ZE VEN DA GEN HAARLEM HAARLEMS LIED Speuren in een stille hartstocht JUpilML Bloemendaals plantsoenen vernield door baldadigheid Privé^detective Natuurvorser Geen beroep om rijk van te worden Een hele winter eenzaam in de Kennemerduinen Van mensen en dingen onder de Damiaatjes „Des Heilands Tuin" HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 11 NICO VAN SCHAGEN ZONEN Gierstr, 42 - Haarlem - tel17768 Verkoop van huizen Opnieuw gouden jubileum bij Enschedé Oud-commandant brand weer door wielrijdster aangereden Uitslag ballonwedstrijd AerdenhoutBentveld Zomerprogramma der Woodbrookers Examens Ik heb zo gauw medelijden Bunkerbewoner Tussen diamant en platina Blauwe Week L u ilakwa n d el ing Universeel f raiser van goud Boeke( n)rij In Minerva Theater W. VOET ZONEN Horlogerie TEN BOOM Examens VRIJDAG 18 MEI 1956 „De baldadigheid en de vernielzucht van de jeugd in de Bloemendaalse plantsoenen is helaas nog Steeds schrikbarend1", zo luid de de mening van de hoofdopzichter van de plantsoenendienst, de heer P. van der Maas, toen wij d'ezer dagen onder zijn lei ding de plantsoenen te Overveen in ogen schouw namen. «Nu het voorjaar overal in al zijn schoon heid ontwaakt en straks jong en oud er weer in grote getale op uit zullen gaan trekken, ziet de heer Van der Maas deze tijd weer met angst en beven tegemoet. In dit verband wees hij op de diverse dtuin- braudjes van de laatste weken, waarmede totaal al acht hectare duinflora verloren ging- Mede ten gevolge van de woningnood wordt het terrein, beschikbaar voor re creatie, steeds meer beknot. Door de lang durige vorst is er al veel schade aange bracht aan de beplantingen en gazons. Voor bet horstel daarvan is veel geld nodig en bovendien is het jonge en verse groen zeer kwetsbaar. Uiterste zorg is daarom nood zakelijk, hetgeen de jeugd zich blijkbaar niet realiseert. De vuilnisbelt tussen de J. W. Frisolaan en de Ernst Casimkiaan in Overveen heeft men opgeruimd en de jonge aanplant van berberis slaat al goed aan. Toch heeft men ook hier prikkeldraad aan moeten bren gen, hetgeen altijd weer een ontsiering van een plantsoen betekent. Het optreden van de jeugd noopt de plantsoenendienst daar echter toe. Bij de speelplaats aan de Prins Hendrik- laan ziet het plantsoen er ook al droevig uit. De beplanting van het plantsoen op het Adriaan Stoopplein moest ook nodig ver fraaid worden, is de mening van de heer Van der Maas. De beplanting moet op deze plaats echter met hoge en lage heesters ondergeschikt worden gemaakt a«n het verkeer, aangezien zij anders daar het uit zicht zou belemmeren. Bij de Wilem de Zwijgerlaan ziet het plantsoen er mooi uit nu alles in bloei staat. Prachtig steekt b.v. de witte spirea af regen de rode sydonia aan de waterkant. Ook hier worden de bloeiende heesters weer ontsierd door het achteloos weggooien van boterhampapieren, zonder enig blijk van ontzag voor de natuur. Langs de Domp- vloedslaan is een zandbak gemaakt om de kinderen bij het steeds groeiende verkeer toch speelgetegenheid te geven. De toestand van het plantsoen op het Joan Manritsplein is ook betreurenswaardig om te zien. Dit zou immers zo mooi kunnen zijn en feitelijk moesten de bewoners van dit plein hier vechten voor het behoud van hun „tuintje". De betonnen oeverbeveiliging van het Nachtegaal plantsoen bij de Cearalaan wordt telkens weer door de jeugd vertrapt en met het herstellen daarvan is heel