Puistjes
mnm
Luisterrijk diner in Rijks
museum besloot drukke dag
Witfe landen
Frisse at
Agenda voor
Haarlem
Instemming in Eerste Kamer
met Parijse accoorden
Amsterdams dagblad-journalist
Pasquino voor rechter
Krachtiger optreden gevraagd tegen
behandeling van arrestanten in Indonesië
Tweede dag van het hoge Zweedse bezoek:
Delft, Den Haag, Rotterdam
Twee jaar geëist tegen
dienstweigeraar
Twintig jaar geleden
stierf Kruyder
WRIGLEY
Verklaring van het ministerie van
buitenlandse zaken te Venezuela
DONDERDAG 28 APRIL 1955
9
Dagvaarding: „Belediging van de Nederlandse politie'
Zweedse kolonie
Rijksmuseum
Huidjes als satijn
Marmeren beeld van prinses
Wilhelmina op Aruba
Vrouw en drie kinderen
in de steek gelaten
heerlijk - verfrissend
De uitwijzing van de heer Vermeulen
De Eerste Kamer heeft gisteren de be
handeling van de begroting van Buiten
landse Zaken en van het wetsontwerp
tot goedkeuring der Parijse accoorden
voortgezet.
De heer Sassen (KVP) sprak woorden
van dankbaarheid en sympathie jegens
Zweden. Hij releveerde daarbij speciaal de
hulp in 1945 en bij de watersnood in 1953
en hoopte de Zweden eerlang nog eens te
kunnen begroeten in Europees verband-
In de Parijse protocollen zag hij een aan
wijzing, dat het Nederlandse grondgebied
in zijn geheel zal worden verdedigd. Voorts
zag hij in de protocollen een versterking
van de NAVO. Uitvoerig ging hij in op de
mogelijkheid tot hereniging van Oost- en
West-Duitsland, waarbij hij stelde dat een
geneutraliseerd Duitsland geen oplossing
zal brengen. Zijn fractie zou stemmen voor
de Parijse accoorden, al gebeurt dit niet
van harte.
Voor de Amerikaanse politiek in Azië
had hij weinig goede woorden over. De
V.S. kunnen niet in een deel van de wereld
onze bondgenoten zijn en in een ander deel
niet, zo was zijn mening. Hij drong er bij
de regering op aan, dat men bij de V.S.
zal opkomen tegen deze onaanvaardbare
tegenstelling.
Komende op de Benelux vroeg hij zich
af of allen die bij het overleg in deze be
trokken zijn wel voldoende doordrongen
zijn van het Europese belang waarom het
ook in de Benelux gaat. Ware dit wel zo,
dan zou men vaak geen kleine moeilijk
heden tot grote bezwaren laten uitgroeien.
De volgende spreker was prof. Scher-
merhorn (P. v. d. A.), die waardering
had voor het beleid der ministers van Bui
tenlandse Zaken. Hij achtte het min of
meer tragisch dat Rusland zelf in de afge
lopen paar maanden aanvaarding der Pa
rijse accoorden aannemelijk heeft gemaakt
door er krachtige argumenten voor aan te
voeren. Het feit dat Rusland thans een
vredesverdrag met Oostenrijk wenst,
spreekt boekdelen, na de chicanes van de
laatste jaren. Rusland houdt in zijn bui
tenlandse politiek alleen maar rekening
met feiten en niet met ficties.
Rusland bedreigt de wereld nu wel niet
met een directe aanvalsoorlog, maar be
drijft een expansiepolitiek die overal pene
treert en dit is in wezen veel gevaarlijker.
Dit land wijkt slechts voor macht. Daarom
hebben wij geen keuze tegenover Rusland,
aldus prof. Schermerhorn.
De herbewapening van West-Duitsland
juichte hij zeker niet van harte toe, maar
hij kon deze bewapening aanvaarden, zij
het uit bittere noodzaak. Duitsland is thans
niet meer dan een kleine provinciale macht
vergeleken bij Rusland en Amerika en
heeft weinig kans tot een wereldmacht uit
te groeien. In de structurele wijziging van
de samenleving der volken ligt zijns inziens
een betere garantie tegen een herleving
van het oude Duitsland dan in de Parijse
accoorden.
Een neutraal Duitsland zou met Oosten
rijk, Zwitserland en Zweden een aantrek
kelijk cordon voor Rusland vormen om
daarachter een militaire macht op te bou
wen. Bovendien brengt opgelegde neutra
liteit het gevaar van een geestelijke labi
liteit mee.
