Met VELPON zie ie er geen barst van Haarlemse scholieren helpen school in India inrichten .Clowntje Riek Drie Amsterdamse exposities Ergens pijn Nergens pijn „Achter Wallen en Poorten" Doel: f 15.000 voor de Ranikhet High School Heemstede De weg naar elkander ,,'t Silver Stoepke" KALODERMA GELEE Santpoorts Kinderkoor en gemengd kwartet Elkedayzm mmmnte met Agenda van twintig punten was spoedig behandeld Sen en af S/ de nieuwe SENATOR MEENK'S POEDERS ;pXU piine: VRIJDAG 19 NOVEMBER 1954 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 5 Gummetjes-actie prijs F 15.90 Middenstanders hielden regionale jaarvergadering Raad Bloemendaal Voor de kinderen FEUILLETON De Haarlemse scholieren van het voort gezet onderwijs zijn een gezamenlijk werk begonnen, dat men niet moet uitvlakken: een gummetjes-actie, die er toe moet lei den, dat een schoolgebouw in India, ergens aan de Zuidelijke voet van de Himalaya de allérnodigste accomodatie krijgt. Het Interscholair Comité, dat de actie op ver zoek van het UNESCO-centrum te Am sterdam organiseert, hoopt op 10 Decem ber voor dit doel 15.000 te hebben bijeen gebracht. Het Interscholair Comité acht dit een goede gelegenheid om bij de schooljeugd belangstelling te wekken voor de wereld problemen, een streven waartoe de jaar lijkse viering van de UNO-dag op de scho len tot dusver maar in geringe mate heeft bijgedragen. Door de jeugd zelf bij het werk voor de onderontwikkelde gebieden te betrekken zal men haar zeker kunnen interesseren bij een der belangrijkste vraagstukken van deze tijd. Van de vijftig scholen, wier medewerking is verzocht Haarlem, Heemstede, Bloemendaal en Zandvoort zal deze ongetwijfeld door ongeveer 35 scholen worden verleend. De overige voeren in vele gevallen reeds an dere acties, die veelal op hetzelfde terrein liggen. Het gaat om de Ranikhet High-school, die met Amerikaanse hulp is gebouwd in India en door 725 leerlingen, 50 meisjes en 675 jongens wordt bezocht. De inrichting van de school is nog verre van volledig voor de natuurkunde en scheikunde ontbreekt de apparatuur bijvoorbeeld nog geheel. Een deel van de accomodatie zal reeds kunnen worden bekostigd door de hulp van de Rotary en de rest hoopt het Interscholair Comité aan te vullen. Op het Stadhuis ligt een enorme hoeveelheid gra tis ter beschikking gestelde gummetjes klaar die over de deelnemende scholen verdeeld wordt en waarvan er zo veel mogelijk voor de mimnimum prijs van 25 cent moeten worden verhandeld. Vele leerlingen zijn al met groot enthousiasme aan de verkoop begonnen. Het UNESCO- ADVERTENTIE BURGERLIJKE STAND ONDERTROUWD: J. C. Cladder en R. P. Coussement; F. L. Schalkwijk en M. J. M. Hanskamp; G. Amsinga en A. T. Allebé; A. de Weijze en F. H. van Dort. GETROUWD: G. P. van der Meij en M. H. M. Deelissen; P. L. Serné en W. D. de Visser; J. de Bruin en M. Kleinman. GEBOREN: Gijsbertus Richard, z. van R. H. Vester en A. P. Brands; Johanna Geer- truida, d. van K. W. Verbeek en J. Schippers; Wilhelm Frans z., van W. F. Kuijpers en R. Bruinenberg; Yvonne Cornelia, d. van C. A. Roest en C. E. Reijer; Willem Frederik, z. van. J. Kuiken en A. Smits. OVERLEDEN: Wed. D. M. Stolk—Ooster- om, 78 j., (v.); G. J. Jager—Dolman, 70 j. (v.); A. H. Michaelis, 63 j, (v.). centrum zal de opbrengst via haar eigen internationale betaalmiddel, de „unums", die een waarde van 19 vertegenwoordi gen, aan de Ranikhet High-school doen toekomen. Als de opzet slaagt, zal oo*k Haarlem zijn deel hebben geleverd als- een van de hon derden scholen in Amerika, Engeland, Frankrijk, Denemarken en Nederland, die in actie zijn voor scholen in minder be voorrechte landen. Het vorig jaar brach ten zij gezamenlijk ƒ400.000 in dergelijke acties