wat geld gemoeid. In het Kweekduinplantsoen, waar veel violen staan, is helaas door de koude veel bevroren. Van het koepeltje in het Brouwerskoikpark verdwijnt steeds meer lei van het d-ak en de kinderen (en ook volwassenen) kei-ven voortdurend hun naam in de zich daarin bevindende banken. Het is uiterst belangrijk dat de plantsoe nen geregeld worden onderhouden, vertelde de heer Van der Maas, want waar orde heerst, d'aar staat de natuur het minst aan vernieling bloot. Gelukkig zijn er wel steeds vrijwilligers die zich aansnelden als natuurwacht, maar ADVERTENTIE LOCOMOTIEF SIMPLEX RUDGE RIJWIELEN ook zij kunnen niet voorkomen, dat er nog bar veel vernield wordt in de plantsoenen. Bij de aanleg daarvan gaat het gemeente bestuur van de gedachte uit de landelijk heid van Bloemendaal zoveel mogelijk te bewaren, iets wat toch op prijs zou moeten worden gesteld. Want wie, zoals wij deden, op het Bloe mendaalse Kopje, het hoogste duin van Nederland op de uitzichttoren gaat genie ten van het riante panorama met al dat prille groen in diverse schakeringen, waar in de bruine beuken sterk contrasteren, die kan alleen maar dankbaar zijn in zulk een mooie omgeving te mogen wonen en wan delen. En het is zoals de heer Van der Maas op merkte: De mens moet de natuur leren kennen, wil ze haar kunnen zién en boven al eerbiedigen'*. Dit is iets wat het onderwijzend perso neel en ook de ouders de kinderen dienen voor te houden. ADVERTENTIE An.fl.ng 14 («unClA) T.I U963 De uitslag van de donderdag gehouden verkoping in het Notarishuis te Haarlem luidt: Badhuisstraat 8 zw. en rd, Haarlem f17.000 F. H. van Emmerik qq.; Dr. Leyds- straat 15, Haarlem f 3000, J. C. Demoitie; Floresstraat 76. Haarlem f6400, A. Volkers; Gen. de Wetstraat 39, Haarlem f4300, C. Noorduyn qq.; Esdoornlaan 18. Heemstede f8100, P. K. de Vries; Roosveldstraat 12, Haarlem, niet geveild. Op maandag, 21 mei, zal het vijftig jaar geleden zijn dat de heer G. P. van Deenen, werkzaam als boekdrukker op de afdeling Boekdrukkerij B van Joh. Enschedé en Zo nen Grafische Inrichting N.V. te Haarlem bij de vennootschap ln dienst trad. Dit feit zal op dinsdag, 22 mei, worden herdacht. Donderdag is de 66-jarige oud-commandant van de Haarlemse brandweer, de heer H. C. Vernout, door een wielrijdster aangereden, toen hij per fiets over de Gedempte Oude Gracht reed en linksaf het Klein Heiligland wilde inslaan. Ofschoon de heer Vernout tijdig een teken gaf werd hij toch door de wielrijdster achteropgereden, waardoor hij kwam te vallen. Met een gebroken linker enkel is hij naar het Grote Gasthuis ver voerd. De politie verzoekt de bewuste wielrijdster, die doorgereden is, en eventuele andere ge tuigen van het ongeluk zich met haar in ver binding te willen stellen. Op Koninginnedag had het Oranje-Comité Aerdenhout-Bentveld een grote ballonwed strijd georganiseerd, waarvan de uitslag als volgt luidt: De grote ballon kwam terecht te Noorden bij de Nieuwkoopse plassen (Zuid-Holland) en werd gewonnen door de heer Th. Mourits. De eerste prijs van deze ballonwedstrijd ging naar Bartje Blans to Aerdenhout, vind plaats Mijdrecht; tweede prijs: Paul Voüte te Aerdenhout (Woerden), Rudy Groot, Aer denhout en Bram van Leeuwen te Haarlem. Zij deelden gedrieën de tweede prijs. Derde prijs: mevr. Voüte te Aerdenhout (Bodegra ven) tezamen met Anneke Zwartenberg uit Heemstede. De wedstrijd met kleine ballonnen had het volgende