Sklikan Anegang wil verbinding via Melkbrug handhaven Daar Onveiligheid op hoofdwegen in Noorden van Haarlem Autosnelweg ten Oosten van Haarlem naar Hoofddorp D-Concert met zangsolist Jae» van Looy als tekenaar Haarlems verkeersplan STIENS-OPTIEK Comité van actie wendde zich tot minister van Verkeer „Toestand Rijksstraatweg is dagelijkse zorg voor gemeentebestuur" Sociaal en cultureel werk in Haarlem Voor GERO naar BROERSEN WOENSDAG 1 DECEMBER 1954 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 18 Gierstraat 27 Telefoon 16764 Overdracht Rijksstraatweg urgent geworden Inbraak op Houtplein Beschermheerschap provinciaal orkest Konijnen gestolen Vinger tussen draaiende tandwielen verbrijzeld Een geschenk dat de gever siert Bij de vijfde jaarlijkse expositie Bollenkweker maakt bezwaar tegen plan voor De Glip HET HAARLEMSE VERKEERSPLAN staat in het middelpunt van de belangstelling der Haarlemmers. Dat is reeds gebleken uit reacties van onze lezers, maar thans ook uit een actie van het Anegang-comité, dat zich reeds met het gemeentebestuur in verbinding heeft gesteld met zijn gedachte de rechtstreekse verbinding te behouden van de Anegang over de Melkbrug naar de Lange Herenvest. In het voorlopige verkeersplan zou de Melkbrug vervallen en bij de Damstraat en de Gedempte Oude Gracht zouden twee bruggen gebouwd worden. Tijdens een Dinsdagavond gehouden ver gadering van de Vereniging Haerlem in de Kroonzaal van restaurant Brinkmann, waar de heer W. F. Happé, wethouder van Openbare Werken, het verkeersplan heeft toegelicht heeft hij o.a. meegedeeld, dat de Kleine Houtstraat tussen de Gast- huisvest en de Gedempte Oudegracht aan de Oostzijde verbreed zal worden en dat het verkeer naar de stad door de Kleine Houtstraat geleid zal worden. Een lid van het gemeentebestuur heeft het plan geop perd ook het tweede deel van de Kleine Houtstraat te verbreden. De heer Happé zeide hiertegen bezwaren te hebben; de huidige bochtige straat wenste hij te be houden, omdat zij zo'n typisch historisch karakter draagt. Voorts merkte hij op, dat de Anegang een belangrijke winkelstraat zal blijven, omdat zij de verbinding vormt tussen twee belangrijke winkelstraten (Grote en Kleine Houtstraat). Van de gelegenheid tot het stellen van vragen maakte de heer Holt, bewoner van de Anegang, gebruik; hij vroeg de heer Happé of het plan om de Melkbrug te la ten vervallen en twee bruggen over het Spaarne te bouwen wel een verbetering betekent en of de omgeving er door ver beterd wordt. De Gravestenenbrug blijft bestaan en vlak er bij (Damstraat) komt een nieuwe brug. De binnenscheepvaart is er niet mee gediend en het is de vraag of de nieuwe brug past bij de mooie histo rische gebouwen in de omgeving. Zou het niet aanbeveling verdienen, vroe<? de heer Holt, de Melkbrug (die volgens het plan zou vervallen) te verbreden, ook de Hoog straat en de Hagestraat te verbreden, waardoor een goede verbinding tot stand komt tussen de Grote Houtstraat en het Oosten der stad. Dan zal het echter nood zakelijk zijn het gebouw op de hoek Korte Veerstraat en het Spaarne, dat vele jaren door Vroom en Dreesmann gebruikt is, te slopen. Dan ontstaat bij het Spaarne een plein, dat uitstekend geschikt is als parkeerruim te. De kelder van het gebouw kan gebruikt worden als fietsenstalling, waaraan grote behoefte bestaat, en als schuilkelder voor de bescherming bevolking. En grote ver fraaiing zal volgens de vragensteller ont staan en hij beval het in overweging