Haarlem's Dagblad | 1955 | 25 januari 1955 | pagina 5

Bloemendaalse raad zette
zich aan de begroting

Baskische zang en volksdans

Orkest Lorentzlyceum op de band

Mr. P. O. F. M. Cremers erevoorzitter
van „Weldadigheid naar Vermogen"

Vijftig jaar geleden

Mejuffrouw J. A. Kloosterman
belast met leiding „Duinenbosch"

Uiteenlopende visies over financiën,
woningbouw en onderwijsbeleid

<~Brieven aan
de redactie

r

Hoe is het ontstaan?

J

Magnetische werking van
boventallige leerkrachten?

Arresten gerechtshof

Brandje in Zijlstraat
schade: 300,-

Provinciale Staten Noordholland

Concert in Begijnhofkapel

.Etorki" in Haarlemse Schouwburg

Haarlemse timmerman ook
d«or Hof veroordeeld

Krimpen van pijn

Dit woord:

KANT EN KLAAR

Voetganger aangereden
op Leidsevaart

Brouwertentoonstelling
een jaar uitgesteld

Burgerlijke Stand

Uit Haarlems Dagblad
van 25 Januari 1905

DINSDAG 25 JANUARI 1955

HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT

De Bloemendaalse raad heeft zich heden
morgen aan de behandeling der begroting
gezet. In de algemene beschouwingen ble
ken de financiële positie van de gemeente,
de woningbouw en het instituut der boven
tallige onderwijzers de meeste stof tot
spreken op te, leveren.

De rij van sprekers werd geopend dooi
de heer Smidt van Gelder (V.V.D.),
die zijn tevredenheid uitte over de verstan
dige, niet te royale opzet van de begroting,
maar de relatief hoge onderwijspost viel
hem op. Hij vroeg zich af of hier niet even
als in Heemstede een analyse kon worden
gemaakt, waarin de kosten per inwoner
van posten als onderwijs zouden blijken. De
plannen tot uitbreiding van de straatver
lichting juichte hij toe, maar hij vestigde
er tevens de aandacht op, dat vele der
thans gebruikte lampen onaangenaam zijn
voor wandelaars en fietsers. Verder is naar
hij zeide de druk op de gasleiding zeer on
regelmatig. De spreker verblijdde zich over
de mededeling van de voorzitter in diens
jaarrede, dat er spoedig een plan voor het
'raadhuis aan de orde zal komen. Hij vroeg
voorts de aandacht voor de- verkeerspro
blemen bij de vijfsprong in Aerdenhout en
deed een suggestie voor een oplossing
door een fiets- en wandelpad ten Noorden
van de grond van de „Haringbuis". Een op
lossing van dit probleem wordt zeer nood
zakelijk, vooral ook door verbussing Am
sterdamZandvoort- en de daaruit voort
vloeiende aanleg van tunnels.

„We zijn niet arm"

De heer Vliegen (Arb.) begon zijn
zeer uitvoerig betoog met een uiting van
tevredenheid over de financiële toestand
van de gemeente gezien de gekweekte
reserve van 1,7 millioen. Bloemendaal heeft
in de voorgaande jaren een armelijker in
druk gewekt dan nodig is, ofschoon wel
licht de onzekerheid der financiële relaties
met de overheid haar daartoe verleid heb
ben. Dat is tevens een rem voor de ontwik
keling van de gemeente, welke ook al be
lemmerd wordt door het uitblijven van een
streekplan Zuid-Kennemerland.

Grote ontevredenheid uitte de heer Vlie
gen over de woningbouw in Bloemendaal,
die volgens hem vrijwel voorbijgaat San de
behoeften van arbeiders en kleine midden
standers. Het ridicuul lage bouwvolume
maakt het beleid niet gemakkelijk, maar
of men daarbij met de grootste urgentie
rekening houdt betwijfelde hij sterk. „Als
men weet dat er in 1954 op een totaal van
5(1 nieuwe woningen 1 arbeiderswoning nas
(door verbouwing van een stal) en één
kieine middenstandswoning (door verbou
wing van een koetshuis), maar verder 34
grote middenstandswoningen en 14 duur
dere woningenDaaruit blijkt volgens

de heer Vliegen de duidelijke tendenz om
„het laatst daar te helpen, waar de nood
het dringendst is".

Het instituut der boventallige onderwij
zers vindt in hem een enthousiast pleitbe
zorger, bezorgd gemaakt naar hij zeide door
langzaamaan blijkende pogingen deze voor
ziening uit zuinigheidsoverwegingen weer
te torpederen. Dat door de boventallige
leerkrachten veel meer leerlingen van bui
tengemeenten zouden worden aangetrok
ken achtte hij een onbewezen vermoeden
en hij somde het verloop van de percenta
ges buitenleerlingen aan verschillende Bloe
mendaalse scholen op, waaruit bleek, dat
er van toeneming geen sprake is.

