Wellicht dienstplicht voor
mobiele B.B.-colonnes
Knutselwerk?Prachïbijfs^^r
Zó boeiend is nu PANORAMA
Tweede Kamer verdeeld over
vetgehalte consumptiemelk
.Clowntje Rick
„Achter Wallen
en Poorten"
Personeelstekort bij de politie
niet alleen een salariskwestie
Subsidiëring van
kerkbouw
Voorlopig Verslag over minister
Mansholts tiende begroting
Nijmeegse inbreker ook
gevaarlijk struikrover
Zwaargewonde fietser
langs de weg gevonden
ZATERDAG 13 NOVEMBER 1954
4
TWEEDE KAMER
Korea-vrijwilligers
op thuisreis
Kruispunt bij
Laren verbeterd
Kerkelijk Nieuws
Voor de kinderen
Hij bekende nog een andere
aanslag op twee meisjes
Raadselachtig ongeluk
Onderdelen van zijn fiets
lagen 50 m verder in sloot
<=^2<3Wo7tc)
Cursus in filmbegrip
FEUILLETON
ADVERTENTIE
Van onze parlementaire redacteur)
Minister Bee!, hoewel geboortig uit
Roermond, mist alle Zuidelijke zwier. Het
is moeilijk zijn redevoeringen boeiend te
noemen. Maar uiteindelijk komt men toch
onder de indruk van zijn betoog. Zo ook
Vrijdag, toen hij zijn begroting en daar
mee tevens zijn beleid als minister van
Binnenlandse Zaken, verdedigde. Dat deed
hij met de hem sierende degelijkheid en
ernst. Hij beheerst de zaken van zijn veel
omvattend departement ten volle en laat
nauwelijks één puntje van het vele. door
de lange rij van sprekers aangeroerd, on
beantwoord. Op wat hij zegt kan men
bouwen, want hij is er niet de man naar
om enige zaak mooier voor te stellen dan
zij is. Zo is het toch terdege de moeite
waard naar hem te luisteren.
Tot de belangrijke onderwerpen uit het
begrotingsdebat behoorde het politie-
vraagstuk, in het bijzonder het probleem
van het tekort aan politie-personeel. De
omvang van de politie heeft geen gelijke
tred gehouden met de bevolkingsaanwas,
de stijgende verkeersdrukte, het overal
ontstaan van nieuwe wijken. Ruiterlijk er
kende de minister, dat er te geringe animo
voor politiefuncties valt waar te nemen, al
moest hij er aan toevoegen, dat dit ver
schijnsel zich in hoofd zaak tot de drie
grote gemeenten beperkt. Hij bestreed
echter, dat de in veler ogen te lage
salariëring de beslissende factor zou zijn
van de moeilijkheden. De salarisregeling
is mede van belang en dat daarin ver
betering nodig is beseft men op Binnen
landse Zaken terdege, maar de oorzaak
van onvoldoende animo om tot de politie
toe te treden ligt dieper. Evenals in tal
van andere landen bestaat er in ons land
een zekere tegenzin tegen dienstneming bij
de politie. Het verwrongen beeld van de
dorpsveldwachter uit Dik Trom leeft nog
steeds. Aan de politiemannen worden
tegenwoordig hoge eisen gesteld. Daarom
was de minister dankbaar voor de in de
Kamer tot uiting gekomen waardering
voor hen, die deel uitmaken van de politie
corpsen. Een beter begrip van de politie
taak blijft geboden. Verder is ook ver
betering met betrekking tot de huisves
tingsgelegenheid nodig en voorts zal het
zaak zijn tal van taken, waarmee eigen
lijk ten onrechte de politie heden ten
dage nog belast is, aan andere diensten op
te dragen. Ten aanzien van critiek op de
opleiding merkte de minister op, dat deze
zeker niet kan gelden voor de opleiding
van de gemeentepolitie. Als er grieven
bestonden over onjuist optreden van som
mige politie-ambtenaren, was dat in de
eerste plaats een gevolg van de instructies.