aan. Kern wordt uitgebreid In zijn antwoord deelde de heer Happé ADVERTENTIE RUIME KEUZE IN Barometers Thermometers Vochtmcters Prisma-kijkers Veldkijkers Loupen-Leesglazen Microscopen enz. mee, dat hij reeds op de hoogte was van het plan, maar dat hij het nog niet vol doende bestudeerd heeft. Ook zou hij eerst de mening willen weten van de adviseurs. Wat het ontworpen plan betreft zeide spre ker, dat het doel van het bouwen van brug gen bij de Gedempte Oudegracht en bij de Damstraat is de kern van Haarlem te ver ruimen. Het gedeelte tussen het Spaarne en de Lange Herenvest zou bij het centrum getrokken kunnen worden. Dan is een goede verbinding nodig en twee bruggen Minister begreep bedoeling van telegram niet Wat betreft het antwoord van de minis ter van Verkeer en Waterstaat op het te legram van de Haarlemse gemeenteraad over de beveiliging van de Rijksstraatweg hebben wij thans vernomen, dat op 19 No vember de minister in een antwoord aan de burgemeester heeft herinnerd aan een vroegere brief van Rijkswaterstaat, waar in werd voorgesteld het verkeer door mid del van vluchtheuvels en andere afschei dingsmogelijkheden te sorteren en op die manier overzichtelijker te maken. De minister heeft door dit antwoord blijk gegeven de bedoeling van de Haar lemse raad en de motie-Prikkel te hebben misverstaan. Het was immers al gebleken dat het vluchtheuvelplan niet voor onmid dellijke uitvoering gereed was. Waar het de raad om ging en nog gaat is de tot standkoming van een oplossing op korte termijn, waardoor het stadsverkeer, waar bij speciaal aan de wandelende en fietsende bevolking van Noord-Haarlem wordt ge dacht, weer met een gerust hart van de Rijksstraatweg kan gebruik maken. Dat over deze in wezen toch eenvoudige kwestie nu al jaren gecorrespondeerd en onderhandeld moet worden, vormt een be wijs temeer, dat de toestand, waarbij een zün geprojecteerd. Ook is gedacht aan de 8nelverkeersweg over zulk een lange af bouw van een monumentaal gebouw aan gtand binngn de bebouwde kom van de ge_ meente in beheer is bij het rijk, onhoud baar is. Daarom geloven wij, dat de ge- de Oostzijde van het Spaarne. Als de nieuwe bruggen er zouden komen dan heeft de Melkbrug een onbelangrijke functie. Ter plaatse zou wel een bushalte komen. Spreker is van mening, dat de ge dachte van de twee bruggen geen schade voor de 'Anegang zal opleveren. Voorts merkte spreker op, dat bij verwezenlijking van het plan veel gesloopt moet worden. Uit een financieel oogpunt moet dat echter zoveel mogelijk beperkt worden. Het ge bouw van V. en D. zal niet goedkoop zijn. De gedachte van hen, die de verbinding via de Melkbrug willen handhaven, zal in ieder geval in de toekomst worden beke ken. Er staat nog niets vast. meente er goed aan zal doen om aan te dringen op overdracht van de weg, opdat zij zelf dan de maatregelen kan nemen wel ke bitter noodzakelijk zijn. Dinsdagavond is ingebroken in een huis op het Houtplein in Haarlem. Men is via een slaapkamerraam binnengedrongen. Verscheidene vertrekken en de kasten daarin werden doorzocht. Uit twee geld kistjes en een portefeuille heeft men 355 weggenomen. Ook enige pakjes sigaretten worden vermist. De heren S. J. de Jongh, arts dr. H. van der Loos, predikant, A. S. van Rijn, pastoor, P. Cloeck, J. J. Haije Jr., W. A. van Leeuwen en J. F. H. Noordhoff, allen wonende in Haarlem-Noord, die de leiding hebben genomen aan de verzameling van hand tekeningen van bewoners van het stadsdeel Haarlem-Noord voor