Rotterdams ochtendblad publiceerde
vertrouwelijk rapport over Delta-wet
„Een lusthof als deze kan
enig in Europa zijn"
Sovjet-propaganda richt zich
tot het Britse publiek
Geen belangstelling in Santpoort
voor pianiste en operazanger
Opvoering produktiviteit
in het bloembollenbedrijf
Journalist en ambtenaar voor Haagse rechtbank
Officier: „Deze journalist geeft blijk van een
betreurenswaardige helersmentaliteit'
President acht ambtenaar
door journalist misleid
Griep
Dr. Prinsen opende Linnaeushof:
Vermoedelijk een poging om positie
van de regering te ondermijnen
Bijeenkomst te Hillegom met
als spreker dr. Posthumus Meijes
Onoirbare taakvervulling
Erevelden voor in Duitsland
omgekomen Nederlanders
Staatsschuld in 1955 met
ruim een miljard gedaald
Motorrijder verongelukt
Pepertermijnmarkt geopend
Lof van Commissaris der Koningin voor
„moedig initiatief en hpog cultuurbesef"
V oor mijnpersoneel
3 en 6 percent
Nog vijf jaar opbouw
Enig in Europa
Uitvoer consumptie
aardappelen stopgezet
Moedig initiatief
OEN S DAG 11 APRIL 195 6
Voor de rechtbank te 's-Gravenhage is de zaak behandeld tegen de 26-jarige jour
nalist J. D., die ervan beschuldigd wordt in oktober 1955 een gestencild vertrouwelijk
afschrift van een door het ministerie van Verkeer en Waterstaat aan de Koningin
gericht schrijven, betreffende de Deltawet, te hebben gepubliceerd in een te Rotter
dam verschijnend ochtendblad. Tegelijkertijd werd de zaak behandeld tegen de 43-
jarige archiefbediende W. K. L., werkzaam bij het ministerie van Verkeer en Water
staat, die dit afschrift ter hand had gesteld aan genoemde journalist. L. kende de jour
nalist nog uit de tijd dat deze op het secretariaat en op de afdeling Voorlichting van
het desbetreffende ministerie werkzaam was. Medio oktober vroeg de journalist aan
L. of deze hem misschien aan gegevens kon helpen over het Deltaplan. Hij zou hier
omtrent gaarne een primeur willen hebben, teneinde op deze wijze sneller promotie
te kunnen maken. Toen L. op 26 oktober opdracht kreeg een brief van het ministerie
van Verkeer en Waterstaat aan de Koningin het was een Ontwerpwet betreffende
het Deltaplan op de stencilmachine te vermenigvuldigen, had hij D. hiervan tele
fonisch in kennis gesteld. De volgende dag onmoetten beide mannen elkaar in een
café en bij deze gelegenheid gaf L. het document aan de journalist. Later kreeg hij
het terug. Na overleg met zijn hoofdredactie schreef de journalist hierop een artikel
over het Deltaplan waarin hij het vertrouwelijke document vrijwel geheel overnam.
Tegen de journalist eiste de officier veertien dagen onvoorwaardelijke gevangenis
straf: tegen de ambtenaar een geldboete van veertig gulden.
De president van de rechtbank, mr. Van
Gelein Vitringa, wees er op dat L., die in
tussen als ambtenaar geschorst is, nimmer
met de justitie in aanraking is geweest en
een onberispelijke levenswandel heeft. „U
hebt zich op sleeptouw laten nemen door
D. en deze heeft u op ergerlijke wijze mis
leid", zo verklaarde hij.
De officier van Justitie vroeg zich af of
hier wel sprake is van het afgeven van
geheimen, daar het betreffende stuk op
geen enkele wijze als dusdanig was geken
merkt. L. zou het vertrouwelijke karakter
van het stuk begrepen moeten hebben,
maar van een eenvoudige bode mag niet
a priori worden aangenomen dat hij zelf
het onderscheid kan maken tussen stukken
die wel en die niet een vertrouwelijk ka
rakter dragen. Het is duidelijk dat L.'s
enige bedoeling was de journalist aan een
primeur te helpen. Hoewel de verdachte
zelf erkent schuldig te zijn en inziet ver
keerd te hebben gehandeld vormt dit, al
dus de officier, geen voldoende bewijs om
hem wegens verduistering te veroordelen.