Met zijn ambtgenoot van Justitie heeft de
minister van Binnenlandse Zaken aan een
kleine commissie opgedragen voor herzie
ning der instructies op korte termijn zorg
te dragen.
Over de personeelsaangelegenheden kon
minister Beel vermelden dat talrijke ar
beidscontractanten reeds een vaste aan
stelling hebben gekregen. De minister gaf
toe dat het bedrijfsleven vaak goede
krachten onder de hogere ambtenaren
wegzuigt. Maar het is onmogelijk de
salarisfluctuaties van het particuliere be
drijfsleven te volgen.
Omtrent de pensioenen kreeg men te
horen dat het wetsontwerp tot wijziging
van de Pensioenwet, waarin de 6% loons
verhoging wordt verwerkt, in voorberei
ding is. Ten gevolge van de ingewikkelde
techniek van het ontwerp zal het echter
nog wel een tijd duren, eer het als wet in
hel Staatsblad zal komen te staan. In af
wachting daarvan komen er op de pen
sioenen kwartaalvoorschotten en wel in
Februari 1955 een voorschot over het vier
de kwartaal van dit jaar alsmede over het
eerste kwartaal 1955, waarna dan elk
kwartaal de rest volgt, totdat de wet in
werking treedt.
In Nijmegen heeft de gemeenteraad een
subsidie verleend van f 200.000.voor de
bouw van een R.K. kerk. Dit raadsbesluit
hebben Gedeputeerde Staten vernietigd,
maar minister Beel heeft het alsnog goed
gekeurd omdat het raadsbesluit niet in
strijd is met enige wettelijke bepaling: Het
gemeentebelang is bij de bouw betrokken
door het verlenen van subsidie zijn de
grenzen van een verantwoord financieel
beleid niet overschreden.
Hoewel subsidies voor kerkbouw in over
eenstemming met deze drie punten reeds
geruime tijd werden verleend, doet zich d'?
laatste tijd liet verschijnsel voor dat vele
kerken moeten worden gebouwd wegens
uitbreiding van gemeenten. Dit heeft de
gedachte doen opkomen aan een subsidie
regeling van rijk, provincie en gemeente,
zoals reeds voor de ziekenhuisbouw be
staat. De kerkbouw is echter een veel deli
cater terrein.
Er zal geen onderscheid worden ge
maakt tussen de katholieke en protestantse
kerken en er zal aandacht worden be
steed aan het denkbeeld voor kerkbouw
eventueel gratis grond af te staan.
Wat de gemeentelijke zelfstandigheid
betreft zei de minister, dat er een oplos
sing moet worden gevonden in de vorm
van wijziging van de organisatie van het
gemeentelijk bestel. Daarbij dient dan aan
de orde te komen: onderscheiding van de
gemeenten in grootte en een juistere af
bakening van de taak van Gedeputeerde
Staten. Verder stonden op het ministerieel
verlanglijstje: verruiming van het eigen
gemeentelijk belastinggebied, uitkering
naar objectieve normen en een juiste re
geling van de verantwoordingsplicht van
B. en W. Minister Beel voelde in het al
gemeen meer voor samenwerking dan voor
samenvoeging van gemeenten, maar dit
laatste kan soms noodzakelijk zijn. Hij
liet zich niet uit zijn tent lokken over
zekere Haagse annexatievoornemens. In
zake een on-democratische houding van de
gemeenteraad van Hoensbroek verklaarde
minister Beel geheel aan de zijde van de
heer Scheps (P.v.d.A.) te staan. Hij gaf de
verzekering dat deze zaak zijn bijzondere
aandacht heeft, maar hij wilde er verder
niets over zeggen omdat een beroep aan
hangig is bij de Kroon.
