Kredietverlening door Herstel
bank ook in 1955 toegenomen
K 77 SNELPON sttefetë: re/toes''*^dBucEtvv™
met melk meer mans
Ambonese militairen op Nieuw
Guinea gevangen genomen?
Tante Aggie
houdt vol
Sinds de oprichting is een bedrag
van f 1 miljard overschreden
4
Effecten- en A Conjunctuur-beschouwing
Geldmarkt van de Herstelbank
Heringa Wuthrich
Bezoek van Luxemburgse
en Belgische oorlogs
invaliden
Prijzen van Cannes
Loonsverhogingen in
binnenbeurtvaart
Vragen van prof.
Gerbrandy
Effecten-koerswinsten niet
onder inkomstenbelasting
Meer Nederlandse melk
voor Amerikaanse
militairen
FEUILLETON
door Doris Miles Disney
ZATERDAG 12 MEI 1956
Als er één ding is dat thans in het mid
den van de publieke belangstelling staat,
is het wel de conjunctuur, waarbij ten
slotte ieder is betrokken. De hervatte
koersstijging op de New Yorkse en de
Amsterdamse beurs, met name voor de
aandelen van de grote en middelgrote
concerns, staat uiteraard ook niet los van
de toekomstige conjunctuurontwikkeling en
wat hierover van deskundige zijde wordt
gezegd en geschreven is daarom de volle
aandacht waard. Vergissen wij ons niet,
dan heeft de directie van de Herstelbank
in haar deze week gepubliceerd jaar
verslag een zeer belangwekkende bijdrage
geleverd tot de omschrijving van de veler
lei factoren, welke de ontwikkeling van de
conjunctuur bepalen en wij menen daarom
goed te doen aan de indringende beschou
wingen over dit onderwerp ditmaal iets te
ontlenen.
Helaas is ook de directie van de Herstel
bank niet bij machte een positieve con
junctuurprognose te geven. Zij koestert in
tegendeel terecht twijfel of het mogelijk
is de internationale conjunctuur of die van
een bepaald land te voorspellen. Ook de
gedurende de laatste jaren op de voorgrond
getreden zogenaamde actieve conjunctuur-
politiek van de overheid, met name die in
ons kleine land, mag in dit opzicht niet
worden overschat, omdat een volkshuis
houding meer is dan een mechaniek van
onpersoonlijke, onderling afhankelijke eco
nomische betrekkingen. Deze betrekkingen
worden immers mede bepaald door de ge
dragingen van de levende mens met zijn
beperkt inzicht, zijn subjectieve rationali
teit en zijn bij tijd en wijle vaak sterk
sprekende emotionele inslag. Bovendien
leeft deze mens in groepsverbanden, waar
door zijn inzichten invloed ondergaan van
massa-psychologische wisselwerkingen. De
actieve conjunctuurpolitiek wordt in de
moderne volkshuishouding in ernstige mate
belemmerd door verstarringsverschijnselen.
Naarmata de techniek voortschrijdt, wordt
in de produktie meer kapitaal per produkt-
eenheid geïnvesteerd en vermindert de be
weeglijkheid van de economie. Zo krijgt
de loonsom voor de bedrijven steeds meer
het karakter van vaste kosten, welke
slechts kunnen stijgen en hetzelfde geldt
van de overheidsuitgaven, terwijl voorts
kartellering, zij het in geringere mate, een
verstarrende invloed op de conjunctuur uit
oefent.
Daar komt bij dat de Nederlandse con
junctuur in zeer sterke mate afhankelijk
is van de conjunctuur in de voornaamste
landen, waarmee wij in economische be
trekking staan. In geval van een ernstige
terugslag buiten onze grenzen zal de arm
slag, welke onze overheid heeft, dan ook
kleiner zijn dan velen vermoeden en de
actieve conjunctuurpolitiek van de over
heid zal dan geheel op het defensieve vlak
komen te liggen. Ingeval van een buiten
sporige hausse is het, gezien de verweven
heid met de internationale conjunctuur
eveneens twijfelachtig of een actieve con
junctuurpolitiek van de overheid veel ef
fect zal hebben. Het afremmen van een
hoogconjunctuur, waarvan de haard bijna
altijd buiten onze grenzen ligt, stuit al on
middellijk op psychologisch verzet. Want
zij betekent voor velen het verlies van
goede kansen en de directie van de Her
stelbank meent dan ook op het gevaar te
moeten wijzen dat verbonden kan zijn aan
maatregelen, welke de conjunctuur pogen
af te remmen. Men herinnert zich dat ook
wij, toen genoemde maatregelen in ons
land werden genomen, op dat gevaar de
aandacht hebben gevestigd. Zij kunnen tot
gevolg hebben dat het investeringselan van
de particuliere ondernemers wordt gebro
ken, hetgeen aan de structurele ontwiKKe-
ling ernstig afbreuk zou doen. Het kan
zeer lang duren alvorens dit elan is her
steld. En het is van groot belang dat de in
vesteringsactiviteit, zo lang zij niet tot ont
wrichting leidt, haar vaart blijft behouden.
