Holbewoners in Spanje Politierechter strafte zwaar wegens „rijden onder invloed" Abdoel en het Vliegende Tapijt „De tweede oorbel De mislukte Kabinetsformatie Justitie contra alcohol FEUILLETON 4 Uit andere bladen Heringa Wathrich BLIKSEMAFLEIDERS Algemene Ouderdomswet Schandelijke mishandeling van stamboekmerrie Verkeersborden moeten duidelijk zichtbaar zijn Surinaamse minister van Onderwijs treedt af Grote Prijs Amsterdam voor Reg Harris French won bij stayers Fusie tussen De Graafschap en Doetinchem door Hans Martlneit WOENSDAG 25 JULI 1956 Nieuwe Rotterdamse Cou rant geeft onder het kopje „Vastgelopen"' de mening dat een vijf-partijenkabinet theoretisch mogelijk moet zijn, maar dat zo'n kabinet geen noodzaak is. Waarom niet zonder KVP geformeerd? Een basis van vijf partijen is op zichzelf geen nood zaak, zoals het verleden heeft geleerd. Dr. Drees moet de overtuiging hebben gehad, dat het gewenst was, de basis van het ka binet zo breed mogelijk te maken. Prof. Romme intussen schuwt de verantwoorde lijkheid niet, zo kan men in kringen van de K.V.P. horen. Aantrekkelijk kan de formatie moeilijk zijn voor de fractieleider van de KVP. Maar het is er op het ogenblik niet om te doen wat voor deze of gene aantrekkelijk is. Het is er om te doen, dat er een kabinet komt, dat op redelijke wijze met het pariemem kan samenwerken. Of men daarbij omstandigheden zal be reiken, die de zeer brede vijfledige basis mogelijk maken, lijkt voorlopig twijfelach tig. Na de formatiepoging-Drees is het nu eenmaal onmogelijk met een volslagen schone lei te herbeginnen. Als men de se rie mogelijkheden nagaat zoals confes sionelen met liberalen; socialisten met prot.-chr. en liberalen; eventueel zelfs met K.V.P. alleen met socialisten (wat niet zeer waarschijnlijk is); en tenslotte de ba sis van vijf partijen dan zou laatstbe doelde mogelijkheid wel op zeer grote moeilijkheden stuiten. En toch, al zou men niet van geestdrift voor die oplossing over lopen, men kan er toch op zijn minst te genover staan onder het vragend motto; waarom niet? Algemeen Handelsblad, onder het kopje „Ernstige Situatie", wil met grote ernst vaststellen, dat ons land zich niet, als in 1926, de weelde van een kabi netscrisis van vier maanden kan permitte ren, om pas dan tot de conclusie te komen, dat op een situatie als deze, waarin een oude samenwerking is verbroken en een nieuwe (waarschijnlijk) nog niet blijkt te kunnen worden gevormd, geen andere op lossing past dan een nationaal intermezzi- kabinet onder krachtige leiding. Waarom zo'n kabinet bepaald ..liberaal" moet he ten, is ons niet duidelijk. In ieder geval: wie zegt wat hij niet wil, zal dan toch moeten zeggen wat hij w e 1 wil en hij zal de mogelijkheid daar van op korte termijn ook waar moe ten maken. Maar lang zal dat niet mogen duren. Er is: periculum in mora! De Volkskrant schrijft onder het kopje „Nieuwe Fase": De poging van dr. Drees strandde op de weigering van de KVP om zijn program op bepaalde punten te aanvaarden. Maar het is duidelijk dat de KVP die rol niet heeft gezocht. Dr. Drees verwijt de KVP, dat die breuk ontstaan zou zijn omdat de katholieke partij zich niet aan zijn methode hield. Hij had de discussies over zijn ontwerp-program wil len afsluiten zonder de overgebleven ge schilpunten uit te praten. Dat zou, in zijn opzet, later hebben moeten gebeuren als ook de kandidaat-ministers waren aange zocht. Maar wat maakt dat voor verschil? Er waren nog een paar kostbare weken meer verbruikt. De formateur zou al 'n heel ka binet op papier klaar hebben. En eerst dan had de KVP kunnen zeggen, dat van haar kant toch niet op medewerking kon worden gerekend. Nog afgezien van de vraag of men de fi-acties op die manier niet onbe doeld in een dwangpositie had gebracht, zou het toch enkel uitstel van executie zijn geweest. Daarom is het goed, dat de KVP nu al duidelijk maakte hoe het ligt. Onderwijl is weer een nieuwe fase inge treden met de opdracht aan prof. Romme. Wij zijn er ons van bewust, dat de nieu we formateur zijn werk onder zeer ongun stige omstandigheden begint. Hopelijk ziet ook de PvdA in deze fase meer dan een gelegenheid om haar