Kredietverlening door Herstel bank ook in 1955 toegenomen K 77 SNELPON sttefetë: re/toes''*^dBucEtvv™ met melk meer mans Ambonese militairen op Nieuw Guinea gevangen genomen? Tante Aggie houdt vol Sinds de oprichting is een bedrag van f 1 miljard overschreden 4 Effecten- en A Conjunctuur-beschouwing Geldmarkt van de Herstelbank Heringa Wuthrich Bezoek van Luxemburgse en Belgische oorlogs invaliden Prijzen van Cannes Loonsverhogingen in binnenbeurtvaart Vragen van prof. Gerbrandy Effecten-koerswinsten niet onder inkomstenbelasting Meer Nederlandse melk voor Amerikaanse militairen FEUILLETON door Doris Miles Disney ZATERDAG 12 MEI 1956 Als er één ding is dat thans in het mid den van de publieke belangstelling staat, is het wel de conjunctuur, waarbij ten slotte ieder is betrokken. De hervatte koersstijging op de New Yorkse en de Amsterdamse beurs, met name voor de aandelen van de grote en middelgrote concerns, staat uiteraard ook niet los van de toekomstige conjunctuurontwikkeling en wat hierover van deskundige zijde wordt gezegd en geschreven is daarom de volle aandacht waard. Vergissen wij ons niet, dan heeft de directie van de Herstelbank in haar deze week gepubliceerd jaar verslag een zeer belangwekkende bijdrage geleverd tot de omschrijving van de veler lei factoren, welke de ontwikkeling van de conjunctuur bepalen en wij menen daarom goed te doen aan de indringende beschou wingen over dit onderwerp ditmaal iets te ontlenen. Helaas is ook de directie van de Herstel bank niet bij machte een positieve con junctuurprognose te geven. Zij koestert in tegendeel terecht twijfel of het mogelijk is de internationale conjunctuur of die van een bepaald land te voorspellen. Ook de gedurende de laatste jaren op de voorgrond getreden zogenaamde actieve conjunctuur- politiek van de overheid, met name die in ons kleine land, mag in dit opzicht niet worden overschat, omdat een volkshuis houding meer is dan een mechaniek van onpersoonlijke, onderling afhankelijke eco nomische betrekkingen. Deze betrekkingen worden immers mede bepaald door de ge dragingen van de levende mens met zijn beperkt inzicht, zijn subjectieve rationali teit en zijn bij tijd en wijle vaak sterk sprekende emotionele inslag. Bovendien leeft deze mens in groepsverbanden, waar door zijn inzichten invloed ondergaan van massa-psychologische wisselwerkingen. De actieve conjunctuurpolitiek wordt in de moderne volkshuishouding in ernstige mate belemmerd door verstarringsverschijnselen. Naarmata de techniek voortschrijdt, wordt in de produktie meer kapitaal per produkt- eenheid geïnvesteerd en vermindert de be weeglijkheid van de economie. Zo krijgt de loonsom voor de bedrijven steeds meer het karakter van vaste kosten, welke slechts kunnen stijgen en hetzelfde geldt van de overheidsuitgaven, terwijl voorts kartellering, zij het in geringere mate, een verstarrende invloed op de conjunctuur uit oefent. Daar komt bij dat de Nederlandse con junctuur in zeer sterke mate afhankelijk is van de conjunctuur in de voornaamste landen, waarmee wij in economische be trekking staan. In geval van een ernstige terugslag buiten onze grenzen zal de arm slag, welke onze overheid heeft, dan ook kleiner zijn dan velen vermoeden en de actieve conjunctuurpolitiek van de over heid zal dan geheel op het defensieve vlak komen te liggen. Ingeval van een buiten sporige hausse is het, gezien de verweven heid met de internationale conjunctuur eveneens twijfelachtig of een actieve con junctuurpolitiek van de overheid veel ef fect zal hebben. Het afremmen van een hoogconjunctuur, waarvan de haard bijna altijd buiten onze grenzen ligt, stuit al on middellijk op psychologisch verzet. Want zij betekent voor velen het verlies van goede kansen en de directie van de