Sterk waarschuwde hij tegen het „lok
aas van een bewapend, neutraal Duits
land", dat Rusland de wereld reeds eerder
heeft voorgehouden.
Hij achtte de Parijse accoorden een
nieuwe stap op de weg naar Europese een
heid. Dit is de weg om te voorkomen dat
West-Duitsland zich verkoopt aan het Rus
sische imperialisme.
Prof. Schermerhorn toonde zich verder
bezorgd over de gevolgen van proef
nemingen met atoomwapens en hij be
treurde het, dat de regering een onder
zoek in deze in de zuiver wetenschap
pelijke sfeer afwijst en het uitsluitend
in de ambtelijke en militaire sfeer wil
houden. Hij vroeg de minister of het
ontkennend antwoord van 't ministerie
in deze het resultaat is van een overleg
tussen de regering en de Koninklijke
Academie van Wetenschappen. Hij had
goede redenen aan te nemen dat dit
niet zo is. Het is thans van het groot
ste belang de realiteitszin van de vol
ken op te wekken en te stoppen met
een struisvogelpolitiek, zo zei hij.
Bandoeng
Over de conferentie in Bandoeng zei prof.
Schermerhorn, dat deze van de allergroot
ste betekenis is en een nieuwe fase in de
geschiedenis in Azië kan inleiden. Hij wees
ADVERTENTIE
op het grote belang van een neutraal India,
dat deze positie overigens dankt aan het
bestaande evenwicht tussen het Westen en
de communistische landen. Daaraan zal
zijns inziens een verzwakking van het
Westen en van de NAVO Nehroe allerminst
welgevallig zijn.
Volgens hem kan ook de Nederlandse
regering veel meer doen op het terrein der
internationale technische hulp. Een Neder
landse bijdrage van 100 millioen achtte
hij dringend gewenst.
De UNO schetste hij als een onvolmaakt
instituut in een wereld van onvolmaakte
mensen. Maar het volmaakte is nu eenmaal
onbereikbaar en daarvan bewust te zijn
kan ons behoeden voor overspannenver
wachtingen.
Indonesië
Jhr. Ruys de Beerenbrouck
(KVP) sprak in hoofdzaak over de ver
houding tot Indonesië. Hij betoogde dat de
Indonesiërs graag op twee paarden willen
rijden en bestaande verdragen niet na
leven. Daarom betreurde hij het dat de
onderhandelingen vorig jaar zijn heropend.
De behandeling van Nederlandse arres
tanten in Indonesië achtte hij onmenselijk
en hij protesteerde er krachtig tegen.
Desnoods zal men een beroep moeten
doen op het wei-eldgeweten.
Ten aanzien van de republiek der Zuid-
Molukken wilde hij niet meedoen aan de
verwachtingen dat uit de actie een vrije
zelfstandige republiek zal ontstaan. Aange
wezen lijkt hem de weg van het streven
naar autonomie binnen Indonesisch staats
verband. Voor de Ambonezen hier te lande
zag hij nog steeds heil in individuele op
lossingen.
„Drie ministers van Buitenlandse Zaken"
Prof. Gerretson (C.H.) was van
mening dat wij eigenlijk drie ministers van
Buitenlandse Zaken hebben, daar hij de
minister-president na Scarborough daar
ook wel bij wilde noemen. Hij ontkende
dat het tot de taak van deze bewindsman
behoort de inzichten van onze buitenlandse
politiek in het buitenland tot gelding te
brengen.
Bezwaren had hij ook tegen te grote ac
tiviteit der ministers op het gebied der
Europese integratie.
Hij vroeg de regering voorts een nadere
definiëring van het begrip „integratie",
zulks „om ons uit de wolken van het illu
sionisme terug te brengen naar de begane
grond van de realiteit."
De regering moet met plannen voor een
Benelux-parlement haar eigen integratie-
ideaal niet blokkeren.
De grondslagen van de beginselen van de
UNO zag hij als oorzaak van het mislukken
dezer organisatie.
Volgens de C.H.-senator zal België
ADVERTENTIE
Zuiver en ontsmet uw huid
met de helder vloeibare
D.D.D. De jeuk bedaart,
de ziektekiemen worden
gedood en de huid geneest.
GENEESMIDDEL TEGEN
HUIDAANDOENINGEN
VLOEISTOF
BALSEM
ZEEP
straks eisen gehoord te worden over de
Nederlandse Delta-plannen en daartegen
waarschuwde hij ten sterkste. Gebeurt dit,
dan is dit het begin van grote ellende, zo
was zijn mening.