resultaat: Eerste prijs: ballon no. 866, gevonden te Willigen (Waldeck) in Duitsland. Tweede prijs: ballon no. 173, ge vonden te Olsberg in Duitsland. Derde prijs: ballon no. 193, gevonden te Scharfenberg in Duitsland. Prijs van f 40.000. Mevrouw R. Slagter Velt te Stadskanaal heeft f 40.000 gewonnen bij een slagzinnen-wedstrijd van een grote zeepmaatschappij. Zij zond drie slagzinnen l in en op een daarvan viel de hoofdprijs. Zweden en Zwitsers als gesprekpartners Het zomerprogramma van de Arbeiders gemeenschap der Woodbrookers in Bent veld bevat twee bijeenkomsten met een internationaal tintje. Allereerst is er de Zweeds-Nederlandse ontmoeting van 14 tot 21 juli. Daarin zullen de Zweedse deel nemers spreken over hun langdurige er varingen met een socialistisch bewind. De Nederlanders kunnen er hun socialistische visie critisch aan scherpen. In deze week zullen excursies worden gemaakt naar Amsterdam, Delft, Rotterdam, Alkmaar en de Afsluitdijk. Van 21 tot 28 juli zijn er in Bentveld Zwitserse gasten, vakbonds- en partijfunc tionarissen, die met Nederlanders de gees telijke en sociale problemen van de heden daagse socialistische beweging zullen be spreken. Aan deze bijeenkomst zijn excur sies verbonden naar een bedrijf, Amster dam, Delft en Rotterdam. Van 28 juli tot 4 augustus zullen in Bent veld besprekingen gewijd worden aan het vraagstuk „Democratie als levenshouding". Men zal onder meer van gedachten wisse len over de geestelijke wortels en het historisch aspect van de democratie. „Modern levensgevoel" is het onderwerp, waarover van 4 tot 11 augustus zal worden gedebatteerd. Aan deze cursus zijn ver bonden bezoeken aan tentoonstellingen, het luisteren naar muziek van Mozart, ge meenschappelijk spel en gemeenschappe lijke zang. „De spelende mens" zal van 11 tot 18 augustus in het middelpunt van de be langstelling staan. Tijdens deze cursus zal men kunnen genieten van alles wat natuur en cultuur in de omgeving van Bentveld te bieden hebben. Van 18 tot 25 augustus zal „De wereld waarin wij leven" nader onder de loep worden genomen. Het onderwerp voor de cursus van 25 augustus tot 1 september is „Onze kijk op mens en wereld". Er zijn filmvertoningen en een bezoek aan het Rijksmuseum aan verbonden. De hoofdleiding van alle cursussen be rust bij dr. A. van Biemen en/of mejuf frouw ds. W. H. Buijs. Leiden. Gepromoveerd tot doctor in de Geneeskunde op een proefschrift getiteld: „De Medicamenteuze Behandeling van Huid- necrose", do heer F. Oey Toan Ing, geboren te Tegal (Java) en thans wonennde te Den Haag- Nymcgcn. Doctoraal examen in de Ge schiedenis: W. M. Michels, Geleen. Wageningen. Tot doctor in de landbouw kunde is gepromoveerd de Egyptenaar ir. H. H A. Selim, (Dit is de tweede Egyptenaar, die aar de Landbouwhogeschool promoveer de. Vorige maand voltooide dr. ir. S. E Shimy zijn studie in de veeteeltwetenschap). DE PARTICULIERE DETECTTEVE is een begrip, dat in ieders gedachten bijna spoorslags de gedaante aanneemt van iemand, die in alles iedereen iets te vlug kan af zijn. Soms schijnt hij wat langzamer, maar dat is altijd een kortstondig verlies om langdurige winst te behalen. Hij heet Sherlock Holmes, Geoffrey Gill, de Saint, Paul Vlaanderen, hij beeft vele namen maar is toch steeds incognito. De particuliere detective is bijna een gevoel en zeker een symbool, waarin taboe's wissewasjes worden. Hij kan meer dan wij en wordt