een petitionnement naar aanleiding van de onveiligheid op de Rijksstraatweg en de Schoterweg, hebben zich met een brief tot de minister van Verkeer en Waterstaat gewend. Zij ver zoeken de minister om de verwerkelijking van de uiterst dringend noodzakelijke beveiligingsmaatregelen langs het gehele traject van de Rijksstraatweg en de Schoterweg te Haarlem met de grootste spoed te bevorderen. Voorts hebben zij gevraagd, hen als ver tegenwoordigers van hen, die het petition nement getekend hebben, in audiëntie te willen ontvangen ter nadere toelichting van hun verzoek en ter overhandiging van de bij het petitionnement behorende lijsten met handtekeningen. In de toelichting wordt o.a. opgemerkt: De ondertekenaars van de petitie zijn verontrust door de toenemende onveiligheid en het hand over hand toenemen van ver keersongelukken, waaronder verscheidene met dodelijke afloop, op de Rijksstraatweg en de Schoterweg. De ongerustheid door het uitblijven van doeltreffende maatregelen van overheids wege is overgegaan in ontstemming, van welke ontstemming het zeer grote aantal handtekeningen onder dit petitionnement op zichzelf reeds blijk geeft. De ontstem ming wordt in niet geringe mate mede ver wekt door de beperkingen, die bedoelde verkeersonveilgheid aan de meer dan 80.000 bewoners van Haarlem-Noord op legt, zowel in hun sociaal, als in hun eco nomisch leven, in de keuze van de school voor hun kinderen, in hun kerkbezoek, etcetera. Met alle besef voor de moeilijkheden, die ten behoeve van een doeltreffende beveili ging op genoemde wegen overwonnen zul len moeten worden en voor de noodzaak deswege van uitvoerig en weloverwogen beraad tussen alle hierbij betrokken instan ties heeft de zeer lange duur van dit be- ra^d helaas bij de bevolking van het door genoemde wegen door midden gesneden stadsdeel de indruk gewekt, als zou iedere bewogenheid met de desastreuze gevolgen van het inmiddels uitblijven van doeltref fende maatregelen bij de verantwoordelijke overheidspersonen ontbreken. De Commissaris der Koningin in de pro vincie Noordholland, dr. M. J. Prinsen, heeft het beschermheerschap aanvaard van de Stichting het Noordhollands Philhar- monisch Orkest. In de nacht van Maandag op Dinsdag zijn in een perceel aan het Donkere Spaar ne in Haarlem drie konijnen gestolen. In een ander perceel, eveneens aan het Don kere Spaarne, werden twee konijnen weg genomen. De Kerstdagen zijn weer in zicht „Dinsdag hebben B. en W. van Haar lem voor de vierde maal de antwoorden vastgesteld op vragen van een lid van de gemeenteraad over de verkeersverbindin gen Noord-Zuid. Indien een antwoord ge reed was, veranderden de omstandigheden en dan moest er weer een wijziging komen in de antwoorden. Thans is een plan be kend geworden, dat mogelijk voor verwe zenlijking vatbaar is, namelijk een Ooste lijke randweg, die Oostelijker ligt dan de vroeger geprojecteerde weg". Dit deelde de heer W. F. Happé Dinsdagavond mee op een vergadering van de Vereniging Haer lem, waarop het Haarlemse verkeersplan aan de orde was. Zoals wij in ons blad van Zaterdag meedeelden was het resultaat van een be spreking van burgemeester mr. Creaners en wethouder Happé met de minister van Verkeer en Waterstaat, de mededeling, dat de aanvankelijk door de Rijkswaterstaat onmiddellijk ten Oosten van Haarlem ge projecteerde autosnelweg, welke de ver binding zou moeten vormen tussen de Vel- sertunnel en Den Haag, er niet komt. In plaats daarvan bereidt de Rijkswaterstaat