Wellicht dienstplicht voor mobiele B.B.-colonnes Knutselwerk?Prachïbijfs^^r Zó boeiend is nu PANORAMA Tweede Kamer verdeeld over vetgehalte consumptiemelk .Clowntje Rick „Achter Wallen en Poorten" Personeelstekort bij de politie niet alleen een salariskwestie Subsidiëring van kerkbouw Voorlopig Verslag over minister Mansholts tiende begroting Nijmeegse inbreker ook gevaarlijk struikrover Zwaargewonde fietser langs de weg gevonden ZATERDAG 13 NOVEMBER 1954 4 TWEEDE KAMER Korea-vrijwilligers op thuisreis Kruispunt bij Laren verbeterd Kerkelijk Nieuws Voor de kinderen Hij bekende nog een andere aanslag op twee meisjes Raadselachtig ongeluk Onderdelen van zijn fiets lagen 50 m verder in sloot <=^2<3Wo7tc) Cursus in filmbegrip FEUILLETON ADVERTENTIE Van onze parlementaire redacteur) Minister Bee!, hoewel geboortig uit Roermond, mist alle Zuidelijke zwier. Het is moeilijk zijn redevoeringen boeiend te noemen. Maar uiteindelijk komt men toch onder de indruk van zijn betoog. Zo ook Vrijdag, toen hij zijn begroting en daar mee tevens zijn beleid als minister van Binnenlandse Zaken, verdedigde. Dat deed hij met de hem sierende degelijkheid en ernst. Hij beheerst de zaken van zijn veel omvattend departement ten volle en laat nauwelijks één puntje van het vele. door de lange rij van sprekers aangeroerd, on beantwoord. Op wat hij zegt kan men bouwen, want hij is er niet de man naar om enige zaak mooier voor te stellen dan zij is. Zo is het toch terdege de moeite waard naar hem te luisteren. Tot de belangrijke onderwerpen uit het begrotingsdebat behoorde het politie- vraagstuk, in het bijzonder het probleem van het tekort aan politie-personeel. De omvang van de politie heeft geen gelijke tred gehouden met de bevolkingsaanwas, de stijgende verkeersdrukte, het overal ontstaan van nieuwe wijken. Ruiterlijk er kende de minister, dat er te geringe animo voor politiefuncties valt waar te nemen, al moest hij er aan toevoegen, dat dit ver schijnsel zich in hoofd zaak tot de drie grote gemeenten beperkt. Hij bestreed echter, dat de in veler ogen te lage salariëring de beslissende factor zou zijn van de moeilijkheden. De salarisregeling is mede van belang en dat daarin ver betering nodig is beseft men op Binnen landse Zaken terdege, maar de oorzaak van onvoldoende animo om tot de politie toe te treden ligt dieper. Evenals in tal van andere landen bestaat er in ons land een zekere tegenzin tegen dienstneming bij de politie. Het verwrongen beeld van de dorpsveldwachter uit Dik Trom leeft nog steeds. Aan de politiemannen worden tegenwoordig hoge eisen gesteld. Daarom was de minister dankbaar voor de in de Kamer tot uiting gekomen waardering voor hen, die deel uitmaken van de politie corpsen. Een beter begrip van de politie taak blijft geboden. Verder is ook ver betering met betrekking tot de huisves tingsgelegenheid nodig en voorts zal het zaak zijn tal van taken, waarmee eigen lijk ten onrechte de politie heden ten dage nog belast is, aan andere diensten op te dragen. Ten aanzien van critiek op de opleiding merkte de minister op, dat deze zeker niet kan gelden voor de opleiding van de gemeentepolitie. Als er grieven bestonden over onjuist optreden van som mige politie-ambtenaren, was dat in de eerste plaats een gevolg van de instructies. Met zijn ambtgenoot van Justitie heeft de minister van Binnenlandse Zaken aan een kleine commissie opgedragen voor herzie ning der instructies op korte termijn zorg te dragen. Over de personeelsaangelegenheden kon minister Beel vermelden dat talrijke ar beidscontractanten reeds een vaste aan stelling hebben gekregen. De minister gaf toe dat het bedrijfsleven vaak goede krachten onder de hogere ambtenaren wegzuigt. Maar het is onmogelijk de salarisfluctuaties van het particuliere