Chandu in Concertgebouw Op z'n politie fluitjes Landsteiner-plaquettes en médailles uitgereikt Prof. mr. dr. J. A. Oosterbaan nam afscheid als Doopsgezind predikant Show en indiscretie Een kleermaker heeft eens gezegd: Kort en bondig Minister Suurhoff sprak tot jonge Haarlemse geestverwanten Jubileumexpositie Jan Visser Huis op zand Haarlemse Jazz Club vierde eerste lustrum Intrede dr M. v. d. Voet in 's Gravenhage MAANDAG 27 SEPTEMBER 1954 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 8 Amateurtoneel Haarlemse wint jeugdwedstrijd in voordrachtkunst R.K.-ULO aan Gedempte Oudegracht aanbesteed Jazz-klanken in Brinkmann „de kleren maken de man Biljarten Van Hassel winnaar van internationale vijf kamp Hij zinspeelde twee keer op Kamerontbinding Sedert 1947 houdt de afdeling Haarlem van het Nederlandse Rode Kruis regelma tig bijeenkomsten voor het uitreiken van de Landsteiner-plaquette of médaille. Za terdag is de dertigste uitreiking geschied in het gebouw aan de Paviljoens laan en van 1947 af zijn 95 plaquettes en 1852 médailles uitgereikt. De bijeenkomst van Zaterdag was be stemd voor vijf dames en heren, die vijf tien maal hun diensten beschikbaar hadden gesteld en in aanmerking kwamen voor de plaquette en voor drie-entachtig dames en heren, die vijf maal bloed afgestaan hebben en een médaille ontvingen. De voorzitter der Haarlemse afdeling, de heer Ch. E. Visser, die wegens zijn aan staand aftreden de uitreiking voor de laat ste maal verrichtte, dankte de dames en heren namens het Rode Kruis voor het feit dat zij zich als donor beschikbaar hadden gesteld. Ook was het hem een behoefte namens de duizenden patiënten, die dank zij de bloedtransfusiedienst gered worden, woorden van dank te spreken. Indien er geen bron was, waaruit de transfusiedienst kan putten om de taak te volbrengen, dan zou er weinig gedaan kunnen worden. Vroeger is er wel eens sprake geweest om bloed van de ene mens te laten gebruiken door een ander, maar er deden zich mis lukkingen voor, omdat men nog onvoldoen de op die hoogte was van het wezen van het bloed. Aan prof. Landsteiner, wiens beeltenis op de onderscheiding is aange bracht, is het te danken, dat veel ten goede bereikt is. Deze ontdekte in 1900 wat er met het mengen van bloed van twee men sen bereikt kon worden. Hij ontdekte drie groepen in het bloed, later is er een vierde bijgekomen en ook zijn er ondergroeperin gen ontstaan. Het heeft tot 1917 geduurd, alvorens in ons land proeven werden ge nomen en pas sedert 1930 was men zich bewust van het grote belang van bloed transfusie. De heer Visser deelde mee, dat aap de andere zijde van de plaquette er. médaille een pelikaan voorkomt, die jon gen met haar bloed voedt. Dat is het sym bool van de naastenliefde. Zij, die bloed afgestaan hebben, weten wat naastenliefde is, want zij hebben een taak verricht zon der te weten voor wie. Dat is het beste bewijs van naastenliefde. Nadat de heer Visser de plaquettes en médailles had uitgereikt, hield dokter Van der Gugten een korte beschouwing over aspecten van het bloed en besteedde daar bij aandacht aan de Rhesus-factor. De Landsteiner plaquettes werden uit- De Frieze vereniging „Gysbert Japicx" te Haarlem heeft Zaterdagavond het win terseizoen geopend met een toneelvoorstel ling in het gebouw St. Bavo. Deze keer trad niet de eigen toneelclub voor het voet licht, maar het gezelschap „De Jounpra- ters" uit Leeuwarden met „Hüs op San", een stuk dat de in het begin van dit jaar overleden bekende Friese auteur dr. D. Kalma speciaal voor dit gezelschap schreef. „De Jounpraters" hebbben slechts vier le den: een dame en drie heren. En aangezien „Hüs op San" elf rollen telt, is doubleren onvermijdelijk. Maar de auteur heeft uiteraard daarmee rekening gehouden en bovendien de uit te beelden karakters aangepast aan de capaciteiten van de spe lers. Zodat men in dit geval met recht kan spreken