Tenslotte zij vermeld, dat de minister,
zonder het anderzijds te rooskleurig voor
te stellen, sommiger beduchtheid over een
geringe aanmelding voor de Bescherming
Burgerbevolking onjuist acht. Natuurlijk
zijn er nog wel zwakke plekken in de
eerste plaats de grote s»eden maar alles
te samen genomen gaat het lang niet
kwaad. Buitenlandse deskundigen hebben
er dan ook hun verbazing over geuit, dat
de organisatie, die toch nog in opbouw is,
reeds zo ver is. Na 18 maanden weten we,
dat op basis van vrijwilligheid het nodige
bereikbaar is, zo verklaarde de Minister.
Hij erkende dat het anders is met de mo
biele colonnes. Om voor wat daaraan vast
zit 15.000 vrijwilligers te krijgen, zou te
veel gevraagd zijn, dus noemde minister
Beel daarvoor een of andere vorm van
dienstplicht z'^rr gerechtvaardigd.
Onder aanteKening van het communis
tische „tegen" werd de begroting goedge
keurd.
Het laatste detachement Korea-vrijwil
ligers dat per schip repatrieert, is 9 No
vember uit Yokohama vertrokken. Het
detachement omvat 275 man. Het schdip zal
10 December te Marseille aankomen. Van
daar zal het detachement per trein naar
Nederland doorreizen.
Post voor deze militairen moet op 17,
25, 30 November en 5 December in Neder
land ter post worden bezorgd. Het adres
moet bevatten: rang, naam, voorletters,
leger nummer, N.D.V.N. op thuisreis, Am
sterdam Schiphol, Militair.
Vrijdagmiddag is het verkeer over het
verbeterde kruispunt in de rijksweg te
Laren zonder enig ceremonieel weer open
gesteld.
Nadat een actiecomité een petitionne
ment had gericht tot het ministerie van
Verkeer en Waterstaat, waarin gewezen
werd op de vele ernstige ongelukken die
zich op dit drukke kruispunt voordeden,
zijn veranderingen aangebracht. De hoofd
weg heeft ter plaatse een dubbele rijbaan
gekregen.
Ned. Herv. Kerk
Bedankt voor Westerbork I. J. v. Houte
te Wasperveen.
Aangenomen naar Zwolle (als schippers-
pred.) J. v. Lokhorst te Nieuwpoort.
Bedankt voor Wezep J. R. Cuperus te
Doornspijk.
J Beroepen te Sexbierum J. Brouwer te
Koudum.
Geref. Kerken
I Beroepen te Amersfoort W. v. Boeijen te i
Eindhoven.
Doopsgezinde Broederschap j
Aangenomen de benoeming tot voorgang-
ster van de afdeling der Ned. Prot. Bond
te Stadskanaal mej. da. H. G. Zijlstra al
daar.
Geref. Kerken ond. art. 31 K.O,
Beroepen-ie Smilde-Dieren B. Wesseling,
cand. te Schiedam.
Aangenomen naar Nijmegen R. Houwen j
te Garrelsweer. I
In het Voorlopig Verslag uit de Tweede
kamer over de rijksbegroting voor 1955
van het departement van Landbouw, Vis
serij en Voedselvoorziening wordt er van
verschillende zijden aan herinnerd, dat de
huidige minister thans voor de tiende ach
tereenvolgende maal zijn begroting aan het
parlement heeft voorgelegd. Ter gelegen
heid van dit feit, dat als een unicum in de
staatkundige geschiedenis van ons land
mag worden beschouwd, wilde men de mi
nister gaarne een woord van hulde bren
gen, mede voor de wijze, waarop hij zijn
zo belangrijke taak in de voorafgaande ja
ren, in goede verstandhouding met de Ka
mer, heeft vervuld.
Over het melkbeleid zeiden sommige le
den, dat zij de bestaande toestand ten aan
zien van het vetgehalte onhoudbaar acht
ten. Een dergelijke regeling bestaat nergens
anders ter wereld. Er wordt een kunstma
tig boteroverschot door gekweekt van on
geveer 20.000 ton per jaar.