teleurstelling over het falen van dr. Drees uit te vieren. Indien men het daar zou kunnen opbren gen om de nieuwe formateur even ver te gemoet te komen als de KVP dr. Drees deed, ware al veel gewonnen. Het is meer gebeurd, dat men elkaar langs een lange en moeilijke weg moest vinden. D e T ij d meent dat het weinig zin heeft met de schuldvraag over en weer te gaan kaatsen. Zeker is, dat prof. Romme zijn aan de jongeren in Utrecht vóór de ver kiezingen gegeven woord heeft gestand ge-; daan en de bevordering van bezitsvorming als punt in het nieuwe regeringsprogram is blijven stellen als een conditio sine qua non voor een deelname van de K.V.P. aan de regering. De P.v.d.A. voelt alleen iets voor collectieve bezitsvorming en niets voor individuele bezitsvorming en sugge reert in haar pers, dat Romme alleen be- zitsvermeerdering van de reeds bezitten- den zou nastreven. Volkomen ten onrechte evenwel, want het gaat de KV.P. en haar fractieleider juist om individuele bezits vorming voor de arbeiders. De klemmende en ook enigszins beklem mende vraag luidt thans: „Wat nu?" De P.v.d.A. heeft bij herhaling laten doorsche meren, dat zij, hoewel ongaarne eventueel in de oppositie kan gaan. Van K.V.P.-zijde is tot nu toe nooit zulk een geluid gehoord. Waarom eigenlijk? Als de P.v.d.A. mocht menen, dat zij vanwege haar éne zetel meer aan de K V.P. een regeringsprogram mag dicteren, dan vergist zij zich. Zij is nog niet aan een absolute meerderheid in het parlement toe. De kleine partijen spe len thans een doorslaggevende rol op de wip, waarop aan weerskanten de nagenoeg even zware P.v.d.A. en K.V.P. zitten. Waar Drees niet geslaagd is, heeft Romme wei nig kans. De situatie is moeilijk en biedt weinig perspectief. En dat, terwijl er uiterst belangrijke beslissingen zullen moeten worden genomen. Het V r ij e Volk. Dit blad schuift de schuld volstrekt op de KVP, door te bewe ren dat de AR en de CHU wel in algemene zin met het program van dr. Drees akkoord gingen. Het blad schrijft: „De formatie- poging van dr. Drees heeft bijna zes weken geduurd. Die tijd is geen verloren tijd. Er is een program op tafel gekomen waarover de PvdA en de protestants-christelijke par tijen het eens zijn geworden, en dat bij de VVD nog in overweging is gebleven. Óver belangrijke vraagstukken als de defensie- lasten en de huurkwestie heeft het overleg tot resultaat geleid. De KVP meent echter niet genoeg aan haar trekken te zijn geko men. De tijd, die nu zal verlopen, voordat een kabinet kan worden gevormd, is de tijd die de KVP opvraagt om te onderzoe ken of zij toch niet een paar voor dr. Drees niet aanvaardbare punten in het program kan krijgen. Wanneer men prijs stelt op het deelne men aan de regering door de PvdA is de kans niet groot, dat de KVP daarin kan slagen. En of de andere partijen veel lust zullen hebben zich van een voor hen aan vaardbaar program te laten afdringen is zeer de vraag. Zij weten van de PvdA wat zij aan haar hebben. Zij weten dat zij van de KVP een kortzichtige prestigepolitiek hebben te venvachten, die hen, wanneer de PvdA uit de regering zou blijven, van de ene moeilijke situatie in de andere zou brengen. Nu de heer Romme de staatsmanswijs heid niet heeft kunnen opbrengen, op het laatste ogenblik terug te komen op wat ai- gemeen als overvragen werd gevoeld, wachten wij met spanning af, hoe de KVP de moeilijkheden denkt op te lossen, die zij veroorzaakt heeft. De Telegraaf acht het nu duidelijk gebleken, dat de brede basis geen middel is om door eendrachtelijke samenwerking grote doeleinden te verwezenlijken, maar een samenvoeging van uiteenlopende op vattingen en beginselen, welke slechts in stand kan blijven door een verdoezeling der principiële verschillen. Het mag tot op zekere hoogte een ge lukkige omstandigheid worden genoemd dat het geschilpunt» waarop de formatie poging van dr. Drees gestrand is, een prin cipieel vraagstuk is. De door de K.V.P. voorgestane bezitsvorming kan slechts ver wezenlijkt worden via fiscale tegemoet komingen en betekent dus een terugdrin gen van de staat, hetgeen lijnrecht in strijd is met de grondbeginselen van de Partij van de