Onze puzzle
In de ban van de
gangsterterreur
DE MEESTE ZEEDIJKEN ZIJN AAN
DE LANDZIJDE BEZWEKEN
Franse Paragraaf
Augustus
Nabeschouwingen over de ramp van 1953
Meer rekening houden
met bodemdaling
ZONDAGSMIDDAGS om half
één schoot Leon Panizzi in de
„Bar des Bons Vivants" in de
Rue de Lyon drie gangsters
neer. En twee dagen later kon
hij alweer achter de schenk-
bank staande de glaasjes vul
len van René de slager, Louis
uit de ijzergieterij, Raymond
de facteur en andere brave
burgers uit deze gore en een
tonig trieste, maar toch zeker
fatsoenlijke buitenwijk van
Marseille. Men liet de tengere
24-jarige jongen Dinsdag
reeds vrij, omdat hij uit zelf
verdediging had gedood en
zeker ook omdat de publieke
opinie het zo eiste. Eindelijk
immers was de vicieuze cirkel
een keer doorbroken, eindelijk
was het sinister bedrijf der
Marseillaanse gangsters door
kruist door iemand met indivi
duele moed.
Zodra ik van de vrijlating
hoorde, ben ik weer naar de
Rue de Lyon gegaan. Op het
eerste gezicht scheen alles rus
tig en normaal in en rond het
cafétje te zijn. Er was geen
zichtbare politie-bewaking en
binnen stonden enkele gemoe
delijke buurtgenoten tegen de
schenkbank geleund te praten
met Leon. Ook de entourage
had vrijwel geen enkel drama
tisch accent meer. Het was
moeilijk te geloven, dat er in
deze bistro met zijn potkachel,
biljartje, stenen vloer en TL-
buizen aan de zoldering, vijftig
Uur eerder een adembenemend
gevecht was geweest. Slechts
twee kogelgaten in de muur
herinnerden eraan.
Toen ik binnentrad, viel er
een stilte, die kort duurde om
dat ik dadelijk zei noch een
gangster, noch een politieman
te zijn, maar een nieuwsgierig
buitenlands journalist. Louis
de ijzergieter bood me een
menthe aan en de bevroren
Stemming ontdooide. Ik kreeg
weer het verhaal te horen, dat
ik Zondag al van anderen had
vernomen en Leon de hoofd
persoon glimlachte zenuwach
tig, met iets gespannens in zijn
toch al nerveus gezicht onder
de als borstel geknipte haren.
Toen vroeg ik of het goed was,
dat ik een foto van hem maak
te en of hij even met me mee
naar buiten wilde. Hij schudde
zijn hoofd en ook de anderen
zeiden dadelijk, dat Leon niet
de deur uit moest gaan. Dan
voor het raam? Dat kon, maar
met de vitrage toegeschoven.
Ik voelde eensklaps de span
ning van de angst in deze
kroeg en ik maakte vlug het
plaatje. Terug aan de schenk
bank vroeg ik in mijn brokke
lige Frans of ze de revanche
vreesden van andere gangsters.
Een mompelde: „Bien sur". De
anderen haalden hun schou
ders wat op. Ze wisten immers
niet of de neergeschoten „Ma-
thieu le Corse" kameraden had
in het „milieu", die zich tot
wraakneming verplicht voel
den? Hun commentaar was
kort en behoedzaam, maar ik
devol vrees. Daarom noemde
ik de naam Guérini tegenover
daarom sprak ik erover met
de boekhandelaar bij wie ik
ansichten kocht, daarom bracht
ik de gangster-terreur te berde
op het achterbalcon van een
tram. En telkens was de reac
tie dezelfde: men zweeg ab
rupt, ontvluchtte de buiten
landse dwaas. Toen ben ik op
mijn laatste avond in Marseille
naar de kroegen rond de onera
realiseerde me, dat Leon Pa-
nizzi's verzet door de gangsters
inderdaad een gevaarlijke in
breuk betekende op het door
Marseille aanvaarde afpers-
systeem. Honderden etablisse
menten immers betaalden hun
maandelijkse afkoopsom en na
het gebeurde in de „Bar des
Bons Vivants" zou er wel eens
een rebellie onder de afge-
persten kunnen ontstaan.