er nooit moe van. Hij is een man, die niet bestaat. Maar hoe zouden wij hem ook kunnen toetsen aan de werkelijk bestaande? Die kennen wij immers niet, enkelen onzer niet te na gesproken. De Haarlemse particuliere detective J. de Vries speurt. Het zijn meestal dis crete aangelegenheden. Hij doet speurwerk in zoveel sectoren van het maatschappelijk leven, dat er zoveel tegenstellingen met hem mogelijk zijn, dat geen enkele wezenlijk tegen gesteld is. We zijn gaan zoeken naar een andere speurder, die dan echter zo indiscreet mogelijk moest zijn, die alles wat hij wist wel van de daken zou willen schreeuwen. Zo n man is J. W. Walbrink, een schier bezeten natuurvorser, die elke dag, zomer en winter in de duinen is, de Kennemerduinen waar bij wachter is, belast met de zorg voor het kleine natuurmuseum in de bunker achter de duinen van het Bloemendaalse strand. Deze Haar lemse vrijgezel leeft van nature voor de natuur. En hij is uiterst begerig zijn vondsten aan anderen mee te delen. Dat zijn er vele. Maandagavond, Tweede Pinksterdag, om 12 uur sluit de inzendtermijn voor een Haarlems lied. Een inzender stuurde ons zeven gedichten, waarvan er vijf algetoon zet waren. Ze waren echter niet van hemzelf, maar pret tige Haarlemse liedjes gro tendeels uit de oude doos. Misschien kent u ze nog: „Haarlemsch Liedeke," muziek van N. H. Andriessen, toen directeur der Haarlemse Man nen Zangvereniging „Cres cendo"; nog een „Haarlemsch Liedeke," getoonzet door W. Hespe, toen directeur van Polyhymnia te Haarlem; dit lied werd aangeboden door het Bureau der Vrijwillige Jan de Vries Gz. (42 jaar) is niet een man, die gewapend en vermomd over straat loopt, een hoop geld in zijn zak om mensen om te kopen en geweldige fooien te geven. Hij is particulier detective zoals een ander kantoorbediende is, kruidenier of ver tegenwoordiger. Er is niets bijzonders aan hem. Hij is niet ge wiekst, brillant of speurderig; hij is een man met een gezond stel hersens, een vooral aardige man, het tegendeel van een keiharde niets ontziende vluggerd met een gummistok. Hij is een diep gelovig mens en alle god-en-gebod vergeten, dat zijn keiharde collega's uit de boeken zo dikwijls kenmerkt, is hem volstrekt vreemd. Hij is mild. Zo verbaasde hij eens een fabrieksdirecteur, door na het vinden van twee dieven die al jarenlang goederen uit de fabriek gestolen hadden met een rapport, waarin uit voerig beschreven stond waardoor de mannen tot diefstal waren gekomen. De particuliere detective bepleitte clementie voor de mannen, wier diefstallen hij zojuist had opgelost! Het grote verschil tussen De Vries in beroep en een rechercheur is vooral, dat de laatste meestal achter mensen aanzit, die wel kunnen ver moeden, dat er op hen wordt geloerd. De particuliere detective heeft het makkelijker wat dat betreft. Zijn „slachtoffers" we ten meestal niet dat er op hen gelet wordt. Is dat stiekem? Is dat een lage vorm van parti culiere spionage? Als men naar De Vries kijkt op de foto ziet u hem links gewoon en rechts ongewoon, het laat ste is zelden nodig.... weet men al dat het niet ge meen kan zijn. Het waarom is echter vrij simpel. Hij brengt zaken in het reine. Hij is geen roddelaar, die door praatjes een al of niet bestaande toe stand verergert, hij lost op. Hij maakt een eind aan diefstal len (in een warenhuis zocht hij eens een dief en toen hij eindelijk een verdacht persoon had gevonden bleek