Arbeid. Eindelijk heeft de meerder heid der K.V.P. het aangedurfd, een duide lijke uitspraak te doen. Maar naarmate de tijd voortschrijdt wordt de noodzaak van een nieuwe rege ring sterker en zal het compromis ook wel weer zegevieren met betrekking tot de vraagstukken, waarover thans nog geen overeenstemming is verkregen. „Het Parool", onder het' kopje „Tweede Ronde" acht de kansen op een succes van prof. Romme minimaal. Lukt hem de formatiè niet, schrijft het blad, dan is het Nederlandse politieke leven een ne gatieve zekerheid rijker. Dat lijkt ons met het oog op de toekomstige staatkundige ontwikkeling ruimschoots de paar dagen, die er naar onze schatting voor nodig zou den zijn, waard. Terecht zegt de Volks krant. dat de resultaten van de conferen ties en studies van de laatste vijf weken, ondanks het falen van de eerste forma teur, niet verloren zijn. Zo lijkt het voor ieder zichtbaar vaststellen van het feit. dat prof. Romme in zijn verzet tegen het op grond van die studies en conferenties ontworpen program, alleen staat, een be langrijke zaak. Zij doet de tijd die daar voor eventueel nodig zou zijn, in onze ogen welbesteed zijn: een korte, maar daarom niet minder belangrijke tweede ronde in de strijd om een nieuw kabinet. „T r o u w" schrijft onder het kopje „Mislukte formatie": Dr. Drees heeft een vaag program ontworpen en dat vage pro gram was niet zo, dat de andere partijen gezegd hebben: We zijn nu klaar met het program, daarover bestaat geen menings verschil. Neen. men heeft over het bereik te resultaat alleen gezegd: Het program is geen aanleiding om niet verder te praten en verder te handelen. Bij dat verdere han delen zou dan een meer concreet rege ringsprogram aan de orde zijn gekomen. De heer Drees stelde zich voor dat te behande len met de door hem aan te zoeken kandi daat-ministers en niet met de fracties. De zaak is nu eerder in een acuut sta dium gekomen'doordat de heer Romme thans reeds preciseringen en aanvullin gen vroeg, waartoe de heer Drees niet be reid bleek. De anti-revolutionairen hebben evenals de christelijk-historischen op het stand punt gestaan dat men eenmaal de ADVERTENTIE HAARLEM methode-Drees aanvaard hebbende op dit ogenblik niet kon zeggen dat er be zwaar was om verder te spreken. Maar zij deden dat met een open oog voor de moeilijkheden die juist dan eerst goed zou den komen. Zij stonden volkomen vrij en volkomen zelfstandig tegenover ieder der andere gesprekpartners. De brief van de heer Romme heeft echter aan de methode- Drees een einde gemaakt en daarmee aan de formatiepoging van dr. Drees. Het komt ons voor dat er weinigen zullen zijn die zullen kunnen volhouden dat de methode- Drees een gelukkige was. Met dit al zijn wij nu veertig dagen na de verkiezingen. Er is gedurende de forma tiepoging van dr. Drees natuurlijk veel voorarbeid verricht, die voor de komende formateurs bruikbaar is. Maar we zitten op het ogenblik toch wel in zeer grote moeilijkheden. Die moeilijk heden worden verergerd door het feit dat na de verkiezingsstrijd de verhoudingen tussen de partijen niet zijn verzacht, maar verscherpt. En die verhoudingen zijn een slechte basis voor een parlementair kabinet. In het Staatsblad is afgekondigd een Koninklijk Besluit van 12 juli, waardoor een groot aantal artikelen van de Algemene Ouderdomswet met ingang van 1 augustus in werking zal treden. Deze artikelen heb ben alle betrekking op de noodzakelijke voorbereidingen, welke vooraf moeten gaan aan het verlenen van recht op ouder domspensioen ingevolge de Algemene Ouderdomswet en het heffen van premies. Zoals bekend ligt. het in het voornemen de resterende artikelen op 1 januari 1957 in werking te doen treden. Dader vermoedelijk afgunstig op prijzen die het dier won Tot tweemaal toe is in de afgelopen nachten een aanslag gepleegd op een kost bare stamboekmerrie van de heer J. v. d. Kamp aan de Halderbrinkweg te Benne- kom. De eerste keer werd het dier de staart afgeknipt. De tweede keer werd het tot enkele malen toe in de prikkeldraad afrastering van de weide gejaagd, waar door het paard deerlijk werd gewond. In de weide vond men een stok met touwen en ijzer, die