Tenslotte klaagde de heer Vliegen er
over, dat de derde partij in sterkte in de
raad destijds een wethouderszetel is ont
houden. Als een van de wensen van zijn
fractie noemde hij de bouw van een bad
huis in Vogelenzang.

Vervolgens kwam de heer P i n x t e r
(K.V.P. aan het woord wie in de begroting
de hoge onderwijskosten en de hoge kosten
van het wegenonderhoud waren opgevallen.
H« bepleitte jaarlijks vernieuwde aandrang
op een grotere uitkering uit het gemeente
fonds. Ook hij uitte teleurstelling over het
geringe aandeel van arbeiders en kleine
middenstanders in de woningcontingenten.
Hij vestigde de aandacht op de omvang van
deze bevolkingsgroep en bepleitte grotere
medewerking voor haar bij de huisvestings
politiek. Verder vroeg hij belangstelling
voor de grote financiële zorgen waarin de
besturen van bijzondere kleuterscholen ge
wikkeld zijn. Hier ligt nog een'belangrijk
verschil met het openbaar kleuteronder
wijs, zo meende hij. Voorts bepleitte ook hij
handhaving der boventallige onderwijzers.
Voor de behoefte aan een badhuis in Voge
lenzang meende hij een oplossing te zien-
door de badgelegenheid bij de aldaar aan
te leggen sportvelden voor de bevolking
open te stellen.

Tenslotte sprak de heer De Jong
Schouw e n b u r g C.H.Na de hoop te
hebben geuit dat Bloemendaal spoedig een
representatief raadhuis zal hebben, beval
hij voorts de oprichting van een cultureel
centrum aan om de samenbinding van de
gemeentenaren te bevorderen ook in gees
telijk opzicht.

„We zijn niet rijk"

De financiële situatie is volgens de heer
De Jong Schouwenburg helemaal
niet zo best als door de heer Vliegen was
geconstateerd. De gekweekte reserve werd
naar hij zeide door deze sterk overschat
mede gezien de afnemende waarde van de
gulden. Bovendien blijft de afhankelijkheid
van de rijksoverheid een storende factor
Verder sprak hij over het woningbouw
beleid. „Wij zijn ons ervan bewust dat wij
offers moeten brengen aan natuurschoon,
aan rust en aan comfort omdat er nu een
maal woonruimte voor onze mensen nodig
is", zei hij, „maar dan ook voor onze eigen
mensen. We moeten bij dit alles duidelijk
een scheidsiijn trekken, want als iedereen
hier zomaar kan komen wonen, dan konden
we daarmee anderzijds wel rekenen op een
uittocht van andere bewoners".

De onteigening moet in alle gevallen een
noodmaatregel blijven en mag niet te ge
makkelijk worden toegepast.

In tegenstelling tot een opsomming van
de heer Vliegen noemde hij een aantal scho
len. waarop de percentages leerlingen van
buiten aanzienlijk zijn. In totaal zijn er on
geveer 4490 buiten-leerlingen".

,We weten het niet".

De voorzitter, dr. P e e r e b o o m
Voller, zei in de beantwoording van de
sprekers, dat men voorzichtig moet zijn
met uitspraken over de financiële toestand
zolang de rekening er nog niet is. „Wan
neer men ons vraagt, of de gemeente arm
of rijk is, dan moeten we zeggen: we weten

hot niet, maar we hebben op grond van
onze ervaring gedaan wat wij meenden dat
binnen het raam van onze financiële moge
lijkheden verantwoord mocht heten".

Inderdaad is de kwestie van de Aerden-
houtse viersprong klemmender bij de voor
bereiding van de opheffing van de tram en
de bouw van tunnels. Dit kruispunt zal
daardoor zeer belangrijk worden.

Naar de voorzitter met nadruk zeide leest
het college niet slechts in de kranten wat
er ten aanzien van al deze plannen gaande
is, maar onderhoudt zij nauw contact met
het provinciaal bestuur, met de provinciale
waterstaat, met de Spoorwegen en met de
omliggende gemeenten. Concrete medede
lingen zijn er niet over te doen. Zolang de
ze ontwikkeling nog niet nauwkeurig vast-
slaat kan men ook het streekplan Zuid-
Kennemerland niet vaststellen.

Wat de woningbouw betreft stoot de ge
meente juist waar zij bouwterrein zoekt
voortdurend zijn neus bij de Planologische
dienst, die de offers aan natuurschoon,
waarvan de heer De Jong Schouwenburg
gewaagde, niet zomaar gedoogt. De voor
zitter vestigde bij dit alles de aandacht op
het overheersende probleem van Bloemen
daal: zijn eigen karakter bewaren en an
derzijds de woningnood lenigen.