een verder ten Oosten van Haarlem gele gen weg voor. Tijdens de bijeenkomst van de Vereni ging Haerlem lichtte de heer Happé de plannen nader toe. Hij merkte op, dat de toestand van de Rijksstraatweg een dage lijkse zorg vormt van het gemeentebestuur. Als de tunnel gereed is zal het verkeer verdubbeld worden. Het komt op het punt Delftlaan en Rijksstraatweg bijeen en het rijk had gerekend op de provincie Noord holland en de gemeente Haarlem, die dan het verkeer verder moesten verzorgen. De verantwoordelijkheid werd dus op an dere instanties afgeschoven. Hierin is echter verandering gekomen en het rijk heeft thans meer begrip voor de situatie en wil niet, dat alleen Haarlem en de pro vincie de verantwoordelijkheid behoeven te dragen. Hoé de toestand in de toekomst zal wor den is nog niet met zekerheid te zeggen. Aan het nieuwe plan (randweg Oostelijker van Haarlem dan vroeger) wordt gewerkt. Eigenlijk is het geen nieuw plan, want Haarlem heeft in het verleden reeds ge propageerd voor deze verbinding. De nieu we weg zou komen ten Oosten van de Mooie Nel, over de Amsterdamsevaart en de Ringvaart gaan en dan afbuigen via Hoofddorp naar de Rijksweg, Amsterdam Den Haag. Het laatste gedeelte van de weg is wel nieuw. De heer Happé zeide, dat als met voortvarendheid aan de weg gewerkt zou worden er toch nog minstens vijf jaar gewacht moet worden, voor hij gereed is. Westelijke randweg Het zal Intussen nodig zijn maatregelen te treffen, om 't verkeergevaar, dat uit Vel- sen dreigt, te verhinderen. Dan zou gebruik gemaakt kunnen worden van een Weste lijke randweg (Delftlaan, Kleverpark, Zijl- weg, langs Houtvaart naar Zandvoortse- laan). Deze is nog niet vastgesteld; de weg zal van belang worden voor het streekver- keer evenals voor het locale verkeer, maar voor doorgaand verkeer wordt hij niet van belang. Een andere verbinding kan tot stand ko men van de Rijksstraatweg, via de Vondel- weg naar de Jan Gijzenvaart, langs de Spaarndamseweg naar het Oosten of Zui den van Haarlem. Bij de gedachtenwisseling merkte ir. C. K r ij n op, dat de Westelijke Noord-Zuid- weg voor doorgaand verkeer van belang kan worden, omdat aansluiting verkregen kan worden bij Vogelenzang met wegen in Zuid-Holland en dat de Oostelijke randweg te ver van de stad afkomt, waardoor auto rijders niet in Haarlem zullen komen voor een bezoek. Van het Zuiden uit zijn wegen gedacht om te bevorderen, dat men een be zoek aan Haarlem brengt. De heer Happé erkende, dat het ver keer ook in het belang van de stad moet zijn en dat de Oostelijke randweg op het ogenblik wel ver van het centrum is ge projecteerd; nader kan bezien worden of ten verbinding met de stad te verkrijgen is. De nieuwe weg moet een snelweg worden. Dat is voor het Westen niet nodig. Spreker meende, dat de Westelijke randweg uitslui tend voor het streekverkeer van belang wordt. Omgeving Westergracht In antwoord op een vraag over een Oost- Westverbinding bij de Westergracht zeide de heer Happé, dat er over gedacht is deze gracht te dempen en een rechtstreekse ver binding met de Tempeliersstraat tot stand te brengen. Van belang is dan dat de spoor baan opgehoogd is. Er staat over deze ver binding nog niets vast en tot directe uit voering behoeft niet te worden overgegaan. Haarlem-Zuid Vragen werden gesteld over verbindin gen in Haarlem-Zuid, waarna de heer Hap pé herinnerde aan diverse mogelijkheden. Hij hoopte, dat het Florapark behouden kan blijven. Ook zijn er plannen een ver binding te