van rollen die hen op het lijf zijn geschreven. De moeilijkheid zit hem dus alleen in het vele doubleren en daartegen bleken „De Jounpraters", de een wat beter, de ander wat minder wel opge wassen te zijn. De hoofdfiguur in het stuk is een kei harde, egoïtische zakenman, voor wie zijn bedrijf op de eerste plaats komt en de men sen, die daarin werken, op de laatste. Hij ziet alleen zijn eigen belang en stoort zich niet aan goede raad van de voorman van zijn personeel, een man die precies onder woorden weet te brengen wat er mis is in het bedrijf. De directeur heetft een harde les nodig en die krijgt hij ook van een vroegere vriendin, die aan het hoofd staat van een concurrerend bedrijf. Zij ontdekt dat de man, die haar liefde versmaadde, een technicus van haar fabriek voor grof geld omkocht om de plannen van een nieuwe vinding te stelen. En hoewel zij daarvoor de kans op vergelding krijgt, maakt zij er geen gebruik van. In een wer kelijk indrukwekkend gespeelde slotscène brengt zij de harde egoïst tot het inzicht dat hij zijn levenshouding op verkeerde principes had gebaseerd. De vier „Jounpraters" leverden met deze opvoering een opmerkelijke prestatie. Drie van hen hadden ieder drie rollen te spe len, maar zij deden het zodanig, dat men het wellicht niet gemerkt zou hebben als men het programma niet had gelezen. Vooral mejuffrouw Tine Winters wist ge- slalte te geven aan haar creaties van de secretaresse en de zakenvrouw. De heer J. Oreel was vooral als de oude filosofe rende kantoorklerk op dreef en de heer T. Zuidema lag de rol van voorman het best. De leider van het gezelschap, de heer L. Popma met de kleinste doublure handicap had zich tenvolle ingeleefd in de moeilijke rol van de hoofdfiguur, die hij vooral in het derde bedrijf tot leven wist te brengen. S. K. De heer Ch. E. Visser reikte aan hen, die vijftien keer hun diensten hebben bewezen de Landsteiner-plaquette uit. gereikt aan de heren F. W. v. d. Berg, P. van Garderen, P. Jongbloed1, L. Schagen en mevrouw C. E. Teeuwenv. d. Bos. De Landsteiner médailles ontvingen: mej. W. J. Allard, zr. Anna Louise, H. Backer, H. Bast, A. H. Bemer, G. Boes, mej. H. J. v. d. Boogaard, P. Bood, H. Bosschers, mej. A. G. Th. Bouman, W. Bouman, mej. H. G. Caalen, zr. Carista, A. Cramer, A. J. Daans, J. J. P. van Deenen, mej. P. Dui- venoorde, G. v. d. Dussen, mej. C. P. M. Floris, mevr. G. B. Franke-Soest, J. D. van Geen, P. J. Graaman, mej. C. T. A. Grego ry, J. A. Grönloh, E. van Heezik, mevr. Ph. Henschgens-Krens, A. Hoogenboom, mevr. M. Hoonakker-Eikenhout, M. Hunik, M. de Jager, A. J. Jansen, mevr. T. Jansen- De Jager, mevr. H. Koek-Van Esmond, J. van Kraanen, mevr. G. C. Kraay-Luikei, mej. C. C. S. Th. Kroon, mevr. S. Kuyer- Koelmeyer, C. Leeuwis, mei. M. van Loon, mevr. J. Ludding-Rijbroek.T. Luikel, mevr. A. M. Luyk-Doesburg, J. Maaskant, mevr. A. van Meir-De Geus, mej. D. .T. Memelink. mevr. M. v. d. Mev-Mense, N. Merks, W. H. J. Meyer, A. J. M. Mudde, H. G. Muize- laar, H. Muller, L. H. Muller, mevr. J. de Niet-Harmsen, Y. Nieuwenhuizen, T. Pen- ninga, mej. J. Prent, C. V. Pijpers. J. Ram- kema, J. D. Roos. G. Ruisbroek, mevr. W. Scheen-Jas, H. Sikman, G. S'aemaker, G. J. A. Smit, mevr. C. Smits-Sch'opens, C. J. Sweerts. M. Tadema, mevr. H. Tentink- Uiterwijk, J. Toeset, mej. M. Verduyn, W. Verhey, A. Verhoef, P. J. H. Verhaak, G. Visser, J. F. W. Volk, mevr. J. Volk-Bergs- ma. M. Vonkeman, J. van Waarde, B. A. Willemse, mej. J. C. Zoon, mevr. A. M. Zwanenburg-Smink, mevr. C. Zwart-Van Bilderbeek. mej. Tj. Zijlstra. Op de Zaterdagavond gehouden landelijke jeugdwedstrijd in voordrachtskunst van de stichting litteraire kring „Amicitia" te Bilt- hoven, kende de jury de volgende prijzen toe: Groep A (1619 j.): 1. Noortje de Vries. Haarlem: 2. Evalize de Vries. Heerlen: 3. Elisabeth Fuchs. Huiza (N.H.); 4. Elsje Scheen uit Blithoven. Groep 3 (20—22 j.): 