door de dader waarschijnlijk is het beide malen dezelfde geweest blijkbaar als gesel is gebruikt. Men neemt aan, dat de merrie slacht offer is van afgunst, omdat het dier op keuringen reeds tal van prijzen won. Het afknippen van de staart gebeurde juist voor een vorige week te Barneveld ge houden voorkeuring, maar de jury liet het paard toch toe, daar zij rekening wilde houden met de bijzondere omstandigheden. Het paard behoorde weer tot de beste inzendingen en werd aangewezen voor de donderdag te Bennekom te houden cen trale keuring, maar door de nieuwe aan slag is de merrie daarvoor wel definitief uitgeschakeld. Namens de minister van Verkeer en Waterstaat verzoeken gedeputeerde staten van Noordholland aan de gemeentebestu ren, wegbeherende waterschappen en an dere wegbeheerders in Noordholland, er op te willen toezien, dat de verkeerstekens en -borden op duidelijk zichtbare wijze worden geplaatst. Het zou de minister namelijk gebleken zijn, dat deze zicht baarheid soms, en met name in de zomer maanden door overwoekerend struikgewas, te wensen overlaat. SPANJE, juli De hotel portier in Granada had een buitenkansje voor ons. We betraden zijn koele hall, na de hele dag te hebben rond gezworven door de wonderen van Alhambra. Het Moorse paleis, dat zo prachtig ge conserveerd is gebleven, had ons overweldigd en we kon den nu beter begrijpen wat de geschiedschrijver bedoel de, toen hij schreef: „In 1492 veroverden Ferdinand en Isabella het laatste bolwerk van de Moren in Spanje, de stad Granada met zijn on vergelijkelijke Alhambra. En de Arabische wereld ween de". Dte indrukken waren nog zo sterk, dat we aan vankelijk slechts met een half oor luisterden naar het voorstel van onze portier. „Als u wilt, kunt u zich vanavond aansluiten bij een gezelschap, dat de zigeuner- wijk El Albaicin gaat bezoe ken. Daar zult u de gitana's in hun natuurlijke omgeving kunnen zien. Er wordt ge danst ook: Zo'n kans krijgt u nooit meer". Daar we kwalijk konden geloven in de belangeloze sympathie van de man, vroe gen we voorzichtig: „En wat kost ons dat?" „Zestig pesetas". Toe maar, voor heel wat minder dan zestig gulden hadden we in Nederland Carmen Amaya in hoogst eigen persoon zien dansen en daar kregen we haar hele troep nog bij cadeau. Maar dit kon een avontuur zijn. Bij daglicht' waren we al even op de Sacro Monte ge weest en hadden daar de ex- terieures gezien van die hol- woningen, waarin de zigeu ners leven. Het was geen on verdeeld prettige ervaring geweest. Zwermen kinderen hadden ons joelend en om pesetas bedelend begeleid en toen we snel in de wagen wilden vluchten, gingen ze er met. trossen achteraan hangen. Het viel mee en tegen. Om acht uur stond de auto bus voor het hotel en een troep nieuwsgierige toeris ten meest Amerikanen, per ste zich naar binnen. Dat was al één tegenvaller: weg avontuur. Het buitenkansje bleek een doodgewone geor ganiseerde tocht voor vreem delingen te zijn, waaraan de portier ongetwijfeld een dik ke provisie verdiende. De weg naar El Albaicin bracht ons met talrijke haar speldbochten steeds hoger boven de stad. Beneden ons schitterden de duizenden lichten van de oude Moorse hoofdstad, voor ons lag een restant.ie avontuurlijke ro mantiek, waaraan we ons omwille van zestig pesetas krampachtig vastklampten. Rondom ons kwetterden Amerikaanse dames in hun nasale tongval. Zij bespra ken nu al wat voor de vol gende dag op het programma stond. Toen kwam tegenvaller nummer twee. Gedwee mee- slenterend in de kudde, over schreden we met kloppend hart de drempel van de hol- woning. De in de zachte rots uitgehouwen woonspelonk zag er weinig mysterieus uit en het interieur was schreeuwend banaal. Hier woonden geen arme mensen, wel lieden zonder enige smaak. Elk beschikbaar plekje van de wanden was behangen met foeilelijke ko peren sier- en gebruiksvoor werpen en vergeelde foto's in protserige lijsten. Er hing een lamp met een kleurige kap, waarvan de ogen pijn deden. Er stond een canapé, die oud en pompeus was, zonder de charme van het antieke. De inhoud van de autobus werd snel en deskundig op stoelen in een kring geschikt. Een gitaarspeler nam plaats