maken van de Schipholweg langs het Zuider Buiten Spaarne tot een te bouwen brug over de Spaarnelaan. Ver der gaat de route naar de bollenstreek en Zandvoort via bestaande wegen. Deze die nen behoorlijk gefundeerd te worden. Voorts deelde de heer Happé mee dat de situatie op het Stationsplein in studie is; veel wordt gevoeld voor vergj-oting van het plein tot de Lange Molenstraat en minder voor doorgaand verkeer door deze straat. De Amsterdamse poort blijft behouden, maar er zal wel een verandering in de om geving komen. Dinsdagmiddag heeft zich in een werk- tuigfabriek aan de Leidsevaart in Haarlem een bedrijfsongeval voorgedaan. Een 35- jarige Haarlemse draaier was bezig met het draaien van een cylinder. Hij was nog niet lang in dit bedrijf werkzaam en kende waarschijnlijk de machine, die hij han teerde, niet voldoende. Hij probeerde met zijn linkerhand een tandwiel op een draaiende drijfas te verzetten. Een van zijn vingers raakte bekneld tussen twee cu-aai- ende tandwielen. De vinger werd verbrij zeld. De Commissie van Overleg voor sociaal en cultureel werk, die in Haarlem een keer per week voor mensen die tijdelijk niet in het arbeidsproces zijn opgenomen een bijeenkomst houdt, kan met enige vol doening op haar arbeid, welke een jaar geleden begon, wijzen. Op verzoek van de heer J. de Smalen, die met overtuiging en niet aflatende be zieling deze bijeenkomsten leidt, trad dit werk tot nu toe niet in de openbaarheid: het moest de kans krijgen te groeien en ziji). nut te bewijzen. Gezien de prettige sfeer op de wekelijkse samenkomst in „Cultura", gezien ook de regelmatige en trouwe opkomst en levendige belangstel ling dergenen voor wie deze activiteit be doeld is, kan men nu inderdaad van een zeker succes gewagen, hoe gaarne men ook overigens zou zien, dat dit werk in het geheel niet nodig zou zijn. Want gis teren bleek wel uit tal van critische vra gen, die aan een uit mevrouw A. Ha maker-Willink, drs. W. Hazevoet en de heren W. van Willinge en J. H. Bartman bestaand forum werden gesteld, hoe de uitschakeling uit het arbeidsproces een nijpend probleem vormt, vooral voor die genen die al op rijpere leeftijd zijn ge komen. Natuurlijk ging de belangstelling daarbij in hoge mate uit naar het werk van de stichting „Het leven begint bij veertig", die door een frisse aanpak van dit probleem de aandacht heeft getrokken en zeker ook al successen heeft geboekt. Wel bleek het forum in meerderheid van oordeel dat het nog te vroeg is om nu reeds te kunnen vaststellen of ook op de duur dezelfde resultaten bereikt kunnen worden. Maar het moest toegeven, -dat voor de betrokkenen reeds van belang is, dat nieuwe hoop gewekt is bij een groep mensen welke tegen hun wil aan de kant staan. Natuurlijk heeft het forum niet op alle hierover gestelde vragen een afdoend of bevredigend antwoord kunnen geven, het heeft zelf iets kunnen opsteken van situaties en toestanden in het sociale leven waarmee het niet dogelijks in aanraking komt. Alle bijeenkomsten van de Commissie van Overleg voor sociaal en cultureel werk worden in duplo gegeven, hetgeen ook met het optreden van dit forum het geval zal zijn. De heer De Smalen, ge assisteerd door de heer Jaspers, heeft na melijk twee groepen gevormd om het aan tal deelnemers aan de bijeenkomsten niet zo groot te maken, dat het directe contact verloren gaat. Bij een v*.n de twee groe pen getuigt ook altijd een vaste kern van bejaarden van zijn belangstelling voor de problemen van het dagelijks