L. heeft geen bijzonder voordeel genoten
van zijn daad en hij is er eigenlijk „inge
lopen". De officier meende dat men in dit
geval kan volstaan met een kleine geld
boete van veertig gulden subsidiair twintig
dagen en een voorwaardelijke straf van
twee maanden met een proeftijd van drie
jaar.
De verdedigster van L., mevr. mr. L. L.
A. van Lokhorst-Vreugdenhil, betoogde
dat er geen bepaling is volgens welke een
ambtenaar geen gegevens aan de pers mag
verstrekken, hoewel dit in het algemeen
door de Voorlichtingsafdeling geschiedt.
Het verstrekken van inlichtingen door
ambtenaren is slechts dan verboden, in
dien deze een geheim karakter dragen. Het
geheime karakter van de stukken in kwes
tie blijkt evenwel uit geen enkele aante
kening hierop. Zij waren eenvoudig van
het secretariaat afkomstig en bij de afgifte
aan L. werd niet verklaard dat zij een ge
heim karakter droegen. L. is maar een een
voudig man en men kan niet van hem ver
wachten dat het vertrouwelijke karakter
tot hem moest zijn doorgedrongen. Ook
zij was van oordeel dat L. het slachtoffer
is geworden van de journalist. Zij vroeg
uiterste clementie voor haar cliënt.
De verdachte, die vervolgens voorkwam,
was van oordeel dat hij slechts rijn taak
ADVERTENTIE
knapt U op
in een ommezien.
als journalist had vervuld.
De president merkte op: „Maar dit is op
een niet oirbare wijze geschied. U had
vooral als gewezen voorlichtingsambtenaar
moeten begrijpen dat u door deze publica
tie L. in moeilijkheden bracht. Ik begrijp
dat een journalist gaarne met primeurs
voor de dag komt, maar het is jammer dat
deze primeurs niet altijd op scrupuleuze
wijze worden verkregen".
D. verdedigde zich door erop te wijzen
dat het journalistieke beroep dikwijls eist
dat men inlichtingen langs omwegen ver
zamelt. „Maar na lezing van het stuk in
De laatste twee erevelden voor Neder
landers die tijdens de laatste wereldoorlog
in Duitsland zijn omgekomen zullen in juli
in gebruik worden genomen.' Op 10 juli zal
de opening van het ereveld te Frankfort
geschieden, op 12 juli die van het ereveld
te Düsseldorp.
Op het herdenkingsveld in Düsseldorp zul
len de stoffelijke resten van ruim 1200 Ne
derlanders worden begraven. De grote ge
denksteen zal de namen dragen van onge
veer 300 slachtoffers, wier lichamen niet
zijn teruggevonden of begraven liggen in
massagraven.
Te Frankfort zullen ongeveer 800 slacht
offers herbegraven worden. Het juiste aan
tal is thans nog niet vast te stellen, omdat
de Oorlogsgravenstichting nog zoekt naar
de stoffelijke resten van slachtoffers uit
Berlijn en Zuid-Duitsland.
In Duitsland zijn reeds erevelden voo'
Nederlanders in Hamburg, Bremen, Lü
beck, Hannover en Osnabrück.
De Oorlogsgravenstichting zal ook in
Frankrijk een ereveld aanleggen.
kwestie had u toch zelf moeten begrijpen
dat dit een vertrouwelijk karakter droeg",
zo merkte de president op. D. antwoordde:
„Ik vond deze primeur niet zo zeer van
belang voor mijzelf alswel voor mijn
krant".
De officier van Justitie achtte het be
treurenswaardig dat D. op het standpunt
staat dat het doel de middelen heiligt. De
verdachte geeft blijk van een betreurens
waardige helersmentaliteit, wanneer hij
zegt dat de verantwoordelijkheid voor deze
zaak bij L. zelf ligt. Het kan niet scherp
genoeg gelaakt worden, wanneer iemand
in het maatschappelijke verkeer van zulk
een mentaliteit blijk geeft". De officier
eiste een onvoorwaardelijke gevangenis
straf van veertien dagen.
De verdediger van D., mr. Mijs, wees er
in zijn pleidooi op dat D. niet doordrongen
is geweest van het vertrouwelijk karakter
van de documenten. D. is journalistiek nog
wat onervaren en de controle door zijn
hoofdredactie op deze wijze is evenwel vol
gens de journalistieke moraal geoorloofd.