1. Johanna van den Berg, Eindhoven: 2. Marinus Elling, Utrecht; 3. Lydwine Vos. Utrecht. De jury bestond uit mevr. Hester G. C. JanssenKlenke, voordrachtskunstenares te Bilthoven, de heer Jac. van Elsaker, voor drachtskunstenaar te Rotterdam en de heer H. F. Witte, wethouder van onderwijs van de gemeente de Bildt. Maandagmorgen werd door architect B. Ooms namens het bestuur van de R.K. Jon gensschool voor ULO te Haarlem in het openbaar aanbesteed het bouwen van een acht-klassige ULO-school met gymnastiekzaal en rijwielberging op een terrein aan de Ge dempte Oude Gracht en Gortestraat te Haar lem met inbegrip van glas- en verfwerken. Er waren 26 inschrijvingen. Laagste in- schrijfster was de firma „De Twaalf Pro vinciën" te Velsen voor f241.825; hoogste inschrijfster was de firma Bastiaan Lubken te Haarlem voor f283.328. De begroting luidde: f230.000. Restaurant Brinkmann is van Zaterdag avond negen uur tot des nachts drie uur herschapen geweest is een paradijs voor jazzliefhebbers. Welke zaal men ook bin nenging, steeds klonken schelle trompetsto ten of drumroffels de bezoeker tegemoet. Hier trachtte men ruim baan te maken voor een jongeman, die met zijn omvangrijke stringbas door de gangen van het restaurant liep, daar zag men weer musici die, hun kla rinet of trombone boven de menigte uitste kend. zich eveneens een weg baanden naar een der zalen. De Haarlemse Jazz Club, die naar aanlei ding van haar eerste lustrum dit muzikale> doolhof had geschapen, had zich, naast de aanwezigheid van eigen huisorkesten, ook de medewerking van niet-Haarlemse orkesten verzekerd, waaronder The Orchestra of the Dutch Swing College. Voordat dit vermaarde orkest zijn optre den begon, riep leider Peter Schilperoort het bestuur van de jubilerende club by zich op het toneel, om het ten overstaan van een talrijk publiek te feliciteren met het eerste lustrum. De heer Schilperoort complimen teerde het bestuur met een dergelijke club, „die doorgaat voor een der beste, zo niet de beste Nederlandse jazzclub". Als geschenk bood hy twee flessen champagne aan. Enthousiast Ongeveer honderd musici hebben tijdens dit festijn hun muzikaalste beentje voorge zet. In vele zalen werd gedanst, doch één zaaltje had men gereserveerd voor het hou den van jamsessions, waarbij musici van verschillende orkesten elkaar ontmoetten. Zij werden aangemoedigd door een enthou siast publiek, dat niet zozeer voor het dan sen dan wel voor de muziek zelf geko men was. In een der zalen op de hoogste verdieping werden jazzfilms vertoond; een zaaltje er naast had men ingericht tot „barrelhouse", waar pianisten de muziek verzorgden. Tenslotte dient vermeld te worden het expositiezaaltje, waarin onder meer een verzameling foto's van sterren uit de jazz- wereld en publicaties over de Haarlemse Jazz Club tentoongesteld waren. Prof. mr. dr. J. A. Oosterbaan, die Maandag 4 October zijn inaugurele rede zal houden in de aula van de Gemeente lijke Universiteit te Amsterdam, heeft Zon dagmorgen afscheid genomen als predikant van de Verenigde Doopsgezinde Gemeente te Haarlem. De dienst begon met het zingen van Lied 118, verzen 1 en 2 en nadat gelezen, was Phïlippenzen 4, verzen 4 tot 7 zong de ge meente Lied 108, verzen 2 en 5. De predikant had tot tekst gekozen de brief van Pauius aan de Romeinen, hoofd stuk 15 vers 13: „De God nu der hope ver- vuile u met louter vreugde en vrede in uw geloof, om overvloedig te zijn in de hoop, door de kracht des heiligen Geestes". Deze tekst is het slot van de brief van Pauius en vormt het besluit van de hoofdstukken 12 tot en met 15. Daarna volgen weliswaar nog persoonlijke mede delingen van Pauius maar het betoog ein digt toch met het tekstwoord. Dit is ate het ware de gehele weergave van het Evan gelie, zoals Pauius die zag. Spreker zeide, dat het goed was daarover deze morgen te spreken. De hoofdstukken 12 tot en met 15 zijn vermaningen