Enige risico, zo zegt de directie van de Her
stelbank, moet men ter wille van dit be
lang durven aanvaarden.
De vraag of in 3955 in de particuliere
sector niet te veel werd geïnvesteerd,
wordt door de directie van de Herstelbank
dan ook ontkennend beantwoord. Men
dient in het oog te houden dat de techniek
in de landen, waarmee wij moeten concur
reren, zich in snel tempo ontwikkelt,'het
geen de ondernemingen hier te lande
dwingt tot voortdurende modernisering van
haar produktie-appraat. Bijgevolg moet er
in onze volkshuishouding meer worden ge
ïnvesteerd dan nog voor kort werd ge
raamd.
In dit verband wordt er op gewezen dat
voor de groei van onze economie de activi
teit van echte ondernemersfiguren van on
schatbare betekenis is. Deze persoonlijk
heden, die initiatief nemen en de uitvoe
ring daarvan tot een goed einde weten te
brengen, zijn van nature de gangmakers
van het expansieproces. In elke bevolking
blijkt dit karaktertype dun gezaaid. De
echte ondernemer wordt door scheppings
drift, eerzucht, verlangen naar avontuur en
veelal in laatste aanleg door geldelijk ge
win gedreven. Hij brengt een dynamisch
element in zijn bedrijf, hij weet het steeds
weer aan te passen bij voortdurend ver
anderende omstandigheden. Het is zijn
werkkracht, maar vooral zijn vindingrijk
heid en doorzettingsvermogen, welke zijn
onderneming een voorsprong in de mede
dinging verschaffen. Geen enkele kleine
onderneming kan tot wasdom komen, wan
neer de ondernemer niet in vele opzichten
aan dit type beantwoordt. Ook in de grote
onderneming blijkt dat voornamelijk per
soonlijk scheppingsvermogen en de per
soonlijke stuwkracht niet kunnen worden
ontbeerd. Kunnen de hier bedoelde dyna
mische persoonlijkheden zich niet ont
plooien, dan is dit een factor temeer, die
de verstarring van onze economie in de
hand werkt. Voor de groei van onze econo
mie is het van groot belang dat de takken
van nijverheid, welke hier te lande tot bloei
kwamen, behouden blijven en zo mogelijk
worden uitgebreid. Hier liggen ongetwijfeld
nog kansen, want het is niet aannemelijk
dat vele van de omstandigheden waarin
deze bedrijfstakken bleken te gedijen, zich
spoedig ten ongunste zullen keren.
Zolang de conjunctuur in ons land gun
stig blijft en de structurele ontwikkeling
mede daardoor goede vorderingen maakt,
dreigt echter het gevaar van verslapping
van de energie, welke nodig is om juist
in deze tijd goede kansen ten volle aan te
grijpen. Verblind door de gunstige toestand
van het ogenblik is men licht geneigd de
zware taak, welke wij in structureel op-
zich nog voor de boeg hebben, te veel uit
het oog te verliezen. De kansen voor de
structurele ontwikkeling kunnen betrekke
lijk snel slechter worden. Verscheidene
oorzaken van technische en economische
aard dreigen het groeiproces reeds thans
te vertragen, zodat het geenszins uitge
sloten is dat in dit opzicht onze volkshuis
houding in de eerstvolgende jaren in een
kritiek stadium komt. Men diene er daar
om Voor te waken dat bij velen de bereid
heid mede te werken aan de ontplooiing
van onze' economie wordt verdrongen door
de zorg voor een rechtvaardig geacht aan
deel in het nationaal inkomen. Of, zoals
wij het vroeger al eens hebben gezegd, de
welvaartsverdeling mag niet aan de wel
vaartsbevordering in de weg staan.