Verschillende leden konden zich in grote
lijnen met het door de minister gestipuleer
de beleid verenigen, met name konden zij
zich wel accoord verklaren met hel voor
nemen om als overgangsmaatregel twee
soorten melk (met 2.5 en 3,5 vet) in de
handel te brengen, al waren zij niet blind
voor de bezwaren, die daaraan verbonden
zijn. Dat de melkprijs belangrijk zal moe
ten worden opgevoerd om de producenten
aan een redelijk bestaan te helpen, behoeft
naar hun mening niet nader geargumen
teerd te worden.
Terwijl vele leden vooralsnog van oordeel
waren, dat het systeem van con3umptie-
rnellc van één vetgehalte en wel van
3 een maatregel, die overigens uiter
aard niet eerder dan omstreeks Mei
1955 geëffectueerd zou dienen te worden
ue voorkeur verdient boven dat van ver
schillende vetgehalten, betoonden andere
leden zich voorstanders van een stelsel om
Met zijn drieën stapten ze het zwembad uit. Het was nog warm buiten, maar ze
waren door het zwemmen lekker opgefrist; ze liepen nu langs de vaart, want het
zwembad lag een eindje buiten de stad.
„Morgen zullen we wel weer mogen", meende Bunkie.
„Als het weer zo warm is, vast wel!", zei Rick.
Nu, daar zag het wel naar uit. Er was geen wolkje aan de lucht en de zon scheen
nog fel. Regen zou er wel niet komen..
„Ik zou wel de hele dag in het zwembad willen ploeteren, met dit warme weer!",
vond Bunkie.
„Nou, de volgende week krijgen we vacantie", zei Rick. „Dan hebben we er de tijd
voor!"
Onder het praten door waren ze al 'n flink eind doorgelopen; ze kwamen al dicht
bij Speelgoedstad.
Toen gaf Rick op eens 'n schreeuw
„Wat is er?", vroeg Oepoetie verschrikt.
Rick bleef staan en wees naar de overkant van de vaart, waar hij iets had ontdekt.
„Kijk eensdaar gebeurt ietser ligt een klein jochie in 't water!"
Ja, toen zpgen de anderen het ook
ADVERTENTIE
naast melk met een vetgehalte van 2,5
volle melk beschikbaar te stellen. De con
sument is dan vrij in de keuze.
Vele leden, die teleurgesteld waren doör
de inhoud van de nota betreffende de con
sumptiemelk, aangezien daarin geen posi
tieve maatregelen in uitzicht worden ge
steld, verklaarden om velerlei redenen ster
ke tegenstanders te zijn van verkoop aan
consumenten rechtstreeks door de veehou
der. Ook konden zij geen steun geven aan
oen beleid, dat werkelijke saneringen in de
strikte zin des woords ongedaan maakt
of in de toekomst verhindert.
De maatregelen, welke de minister ge
nomen heeft ten aanzien van de onderne-
mersovcreenkomsten op het gebied van de
melkhandel gaven vele andere leden aan
leiding te vragen naar de aard van het al
gemeen belang, dat de minister tot ingrij
pen bewogen heeft. Daarbij rees de vraag,
waarom alleen ten aanzien van de con
sumptiemelkprijs in het Westen maatrege
len zijn genomen.
Sommige leden achtten de steeds verder
gaande afschaffing van de subsidies op
melk ongewenst. Deze leden gaven verre
de voorkeur aan melk met één en dan zo
hoog mogelijk vetgehalte. Dit zou volgens
hen slechts te verwezenlijken zijn, wanneer
de subsidies in evenredigheid werden ver
hoogd.
De 31-jarige electricien I'. van T. uit
Nijmegen, die zoals is gemeld door de po
litie is aangehouden, verdacht van het
plegen van een aantal diefstallen en bij
een verhoor ook bekende een moordaan
slag on een Amsterdams meisje te hebben
gepleegd, heeft thans nóg een bekentenis
gedaan en wel, dat hij op 5 Mei 1952 in de
bossen in de omgeving van liet sanato
rium „Dekkerswald" bij Groesbeek een
aanslag heeft gepleegd op twee onderwij
zeressen.