Journalisten wensen nu eenmaal voor hun
nieuws niet alleen aangewezen te zijn op
de ambtelijke voorlichtingsinstaties, daar
deze dikwijls onbevredigend werken en al
leen geven wat ze kwijt willen. Ook hij
vroeg uiterste clementie voor zijn cliënt.
De rechtbank zal over veertien dagen uit
spraak doen.
Verschenen is het algemeen verslag van
de stand der staatsschuld op 31 december
1955. In het verslag wordt tevens een over
zicht gegeven van de verschillende ver
richtingen bij het agentschap van het
ministerie van Financiën en de grootboeken
der Nationale Schuld gedurende het afge
lopen jaar. Uit het overzicht van de totaal
stand van de Nationale Schuld (inclusief
de vergoedingen wegens geleden oorlogs
schade en wegens geleden watersnood-
schade) op de ultimo's van 1954 en 1955
blijkt, dat deze in de loop van 1955 is ge
daald met 11.061 miljoen. De stand per
31 december 1955 is f19.688 miljoen. Ex
clusief genoemde vergoedingen beliep de
daling f 245 miljoen.
In Oude Pekela Is de 52-jarige motor
rijder H. xan Dijk uit Nieuwe Pekela in
botsing gekomen met een uit een laan
achteruitrijdende vrachtauto. De motor
rijder is kort na de aanrijding aan zijn
verwondingen overleden.
Na zestien jaren stilstand is dinsdag de
termijnhandel in peper op de Amsterdamse
goederenbeurs en te Rotterdam hervat. De
vijfde termijnmarkt deed hiermee haar in
trede, nadat rubber, cacao, kopra en koffie
reeds aan peper zijn voorafgegaan. Voor de
eerste maal na de oorlog werden de note
ringen, afzonderlijk voor zwarte en witte
peper, onder grote belangstelling vastgesteld
en werden ook reeds zaken gedaan.
Onder grote belangstelling uit binnen- en buitenland is vanmiddag de Linnaeus
hof in Heemstede-Bennebroek officieel geopend door de Commissaris der
Koningin in de provincie Noordholland, dr. M. J. Prinsen. Van de vele gasten,
die deze plechtigheid in „Europa's mooiste tuin" waar krokussen en narcissen
in volle bloei staan en waar vele bomen en struiken reeds met een teergroen
waas van uitbottend lover prijken bijwoonden, noemen wij de Zweedse gezant
in Nederland, Zijne Excellentie S. V. Dahlman, het vrijwel voltallige college
van Gedeputeerden, vele 'burgemeester en wethouders van omliggende gemeenten
en zelfs een drietal vertegenwoordigers van het Sovjet-Russische tuinbouw-
instituut. Het veeltalig gezelschap werd klokke twee uur op het ruime terras,
dat rijkelijk met lentebloemen versierd was, ontvangen door de directeur van
de Linnaeushof, de heer Henry W. Roozen, die zich allereerst tot de Commissaris
der Koningin en mevrouw Prinsen richtte. De Zweedse gezant verwelkomde hij
daarna met een begroetingswoord in diens eigen taal: „Far vi halsa hjartligt val
kommen Svenske ministern i Holland och tacka för vanligheten att vara tillvaro
pa öppningsdagen av Linnaeushof', hetgeen in goed Nederlands niets anders
jeduidt dan: „Wij heten de Zweedse gezant in Nederland hartelijk welkom en
danken hem voor de vriendelijkheid, bij de opening van de Linnaeushof aanwezig
te willen zijn".
(Van onze correspondent in Londen)
In officiële kringen in Londen acht men
het niet uitgesloten dat de kritiek van
Boelganin en Kroesjtsjev ten doel heeft de
positie van de Britse regering te onder
mijnen. Er heerst nieuwe spanning tussen
Moskou en Londen. Sir William Hayter, de
Britse ambassadeur in de Sovjet-Unie, die
vrijdag naar Engeland komt, is ophelde
ring gevraagd over de klaagzangen van de
Sovjet-leiders.