op. Voorts worden de scholieren in de ge legenheid gesteld met leerlingen van de geadopteerde school, die veelal nog in hut ten en bergholen wonen, te corresponderen. Voor diegenen, die mogelijk nog weife len, wanneer hen een gummetje met de naam „UNESCO" erop wordt aangeboden, volgen hier nog een paar gegevens: India heeft een bevolking van 360 millioen zie len. De gemiddelde leeftijd is 27 jaar. Het hoge sterftecijfer is voornamelijk te wijten aan ondervoeding. Incidentele hulpacties kunnen deze niet opheffen, het land en zijn bevolking zélf moeten ontwikkeld worden. Dat gebeurt door de technische hulpverlening, waarin Nederlandse des kundigen een groot aandeel hebben. Deze gaat gepaard met de hulp van de UNESCO bij het opbouwen van het onderwijs: een reusachtige opdracht, want 80 procent van de bevolking is analfabetisch, alleen al 99 procent van de vrouwen. Donderdag werd in café-restaurant Brinkmann te Haarlem een regionale voorlichtingsvergadering gehouden van de Koninklijke Nederlandse Middenstands bond onder voorzitterschap van de heer L. de Groot. De bondssecretaris, de heer D. Swagerman gaf in zijn rede een over zicht van het gevoerde middenstandsbeleid, de actie van de KNMB in dit jaar en in de naaste toekomst. Spreker verklaarde, dat in iedere lande lijke partij het bestuur te maken heeft met de vraag hoe men de leden op de hoogte moet houden met de activiteit van het bondsbureau en het dagelijks bestuur. Im mers, dikwijls is bewezen, dat een jaar lijkse vergadering, waarbij het jaarver slag wordt voorgedragen en eventueel nog een periodiek onvoldoende is en aangezien, volgens de heer Swagerman het ook bij de meest intensieve voorlichting nodig blijft om een groot vertrouwen te hebben in de centrale figuur van het dagelijks be stuur, de bondssecretaris, is men over gegaan tot de regionale voorlichtingsver gaderingen. De heer Swagerman meende, dat de centrale hoofdlijn van het beleid natuur lijk stabiel, maar dat op deze wijze de be zwaren uit de bond naar voren komen, omdat een ieder op de regionale dagen bijeen kan komen zonder de eigen zaak voor langere tijd in de steek te moeten laten. Spreker wees er vervolgens op, dat deze vergaderingen in de diverse delen van het land een bijzonder groot succes zijn ge weest en voorts legde hij de nadruk op het belang van het contact met de bona fide huisvrouwenorganisaties. Ook was hij van oordeel dat onder meer het reisbon- nen- en cadeaustelsel afgeraden moest worden. Ten aanzien van de fiscale pro blemen voor de middenstand meende de heer Swagerman, dat de algemene be lastingdruk te hoog genoemd moest wor den. Ook besprak hij nog het belang van de internationale samenwerking en ten slotte voltooide hij zijn inleiding met het opsommen van de voor- en nadelen van de sociale verzorging voor de midden stander. Na afloop van deze lezing werd zowel des ochtends als des middags de gelegen heid gegeven om vragen te stellen en toen bleek duidelijk het grote nut van een der gelijke regionale vergadering, want ieder een zag kans om de specifiek plaatselijke problemen aan een nauwgezet onderzoek te laten onderwerpen. Laat in de middag werd de vergadering pas gesloten. ADVERTENTIE hebt U gevonden. Nu wilt U zich gaan verloven! U zult de weg naar 't SILVER STOEP- KE ook gemakkelijk vinden en voor VERLOVINGSRINGEN naar Uw wens is dit de juiste weg. Gaat daarom hand in hand met het merk „CONSTANT" GROTE HOUTSTRAAT 49 De kleine zaak met de grootste keuze ADVERTENTIE maakt handen zacht ah jluiveel Joop Huizinga, die zijm muzikale sporen wat betreft het leiden va.n kinderkoren reeds cum laude verdiend heeft, gaf Don derdagavond een uitvoering met het „Sant poorts kinderkoor" in de Nederlands