Nog eens kwam prof. Gerretson terug op
de conferentie van Scarborough, die hij
„een dramatisch keerpunt in de geschiede
nis der sociaal-democratie" noemde. Deze
zaak is volgens hem ook in het Zweedse
parlement ter sprake gekomen en de han
delingen daarover zou hij ter griffie depo
neren.
Zijn fractie is homogeen in de wens naar
supra-nationale organisatie in Europa en
hoopt, dat de Parijse protocollen daarvoor
de oorsprong mogen vormen, zo zeide hij.
Dat de regeringen daarin echter het recht
krijgen geheime overeenkomsten af te slui
ten betreurde hij echter, al vond hij het
een winstpunt dat de mogelijkheid bestaat
dat het bestaan van deze geheime accoor
den gemeld wordt, waarbij echter de in
houd geheim blijft. Hij zou zijn stem daar
om aan de Parijse accoorden geven.
De heer Algra (A.R.) sprak over
Nieuw-Guinea. In feite ligt zijns inziens de
zaak-Ambon op gelijk vlak als die van
Nieuw-Guinea. Dezelfde argumentatie als
die voor Nieuw-Guinea kan men ten aan
zien van Ambon in de UNO ook gebruiken.
Over het beleid van de regering ten aan
zien van de Nederlandse gevangenen in
Indonesië vroeg hij v/at de regering nu zo
langzamerhand gaat doen buiten het zen
den van nota's. Wat bedoelt de regering als
zij zegt een beroep te willen doen op de
wereldopinie? Zijn er geen andere moge
lijkheden om aan deze onhoudbare toestand
een einde te maken?
De heer K a p t e y n (P. v. d. A.) wijdde
aandacht aan het vraagstuk van de hulp
aan de minder ontwikkelde gebieden van
Zuid-Oost-Europa en bepleitte hulp aan
Griekenland, waar de algemene situatie
ten zeerste verbetering behoeft.
Hij vroeg de minister of deze met zijn
ambtgenoot van Landbouw deze materie
zou willen bestuderen en binnenkort een
plan tot hulpverlening aan Griekenland
zou willen voorleggen.
Prof. Rip (A.R.) vroeg of het mogelijk
is dat de minister nadere inlichtingen geeft
over het overleg in Benelux-verband over
de economische integratie.
Ook hij was van mening dat Griekenland
moet worden geholpen.
De heer Vixseboxse (C.H.) was van
mening dat ondanks oppositie in de grote
mogendheden de integratie onder de Wes
terse landen vordert. Door versterking van
de organisatie van het verdrag van Brussel
bezit de West-Europese Unie een supra
nationaal oi-gaan, al mist zij dan een par
lementair orgaan. Zij kan een leidraad
zijn bij de uitbouw van de NAVO.
De vergadering werd hierna verdaagd
tot heden.
ADVERTENTIE
Verrukkelijke pepermuntsmaak
COLGATE - DE MEEST VERKOCHTE TANDPASTA TER WERELD
De 68-jarige journalist J. H. J. L. uit vangenisstraf eisen. Tot slot requireerde
RUDGE vanaf 178.—
DONDERDAG 28 APRIL
Zuiderkapel, Zuiderstraat: ds. J. Visser, 8
uur. Concertgebouw: Bazar ten bate van de
ontheemden, 10—17.30 en 19—23 uur. Frans
Halsmuseum: Bijzondere avondopenstelling;
vèrlichting met kaarsen, 20—22.30 uur. Roxy:
„Kinderen der liefde", 18 jaar, 8 uur. Luxor:
„De baas in huis", alle leeft., 7 en 9.15 uur.
Rembrandt: „De misstap van een moeder",
18 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Van
meisje tot vrouw". 18 jaar, 7 en 9.15 uur.
Palace: „Paniek in het circus", 18 jaai\ 7 en
9.15 uur. Lido: „Magnificent obsession", 14
jaar, 7 en 9.15 uur. Studio: „Magnificent
obsession", 14 jaar, 7 en 9.15 uur.