be drijfsleven te volgen. Omtrent de pensioenen kreeg men te horen dat het wetsontwerp tot wijziging van de Pensioenwet, waarin de 6% loons verhoging wordt verwerkt, in voorberei ding is. Ten gevolge van de ingewikkelde techniek van het ontwerp zal het echter nog wel een tijd duren, eer het als wet in hel Staatsblad zal komen te staan. In af wachting daarvan komen er op de pen sioenen kwartaalvoorschotten en wel in Februari 1955 een voorschot over het vier de kwartaal van dit jaar alsmede over het eerste kwartaal 1955, waarna dan elk kwartaal de rest volgt, totdat de wet in werking treedt. In Nijmegen heeft de gemeenteraad een subsidie verleend van f 200.000.voor de bouw van een R.K. kerk. Dit raadsbesluit hebben Gedeputeerde Staten vernietigd, maar minister Beel heeft het alsnog goed gekeurd omdat het raadsbesluit niet in strijd is met enige wettelijke bepaling: Het gemeentebelang is bij de bouw betrokken door het verlenen van subsidie zijn de grenzen van een verantwoord financieel beleid niet overschreden. Hoewel subsidies voor kerkbouw in over eenstemming met deze drie punten reeds geruime tijd werden verleend, doet zich d'? laatste tijd liet verschijnsel voor dat vele kerken moeten worden gebouwd wegens uitbreiding van gemeenten. Dit heeft de gedachte doen opkomen aan een subsidie regeling van rijk, provincie en gemeente, zoals reeds voor de ziekenhuisbouw be staat. De kerkbouw is echter een veel deli cater terrein. Er zal geen onderscheid worden ge maakt tussen de katholieke en protestantse kerken en er zal aandacht worden be steed aan het denkbeeld voor kerkbouw eventueel gratis grond af te staan. Wat de gemeentelijke zelfstandigheid betreft zei de minister, dat er een oplos sing moet worden gevonden in de vorm van wijziging van de organisatie van het gemeentelijk bestel. Daarbij dient dan aan de orde te komen: onderscheiding van de gemeenten in grootte en een juistere af bakening van de taak van Gedeputeerde Staten. Verder stonden op het ministerieel verlanglijstje: verruiming van het eigen gemeentelijk belastinggebied, uitkering naar objectieve normen en een juiste re geling van de verantwoordingsplicht van B. en W. Minister Beel voelde in het al gemeen meer voor samenwerking dan voor samenvoeging van gemeenten, maar dit laatste kan soms noodzakelijk zijn. Hij liet zich niet uit zijn tent lokken over zekere Haagse annexatievoornemens. In zake een on-democratische houding van de gemeenteraad van Hoensbroek verklaarde minister Beel geheel aan de zijde van de heer Scheps (P.v.d.A.) te staan. Hij gaf de verzekering dat deze zaak zijn bijzondere aandacht heeft, maar hij wilde er verder niets over zeggen omdat een beroep aan hangig is bij de Kroon. Tenslotte zij vermeld, dat de minister, zonder het anderzijds te rooskleurig voor te stellen, sommiger beduchtheid over een geringe aanmelding voor de Bescherming Burgerbevolking onjuist acht. Natuurlijk zijn er nog wel zwakke plekken in de eerste plaats de grote s»eden maar alles te samen genomen gaat het lang niet kwaad. Buitenlandse deskundigen hebben er dan ook hun verbazing over geuit, dat de organisatie, die toch nog in opbouw is, reeds zo ver is. Na 18 maanden weten we, dat op basis van vrijwilligheid het nodige bereikbaar is, zo verklaarde de Minister. Hij erkende dat het anders is met de mo biele colonnes. Om voor wat daaraan vast zit 15.000 vrijwilligers te krijgen, zou te veel gevraagd zijn, dus noemde minister Beel daarvoor een of andere vorm van dienstplicht z'^rr gerechtvaardigd. Onder aanteKening van het communis tische „tegen" werd de begroting goedge keurd. Het laatste detachement Korea-vrijwil ligers dat per schip repatrieert, is 9 No vember uit Yokohama vertrokken. Het detachement omvat 275 man. Het schdip zal 10 December te