De agitatie schijnt enkele weken geleden
begonnen te zijn door Kroesjtsjev die via
de Sovjet-ambassadeur in Londen, Malik,
de Britse communistische partij verzocht
zou hebben uitnodigingen tot de Sovjet
leiders te richten, voor bezoeken aan
fabrieken, waar de Britse communisten
zekere invloed uitoefenen.
Het was dinsdagavond wederom het be
kende handjevol belangstellenden, dat naar
de Nederlands Hervormde kapel gekomen
was om er een muziekuitvoering onder
auspiciën van de Veiser Kunstkring „Voor
Allen" bij te wonen. Met dit soort concer
ten wil het nog maar steeds niet vlotten.
De belangstelling is ver beneden peil, on
danks de hoogstaande programma's. Het
mistroostige resultaat van dit streven, dat
een betere beloning verdiende, zal wel zijn
dat concerteren in Santpoort tot het ver
leden zal gaan behoren. Men vindt het, ge
zien de kosten dezer uitvoeringen, niet
langer verantwoord. De heer C. Pels, die
de avond inleidde, heeft over dit alles nog
eens zijn teleurstelling uitgesproken.
De optredende musici waren ditkeer
Hélène Hubbeling (piano) en de tenor
Frans Vroons, die hun recital begonnen
met „O cessate" van Alessandro Scarlatti,
de napolitaanse componist, wiens zoon Do-
menico met Handel zeer bevriend was. Deze
Domenico, die in zijn tijd de autoriteit op
het terrein der sonate was (hij schreef er
zo'n slordige zeshonderd), placht zijn com
posities te betitelen als „geestige schertsen
der hogere muziekkunst." De pianosoliste
gaf er twee van ten beste. Voor Hélène
Hubbelings spel heb ik bewondering. Haar
muzikale talent heeft een hoge trap van
ontwikkeling bereikt. Zij mag zich tot de
prominente pianisten van Kennemerland
rekenen. De vertolking van deze streng
klassieke sonates, alsmede van een drietal
Nocturnes van Chopin, waarbij twee pos
tume, bewezen eens te meer dat deze
soliste een musicienne pur sang is. In
Schuberts Impromptu opus 142 kon zij zich
geheel aan de voordracht van de zorgeloze
muzikale opwellingen van de componist
geven, die veertien dezer kostelijke im
provisaties onder de inspiratie van het
ogenblik schreef en daarmee de muziek-
littaratuur met een schat aan lyriek ver
rijkte.
Hélène Hubbeling heeft ongetwijfeld een
ieder wederom weten te boeien door haar
gaaf spel en de fraaie aanslag. De acoustiek
van de kapel was haar niet altijd gunstig
gezind: de lege ruimte resoneerde vrij
sterk, zodat het geluid van de piano zowel
als de menselijke stem ongewoon luid door
kwamen. Frans Vroons, gewend aan een
grote zaal, zong met een fors geluid. Hij
bespeelde" zijn stem voortreffelijk. Grote
waardering had ik voor de cyclus „Dichter-
liebe" van Robert Schumann, welke de
componist in 1840, het jaar van zijn huwe
lijk met Clara Wieck, schreef. De roman
tiek beleefde toen haar hoogtepunt. Prompt
wijdde Schumann een werk aan „de onge
lukkige liefde" hoewel de componist
zich een zeer gelukkig man gevoelde....
Vroons droeg de bekentenissen van de
naïve held der „Dichterliebe" boeiend voor.
De pianiste deed haar partij leven door een
flonkerende begeleiding.
Daarna heeft de zanger zich in het genre
laten horen waardoor hij bekendheid ver
kregen heeft: de opera. Fragmenten uit
Euryanthe, Manon, Carmen, Hoffmann's
vertellingen, De Vrijschutter en De bruiloft
van Figaro deden de enkele bezoekers de
lege zaal vergeten. Hij heeft met gloed ge
zongen van hetgeen Don José, Desgrieux,
Adolar en hoe zij allen mochten heten on
sterfelijk gemaakt heeft.
Het was een belangwekkende uitvoering,
die hedenavond in het gebouw aan de
Dijckmanstraat te Velsen-Noord herhaald
wordt. A. J. VAN DER WEIJDEN
Prompt, zo onthult de diplomatieke cor
respondent van de Daily Mail, sti-oomden
brieven en briefkaarten naar de Sovjet
ambassade. Deze brieven werden vervol
gens „ontdekt" door de Tass-correspondent
in Londen.