Her stelbank meent dan ook op het gevaar te moeten wijzen dat verbonden kan zijn aan maatregelen, welke de conjunctuur pogen af te remmen. Men herinnert zich dat ook wij, toen genoemde maatregelen in ons land werden genomen, op dat gevaar de aandacht hebben gevestigd. Zij kunnen tot gevolg hebben dat het investeringselan van de particuliere ondernemers wordt gebro ken, hetgeen aan de structurele ontwiKKe- ling ernstig afbreuk zou doen. Het kan zeer lang duren alvorens dit elan is her steld. En het is van groot belang dat de in vesteringsactiviteit, zo lang zij niet tot ont wrichting leidt, haar vaart blijft behouden. Enige risico, zo zegt de directie van de Her stelbank, moet men ter wille van dit be lang durven aanvaarden. De vraag of in 3955 in de particuliere sector niet te veel werd geïnvesteerd, wordt door de directie van de Herstelbank dan ook ontkennend beantwoord. Men dient in het oog te houden dat de techniek in de landen, waarmee wij moeten concur reren, zich in snel tempo ontwikkelt,'het geen de ondernemingen hier te lande dwingt tot voortdurende modernisering van haar produktie-appraat. Bijgevolg moet er in onze volkshuishouding meer worden ge ïnvesteerd dan nog voor kort werd ge raamd. In dit verband wordt er op gewezen dat voor de groei van onze economie de activi teit van echte ondernemersfiguren van on schatbare betekenis is. Deze persoonlijk heden, die initiatief nemen en de uitvoe ring daarvan tot een goed einde weten te brengen, zijn van nature de gangmakers van het expansieproces. In elke bevolking blijkt dit karaktertype dun gezaaid. De echte ondernemer wordt door scheppings drift, eerzucht, verlangen naar avontuur en veelal in laatste aanleg door geldelijk ge win gedreven. Hij brengt een dynamisch element in zijn bedrijf, hij weet het steeds weer aan te passen bij voortdurend ver anderende omstandigheden. Het is zijn werkkracht, maar vooral zijn vindingrijk heid en doorzettingsvermogen, welke zijn onderneming een voorsprong in de mede dinging verschaffen. Geen enkele kleine onderneming kan tot wasdom komen, wan neer de ondernemer niet in vele opzichten aan dit type beantwoordt. Ook in de grote onderneming blijkt dat voornamelijk per soonlijk scheppingsvermogen en de per soonlijke stuwkracht niet kunnen worden ontbeerd. Kunnen de hier bedoelde dyna mische persoonlijkheden zich niet ont plooien, dan is dit een factor temeer, die de verstarring van onze economie in de hand werkt. Voor de groei van onze econo mie is het van groot belang dat de takken van nijverheid, welke hier te lande tot bloei kwamen, behouden blijven en zo mogelijk worden uitgebreid. Hier liggen ongetwijfeld nog kansen, want het is niet aannemelijk dat vele van de omstandigheden waarin deze bedrijfstakken bleken te gedijen, zich spoedig ten ongunste zullen keren. Zolang de conjunctuur in ons land gun stig blijft en de structurele ontwikkeling mede daardoor goede vorderingen maakt, dreigt echter het gevaar van verslapping van de energie, welke nodig is om juist in deze tijd goede kansen ten volle aan te grijpen. Verblind door de gunstige toestand van het ogenblik is men licht geneigd de zware taak, welke wij in structureel op- zich nog voor de boeg hebben, te veel uit het oog te verliezen. De kansen voor de structurele ontwikkeling kunnen betrekke lijk snel slechter worden. Verscheidene oorzaken van technische en economische aard dreigen het groeiproces reeds thans te vertragen, zodat het geenszins uitge sloten is dat in dit opzicht onze volkshuis houding in de eerstvolgende jaren in een kritiek stadium komt. Men diene er daar om Voor te waken dat bij velen de bereid heid mede te werken aan de ontplooiing van onze' economie wordt verdrongen door de zorg voor een rechtvaardig geacht aan deel