De cijfers omtrent de boventallige leer
krachten zijn door het college gegeven om
dat er een rood lichtje aangegaan is dat
men niet moet veronachtzamen.

Een belangrijke mededeling bij de be
antwoording der algemene beschouwingen
werd gedaan door de wethouder Hijs ze-
Ier (A.R.), die zeide, dat bij Publieke
Werken een ontwerp-uitbreidingsplan
klaar ligt voor behandeling in de raad, dat
voorziet in de bouw van 100 tot 200 wo
ningen, waarbij ook voldoende rekening
gehouden wordt met de behoeften van ar
beiders en kleine middenstanders. Hij zei
de reeds de toezegging te hebben, dat op
een strook langs de Noordlaan gebouwd
mag worden. Het is de bedoeling langs de
Donkerelaan 16 tot 18 woningen voor ouden
van dagen te zetten.

B. en W. staan naar hij zeide zeer voor-

De bloembollenreiziger L. P. D. uit Hille-
gom, die beschuldigd werd in de nacht van
13 op 14 Juli op de Leidsevaart in Haarlem
onder invloed van sterke drank een auto
bestuurd te hebben, werd in hoger beroep
door het gerechtshof in Amsterdam vrijge
sproken en de Hillegomse vertegenwoor
diger W. van W., die des nachts om twee
uur op twee September in de Weerestein-
straat in Hillegom, welke wegens riolerings
werken opgebroken was, met zijn auto tegen
een aanhangwagen van een vrachtauto was
gebotst en die verdacht werd onder invloed
van drank een auto bestuurd te hebben,
werd veroordeeld tot acht dagen hechtenis.

In Haarlem was D. een gevangenisstraf
van tien dagen opgelegd en dhtzegging ge
durende vier maanden motorrijtuigen te be
sturen en Van W. een gevangenisstraf van
een maand en ontzegging gedurende acht
maanden motorrijtuigen te besturen.

Maandagavond om kwart over zes is er
brand uitgebroken in een kantoortje in de
Zijlstraat te Haarlem.

De hoofdbewoner, de heer C. F. W. L.,
ging om die tijd naar boven om te eten,
maar heeft, aldus de politie, vermoedelijk
de kraan van de haard, die gestookt wordt
met olie, open in plaats van dicht gedaaid.
Mevrouw L. rook even later een sterke
brandlucht eri waarschuwde de politie,
terwijl de heer L. zich ijlings naar beneden
begaf, waar hij öonstateerde dat de hard
board-wand in de buurt van de haard had
vlam gevat.

Hij bluste de brand met enkele emmers
water en de brandweer, die spoedig ter
plaatse was, zorgde met een kleine straal
voor de blussing.

Bij controle van de brandweer werd
voorts nog een fout geconstateerd in de
schoorsteenconstructie. De schade, welke
het brandje had veroorzaakt bestaat uit
het verlies van enig meubilair en een ver
brande betimmering en vloerbedekking.
De schade wordt geschat op ongeveer drie
honderd gulden.

zichtig tegenover de wens van Hervormde
zijde om op de moestuin van De Rijp een
verzorgingshuis te stichten, te meer omdat
het gebouw, dat door het marinehospitaal
zal wordep verlaten, daarmee ook weer de
bestemming van rusthuis krijgt.

Wel moet 'men bij alles rekening houden
met de veroudering van de Bloemendaal
se bevolking.

(De zitting duurt voort).

In de heden gehouden vergadering van
de Provinciale Staten van Noordholland is
in de vacature-da-. P. E. M. Teenstra be
noemd tot eerste-geneesheer-directeur van
het Provinciaal Ziekenhuis Duinenbosch
te Bakkum, mej. J. A. Kloosterman, thans
in gelijke functie werkzaam aan het Pro
vinciaal Ziekenhuis te Medemblik. Laatst
genoemd ziekenhuis zal in de toekomst
worden opgeheven. Tot die tijd zal het als
een onderdeel van het ziekenhuis „Duinen
bosch" worden aangemerkt.

Gedeputeerde Staten vroegen de Staten
machtiging de verbetering van de zwakke
gedeelten van de dijken van de polder de
Eendragt op Texel voorlopig bij wijze van
voorschot uit de provinciale kas te finan
cieren.

De heer L a n s e r (Comm.) juichte het
toe, dat de provincie snel ingegrepen heeft
na de stormen in de vorige maand. Toch
wordt er nog niet snel genoeg gewerkt en
volgens spreker had het rijk hogere cre-
dieten moeten beschikbaar stellen. Het
rijk besteedt echter aandacht aan een an
dere „verdediging", namelijk die van het
land. Dat betreurde de heer Lanser zeer
en hij hoopte, dat hierin verandering komt.