Hier wordt ook aan de overheid een
ernstige vingerwijzing gegeven, terwijl
voorts, wat de financiering van de nood
zakelijke bedrijfsexpansie aangaat, ge
wezen wordt op de toenemende behoefte
aan middelen, vooral bij de kleine en mid
delgrote ondernemingen, welke haar finan
cieringsstructuur moeten herzien. Ook op
deze plaats hebben wij voor de financie
ringsmoeilijkheden van de kleinere onder
nemingen meer dan eens aandacht ge
vraagd. Het geldt hier niet in de laatste
plaats de zogenaamde besloten vennoot
schappen, die gedwongen worden buiten
eigen kring bedrijfsmiddelen aan te trek
ken en die met een herleving van de Wet
Herkapitalisatie 1951 zeer zouden zijn ge
baat, gelijk wij de vorige week aan de
hand van het verslag van de Nederlandse
Particuliere Mij nog eens hebben beklem
toond.
Wat nu de conjunctuur in het algemeen
betreft, de internationale conjunctuur dus,
het verloop daarvan laat zich niet in posi
tieve zin voorspellen. Zij wordt niet uit
sluitend door een samenspel van econo
mische factoren bepaald, maar tal van
politieke gebeurtenissen en psychologische
factoren oefenen er grote invloed op uit.
Afgezien hiervan is het van belang te ver
nemen dat de directie van de Herstelbank
niet vasthoudt aan het cyclische karakter
van het conjunctuurverloop. De feitelijke
ontwikkeling heeft duidelijk uitgewezen
dat het klassieke beeld van het conjunc
tuurverloop is vergruisd. Men dient hierbij
te bedenken dat in de loop van de jaren de
structurele en institutionele gegevens,
waar binnen zich het proces van de con
junctuurontwikkeling afspeelt, diepgaand
is gewijzigd. Het is dus zeker niet zo dat
de economische theorie tot een sorrmere
prognose van de conjunctuur op korte ter
mijn dwingt. Men dient in dit verband te
bedenken dat al vallen bepaalde stutten,
waarop de conjunctuur thans rust, weg,
de kans bestaat dat in de plaats daarvan
inmiddels gewijzigde omstandigheden de
conjunctuur voldoende steun bieden om
haar voor een inzinking te behoeden. Bij
de analyse van de stand van de conjunctuur
wordt dit niet zelden over het hoofd ge
zien. In een door tal van oorzaken dyna
mische wereld als de onze is het bijkans
ondoenlijk zich bij voorbaat rekenschap te
geven van de wijzigingen in deze vele om
standigheden, zelfs niet op korte termijn.
Men loopt daardoor voortdurend de kans
een toekomstige stut voor de bestendiging
van de bestaande hoogconjunctuur niet op
te merken. Het falen van verschillende
prognoses in de laatste jaren (men denke
aan de verwachte, maar tot dusver uitge
bleven ernstige depressie in de V.S.) is ten
dele toe te schrijven aan bedoelde onmoge
lijkheid nieuwe omstandigheden te voor
spellen, die als het ware de hoogconjunc
tuur verder dragen.
Met het voorgaande wil de directie van
de Herstelbank allerminst betogen dat de
mogelijkheid van een depressie in de na
bije toekomst uitgesloten is, alleen maar
dat zij er aan twijfelt of voorspellingen
dienaangaande mogelijk zijn.
Zowel de pur-sang-optimistén als de
aartspessimisten vinden in deze beschou
wingen van de Herstelbank de correctieven
voor een eenzijdige beoordeling van het
toekomstig conjunctuurverloop, welke al
leen reeds in psychologisch opzicht schade
lijk is.
ADVERTENTIE
PubtfVofle Nederfpnd» Zulv»lbur«au. G»av©nhagn
NEEM PER MAN
DRIEKWART KAN
J2J
(Van onze financiële medewerker)
Toen na de oorlog aan de financiering
van het Nederlandse bedrijfsleven in vele
gevallen bijzondere risico's waren verbon
den, is de „Maatschappij tot Financiering
van het Nationaal Herstel" in oktober
1945 opgericht met een kapitaal van f 300
miljoen, waarvan f 151 miljoen (aandelen
A) door de staat werden genomen, terwijl
de f 149 miljoen aandelen B deels bij de
staat, deels bij de rijksfondsen; deels bij
de grote banken en het beleggend publiek
werden geplaatst.