De Moskouse Prawda en de Britse com
munistische pers beweerden dat gewone
arbeiders, voornamelijk uit Wales en langs
de rivier de Clyde (centrum van de Schotse
scheepsbouw) Boelganin en Kroesjtsjev
wilden ontmoeten. Boelganin en Kroesjtsjev
lieten tegenover Tass het protest horen,
dat de Britse regering hen dwars zat. Vol
gens de Britse communisten past de Britse
regering fascistische methoden toe om te
verhinderen dat de Britse massa's uiting
geven aan hun solidariteit met de Russi
sche leiders.
Vlagvertoon
Om nog meer aandacht te trekken zou
den Boelganin en Kroesjtsjev hebben ver
zocht met een oorlogsschip de Theems te
mogen opvaren in plaats van in Portsmouth
te landen. Dit verzoek werd afgewezen.
Het gewezen Lagerhuislid John Platt Mills,
een bekende communistische meeloper,
schreef in de Prawda, dat zekere kringen
in Engeland gekant waren tegen nauw
contact tussen de Sovjetleiders en de Britse
bevolking. Hij gewaagde ook van een
nieuwe golf van vriendschappelijke gevoe
lens ten opzichte van de Sovjet-gasten.
Boelganin en Kroesjtsjev willen zich ken
nelijk over regering en pers heen recht
streeks tot het Britse publiek wenden en
op die manier verwarring zaaien. Men
vindt dit wel naïef, maar een dergelijke
taktiek heeft elders, met name in Frankrijk
succes gehad. In elk geval heeft de Rus
sische agitatie een schaduw over het
komende bezoek geworpen. De sfeer voor
de besprekingen met Eden is er niet op
verbeterd.
Zoons
(AFP) Behalve de zoon van partijsecre
taris Kroesjtsjev blijkt ook een zoon van
de eerste vice-premier Anastas Mikojan
mee naar Engeland te komen. De Russen
hebben een visum aangevraagd voor de
35-jarige Stepan Mikojan, een vliegenier,
die met negen andere Sovjet-piloten ge
durende het Sovjetbezoek de luchtverbin-
ding tussen Londen en Moskou zal onder
houden.
De Mijnindustrieraad zal de mijnonder
nemingen verzoeken over 1955 een uitke
ring te doen van drie percent van het loon
of salaris.
Voorts besloot de raad in beginsel de lo
nen en salarissen met zes percent te ver
hogen.
Ook de drie Russen werden in hun eigen
landstaal welkom geheten, waarna de heer
Roozen in het kort nog eens de historische
achtergrond van de Linnaeushof voor zijn
gasten ontvouwde. „Nu, ruim twee eeuwen
nadat Linnaeus hier werkte en een jaar
voor de 250ste geboortedag van de Zweedse
bloemenkoning, is een gedeelte van dit
mooie buiten door particulier initiatie!
weer herschapen in een bloemenparadijs.
waarin van voor- tot najaar het beste dat
de kwekers voortbrengen in een natuur
lijke aanpassing aan het bosterrein tot bloei
wordt gebracht.
De heer Roozen herinnerde voorts aan de
bijna onoverkomelijke moeilijkheden, hier
aan verbonden; moeilijkheden die alleen te
overwinnen waren door het idealisme,
enthousiasme en doorzettingsvermogen van
allen die aan de Linnaeushof verbonden
zijn. „Natuurlijk is er nog heel veel te doen
om de oude roem van wat eens „Europa s
mooiste tuin" heette, te herstellen, zo ver
volgde hij, „en om dit te realiseren zullen
nog vijf jaar nodig zijn."
Hij wees er tenslotte op dat de Linnaeus
hof door zijn centrale ligging vlak bij d"
grote steden, de cultuurgebieden en hel
Noordzeestrand bij uitstek geschikt is on
uit te groeien tot een cultureel en toeris
tisch wereld-evenement en eindigde met de
wens, dat hier in de komende jaren dui
zenden zullen kunnen genieten VAh de
wondere scheppingen der natuur.