Marseille aankomen. Van daar zal het detachement per trein naar Nederland doorreizen. Post voor deze militairen moet op 17, 25, 30 November en 5 December in Neder land ter post worden bezorgd. Het adres moet bevatten: rang, naam, voorletters, leger nummer, N.D.V.N. op thuisreis, Am sterdam Schiphol, Militair. Vrijdagmiddag is het verkeer over het verbeterde kruispunt in de rijksweg te Laren zonder enig ceremonieel weer open gesteld. Nadat een actiecomité een petitionne ment had gericht tot het ministerie van Verkeer en Waterstaat, waarin gewezen werd op de vele ernstige ongelukken die zich op dit drukke kruispunt voordeden, zijn veranderingen aangebracht. De hoofd weg heeft ter plaatse een dubbele rijbaan gekregen. Ned. Herv. Kerk Bedankt voor Westerbork I. J. v. Houte te Wasperveen. Aangenomen naar Zwolle (als schippers- pred.) J. v. Lokhorst te Nieuwpoort. Bedankt voor Wezep J. R. Cuperus te Doornspijk. J Beroepen te Sexbierum J. Brouwer te Koudum. Geref. Kerken I Beroepen te Amersfoort W. v. Boeijen te i Eindhoven. Doopsgezinde Broederschap j Aangenomen de benoeming tot voorgang- ster van de afdeling der Ned. Prot. Bond te Stadskanaal mej. da. H. G. Zijlstra al daar. Geref. Kerken ond. art. 31 K.O, Beroepen-ie Smilde-Dieren B. Wesseling, cand. te Schiedam. Aangenomen naar Nijmegen R. Houwen j te Garrelsweer. I In het Voorlopig Verslag uit de Tweede kamer over de rijksbegroting voor 1955 van het departement van Landbouw, Vis serij en Voedselvoorziening wordt er van verschillende zijden aan herinnerd, dat de huidige minister thans voor de tiende ach tereenvolgende maal zijn begroting aan het parlement heeft voorgelegd. Ter gelegen heid van dit feit, dat als een unicum in de staatkundige geschiedenis van ons land mag worden beschouwd, wilde men de mi nister gaarne een woord van hulde bren gen, mede voor de wijze, waarop hij zijn zo belangrijke taak in de voorafgaande ja ren, in goede verstandhouding met de Ka mer, heeft vervuld. Over het melkbeleid zeiden sommige le den, dat zij de bestaande toestand ten aan zien van het vetgehalte onhoudbaar acht ten. Een dergelijke regeling bestaat nergens anders ter wereld. Er wordt een kunstma tig boteroverschot door gekweekt van on geveer 20.000 ton per jaar. Verschillende leden konden zich in grote lijnen met het door de minister gestipuleer de beleid verenigen, met name konden zij zich wel accoord verklaren met hel voor nemen om als overgangsmaatregel twee soorten melk (met 2.5 en 3,5 vet) in de handel te brengen, al waren zij niet blind voor de bezwaren, die daaraan verbonden zijn. Dat de melkprijs belangrijk zal moe ten worden opgevoerd om de producenten aan een redelijk bestaan te helpen, behoeft naar hun mening niet nader geargumen teerd te worden. Terwijl vele leden vooralsnog van oordeel waren, dat het systeem van con3umptie- rnellc van één vetgehalte en wel van 3 een maatregel, die overigens uiter aard niet eerder dan omstreeks Mei 1955 geëffectueerd zou dienen te worden ue voorkeur verdient boven dat van ver schillende vetgehalten, betoonden andere leden zich voorstanders van een stelsel om Met zijn drieën stapten ze het zwembad uit. Het was nog warm buiten, maar ze waren door het zwemmen lekker opgefrist; ze liepen nu langs de vaart, want het zwembad lag een eindje buiten de stad. „Morgen zullen we wel weer mogen", meende Bunkie. „Als het weer zo warm is, vast wel!", zei Rick. Nu, daar zag het wel naar uit. Er was geen wolkje aan de lucht en de zon scheen nog fel. Regen zou er wel niet komen.. „Ik zou wel de hele dag in het zwembad willen ploeteren, met dit warme weer!", vond Bunkie. „Nou, de volgende week krijgen we vacantie", zei Rick. „Dan hebben we er de tijd voor!" Onder het praten door waren ze al 'n flink eind doorgelopen; ze kwamen