VRIJDAG 29 APRIL
Minerva: „Doctor in the house", alle
leeft., 8.15 uur. Studio: „Bastogne", 14 jaar,
2, 6.45 en 9.15 uur. Roxy: „Op glad ijs", alle
leeft., 2.30 uur; „Door liefde onteerd", 18
jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Happy ever
after", alle leeft., 2, 7 en 9.15 uur. Rem
brandt: „The true and the brave", 14 jaar,
2, 4.15. 7 en 9.15 uur. Frans Ilals: „Gevaarlijke
liefde", 18 jaar, 2.30, 7 en 9.15 uur. Palace:
„De prins student", alle leeft., 2, 4.15, 7 en
915 uur. Lido: „Het bed", 18 jaar, 2, 4.15, 7
en 9.15 uur.
Amsterdam, die dagelijks in het dagblad
„De Telegraaf" een kroniek schrijft on
der het pseudoniem „Pasquino", heeft zich
Woensdag voor de rechtbank te Amster
dam moeten verantwoorden voor een arti
kel getiteld „De Schietdiender", dat in dit
dagblad van 2 Februari 1955 van zijn hand
was opgenomen.
De officier van Justitie, mr. A. W. Hol-
steijn, die de heer L. ten laste had gelegd
het zich opzettelijk in beledigende vorm
uitlaten over de Nederlandse politie, al
thans over het openbaar gezag, achtte dit
bewezen en eiste 600 gulden boete, subsi
diair 30 dagen hechtenis.
In het gewraakte stuk kantte de schrij
ver zich tegen ambtenaren van de politie,
indien die van hun vuurwapenen gebruik
zouden maken, wanneer dat niet ter be
veiliging van eigen of andermans leven of
goed geschiedt, doch slechts dient om te
verhinderen, dat een vluchtende misdadi
ger ontkomt. Het artikel was van A tot Z
in de dagvaarding ongenomen.
„Pasquino" voerde als verweer aan, dat
naar zijn mening het stuk niet beledigend
voor de gehele Nederlandse politie was en
dat mocht iemand dit met hem oneens
zijn hij zeker niet de opzet had gehad
het gehele politiecorps te beledigen. „Ik
heb slechts mijn afkeuring willen uitspre
ken over bepaalde ambtenaren van de po
litie, die een te snel gebruik van hun
vuurwapenen maken", zei hij.
Als getuigen a decharge werden de
hoofdredacteur van het dagblad De Tele
graaf, de heer J. J. F. Stokvis, en de chef
van de zetterij gehoord. Beiden bevestig
den, dat de artikelen van „Pasquino" op
de derde pagina volgens voorschrift van de
hoofdredactie slechts dan door de zetterij
mogen worden gezet, wanneer zij het fiat
hebben van de hoodfredacteur. Ook het
gewraakte artikel was voor accoord ge
parafeerd door de hoofdredacteur.
De officier van Justitie achtte in zijn re
quisitoir het opzettelijk schriftelijk bele-
ligen van het openbaar gezag en de politie
bewezen. Mr. Holsteijn zeide te menen, dat
het verweer van „Pasquino" niet opgaat.
Hij citeerde enkele zinnen uit het artikel,
doch voegde er aan toe, dat naar zijn me
ning de strekking van het gehele artikel
beledigend was. Voorts waarschuwde hij
de journalist niet op dezelfde weg voort te
gaan. Hij was reeds eerder voor een arti
kel tot een geldboete veroordeeld. De vol
gende maal zou de officier beslist een ge-
hij een geldboete van f 600,of 30 dagen.
Als raadsman betoogde mr. W. Broer
tjes, dat het Openbaar Ministerie uiterst
voorzichtig diende te zijn met zaken als de
onderhavige, waarbij de persvrijheid is
betrokken en waarbij ditmaal een kundig
journalist van 68 jaar voor de rechter is
gedagvaard en waarbij subjectieve beoor
deling van de vraag of hier nu werkelijk
het openbaar gezag in zijn geheel beledigd
is zich gemakkelijk kan voordoen. Volgens
pleiter waren er van de zijde van de po
litie geen kjachten bij de officier binnen
gekomen, dóch is het de procureur-gene
raal geweest, die opdracht gegeven heeft
om na te gaan of men de schrijver in ver
band met het stuk wegens belediging kon
vervolgen.
Mr. Broertjes zeide voorts: „De zaak
is voor de officier dubbel moeilijk ge
weest, omdat hij geen steun kreeg van een
der hoogste politiefunctionnarissen in Am
sterdam: commissaris Posthuma. Toen de
officier deze commissaris vroeg wat hij van
het artikel dacht, antwoordde deze, dat hij
tegen vervolging was, dat hij er geen aan
leiding in kon zien tot bestraffing en zelfs
niet tot ergernis". Pleiter betoogde, dat nu
dus een vooraanstaand commissaris van
politie zelf zegt, dat het stuk niet beledi
gend is voor de Nederlandse politie, de
officier noch de rechtbank de mening kun
nen huldigen als zou hier belediging on
omstotelijk bewezen zijn.