het een bedrijfsrechercheur te zijn), hij maakt een eind aan onze kerheden met feiten: het is wel zo of het is niét zo, hij strijdt tegen corruptie, tegen bedrie gerijen en komt met feiten op tafel, licht doopcelen, contro leert verklaringen. Hij steekt zijn neus in andermans zaken, niet om zichzelf, maar om mensen inlichtingen te geven waar zij recht op hebben en die zij zelf niet kunnen krij gen. Hij verricht goed werk. Hij zuivert. Het is niet een vak om rijk te worden. Zijn vrouw helpt hem. „Alleen zou ik het niet meer kunnen", zegt hij. Hij heeft geen mensen in vaste dienst. Bij uitgebreide zaken schakelt hij soms gepen sioneerde politie-agenten in. Eigenlijk is het een zacht be roep. „Ik heb altijd direct me delijden", zegt hij glimlachend, „je staat anders tegenover je slachtoffers dan de politie". De Vries leest nooit detec tive-verhalen. Wel luistert hij graag naar Paul Vlaanderen, tenminste tot hij weet „wie het gedaan heeft". Hij heeft een uitgebreide kring van „tipge vers", en hij tracht ook steeds zijn relaties uit te breiden. „Het is heus niet het hele grote werk hoor, met een paar bier tjes en sigaretten gaat het al heel best". Hij doet het werk nu al twintig jaar, enkele ja ren zelfs tegelijk met een werkkring „in de tabak". „Ik had er echter van kindsbeen af al zin in en nu ik het eenmaal ben, houd ik er ook nooit meer mee op". We vroegen hem of hij zich voor ons in een oog wenk onherkenbaar kon ma ken. „Ik ben niet meer in het bezit van mijn laatste snorre tje", zegt hij. Maar met die bril is het ook al heel aardig. Een hele winter lang in een blinker zitten, alleen, met een boek over planten, wat werk aan een herbarium en af en toe even een wandeling langs zee is voor J. W. Walbrink (30 jaar) géén bezoeking. Hij is de „zaalchef" van de expositie „Wat zie ik in de duinen, wat vind ik aan het strand". Hij is nu vijf jaar in dienst bij de Kennemerduinen en draagt zijn boswach ters-uniform met dat onopvallende gemak, waarmee een dier zijn pels draagt. Hij was vroeger tuinman, maar in zijn functie bij de Kennemerduinen heeft hij zijn ideaal gevonden. Hij is een man die zo van de natuur houdt, dat hij het gezelschap van mensen kan ontberen zonder het te schuwen. Als hij een zeldzaam plantje in de duinen heeft gevonden is hij een man die feest heeft, een eenzaam maar hartverheffend. Thuis heeft hij in een herbarium bijna driehonderd planten verzameld en in zijn uitgebreide bibliotheek over planten vindt hij alles wat hij weten wil. Hij is de Haarlemmerolie van de duinen: overal goed voor. Als hij vrij is zit hij ook in de vrije natuur. Als je met planten begint, raak je nooit uitgestudeerd". In het museum hebben wij hem een paar vragen gesteld over duin- en zee-dieren, plan ten en vogels. Het is alsof men een boek openslaat: boeiend en instructief verhaalt hij alle wetenswaardigheden tot in de kleinste details en hij geniet ervan. Hij praat graag. Zijn eigen schelpenverzameling doet niet onder voor die van de expositie. Hij heeft met ir. Roderkerk en enkele collega's een duindiorama gemaakt, dat tot op de millimeter nauwkeu rig is wat schaal betreft. „We konden alleen het zand niet kleiner krijgen dan het \vas!", zegt Walbrink. Het is eigenlijk een verade ming met deze eenzame na tuurmens te praten. Hij mist elk vertoon en is zo openhar tig en volledig zichzelf, dat hij bijna natuur is. Wat geeft zich met meer indiscretie