Her vormde kapel. Al telde het omvangrijke programma ook nog andere medewerkers, zoals „Sant poorts gemengd kwartet" en de pianist Albert de Groot, de grootste belangstelling ging niettemin uit naar de groep jongens en meisjes, die Huizinga op het kleine po dium om zich heen geschaard had. De frisse zang verried door de grote accura tesse en aandacht hoe zeer deze uitnemen de leider deze jeugd tot een werkelijk zangkoor heeft weten te maken. Slechts zij, die weten wat er aan paedogogisch in zicht te pas komt om de jeugd van vijf tot elf jaar tot gedisciplineerd zingen te bren gen, beseffen over welk een geduld deze dirigent moet beschikken. Voor genoemd kinderkoor was deze uit voering een eerste optreden in het publiek. Het was veelbelovend. Helder en rhyth- misch voerde het bekende tweestemmige liedjes uit, waarbij de zonder begeleiding gezongen werkjes zeker niet minder goed klonken dan die welke Albert de Groot van instrumentale kleur voorzag. Piet Lustenhouwers marsliedje „Wandel mee" klonk als een klok en was een gezellig slot van een goed begin. Wij zullen zeker nog wel meer van deze vereniging, onder afdeling van het Kapelkoor, horen. Van Santpoort Gemengd Kwartet hoor den wij behalve een aantal geestelijke lie deren, een drietal werkjes van de om streeks de eeuwwisseling zo geliefde com ponist Franz Abt, die weliswaar ietwat zwaar van sentiment zijn, maar die zich gemakkelijk en vlot lieten zingen door het optredende viertal. Het kwartet had zich inderdaad op de samenzang toegelegd, pro fiterend van de bekwame begeleiding. De onderlinge zuiverheid dient toch nog met grote aandacht bestudeerd te worden, want „het boterde" nog niet al'tiid. De klank van dit viertal was beschaafd en ook deze groep zal in de toekomst wel meer van zich doen spreken. De grootste attractie voor jong en oud was de opvoering van de vrolijke éénacter „Die dove kwartel". A. J. VAN DER WEIJDEN ADVERTENTIE De gemeenteraad van Bloemendaal had ruim een half uur nodig om de agenda van twintig punten af te handelen. Ir. De Vassy was nog wegens ziekte afwezig en B. en W. vonden het noodzakelijk een plaatsvervanger te benoemen in twee commissies, waarin de heer VasSy zitting heeft. Anders kan het gebeuren, dat op vergaderingen van de commissies het ver eiste quorum niet aanwezig is. Mr. H. W. Vliegen werd gekozen als plaatsvervanger in de Woningwetcornmissie en de heer C. SchuLz in de commissie voor Publieke Werken. De heer P i n x t e r was hersteld van zijn ziekte en alvorens begonnen werd aan de behandeling der punten bracht hij het college van B. en W. en de raadsleden dank voor hun blijken van belangstelling tijdens zijn ziekte getoond. De mededeling van B. en W., dat het ontwerp van het nieuwe raadhuis spoedig zal worden aangeboden, werd voor ken nisgeving aangenomen. Bij het verlenen van medewerking aan schoolbesturen vroeg de heer F ij e n ■(KVP) of de verzoeken niet bij het begin van het schooljaar ingediend kunnen wor den. De voorzitter, burgemeester dr. D. H. Peereboom Voller antwoordde, dat schoolbesturen verzocht is verzoeken voor het begin van het begrotingsjaar in te dienen. Dan heeft de raad een beter over zicht. Spreker verwachtte medewerking van de schoolbesturen. Op een vraag van de heer F ij e n of ook zij, die op de gemeentebegroting genoemd worden, in aanmerking komen voor een verhoging van 6 deelde de voorzit ter mee, dat deze zaak in onderzoek is. Het voorstel de salarissen van het ge- meervtepersoneel te verhogen werd aan vaard. De heer Van Holten vond het voor stel een bijdrage aan het comité vluchte lingenhulp 1.954 (verdubbeling van de bij drage van het gemeentepersoneel) sym- phatiek, maar is een besluit niet in strijd