Op de genoemde dag werden de daar
wandelende onderwijzeressen bedreigd
door een fietser, waarna een hunner c«n
hulp begon te roepen. De man trok een
pistool en loste twee schoten, die beide
doel troffen: één in de maag en één in de
longen van de om hulp roepende dame. Zij
werd ernstig gewond. De andere dame
kreeg een klap met de kolf van de revol
ver tegen het hoofd. Hierna koos de man
het hazenpad. Hoewel direct een uitge
breid onderzoek, mede met behulp van
politiehonden werd ingesteld, werd de da
der van de aanslag nimmer gevonden.
Aanvankelijk ontkende Van T. toen hem
hiernaar werd gevraagd, doch toen hij met
de daanes werd geconfronteerd en deze
hem als de dader herkendon, hield hij zijn
ontkenning niet langer vol.
Van T. zal zich binnenkort voor de rech
ters moeten verantwoorden wegens twee
aanslagen, alsmede een veertigtal grote en
kleine inbraken in de afgelopen maanden
in de omgeving van Arnhem, Eist, Nijme
gen en Groesbeek gepleegd. Bij navraag
werd meegedeeld, dat Van T. reeds meer
malen door de justitie is veroordeeld.
Minister Witte zal op 16 November als
vertegenwoordiger van de Nederlandse rege
ring aanwezig zijn bij de heropening van
het Nederlandse - aviljoen van de Cité
universitaire te Parijs.
Donderdagavond omstreeks acht uur is
op ongeveer 500 meter van de grens van
Zaandam in de gemeente Amsterdam in
de grasberm langs de weg in bewusteloze
toestand en met boven het linkeroog een
diepe vleeswond aangetroffen de 25-jarige
J. Both uit de Orionstraat Tuindorp-
Oostzaan te Amsterdam. Het slachtoffer,
dat in zorgwekkende toestand naar het
Wilhelminagasthuis is vervoerd, kon in de
loop van de ochtend nog niet worden ge
hoord.
De politie staat bij de reconstructie van
het ongeluk voor verschillende raadsels.
Zo werd naast de man, die volgens ver
klaringen van kennissen een trainingsrit
op zijn racefiets maakte, in de berm een
totaal vernield voorwiel van deze racefiets
alsmede een stuur aangetroffen. Ruim
vijftig meter verder vond men aan de
slootkant een fietspompje en uit de sloot
haalde men na dreggen het frame, zadel,
trapstel, ketting en achterwiel, kennelijk
behorende bij het bij het slachtoffer lig
gende voorwiel. In de nabijheid van de
heer Both lagen enkele delen van een
auto, zoals een afgebroken verchroomd
vlaggemastje, scherven van een achteruit
kijkspiegeltje en een afgeknapt stuk bout
met een zeskantige moer, waarop sporen
van zwarte lak, vermoedelijk afkomstig
van een bumper. Ongeveer vijftien meter
voorbij het slachtoffer werd een wielspoor
aangetroffen van een vermoedelijk klein
model auto. Hieruit heeft de politie afge
leid, dat de auto met matige gang uit de
richting Zaandam moet zijn gekomen en
op de genoemde plek meer gas heeft ge
geven, zodat beide linkerwielen zijn door
geslipt. De politie acht het bijna uitge
sloten, dat de onderdelen van de fiets
door de schok van de aanrijding vijftig
meter verder in de sloot terecht zijn ge
komen. Verondersteld wordt dat het frame
aan de auto is blijven hangen en dat de
bestuurder dit en andere onderdelen van
de fiets in de sloot heeft gedeooneerd. Ook
de ligging van het slachtoffer vond men
van dien aard, dat dit onmogelijk als ge
volg van de aanrijding 7.0 langs de weg
terecht gekomen kan zijn als men het
heeft aangetroffen.