voor het Christelijke leven. Vermaningen hebben in het Grieks dezelfde betekenis als vertroostingen. Dat moet men goed weten, als men de brief van Pauius leest. Vermaningen en ver troostingen gaan samen en in de brief staat de rijkdom van het leven. Christus staat in het centrum van de bevrijding van het leven. Hij heeft de mens bevrijd van de zonde en van de macht van het kwade. Weliswaar heeft men gepoogd Christus te doen sterven door het kwade te brengen, maar Hij heeft overwonnnen, want Zijn macht was sterker dan de dood. Prof. Oosterbaan vervolgde, dat Pauius zegt, dat het Christelijke leven geculmi neerd wordt in de liefde. Is die liefde er In het Concertgebouw heeft Zondagavond een niet talryk publiek dat rukwinden en stortregens had getrotseerd kennis geno men van de wyzc, waarop Chandu, „menta- list", semi- en para-normale begaafdheden gebruikt om een commerciële en boeiende avond te kunnen brengen. Hjj vergastte het publiek allereerst op enkele eenvoudige proe ven op telepathisch terrein en „wils"-opleg- ging. Hij slaagde erin, verschillende proef personen een door hem „overgebracht" cijfer te laten noemen. Op grond hiervan mag worden aangenomen dat zijn sterkste staaltje het raden op het podium van een woord, waaraan een dame in de zaal „sterk moest denken" een on waarachtig showstuk was. Hij liet namelijk twee dames een cijfer noemen, combineerde de twee cijfers tot een getal, en een derde dame moest in een woordenboek de pagina met dat nummer opslaan en sterk aan een woord denken, dat volgens de gekozen cij fers moest afgeteld worden in de kolom. Chandu speelde het spel overtuigend; hij zei het woord. Het is echter duidelijk, dat Chan du de pagina van het- woordenboek heeft doen noemen, de cijfers heeft doen zeggen, die de pagina opleverden, waarvan hij tevo ren het woord had nagekeken. Opvallend was ook. dat Chandu ook voor deze proef weer dames uitnodigde; deze zijn in de regel na melijk meer beïnvloedbaar dan mannen. Maar hij deed voor de pauze alleen maar „show", zoals hij zei, al toonde hij verrassen de staaltjes herinneringsvermogen en „zien zonder-ogen". Na de pauze kwam, wat Chandu psychome trische séance noemt. Tientallen personen uit de zaal hadden foto's met vragen op het po dium gedeponeerd. Chandu gaf blijk uit de foto's te weten, in welke omstandigheden de betrokken persoon verkeerde en gaf tiental- ADVERTENTIE Maar dat is niet waar. Niet de kleren, maar de schoenen maken de man en dat geldt vooral in ons natte Nederland, waar Uw costuum een groot deel van het jaar bedekt is door een regenjas. Maar Uw schoenen zijn ALTIJD zichtbaar. Neem daarom nog vandaag het goede besluit eens te gaan kijken naar de zeer uitgebreide collectie bij BATA, dè zaak voor heren schoenen. De verkeersagent die ervoor zorgt, dat de weggebruikers veilig over het gecompli ceerde kruispunt van Kruisweg, Staten Bol werk en Kennemer- plein worden ge loodst, was vanmor gen voor het eerst uitgerust met een fluitje, dat in schrille toon tot oplettendheid maande. Het fluitje fungeert als het oran- jelicht bij de stopsig nalen: 't waarschuwt het verkeer, dat er een verandering op treedt in de vrijge geven rijrichting. Nu nog een witte „baton" in de hand en de Haarlemse verkeers agent krijgt werkelijk iets van de zwier van zijn Parijse collega. En het publiek moet er zich natuurlijk een fluit van aantrekken. len malen zijn „goede raad". Bijvoorbeeld: U kunt beter naar Uw vrouw terug gaan en de huidige betrekkingen verbreken, U zit niet met Uw éigen vrouw hier. En: U is een lijn trekker en Uw vader begint er ook genoeg van te krijgen. En: U heeft minderwaardig ten opzichte van die jongen gehandeld. En: het is maar goed dat U iets over de toekomst vraagt en niet over Uw verleden, want dat is niet zo fraai; ik zal het maar niet hebben over die 23ste Januari hè? En het slachtoffer knikte van nee. Niettemin had