bij de achter ons gesloten deur. En toen traden uit een zijkamertje de danseressen en dansers naar voren. Zodra de eerste getokkelde accoor- den door de ruimte zweefden en het geknetter van de castagnetten de hartstochte lijke danspassen begeleidden, viel de teleurstelling van ons af. Er bleef nog slechts de vraag: hoe is het mogelijk, dat deze met een natuurlijke gratie begiftigde mensen in een zo onbegrijpelijke banaie omgeving kunnen wonen? Het geschreeuw en hand geklap van de troep over stemden de eenzame gitaar speler. Kleurige gewaden golfden om lenige lichamen, castagnetten ratelden oor verdovend en achter ons vroeg een zigeunerin, die nog niet aan de beurt was: „Cigarillo?" We dachten aan onze zestig pesetas: moest er zelfs hier nog worden ge bedeld? Half onwillig en zonder om te zien, want we wilden niets van de dans missen, staken we de vraag ster onze koker toe. Vijf, zes begerige handen grepen er in en hij was leeg en het ,muchas gracias, senor", dat ons in de oren werd gefluis terd kon onze ergernis niet verminderen. Maar het dansen maakte alles goed. Nu bewoog zich een meisje dertien, veer tien jaar kon ze hoogstens zijn door de ruimte. Klet terend stampten haar voeten op de vloer, geraffineerd wierp ze haar hoofd naar voren, zodat haar wilde haardos voor haar gezicht viel. Dan, zich plotseling op richtend en haar hoofd wild achterover werpend, ratel den haar castagnetten naar een crescendo. Ze sloeg haar kleurige mantón met de blik van een volleerde courtisane om haar schouders. Het scanderend handgeklap van de achter ons staande danse ressen klonk sinister. Hier werden oerinstincten uitge leefd. Dit was natuurlijk dansen buiten de klassieke traditie van het ballet om. „En waar woont Carmen Amaya?" vroegen we in de pauze. „Hier vlakbij", werd ons ijverig verzekerd, „maar ze is er niet. Ze maakt een gro te tournée door Europa." Ze zijn er trots op, dat hun vrienden en vriendinnen successen behalen in alle grote zalen van de wereld en ze goochelen met de fabel achtige bedragen, die deze tournées opbrengen. Intus sen maken zij het ook niet slecht. Met deze holbewoners hoeft men geen medelijden te hebben. Het bedelen van de kinderen, zelfs van de volwassenen, moet blijkbaar ook als een van de oerdrif ten worden beschouwd, waarop dit vrijwel onver mengde volk leeft. Een noodzaak is het zeker niet; de zigeuners van Granada gaan zelfs voor welgesteld door. En als we zo eens onze ogen in het rond laten gaan cn snel tellen, dat hier der tig mensen zitten, dan hoe ven we geen rekenkundig genie te zijn om te consta teren, dat een uu,r dansen hen weer achttienhonderd pesetas rijker heeft gemaakt. Maar laten we eerlijk be kennen: het was het waard, ondanks de teleurstellingen en ergenissen. J. K. Voor de Haarlemse politierechter, mr. H. G. Rambonnet, stond vandaag een 33- jarige vertegenwoordiger terecht die ervan verdacht werd op 18 juni na acht glazen bier gedronken te hebben in zijn auto te zijn gestapt en te zijn weggereden. Bij zijn aanhouding weigerde de verdachte zich te onderwerpen aan de bloedproef hetgeen de officier van Justitie, mr. dr. R. W. H. Pitlo, hem zeer kwalijk nam. Tegen de verdachte eiste hij dan ook zes weken gevangenis cn de ontzegging om motorvoertuigen te be sturen voor de tijd van twee jaar. De politierechter veroordeelde de ver tegenwoordiger tot een maand zitten en twee jaar niet rijden. Vervolgens stond een 28-jarige fabrieks arbeider uit Krommenie terecht die op zijn motor was gaan zitten hoewel hij aldus de verbalisant onzeker liep, onsamen hangend praatte en naar alcohol riekte. Bo vendien trachtte de verdachte Frans te spreken, hetgeen de officier van Justitie sterkte in zijn mening dat de fabrieksarbei der meer dan de opgegeven drie glazen bier had gedronken. Ook het resultaat van de Nauwelijks waren de jongens ontwaakt en d eden ze hun ogen open, o „Mohab! Kijk 'es gauw naar beneden!", juichte Abdoel. „Daar is ons eigen land weer!" „Ja", riep Mohab. „En wat is het hier weer lekker warm, hè!" Want jaze hadden het in dat Eskimoland toch wel erg koud gevonden! Maar nu vlogen ze weer in het warme zonlicht, en beneden hen zagen ze het blauwe water aan de kust en overal groene palmen... 