en open heid dan de natuur zelf? Hij weet over futiliteiten betref fende dieren, planten en de zee te praten op een wijze, die doet inzien dat het om wezenlijke waarden gaat; dat er van futi liteit geen sprake is, slechts van een gebrek aan inzicht. Maar wie zei ook weer: „tout comprendre, c'est mourir un peu"? Je kunt er niet aan be ginnen, want het houdt niet op. Tenzij je er zoveel van houdt dat je je hele leven er aan wijdt. Dat doet Walbrink. Hij heeft op zijn zwierige hoed het insigne van de Kennemer duinen: 't Parnassia-bloempje; en daarboven steken de veer tjes van de Vlaamse Gaai en de Houtsnip. Het zijn dus toch geen gemzeveertjes. Hij heeft met De Vries, de particuliere detective meer ge meen dan het speuren alleen. Beiden hebben hun ideaal tot hun vak gemaakt; beiden we ten, dat ze er niet rijk van zullen worden, tenzij men te vredenheid rijkdom wil noe men. In het rusthuis van de Ne derlands Hervormde gemeente aan de Jansstraat viert op 23 mei het echtpaar Van der Meu- len-Koning zijn 65-jarig hu welijksfeest. Zowel de heer A. van der Meulen als zijn vrouw, mevrouw G. van der Meulen- Ivoning genieten beiden nog een goede gezondheid, al heeft mevrouw de laatste tijd moeite met lopen. De bruidegom is 91, de bruid 88 jaar oud. Zij zijn beiden geboren in Leeuwar den, maar wonen al 64 jaar in Haarlem, waar de heer Van der Meulen een stukadoorsbe- drijf had. Het echtpaar heeft één zoon en twee dochters, die allen getrouwd zijn. Er zijn zeven kleinkinderen en drie achterkleinkinderen, die op de dag zelf allen in het rusthuis aan de Jansstraat, waar ook het 60-jarig huwelijksfeest is geweest, aanwezig zullen zijn. De Nederlandse Vereniging tot Afschaffing van Alcohol houdende Dranken gaat op 23 en 24 juni een algemene ver gadering houden in Haarlem. Voordat de vergadering begint zullen de deelnemers aan het congres worden ontvangen door het gemeentebestuur van Haarlem. Het programma voor de bijeenkomst omvat verder een bustocht in de omgeving van Haarlem. Tijdens de huis houdelijke vergadering zal de heer K. Leijenaar een inleiding houden over de houding van de jongeren tegenover de drankbestrijding en onze hui dige positie. De in het gehele land dooi drankbestrijders van alle rich tingen te houden collecte zal te Haarlem en omstreken door het Centraal Drankweer Co mité georganiseerd worden van 22 tot 26 mei. De opbrengst der Blauwe Week-collecte dient voor hulp en redding van slachtoffers van het alco holisme van alle gezindten, Pensioen Verzekering Staten Bolwerk 1 (de tijden zijn tóch veranderd....); „Ik ben een Haarlemse jongen," tekst en muziek Jac. van Stolwijk; „De Damiaatjes" (een Haar lemsch Liedeke) woorden van Frank Arnoldi, muziek van Jan Keyzer; en tot slot we schamen ons dat we dit lied niet kenden „Ga je mêe naar Den Hout," woorden van L. C. Steenhuizen, muziek Jos. de Klerk. Beste dichters, zoudt gij de teksten van deze liederen lezen, dan zoudt gij verwoed in uw pen van 1956 springen. En nu gij ze niet leest: doet het toch, want het is nog maar kort dag. voor oprichting en in stand houding van Consultatie Bu reaus voor Alcoholisme en voor onderzoek door de Natio nale Commissie tegen het Al coholisme. De vroege ochtendwandeling op Luilak, die vorig jaar zeer in de smaak viel, wordt ook dit jaar weer georganiseerd door de vereniging „Haerlem". De tram vertrekt zaterdag morgen om 6.20 uur van de Tempeliersstraat