Automobilist opgespoord
Dankzij vele aanwijzingen is het de po
litie gelukt de automobilist, die bij het on
geluk betrokken moet zijn geweest, op te
sporen. Het was de 33-jarige L. C. C. V.,
van beroep koopman te Leiden. Na een
vergeefs bezoek van de recherche aan zijn
huis meldde de man zich eigener beweging
bij de politie.
Hij wist wel, zo gaf hij voor, dat hij Don
derdagavond omstreeks acht uur, komend
uit de richting Zaandam, een aanrijding
had gehad met een fietser, die uit Amster
dam kwam. Hij dacht, dat het niet zo ern
stig zou zijn en was doorgereden. Ten stel
ligste werd door hem ontkend, dat hij dron
ken zou zijn geweest. Wel gaf hij toe enige
glazen bier te hebben gedronken.
In de grote personenauto waren in totaal
zeven personen gezeten. De automobilist
kon er geen verklaring voor geven hoe de
diverse onderdelen van het rijwiel her en
der verspreid waren gevonden.
De politie heeft dé auto in beslag geno
men en deze naar Amsterdam overge
bracht.
ADVERTENTIE
Wagenweg 29 - Haarlem
Telefoon 20518
Teruggekeerd uit Parijs
lanceren wij de nieuwste
PERMANENT „BOMBÉ"
INSTITUT DE BEAUTÉ
HAUTE COIFFURE
Het Nederlands Filmmuseum te Am
sterdam zal, in samenwerking met enige
bekende filmcritici en andere filmexperts
beginnen met het geven van een aantal
cursussen op het gebied van filmwaarde-
ring. Deze cursus, te geven in de aula van
het Amsterdamse Stedelijk Museum, zal
voor iedereen openstaan, maar in het bij
zonder voor leraren, onderwijzers, leidêrs
van volkshogescholen, volksuniversiteiten,
instituten voor arbeidersontwikkeling, enz.
De bedoeling is te komen tot de vorming
van een kader van inleiders, die aan leer
lingen van het voortgezet onderwijs enig
begrip voor de film zullen kunnen bij
brengen, opdat een basis wordt gevormd
voor de algemene verspreiding van de
filmwaardering.
De ieraar, die de cursus gevolgd heeft
kan bijv. in de school lessen geven in film
historie en in combinatie met andere scho
len, met zijn leerlingen speciale filmvoor
stellingen bezoeken.
Historisch verhaal naar het gelijknamige
toneelspel van JAN VAN DAM
Bewerkt door A. Zwart
3D
En plotseling begon Pieter die onbewe
gelijkheid te wantrouwen. Zo lang aohter
elkaar kon niemand stil blijven staan! Hij
hdd toch tenminste wel eens van houding
kunnen veranderen! Pieter klemde zijn
tanden op elkaar, dacht misschien even aan
zijn moeder en aan een zeker blond Haar
lems meisje. dan duwde hij zich voor
uit met zijn stijf geworden gewrichten. Al
dichter en dichter naderde hij de schild
wacht
Een knotwilg! Een kaalgeschoren knot
wilg. Hij had een knotwilg voor een
mens aangezien! Hij kon een diepe, diepe
zucht, die iets weg had van kreunen, niet
tegenhouden Van de weeromstuit vatte hij
nu meer moed dan wel veilig was, en bijna
zonder tussen twee rukken stil te liggen
ging hij verder, allengs het einde van het
kampement bereikend. Langzaamaan be
gon hij dan van zijn benen gebruik te
maken, totdat de Spaanse veste in de
duisternis was verdwenen. Daarop koerste
hij in een flinke draf naar het Zuiden.
Voor de afdelingen Spanjaarden, die bij
de duinen waren gestationneerd, hoefde hij
niet bang te zijn, want zij lagen te veraf.
Weliswaar kon hij altijd een patrouille
ontmoeten, maar daar kon hij nu geen re
kening mee houden; hij moest op zijn geluk
vertrouwen. De tijd drong.