Een journalistieke vriend
had me binnenskamers en on
der vier ogen verteld, dat de
onderwereld in Marseille ge
dirigeerd wordt door de drie
broers Guérini. Al tien, vijf
tien jaar. Ze zijn werkelijk ge
vaarlijk, had mijn vriend ge
zegd. Wees voorzichtig.
Ik wilde deze waarschuwing
bevestigd zien en daarom stel
de ik in die bar aande Rue de
Lyon plompweg de vraag of
het werkelijk waar was, dat
„les trois frères Guérini" al
vele jaren de teugels van het
bendewezen in handen hadden
en of men dat in Marseille dan
maar zonder meer accepteerde.
Dit was toch eigenlijk al te
dwaas deze.ik zweeg want
ik was plotseling alleen. Ray
mond de facteur, Louis, Henri
en de vier anderen waren naar
buiten gelopen en stonden nu
op de stoep en Leon Panizzi
zocht iets in de keuken. Ik was
bang, want ik voelde eensklaps
lijfelijk de terreur der Gué-
rini's. Het was zelfs verboden
hun naam te noemen, dat be
greep ik nu.
Leon Panizzi kwam even
later terug en zei niets meer
en van de anderen op de stoep,
die me eerst als een vriena
hadden bejegend, kreeg ik
nauwelijks een wederwoord
toen ik bij het weggaan be
dankte voor de menthe en de
informaties.
IK HAD in die „Bar des Bons
Vivans" mijn hart in mijn keel
voelen kloppen bij het Gué-
rini-incident, maar mijn kop
pigheid dreef me ertoe beves
tiging te zoeken, dat ik me niet
vergist had in die sfeer boor-
gegaan, vlak bij het plein waar
de portier van mijn hötel,
de fameuze Canebière ove
rigens een winkelboulevard
zoals ge er duizend ter wereld
vindt uitmondt op de oude
haven. Mijn collega had me
verteld: in de bars rond de
opera komen de racketeers. In
de „Comptoir de l'Opera", in
„Chez Felix" en „Miami". In
alle drie ben ik geweest en ik
heb er verteld, dat ik een van
de Guérini's zocht, Antoine,
Noël of die derde wiens naam
ik vergeten ben. Om hen te
interviewen voor Nederlandse
bladen, daarbij speculerend
op hun ijdelheid.
De barkeepers en de louche
cliëntèle zwegen en keken me
met vreemde ogen aan. Ik
hield mijn spel van buiten
landse dwaas vol tot er in
„Chez Felix" een man met een
nieuw donkerblauw pak, zwar
te haren en hard bruine schoe
nen op de kruk naast me
kwam zitten. Ik meende hem
die avond al eerder gezien te
hebben. Hij zei alleen maar
op onverschillige toon: „De
Guérini's geven niets om kran
ten en ze houden niet van
journalisten". En dan iets na
drukkelijker en met een
hoofdwenk: „Fout le camp"!
Smeer 'm!"
Ik ben toen gevlucht, omdat
mijn nieuwsgierigheid mijn
zucht naar lijfsbehoud niet
meer in toom hield. Steeds
achterom kijkend ben ik naar
mijn hötel gehold. En voor ik
's ochtends in alle vroegte weg
reed naar de beloofde zon, de
azuren zee en de bergen van
de Rivièra keek ik behoed
zaam uit mijn raam of er aan
de overkant van de straat
niemand op me wachtte. Ik
was in de ban der gangster
terreur.
Misschien lezer voelt ge wat
cynisme, denkt ge, dat mijn
peiling van die Marseillaanse
sfeer rond het „milieu" over
dreven sinister van uitkomst
was. Ik raad u: neem de proef
op de som, als ge in Frankrijks
grootste havenstad zijt. Noem
de verboden naam in de bars
rond de opera, in het restau
rant aan de „vieux port" waar
ge uw bouillabaisse eet, noem
hem ergens in het openbaar
en ge zult evenals ik plotse
ling omhuld zijn door een
sfeer van vrees. Maar wees
voorzichtig: Marseille kan
werkelijk gevaarlijk zijn!