in de richting Amsterdam: uitstappen aan de Liebrug, vanwaar over stille binnenwegen en weidepaden naar Spaarndam wordt ge wandeld. Wie bijtijds terug wil zijn, kan in Spaarndam bus 7 nemen (vertrek 7.40 en 8.25 uur) naar Haarlem-station. De anderen wandelen twee kilo meter verder naar het eind punt van de buslijnen 1 en 5 op de Vergierdeweg. Zaterdagmorgen om half twaalf zal bij Figee aan het Noorder Buitenspaarne tijde lijk alle werk worden stopge zet voor de huldiging van een personeelsdid, dat dan juist vijftig jaar in het bedrijf werkzaam zal zijn: de heer H. H. J. Mertens, Schutterstraat 19 in Haarlem, universeel fraiser. De jubilaris trad op zestien jarige leeftijd als leerling- freezer bij het bedrijf in dienst en ontving daar zijn opleiding. Hij staat algemeen bekend als een plichtsgetrouw werker, een specialist op zijn gebied. De naam Mertens is bij Fi gee overbekend: de vader van de jubilaris werkte er 43 jaar als vuurwerker en een zoon constructeur op het technisch bureau is er ook al 17 jaar werkzaam. Honderd tien jaren heeft de familie Mertens dit Haarlemse bedrijf dus al gediend. Lijst van door de Stadsbibliotheek aangeschafte boeken: Populair wetenschappelijke boe ken: Libra, Astrologie: Encyclo pedie van het Christendom: Katholiek deel (Leeszaal): Brand. Het streven van de Economisch Onontwikkelde Landen naar een Hogere Levensstandaard: Van Beusekom, Getijden der Volks huisvesting; Schenk, Jeugdboek en School; De Molijn, Wat vind ik in de Bodem?: Kortenhoef; Het- tema. Waterbehandeling; Euwe en Muhring, Zo leert U goed Scha ken; Bakels, Goed Taalgebruik en het Persklaar maken van Stuk ken; Urbanek, Deutsche Lyrik aus 12 Jahrhunderten; Multatuli, Barbertje moet hangen; Boon, De Kleine Eva uit de Kromme Bijl straat; Masciotla, Portraits d'Ar- tistes par Eux-mèmes; Riemens, Uren der Zangkunst; Mulder. Handboek der Geografie der Ne derlanden, dl. V, Onder auspiciën van het Bijzonder Ker- kewerk der Hervormde Gemeente te Heem stede hebben woensdag en donderdag in het Minerva Theater door Wim Paauw met veel begrip en grote zorgvuldigheid gere gisseerde opvoeringen van het pinksterspel „Des Heilands Tuin" van Martinus Nijhoff plaats gehad. De laatste van deze twee voorstellingen, door ds. Adr. Oskamp in geleid, werd door de NCRV-televisie uit gezonden. Peter Koen, volledig hersteld van een langdurige ziekte, voerde hiertyj de cameraregie. Muzikale medewerking ter begeleiding van de slotzang werd verleend door vier leden (twee kornets, een tuba en een trombone) van de Brass-band Am sterdam onder leiding van Meindert Boe kei. Over de spelen uit „Het Heilig Hout" van Nijhoff heb ik reeds vaak geschreven, waarbij de vreugde om het weerzien lang zamerhand wordt vermengd met enige ver bazing om het feit, dat het repertoire voor lekespelers vrijwel tot zijn werk beperkt blijft, ondanks dit prachtige voorbeeld, dat toch blijkens de opgeroepen belangstelling het bestaan van een behoefte heeft aange toond en daarin op een voor iedereen boeidende wijze voorziet. Niet dat ik ver wacht had, dat men Nijhoff zou navolgen - er zijn al epigonen genoeg. Op zijn ei genaardige manier is hij trouwens onver beterlijk. Bij iedere gelegenheid opnieuw word ik gegrepen door het in eenvoud sublieme visioen van de bouw van de kerk als een huis, waarbij alle discipelen hun aandeel leveren met hun deugden en naar gelang van hun beperkingen. Evenzeer laat