Dit geluk liet hem na alle doorgestane
angsten niet in de steek en tegen de tijd
dat de zon begon te gloren, klopte hij aan
bij een boerderij in Hillegom.
„Duvekater!" hoorde hij binnen mompe
len. „Wie is dat nu? Een Spanjool soms?"
Toen luid: „Hou je bek, Hektor!" Dit was
tot de waakhond gericht, die zich als een
zot aanstelde. De deur werd geopend en de
boer verscheen. Vragend en ontstemd keek
hij Pieter aan.
„Wie ben je? Wat mot je?" Dan zag hij
Pieters bemodderde kleren. „Wat is er met
je gebeurd, kerel?"
„Ik kom uit Haarlem, ben op weg naar
de Prins. Kan ik hier wat eten en uit
rusten?"
„Uit Haarlem?" vToeg de boer in opper
ste verbazing en opende wijd de deur.
Agatha!" riep hij toen over zij-n schou
der. „Agatha! Dina! Kam eens vlug! Hier
is er een uit Haarlem!" Daarop greep hij
Pieters hand, trok hem naar binnen en om
helsde hem. „Een Haarlemmer"' rieo hij bij
herhaling. „Ik heb een Haarlemmer in
1 mijn huis! Bravo! Bravo! Heldenmoed! Ga
in de keuken, eet alles op wat je vindt! Al
het brood, alle melk, alle koeien, alle
paarden! Ga slapen in alle bedelen!"
In lange witte nachtgewaden verschenen
Agatha en Dina, zijn vrouw en dochter.
„Kijk eens!" riep de boer. „Een Haar
lemmer! Een echte, levende Haarlemmer!"
De beide vrouwen sloegen hun handen
in elkaar van verbazing en waren lange tijd
niet in staat om een woord uit te brengen.
Daarna werd Pieter, die ook niet wist
hoe hij het had, in een kamer geduwd,
waar hij zijn kleren moest uittrekken, die
bij het enorme fornuis werden gedroogd.
Vervolgens moest hij in bed gaan liggen
en werd vertroeteld als een zuigeling,
waarbij de twee goede vrouwen hem aan
houdend „Pietje" noemden.
Het bleek, dat de Haarlemmers voor de
buitenwereld tot legendarische helden
figuren geworden waren en men handelde
dienovereenkomstig. Nadat Pieter dingen
had gegeten, waarvan hij het bestaan niet
meer kende, sliep hij enkele uren. Op zijn
verzoek wekte boer Ratelband zo was
de naam hem om twaalf uur in de mid
dag, en hij kleedde zich aan. Toen hij het
erf betrad bleek, dat de boer het heugelijke
nieuws niet voor zichzelf had kunnen hou
den, want er stond een omvangrijke groep
boeren en boerinnen uit de omtrek op hem
'e wachten. Toen hij de deur uit kwam,
•ichten ze hem langdurig en luid toe. Men
>od hem van alles aan om mee terug te
emen: varkens, koeien, hammen, eieren..
1 maar Pieter moest alles afslaan en zei, dat
hij blij zou zijn als hij zelf heelhuids kon
terugkeren.
Wel leende hij een slanke hengst van
zijn gastheer, welke hij beloofde terug te
brengen, en helemaal opgeknapt begaf hij
zich op weg naar Delft. Nu merkte hij pas
hoe benauwd het in Haarlem was. Het
leek alsof het hier veel mooier weer was
dan daar, alsof er een andere lucht hing,
de wolken een andere kleur hadden. En
dan al die blozende, weldoorvoede men
sen, die in vrede leefden en er geen reke
ning mee hoefden te houden, dat zij iedere
dag een gewelddadige dood konden ster
ven! Het waren de vrijheid en het voedsel,
die alles zo konden veranderen. Wisten
deze mensen eigenlijk wel hoe goed of zij
het hadden? Nee, want pas als de toestand
een slechte keer neemt, weet men hoe
goed het vroeger was.
Het werd een triomftocht. Overal waar
men hoorde, dat hij een Haarlemmer was,
juichte men hem toe en verwende hem.