al dicht bij Speelgoedstad. Toen gaf Rick op eens 'n schreeuw „Wat is er?", vroeg Oepoetie verschrikt. Rick bleef staan en wees naar de overkant van de vaart, waar hij iets had ontdekt. „Kijk eensdaar gebeurt ietser ligt een klein jochie in 't water!" Ja, toen zpgen de anderen het ook ADVERTENTIE naast melk met een vetgehalte van 2,5 volle melk beschikbaar te stellen. De con sument is dan vrij in de keuze. Vele leden, die teleurgesteld waren doör de inhoud van de nota betreffende de con sumptiemelk, aangezien daarin geen posi tieve maatregelen in uitzicht worden ge steld, verklaarden om velerlei redenen ster ke tegenstanders te zijn van verkoop aan consumenten rechtstreeks door de veehou der. Ook konden zij geen steun geven aan oen beleid, dat werkelijke saneringen in de strikte zin des woords ongedaan maakt of in de toekomst verhindert. De maatregelen, welke de minister ge nomen heeft ten aanzien van de onderne- mersovcreenkomsten op het gebied van de melkhandel gaven vele andere leden aan leiding te vragen naar de aard van het al gemeen belang, dat de minister tot ingrij pen bewogen heeft. Daarbij rees de vraag, waarom alleen ten aanzien van de con sumptiemelkprijs in het Westen maatrege len zijn genomen. Sommige leden achtten de steeds verder gaande afschaffing van de subsidies op melk ongewenst. Deze leden gaven verre de voorkeur aan melk met één en dan zo hoog mogelijk vetgehalte. Dit zou volgens hen slechts te verwezenlijken zijn, wanneer de subsidies in evenredigheid werden ver hoogd. De 31-jarige electricien I'. van T. uit Nijmegen, die zoals is gemeld door de po litie is aangehouden, verdacht van het plegen van een aantal diefstallen en bij een verhoor ook bekende een moordaan slag on een Amsterdams meisje te hebben gepleegd, heeft thans nóg een bekentenis gedaan en wel, dat hij op 5 Mei 1952 in de bossen in de omgeving van liet sanato rium „Dekkerswald" bij Groesbeek een aanslag heeft gepleegd op twee onderwij zeressen. Op de genoemde dag werden de daar wandelende onderwijzeressen bedreigd door een fietser, waarna een hunner c«n hulp begon te roepen. De man trok een pistool en loste twee schoten, die beide doel troffen: één in de maag en één in de longen van de om hulp roepende dame. Zij werd ernstig gewond. De andere dame kreeg een klap met de kolf van de revol ver tegen het hoofd. Hierna koos de man het hazenpad. Hoewel direct een uitge breid onderzoek, mede met behulp van politiehonden werd ingesteld, werd de da der van de aanslag nimmer gevonden. Aanvankelijk ontkende Van T. toen hem hiernaar werd gevraagd, doch toen hij met de daanes werd geconfronteerd en deze hem als de dader herkendon, hield hij zijn ontkenning niet langer vol. Van T. zal zich binnenkort voor de rech ters moeten verantwoorden wegens twee aanslagen, alsmede een veertigtal grote en kleine inbraken in de afgelopen maanden in de omgeving van Arnhem, Eist, Nijme gen en Groesbeek gepleegd. Bij navraag werd meegedeeld, dat Van T. reeds meer malen door de justitie is veroordeeld. Minister Witte zal op 16 November als vertegenwoordiger van de Nederlandse rege ring aanwezig zijn bij de heropening van het Nederlandse - aviljoen van de Cité universitaire te Parijs. Donderdagavond omstreeks acht uur is op ongeveer 500 meter van de grens van Zaandam in de gemeente Amsterdam in de grasberm langs de weg in bewusteloze toestand en met boven het linkeroog een diepe vleeswond aangetroffen de 25-jarige J. Both uit de Orionstraat Tuindorp- Oostzaan te Amsterdam. Het slachtoffer, dat in zorgwekkende toestand naar het Wilhelminagasthuis is vervoerd, kon in de loop van de ochtend nog niet worden ge hoord. De politie staat bij de reconstructie van het ongeluk voor verschillende raadsels. Zo werd naast de man, die volgens ver