Pleiter betoogde, dat de hoofdredactie
(en niet „Pasquino" zelf) gezien het
speciale voorschrift van de parafering zij
ner stukken verantwoordelijk is voor
de publicatie en verspreiding, waarvoor
dus „Pasquino" niet veroordeeld kan wor
den, al is hem dit in de dagvaardiging ten
laste gelegd. Aangezien tegen de journalist
geen bepaald feit in deze dagvaarding
wordt omschreven, achtte hij haar nietig.
De verdediger vroeg vrijspraak of ontslag
van rechtsvervolging.
„Pasquino is niet gedisculpeerd door de
paraferings-bepaling", zei de officier in
zijn repliek, „hij blijft aansprakelijk voor
het geschrevene. Ik geloof, dat door een
bestraffing de persvrijheid niet wordt
aangetast. Daarmede wordt slechts bereikt,
dat de toestand verbetert, dat de artikelen
een juistere vorm zullen krijgen".
De rechtbank zal oo 11 Mei a.s. uitspraak
doen.
liet was iedereen, die Woensdagmid
dag het koninklijk bezoek aan het wa
terloopkundig laboratorium te Delft bij
woonde, wei duidelijk dat koning Gu-
staaf VI Adolf van Zweden een bij
zondere belangstelling heeft voor de
proeven, welke in het laboratorium wor
den genomen. Hij liet zich door de
directeur, prof. ir. J. Thijsse, uitvoerig
inlichten en stelde tal van vragen. Daar
uit bleek, dat bij de met het waterloop
kundig laboratorium overeenkomende
instelling in Zweden, het „Vattenbvg-
gnadsinstitutionen" van de Koninklijke
Technische Hogeschool te Stockholm
goed kent. Hij trok dan ook verschei
dene malen een vergelijking.
Precies overeenkomstig het tijd
schema, om tien minuten voor half drie,
arriveerde de koning, koningin Juliana
en prins Bernhard bij het laboratorium,
waar zij werden ontvangen door de
burgemeester van Delft, de heer D. de
Loor, en prof. Thijsse. De koningin was
gekleed in een petrolkleurige zijden ja
pon, bruine bontstola en droeg daarbij
een lichtblauw toque. De koning van
Zweden en prins Bernhard waren beide
in generaalsuniform.
Tijdens het bezoek aan het laboratorium
dat op de inleidende voordracht van prof.
Thijsse in de bestuurskamer volgde, werd
in het bijzonder de aandacht van de hoge
bezoekers gevraagd voor de proeven, welke
betrekking hebben op het Delta-plan. Met
het grote model weden enige demonstraties
gegeven. Eerst werden twee normale eb-
en vloedgetijden nagebootst en daarna een
stormvloed, waarbij de Biesboseh geheel
onder water liep. Wat in werkelijkheid in
een etmaal gebeurt, geschiedt in dit model
in vijf minuten, zodat de hele demon
stratie slechts een kwartier duurde.
Het gehele bezoek duurde ruim een uur.
Om half vier precies nam het hoge gezel
schap afscheid en begaf zich, hartelijk na
gewuifd door de belangstellenden, die zich
in de omgeving van het laboratorium had
den verzameld, naar Den Haag.
De koninklijke auto en do vier volg
auto's arriveerden des middags om 4 uur
voor het gebouw van de Zweedse legatie
aan het Lange Voorhout. Koningin Louise,
die de tocht naar Delft niet had meege
maakt, was reeds vertrokken naar de
Zweedse legatie, na de luisterrijke lunch
ten stadhuize en de ontvangst door het
Haags stadsbestuur. Koningin Juliana en
prins Bernhard namen aan de Zweedse
legatie afscheid van de Zweedse gasten,
om vervolgens naar Amsterdam te ver
trekken.
Reeds om half vier hadden zich vele
honderden in de grote versierde zalen van
„De Witte" verzameld. Alle in Nederland
v/oonachtige Zweden met hun echtgenoten,
alsmede een beperkt aantal Nederlanders,
die een bijzonder aandeel hebben gehad
in de bevordering van de betrekkingen
tussen Zweden en ons land, waren voor
deze samenkomst uitgenodigd. Het Zweedse
vorstenpaar verliet des middags om kwart
over vier de Zweedse legatie aan het
Lange Voorhout, teneinde zich naar „De
Witte" te begeven.