H. A.
Het pleintje bij de opera ziet er erg onschuldiguit met zijn
gazons en duiven. In de kroegjes op de achtergrond zijn vaak
's avonds de kopstukken van de onderwereld te vinden. Dit is
het gevaarlijkste buurtje van Marseille.
hand, 16. ernst, 17. Bern, 18. kunde,
Vere, 21. aas, 22. ver, 23. uil, 25. Po.
20.
Horizontaal: 1. stad in Thessalië, 7. mu
zieknoot, 8. bergplaats, 10. waarmerk, 12.
rivier in Rusland, 14. heden, 15. in de grond
levende insecteneter, 17. familielid, 18.
aardsoort, 19. kleefmiddel, 21. eind, 23.
boom, 24. zwemvogel, 26. muzieknoot, 27.
afkorting in de boekhouding, 28. telwoord,
30. dorpje ten N.W. van Drachten.
Verticaal: 2. spil, 3. rivier (Spaans), 4.
groente, 5. welaan, 6. stad in Gelderland,
9. rijk uit de oudheid in N. Afrika, 11. jon
gensnaam, 13. scheepstros, 14. ontkenning
(Eng.), 16. suikereend, 17. vreemde munt,
20. rund, 22. maanstand, 24. vlaktemaat,
25. oude benaming voor liter, 27. voorzet
sel, 29. adellijke titel in Engeland (afk.).
Om mee te dingen naar de drie geldprij
zen ad 7.50, "5.en 2.50 moeten op
lossingen onder de aanduiding „Oplossing
Puzzle" uiterlijk Dinsdag 17 uur ontvangen
zijn aan een onzer kantoren in Haarlem:
Grote Houtstraat 93 en Soendaplein of
IJmuiden: Kennemerlaan 186.
Na loting werden de prijzen deze week
toegekend aan: W. v. d. Steeg, Pijntoren-
straat 8, Haarlem 7.50; E. List, Klever
laan 61, postbus 3, Bloemendaal 5.en
F. Schouten, Spaarnwouderstraat 30, Haar
lem 2.50.
De oplossing van de puzzle van 21
Augustus luidt:
Horizontaal: 1. hak, 3. Delos, 8. al, 9.
peseta, 10. Asselt, 12. T. p., 13. lei, 14. he,
15. Deil, 17. bark, 19. R.M., 20. ven, 21. An,
22. Verdun, 24. Aspern, 26. id., 27. store,
28. ale.
Verticaal: 1. haard, 2. als, 3. Deli, 4. Est,
5. le, 6. otter, 7. sap, 9. Peel, 11. slim, 14.
PARIJS, Augustus Het is al een
soort herfst in de stad, tenminste 's avonds
als het groen niet meer te zien is; in de
straten langs de Jardin du Luxembourg
ruikt de vochtige lucht bijna zoet naar de
bomen, en de geluiden zijn ouder en hel
derder geworden. Een pijprokende officier
passeert met een zóne van lelijke tabaks
lucht om zich heen; die rook is er ineens,
maar glijdt als de officier voorbij is
zachtjes en gelijkmatig uit de atmosfeer
weg. Dit zijn de beste uren, want overdag
is het te grijs en teveel op non-actief: the
aters, winkels en café's gesloten voor va-
cantie en van een half bezet terras staart
men naar de dunne regen die ieder uur een
kwartiertje neerkomt. Een slanke, blonde,
niet meer zo jonge dienster giet koffie in
de kopjes uit een bol met een brede ope
ning: de bruine stroom zwaait in de on
rustige wind, en als zij toch precies op het
goede ogenblik met schenken ophoudt on
dervindt men een verrassing alsof zij iets
geestigs gezegd had. Er komt een grap
pige oude Engelse taxi aan de stoeprand,
beschilderd met de namen van de plaatsen
waar hij door gereden is en met communi
qués; daar stappen koele, keurig getruide
toeristen uit, die de handen in de broek
zakken steken en onbesluitvaardig om zich
heen zien. Twee tafeltjes verder zit een
man een brief te schrijven: hij is al een
eind gevorderd, maar nu denkt hij alleen
nog na en glimlacht om herinneringen en
invallen, die hij toch niet opschrijft. Het
autoverkeer is stil, des te meer door het
toeterverbod, de autobussen profiteren
daarvan door een luid ronkend vertoon
van efficiëntie.