klaringen van kennissen een trainingsrit op zijn racefiets maakte, in de berm een totaal vernield voorwiel van deze racefiets alsmede een stuur aangetroffen. Ruim vijftig meter verder vond men aan de slootkant een fietspompje en uit de sloot haalde men na dreggen het frame, zadel, trapstel, ketting en achterwiel, kennelijk behorende bij het bij het slachtoffer lig gende voorwiel. In de nabijheid van de heer Both lagen enkele delen van een auto, zoals een afgebroken verchroomd vlaggemastje, scherven van een achteruit kijkspiegeltje en een afgeknapt stuk bout met een zeskantige moer, waarop sporen van zwarte lak, vermoedelijk afkomstig van een bumper. Ongeveer vijftien meter voorbij het slachtoffer werd een wielspoor aangetroffen van een vermoedelijk klein model auto. Hieruit heeft de politie afge leid, dat de auto met matige gang uit de richting Zaandam moet zijn gekomen en op de genoemde plek meer gas heeft ge geven, zodat beide linkerwielen zijn door geslipt. De politie acht het bijna uitge sloten, dat de onderdelen van de fiets door de schok van de aanrijding vijftig meter verder in de sloot terecht zijn ge komen. Verondersteld wordt dat het frame aan de auto is blijven hangen en dat de bestuurder dit en andere onderdelen van de fiets in de sloot heeft gedeooneerd. Ook de ligging van het slachtoffer vond men van dien aard, dat dit onmogelijk als ge volg van de aanrijding 7.0 langs de weg terecht gekomen kan zijn als men het heeft aangetroffen. Automobilist opgespoord Dankzij vele aanwijzingen is het de po litie gelukt de automobilist, die bij het on geluk betrokken moet zijn geweest, op te sporen. Het was de 33-jarige L. C. C. V., van beroep koopman te Leiden. Na een vergeefs bezoek van de recherche aan zijn huis meldde de man zich eigener beweging bij de politie. Hij wist wel, zo gaf hij voor, dat hij Don derdagavond omstreeks acht uur, komend uit de richting Zaandam, een aanrijding had gehad met een fietser, die uit Amster dam kwam. Hij dacht, dat het niet zo ern stig zou zijn en was doorgereden. Ten stel ligste werd door hem ontkend, dat hij dron ken zou zijn geweest. Wel gaf hij toe enige glazen bier te hebben gedronken. In de grote personenauto waren in totaal zeven personen gezeten. De automobilist kon er geen verklaring voor geven hoe de diverse onderdelen van het rijwiel her en der verspreid waren gevonden. De politie heeft dé auto in beslag geno men en deze naar Amsterdam overge bracht. ADVERTENTIE Wagenweg 29 - Haarlem Telefoon 20518 Teruggekeerd uit Parijs lanceren wij de nieuwste PERMANENT „BOMBÉ" INSTITUT DE BEAUTÉ HAUTE COIFFURE Het Nederlands Filmmuseum te Am sterdam zal, in samenwerking met enige bekende filmcritici en andere filmexperts beginnen met het geven van een aantal cursussen op het gebied van filmwaarde- ring. Deze cursus, te geven in de aula van het Amsterdamse Stedelijk Museum, zal voor iedereen openstaan, maar in het bij zonder voor leraren, onderwijzers, leidêrs van volkshogescholen, volksuniversiteiten, instituten voor arbeidersontwikkeling, enz. De bedoeling is te komen tot de vorming van een kader van inleiders, die aan leer lingen van het voortgezet onderwijs enig begrip voor de film zullen kunnen bij brengen, opdat een basis wordt gevormd voor de algemene verspreiding van de filmwaardering. De ieraar, die de cursus gevolgd heeft kan bijv. in de school lessen geven in film historie en in combinatie met andere scho len, met zijn leerlingen speciale filmvoor stellingen bezoeken. Historisch verhaal naar het gelijknamige toneelspel van JAN VAN DAM Bewerkt door A. Zwart 3D En plotseling begon Pieter die onbewe gelijkheid te wantrouwen. Zo lang aohter elkaar kon niemand stil blijven staan! Hij hdd toch tenminste wel eens van houding kunnen veranderen! Pieter