met de gemeentewet. Vroeger zijn beslui ten om bijdragen voor een bepaald doel te verstrekken vernietigd. De voorzitter herinnert er aan, dat de minister van Binnenlandse Zaken in een brief een voorstel over beschikbaar stellen van een bedrag aanbeveelt. De heer Van Holten: „Dat zegt mij niets. Gedeputeerde Staten hebben te be slissen over raadsbesluiten. Thans stelt de minister de gemeentewet buiten werking". Nadat nog de gedachte geopperd was voor één keer een subsidie te verlenen werd het oorspronkelijke voorstel van B. en W. aanvaard. De heer Van Holten had bezwaren tegen het verlenen van garantie voor rente en aflossing van hypotheken voor bouwkaswoningen. Hij verwachtte, dat het hypotheekwezen er schade door kan lijden. Wethouder Hijszei er (A.R.) deelde mee, dat Gedeputeerde Staten geen be zwaren hebben tegen het verlenen van garantie en vreesde de bezwaren van de heer Van Holten niet. Het voorstel werd aanvaard. De restauratie van de in Zaandijk staan de meelmolen „De Dood", die geruime tijd was gestaakt, wordt hervat. De Zaandijker molenmaker Husslage zal pogen De Dood in oude glorie terug te brengen. Oepoetie en Rick trokken hun bovenkleren uit, en de vrouw hing die netjes buiten in de zon aan een drooglijn. „Ziezo, die zullen wel gauw droog zijn", zei ze. „Komen jullie nu maar mee naar binnen, dan zal ik wat lekkere limonade voor je klaarmaken; dat heb je wel ver diend!" Ze nam de jongens mee naar binnen en gaf ze stoelen. Toen ging ze in de keuken en kwam terug met drie bekers heerlijk frisse limonade. „Smaakt het?", vroeg ze. Nouhet smaakte best, hoor. En ze kregen er ieder ook nog 'n groot stuk koek bij. „Ik ben toch zo blij, dat er zulke flinke jongens in de buurt waren, toen het ge beurde", zei de vrouw. „Ik moet er niet aan denken wat er gebeurd zou zijn, als jullie niet zo kranig in 't water gesprongen waren en mijn Jantje gered hadden!" „O", zei Bunkie bescheiden. „We waren toch met zijn drieën, en het was maar een klein stukje zwemmen!" Toen de kleren helemaal droog waren en Oepoetie, Rick en Bunkie ze hadden aan getrokken, namen ze afscheid. De vrouw bedankte hen nogeens heel hartelijk en wuifde ze na, tot ze om een hoek van de weg verdwenen waren ADVERTENTIE ADVERTENTIE V o ■t 7 Oy|* Het Amsterdamse tentoonstellingsseizoen staat momenteel in het teken van de aqua rel en de tekening. Dit is een toevallige omstandigheid, die echter aanleiding biedt tot vergelijkende besprekingen. De najaarstentoonstelling van Arti et Amicitiae bestaat uit aquarellen, gouaches, tekeningen, grafiek en beeldhouwwerk, door leden der maatschappij vervaardigd. Om bij de beeldhouwkunst te beginnen: het meest werden wij door een sterke Por tretbuste van een Spanjaard door Kees Schrikker getroffen. Volgen we verder de catalogus alfabetisch dan dient de krach tige tekening van Abbing, voorstellend een arbeider, gezeten aan een tafeltje, genoemd te worden. Van een gecompliceerd stilleven van een gipsfiguur, die in een spiegel weer kaatst wordt, maakte mevrouw Bauer Stumpff een levendige pastel. De aquarel len van Cees "Bolding winnen de laatste jaren meer en meer aan directheid. Zijn Vissershaven Esgberg is heel levendig ge daan. Beweging van water, boten en lucht zijn met brio voorgedragen. Vloeiend in de natte waterverf schetste Van Duimen Krumpelman een Oosters tafreel. Filarski herkent men dadelijk aan de mat-lichtende kleur van zijn gouacheverven. Dirk van Gulik maakte van de „daken van Amsterdam" een aquarel, goud-geel van toon, breed van visie en uitvoering. Dirk Harting zond een recente tekening uit Portugal, die wij al eens eerder bespraken toen deze in het Huis Van Looy te zien was.C. J. Maks was gelukkig met zijn