Men koopt een boekje uit een uitver
koop in een lege zijstraat, en denkt aan
de stranden van de zuidkust, waar de va-
cantiegangers op rijen liggen in de veel te
warme zon, belust op een bruin dat zij in
anderen benijden en alleen bij zichzelf
bewonderen; aan de westkust hollen kin
deren met pas gescharnierde benen kaars
recht de branding tegemoet, en bij de
meertjes in het binnenland staan de oranje
tenten gesloten tegen de boszoom.
Het is dus zaak van het buitenleven te
gaan proeven, en men vindt in een klein
plaatsje honderd kilometer buiten Parijs
een stationsplein met een hek er omheen,
opgehoogd tot meters boven het niveau
van de straat; Zondagsmiddagse wande
laars zien op van het trottoir af, en men
wisselt een doordringende blik zonder be
langstelling met ze. In de O van de plaats
naam op het station is een raampje uitge
spaard, als een woordspeling in een pro
ces-verbaal. Tenslotte komt er een lande
lijke taxi, met veren in de banken die
bijna maar niet alle ingezakt zijn. De
"hauffeur heeft zijn vrouw bij zich; netjes
Tekruld en in een witte zijden blouse ver-
'eent zij een Zondagsstemming aan het
'andschap. De taxi sjokt tegen flauwe hel
ingen op, en aan de andere kant geen haar
meller naar beneden, als een ezeltje. Op
stille kruispunten wijzen glanzende
richtingborden naar dorpjes van grijze
huizen, die zo min mogelijk tegen het
'andschap afsteken; de enige heldere kleur
is die van de wit met rode kippen, die on
verbeterlijk dom midden over de weg op
-le vlucht slaan.
Als de chauffeur het afgelegen groepje
huizen gevonden heeft, glinsteren de drup
pels op de bladeren in een toewijzing zon-
'icht. Even later is de lucht weer donker
grijs. maar de regen barst niet werkelijk
•üt: het rommelt in de verte, het wordt
kouder en de regen ruist nu een poosje,
maar de reserves worden niet aangespro
ken. Tegen het schemeruur zijn er weer
?aten in de wolken, het uitzicht naar het
westen staat laag open op een bleek geel
verschiet boven de liin van de lage heu
vels. Een boerenknecht knalt met een
zweepje en schreeuwt tegen drie paarden,
die een tweewielige wagen met een berg
hooi de hof van een grote sombere boer
derij binnen moeten trekken. Langs de
weg staan twee schuwe wantrouwende
boerenkinderen, en op het land morrelen
vrouwen in schorten aan de natte scho
ven hooi. Tn het ongekleurde late licht zijn
de afstanden naar de bomen in de verte
niet meer te schatten, het kan één kilo
meter zün of tien en het is ook onmogelijk
om de eiectriciteitsdraden. die van de ene
hoge stalen mast naar de andere deinen,
in een vaste blik te vatten. Er is geen
begin en geen eind aan dit land, en iedere
nacht wist machinaal de herinnering
schoon voor de volgende dag.
De man aan de top door Cameron Haw-
ley is verschenen in de Prisma-reeks van
de Uitgeverij Het Spectrum, Utrecht, Ant
werpen. Een fascinerend boek over het
keiharde Amerikaanse zakenleven met een
indringende kijk op de menselijke achter
gronden der talloze problemen. Een mee
slepend geschreven boek, dat tot in de dé
tails is verzorgd, analyserend met evenveel
gevoel als vernuft.
„ALS OORZAAK van het bezwijken der dijken kan in hoofdzaak worden ge
noemd de te geringe hoogte van de kruin en de te steile hellingen van de binnen-
belopen", zo schrijft de waterstaatkundig ambtenaar van de Rijkswaterstaat J.