In Leiden stond een der burgemeesters
hem zelfs te woord en feliciteerde hem.
„U mag er trots op zijn, dat u een Haar-
Lmmer bent", sprak hij. „Als ook voor
onze stad het beleg eens geslagen wordt,
zullen wij steeds aan Haarlem denken en
er aen voorbeeld aan proberen te nemen".
En Prins Willem van Oranje in Delft
was al niet minder opgetogen, hoewel hij
er bezadigder uiting aan gaf dan boer Ra
telband. Schroomvallig had Pieter de rui
me werkkamer betreden, waar de Prins
achter een met papieren overdekt bureau
zat. Aarzelend bleef hij bij de deur staan
en wist niet goed of hij moest salueren, nu
hij niet in uniform was. Maar de Prins
stond op en stelde hem gerust: „Geen
plichtplegingen hier, jonge vriend. Ik be
schouw u als een kameraad in de strijd, die
me een hooggeschat bezoek brengt. Uw
roem is u al vooruit gesneld".
„Zegt u alstublieft j e tegen me, Hoog
heid", was het enige wat Pieter wist te
vertellen; onmiddellijk schaamde hij zich
er over.
„In orde! Kom dichterbij en ga hier
naast me zitten". De Prins nam plaats op
een der stoelen, die bii een tafel stonden
voor een openstaand glas-in-loodv,enster,
dat ou de levendige straat uitzag. De zon
scheen en in kleurige kledij gingen de
mensen naar de markt. Pieter ging op het
uiterste puntje van zijn stoel zitten. Licht
glimlachend keek de oude man hem aan.
Uit een standaard nam hij een gestopte,
lange pijp en reikte hem aan Pieter.
„Alsjeblieft, rook eens. ,Dat zul je een
tijd niet gedaan hebben".
„Nee, Hoogheid", durfde Pieter nu op te
merken, terwijl hij de brandende zwavel
stok van de Prins aannam, als was het een
zeepbel. „Tenminste geen tabak. Wel ro
zenbladeren".
De Prins fronsae zijn wenkbrauwen en
keek ernstig en bezorgd voor zich heen.
Pieter beschouwde hem van terzijde en
voelde een prettig warm gevoel van bin
nen. Ilij had hem zich zo heel anders voor
gesteld. Meer in de geest van een stoere
held', dan de goede man, die hem zo op
zijn gemak stelde. Inderdaad zag hij er oud
uit, hoewel hij toch pas veertig jaar was.
Scherpe lijnen doorsneden zijn gezicht en
in zijn voorhoofd waren diepe rimpels. Hij
had een klein kapje op het hoofd en was
gekleed in een lange blauwe kamerjas.
Daar zat hij nu, de man die het land van
de verdrukking zou bevrijden.
„Vertel mc rustig hoe het in Haarlem
is", verzocht hij en zag Pieter met zijn
diepe, donkere ogen aan. „Daarna kurmên
we rustig babbelen. Het spreekt vanzelf,
dat je de verdere dag en vannacht mijn
gast bent".
Pieter bedankte hem met alle overtui
ging waarover hij beschikte en meldde dan
uitvoerig allee wat Ripperda hem had op
gedragen. Als hij hier en daar toch nog
iets vergat, haalde de Prins het met een
zachte vraag tevoorschijn.
Langdurig zweeg Willem van Oranje, na
dat Pieter klaar was met zijn verhaal. Dan
liet hii wat verversingen komen en gaf
uiting aan ziin lof en bewondering. Hij
merkte op, hoe geweldig het prestige der
Spaanse troepen was gebroken door de
ongelofelijke Haarlemse tegenstand. Hier
door had heel Holland zijn vrees voor de
Spanjaard overwonnen en hêt stond vol
gens hem vast, dat geen enkel beleg in het
vervolg nog kans van slagen had, want
men wist nu, dat er ook aan de Spaanse
krachten een grens is.
Wordt vervolgd).