klemde zijn tanden op elkaar, dacht misschien even aan zijn moeder en aan een zeker blond Haar lems meisje. dan duwde hij zich voor uit met zijn stijf geworden gewrichten. Al dichter en dichter naderde hij de schild wacht Een knotwilg! Een kaalgeschoren knot wilg. Hij had een knotwilg voor een mens aangezien! Hij kon een diepe, diepe zucht, die iets weg had van kreunen, niet tegenhouden Van de weeromstuit vatte hij nu meer moed dan wel veilig was, en bijna zonder tussen twee rukken stil te liggen ging hij verder, allengs het einde van het kampement bereikend. Langzaamaan be gon hij dan van zijn benen gebruik te maken, totdat de Spaanse veste in de duisternis was verdwenen. Daarop koerste hij in een flinke draf naar het Zuiden. Voor de afdelingen Spanjaarden, die bij de duinen waren gestationneerd, hoefde hij niet bang te zijn, want zij lagen te veraf. Weliswaar kon hij altijd een patrouille ontmoeten, maar daar kon hij nu geen re kening mee houden; hij moest op zijn geluk vertrouwen. De tijd drong. Dit geluk liet hem na alle doorgestane angsten niet in de steek en tegen de tijd dat de zon begon te gloren, klopte hij aan bij een boerderij in Hillegom. „Duvekater!" hoorde hij binnen mompe len. „Wie is dat nu? Een Spanjool soms?" Toen luid: „Hou je bek, Hektor!" Dit was tot de waakhond gericht, die zich als een zot aanstelde. De deur werd geopend en de boer verscheen. Vragend en ontstemd keek hij Pieter aan. „Wie ben je? Wat mot je?" Dan zag hij Pieters bemodderde kleren. „Wat is er met je gebeurd, kerel?" „Ik kom uit Haarlem, ben op weg naar de Prins. Kan ik hier wat eten en uit rusten?" „Uit Haarlem?" vToeg de boer in opper ste verbazing en opende wijd de deur. Agatha!" riep hij toen over zij-n schou der. „Agatha! Dina! Kam eens vlug! Hier is er een uit Haarlem!" Daarop greep hij Pieters hand, trok hem naar binnen en om helsde hem. „Een Haarlemmer"' rieo hij bij herhaling. „Ik heb een Haarlemmer in 1 mijn huis! Bravo! Bravo! Heldenmoed! Ga in de keuken, eet alles op wat je vindt! Al het brood, alle melk, alle koeien, alle paarden! Ga slapen in alle bedelen!" In lange witte nachtgewaden verschenen Agatha en Dina, zijn vrouw en dochter. „Kijk eens!" riep de boer. „Een Haar lemmer! Een echte, levende Haarlemmer!" De beide vrouwen sloegen hun handen in elkaar van verbazing en waren lange tijd niet in staat om een woord uit te brengen. Daarna werd Pieter, die ook niet wist hoe hij het had, in een kamer geduwd, waar hij zijn kleren moest uittrekken, die bij het enorme fornuis werden gedroogd. Vervolgens moest hij in bed gaan liggen en werd vertroeteld als een zuigeling, waarbij de twee goede vrouwen hem aan houdend „Pietje" noemden. Het bleek, dat de Haarlemmers voor de buitenwereld tot legendarische helden figuren geworden waren en men handelde dienovereenkomstig. Nadat Pieter dingen had gegeten, waarvan hij het bestaan niet meer kende, sliep hij enkele uren. Op zijn verzoek wekte boer Ratelband zo was de naam hem om twaalf uur in de mid dag, en hij kleedde zich aan. Toen hij het erf betrad bleek, dat de boer het heugelijke nieuws niet voor zichzelf had kunnen hou den, want er stond een omvangrijke groep boeren en boerinnen uit de omtrek op hem 'e wachten. Toen hij de deur uit kwam, •ichten ze hem langdurig en luid toe. Men >od hem van alles aan om mee terug te emen: varkens, koeien, hammen, eieren.. 