Chandu verzekerd, dat hij op geen enkele wijze discretie zou verbreken, dat hij dat trouwens nog nooit had gedaan. Maar dan blijft de vraag, hoe betiteld moet worden dat een persoon in de zaal, die zich door handopsteking heeft kenbaar moeten maken en dus door een deel der zaal gekend wordt, dingen moet aanhoren, die tot dus verre met indiscreet werden betiteld. Mis schien met marCHANDeren? dan is er geen wet meer nodig en men be hoeft geen angst te hebben voor de straf. Dat de God cler hope de gemeente vervult is bepalend voor de toekomst. Hii is ook de God vain het verleden, maar Pauius be paalt zich uitsluitend tot de toekomst. „Wij mogen er van verzekerd zijn, dat God, de God der hope is. Dan zal eens de ganse mensheid verenigd zijn en men zal vervuld zijn met louter vreugde en vrede". Spreker zeide, dat het Koninkrijk nog niet in volheid is gekomen. Er zijn nog nega tieve gevoelens op te noemen, zoals leed, verdriet, zorgen en angst. Maar laat men die gevoelens varen en de God der hope vervulle de gemeente, dan zal het Chris telijke leven vreugde zijn, dat gericht is op de toekomst. De kracht der hoop moet de Christen tegemoet treden. Wie dat er varen heeft in het leven, die wordt op nieuw bevestigd en verzekerd. Er is dan een nieuwe bron, waaruit men gevoed wordt. Spreker is God dankbaar, dat hij in zijn werk iets heeft mogen ervaren van de kracht. Pi-of. Oosterbaan besloot met te zeggen, dat de tekst een samenvatting is van het geen het Evangelie hem gezegd heeft. Daarom wilde hij de gemeente dit woord op het hart binden Na orgelspel herinnerde prof. Ooster baan er aan, dat hij van 1938 tot 1940 in Broek op Langendiik zijn predikambt ver vuld heeft. Hij heeft daar goede jaren doorgemaakt en denkt daaraan met dank baarheid. Van 1940 tot 1950 was hij in Bar- singerhorn, een uitgestrekt werkterrein: de streek stond niet gemakkelijk open voor het Evangelie. In 1950 kwam de predikant in Haarlem en werkte hij voor het eerst in een grote stadsgemeente. Dat betekende een samenwerking met collega's. Die sa menwerking is er één van blijdschap en verrijking geworden. Vervolgens richtte prof. Oosterbaan zich tot de dienende en de grote kerkeraad. Hij vond het een zege voor de gemeente, dat er zc'n bijzondere geest in deze colleges heerst. Er was nooit verbittering of verwijdering en er heerst een broederlijke gezindheid, zoals die in elke gemeente behoort te be staan. Voorts sprak de predikant de maat schappelijke werkster, mejuffrouw Bakker, de organist Jacob Bijster en andere mede werkenden toe, om hun dank te zeggen voor hun steun. Tenslotte bracht hij ook de leden der gemeente dank. Nadat prof. Oosterbaan in gebed was voorgegaan zong de gemeente nog Lied 42: „Halleluja, eeuwig dank en ere." De internationale biljart-vijf kamp in Ant werpen is gewonnen door de Belg Van Hassel. Onze landgenoot Van de Pol verloor van Van Hassel met drietwee. Het eindklassement luidt: 1. Van Hassel (België) totan' 4 punten; 2. Van de Pol (Nederland) 214 pnt.; 3. Boulanger (België) 2 pnt.; 4. Rudolph (Duitsland) lVz pnt.; 5. Tiedtke (Duitsland) 0 pnt. In de Kunsthandel Leffelaar is Zaterdag middag ter gelegenheid van de vijfenzeven tigste verjaardag van de Haarlemse kunst schilder Jan Visser een ere-tentoonstelling van diens werk geopend. Hierbij werd het woord gevoerd door de voorzitter van de vereniging van Beeldende Kunstenaars „De Brug", de heer Ferdinand Erfmann. Behalve als kunstenaar huldigde de spre ker de jubilaris als volijverig secretaris dezer vereniging. „Altijd weer staan wij verbaasd over de enorme energie en toe wijding die Jan Visser voor zijn vereniging aan de dag legt. Het citaat van La Roche foucauld „De mens wordt naarmate hij ouder wordt zowel dwazer als verstandi ger" leek de heer Erfmann op deze kunste naar van toepassing, het daarbij aan de be oordeling van zijn omgeving overlatend hoe dit gezegde te