De heer De Vries (Arbeid) herinner
de aan de ramp van 1953; er is gezegd, dat
een stormvloed als toen eens in de drie
honderd jaar voorkomt. Gebleken is ech
ter in December j.l., dat men op zijn hoede
moet zijn, want opnieuw is de kust van
Texel bedreigd. Met veel moeite is de dijk
behouden. Spreker is onder de indruk ge
komen van hetgeen de Provinciale Water
staat na de stormen heeft gepresteerd en
bracht de dienst daarvoor hulde. Eijerland
is door het oog van de naald gekropen en
als er niet voortgegaan wordt met herstel,
dan blijft er gevaar op Texel dreigen.

Spreker vroeg inlichtingen over de toe
stand bij de Hondsbossche Zeewering en
zeide tenslotte gccoord te gaan met het
beleid van Gedeputeerde Staten.

De heer Gortzak (Comm.) beval het
treffen van afdoende maatregelen op korte
termijn aan.

Gedeputeerde Blaauwboer (V.VJJ.)
deelde mee, dat het college in de vergade
ring van Februari een nieuw inzicht van
de stand van zaken zal geven en welke
werken uitgevoerd zullen worden.De rijks
waterstaat onderzoekt thans de mogelijk
heid de zeewering op Texel aan de Noord
zijde binnenwaarts aan te brengen. Het
staat nog niet vast wat er zal gebeuren en
het is dus niet bekend of de vuurtoren zal
verdwijnen. Zolang de duinenrij in stand
blijft is er voor Eijerland geen gevaar te
duchten. Spreker merkte op, dat de dijken
zich goed gehouden hebben. Het rijk heeft
een zwakke-plekken-plan opgesteld en een
bedrag van 30.000.000 uitgetrokken. In
dien aan de dijken op Texel gewerkt wordt
door het rijk zal de provincie gelijktijdig
de dijken verzwaren. Door de stormvloe
den is het strand bezuiden de Hondsbos
sche Zeewering zodanig verlaagd, dat de
paalrij, dienende tot steun van de in 1953
gemaakte duinvoetverdediging over onge
veer 100 meter lengte, voorover gekomen
is. De aansluitende bazaltglooiïng is ont-
grond en verzwakt.

Hot voorstel van Gedeputeerde Staten
werd aanvaard.

Vluchtelingenhulp

Gedeputeerde Staten vroegen machti
ging goed te vinden, het bedrag, dat door
leden van het provinciaal personeel voor
de nationale hulpactie ten bate van de
vluchtelingen is bijeengebracht, belopende
in totaal 3.353.73 ten behoeve van het
Comité Vluchtelingenhulp 1954 met een
gelijk bedrag ten laste van de provinciale
begroting aan te vullen.

Mevrouw L i p s-0 d i n o t (Comm.)
deelde mee, dat haar fractie geen behoefte
heeft het voorstel te steunen.

De heer De Jong (Prot, groep), juicht
de inzameling van harte toe, maar hij
vroeg zich af of het wel juist is, dat de
overheid bijdragen, die de vorm van een
subsidie hebben, beschikbaar stelt.

De heren Doek en Sajet (Arbeid)
bevalen het voorstel aan

Gedeputeerde Bouwman (K.V.P.)
herinnerde er aan, dat werknemers een
goede daad hebben verricht door de vluch
telingenhulp te steunen. De werkgevers
zijn niet achtergebleven, evenmin het rijk.
Gedeputeerde Staten menen, dat een be
drag beschikbaar gesteld moet worden.
Spreker deelde de heer De Jong mee, dat
bij het beschikbaar stellen van een bedrag
geval voor geval bekeken moet worden.
Het is niet mogelijk een lijn aan te geven.

Na repliek werd het voorstel aangeno
men met de stemmen van de communisten
tegen.

(Verkort weergegeven)

Getemperde vreugde. Onze vreugde
over de grote ingenomenheid van de heer
De Wit met de brief van de Haarlemse
Ouderraad aan het College van B. en W.,
is wel sterk getemperd door het feit dat hij,
uitgaande van dezelfde feiten, tot opvat
tingen, beweringen en gevolgtrekkingen
komt, die zeer zeker de onze niet zijn.

De Ouderraad heeft duidelijk meen
den wij geschreven, dat hij het toejuicht
air school en onderwijzers deelnemen aan
activiteiten die misschien niet behoorden
tot de taak van de „schoolmeester" van
een halve eeuw geleden, maar die vol
komen passen bij de functie die het onder
wijs volgens moderne opvattingen, in het
geheel van de opvoeding heeft.

De Ouderraad juicht van harte, als de
school zich bemoeit met de voeding, de
zwembaden, de ijsbaan en vele andere
zaken, die beslist niet „wat al onmogelijk
heden meer" zijn, maar integendeel heel
gelukkige mogelijkheden. De maatschap
pelijke ontwikkeling is nu eenmaal zo
geweest in de laatste 50 jaar, dat de school
een deel heeft overgenomen van de taak
die vroeger geheel door het gezin werd
vervult. Wie dit niet inziet is bij zijn tijd
achtergebleven, maar het overgrote deel
van de Haarlemse onderwijzers geeft er,
gelukkig, blijk van, met zijn tijd mee te
gaan.