De Zweedse gezant, de heer S. W. Dahl-
man, hield daar een korte welkomstrede,
waarna een driewerf hoera werd aange
heven, dat werd gevolgd door het zingen
van het koningslied. Koning Gustaaf VI
Adolf sprak daarop kort zijn landgenoten
en Nederalndse genodigden toe, waarna
het Zweedse volkslied werd gezongen. De
Zweedse koning en koningin begaven
zich toen onder hun landgenoten. Zij
onderhielden zich met velen op onge
dwongen wijze, belangstellend informe
rend naar hun werkzaamheden in Neder
land, naar hun gezinnen en hun plaatsen
van afkomst in Zweden.
Om 5 uur erlieten de koning en ko
ningin de sociëteit De Witte, op hartelijke
en enthousiaste wijze nagewuifd door de
Zweedse kolonie. Zij arriveerden om kwart
voor zes in Amsterdam aan het paleis op
de Dam.
De voorgevel van het Rijksmuseum te
Amsterdam baadde Donderdagavond in het
felle witte licht van een batterij schijn
werpers en terzijde van de linker-hoofd-
ingang, toaar een brede loper was uitge
legd, stonden twee maréchaussées in cere
monieel tenue met getrokken sabel. Voor
de tweede maal in de geschiedenis van het
museum gaf de regering er een diner aan
gasten van ons koninklijk paar. Het eerste
was ter ere van het bezoek van president
en mevrouw Coty in 1954.
In de imposante eregalerij met aan zveers-
zijden vier kabinetten met Italiaanse,
ADVERTENTIE
De krijgsraad te velde West heeft de 21-
jarige dienstweigeraar D. B. uit Texel ver
oordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf
en ontslag uit de militaire dienst. Beklaag
de had voordat hij onder de wapenen moest
komen èen verzoek ingediend om vrijstel
ling.
Dit was echter na het voorgeschreven
onderzoek afgewezen.
Hij had zich daarna wel aangemeld, doch
geweigerd het uniform en de uitrusting in
ontvangst te nemen. De auditeur-militair
was van oordeel, dat het hierdoor een
kwestie van opzettelijke ongehoorzaam
heid was geworden en requireerde twee
jaar gevangenisstraf en ontslag uit de mi
litaire dienst. De verdediger voerde aan,
dat duidelijk was gebleken, dat beklaagde
niet voor de militaire dienst geschikt was
en pleitte clementie.
Franse, Spaanse en Vlaamse meesters, was
een twintig meter lange tafel gedekt met
18e eeuws damast, serviesgoed (Meissner
porselein) ruim 40 zilveren kandelaars,
voor 62 gasten. De tafel was versierd met
lila voorjaarsbloemen en zeventiende-
eeuwse pronkstukken, drinkbekers van de
gilden. De glimmend gewreven parket
vloer was met antieke Oosterse tapijten
belegd.
Bij het couvert der koninklijke gasten
stonden bijzonder fraaie 17e eeuws'e kel
ken. Het glas van de Zweedse monarch
draagt de inscriptie „De Wellecomst van
onse vrinde" en de afbeelding van een zeil-
glas waaruit onze vorstin dronk draagt tot
de spreuk „Pax Optima Rerum" en een
allegorische voorstelling van Holland. Het
glas waaruit onze Vorstin dronk draagt tot
opschrift „Salus Patriae" en eveneens een
afbeelding van een zeilschip. Op het glas
bij het bord van de Prins staat een steige
rend paard afgebeeld met de woorden
„Aurea Libertas".
Drie grote geelkoperen Hollandse kaar
senkronen met tientallen kaarsen ver
spreidden een zacht en warm licht in de
een vorstelijke aanblik biedende eregalerij.
Gemaskeerd achter groene heesters, tus
sen de beide toegangspoorten aan het eind
van de galerij naar de Nachtwachtzaal, zat
een strijkje van de Marinierskapel, dat
dinermuziek ten gehore bracht.
Kort na acht uur reden de zwart glan
zende hofauto's met de koninklijke stand-
daarden voorop bij de hoofdingang voor.