interpreteren. Onder ver standig dient men niet verstandelijk te ver staan wil men niet het mikpunt worden van de bijtende opmerking van Oscar Wilde: „Er zijn twee manieren om niet van kunst te houden, namelijk: er gewoon niet van houden en er op een verstandelijke manier van houden." Spreker schetste Jan Visser als een echt Nederlandse schilder hetgeen al dadelijk blijkt uit de voorkeur die hij heeft voor twee typisch Nederlandse motieven: bloe men en water en vroeg zich af of het deze voorkeur geweest is die de schilder had doen besluiten om in Haarlem, de bloemen stad in de nabijheid der zee domicilie te kiezen. De kunst van Jan Visser heeft niets van doen met de dikwijls cerebrale kunst uitingen van deze tijd. Aan de moderne stromingen heeft hij geen concessies ge daan, hetgeen de inleider een winstpunt noemde, daar hij van mening was dat de herkenbaarheid toch nog altijd een be langrijke factor was, stellig in de ogen van het publiek. De tentoonstelling- Het algemeen beeld van het over twee zalen verdeelde schilder- en tekenwerk van Jan Visser vertoont geen essentiëel verschil met hetgeen het Haarlemse publiek vijf jaar geleden in het Frans Hals-museum op de vorige jubileumtentoonstelling gezien heeft. Zowel de onderwerpen, bestaande uit stillevens, bloemstukken, landschappen en enkele portretten als de toegewijde werk wijze zijn op hetzelfde niveau gebleven. Het grafisch oeuvre met name de lithografieën blijven voor ons gevoel de sterkste uitin gen van deze kunstenaar. De litho Staub- bach-Lauterbrunnen en Herfst aan Zee munten uit door overtuigende en forse voordracht. Van de schilderijen vermeld is in de eerste plaats „Zee met net-schuim", waar in de schakeringen van het vloeiende wa ter mooi werden weergegeven. Luchtiger, zowel van onderwerp als van voordracht, zijn de zonnige kleine landschapjes zoals „Tjalk op het Snekermeer". Puntig en leuk is in dit laatstgenoemde het rode figuurtje tussen water en wolken neer- gepenseeld. „Als „portrettist" van bloem- variëteiten laat Jan Visser zich als een aandachtig waarnemer kennen die zijn métier geheel beheerst. In de knappe tekening „Harmonica speler" zal het publiek gemakkelijk een bekend, sympathiek Haarlems straattype herkennen. Het werk van Jan Visser heeft men ge durende meerdere decennia op de expo sities van de „Onafhankelijken" en „De Brug" in Amsterdam kunnen zien. Vooral in deze laatste vereniging is het door zijn algemene verstaanbaarheid goed gesi tueerd, daar de kunstenaars van deze groepering de „brug" tussen kunstenaar en publiek willen slaan en in stand hou den. Jan Visser heeft behalve als schilder, naam verworven als paedagoog en leraar op de door hem geleide „Haarlemse schil dersschool". Op 2 en 9 October des namiddags om drie uur zal een schoonzoon van de schil der, de bekende musicus Paul Christiaan van Westering, rondleidingen op de expo sitie, die tot 9 October geopend blijft, houden. OTTO B. DE KAT Het hoofdbestuur van de Bond voor Staatspensionnering heeft er bij de minister van Sociale Zaken op aangedrongen de uit kering van de Noodwet Ouderdomsvoorzie ning zo spoedig mogelijk te verhogen in overeenstemming met de laatst toegestane loonronde. Het verzoekt tevens om driehon derd gulden in plaats van tweehonderd vrij te stellen van aftrek. De minister van O., K. en W. heeft in gesteld een commissie van advies voor de toekenning van de Prof. van der Leeuw-prijs 1954. In deze commissie zijn benoemd tot: voorzitter en lid: S. Dresden te 's Graven- hage; leden: Ed. van Beinurn en F. de Nobel, beiden te Amsterdam; secretaris: B. P. Wa- gemans te Voorburg. De Vrijdag gehouden inschrijving op de 3'4 procent lening van de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten, groot f 10 millioen, is zo groot geweest, dat bij de toewijzing een zeer aanzienlijke reductie moet worden toegepast. HAARLEM EN OMGEVING Wy herinneren er aan, dat