Vervolgens begaf het gezelschap zich
naar de doorkijk een groot gazon in het
centrum van de Linnaeushof, omzoomd
door prachtige bosschages, waar een vlieg
tuig om iets voor halfdrie een parachute
zou afwerpen met een boodschap van het
Zweedse gezantschap voor de Commissaris
der Koningin. Na deze missive uit handen
van een charmante Linnaeushof-informa-
trice ontvangen te hebben, zal dr. Prinsen
de officiële openingsrede uitspreken, waar
in hij herinnert aan Linnaeus' werk in de
Hartekamp, waarvan de huidige Linnaeus
hof als „Hortus Cliffortianus" het deel uit
maakte, dat in die tijd reeds de reputatie
van „Europa's mooiste tuin" verwierf.
„Ik breng deze enkele gegevens over Lin
naeus naar voren," aldus de Commissaris,
„om ons er aan te herinneren, dat wij hier
op historische bodem staan met bijzondere
verplichtingen tegenover het verleden.
Daarnaast staat dan onze verantwoorde
lijkheid tegenover het heden.
De Linnaeushof toch behoort tot de he
laas niet meer omvangrijkg rest van het
oude heuvelachtige bosgebied tussen bollen
streek en de meer en meer dichtbevolkte
wereld van Haarlem en Heemstede. Het
behoud van het natuurschoon in dit gebied
van de „Buitens langs de duinvoet", dat op
de voorlopige lijst van Natuurgebieden
staat, is een nationaal belang.
Ik stel er prijs op, te verklaren, dat de
organisatoren van Linnaeushof, nadat zij
op hun meldingsplicht voor het uitvoeren
van werken in deze gebieden waren gewe
zen, hun volle medewerking hebben ver
leend om, in nauw overleg met de Provin
ciale Planologische Dienst, in overeenstem
ming met de historische betekenis en de
hedendaagse waarde als natuurschoon van
deze terreinen hun plannen te ontwerpen.
Wij juichen het toe, dat bij een erkend
landschapsarchitect als de heer Warnau
blijvend de supervisie over de aanleg zal
berusten. Moge hij de verantwoordelijk-
In de zaal van Treslong in Hillegom wa
ren dinsdagavond velen bijeen, toen de
voorzitter van de Koninklijke Algemene
Vereniging voor Bloembollencultuur, jhr.
dr. O. F. A. H. van Nispen tot Pannerden,
dr. P. Th. Posthumus Meyes inleidde. Hij
merkte op, dat de produktiekosten van
bloembollen o.a. door de Ioonronden in het
aanstaande jaar met 20"/« zullen stijgen.
Dit zal moeten worden doorberekend en
daarom is rationalisatie noodzakelijk.
Dr. Posthumus Meyes verklaarde eerst
wat produktiviteit was, namelijk alles wat
tussen de grondstoffen en het resultaat ligt
en om deze produktiviteit op te voeren
dient men alles zo handig in te richten
dat er meer wordt gepresteerd met even
veel of minder moeite. De grote impuls tot
oprichting van de Contactgroep Opvoering
Produktiviteit is uit Amerika gekomen.
Na de oorlog zijn duizenden reizen naar
de Verenigde Staten gemaakt, dank zij de
Marshallhulp eo daar heeft men verwon
derlijke staaltjes van handigheid gezien.
In 1950 is de contactgroep opgericht en die
gaat propaganda maken in de Nederlandse
bedrijven.
Alleen door opvoering van de produk
tiviteit kan de levensstandaard worden
verbeterd. Als lonen en grondstoffenprijzen
stijgen dient er een veiligheidsklep te zijn
om de prijzen laag te houden. Dit kan al
leen door handiger dan op het ogenblik te
werken, met als resultaten: meer, beter,
goedkoper.
In het bijzonder memoreerde dr. Posthu
mus Meyes, dat opvoering van de produk
tiviteit niet alleen voor de industrie is,
maar ook mogelijk is in de land- en tuin
bouw. Op het gebied van de organisatie,
administratie en op sociaal terrein liggen
ook mogelijkheden.
Dank zij de groei kon de COP decentrali
seren. Het is het overkoepelend orgaan
voor de contactgroepen die in plaatsen en
gewesten zijn ontstaan. Zo zal in Haarlem
op 20 april een nijverheidsdag worden ge
houden onder leiding van de Kamer van
Koophandel aldaar. Dit is de veertiende
die in Nederland wordt gehouden en men
heeft er overal veel succes mee geboekt.