Gi- tane-dansers. Arie van Mever handhaaft in zijn aquarellen „Rozen" en „Zelfportret" de zelfde diffuse toon van zijn olieverf. Ton Meyer maakte in Zuid-Frankrijk een poë tisch werkje. Op schetsmatige wijze aan geduid weet mej. Coba Ritsema een gepor tretteerd jongetje helder te typeren. So- rella frappeert op Arti-tentoonstellingen steeds door een originele vondst, zo ook nu met twee poppenkopjes getooid met mo dieuze hoeden. Tenslotte vermelden we de namen van J. G. Veldheer en Jac. Bodaan, beiden kort geleden overleden en met een eigen groep geëerd. Werk van Bob Buys Bij antiquariaat en kunsthandel Hans Marcus, Rokin 55, zijn enige aquarellen van Bob Buys te zien. Het zijn bijna alle Parijse stadsgezichten, in de afgelopen zomer vervaardigd. Buys laat ditmaal een ander Parijs dan het bekende aspect van Seine-oevers of Jardin de Luxembourg zien. Hij heeft zich teruggetrokken in de stillere buurt achter het Panthéon en zijn aquarellen van de meer imposante dan fraaie fagade van de St. Etienne du Mont doen op het eerste gezicht eerder aan ver beeldingen van een Franse provinciestad dan aan Parijs denken. Dit is geen disquali- ficatie. Inderdaad bezit deze wereldstad meer punten waar men zich kan wanen in een kleine plaats. Er is daar een intimiteit en een stilte, die ons het roezige leven van de metropool doet vergeten. Voortref felijk geeft Bob Buys dit weer in een aqua rel, waar tussen de zuilen van het Panthéon een groepje mensen als verloren doorwan- VRAAB JUISTE SOORT delt. Hoe verlaten men zich in een Parijs hotel kan voelen, vertolkt hij door een kijkje uit de eigen kamer naar de over kant van een binnenplaats, waar twee lot genoten enigszins verveeld over een ijze ren balustrade hangen. Wij leren in deze zoals gewoonlijk zeer knap gedane aquarellen een ander facet van Bob Buys kennen: iets bewogens, iets van het drukkende angstgevoel, dat de steenmassa's in de eenzame mens kunnen opwekken, wist hij te vertolken. Drie temperamenten Bij kunsthandel M. L. de Boer, Keizers gracht 542 zijn aquarellen en gouaches van Johan Buning, Herbert Fiedler en Jan Groenestein tentoongesteld. De limiet in de techniek en de speciale keuze uit het oeuvre der drie exposanten zorgde hier voor een goed samenspel. In wezen heb ben we hier met drie heel verschillende temperamenten te doen. Het bewogen ex pressionisme van Fiedler vermoedt men eerder dan men het gewaar wordt in de brede landschappen uit de Provence. Ster ker breekt dit zich los in een voortreffe lijke verbeelding van een Amsterdamse gracht met een wegscherende meeuw. In getogen en vol concentratie is een meisjes kopje van dezelfde schilder. Groenestein boetseerde in de van hem bekende levendige trant een geestige Don Quichote en een gevoelig paardje. Van zijn aquarellen is die van een mestkar met werkende mannen en paarden het boei endst. Met de lichte toets toeet Groenestein een bewegelijke maar volledig verantwoor de compositie van zo'n onderwerp te ma ken. Een grote beperking legde hij zich op, toen hij met weinig kleur, spaarzaam aan gebracht, een paar knotwilgen in een uit gestrekt landschap schilderde. Johan Bunings inzending omvat een kleine bloemlezing uit vroeger werk. Daar is weer de statige aquarel van een open staand hek en het Atelierintérieur, voor treffelijk samengesteld uit eenvoudige mo tieven, veel meer dan een vluchtige im pressie, een samenvatting van de in veel voorafgaande arbeid verworven kunde. Verwonderlijk, dat zo'n compleet werk stuk niet reeds lang in een openbare of particuliere collectie een plaats heeft ge vonden. OTTO B. DE KAT ADVERTENTIE :aa| jegen koorts, kiesp.jn, Historisch verhaal naar het gelijknamige toneelspel van JAN VAN DAM Bewerkt door A. Zwart 