A. Exalto in het speciaal aan de watersnoodramp gewijde nummer van het
Polytechnisch Tijdschrift. „De tot de kruinen oplopende golven werden door de
orkaan gegrepen en over de dijken gesmakt, waar deze watermassa's ontgron
dingen veroorzaken in de belopen. De meeste bescshadigingen zijn aan de bin
nenzijden der dijken ontstaan. De kruin en het binnenbeloop zijn dan ook de
plaatsen, waar men het bij de dijken moet zoeken". Ook de heer R. H. J. Morra,
technisch ambtenaar eerste klas bij de Rijkswaterstaat komt tot deze conclusie.
Het lag, naar hij schrijft, niet aan de kwaliteit van de dijken hetgeen wordt
aangetoond door de buitenzijden, die nagenoeg geen beschadigingen van be
tekenis vertoonden maar aan de te geringe hoogte der dijken. Deze is vast
gesteld op grond van de „ervaringshoogte" (ae hoogste waterstand, die bekend
is vermeerderd met een bedrag voor golfoploop). Een belangrijke factor bij de
veiligheid is echter het zakken der dijken als gevolg van inklinking van het dijk-
lichaam met de ondergrond en van bodemdaling.
OVER DEZE bodemdaling schrijft de
dooi de gebrekkige aansluiting met de on
dergrond, die onderloopsheid tengevolge
heeft. De te steile binnenbelopen der dij
ken hebben zich gewroken, want de meeste
doorbraken en beschadgiingen zijn daar
het gevolg van gebleken, vooral wanneer
de bekleding slechts uit zavelgrond be
stond. Wanneer het water over de kruin
loopt, vloeit het langs d'ie stelle helling zo
snel af, dat er uitspoelingen ontstaan.
Evenals de herstelde dijken zuilen de
nieuw te vormen d'ijklichamen toch weer
bestaan uit een kern van zand, afgedekt
door een bekledingslaag, zo schrijft de heer
Exalto. Andere constructies, zoals bijvoor
beeld betonelementen, zullen deze klas
sieke constructie niet kunnen vervangen.
Zand is in de Zeeuwse wateren in voldoen
de mate aanwezig, maar voor de bekle
ding is de geschikte klei niet zo makke
lijk te vinden. Dit zal er toe leiden dat men
Mening van deskundigen In
Polytechnisch Tijdschrift
Het Nederlands Instituut van Middel
bare en Hogere Technici heeft dezer da
gen een bijzonder nummer van zijn
„Polytechnisch Tijdschrift" geheel ge
wijd aan de overstromingsramp van 1
Februari 1953 en de herstelwerkzaam
heden. Mocht de verschijning ruim
anderhalf jaar na de ramp iemand
wat lang voorkomen, dan kan de zegswij
ze „lest best" toch zeker als een weder
woord gelden, want dit is zeker het
meest omvangrijke en gedetailleerde
„watersnoodnummer", dat tot dusver is
verschenen. De vele medewerkers aan
dit nummer, voor het overgrote deel
technische ambtenaren van de Rijkswa
terstaat, zijn door hun aandeel in de
herstelwerkzaamheden niet eerder in
staat geweest er over te schrijven, maar
nu zij dat wèl konden doen waren zij te
vens in staat een schat van gegevens in
hun artikelen te verwerken. Het is een
indrukwekkend nummer geworden
enerzijds doordat men bij het zien van
de talrijke luchtfoto's (van de K.L.M.
en de M.L.D.) opnieuw iets van de ont
zetting der eerste rampdagen ervaart
en anderzijds door de gedegenheid en
deskundigheid, waarmee het onderwerp
tot in détails is uitgewerkt. Het neven
staand artikel is aan de inhoud van dit
nummer ontleend.
jaarlijks krijgt, heeft men berekend voor
het ontzilten van de grond een periode
steeds meer asfalt inplaats van klei voor
of door het watergeweld ontstane scheu- de bekledingen gaat gebruiken. Voorzover
ren kon het m de dijkl'ichamen doordrin- deze bekledingen door de springvloed wer-
gen, waarvan afschuivingen het gevolg den beproefd "hebben zij zonder uitzonde
waren. rjng uitstekend voldaan.