66-67 bloedproef (1,80 aethylalcohol pro mille) wees in die richting. De verdachte was het hier echter in het geheel niet mee eens. ,,'t Klopt niet", meende hij, „die alcohol blijft zeker nog wel 24 uur in je bloed circuleren, dat is de zuivere waarheid, ik steek er toch niets mee in m'n zak als ik hier sta te liegen". Met deze laatste opmerking was de officier van Justitie het volkomen eens want hij eiste een maand gevangenisstraf cn de intrekking van het rijbewijs voor de tijd van twee jaar. Mr. Rambonnet verlaagde vervolgens deze straf tot veertien dagen gevangenisstraf en twee jaar niet rijden. Tenslotte stond een Beverwijker terecht die ogenblikkelijk na het voorlezen van de dagvaarding ontkende dronken op zijn mo tor gezeten te hebben. „De een is van drie borrels dronken en de ander nog niet van drie vaten", verkondigde hij blijmoedig, maar even later betrok zijn gezicht toch wel toen hij hoorde dat de officier van Justitie zes weken gevangenisstraf en twee jaar intrekking van het rijbewijs eiste. „Ik zal nooit in herhaling komen", verzekerde hij de politierechter, „en ik heb nog nooit iemand schade berokkend, ik heb zelfs nog nooit een musje doodgereden". De politie rechter verlaagde nu dit pleidooi de ge vangenisstraf tot een maand. De minister van Onderwijs in het Suri naamse kabinet, dr. L. Rens, heeft zijn ontslag ingediend. Vermoedelijk zal hij in functie blijven tot zijn vertrek naar Neder land op 6 augustus. Minister Rens behoort tot de Progres sieve Surinaamse Volkspartij, die enige dagen geleden de samenwerking met het eenheidsfront, de combinatie van partijen, die in Suriname het bewind voert, heeft verbroken. Het aftreden van dr. Rens wegens ge zondheidsredenen en vertrek naar Neder land was reeds enige tijd geleden, voordat het besluit van de P.S.V. was gevallen, officieus aangekondigd. Jubileum. Op vrijdag 27 juli zal de heer J. Schotman te IJmuiden-Oost, technisch ambtenaar C bij het PEN te Bloemendaal de dag vieren, waarop hij vijfentwintig jaar bij dit bedrijf in dienst is. Oud-wereldkampioen Reg Harris heeft voor de derde maal beslag gelegd op de grote sprintersprys van Amsterdam door in de finale Arie van Vliet en de Zwitser Plattner te verslaan. Dat Harris de buidel met geld in de wacht sleepte was geen verrassing. Dat was wel het geval met de duidelijke neder laag, die de wereldkampioen Maspes leed. In de halve finale werd hij door Van Vliet op onnavolgbare wijze verslagen en in de her kansing, die de Italiaan met Plattner, Derk- sen n Potzernheim reed, moest hij genoegen nemen met de laatste plaats, zodat hij in het eindspel geen rol meer te vervullen kreeg. Die halve finale met Van Vliet, Maspes en Potzernheim was verreweg de beste rit van dit sprinterstoernooi, dat men gerust als een generale voor de komende wereldkampioen schappen kan beschouwen. De Nederlandse veteraan had de kop ge nomen, gevolgd door Maspes en Potzernheim. Voor de maratontribune verraste de Duitser de wereldkampioen, ging binnendoor, maar werd door Van Vliet opgevangen. Maspes was meegegaan, schoot op zijn beurt, toen de laatste 2Ó0 meter ingingen, onder Potzern heim door, maar vond toen Van Vliet, die dit spelletje nauwlettend had gadegeslagen, vlak voor zijn wiel. Maspes werd ingesloten en was een geslagen man In de herkansing van de have finale lette Maspes te veel op Derksen, die niet van zijn wiel week en had daardoor de slimme Zwit ser niet in de gaten. Deze spurtte binnen door en bevocht op het laatste rechte eind zijn zege. In de finale trok Harris er voor de mara tontribune plotseling vandoor, nam zeker vijf lengten en had voldoende zuivere snel heid over (de laatste 200 meter in 11.6 sec. de snelste tijd van de avond) om de rit en daarmee de grote prijs te winnen. De uitslag van de grote prijs van Amster dam voor stayers, die een uurwedstrijd reden, was: 1. French (Australië), afgelegd 79,300 km.; 2. Jacobi (Duitsland), afgelegd 79,100 km.; 3. Timoner (Spanje) afgelegd 78.900 km.; 4. Koch (Nederland), afgelegd 78.690 km.; 5. Bunker (Engeland), afgelegd 78.600 km.; 6. Wierstra (Nederland), afgelegd 77.575 km.; 7. Pronk (Nederland), afgelegd 76,850 km.; 8. Bijster (Nederland), afgelegd 74,700 km.; 9. Adrie Voorting (Nederland), afgelegd 74.000 km. De voetbalverenigingen „De Graafschap" en „Doetinchem" hebben besloten tot een fusie over te gaan. De nieuwe vereniging zal obligaties uitschrijven in coupures van f 100. f 250, f 50C en f 1000, met een rente van 10 procent. De uitbetaling zal niet in geld ge schieden, doch men krijgt reductie op plaats bewijzen. 