36) Maar toen de bevolking dat hoorde, was er bijna een oproer ontstaan, omdat vrou wen en kinderen en ouden van dagen en zieken achtergelaten zouden moeten wor den. Toen had een kapitein voorgesteld om ook deze mee te nemen, beschermd door zestien vendels. Men zou dan zien de Geuzenschepen te bereiken en te vluchten. Maar gisteren was het bericht binnenge komen, dat een overgelopen Waalse sol daat het plan aan de Spanjolen had ver raden, zodat er niets van kon komen, ale voorbereidingen ten spijt. De beide jongens keken mistroostig over de binnenplaats. Er zaten veel soldaten uit Everts vendel rondom, maar schieten deden zij niet: dat konden ze wel zo lang zamerhand. „Pieter! Kijk!" riep Evert plotseling, ter wijl hij met een ruk overeind zat. Hij wees naar de leeg gegeten duiventillen, die op het dak van een schuur stonden. Klapwie kend cirkelde er een duif boven en streek dan sierlijk neer en wandelde met knik kende kop naar binnen. Met een paar passen waren de beide soldaten er bij. Pieter gaf Evert een zetje en hij zat op de schuur. Voorzichtig nam hij de duif, en jawel! Er zat een briefje om zijn poot. Behoedzaam haalde hij het er vanaf, liet het triomfantelijk aan Pieter zien, sprong van de schuur en zij haastten zich naar binnen om het aan Ripperda te brengen. Evert had nog de tegenwoordig heid van geest om ook de duif mee te ne men; een lekker hapje waaraan de gou verneur zich te goed zou kunnen doen met zijn kolonel. Zo begon het. „Een bericht van de Prins'" riep Rip perda, toen hij het gelezen had. „De duif moet afgedwaald zijn, want hier staat dat we Batenburg vandaag of morgen kunnen verwachten. Hij geeft een code voor vuur- seinen, zodat we berichten kunnen uitwis selen". Ripperda stond op. Zijn vermagerde gezicht straalde. „Evert", zei hij, „Evert Talesius, nu krijg je toch nog de kans om voor Haarlem te vechten". Zonder kloppen werd de deur openge worpen en een opgewonden soldaat ver soheen. „Excellentie!" begon hij meteen, zonder verlof tot spreken af te wachten. „De to renwachter van de Bavo zegt dat de Span jaarden in de hout een kunstmatige nevel maken. Ze verbranden denkelijk nat stro. Of u onmiddellijk wilt komen kijken!" Zonder nog een woord te wisselen ren den de vier mannen naar buiten. Toen zij op de Botermarkt waren, zagen zij het al. Er was veel volk verzameld en allen keken naar de dikke witte rookwolken, die in het Zuiden opstegen. „Excellentie!" riep Evert. „Ik begrijp het, geloof ik!" „Spreek!" „De troepen van Batenburg naderen na tuurlijk al. Ik denk dat ze de duif gevan gen hebben, het bericht gelezen, en haar toen weer nebben laten vliegen. Die rook maken ze, dat wij de vuursignalen niet kunnen zien en geven!" Ripperda stampte op de grond. „Onze laatste hoop vervlogen!" riep hij radeloos. Evert beet zijn tanden op elkaar. „Excellentie", zei hij dan. „Geeft u mij verlof om met mijn vendel een uitval te doen en contact met bevelhebber Baten burg op te nemen! Dan kan.het misschien nog gered worden!" Terwijl zij snel terugliepen naar de Doe len, schudde Ripperda zijn hoofd. „De mannen zullen weigeren", zei hij, „en dat kunnen we hun niet kwalijk ne men. Het zou zelfmoord zijn". „Ik ben er van'overtuigd, excellentie", hield Evert aan, „dat ze niet zullen weige ren. Integendeel! Bij Heiligerlee en Jem- mingen hebben we met elkaar gevochten. De mannen en ik zijn aan elkaar ver knocht! Ze zullen zeker meegaan!" Ripperda bleef staan en legde een hand op Everts schouder. „Probeer het", zei hij met ontroering in zijn stem. „Het is een daad van wanhoop, maar probeer het!" „Aantreden!" beval Evert op de binnen plaats. De soldaten sprongen op en gingen in rijen achter elkaar staan. Ook zij hadden elkaar