De aandelen B zijn preferent voor 3y2
percent dividend, dat door de staat wordt
gegarandeerd. Op meer hebben zij geen
recht. Zij zijn op de Amsterdamse beurs
officieel genoteerd en zijn voor naamloze
vennootschappen, coöperatieve verenigin
gen en stichtingen, wat het dividend be
treft vrij van vennootschapsbelasting.
Ook in het tiende boekjaar, afgesloten
eind 1955, is de kredietportefeuille verder
toegenomen. In 1955 werd voor f 139 mil
joen aan nieuwe contracten afgesloten,
waardoor het totaal van de sedert de op
richting gecontracteerde kredieten het be
drag van f 1 miljard heeft overschreden.
Van deze kredieten stond eind 1955 nog
f 520 miljoen uit, waarvan f 349 miljoen
was opgenomen. De toeneming van het be
drag der kredieten had in 1955 voorname
lijk betrekking op de chemische nijverheid
en de bedrijfstak verkeer. Wat de laatste
betreft, deze zijn vrijwel geheel ten goede
gekomen aan de metaalnijverheid en wel
in het bijzonder aan de scheepsbouw. Voor
eigen risico werd een krediet van f 30 mil
joen verstrekt aan de Holland Amerika
Lijn voor de bouw van de „Rotterdam",
benevens een krediet van f 20 miljoen voor
hetzelfde doel op grond van artikel 71
van de Wet op de Materiële Oorlogsschade.
Van het door de contractanten opgeno
men bedrag ad f 349 miljoen was f 52.3
miljoen in hoofdsom uitgezet onder ga
rantie van het rijk.
De exploitatierekening over 1955 sluit
met een batig saldo van f 14.7 miljoen,
waarvan f 4.4 miljoen aan de reserve voor
debiteuren wordt toegevoegd, 31/2 percent
op de preferente aandelen wordt uitge
keerd en 2 percent (f3 miljoen) op de aan
delen A, in handen van de staat. Het to
taal van de reserves is thans tot f 49 mii-
KREDIETEN AAN HET
BEDRIJFSLEVEN
ADVERTENTIE
Haarlem
CENTRALE VERWARMING
JOHNSON OLIEBRANDERS
Joen gestegen, waarvan 9y2 miljoen vol
doende wordt geacht om zichtbare tegen
vallers op te vangen, zodat f 39V2 miljoen
mag worden beschouwd als reserve tegen
onvoorziene risico's.
Blijkens het uitvoerig verslag van de
directie ontmoette de financiering van het
bedrijfsleven in het afgelopen jaar geen
bijzondere moeilijkheden. Het is echter te
voorzien, dat zich een toenemende behoef
te aan middelen zal voordoen, vooral bij
de kleine en middelgrote ondernemingen.
Vele van haar zullen haar financierings
structuur moeten herzien, in welk licht
door de directie een herleving van de Wet
op de Herkapitalisatie 1951 wordt bepleit.
Het verslag bevat als gewoonlijk een
algemene beschouwing over de Nederland
se industriële ontwikkeling, waarbij in het
bijzonder aandacht wordt geschonken aan
de hoogconjunctuur, de spanning op de ar
beidsmarkt en tal van andere facetten van
het economische leven, welke voor de be
oordeling van het perspectief van de Ne
derlandse economie van betekenis zijn.
Van maandag tot en met woensdag zul
len een vijftigtal Belgische en een twintig
tal Luxemburgse oorlogsinvaliden als gast
van de stichting MOVEO een bezoek bren
gen aan ons land.
Het gezelschap komt op 14 mei te Til
burg bijeen, waar deputaties van Belgi
sche, Luxemburgse en Nederlandse oor
logsinvaliden kransen zullen leggen bij
het monument van de brigade Prinses
Irene. Daarna reizen de oorlogsinvaliden
naar 's-Hertogenbosch. waar zij worden
ontvangen door B. en W. Na een Brabant
se koffiemaaltijd in de raadskelder, aan
geboden door het gemeentebestuur, ver
trekken zij naar Apeldoorn, waar zij bij
het paleis Het Loo zullen defileren voor
Prinses Wilhelmina. Daarna geven motor
rijders van de marechaussee in de Koning
Willem III-kazerne te Apeldoorn demon
straties voor hen. Zij worden daarna door
B. en W. ontvangen in hotel Nieland, waar
ook een cabaretavond wordt aangeboden.
Zij overnachten te Apeldoorn.