Na zulke dagen ontstaan er altijd groepen
die met elkaar samenwerken. Bij dit werk
steunt het Nederlands Instituut voor Effi
ciency (NiVe) alle pogingen. De COP heeft
ook contact met dergelijke organisaties in
het buitenland. Men houdt elkaar zeer goed
op de hoogte. Daarna volgde de eigenlijke
bespreking over de opvoering van de pro
duktiviteit, waarin dr. Posthumus Meyes
opmerkte, dat dit heus niet lag in het aan
schaffen van dure machines. Neen, men
dient het bedrijf zo rustig mogelijk te be
zien, afstand te nemen van het verleden
en zijn eigen werk. Men dient zijn bedrijf
te analyseren en zich af te vragen of het
niet handiger kan, of men de technische
ontwikkeling bijgehouden heeft. Men dient
de tips van de werknemers nooit te ver
geten omdat deze zo bijzonder waardevol
kunnen zijn. Men mag niet bedrijfsblind
zijn en net zo scherp het bedrijf in de
gaten houden als grootvader en vader, die
ook hun tijd bijhielden, dat hebben gedaan.
Dr. Posthumus Meyes besprak het be
staan van de TNO, de organisatie voor
Toegepast Wetenschappelijk Onderzoek,
dat tegenwoordig overkropt is met werk.
Men dient de jaarbeurzen te bezoeken om
te zien of er verbeteringen zijn, die in het
eigen bedrijf kunnen worden gebruikt om
meer, beter en goedkoper te produceren.
Eveneens dient men zijn administratie in
orde te hebben, op de maand, opdat deze
de lekken in het bedrijf toont. Als de
kosten ooit klemmen dan doen ze het nu!
Dr. Posthumus Meyes vroeg of het ge
weldige sortiment van de exporteurs wel
verantwoord was. Heeft de koopman in de
ondernemer voldoende kostenbesef? Wordt
het onderwijs voldoende gebaseerd op de
dagelijkse gang van zaken in het bedrijf?
Is het aantal reizigers wel verantwoord?
Heeft men er wel eens over gedacht een
onderzoek te laten instellen naar bijvoor
beeld conservering van het riet waarmede
de velden bedekt worden? Staan de stel
lingen in de schuren wel goed? Is de ar-
beidsgang in de pakkerij niet te lang?
Heeft men al eens met anderen overlegd
hoe men die enorme arbeidspieken in het
exportseizoen zou kunnen veranderen?
Opvoering der produktiviteit fs een
kwestie van gezond verstand en samen
werking. Geen kastjes, geen schotjes, geen
geheimzinnigheid en dan kan men ook
maatregelen beramen om de arbeiders
meer naar de eigen branche te trekken.
Want ze rennen niet alleen voor het geld
naar de industrie, ze verlangen ook com
fort, zoals een ieder die verlangt.
Dr. Posthumus Meyes zeide zich niet te
kunnen onttrekken aan de gedachte, dat
er veel geld wegvloeit door gebrek aan
samenwerking. Het bloembollenbedrijf
staat cultuurtechnisch op een hoog peil,
maar doet het kostenbesef dat ook? De
natuur is niet te beïnvloeden, maar het
werk wel en daarom moet er een Produk-
tiviteitscentrum Bloembollenstreek komen.
Er zullen stoere kerels nodig zijn om dit
werk aan te pakken, die zich niet door
teleurstellingen laten ontmoedigen, stapje
voor stapje zal men voorwaarts moeten
gaan, naar meer welvaart, dank zij op
voering der produktiviteit.
Daarna sprak de heer Keijzer ven de
Contactgroep Zuid-Holland over de wijze
waarop deze groepen ontstaan. Ze moeten
beginnen in klein verband en kunnen dan
verder uitgroeien.
Met ingang van vandaag worden geen
nieuwe machtigingen voor de export van
consumptieaardappelen verleend. Het ligt
in de bedoeling na 21 april de export op
vergunningen die eerder zijn afgegeven
niet meer toe te staan. Dit heeft het mi
nisterie van Landbouw, Visserij en Voed
selvoorziening meegedeeld. Hoewel de
aardappelvoorraden, die in ons land aan
wezig zijn, nog ruim voldoende zijn om de
behoefte van de Nederlandse bevolking te
dekken, wil de minister voorkomen dat
door een te grote uitvoer de voorziening
van het eigen land in gevaar zou komen.