De Ouderraad heeft er op gewezen, dat
er een overbelasting van de school dreigt,
maar de oplossing is niet, zoals de heer De
Wit suggereert, het overboord gooien van
wat hij als overbodig beschouwt. In onze
brief aan B. en W. wordt gevraagd aan
stelling van administratief personeel en
van concierges, opdat het hoofd van de
school meer tijd krijgt.

Doordat de Ouderraad verder telkens in
de brief van de heer De Wit wordt
genoemd, ben ik wel gedwongen te ver
klaren, dat de Ouderraad het in het geheel
niet eens is met de beweringen van de heer
De Wit omtrent „heren en dames die niet
veel omhanden hebben," vlaggen die
ladingen niet dekken, de afdeling Onder
wijs en het College van B. en W. die
„bewerkt" zouden zijn, roofbouw op af
knappende onderwijzers enz.

Tenslotte: het grapje over de „Vereniging
ter bescherming van Onderwijzers en
speciaal van hoofden van scholen," is heel
aardig, maar in deze tijd van eindeloos op
rijzende misverstanden, lijkt het me toch
nuttig te verklaren, dat de Haarlemse
Ouderraad de belangen van de Haarlemse
ouders en hun schoolgaande kinderen be
hartigt en er niet de minste behoefte aan
heeft, de Onderwijzers (waarmee hij op de
plezierigste wijze samenwerkt) te bescher
men. Die dames en heren kunnen uit
stekend hun eigen boontjes doppen en
hebben nooit de indruk gemaakt, bescher
ming nodig te hebben.

A. PORCELIJN,
Voorzitter Haarlemse Ouderraad.

Hedenavond zal het kerkkoor van het
Russisch-Orthodox Seminarie te Parijs een
concert geven in de Begijnhofkapel.

Wij worden de laatste jaren wel verwend
met bezoeken van buitenlandse volksdans
groepen. Voor de leek betekent zo'n voor
stelling een avond van fleurige en vaak
meeslepende gezelligheid. Voor de wezen
lijk in cultuurhistorie belangstellende komt
daar nog iets bij: de mogelijkheid tot ver
gelijking en oriëntatie omtrent de herkomst
van allerhande bewegingsvormen. In beide
opzichten kon men dankbaar zijn voor wat
„Les Ballets et Choeurs Basques Etorki"
gisteravond onder auspiciën van de Haar
lemse Kunstgemeenschap in de Stads
schouwburg lieten zien, al kwamen de
prestaties over hét algemeen niet boven
een bescheiden niveau uit. Het geheel was
in ieder geval doorlopend charmant.

De Basken vormen een oeroud volkje,
levend in een uithoek van Europa, zonder
dat men precies weet waar zij bij horen.
Deze groep wordt officieel geacht een
Franse te zijn, maar men ziet direct hoe
zeer het Spaanse element erin vertegen
woordigd is. Trouwens: de Fandango en de
Arin-Arin, de populairste dansen van het
Baskenland, vertonen een onmiskenbare
overeenstemming met. de Aragonese jota,
evenals de eeuwenoude paardansen in de
traditionele Aurresku met de castagnet-
terende vingers. Het zou de moeite waard
zijn alle verwantschappen (want wie werd
bij voorbeeld niet aan de Joegoslaven, aan
de Russen zelfs herinnerd?) op te sporen
en te bestuderen. De volksdans is vroeger
een internationaal gemeengoed geweest
met allerlei locale accenten.

Maar het eigenaardigste is de verwant
schap met enkele grondvormen van de
academische techniek, waar het zogeheten
klassieke ballet op berust. In de eerste
plaats doordat voorlopers in de hoofse ge
zelschapsdans (pavane, menuet, gaillarde,
rigaudon) hier vrij strikt bewaard zijn ge
bleven. Daarna wordt het moeilijker: ty
pisch Baskische passen en sprongen zijn
in de tiid van Noverre in het répertoire
van de Parijse Opera en vandaar verder
in geheel Europa doorgedrongen, maar de
invloed is waarschijnlijk ook omgekeerd
geweest. Hoe dit ook zij. men herkent op
zo'n Baskische avond bij voorbeeld pas-
de-bourrée. tours-en-rair, entrechats, ca-
brioles, brisés en enkele pirouettes in on
verfijnde gedaante. Ook de ronds-de-jambe
spelen een grote rol.