Dinsdag wordt het gezelschap op het ge
meentehuis te Hilversum ontvangen. Ver
volgens gaan de oorlogsinvaliden naar de
NCRV-studio, waar zij een opname bijwo
nen en de World Veterans Federation hun
een lunch aanbiedt. In de namiddag wor
den zij op de ambassades van België en
Luxemburg in Den Haag ontvangen,
's Avonds volgt een officieel diner in de
Witte Sociëteit te 's-Gravenhage. Zij over
nachten in Noordwijk aan Zee.
Woensdag bezoeken zij de Keukenhof te
Lisse. Daarna ontvangen B. en W. van
Hillegom hen in restaurant Treslong, waai
de afscheidslunch plaats heeft.
De Franse documentaire film „Le monde
du silence" (..Wereld der stilte") heeft de
grote prijs van het filmfestival te Cannes
gewonnen. De film is gemaakt door de
Franse onderzee-onderzoeker majoor Jac
ques Cousteau.
De Amerikaanse actrice Susan Hayward
kreeg de prijs voor de beste vrouwelijke
rol in de filrp „I'll cry tomorrow". Zij is
hierin een vrouw, die aan de drank ver
slaafd is geraakt.
De prijs voor de beste produktie viel ten
deel aan de Russische film „Othello", ge
maakt door Serge Yoekewitsj.
De speciale prijs van de jury is voor de
Franse film „Het mysterie Picasso", ge
maakt, door Henri Georges Clouzot.
De Zweedse film „Glimlachjes van een
zomernacht" ontving de prijs voor de poë
zie en humor.
De prijs voor het menselijkste document
kwam toe aan de Indische film „Pather
Pantsjali" (Ballade van de weg).
De hoogste technische commissie van de
Franse filmindustrie kende prijzen toe
voor de technische kwaliteiten van films.
De winnaars zijn: Brazilië voor de prach
tige kleurenfotografie in „Onder de hemel
van Bahia" en Zuid-Slavië voor de zwart
wit fotografie in „Zwarte golven".
De jury voor documentaires verleende
haar grote prijs aan „De rode ballon", een
Franse film over de avonturen van een
jongetje in de straten van Parijs.
Er is thans ook overeenstemming bereikt
over de loonsverhoging in het binnenbeurt-
vaartbedirijf. Alle lonen zullen met 5 per
cent worden verhoogd. Voor chauffeurs en
schippers op plaatselijke bestel- en afhaal-
diensten is het gróndloon 1,per week
hoger dan dat van de walwerker. De ver
hoging voor overwerk voor het varend
personeel wordt gebracht van 10 op 20
percent, terwijl de toeslag voor ongunstige
uren van 11 op 15 cent, van 27 op 40 cent
en van 53 op 75 cent per uur wordt ge
bracht.
De vakantie wordt uitgebreid van 12 tot
15 dagen. In de nieuwe regeling is een
vakantietoeslag van 4 percent opgenomen,
waarvan de uitbetaling echter in twee ter
mijnen kan geschieden.
De jengdloonregeling is aangepast aan
de percentages, die thans in het bedrijfs
leven algemeen gebruikelijk zijn.
Boeboema, op moeders arm, vertelde alles, wat hij had meegemaaktVan de
kano, die wegdreef, van de grote zee en van het schip, waar hij aan boord genomen
was. En vooral van die aardige matroos Joep, die zo goed voor hem gezorgd had.
En moeder vertelde, hoe ze allemaal in ongerustheid over Boeboema hadden gezeten
en hoe ze naar hem gezocht hadden.
Maar die avond, toen Boeboema weer rustig op zijn eigen slaapmatje lag, beloofde
hij, nooit meer in een kano te klimmen!
EINDE!!!!
Het Tweede Kamerlid prof. Gerbrandy
(AR) heeft aan de ministers van Buiten
landse Zaken en van Overzeese Rijksdelen
de volgende vragen gesteld:
Is het juist, dat enige tijd geleden een
bijzondere missie, uitgezonden door de
waarnemende president van de republiek
der Zuid-Molukken op Ceram, door Neder
lands toedoen op Nieuw-Guinea is gestrand
en dat leden dezer missie, Ambonese offi
cieren, zijn weggevoerd?
„Vijf van de zes officieren van de repu
bliek der Zuid-Molukken, die enkele we
ken geleden per prauw van Ceram naar
Nederlands Nieuw-Guinea overstaken en
door de politie werden gearresteerd, zijn
op last van de Nederlandse regering uit het
bewaringskamp in Hollandia verwijderd
en onder zware bewaking met onbekende
bestemming weggevoerd.