Het uitvoerverbod geldt voor alle voor
consumptie geschikte aardappelen met uit
zondering van pootaardappelen.
heid, die tegenover verleden en toekomst
hier op hem rust, verstaan.
Het is gemakkelijk genoeg dit prachtige
terrein vol te stoppen met bloemen en sier
gewassen. Het is echter een grote kunst
deze expositie van producten van Neder
landse bloemen-, potplanten-, boom- en
siergewaskwekers als hoedanig deze hof
is bedoeld, zodanig tussen het geboomte
van dit historische bos aan te leggen, dat
het bijzondere karakter van dit buiten zo
veel mogelijk bewaard blijft. Een tuin als
deze kan inderdaad enig in Europa zijn,
omdat men hier de combinatie zal kunnen
aantreffen van kwekerskunst in een land
schap zoals men alleen aan de duinvoet
van Nederland zal vinden.
Ik meen dat wij aan de leiding van deze
permanente demonstratietuin en tentoon
stelling het compliment niet mogen ont
houden voor de moed op deze historische
grond en met herinnering aan wat eens
Europa's mooiste tuin werd genoemd, hier
de Linnaeushof te stichten. Naast het par
ticulier belang dat hiermede gediend wordt
en waarbij naar een brede wijze van sa
menwerking tussen de verschillende belang
hebbende groepen zal moeten worden ge
streefd, wordt het algemeen belang hier
bevorderd. Deze lusthof kan voor het
vreemdelingenverkeer in deze provincie
van grote betekenis worden.
Ik meen het vertrouwen te mogen uit
spreken, dat de directie van Linnaeushof
zich ook in de toekomst bewust zal blijven
van de verantwoordelijke taak, die zij bij
de exploitatie van deze terreinen op haar
schouders neemt. Doet zij dit, dan ben ik
overtuigd dat wij hier opnieuw de kans
hebben, dat men van Linnaeushof als
Europa's mooiste tuin zal spreken. Echter
ook alleen dan zal naar mijn mening com
mercieel deze exploitatie mogelijk blijven.
Zou men beneden de maat blijven, dan zou
Charmante informatrices in leuke uni
formpjes leiden de bezoekers rond. Hun
dienstverlening gaat zelfs zo ver, dat zij
hun gasten te midden van de bloemen met
diens film- of fototoestellen vereeuwigen.
daarmede misschien wel tijdelijk gewin,
maar geen blijvend voordeel worden be
haald.
Ik ben overtuigd, dat de leiding van Lin
naeushof deze aan haar doel zal willen
doen beantwoorden en spreek daarom van
harte de hoop en de verwachting uit, dat
haar streven met een uitbundig succes be
kroond zal worden. Om de eerste stap
daartoe te kunnen zetten, verklaar ik hier
bij de Linnaeushof voor geopend.
Een vlucht klapwiekende postduiven zal
vervolgens het nieuws van de opening van
de Linnaeushof naar alle windstreken uit
dragen. Met het spelen van het Wilhelmus
en het Zweedse volkslied en het verzenden
van bloemgroeten eindigt, het officiële ge
deelte van de openingsplechtigheid. Een
rondgang over het expositieterrein en een
receptie besluiten de dag.
Antwoord aan de Keukenhof
Op een persconferentie, voorafgaande
aan de officiële opening, heeft de heer li.
A. J. van Duren, adjunct-directeur van de
Linnaeushof, onder meer verklaard:
„Met belangstelling hebben wij de uit
eenzetting van de heer Van Waveren van
de Keukenhof, 's wereld belangrijkste ex
positie op het gebied van bolbloemen, ge
lezen.
Wij menen echter te mogen betwijfelen
of onze landschapsarchitect de heer War
nau de heer Van Waveren als leermeester
zonder meer zou willen aanvaarden. Om
duidelijk te zijn menen wij te mogen zeg
gen, dat het karakter van onze Linnaeushof
zo verschilt van dat van de Keukenhof, dat
de vergelijkbaarheid niet aanwezig is.
De beantwoording van de vraag welke
vorm mooier is, laten wij gaarne en in alle
gemoedsrust over aan onze bezoekers."