Merkwaardig daarbij is de wijze van
uitvoering zonder de ons zo vertrouwde
finesse. Wie enigszins met het vocabulaire
op de hoogte is, heeft uit bovenstaande op
somming al kunnen afleiden dat de benen
vrijwel al het werk doen. De armen komen
alleen in actie bij d'e restanten van oude
zwaarddansen en verdere behendigheids
spelen. In de sprongen die met een prettige
lichtheid werden uitgevoerd, al heeft men
vroeger wel eens vaardiger Basken in ons
land aan het werk gezien, treft nog een
aantrekkelijke variatie: m=»n draait niet
slechts één of tweemaal rond zijn eiaen as.
maar ook anderhalve of één en driekwart
keer. Verder dragen de vele wisselingen
van het rhythme tot de levendigheid bij,
vooral in de oorlogsdansen of in sterk ero
tisch getinte overblijfselen van oud ritueel.

Men denke slechts aan de spectaculaire
Agurra.

Het programma als geheel overziende
mag gezegd worden, dat het blijk gaf van
goede smaak en innemende frisheid. De
twee uit volksdansen samengestelde „bal
letten" waren wel aantrekkelijk als diver
tissement. Maar het is bijzonder naïef te
menen, dat men met zo'n beperkt arsenaal
van ruwe bewegingsvormen een ook maar
enigszins boeiend verhaal zou kunnen ver
tellen. In „Andonië" van A. Aremburu
(met fraaie décors en costuums van Sylvia
Nicolas) trok vooral de leuke, vrije zeven
sprong de aandacht. „Orhi Pian" was een
zo mogelijk nog onhandiger arrangement,
waar de onbenullige pantomime eigenlijk
nergens toe diende, omdat men van harte
bereid was ook zo wel genoegen te nemen
met het vertoon van virtuositeit met stok
ken en glazen.

Zeer veel succes oogstte de bespeler van
de Txistu, een fluit met drie gaten, een
Baskisch instrument van oude oorsprong,
die zichzelf op een aan de linkerarm han
gende trommel begeleidde. Tot een beoor
deling van de talrijke koorliederen voor
vier, vijf, acht en elf gemengde stemmen,
met soli voor sopraan, tenor of bariton,
acht ik mij niet bevoegd. De vocale presta
ties, geleid door Philippe Oyhamburu,
werden door het publiek op hoge prijs ge
steld. Deze muzikaal uitgewerkte genre
stukjes voorkwamen de eentonigheid, die
iedere folkloristische dansavond bedreigt.

DAVID KONING.

Het gerechtshof in Amsterdam heeft van
morgen uitspraak gedaan in de zaak tegen
de acht en veertigjarige Haarlemse timmer
man J. A. v. d. W., die er van verdacht werd
dat hij een arts in Bloemendaal had be
wogen tot afgifte van een bedrag van f 1.000
door opzettelijk valselijk te doen voorkomen,
dat hij wegens de verkoop van een huis van
de dokter nog duizend gulden betalen moest
aan twee makelaars. Verdachte ontkende het
geld ontvangen te hebben. De Haarlemse
rechtbank had de timmerman veroordeeld
tot een gevangenisstraf van zes maanden. Het
hof veroordeelde v. d. W. tot vier maanden
gevangenisstraf.

ADVERTENTIE

door rheumatiek, spit, ischias, hoofd- en
zenuwpijnen is onnodig. Togal bevrijdt U
snel en afdoende van die pijnen. Togal baat
waar andere middelen falen. Togal zuivert
door de nieren, is onschadelijk voor hart en
maag. Bij apoth. en drog. 0.95, 2.40, 8.88.

De uitdrukking kant en klaar be
tekent: geheel gereed, geheel en al vol
tooid, dus eigenlijk alleen maar een
versterking van het begrip: klaar. Het
woord kant hoort bij het werkwoord
kanten: van kanten voorzien, naar be
horen afschaven, haaks maken. Van
daar dat kant ging betekenen: met
rechte hoeken, glad afgeschaafd, net
jes. Een oude zegswijze luidt: dat staat
kant, in de zin van: dat staat keurig,
fraai. Nu wordt ook het woord falie
kant duidelijk, waarin falie samen
hangt met het werkwoord falen en met
feil: fout. In vroeger tijd kon men
spreken van een kante boer, een kante,
vrijer (kloek, degelijk) maar ook van
een kant wijf, een kant vrommes
(vrouwmens) in de zin van een hel-
ydere, knappe, flinke, handige vrouw.

Het schoolorkest van het Lorentzlyceum, onder leiding van de heer K. Sopar, klaar
voor de opname. Gerrit Heijmenberg, als omroeper, kondigt juist het programma
aan, dat op Donderdag 3 Februari aanstaande in de radio jeugduitzending „Minjon",

ten gehore zal worden gebracht.