De vijf officieren weigerden namelijk de
hun voorgelegde aanvraag tot asiel te
tekenen, waarna de bestuursautoriteiten in
overleg met de regering in Den Haag be
sloten de Ambonese militairen, onder wie
enkele leden van het voormalige KNIL,
in strenge afzondering elders op Nieuw-
Guinea gevangen te zetten.
De geheihie documenten, die de officieren
van Ceram hadden meegenomen, en de
brieven, die zij bij zich hadden voor de
Nederlandse gouverneur en de leden van
de Zuidmolukse vertegenwoordiging in het
buitenland, zijn door de centrale recherche
in Hollandia in beslag genomen.
Een van de leden van deze militaire
missie, de luitenant Busahari, is voor een
operatie in Hollandia achtergebleven. Tij
dens gevechten met de TNI-troepen in
Piroe op Ceram was hij door een schot in
het dijbeen getroffen, welke wond door ge
brek aan voldoende medische middelen op
Ceram nooit genas.
De missie, die is uitgezonden door de
waarnemende president van de republiek
der Zuid-Molukken, mr. dr. Chr. Soumokil,
heeft haar weigering om asiel te vragen
gegrond op de reden, dat de leden onder
danen zijn van een soevereine staat, die
krachtens de RTC door Nederland erkend
dient te worden en waardoor zij als zo-
ADVERTENTIE
danig vrije doortocht dienen te genieten
naar Nederland en Amerika, het doel van
hun missie."
Indien deze lezing van het gebeurde
niet geheel juist of onvolledig is, kunnen
dan de ministers mededelen wat precies
heeft plaats gevonden, zo vraagt prof. Ger
brandy. Voorts vraagt hij wie het initiatief
heeft genomen en wie de verantwoordelijk
heid draagt voor de beslissing die tot het
vasthouden van de leden der missie heeft
geleid en op welke grond dat rechtens
is geschied?
Het bestuur van de Vereeniging voor den
Effectenhandel deelt mede, dat een dele
gatie van de Vereeniging op 13 april een
audiëntie heeft gehad met de staatssecre
taris van Financiën. Hierbij is de heffing
van inkomstenbelasting op gerealiseerde
koerswinsten op effecten ter sprake ge
bracht. Het bestuur heeft de stellige verze
kering van de staatssecretaris ontvangen,
dat hij geen enkele aanwijzing aan de
ambtenaren van de belastingdienst heeft
gegeven om gerealiseerde koerswinsten op
effecten onder de inkomstenbelasting te
brengen en dat het ook niet de bedoeling
is de normale effectentransacties in de
sfeer van de inkomstenbelasting te betrek
ken. Sinds de afschaffing in 1953 van de
speculatiewinst, is de onder kracht van de
wet Inkomstenbelasting 1914 geldende toe
stand herleefd. In deze toestand wil de
staatssecretaris geen verandering brengen.
Het ligt derhalve niet in de bedoeling van
de staatssecretaris op enigerlei wijze te
zoeken naar, of uitbreiding te geven aan
gevallen waarin koerswinsten op effecten
worden belast.
Bijna zes jaar achtereen worden grote
hoeveelheden Nederlandse melk dagelijks
afgeleverd, bestemd voor in Europa, ge
legerde Amerikaanse militairen. Met in
gang van 1 juli zal een nog belangrijk
groter hoeveelheid, namelijk zestien mil
joen liter melk en melkprodukten in het
tweede halfjaar 1956 worden afgeleverd.
De gehele levering zal, verpakt in papier,
worden verzorgd door een melkfabriek te
Dordrecht. Met deze -levering is een bedrag
van ongeveer tien miljoen gulden aan de
viezen gemoeid.
19)
Het verhaal besloot: Zal Duncan Laven
der ooit te weten komen, wat er met zijn
zoon gebeurde? Of zal hij de dood ingaan
met een tevergeefs gefluisterd „Robert" op
de lippen?
Aggie pinkte een traan weg. „Dit is het
meest trieste verhaal, dat ik sinds lang heb
gelezen", zei ze tot zichzelf. „Die arme oude
man, helemaal alleen in zijn rolstoel
Wie zorgt er voor hem, wie maakt zijn eten
klaar?"
Maar dat is waarhij heeft véél geld,
er zal personeel in overvloed zijn! Toch is
het een stakker.