leven. De onderwerpen welke worden behan deld zijn zeer gevarieerd. Bovendien wordt altijd ingehaakt op de actualiteit. Zo werd de vorige week de verkeersveiligheid van de Rijksstraatweg besproken. Voor De cember staan lezingen op het programma door de heer C. Visser, die in opdracht van het rijk een studiex-eis maakte naar Zuid-Afrika, en daai-over zal vertellen en er ook een film over zal vertonen, en door de kunstenaar Aart van Dobbenburgh, die zal spreken' over Kerstmis in de kunst. Ook die voordracht wox-dt met lichtbeel den geïllustreerd. Niet altijd blijven de deelnemers aan dit vormingswerk binnen, vooral in de zomermaanden worden er excursies ge maakt, die zich tot de Hoge Veluwe en het Arnhemse Openluchtmuseum uitstrekken. ADVERTENTIE zit 'm de kneep Landbouwers! Dit stoere pak maakt Beva voor U uit Schuttersveld-manchester, speciaal voor Beva gemaakt. Oersterk, mooi, soepelen practisch niet te slijten. Alle naden van Beva-kleding extra versterkt. Dit kloeke pak, waarin U ook buiten het werk om gezien moogt worden, zit gemakkelijk en royaal. •VAKKLEDING VOÖR ALLE BEROEPEN Het vierde Dinsdagavondconcert van het Noordhollands Philhai-monisch Orkest, on der leiding van Toon Verhey, had als ik het -zo mag zeggen een grillig karak ter. Eigenlijk hinkte het op tegenstellingen in het programma. Maar die contrasten bleken de kracht te bezitten van opwek kende injecties, die het concert een boeiend verloop verzekerden. Het was echter vrij gedurfd om tussen Rameau en Ravel het brillante, romantische bravour van „Car naval Romain" van Berlioz in te schake len en na de. „Rhapsodie Espagnole" van Ravel een flinke stap terug te doen naar de naïeve sfeer van een jeugdwerk van Schubert. Er was oorspijs voor alle sma ken. Wie op dit punt veelzijdig ingesteld is, kon zich aan een rijke tafel te goed doen, want al de gerechten van het menu mochten er wezen. Tot de zeldzaamheden van de muzikale spijskaart behoorde ook het feit, dat er deze avond nu eens geen instrumentale, maar een vocale solist meewerkte. Pierre Mollet is zijn naam. Hij beschikt over een markante baritonstem, geeft blijk van voortreffelijke muzikaliteit, van degelijke zangkunst, geheel ingesteld op de rijke schakeringen van het Frans en bovendien heeft hij het temperament om zijn presta ties op intelligente wijze en met smaak aan het publiek mee te delen. De Zonne-hymne uit „Les Indes galantes" van Rameau had met haar machtige aanroepingen en haar lyrische beschouwingen reeds veel indruk gemaakt, niet het minst door het mooie ADVERTENTIE PELIKAN geschenk, etui met PELIKAN vulpen, drukpot- lood, fraai lede ren el ui met handige reis- inktflacon. Men kan zich voorstellen dat er museum bezoekers zijn, die het bij de bezichtiging van een kunstwerk wel eens als een gemis voelen te weinig van de persoonlijkheid van de kunstenaar af te weten. Wij heb ben geleerd dat het schilderij of de teke ning uit zichzelf tot ons moet spreken, maar wij weten ook dat een enkele bijzon derheid, ergens gelezen of beluisterd, ons in een meer vertrouwde sfeer tegenover het werk kan brengen. Dit gevoel van een bijna persoonlijk contact met de kunste naar ondervinden wij op de jaarlijkse ten toonstellingen van het werk van Jacobus van Looy in hoge mate. De gunstige con dities hiervoor zijn dan ook ruimschoots aanwezig. Daar is onze kennis van de ge schriften van Van Looy, daar is de nabij heid van de woning en het atelier waar hij tot het einde van zijn leven woonde en