opgewonden op de rook gewezen. „Mannen!" begon Evert. „Met de rook, die jullie zien, wil de vijand de laatste ontzettingspoging van de Prins verijdelen. Bevelhebber Batenburg nadert op het ogenblik mee negen vendels, maar door het rookgordijn kunnen wij geen contact met hem opnemen! We moeten snel handelen, mannen. Zijn jullie bereid een uitval met mij te doen? Er is weinig kans dat jullie er levend vanaf komen, maar als maar één van jullie hem bereikt is het genoeg. Dan kan hij zeggen, dat Haarlem gereed is om hem te helpen en ook tot de aanval over te gaan. Maar, zeg ik jullie, het is niet zé ker, dat Batenburg er al is. Misschien is het een list en dan zijn jullie reddeloos verloren. Jullie kunnen weigeren, als je wilt!" Evert zweeg en gespannen namen hij en Pieter en Ripperda de soldaten op. Maar nog geen tien seconden later klonk het uit alle kelen: „Present, luitenant!" „Maak jullie dan terstond in orde! En dankjewel, mannen ik wist wel dat ik op jullie kon rekenen!" In koortsachtige haast begonnen de sol daten hun geweren na te zien en ook Evert controleerde onmiddellijk of hij genoeg ko gels in zijn zakken had. Met een gelukkige glimlach op zijn ge zicht klopte Ripperda Evert weer op de schouder. Maar eer hij uiting van zijn dankbaarheid kon geven, zei Pieter: „Excellentie, mag ik met Evert mee? Hij is mijn vriend!" Ripperda knikte zonder een woord te zeggen. Nog steeds glimlachte hij. „Jullie zijn dappere jongens", zei hij ont roerd. Dan vermande hij zich. „Ik zal nu snel alle andere vendels in gereedheid brengen, zodat wij op het eerste teken kunnen uitvallen om jullie en Batenburg te helpen!" Hij verdween snel naar bin nen. Nog geen kwartier later verlieten het vendel en Evert en Pieter de stad. Door een deur vlak boven het water van de Grote Houtpoort gingen zij naar buiten. Plat liggend met het musket in de aanslag peddelden zij naar de overkant. Doordat de vette witrook iedereen het uitzicht be nam, konden zij de Spanjolen niet zien, maar de Spanjolen hen natuurlijk even min. Daardoor werd niet geschoten en was de overtocht, met het ene vlot dat er was, na twintig minuten ordelijk voltooid. In gebogen houding, de een na de ander, Evert voorop en dan Pieter, slopen zij voorwaarts naar de Hout. Het was dood stil. Er zongen wat vogels. Toen zij vijf minuten hadden gelopen, gaf Evert het' sein tot stoppen, en allen gingen plat op de grond liggen. „Begrijp jij waarom er niet geschoten wordt?" vroeg Evert aan Pieter. „Het is me een raadsel", fluisterde deze. „En dan die stilte' Je kuftt hier ook bijna geen hand voor ogen zien!" Verwonderd schudde Evert zijn hoofd. Dan gaf hij een sein en voort ging het weer, hoewel steeds langzamer Voetje voor voetje schuifelden zij tenslotte voort. En plotseling doemden de eerste Spaanse ten ten uit de witte nevel op. Evert liet zich onmiddellijk vallen, gevolgd door alle an deren. Hij beduidde dat iedereen op zijn plaats moest bliiven en begon langzaam naar voren te kruipen. „Pas op!" fluisterde Pieter hem achterna. Pieter kende deze omgeving op zijn duim pje, sinds zijn tocht naar Delft. Nog steeds was het doodstil. Evert was bij de tent aangekomen en lichtte voor zichtig het zeil op en keek van onderen met één oog naar binnen. „Leeg!" fluisterde hij dan. Hij kroop te rug, angstig gadegeslagen door Pieter en de mannen die hem door de mist nog kon den zien. „Ik denk dat het kamp verlaten is", zei hij zacht. „Zouden de Spanjaarden de benen heb ben genomen bij de nadering van Baten burg?" vroeg Pieter. zijn gezicht lachend. Evert haalde zijn schouders op. „Ik weet het niet", zei hij. ,.Ik vertrouw het niet. Laten we verder gaan". (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 7