1 maar Pieter moest alles afslaan en zei, dat hij blij zou zijn als hij zelf heelhuids kon terugkeren. Wel leende hij een slanke hengst van zijn gastheer, welke hij beloofde terug te brengen, en helemaal opgeknapt begaf hij zich op weg naar Delft. Nu merkte hij pas hoe benauwd het in Haarlem was. Het leek alsof het hier veel mooier weer was dan daar, alsof er een andere lucht hing, de wolken een andere kleur hadden. En dan al die blozende, weldoorvoede men sen, die in vrede leefden en er geen reke ning mee hoefden te houden, dat zij iedere dag een gewelddadige dood konden ster ven! Het waren de vrijheid en het voedsel, die alles zo konden veranderen. Wisten deze mensen eigenlijk wel hoe goed of zij het hadden? Nee, want pas als de toestand een slechte keer neemt, weet men hoe goed het vroeger was. Het werd een triomftocht. Overal waar men hoorde, dat hij een Haarlemmer was, juichte men hem toe en verwende hem. In Leiden stond een der burgemeesters hem zelfs te woord en feliciteerde hem. „U mag er trots op zijn, dat u een Haar- Lmmer bent", sprak hij. „Als ook voor onze stad het beleg eens geslagen wordt, zullen wij steeds aan Haarlem denken en er aen voorbeeld aan proberen te nemen". En Prins Willem van Oranje in Delft was al niet minder opgetogen, hoewel hij er bezadigder uiting aan gaf dan boer Ra telband. Schroomvallig had Pieter de rui me werkkamer betreden, waar de Prins achter een met papieren overdekt bureau zat. Aarzelend bleef hij bij de deur staan en wist niet goed of hij moest salueren, nu hij niet in uniform was. Maar de Prins stond op en stelde hem gerust: „Geen plichtplegingen hier, jonge vriend. Ik be schouw u als een kameraad in de strijd, die me een hooggeschat bezoek brengt. Uw roem is u al vooruit gesneld". „Zegt u alstublieft j e tegen me, Hoog heid", was het enige wat Pieter wist te vertellen; onmiddellijk schaamde hij zich er over. „In orde! Kom dichterbij en ga hier naast me zitten". De Prins nam plaats op een der stoelen, die bii een tafel stonden voor een openstaand glas-in-loodv,enster, dat ou de levendige straat uitzag. De zon scheen en in kleurige kledij gingen de mensen naar de markt. Pieter ging op het uiterste puntje van zijn stoel zitten. Licht glimlachend keek de oude man hem aan. Uit een standaard nam hij een gestopte, lange pijp en reikte hem aan Pieter. „Alsjeblieft, rook eens. ,Dat zul je een tijd niet gedaan hebben". „Nee, Hoogheid", durfde Pieter nu op te merken, terwijl hij de brandende zwavel stok van de Prins aannam, als was het een zeepbel. „Tenminste geen tabak. Wel ro zenbladeren". De Prins fronsae zijn wenkbrauwen en keek ernstig en bezorgd voor zich heen. Pieter beschouwde hem van terzijde en voelde een prettig warm gevoel van bin nen. Ilij had hem zich zo heel anders voor gesteld. Meer in de geest van een stoere held', dan de goede man, die hem zo op zijn gemak stelde. Inderdaad zag hij er oud uit, hoewel hij toch pas veertig jaar was. Scherpe lijnen doorsneden zijn gezicht en in zijn voorhoofd waren diepe rimpels. Hij had een klein kapje op het hoofd en was gekleed in een lange blauwe kamerjas. Daar zat hij nu, de man die het land van de verdrukking zou bevrijden. „Vertel mc rustig hoe het in Haarlem is", verzocht hij en zag Pieter met zijn diepe, donkere ogen aan. „Daarna kurmên we rustig babbelen. Het spreekt vanzelf, dat je de verdere dag en vannacht mijn gast bent". Pieter bedankte hem met alle overtui ging waarover hij beschikte en meldde dan uitvoerig allee wat Ripperda hem had op gedragen. Als hij hier en daar toch nog iets vergat, haalde de Prins het met een zachte vraag tevoorschijn. Langdurig zweeg Willem van Oranje, na dat Pieter klaar was met zijn verhaal. Dan liet hii wat verversingen komen en gaf uiting aan ziin lof en bewondering. Hij merkte op, hoe geweldig het prestige der Spaanse troepen was gebroken door de ongelofelijke Haarlemse tegenstand. Hier door had heel Holland zijn vrees voor de Spanjaard overwonnen en hêt stond vol gens hem vast, dat geen enkel beleg in het vervolg nog kans van slagen had, want men wist nu, dat er ook aan de Spaanse krachten een grens is. Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 6