Toen wij Maandagavond het Lorentz
lyceum binnentraden werden wij begroet
door welluidende volksdansen van Haydn.
De opneming van het concert gegeven door
het schoolorkest, waarvan de uitzending
Donderdag 3 Februari in het jeugdpro
gramma Minjon zal plaats hebben was in
volle gang. Beneden hadden zich enkele
mannen van de technische dienst van de
Nederlandse Radio-Unie, met hun opname
apparaten geïnstalleerd, terwijl boven in
de leraarskamer de microfoon stond opge
steld. Hier dirigeerde de heer K. Sopar
zijn strijkorkest en voerde de heer H.
Broekhuizen, hoofd van Avro's afdeling
Jeugduitzendingen, de algehele regie.

„Opgeletvan nu af over vijf seconden
begint de opnameklonk de stem van
de heer Broekhuizen. Gespannen wachtten
de orkestleden op het teken van de dirigent.

Dan zweefden de eerste maten van een
verrukkelijk menuet van Rameau door de
ruimte. Beneden luisterden de technici met
critische oren; een enkele maal moest er
een stuk worden overgespeeld. Doch de
algemene indruk was zeer gunstig.

Het schoolorkest bestaat uit violisten,
cellisten, een pianist en een fluitist, totaal
ongeveer .tien musici, allen leerlingen of
oud-leerlingen van het Lorentzlyceum,
waarvan de twaalfjarige cellist Roel Stroe-
ker de jongste is.

Zij musiceren geregeld en treden natuur
lijk ook op tijdens de aanstaande „Inter-
scholaire".

Voor de radiouitzending stelde men een
aardig programma samen, waarbij niet te
hoog gegrepen is, namelijk: „Bourrée", uit
de „Firework-music" van Handel, Duitse
dansen van Haydn en arrangementen van
de dirigent op twee menuetten van Rameau

Tijdens een kleine „werkpauze", waarin
de violen en de celli de afschuwelijke stem
geluiden voortbrachten, zoals dat een goed

Op de Leidsevaart nabij de Schouwtjes-
brug in Haarlem is Maandagmiddag om
streeks kwart voor één een 57-jarige voet
ganger uit de Zonnebloemstraat in Haar
lem aangereden door een personenauto. De
aanrijding is vermoedelijk ontstaan door
dat de voetganger zonder op het verkeer
te letten de Leidsevaart overstak. Hij is
met een schcdelbasisfractuur naar het Dia-
conessenhuis vervoerd. Zijn toestand was
hedenmorgen nog niet veranderd.

Op de Maandagmiddag in restaurant
Brinkmann gehouden jaarlijkse algemene
ledenvergadering van de vereniging „Wel
dadigheid naar Vermogen" te Haarlem is
mr. P. O. F. M. Cremers, Haarlems burge
meester, geïnstalleerd als ere-voorzitter
van de vereniging. Alvorens de voorzitter,
mr. A. Beets, hiertoe overging, verklaarde
hij, dat het een goede traditie is, dat steeds
een Haarlemse burgemeester ere-voorzitter
van de vereniging is.

Vervolgens gaf hij een kort overzicht
van de werkzaamheden van deze ver
eniging, die in 1888 werd opgericht.

Zij, die zich voor hulp richten tot de
vereniging, krijgen bezoek van een huis
bezoeker of huisbezoekster. Reeds bij de
eerste groep meldden zich zeventig van
deze bezoekers aan. Spoedig breidde de
vereniging haar arbeidsterrein uit tot
Heemstede en Bloemendaal.

De vereniging staat open voor hulp-
vragenden van alle gezindten. De wijze
van steun verlenen is in de loop der jaren
door de sociale wetgeving verandei'd: de
geldelijke steun is op de achtergrond
geraakt; thans geeft men voorschotten en
kleren. Sedert een tiental jaren is er een
maatschappelijk werkster aan de ver
eniging verbonden; zij beschikt over
ongeveer twintig huisbezoeksters.

De vereniging onderhoudt contact met
zusterverenigingen; bovendien is er een
prettige samenwerking met „Sociale
Zaken."

Sedert 1920 staan ook de Stille Armen
in de belangstelling. „Weldadigheid naar
Vermogen" telt ongeveer 1300 leden.

Na vervolgens de hoop te hebben uitge
sproken, dat de burgemeester als ere
voorzitter jaren lang met genoegen de
verrichtingen van de vereniging zal
volgen, verklaarde mr. Beets burgemeester
Cremers voor geïnstalleerd.

Deze antwoordde, dat hij in de jaren, dat
hij de werkzaamheden van de vereniging
heeft gadegeslagen, de grootste sympathie
er voor heeft gekregen. Hij was er dank
baar voor, dat „Weldadigheid naar Ver
mogen" de traditie van de Christelijke
charites in stand houdt, die door de
perfecte bemoeiingen van de overheid
wordt ondermijnd.

„Als ik uw belangen op enigerlei wijze
kan bevorderen, dan reken ik het mij tot
een eretaak, dat te doen!," zo besloot mr.
Cremers zijn wederwoord.