Woensdag middag om half één de plechtige onthulling zal geschieden van het naambordje voor de Overste Den Oudenlaan in Aerdenhout, een nieuwe zijlaan van de Juliana van Stolberg laan. Aan de rijksuniversiteit te Leiden is geslaagd voor het artsexamen 1ste gedeelte de heer C. H. Verwers te Haarlem en voor het artsexamens 2de gedeelte mej. H. M. Hazevoet te Heemstede. In de Grote of Sint Jacobskerk te 's Gra venhage deed Zondagavond dr. M. van der Voet, gekomen van Haarlem-Noord (Scho ten) zijn intrede als ziekenhuispredikant van de Haagse Hervormde gemeente. Dr. Van der Voet is in zyn ambt bevestigd door ds. M. N. W. Smit, eveneeens predikant in 's Gra venhage. Deze bepaalde zijn gemeente bij het woord uit Mattlieus 22, vers 9 b. Nadat de nieuwe predikant de vragen van het formulier bevestigend had beantwoord zong de gemeente hem staande toe Gezang 180 vers 1: „Beveel gerust uw wegen". Daarna besteeg dr. Van der Voet de kansel om zijn intrede-pi-edikatie te houden. Daar voor koos hij als tekst uit de derde brief van Johannes, vers 2 b dat het u in alles wél ga en gij gezond zijt, gelijk het uwe ziel wèl gaat". Na er aan herinnerd te hebben, dat het overgaan van Haarlem naar 's Gravenhage meer betekent dan een enkele reis. wees spreker er op, dat hij veel omgang met zie ken achter de rug heeft, maar naarmate de ervaring zich breder gaat uitstrekken, komt men dichter bij de grens van de routine. Toch is er altijd een aanknopingspunt in het werk van de ziekenhuispredikant en wordt er een muur doorbroken door de blijdschap, die in Christus is. De tekst schenkt de vreugde, dat wij niet alleen gaan, maar dat Gods geest ook met ons gaat. Dit is de over winningskracht, waarmee wij elkander mo gen begroeten. God groet de predikant op zijn werk en wijst hem er op, op dat de ziel van de zieke geen privé-kamer is. Opdat het ons welga is er een gids nodig, bij wie wij te raden kunnen gaan, zodat wij op het kruispunt van wegen het goede pad zullen kiezen, zeide spreker. Christus is de weg en Hij belooft ons wel een veilige haven, doch niet altijd een gemakkelijke reis. De liefde van Christus is alleen de waarachtige doorbraak, die het grote herstel mogelijk maakt. De run op specialisten en psychia ters zou niet zo intens en frequent zijn, als allen de wachtkamer Gods zouden kennen en in Hem, Zijn zegenende kracht, rust zouden vinden. Spreker besloot met een beroep op de gemeente te doen hem als een Rode Kruissoldaat niet alleen te laten staan en hem niet te vergeten. Hij dankte God, Die hem tot dit grote werk wil roepen en vroeg de gemeente om aanwijzing en hulp. Met een persoonlijk woord tot de vertegen woordigers van verscheidene collega's en de vele leden van de gemeente uit Haarlem- Noord, waaronder ds. G. Koch besloot spreker zijn predicatie. Aan het einde van de dienst zong de ge meente dr. Van der Voet staande de zegen bede uit Psalm 134 toe. Onder de aanwezigen waren wethouder mr. J. van Aartsen. na mens het gemeentebestuur van 's Gravenhage en afgevaardigden van diverse kerkgenoot schappen. „Waar het in 1956 voor de jongeren om gaat", luidde de titel van de rede, welke de minister van Sociale Zaken en Volksge zondheid, de heer J. G. Suurhoff, Za terdagavond in de tuinzaal van het Haar lemse Concertgebouw hield voor de leden van afdeling Haarlem van Nieuwe Koers. „De jongerenorganisatie van de Partij van de Arbeid is positief geweest in de op gave van dit onderwerp; zij beseft dat de Tweede Kamerverkiezingen die in 1956 zullen plaatsvinden, beslissend zijn voor de politieke koers in ons land. Vandaar dat de Haarlemse afdeling, die in 1953 na een non-actief van drie jaar werd opgericht, met enthousiasme start om de problemen der hedendaagse politiek onder het oog te zien", zo zei de bewindsman met waar dering over het initiatief van het jeugdige bestuur. De laatste tijd zijn de verhoudingen tus sen de partijen