in het nationaal inkomen. Of, zoals wij het vroeger al eens hebben gezegd, de welvaartsverdeling mag niet aan de wel vaartsbevordering in de weg staan. Hier wordt ook aan de overheid een ernstige vingerwijzing gegeven, terwijl voorts, wat de financiering van de nood zakelijke bedrijfsexpansie aangaat, ge wezen wordt op de toenemende behoefte aan middelen, vooral bij de kleine en mid delgrote ondernemingen, welke haar finan cieringsstructuur moeten herzien. Ook op deze plaats hebben wij voor de financie ringsmoeilijkheden van de kleinere onder nemingen meer dan eens aandacht ge vraagd. Het geldt hier niet in de laatste plaats de zogenaamde besloten vennoot schappen, die gedwongen worden buiten eigen kring bedrijfsmiddelen aan te trek ken en die met een herleving van de Wet Herkapitalisatie 1951 zeer zouden zijn ge baat, gelijk wij de vorige week aan de hand van het verslag van de Nederlandse Particuliere Mij nog eens hebben beklem toond. Wat nu de conjunctuur in het algemeen betreft, de internationale conjunctuur dus, het verloop daarvan laat zich niet in posi tieve zin voorspellen. Zij wordt niet uit sluitend door een samenspel van econo mische factoren bepaald, maar tal van politieke gebeurtenissen en psychologische factoren oefenen er grote invloed op uit. Afgezien hiervan is het van belang te ver nemen dat de directie van de Herstelbank niet vasthoudt aan het cyclische karakter van het conjunctuurverloop. De feitelijke ontwikkeling heeft duidelijk uitgewezen dat het klassieke beeld van het conjunc tuurverloop is vergruisd. Men dient hierbij te bedenken dat in de loop van de jaren de structurele en institutionele gegevens, waar binnen zich het proces van de con junctuurontwikkeling afspeelt, diepgaand is gewijzigd. Het is dus zeker niet zo dat de economische theorie tot een sorrmere prognose van de conjunctuur op korte ter mijn dwingt. Men dient in dit verband te bedenken dat al vallen bepaalde stutten, waarop de conjunctuur thans rust, weg, de kans bestaat dat in de plaats daarvan inmiddels gewijzigde omstandigheden de conjunctuur voldoende steun bieden om haar voor een inzinking te behoeden. Bij de analyse van de stand van de conjunctuur wordt dit niet zelden over het hoofd ge zien. In een door tal van oorzaken dyna mische wereld als de onze is het bijkans ondoenlijk zich bij voorbaat rekenschap te geven van de wijzigingen in deze vele om standigheden, zelfs niet op korte termijn. Men loopt daardoor voortdurend de kans een toekomstige stut voor de bestendiging van de bestaande hoogconjunctuur niet op te merken. Het falen van verschillende prognoses in de laatste jaren (men denke aan de verwachte, maar tot dusver uitge bleven ernstige depressie in de V.S.) is ten dele toe te schrijven aan bedoelde onmoge lijkheid nieuwe omstandigheden te voor spellen, die als het ware de hoogconjunc tuur verder dragen. Met het voorgaande wil de directie van de Herstelbank allerminst betogen dat de mogelijkheid van een depressie in de na bije toekomst uitgesloten is, alleen maar dat zij er aan twijfelt of voorspellingen dienaangaande mogelijk zijn. Zowel de pur-sang-optimistén als de aartspessimisten vinden in deze beschou wingen van de Herstelbank de correctieven voor een eenzijdige beoordeling van het toekomstig conjunctuurverloop, welke al leen reeds in psychologisch opzicht schade lijk is. ADVERTENTIE PubtfVofle Nederfpnd» Zulv»lbur«au. G»av©nhagn NEEM PER MAN DRIEKWART KAN J2J (Van onze financiële medewerker) Toen na de oorlog aan de financiering van het Nederlandse bedrijfsleven in vele gevallen bijzondere risico's waren verbon den, is de „Maatschappij tot Financiering van het Nationaal Herstel" in oktober 1945 opgericht met een kapitaal van f 300 miljoen, waarvan f 151 miljoen (aandelen