werkte. Maar niet weinig draagt hiertoe bij de persoon van de heer Scheffer, die als kleine .iongen al bij Van Looy in het atelier kwam en die nu nog steeds, als (rouwe vereerder van de meester, diens werken bewaakt. „Dit tekeningetje maakte meneer Van Looy op het terras van het Prado", vertelt Scheffer mij. Wij staan voor een kleine tekening, waarop niets anders te zien is dan een bewogen wolkenlucht. „Ja, zo heeft meneer het geschreven aan meneer Allebé, hij wou wat uitrusten van al die schilderijen, even een sigaartje roken bui ten, dat mag niet in het museum hè en toen tekende meneer die wolkenlucht. Als u goed kijkt, kunt u zien dat er „Prado" onder geschreven staat." Ik weet wel dat zo'n familiaire toelich ting ons over de artistieke waarde van zo'n tekeningetje niets wijzer maakt, maar het deelhebben aan de toewijding, die door de heer Scheffer aan de persoon en het werk van Van Looy gegeven wordt, kan er toe bijdragen ons meer vertrouwd te maken met deze kunst en misschien met de kunst in het algemeen. Ik moet u bekennen, dat ik geneigd ben te geloven dat zo'n mede deling van meer betekenis kan zijn dan een voortreffelijke ontleding of kunst historische beschouwing van het werk. Deze anecdote sluit namelijk precies aan bij de eigenlijke bedoeling van de kunste naar, die niet anders wilde dan ons aan zijn eigen ontroering doen deelnemen. In dit kort verhaal immers is de hele Van Looy getekend. Wij zien de nog jonge kunstenaar, wiens eerste ontwikkelings stadium bekroond is met de hem toege kende Prix-de-Rome, alleen op reis, dwa lend door de zalen van het machtige Prado te Madrid, door de werken van Velasques en El Greco geboeid en overweldigd. Naast zijn gevoel van ontzag en bewondering heeft hij de behoefte zich als persoonlijk heid te handhaven. Om tot zichzelf weer te keren, om te „verademen", betreedt hi.i het terras. Hij steekt een sigaartje op en zijn oog volgt de rusteloze bewegingen der wolken aan de hemel. Hij kijkt niet naar het Spaanse landschap, want ook dat is „het andere", ook daarin ziet hij El Greco FTij kijkt naar de wolken, en het ziin de Hollandse wolkenluchten die hij ziet. Het kleine tekeningetje, dat hij dan maakt, vertelt ons dat de kunstenaar naast en tijdens zijn studies van de oude meesters bezig is dat gedeelte van zijn eigen wezen vrij te maken, dat van hem alleen is. Dat het niet. alleen gaat om de bekwaamheid, maar dat deze pas zin krijgt, wanneer hij de rijkdom van eigen innerlijk beleven helnt vertolken. Wie Van Looy van nabij nog beter wil leren kennen, moet niet verzuimen deze vijfde jaarlijkse tentoonstelling, die bijna alleen tekeningen omvat, in het naar hem genoemde museum te gaan bekijken. Als tekenaar was hij misschien hét sterkst tijdens die eerste reis, die hem naar Tanger «n Soanje voerde, maar ook in de daarou volgende perioden ontstonden zeldzaam mooie tekeningen. Tot Maandag 6 December kunt u deze expositie nog bezichtigen. OTTO B. DE KAT. geluid van deze jonge Zwitserse bariton, toen Pierre Mollet, in een tweede beurt van optreden, zijn volle maat gaf met de drie zo verschillend getypeerde zangstuk ken, waaruit Ravel's cyclus „Don Quichot- te a Dulcinée" bestaat. Hier toonde de zan ger zijn veelzijdigheid in het weergeven van steeds wisselende impressies en in het aannemelijk maken van die echt-Rave- liaanse spiritualiteit om onder het masker van verrassende grappigheid en spotlust zijn diepe ernst te verbergen. Zo liet Mollet ons geboeid luisteren