Een talrijk publiek had zich opgesteld om
de aankomst der gasten gade te slaan. De
andere gasten, leden van het kabinet en
van het corps diplomatique waren reeds
eerder gearriveerd. De koninklijke gasten
werden ontvangen door minister-president
Drees en minister Cals. Voor men aan tafel
ging vertoefde het hoge gezelschap nog
korte tijd in een salon, waar 17e eeuwse
gobelins waren opgehangen en een 18e
eeuws Frans ameublement was geplaatst.
Ook hier hingen fraaie koperen kroonluch
ters.
In de speciaal ingerichte ontvangstsalon
gebruikten de koninklijke gasten met hun
gastheren een aperitif, waarna men zich
naar de eregalerij begaf. Direct aan het
begin van het diner bracht minister-pre
sident dr. Drees een heildronk uit op het
Zweedse vorstenpaar en daarna een toast
op H.M. de Koningin en Z.K.H. de Prins
der Nederlanden. Het strijkje van de mari
nierskapel opende daarop het dinerconcert
met een wals. Aan tafel werden verder
geen toespraken gehouden.
Omstreeks kwart over tien was het diner
ten einde en begaf het Zweedse konings
paar zich naar de schilderijenafdeling,
waar zij werden rondgeleid door jhr.
Roëll. De andere gasten gingen naar de
voorgalerij, die door gordijnen van de ere
galerij was afgescheiden.
Wanneer koningin Juliana in October
een bezoek aan Aruba zal brengen, zahhaar
daar de taak wachten een drie meter hoog
witmarmeren beeld, voorstellende H.K.H.
prinses Wilhelmina, te onthullen.
Het beeld is vervaardigd in Florence
door prof. Arnoldo Lualdi. Het park rond
het beeld, dat aan de boulevard langs de
zeekant komt, zal de naam Wilhelminapark
dragen.
Haarlemse koopman veroordeeld
De Haarlemse rechtbank heeft vanmor
gen een Haarlemse koopman, die zijn ge
wezen vrouw en drie kinderen het nood
zakelijk levensonderhoud had onthouden,
waardoor deze in een hulpeloze toestand
kwamen te verkeren, veroordeeld tot zes
maanden gevangensstraf, waarvan de helft
voorwaardelijk met drie jaar toezicht van
de R.K. reclassering en de andere helft
onvoorwaardelijk.
Op Vrijdag 29 April zal het twintig jaar
geleden zijn dat Herman Kruyder op 54-
jarige leeftijd te Amsterdam overleed. Dat
de naam van deze veelzijdige kunstenaar
voor de Haarlemmers nog te weinig klank
heeft, bewijst het feit dat de onlangs ge
opende tentoonstelling van zijn werken in
het museum „Het Huis Van Looy" de eer
ste week ternauwernood honderd bezoekers
trok. Dit is zeer te betreuren, omdat deze
expositie vóór alles werd georganiseerd ten
behoeve van de Haarlemmers en hen die
in Haarlems omgeving wonen, om dezen te
doen realiseren dat een kunstenaar van
uitzonderlijk formaat ten nauwste verbon
den is met de Spaarnestad en haar Zuide
lijke contreien. In Haarlem was Kruyder
omstreeks 1900 leerling aan de Kunstnij
verheidschool. Van omstreeks 1910 tot 1919
woonde hij hier, daarna domicilie kiezend
in Heemstede (tot 1923) en Bennebroek
(tot 1927).
Reeds thans wordt Kruyder algemeen
erkend als een der grootste kunstenaars
van de moderne tijd. De hevige spannin
gen van zijn geest zijn navoelbaar tot in
de kleinste studies en schetsen, die steeds
groot werden onder zijn nerveuze maar
va_ste hand. Navoelbaar ook in zijn snel
wijzigende visie zoals deze tot uiting komt
in de onderscheidene perioden van zijn
scheppen. De erkenning van een groot kun
stenaar is in haar eerste stadium vaak af
hankelijk van tijdelijk geldende inzichten,
die bepaalde onderdelen van het bewon
derde oeuvre tot een algemeen gangbare
voorkeur dwingen. Dit was onder meer het
geval met het levenswerk van Vincent van
Gogh, door hevige spanningen eveneens
evoluerend in diverse perioden, die samen
vattend plegen te. worden ondergebracht
in diens Hollandse en Franse tijd. Parijs en
Arles zijn begrippen geworden voor perio
den die soms hartstochtelijk boven die van
Don Haag en Nuenen werden verkozen.