A) door de staat werden genomen, terwijl de f 149 miljoen aandelen B deels bij de staat, deels bij de rijksfondsen; deels bij de grote banken en het beleggend publiek werden geplaatst. De aandelen B zijn preferent voor 3y2 percent dividend, dat door de staat wordt gegarandeerd. Op meer hebben zij geen recht. Zij zijn op de Amsterdamse beurs officieel genoteerd en zijn voor naamloze vennootschappen, coöperatieve verenigin gen en stichtingen, wat het dividend be treft vrij van vennootschapsbelasting. Ook in het tiende boekjaar, afgesloten eind 1955, is de kredietportefeuille verder toegenomen. In 1955 werd voor f 139 mil joen aan nieuwe contracten afgesloten, waardoor het totaal van de sedert de op richting gecontracteerde kredieten het be drag van f 1 miljard heeft overschreden. Van deze kredieten stond eind 1955 nog f 520 miljoen uit, waarvan f 349 miljoen was opgenomen. De toeneming van het be drag der kredieten had in 1955 voorname lijk betrekking op de chemische nijverheid en de bedrijfstak verkeer. Wat de laatste betreft, deze zijn vrijwel geheel ten goede gekomen aan de metaalnijverheid en wel in het bijzonder aan de scheepsbouw. Voor eigen risico werd een krediet van f 30 mil joen verstrekt aan de Holland Amerika Lijn voor de bouw van de „Rotterdam", benevens een krediet van f 20 miljoen voor hetzelfde doel op grond van artikel 71 van de Wet op de Materiële Oorlogsschade. Van het door de contractanten opgeno men bedrag ad f 349 miljoen was f 52.3 miljoen in hoofdsom uitgezet onder ga rantie van het rijk. De exploitatierekening over 1955 sluit met een batig saldo van f 14.7 miljoen, waarvan f 4.4 miljoen aan de reserve voor debiteuren wordt toegevoegd, 31/2 percent op de preferente aandelen wordt uitge keerd en 2 percent (f3 miljoen) op de aan delen A, in handen van de staat. Het to taal van de reserves is thans tot f 49 mii- KREDIETEN AAN HET BEDRIJFSLEVEN ADVERTENTIE Haarlem CENTRALE VERWARMING JOHNSON OLIEBRANDERS Joen gestegen, waarvan 9y2 miljoen vol doende wordt geacht om zichtbare tegen vallers op te vangen, zodat f 39V2 miljoen mag worden beschouwd als reserve tegen onvoorziene risico's. Blijkens het uitvoerig verslag van de directie ontmoette de financiering van het bedrijfsleven in het afgelopen jaar geen bijzondere moeilijkheden. Het is echter te voorzien, dat zich een toenemende behoef te aan middelen zal voordoen, vooral bij de kleine en middelgrote ondernemingen. Vele van haar zullen haar financierings structuur moeten herzien, in welk licht door de directie een herleving van de Wet op de Herkapitalisatie 1951 wordt bepleit. Het verslag bevat als gewoonlijk een algemene beschouwing over de Nederland se industriële ontwikkeling, waarbij in het bijzonder aandacht wordt geschonken aan de hoogconjunctuur, de spanning op de ar beidsmarkt en tal van andere facetten van het economische leven, welke voor de be oordeling van het perspectief van de Ne derlandse economie van betekenis zijn. Van maandag tot en met woensdag zul len een vijftigtal Belgische en een twintig tal Luxemburgse oorlogsinvaliden als gast van de stichting MOVEO een bezoek bren gen aan ons land. Het gezelschap komt op 14 mei te Til burg bijeen, waar deputaties van Belgi sche, Luxemburgse en Nederlandse oor logsinvaliden kransen zullen leggen bij het monument van de brigade Prinses Irene. Daarna reizen de oorlogsinvaliden naar 's-Hertogenbosch. waar zij worden ontvangen door B. en W. Na een Brabant se koffiemaaltijd in de raadskelder, aan geboden door het gemeentebestuur, ver trekken zij naar Apeldoorn, waar zij bij het paleis Het Loo zullen defileren voor Prinses Wilhelmina. Daarna geven motor rijders van de marechaussee in de Koning Willem III-kazerne te Apeldoorn demon straties voor hen. Zij