegkruispunt ongeveer 20 km. van Oringham verwijderd. „We zullen daar volkomen veilig zijn'", zei hij, „en van daar uit kunnen we mor gen op verkenning uitgaan. Het lijkt me ook een goede plaats voor Monica om haar tenten op te slaan. Ik ga vooruit in de Fowler en zal kamers bespreken in het grootste hotel ter plaatse en jij volgt in de Roman - deze zal inmiddels wel bij de garage afgeleverd zijn - en onderweg pik je de jongedame op". Hij glimlachte even. „Niet zo gek, vind je wel, om het drama met dezelfde wagen te beeindigen als waarmee 't begon". „Ik hoop dat het werkelijk het einde zal worden" zei Matt voorzichtig. Tezamen verlieten ze Londen, maar al heel spoedig verdween Jim's Fowler, toen ze op de buitenwegen kwamen, uit het gezicht. Hij reed véél sneller dan de Ro man, hoewel Matt ook behoorlijk gas gaf. Matt reed langs de hoofdweg en het was op dat uur van de avond niet druk meer. Ongeveer een kilometer of 20 van Moni ca's huis verwijderd, belde hij 't meisje op. Randal had hem aangeraden dit te doen, voor het geval er na zijn gesprek met mevrouw Dean nog iets gebeurd mocht zijn Een zware, maar beleefde, mannenstem antwoordde: „Mijn dochter is niet thuis. Ze is al enige tijd geleden weggegaan. Met wie spreek ik?" Matt noemde zijn naam. Hij was zéér verbaasd en begon uitleg te geven. De Admiraal onderbrak hem echter. „O, dat is allemaal in orde. Ik verwachtte Uw telefoontje. Ze wacht op U in restau rant „Old George" in Woodgrave, dat ligt op Uw route. Dat leek meneer Randal beter". Een kwartier later vond Matt het meisje daar. Ze hadden elkaar heel veel te ver tellen en gedurende de verdere tocht praatten ze aan een stuk door. Pas toen ze vlak bij Holmarket waren, merkte Mo nica opeens op: „Dit is een andere wagen dan waarin je laatst reed". Matt lachte. „Toch heb je hier al eerder in gereden", antwoordde hij Met een schok drong t tot haar door, wat hij be doelde en ze huiverde. Maar even latei- lachte ze alweer „Matt, zou 't niet fan tastisch zijn, ais we Beverley in deze auto mee terug konden nemen!" riep ze uit. „Als we een beetje geluk hebben, zaJ dat gebeuren", zei hij ernstig. Ze troffen Woodstone in het „Fleece" hotel, een groot oud huis van rode bak steen aan. Trinity Square, tegenover Hol- market's oude kerk. Jim was gematigd op timist. Hij had al enig stafwerk gedaan, naar hij zei en hij meende dat ze het „Fleece" hotel tot hun hoofdkwartier moesten maken. „Ik heb derhalve ook een zitkamer voor ons drieën genomen", legde hij uit. „Dat leek me nuttig. Monica kan 't zich daar gemakkellijk maken en ze kan zich daar terugtrekken, voor 't geval dat nodig mocht blijken". Nadat Matt haastig iets gegeten had, begaven ze zich naar dit vertrek, waar een grote tafel al vol lag met Jim's kaarten en papieren. Woodstone legde zijn plannen uit. Hij wees daarbij op een kaart voor het dis trict Oringham. Drie namen had hij met rood potlood aangestreept. Matt bestu deerde deze aandachtig. „Dit zijn de eerste drie mogelijkheden, in verband met die aanwijzing.... house", zei Jim. „White- house Cottage, High House Farm en Mill- house. Ze liggen binnen een 4 km.-straal van Oringham. Jij en ik gaan die plaat sen morgen eens nader bekijken, Matt!" Tot lang na middernacht bleven ze pra ten en plannen maken, allerlei veronder stellingen uitend. Monica had hen alleen gelaten. Ze was erg moe geweest en had zich tijdig teruggetrokken En toen Matt en Jim de volgende morgen vroeg het hotel verlieten, om naar Oringham te gaan, was ze ook nog niet wakker. Jim had voorgesteld, dat ze de Roman zouden nemen, want het was de bedoeling, dat Matt naar de Anderson Garage zou rijden, daar de auto zou stallen en zich in het plunLje zou gaan oriëteren, terwijl hij Jim de drie huizen-onder-ver- dcnking nader zou gaan bekijken. Naderhand, als ze elkaar weer ontmoet ten, zou hij daarover verslag uitbrengen. Het was veiliger, dat Jim dit deed. aange zien Scott. wanneer deze in de buurt zou zijn hèm niet kende. Woodstone hoopte, dat men in de Anderson Garage de Roman zou herkennen en in verband daarmee het verhaal over het verloren horloge zou ver tellen. Het zou voor Matt dan niet moeilijk zijn om naar aanleiding hiervan enkele' vragen te stellen over de man, die in de Roman had gereden. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 6