11 16) Och wat, dit mannetje hier wist toch niets van de Nederlandse landkaart af. Daarom zei hij kalm: „Ik reed ook niet regelrecht naar Am sterdam. Omdat een laatste vergadering met mijn compagnons niet doorging, wilde ik...." Ondanks de hitte, doorhuiverde hem een ijskoude rilling. het naaste zou dan natuurlijk zijn geweest, mijn laatste vrije avond met Nel bij de Kosters door te brengen, waarop ze zo had aangedrongen. Wat een geluk, dat het verhoor hier plaats vond en niet in Nederland, waar ze van de situatie wel heel wat beter op de hoogte zouden zijn, dacht hij, voordat hij zijn zin ging afmaken: „Ik wilde toen van de gelegenheid ge bruik maken om even van goede kennissen persoonlijk afscheid te nemen." „Deze kennissen zullen dan zeker uw aanwezigheid kunnen bevestigen? Wanneer u mij hun naam en adres opgeeft, kan uw politie zich gemakkelijk zekerheid omtrent dit punt verschaffen, niet waar?" Recher cheur Harrison zat in welwillende houding met zijn potlood gereed. „Nee. Helaas, kunnen ze dat niet. Ik be doel, ik trof niemand thuis. Na dat omme tje ben ik toen naar Amsterdam doorge reden, waar ik op de u al eerder genoemde tijd aankwam." „Dat is dan erg jammer. Kunt u tenmin ste de tijden van uw heen en weer rijden nauwkeuriger bepalen?" Al naar de onder vraging vorderde, beviel de man recher cheur Harrison minder en minder. Maar hij had zich alleen aan die paar vragen te houden. „Ook dat, helaas, niet. Dacht u, dat ik op de klok kijk, wanneer ik zeeën van tijd heb om mijn vliegtuig te halen?" repli ceerde Dijkman, nu een beetje geïrriteerd. Kalmer vervolgde hij: „Ik had ook geen plan gemaakt om op een vastgestelde tijd van huis te gaan. Had ik maar op de klok gekeken!" voegde hij er met een schamper lachje aan toe. „Wat zou dat nu een hele boel ophelderen!" „Ja. waarschijnlijk," rechercheur Harri son klapte zijn notitieboekje dicht. Beiden stonden op. „U wilt me zeker uw hoteladres hier wel geven, voor het geval ik u nog nodig mocht hebben, mijnheer Dijkman." „Natuurlijk. Hier is het. Dus mijn over komst wordt niet verlangd?" „Neenog niet," was het dubbelzinnig antwoord. Neerslachtig zocht Arend Dijkman het terrein naar zijn collega af. Er was even wel' niemand meer te bekennen. Zijn com pagnon was er zeker al vandoor gegaan met de chef die hem zou komen afhalen. Het onderhoud met die rechercheur had ook nogal geduurd. Lusteloos wilde hij een een taxi nemen, toen Karei Meulenbelt hem uit een privé-auto toewenkte. Naast hem zat de heer Mattock, de directeur van de grootste bouwonderneming ter plaatse. Ze begroetten elkaar, waarop Dijkman naast de chauffeur ging zitten. Op Meulen- belts vraag, wat ze eigenlijk van hem had den gewild, antwoordde hij kort, dat het een vergissing was geweest. Op hetzelfde ogenblik begreep hij zijn antwoord al niet. De dood van Nel kon hij onmogelijk geheim houden. En wat voor een indruk zou dan zijn houding op Meulenbelt wel maken? Nou ja, hij kon nog altijd vertellen, dat hij er in het bijzijn van een betrekkelijk vreemde niet over had willen praten. Hij was blij, dat hij voorin zat. Zo kon hij zijn gedachten beter de vrije loop laten. Moe leunde hij achterover ën sloot de ogen. Dadelijk voer hij weer op, toen de auto met een ruk stopte. De slagbomen gingen dicht. Ja, dat is weer dat krank zinnige vliegveld waar de startbaan de rij weg snijdt, dacht hij wrevelig. Onder het verder rijden, piekerde hij over zijn verhouding tot Nel na. Had hij eigenlijk van haar gehouden? Natuurlijk wel. Een kinderliefde. Een jeugdliefde. Ze hadden niet beter geweten, dan dat ze later zouden trouwen. Iedereen in hun omgeving had nooit anders verwacht. Er was niets opwindends