worden daarna door B. en W. ontvangen in hotel Nieland, waar ook een cabaretavond wordt aangeboden. Zij overnachten te Apeldoorn. Dinsdag wordt het gezelschap op het ge meentehuis te Hilversum ontvangen. Ver volgens gaan de oorlogsinvaliden naar de NCRV-studio, waar zij een opname bijwo nen en de World Veterans Federation hun een lunch aanbiedt. In de namiddag wor den zij op de ambassades van België en Luxemburg in Den Haag ontvangen, 's Avonds volgt een officieel diner in de Witte Sociëteit te 's-Gravenhage. Zij over nachten in Noordwijk aan Zee. Woensdag bezoeken zij de Keukenhof te Lisse. Daarna ontvangen B. en W. van Hillegom hen in restaurant Treslong, waai de afscheidslunch plaats heeft. De Franse documentaire film „Le monde du silence" (..Wereld der stilte") heeft de grote prijs van het filmfestival te Cannes gewonnen. De film is gemaakt door de Franse onderzee-onderzoeker majoor Jac ques Cousteau. De Amerikaanse actrice Susan Hayward kreeg de prijs voor de beste vrouwelijke rol in de filrp „I'll cry tomorrow". Zij is hierin een vrouw, die aan de drank ver slaafd is geraakt. De prijs voor de beste produktie viel ten deel aan de Russische film „Othello", ge maakt door Serge Yoekewitsj. De speciale prijs van de jury is voor de Franse film „Het mysterie Picasso", ge maakt, door Henri Georges Clouzot. De Zweedse film „Glimlachjes van een zomernacht" ontving de prijs voor de poë zie en humor. De prijs voor het menselijkste document kwam toe aan de Indische film „Pather Pantsjali" (Ballade van de weg). De hoogste technische commissie van de Franse filmindustrie kende prijzen toe voor de technische kwaliteiten van films. De winnaars zijn: Brazilië voor de prach tige kleurenfotografie in „Onder de hemel van Bahia" en Zuid-Slavië voor de zwart wit fotografie in „Zwarte golven". De jury voor documentaires verleende haar grote prijs aan „De rode ballon", een Franse film over de avonturen van een jongetje in de straten van Parijs. Er is thans ook overeenstemming bereikt over de loonsverhoging in het binnenbeurt- vaartbedirijf. Alle lonen zullen met 5 per cent worden verhoogd. Voor chauffeurs en schippers op plaatselijke bestel- en afhaal- diensten is het gróndloon 1,per week hoger dan dat van de walwerker. De ver hoging voor overwerk voor het varend personeel wordt gebracht van 10 op 20 percent, terwijl de toeslag voor ongunstige uren van 11 op 15 cent, van 27 op 40 cent en van 53 op 75 cent per uur wordt ge bracht. De vakantie wordt uitgebreid van 12 tot 15 dagen. In de nieuwe regeling is een vakantietoeslag van 4 percent opgenomen, waarvan de uitbetaling echter in twee ter mijnen kan geschieden. De jengdloonregeling is aangepast aan de percentages, die thans in het bedrijfs leven algemeen gebruikelijk zijn. Boeboema, op moeders arm, vertelde alles, wat hij had meegemaaktVan de kano, die wegdreef, van de grote zee en van het schip, waar hij aan boord genomen was. En vooral van die aardige matroos Joep, die zo goed voor hem gezorgd had. En moeder vertelde, hoe ze allemaal in ongerustheid over Boeboema hadden gezeten en hoe ze naar hem gezocht hadden. Maar die avond, toen Boeboema weer rustig op zijn eigen slaapmatje lag, beloofde hij, nooit meer in een kano te klimmen! EINDE!!!! Het Tweede Kamerlid prof. Gerbrandy (AR) heeft aan de ministers van Buiten landse Zaken en van Overzeese Rijksdelen de volgende vragen gesteld: Is het juist, dat enige tijd geleden een bijzondere missie, uitgezonden door de waarnemende president van de republiek der Zuid-Molukken op Ceram, door Neder lands toedoen op Nieuw-Guinea is gestrand en dat leden dezer missie, Ambonese offi cieren, zijn weggevoerd? „Vijf van de zes officieren van de repu bliek der Zuid-Molukken, die enkele we ken geleden per prauw van