Te oordelen naar het jeugdige uiterlijk
van Robert Lavender op de foto in het tijd
schrift, was deze genomen in de tijd, dat
Robert nog student was. Het was een knap
gezicht, met zware donkere wenkbrauwen,
een enigszins -'-•ope mond en kin, en don-
<er naar achter gekamd haar. Aggie be
keek de foto aandachtig. Aan wie deed dit
gezicht haar denken? Waren het de mond
en de kin, die haar aan iemand herinnerde?
Ze bedekte het bovenste gedeelte van de
foto en 'concentreerde zich op de onderste
helft. Néé, daar lag de gelijkenis niet. Toen
ze echter de onderkant van het gezicht
bedekte en het bovendeel bestudeerde,
schoot er opeens een trilling van opwin
ding door haar heen. Die zware wenk
brauwen.... dié waren 't! O ja zeker, en
die ogen ook!". Die zijn precies als bij
meneer Lovejoy", mompelde ze. Ze be
keek vervolgens het héle gezicht en zag
nog méér gelijkenis met meneer Lovejoy.
„Zó zou meneer Lovejoy er 29 jaar ge
leden heel goed uitgezien kunnen hebben",
dacht ze met toenemende verwondering en
opwinding. „Richard Lovejoy.... Robert
Lavender. Dezelfde voorletters! Mensen
veranderden soms hun naam, maar hiel
den dezelfde voorletters aan".
Ze voelde zich diep geschokt door haar
ontdekking. Ik moet het Kate dadelijk
gaan vertellen", mompelde ze, terwijl ze
haar dekens terugsloeg. Haastig trok ze
een peignor aan en slipte in haar pan
toffels. Met het tijdschrift in de hand hol
de ze de trap af naar Kate's kamer. „Kate,
Kate, kijk eens even, wat zeg je hiérvan?"
riep ze uit, de kamer binnenstormend.
„Hè, wat is er aan de hand?" Kate
schrok overeind en knipperde in het felle
licht, dat Aggie had aangedraaid. Aggie
hield haar het tijdschrift voor en gaf Kate
haar bril erbij aan. „Aan wié doet deze foto
je denken?" vroeg Aggie, één en al agitatie.
„Je moet goéd kijken! Ik zelf kreeg een
rilling van opwinding, toen de gelijkenis
tot mij doordrong".
Kate keek niet naar de foto, maar staar
de haar zuster verontwaardigd aan. „Heb
je mij heus wakker gemaakt om naar een
foto in dat waanzin-tijdschrift van jou te
kijken?" vroeg ze op boze toon.
„Maar kijk dan toch, Kate! Kijk, voor
dat je verder iets zegt!" drong Aggie aan.
Fronsend richtte Kate haar blik op de
foto van Robert Lavender en las enkele
regels van het artikel.
„Wel, wat wil je ermee?" vroeg ze.
„Doet deze foto je niet aan iemand den
ken?"
„Nee, aan niemand".
Aggie boog zich voorover en bedekte
met haar hand het onderste deel van het
gezicht. „Kijk eens naar die wenkbrauwen,
Kate! Precies meneer Lovejoy! Ik zag het
onmiddellijk toen ik de mond en de kin
met mijn hand bedekte en alleen naar de
bovenste helft van het gezicht keek. Zó
moet hij eruit gezien hebben, toen hij jong
was. De voorletters kloppen ook precies.
Kate, hij moét de verdwenen Robert La-
vender zijn!" Aggie's stem was hees van
opwinding. „Zie je het zelf ook niet?"
„Nee, ik zie het niet", antwoordde Kate
nuchter. „Je bent stapelgek, Aggie! Neem
dat tijdschrift mee en kruip in bed!" Ze
duwde haar zuster het blad in handen en
zette haar bril af. „Leg mijn bril weer op
het bureau, wil je?" voegde ze eraan toe.
Aggie, die zich hier niet bij neerleggen
wilde, hield aan: „Maar je hebt niet echt
goed gekeken! 't Zijn niet alléén die wenk
brauwen, 't is
„Die wenkbrauwen!" riep Kate uit. „Als
je jou hoort, zou je denken dat zware don
kere wenkbrauwen iets bijzonders zijn bij
een man! Een massa mannen hebben zulke
wenkbrauwen. Cornelis bijvoorbeeld en
meneer Hale, die hier woont, en verder.
„Maar het zijn niet alléén die wenk
brauwen. 't ls het hele gezicht, als je goed
kijkt. En die voorletters^ Kate, Robert La-
vender en Richard Lovejoy!"