De steenglooungen hebben de minste
heer Morra: „Er worden getallen gegeven schade gekregen omdat zij ver onder het ZO GAAT NA de ervaringen welke bij
door verschillende onderzoekers, variëren- waterpeil lagen en dus geen last hadden <je ramp zjjn opgedaan, de dijkbouw een van enige jaren nodig te hebben. Daarom
de tussen de tien en de vijftig centimeter van beukende golven. Deze stelden juist nieuwe evolutie tegemoet, waarbij een wordt het totaal nodige gips over twee of
per eeuw. Ook is bekend, dat deze daling de bovenkant vain de dijken op de proef, grotere veiligheidsfactor zal worden aan- meer jaren verdeeld en ook het distributie-
niet regelmatig is, thans schijnen wij een de plaats waar zij de minste weerstand genomen, resulterend in een grotere hoogte systeem is daarop ingericht,
periode van progressieve daling mee te boden. en een zwaarder profiel,
maken. Het is dan ook van het grootsite Wat het Zeeuwse diijk prof iel betreft ves- „Bijna alle civiel-techniscbe werken
belang dat het inzicht in deze materie ver- tigt de heer Exalto er de aandacht op, dat worden met inachtneming van een meer-
„„WW nn rw -..«„aj ,w,r. KuitonKArm" voudige veiligheidsfactor uitgevoerd en
ruirnd wordt. De bodemdaling veroorzaakt het getypeerd werd door de „buitenberm
immers een afnemende veiligheid tegen een onderbreking van de helling door dijken behoeven' daarop'geenTltzondering
te vormen," zo besluit de schrijver.
DE RIJKSDIENST LANDBOUWHER-
STEL heeft in 1953 eem hoeveelheid van
ongeveer 25 millioen kilo aan de gedupeer
den ter beschikking gesteld. Ongeveer
80.000 hectaren moeten met gips worden
bewerkt. Het gips, dat volgens het herstel
stormvloeden, zodat men bij het vaststel
len van de dijkshoogten er ter dege reke
ning mee moet houden."
Hij herinnert er overigens aan, dat bij
de Rijkswaterstaat reeds
DF RTTKSrm TTTTinrnNSTlT FNT Tr H Vr°9ramma gratis verstrekt wordt, is aan-
r rn/D or i T gekocht uit groeven in Frankrijk, Duits-
hvirTf- L%heJ rrumrr Griekenland, Cyprus, Joego-Slavië en
van het Polytechnisch Tijdschrift een be- /vfaroJcïco
schouwingr gewijd aan de gevolgen van de Qok d;or de teelt V£m be lde gewas_
overstromingsramp voor de agrarische sen is het herstel van de d te bereiken.
vakken waarbij hij ook het probleem van Men moet daartoe zijn keus zorgvuldig be
de ontzilting uitvoerig behandelt. Hij heeft len en deze voornamelijk doen afhangen
.foutkaart' aan toegevoegd waaruit van de structuur van de grond en de mate
blijkt dat in de overstroomde landbouw- van verzilting. De kosten van de daarvoor
grond - 141.000 hectaren - het zoutge- gezaaide gewassen minus de opbrengsten
2ltSnJT P0S/ UaarWSSf toeneemt- ervan worden door het rijk vergoed. Bij
De 9000 hectaren tn de Alblasserwaard een t)C-cijfer" van 10 - dat is het aantal
werden met zoet water overstroomdmaar grammen keukenzout per liter bodemvocht
de gronden op Schouwen met puur zeewa- kan bij normale klimatologische om-
ter. De verzilting van de grond uitdrukkend standigheden een redelijke opbrengst wor-
in grammen keukenzout per liter bodem- den verwacht, voor bieten en haver is dit
vocht komt men voor het overgrote deel cijfer 7, voor zomertarwe 4, voor rode
van Schouwen en delen van Tholen, West klaver, vlas en aardappelen 3, voor uien 2,
Brabant, Zuid- en Noord-Beveland tot een voor consumptie-aardappelen 1^ en voor
Zo heeft het zout van de zee zijn verwoes- meer dan twintig gram zout per liter bo- erwten V>
tende werking gedaan. Scheikundig uiige- demvocht. Het gaat hierbij om de laag
drukt: het natrium van het natrium- grond van 5 tot 20 centimeter beneden het
HET CULTUURTECHNISCH HERSTEL
zal met uitzondering
chloride verdrijft het calcium uit de klei. maaiveld, die van veel betekenis is voor in het rampgebied
in de dertiger Deze verliest zijn poreuze kruimelstructuur de ontwikkeling van het wortelgestel der van die gebieden, waar men door herver-
jaren het inzicht gerijpt was, döt de hoog- en wordt een ondoordringbare, compacte gewassen.