Ceram naar Nederlands Nieuw-Guinea overstaken en door de politie werden gearresteerd, zijn op last van de Nederlandse regering uit het bewaringskamp in Hollandia verwijderd en onder zware bewaking met onbekende bestemming weggevoerd. De vijf officieren weigerden namelijk de hun voorgelegde aanvraag tot asiel te tekenen, waarna de bestuursautoriteiten in overleg met de regering in Den Haag be sloten de Ambonese militairen, onder wie enkele leden van het voormalige KNIL, in strenge afzondering elders op Nieuw- Guinea gevangen te zetten. De geheihie documenten, die de officieren van Ceram hadden meegenomen, en de brieven, die zij bij zich hadden voor de Nederlandse gouverneur en de leden van de Zuidmolukse vertegenwoordiging in het buitenland, zijn door de centrale recherche in Hollandia in beslag genomen. Een van de leden van deze militaire missie, de luitenant Busahari, is voor een operatie in Hollandia achtergebleven. Tij dens gevechten met de TNI-troepen in Piroe op Ceram was hij door een schot in het dijbeen getroffen, welke wond door ge brek aan voldoende medische middelen op Ceram nooit genas. De missie, die is uitgezonden door de waarnemende president van de republiek der Zuid-Molukken, mr. dr. Chr. Soumokil, heeft haar weigering om asiel te vragen gegrond op de reden, dat de leden onder danen zijn van een soevereine staat, die krachtens de RTC door Nederland erkend dient te worden en waardoor zij als zo- ADVERTENTIE danig vrije doortocht dienen te genieten naar Nederland en Amerika, het doel van hun missie." Indien deze lezing van het gebeurde niet geheel juist of onvolledig is, kunnen dan de ministers mededelen wat precies heeft plaats gevonden, zo vraagt prof. Ger brandy. Voorts vraagt hij wie het initiatief heeft genomen en wie de verantwoordelijk heid draagt voor de beslissing die tot het vasthouden van de leden der missie heeft geleid en op welke grond dat rechtens is geschied? Het bestuur van de Vereeniging voor den Effectenhandel deelt mede, dat een dele gatie van de Vereeniging op 13 april een audiëntie heeft gehad met de staatssecre taris van Financiën. Hierbij is de heffing van inkomstenbelasting op gerealiseerde koerswinsten op effecten ter sprake ge bracht. Het bestuur heeft de stellige verze kering van de staatssecretaris ontvangen, dat hij geen enkele aanwijzing aan de ambtenaren van de belastingdienst heeft gegeven om gerealiseerde koerswinsten op effecten onder de inkomstenbelasting te brengen en dat het ook niet de bedoeling is de normale effectentransacties in de sfeer van de inkomstenbelasting te betrek ken. Sinds de afschaffing in 1953 van de speculatiewinst, is de onder kracht van de wet Inkomstenbelasting 1914 geldende toe stand herleefd. In deze toestand wil de staatssecretaris geen verandering brengen. Het ligt derhalve niet in de bedoeling van de staatssecretaris op enigerlei wijze te zoeken naar, of uitbreiding te geven aan gevallen waarin koerswinsten op effecten worden belast. Bijna zes jaar achtereen worden grote hoeveelheden Nederlandse melk dagelijks afgeleverd, bestemd voor in Europa, ge legerde Amerikaanse militairen. Met in gang van 1 juli zal een nog belangrijk groter hoeveelheid, namelijk zestien mil joen liter melk en melkprodukten in het tweede halfjaar 1956 worden afgeleverd. De gehele levering zal, verpakt in papier, worden verzorgd door een melkfabriek te Dordrecht. Met deze -levering is een bedrag van ongeveer tien miljoen gulden aan de viezen gemoeid. 