Aggie, legde Kate's bril weer op het
bureautje en stond besluiteloos in het mid
den van de kamer. Ze hield het tijdschrift
tegen zich aangekneld, als was ze bang,
dat Kate het haar zou afnemen.
„Begrijp je het niet? Meneer Lovejoy
was natuurlijk Robert Lavender en...."
„Als hij Robert Lavender was, waarom
ging hij dan niet naar huis en maakte zich
bekend, om als een rijk man verder te
leven?", zei Kate. „Waarom hing hij hier
rond om een baantje te zoeken? Dat idee
van jou is het bespottelij_kste, dat ik in
jaren heb gehoord. Ga terug naar je bed
en tracht te slapen!
„Maar er kan toch een reden zijn ge
weest, Kate, waarom hij niet naar huis
terug kón gaan!" zei Aggie koppig. „Mis
schien is iemand daar achter gekomen en
werd hij in verband daarmee vermoord.
„Aggie, houd alsjeblieft op!" riep Kate,
thans werkelijk boos wordend, uit.
,,'t Is bijna middernacht en jij loopt daar
in je nachtjapon door het huis met een
dergelijk dwaas denkbeeld, 't Wordt tijd,
dat Teresa thuis komt. Ik vraag me af,
waarom ze zo laat is".
„Iemand, die wist, dat hij Robert La-
vender was, heeft hem vermoord", mom
pelde Aggie, nog steeds volhardend.
„Moet ik je absoluut eigenhandig de ka
mer uitgooien?" riep Kate vol veront
waardiging, ten einde raad uit.
„Wind je maar niet op, ik ga al", zei
Aggie." „Als je dan weigert een waarheid
te zien, die je voor je neus hebtZe
draaide zich om en liep naar de deur, ter
wijl Kate weer onder de dekens kroop.
Terug in haar eigen kamer, staarde Ag
gie nogmaals gefascineerd .naar de foto.
Wat Kate ook mocht beweren, voor haar
stond het vast, dat meneer Lovejoy Robert
Lavender was. Waarom hij gedurende al
die jaren niet naar huis was teruggekeerd,
was natuurlijk een groot raadsel. Had hij
misschien een vijand gehad, voor wie hij
zich verborgen wilde houden en van wiens
bestaan niemand anders iets afwist? En
had deze hem tenslotte te pakken ge
kregen?
Aggie schudde haar hoofd. Nee, dat was
niet mogelijk. De moordenaar zou niet 29
jaar gewacht hebben!
Aggie bleef op de rand van haar bed
zitten piekeren. Terwijl ze zo zat, hoorde
ze opeens een auto voor het huis stoppen
en na enkele ogenblikken werd de voor
deur geopend en weer gesloten. Teresa
was thuisgekomen. Even overwoog Aggie,
of ze naar beneden zou gaan om haar
nichtje ook van haar denkbeelden op de
hoogte te stellen, maar toen ze de deur
van haar kamer opendeed en beneden in
de hal stemmen hoorde, zag ze hiervan af.
Kate scheen nog wakker le zijn en haar
boosheid over Aggie's gedrag tegenover
Teresa te luchten.
Er was thans dus geen gelegenheid om
rustig even met haaar nichtje te praten.
Ze draaide het licht uit en kroop in bed.
En terwijl ze met open ogen in het donker
lag te staren, kwam er opeens een andere
mogelijkheid in haar op: meneer Lovejoy
voor haér bleef hij die naam behouden,
ondanks het feit dat hij eigenlijk Robert
Lavender zou heten zou niet door een
oude vijand vermoord zijn, maar door
iemand die onlangs pas ontdekt had, wie
hij éigenlijk was. Misschien had meneer
Lovejoy het hem zélf verteld in een ver
trouwelijk gesprek bij een borrel. De
moordenaar was de brandtrap opgeklom
men, had meneer Lovejoy met een of an
der zwaar voorwerp op zijn achterhoofd
geslagen en hem vervolgens uit het raam
gegooid, waar hij op de trap naar de kelder
de dood vond.... Vandaar, dat er geen
gil geslaakt werd tijdens de val: meneer
Lovejoy was bewusteloos geweest
Waarschijnlijk was het nu de bedoeling
van de moordenaar om enige tijd te wach
ten en dan naar de oude, eenzame vader
van Robert Lavender te gaan, om te zeg
gen, dat hij de verloren zoon en enige erf
genaam was! (Wordt vervolgd).