ik mij telkens weer ontroeren door de menselijke Maria, welke moederfiguur mij overigens gemakkelijker te aanvaar den lijkt als behorende tot het levenwerk van de dichter dan als symbool van pro testantse beginselen. Maar waar blijven de verdere schrijvers, die als artistieke executeurs van het Nieuwé Testament op treden? Misschien moet men zijn verwach tingen richten op het zogenaamde Nijmeeg se driemanschap: Jan Wit, Ted Logeman en Guillaume van der Graft, welke laatste daar strikt genomen niet meer toe behoort. Deze heeft in het aan de nagedachtenis van Nijhoff gewijde nummer van De Gids in 1953 een voortreffelijk artikel gepubli ceerd over diens lekespelen, waarbij hij bijzondere aandacht schonk aan de merk waardige priesterlijke inslag daarvan. Daarin wees hij zijn lezers op de nauwe relatie tussen profaan en .sacraal werk, tus sen Euripides en Evangelie, kerk en thea ter. Nijhoff wordt in die beschouwing ge kenschetst als een Sibyllijnse dichter. Ik vraag mij af, of Wim Paauw dit artikel ge lezen heeft. Daarin worden namelijk be schouwingen vastgeknoopt aan wat Nijhoff zelf in zijn voorwoord schreef: het gebruik van vloeiende spreektaal, die door zinsbouw en niet door woordkeus bewogen is gemaakt". Mij dunkt, dat juist in dat opzicht de voornaamste accentverschuivin gen optraden, dat op beslissende momen ten zowel de bewogenheid als de bevlogen heid ontbrak. Maar overigens: al was de opvoering in Heemstede geenszins vol maakt, er werden geen storende fouten ge maakt en dat is al heel veel, zeker met over het algemeen op het gebied van de toneelspeelkunst ongeschoolde krachten. Bij dergelijke voorstellingen aarzelt de critiek - in dit geval dubbel, omdat ik ge loof dat de dichter met het thans bereikte stellig niet ontevreden zou zijn geweest. Ik heb hem wel eens met groot enthousias me horen spreken over een vertolking, die in ieder opzicht minder was dan deze, waarin zijn bedoelingen helder (en voor naam) tot uitdrukking werden gebracht. Overigens ben ik van mening, dat men nooit de intentie alleen voor lief mag ne men, zoals men ook verwacht dat de orga nist in een kerk zijn muzikale taak in wat een eredienst is aan de hoogste eisen moet laten beantwoorden. Welnu, er werd naar beste vermogen en met een soms merk bare spanning gespeeld in de edelste zin van het woord. Werkelijk talent heeft men niet veel geopenbaard gekregen. Maar met waardering moet melding worden gemaakt van de zuivere en krachtige dictie van de vertolkster van Maria,, van een zeer aan vaardbare Petrus en van 'n bevredigende Johannes, waarbij de anderen - al waren helaas de zo belangrijke Sibyllen te zwak - zich zo goed mogelijk aansloten. DAVID KONING. ADVERTENTIE Een der beste horloges uit het land van de ALPEN Geen ander Zwitsers uurwerk in d ezel f de prijsklasse is zó fantastisch nauwkeurig - zo buitengewoon mooi van vorm en uitvoering als het wereldvermaarde A LPINA horloge! A 11-risk verzekerd op wereldpolis. ANEGANG 15 GROTE HOUTSTRAAT 155 HAARLEM BARTELJORISSTRAAT 19 HAARLEM TEL. 11541 Rotterdam. Stichting Klinisch Hoger On derwijs: Semi-artsexamen: J. M. van Schijn- del, Heeswijk (N.B.); B. J. Kranenburg. Rotterdam. Bevorderd tot arts: mevrouw E. M. van Dijk—Salomons; mevr. C. J. Best en de heren A. J. M. Stoop, allen te Rotterdam; J. N. Schaap, Alkmaar; P. J. Blaauw, Voor burg.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1956 | | pagina 13