19) Het verhaal besloot: Zal Duncan Laven der ooit te weten komen, wat er met zijn zoon gebeurde? Of zal hij de dood ingaan met een tevergeefs gefluisterd „Robert" op de lippen? Aggie pinkte een traan weg. „Dit is het meest trieste verhaal, dat ik sinds lang heb gelezen", zei ze tot zichzelf. „Die arme oude man, helemaal alleen in zijn rolstoel Wie zorgt er voor hem, wie maakt zijn eten klaar?" Maar dat is waarhij heeft véél geld, er zal personeel in overvloed zijn! Toch is het een stakker. Te oordelen naar het jeugdige uiterlijk van Robert Lavender op de foto in het tijd schrift, was deze genomen in de tijd, dat Robert nog student was. Het was een knap gezicht, met zware donkere wenkbrauwen, een enigszins -'-•ope mond en kin, en don- <er naar achter gekamd haar. Aggie be keek de foto aandachtig. Aan wie deed dit gezicht haar denken? Waren het de mond en de kin, die haar aan iemand herinnerde? Ze bedekte het bovenste gedeelte van de foto en 'concentreerde zich op de onderste helft. Néé, daar lag de gelijkenis niet. Toen ze echter de onderkant van het gezicht bedekte en het bovendeel bestudeerde, schoot er opeens een trilling van opwin ding door haar heen. Die zware wenk brauwen.... dié waren 't! O ja zeker, en die ogen ook!". Die zijn precies als bij meneer Lovejoy", mompelde ze. Ze be keek vervolgens het héle gezicht en zag nog méér gelijkenis met meneer Lovejoy. „Zó zou meneer Lovejoy er 29 jaar ge leden heel goed uitgezien kunnen hebben", dacht ze met toenemende verwondering en opwinding. „Richard Lovejoy.... Robert Lavender. Dezelfde voorletters! Mensen veranderden soms hun naam, maar hiel den dezelfde voorletters aan". Ze voelde zich diep geschokt door haar ontdekking. Ik moet het Kate dadelijk gaan vertellen", mompelde ze, terwijl ze haar dekens terugsloeg. Haastig trok ze een peignor aan en slipte in haar pan toffels. Met het tijdschrift in de hand hol de ze de trap af naar Kate's kamer. „Kate, Kate, kijk eens even, wat zeg je hiérvan?" riep ze uit, de kamer binnenstormend. „Hè, wat is er aan de hand?" Kate schrok overeind en knipperde in het felle licht, dat Aggie had aangedraaid. Aggie hield haar het tijdschrift voor en gaf Kate haar bril erbij aan. „Aan wié doet deze foto je denken?" vroeg Aggie, één en al agitatie. „Je moet goéd kijken! Ik zelf kreeg een rilling van opwinding, toen de gelijkenis tot mij doordrong". Kate keek niet naar de foto, maar staar de haar zuster verontwaardigd aan. „Heb je mij heus wakker gemaakt om naar een foto in dat waanzin-tijdschrift van jou te kijken?" vroeg ze op boze toon. „Maar kijk dan toch, Kate! Kijk, voor dat je verder iets zegt!" drong Aggie aan. Fronsend richtte Kate haar blik op de foto van Robert Lavender en las enkele regels van het artikel. „Wel, wat wil je ermee?" vroeg ze. „Doet deze foto je niet aan iemand den ken?" „Nee, aan niemand". Aggie boog zich voorover en bedekte met haar hand het onderste deel van het gezicht. „Kijk eens naar die wenkbrauwen, Kate! Precies meneer Lovejoy! Ik zag het onmiddellijk toen ik de mond en de kin met mijn hand bedekte en alleen naar de bovenste helft van het gezicht keek. Zó moet hij eruit gezien hebben, toen hij jong was. De voorletters kloppen ook precies. Kate, hij moét de verdwenen Robert La- vender zijn!" Aggie's stem was hees van opwinding. „Zie je het zelf ook niet?" „Nee, ik zie het niet", antwoordde Kate nuchter. „Je bent stapelgek, Aggie! Neem dat tijdschrift mee en kruip in bed!" Ze duwde haar zuster het blad in handen en zette haar bril af. „Leg mijn bril weer op het bureau, wil je?" voegde ze eraan toe. Aggie, die zich hier niet bij neerleggen wilde, hield aan: „Maar je hebt niet echt goed gekeken! 't Zijn niet alléén die wenk brauwen, 't is „Die wenkbrauwen!" riep Kate uit. „Als je jou hoort, zou je denken dat zware don kere wenkbrauwen iets bijzonders zijn bij een man! Een massa mannen hebben zulke wenkbrauwen. Cornelis bijvoorbeeld en meneer Hale, die hier woont, en verder. „Maar het zijn niet alléén die wenk brauwen. 