massa, tuelke bij opdroging scheurt. Het
beeld daarvan geeft deze foto: een
naargeestige legpuzzle.
kaveling heeft besloten van de nood een
deugd te maken, in de loop van 1954 vol-
ZOWEL DOOR GIPS als door de teelt tooid kunnen worden, zo verwacht ir.
van bepaalde gewassen probeert men de Kuipéri. Maar daaronder rekent hij niet
grond te ontzilten Het chloor van het na- de cultuurmaatregelen voor het herstel
ste bekende waterstand geen betrouwbare
maatstaf meer was. In 1939 werd de
Stormvloedcommissie ingesteld, die tot
taak had tot een voor de toekomst maat-
gevende stormvloedstand voor het Zuid- een horizontale strook, waardoor grond triumchloride (keukenzout) werkt vergif- van de bodemstructuur. Dit hangt hele-
Westen te komen. Als voorbeeld dat daar werd uitgespaard -en doordat deze hel- tigend voor de planten en het natrium ver- maal af van het weer. Er is nog veel regen
ook rekening mee werd gehouden bij de lini2 verder tamelijk stijl was gehouden om Woest de grondstructuur. Het calcium van voor nodig, zodat men kan veronderstellen
aanleg van nieuwe waterkeringen noeimt beklediimgsmateriaal van de steenglooiïn- de klei, waardoor de poreuze kruimelstruc- dat deze zomer tot dusver, die elders zo
de heer Morra de dijkverhoging aan de ®en sparen. Deze buitenbermen lagen tuur ontstaat, die voor de plantengroei van nadelig werkte door haar overvloedige
Zuidzijde van de Amer in 1941 (nodig door echter ook te laag zodat het effect voor zuik een groot belang is, wordt door het neerslag, in dit werk bijzonder is gewaar
de inpoldering van de Biesbosch), die tot het remmen van de golfoploop verloren natrium verdrongen. Daardoor verdwijnt deerd.
6 50 meter boven N A.P. werd uitgevoerd, 2in2- Door die grotere steilte van het bux- het kleefvermogen van de grond en de klei- Uit een staatje met ramingen van de
dat is 2 Va meter hoger dan de bestaande tenbeloop der dijken, was de golfaanval deien vallen ineen tot een compacte massa, Rijksdienst voor Landbouwherstel blijkt
dijken in die omgeving. Ook bij andere heviger. waarin lucht en water moeilijk kunnen toe- dat men 80.000 van de ruim 140.000 over-
projecten, die Waterstaat voor het Zuid- TER VERGELIJKING verwiist de schrii- treden- Als deze grond droog wordt begint stroomde hectaren dit jaar alweer een op-
Westen van ons land in portefeuille had, de harde korst te «^uren. b.ren^st verwacht die meer dan 75* zal
werd hiermee rekening gehouden. ™Lr men de bStotïrmTieYkeT m!£r By het toedienen van &rote hoeveelheden zijn van de gemiddelde opbrengst in de
waar men ae Duiten oerm niet Kern, maar de n(J t dit oplosbaar cai_ niet overstroomde gebieden. Voor 1955
DE OPMERKING, dat men, als men dit flauwe, ononderbrolken buitenbetopen toe- ciumzout zyn heilzame werking verrichten heeft men geraamd, dat 115.000 hectaren
reeds wist, maar maatregelen had moeten past. „Men huldigt daar voor dijkaanleg onder toevoeging van regenwater, waarin deze 75 percent zullen overschrijden en
treffen om ons land veilig te stellen, wijst d« stelling, dat men een ongekend sterke zIch koolzuur bevindt. Door dit koolzuur voor 1956 verwacht men, dat op 5000 hec-
de heer Morra met nadruk van de hand. aanvaller beter naar afmatting kan leiden, jos^ een „rote hoeveelheid koolzure kalk taren na het gehele overstroomde gebied
„Immers", zo zegt hij, „het is ondoenlijk dan het door een steile borstwering tot waarvan het calcium het natrium uit oogsten zal opleveren die groter zijn dan
om de ongeveer 1200 kilometer zeeweren- een krachtmeting te laten komen aldus d0 nd verdringt. 75% van de opbrengsten der niet geïnun-
de dijk in ons land in een handomdraai te de heer Exalto. Het voordeel daar is echter Voor dg zoutste gronden is een kwan- deerde gebieden.