Bij de verkiezing van de bestuursleden

een der overige punten van de agenda

werden de bestuursleden, die aan beurt
van aftreden waren, bij acclamatie her
kozen.

orkest betaamt, klaagde de heer Sopar over
het grote gebrek aan animo bij de jeugd
om zelf een strijkinstrument te leren be
spelen. Zonder het invallen van oud-leer
lingen en zelfs een leraar, zou er geen
schoolorkest gevormd kunnen worden.

Hopelijk zullen degenen die zich afzij
dig houden, door de resultaten die de heer
Sopar met zijn groep bereikt heeft, ge
ïnspireerd worden om ook zelf het musi
ceren actief te gaan beoefenen.

Naar wij vernemen zal er dit jaar nog
niets komen van de voorgenomen tentoon
stelling van werken van de schilder
Adriaen Brouwer in het Frans Halsmuseum
te Haarlem.

Zoals wij in ons blad van 3 Januari mee
deelden streefde de directeur van het mu
seum, de heer H. P. Baard, ernaar dit jaar
deze tentoonstelling in Haaidem te doen
houden, omdat daarmee de geboorte van
deze schilder, 350 jaar geleden, waardig
hei'dacht zou worden.

Deze tentoonstelling eist echter een om
vangrijke voorbereiding, omdat de mede
werking van een groot aantal musea en
kunstverzamelaars, waaronder de Alter-
Pinacothek in München, onontbeerlijk is.
Het is thans vast komen te staan, dat deze
voorbereidingen niet meer tijdig gereed
zullen komen Men heeft thans besloten de
tentoonstelling een jaar uit te stellen. Voor
de herdenking van de geboorte van
Adriaan Brouwer maakt het weinig ver
schil, omdat diens geboortejaar niet precies
vaststaat en ook 1606 geweest kan zijn.

HAARLEM, 24 Januari 1955

ONDERTROUWD: 24 Jan., F. van Son en
B. A. Lindner.

GEHUWD: 24 Jan., N. A. van Kampen en
M. M. de Beer.

BEVALLEN van een zoon: 20 Jan., A. M.
J. Dijkzeul—Kuijk; 22 Jan., M. J. Haverkort
van Wijngaarden; 23 Jan., M. J. Zuidmeer
Kooman; M. W. KubbingaKlein Douwel;
I. E. TimmersFentener van Vlissingen; F.
A. A. Putsvan Blokland; A. G. Beudeker
Sondorp; J. A. Felix—van Leeuwen; 24
Jan., J. M. Schalk—van Zeil.

BEVALLEN van een dochter: 21 Jan., A.
BaxJobse; F. KobsOosterhout; A. Riet
dijkSjoukens; 22 Jan., M. van der Wiel
Hartog; G. H. M. Blyes—Hrppenreys; M.

G. SpoorKoopman; A. Dammersvan
Kampen; 23 Jan.. T. D. Catsburg—Rijneveld;
J. T. M. RijbroekSmits; A. C. A. Joosten
van Dijk: F. J. P. WenningErenst; D. F.
E. JansoniusJoustra; C. J. E. Meijers
Priem; 24 Jan., A. G. M, Gras—Boon; J. van
Kesselvan Zaal: C. A. WesterhuisPrijkel.

OVERLEDEN: 20 Jan., C. A. Brakel—Joor,
87 j„ Zijlvest; M. J. H. Amelung, 78 j.. So-
phiaplein; 21 Jan., G. van Vonno, 75 j.,
Hazepaterslaan; G. Hoogland, 61 j., Hage-
straat; L. J. Brouwer, 54 j., Kamperlaan; 22
Jan.. M. de Geus—Boeré, 79 j.. Zomervaart;

H. Fieman, 2 d., Hagestraat; 23 Jan., A. C.
van Zantenvan Gastel, 69 j., Kijkduin
straat.

In verband met de diefstal van 2 mil
lioen rupiah uit een brandkast van het
kantoor van de Garuda Indonesian Airways
werden 12 personeelsleden, onder wie enkele
hoge functionarissen, die voor het geld ver
antwoordelijk zijn, voor een onderzoek aan
gehouden. Het geld was bestemd voor het
uitbetalen van lonen. De brandkast was niet
geforceerd. Volgens de laatste berichten is
het geld op enige duizenden rupiahs na van
daag achterhaald.

Binnenkort zal IJmuiden een zelf
standige gemeente worden. Tot dusverre
behoorde Je plaats bij Veisen, wat geen
gelukkige samenvoeging is. daar de aard
van deze twee plaatsen zeer verschillend
is. Voor den bloei van IJmuiden is hare
aanstaande zelfstandigheid, waarvoor
reeds verschillende maatregelen gem men
zijn, van groot belang.