't ls het hele gezicht, als je goed kijkt. En die voorletters^ Kate, Robert La- vender en Richard Lovejoy!" Aggie, legde Kate's bril weer op het bureautje en stond besluiteloos in het mid den van de kamer. Ze hield het tijdschrift tegen zich aangekneld, als was ze bang, dat Kate het haar zou afnemen. „Begrijp je het niet? Meneer Lovejoy was natuurlijk Robert Lavender en...." „Als hij Robert Lavender was, waarom ging hij dan niet naar huis en maakte zich bekend, om als een rijk man verder te leven?", zei Kate. „Waarom hing hij hier rond om een baantje te zoeken? Dat idee van jou is het bespottelij_kste, dat ik in jaren heb gehoord. Ga terug naar je bed en tracht te slapen! „Maar er kan toch een reden zijn ge weest, Kate, waarom hij niet naar huis terug kón gaan!" zei Aggie koppig. „Mis schien is iemand daar achter gekomen en werd hij in verband daarmee vermoord. „Aggie, houd alsjeblieft op!" riep Kate, thans werkelijk boos wordend, uit. ,,'t Is bijna middernacht en jij loopt daar in je nachtjapon door het huis met een dergelijk dwaas denkbeeld, 't Wordt tijd, dat Teresa thuis komt. Ik vraag me af, waarom ze zo laat is". „Iemand, die wist, dat hij Robert La- vender was, heeft hem vermoord", mom pelde Aggie, nog steeds volhardend. „Moet ik je absoluut eigenhandig de ka mer uitgooien?" riep Kate vol veront waardiging, ten einde raad uit. „Wind je maar niet op, ik ga al", zei Aggie." „Als je dan weigert een waarheid te zien, die je voor je neus hebtZe draaide zich om en liep naar de deur, ter wijl Kate weer onder de dekens kroop. Terug in haar eigen kamer, staarde Ag gie nogmaals gefascineerd .naar de foto. Wat Kate ook mocht beweren, voor haar stond het vast, dat meneer Lovejoy Robert Lavender was. Waarom hij gedurende al die jaren niet naar huis was teruggekeerd, was natuurlijk een groot raadsel. Had hij misschien een vijand gehad, voor wie hij zich verborgen wilde houden en van wiens bestaan niemand anders iets afwist? En had deze hem tenslotte te pakken ge kregen? Aggie schudde haar hoofd. Nee, dat was niet mogelijk. De moordenaar zou niet 29 jaar gewacht hebben! Aggie bleef op de rand van haar bed zitten piekeren. Terwijl ze zo zat, hoorde ze opeens een auto voor het huis stoppen en na enkele ogenblikken werd de voor deur geopend en weer gesloten. Teresa was thuisgekomen. Even overwoog Aggie, of ze naar beneden zou gaan om haar nichtje ook van haar denkbeelden op de hoogte te stellen, maar toen ze de deur van haar kamer opendeed en beneden in de hal stemmen hoorde, zag ze hiervan af. Kate scheen nog wakker le zijn en haar boosheid over Aggie's gedrag tegenover Teresa te luchten. Er was thans dus geen gelegenheid om rustig even met haaar nichtje te praten. Ze draaide het licht uit en kroop in bed. En terwijl ze met open ogen in het donker lag te staren, kwam er opeens een andere mogelijkheid in haar op: meneer Lovejoy voor haér bleef hij die naam behouden, ondanks het feit dat hij eigenlijk Robert Lavender zou heten zou niet door een oude vijand vermoord zijn, maar door iemand die onlangs pas ontdekt had, wie hij éigenlijk was. Misschien had meneer Lovejoy het hem zélf verteld in een ver trouwelijk gesprek bij een borrel. De moordenaar was de brandtrap opgeklom men, had meneer Lovejoy met een of an der zwaar voorwerp op zijn achterhoofd geslagen en hem vervolgens uit het raam gegooid, waar hij op de trap naar de kelder de dood vond.... Vandaar, dat er geen gil geslaakt werd tijdens de val: meneer Lovejoy was bewusteloos geweest Waarschijnlijk was het nu de bedoeling van de moordenaar om enige tijd te wach ten en dan naar de oude, eenzame vader van Robert Lavender te gaan, om te zeg gen, dat hij de verloren zoon en enige erf genaam was! (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1956 | | pagina 6