verhogen, om nog niet te spreken van de een geringer tijdverschil. tum gipg van achttien ton per hectare no- 4
vele dorpen op deze dijken. Ieder technicus Toen bij de stormvloed van '906 m Zee- d- toedjening daarvan is in sterke Deze tekening, ontleend aan het Poly-
zal kunnen inzien, dat ingrijpen, op welke land gebleken was, dat vele dijken te laag mafe afhankelijk van de regenval. Bij de technisch Tijdschrift, geeft zeer duidelijk
manier ook, in deze ingewikkelde situatie, waren, heeft men de noodzakelijke dijk- gemiddeide portie regen, welke Nederland in stadia weer, hoe vele zeedijken aan de
geen eenvoudige zaak is. Men denke bij- verhogingen en profielverzwaringen trach- uit.
voorbeeld aan Dordrecht, waar de hoofd- ten te ontgaan door het plaatsen van be-
waterkering dwars door de stad loopt, toneonsfructies op de burtenkruinlijn. Deze
Veeleer moeten wij constateren, dat de hebben in bet algemeen niet voldaan. Op
stormvloed te vroeg is gekomen en ons de plaatsen waar de muren aan golfslag
viidden in de voorbreidingen heeft over- waren blootgesteld, trad spoedig ander-
pallen", aldus de heer Morra. loopsheid en ontgronding op als gevolg
van gebrekkige en topzware constructies.
Wat betreft de afsluiting van de zee- Verder veroorzaken dergelijke betonmol ren
gaten, verwijst hij naar de drie interim- dikwijls verweking van het diijkldchaam,
rapporten van de Delta-commissie, waar- doordat het regenwater, dat van de muur
van de eerste betrekking heeft op de ver- afstroomt in de naastliggende bezodins
hoging va.n de Schooiwense dlijk en de blijft staan. Deze constructies zijn nog wel
tweede op een afsluiting van de Hollandse voor verbetering vatbaar, maar de geringe
IJsel met een stormstuw. onderlinge samenhang tussen muur en ddjk
De heer Exalto, die in zijn artikel 9a- alsmede de verstoring in de geleidelijkheid
menvattende conclusies geeft naar aanlei- va!n het dijk profiel zijn beletselen voor
ding van de vele andere bijdragen van verdere ontwikkeling,
water-staatsambtenaren, noemt behalve de
golfoverslag door de te geringe hoogte nog De wegen over de dijfcskruin kunnen
andere oorzaken van het bezwijken der beter worden gevormd door asfaltverhar-
«5 waterkeringen, ondier meer het verweken dingen dan door betonplaten, die vaak
der dijklichamen. Door reeds aanwezige over grote lengten zijn bezweken. Dit komt
binnenkant konden bezwijken. De golf
overslag over dp
kruin heeft het uit
pottier Ova HerkinQM-» weinig weerbare ra»
grasmat gaai. velgrond bestaande
talud aan de binnen
we® kant doorweekt. Het
werd door het water
„ondermijnd" en ging
schuiven. In dit geval
poide- Ou* He-klngen-f - (bjj Oud-Herkingen
heeft de resterende
dijk het uitgehouden,
maar men ziet aart
het laatste stadium
wel, dat er maar wei»
polder Oud Herwogen— ni9 meer voor nodig
was om ook dit res-
tant weg te breken.
Tal van doorbraken
zijn op deze wijze ge
schied.