En toch: hoe volledig en indrukwekkend
is Van Gogh aanwezig in zijn scheppingen
uit deze perioden! Zó volledig en indruk-
wekkend dat denkbeeldige eliminatie van
het werk uit deze vruchtbare tijd zijn ar
tistieke gestalte onherstelbaar zou aant?~-
ten. Al te- nadrukkelijke voorkeur voerde
tot miskenning van zijn totale productie
en daarmee onherroepelijk van zijn eigen
lijke grootheid.
Soortgelijke voorkeur, in dit geval afhan
kelijk van extremistische tijdverschijnse
len, doet zich ook voor bij de waardering
van Kruyders nalatenschap. Ten aanzien
van diens oeuvre zijn Haarlem, Heemstede
en Bennebroek begrippen geworden, doch
nimmer kwamen deze perioden in de ex
positiezalen tot hun volle recht. De expo
sitie in „Het Huis Van Looy" werd samen
gesteld om de grootheid te tonen, welke
°°k de werken uit dié periode bezitten.
Wij vinden daarin „de volledige Kruyder"
die ons in dit stadium van zijn scheppen
evenzeer boeit en imponeert als in de latere
werken, waaruit als bij Van Gogh de
kreet der wanhoop ons tegenk'WV.
De tentoonstelling, die volleö?"'-->fdsfci$lve
werd aangevuld met karakteristieke voor
beelden uit allervroegste en allerlaatste
perioden, is geopend tot 16 Mei.
H. P. BAARD.
ADVERTENTIE
K&yW
zuivert mond en keel
verhoogt uw werklust
De ambassade van Venezuela in ons land
heeft de volgende verklaring van het mi
nisterie van Buitenlandfee Zaken in Vene
zuela uitgegeven:
„In verband met de situatie, die werd uit
gelokt door de heer A. Vermeulen, lid van
de raad van beheer van het „International
Labour Office" (ILO), die de vijfde bij
eenkomst van de petroleumcommissie in
Caracas bijwoonde, deelt het ministerie van
Buitenlandse Zaken van Venezuela het
volgende mede:
1. De door de heer A. Vermeulen ge
lezen red'evoering in de openingszitting van
de vijfde bijeenkomst der petroleumcom
missie is een vooropgezette d'aad van open
lijke belediging en inmenging in de ooli-
tiek en interne aangelegenheden van Vene
zuela.
2. Het optreden van de heer Vermeulen
maakt deel uit van een plan van groter
draagwijdte, dat er op gericht was de bij
eenkomst der petroleumcommissie te on
dermijnen en ernstige onrust onder de
Venezolaanse vakverbonden te scheppen,
„dit in overleg met verschillende organi
saties. voornamelijk de „Regional Inter-
American Organisation of Workers""(ORIT)
en de „American Federation of Labour"
(AFL).
3. Internationale doctrines en praktij
ken kennen aan iedere redering het recht
toe een buitenlands ambtenaar, d'ie zich
aan handelingen van genoemde aard schul
dig maakt, als ongewenst te beschouwen en
maatregelen te nemen, die wenselijk wor
den geacht, zoals o.a. het stellen van een
termijn voor het verlaten van het betref
fende grondgebied.
4. Gebruikmakende van deze bevoegd
heden heeft de regering van Venezuela aan
de heer A. Vermeulen medegedeeld, dat
hij tot persona non grata was verklaard en
zijn onmiddellijk vertrek van Venezolaanse
bodem werd geëist.
5. De heer Vermeulen vertrok 26 dezer
om half tien des avonds vanuit Maiquetia,
een normale vlucht van een toestel van de
luchthaven van Caracas naar Curacao met
Pan American Airways.
David Morse, de directeur-generaal van
de Internationale Arbeidsorganisatie, heeft
vanuit Genève inlichtingen ingewonnen
naar aanleiding van de uitwijzing van de
heer Vermeulen. De permanente vertegen
woordiger van het Internationaal Verbond
van Vrije Vakverenigingen in Genève,
Hermann Patteet, gaf als z\jn mening te
kennen dat het enige, wat de autoriteiten
van de raad van bestuur van de Interna
tionale Arbeidsorganisatie nu kunnen doen,
is te besluiten dat de conferentie in Cara
cas niet zal worden voortgezet.
De Inter-Amerikaanse Arbeidersorgani
satie te Mexico heeft, naar aanleiding van
de uitwijzing van de heer Vermeulen, alge
hele stopzetting geëist van de plenaire ver
gadering van de petroleumconfei -•tie t*
Caracas, aldus de laatste berichtei