belangrijk verscherpt, zo zei minister Suurhoff verdei-, hoewel grote geschilpunten verdwenen zijn door een economisch verheugende gang van zaken. Enkele jaren geleden waren het de Indo nesische kwestie en de verhouding van ons land tot Suriname en de Nederlandse An tillen die de gemoederen in beroering brachten, maar deze zaken werden opge lost; ook de prijsbeheersing is geen pro bleem meer. De kinderbijslag kwam er door en de ouderdomsverzekering als com promis. Hieruit blijkt wel dat de samen werking hecht was; de periode van hoog conjunctuur welke wij thans beleven is er een uitvloeisel van. Onze export breidt zich steeds meer uit en de deviezenvoorraad groeit; voor iedereen is er werkgelegenheid. Nederland kan trots zijn op het snelle her stel na de oorlog. De heer Suurhoff noem de de oud-minister van Financiën, prof. mr. P. Lieftinck, een der promotors van de hui dige welvaart en was de mening toegedaan dat zelfs de onaangename taak van belas tingambtenaar hem niet impopulair kon maken. Wat Lieftinck voor Nederlands wel zijn verrichtte is van blijvende en onschat bare waarde, aldus de heer Suurhoff. Ideologie strijdpunt Het strijdpunt rees echter in de ideolo gische sfeer; van katholieke zijde kwam men met het mandement dat een hernieuwd standpunt ten opzichte van de andere po litieke stromingen, inzonderheid de socia listische, inhield. De Partij van de Arbeid, zeide spreker, is er van overtuigd dat po litiek en godsdienst elkaar nauw raken; maar op sociaal en maatschappelijk ter rein vinden mensen van verschillende levensopvatting elkaar dikwijls. Hierdoor komt het ook dat in de Partij van de Ar beid een Protestantse en Rooms-Katholieke werkgemeenschap ontstonden. De minister zeide dat onze democratie is aangetast door het bisschoppelijk woord. Lid van N.V.V., P. v. d. A. of Vara kan de Rooms-katholiek niet meer worden, het is hem niet toegestaan de socialistische radio programma's te beluisteren of een socia listische krant te lezen. En omdat het hem dringend wordt aangeraden, zal hij K.V.P. moeten stemmen of blanco. Dit gebrek aan keus kan niet anders dan verlammend werken op de politieke activiteit van ons volk wat een nadeel voor de maatschappij betekent. Moeilijke taak voor P. v. d. A. Partijvorming zal de komende tijd in het centrum van de belangstelling staan. De heer Suurhoff wees erop, dat de Partij van de Arbeid de moeilijke taak heeft zich met veel beleid teweer te stellen tegen de beweringen dat zij een anti-clericale be weging zou zijn. De jongeren, zo besloot hij, konden zich hierop voorbereiden door actief deel te nemen aan het werk van Nieuwe Koers. „Zij moeten klaar zijn voor de taak wel ke hen in 1956 wacht en mogelijk reeds eerder"; minister Suurlioif zinspeelde er in zijn toespraak twee keer op, dat men ernstig rekening moet houden met de mo gelijkheid van een verkiezing voor die tijd. Het cabaret van de Zaanse zusterafdeling gaf met een fris program van goede tek sten en aardig spel een fleurige noot aan de bijeenkomst. Voor een verdienstelijke muzikale omlijsting zorgde de pianiste Milly Fraenkei. „Hoe denkt het geacht forum over de H_ lijn?" was een der vragen die de Nieuwe Koersers op het vijftal achter de groene tafel afvuurden. Er werd over en weer heel wat geschertst, maar men bleek het toch allemaal eens te zijn: niets voor ons! Ook de subsidiëring van kerken dooi de gemeente zoals dat onlangs te Nijmegen geschiedde, kwam ter sprake. Het forum kwam tot de slotsom dat, zoals de heer Suurhoff tevoren betoogd had, de kerk in ons land een wezenlijk element in het volksleven vormt en zeker steun verdient. Waaraan de heer Voogd toevoegde het niet meer dan billijk; te vinden dat een over heid die voor het welzijn van haar bur gers waakt, ook de mogelijkheid tot vrije ontplooiing van het kerkelijk leven schept en waarborgt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 10