naar het innig-ro- mantische lied van de aanhef, naar het aangrijpende gebed, dat het middendeel vormt en naar het uitgelaten drinklied een toast aan de vreugde! waarmee de cyclus zo brillant besluit. De geniale dwaasheid van het Don Quichotte-type had zich in dit drieluik voor ons gemani festeerd. Wij mochten er Pierre Mollet dankbaar om zijn, maar hem niet alleen, want ook Verhey en zijn orkest hadden hun belangrijk aandeel in deze herschep ping van Ravel's zwanezang kundig en met geestdrift geleverd; zelfs uit de laatste pirouette van fagotten en contrabassen kon men de overtuigende opgewektheid proe ven van het „Je bois la joie!" Die finale van de cyclus is trouwens een stuk om zich een roes te spelen! Dit is echter ook het geval met de „Rhap sodie Espagnole" van dezelfde componist, die Verhey op het zangstuk liet volgen. Maar de spelers moeten er het hoofd koel bij houden, zoals ze dit vooral deden toen Verhey het slotdeel „Féria" liet her halen. Het herhalen van een deel uit dit werk is niets ongewoons; het gebeurde reeds bij de eerste uitvoering, onder Co lonne, op dringend verzoek van de „enge lenbak" en onder protest van de „orkest zetels". En daarmee was het niet uit; want na de reprise klonk een stentorstem uit de hogere regionen van de schouwburg: „En nu nog een keer voor die daar beneden, die het nog niet gesnapt hebben!" De verklaring van dit razend moeilijke stuk, waarin Ravel met zoveel verfijnde kleurzin zijn „Habanera" uit de „Sites auriculaires" te pas gebracht heeft, was in ieder geval een knappe prestatie die respect afdwong. Verhey had het programma van deze avond ingezet met de ouverture „Iphigenia in Aulis" van Gluck, welke indruk maakte door de volle klank van de strijkers. De ouverture „Carnaval Romain" werd een éclatant hoogtepunt van het concert en de Derde van Schubert klonk bekoorlijk in al haar eenvoud. Pardon, wat zeg ik? De finale van dit jeugdwerk (Schubert was amper achttien jaar, toen hij het schreef) is lang niet eenvoudig: zij verraadt de meester die later de grote C-dur zou schrij ven. Wat er eenvoudig aan is, gehoord na de geraffineerde klankcomplexen van een Ravel, is de vertrouwde sfeer en de klas sieke zuiverheid van de stijl. Als nage recht orfi van te snoepen. JOS. DE KLERK. ADVERTENTIE MAG. Anegang 44 A AMPHORA Telefoon 15725 SERVIEZEN KEUKENS Reeds in ons blad van 1 November heb ben w\i een uitvoei-ige beschrijving gege ven van het uitbreidingsplan voor de Heem- steedse buurtschap De Glip, dat Donder dagmiddag 2 December in de Heemsteedse raad zal worden behandeld. Nu de termijn voor de ter visielegging verstreken is, blijkt er slechts één be zwaarschrift tegen het plan te zijn binnen gekomen, namelijk van de firma Philippo eri Zonen. Dit bezwaarschrift vindt zijn grondslag in de omstandigheid, dat een deel van de teelgrond van deze firma bestemd is voor de aanleg van een weg en het bouwen van woningen. De cultuui-grond van deze firma is echter reeds onder het thans geldende uitbreidingsplan voor het buurtschap de Glip bestemd voor de aanleg van wegen en de bouw van woningen. Deze bebouwing zal volgens het ontwerp-plan intensiever wor den, waardoor de financiële opbrengst van de grond groter zal kunnen zijn. B. en W. zijn daarom van oordeel, dat deze belang hebbende door de onderhavige wijziging geenszins in haar rechten bekort wordt, zo dat het bezwaarschrift als ongegrond be hoort te worden aangemerkt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 12