aan hun jarenlange verloving geweest. En meteen schoot hem de kleine Joke Rijnders te binnen. Die had wel wat opwindends. Maar nee, in de verte was dat wel even aardig, maar op den duur was zo iets toch niets voor hem. Zo lichtvaardig als ze met hem flirtte, zo was ze helemaal. Dat luchtige mocht hij mischien bij andere vrouwen, bij zijn eigen vrouw was hij er niet van gediend. Onveilig, onrustig, een belemmering tenslotte bij ernstig werk. Gelukkig, dat het die Harrison was ont schoten nog eens nader naar het doel van zijn mislukt bezoek te vragen. Laat ze dat maar in Nederland uitvissen. Of liever niet. Het was waarachtig niet nodig, dat ook nog Joke Rijnders in deze zaak werd betrok ken. De dokter kon er ook beter niets van weten. Dat zou maar wrijving tussen die twee opleveren. Vreemd, ging hem weer door het hoofd, dat er die avond wel licht in het doktershuis had gebrand en toch niemand had opengedaan. Hij had er geen touw aan vast kunnen knopen. Bij hun telefoongesprek had Joke Rijnders hem nog eens te verstaan gegeven, dat ze de hele avond alleen thuis zou zijn. Tijdens hun gesprek had hij nog niet geweten, dat hij vrij zou zijn. En toen hij bij wijze van ver rassing toch naar haar was toe gereden, was hij voor een gesloten deur gekomen. Merkwaardig. Zou Nel al die tijd jaloers zijn geweest? Natuurlijk, dat was zo nu en dan wel uit haar opmerkingen gebleken. Moest hij toch onmiddellijk terugvliegen? Zou zijn afwezigheid geen verkeerde indruk maken? Voor harteloos zouden ze hem ver slijten. Maar wat kon hij er nu nog aan doen? Eerst maar op verder bericht wach ten. Dat was het beste. Geradbraakt stapte hij voor de impo sante bureaux van de bouwmaatschappij uit. Goed, dat er meteen conferentie op het programma stond. Goed ook, dat Karei Meulenbelt er was, een vrolijk, bijna uit bundig vrolijke metgezel. Een weldaad, die oppervlakkigheid in zo'n geval. Vanavond zou hij het hem van Nel vertellen. „Neem nog een whiskey, ouwe jon gen zou hij om het kwartier tot troost zeggen. Reinier Bartels, de nieuwe apothekers hulp, zat in de kale gelagkamer van het dorpslogement. Sedert hij hier zijn intrek had genomen, was dit zijn gewoonte ge worden. Hij was gewend zijn avonden bui tenshuis door te brengen. Met zijn voorstel om na tafel op te stappen en dan zijn eigen vertier te zoeken, was dokter Rijnders dadelijk ingenomen geweest. Hij scheen er zelfs de voorkeur aan te geven. Wat hem zelf betrof, in huize Rijnders voelde hij zich eigenlijk te veel, al probeerde het echtpaar hem dit niet te laten merken. Nu hij in het onvriendelijke zaaltje met het reusachtige biljart en de blinkende tap kast zat, moest hij wel even over zijn keus van vrije tijdsbesteding lachen. Hier zou hij voortaan avond aan avond zitten met niets dan die onbenullige praat om zich heen. Maar boven op zijn smakeloos inge richte kamer kon hij het helemaal niet uithouden. Het was er de laatste tijd meest al ook het weer niet naar om de fiets te pakken en voor een bioscoopje naar het nabije Hilversum te trappen. Dat zou een saai wintertje worden. Bijna ging hij naar extra werk in de avonduren verlangen. Buitenleven moest je leren blijkbaar. Mistroostig keek Bartels naar zijn lege bierglas en de vele kringen op het tafel blad, die misschien al even zo mistroostige bezoekers hadden achtergelaten. Hij fleurde op, toen hij Willem Brouwer zag binnen komen. Hij had reeds kennis met hem gemaakt en vond hem geen onge schikte baas. Brouwer ging tegen de toog leunen en maakte een babbeltje met de dikke kastelein, terwijl deze zijn glas vol schonk. Bartels kon het niet nalaten tel kens weer zijn gedachten over de in het dorp gepleegde misdaad te laten gaan. Het hield hem in spanning alle kanten uit te goochelen met de weinige gegevens die hem ter beschikking stonden. Dokter Rijnders had hem slechts een kort, zake lijk verslag gedaan. En dat nog ongraag ook. Zo was het hem tenminste voorge komen. Aan Brouwer zou hij in dit opzicht wel eens wat meer kunnen hebben, dacht hij, tuk op meer stof voor zijn combinaties. Die was toch het een of ander bij de politie geweest? Alsof de man zijn blik en ge dachten had gevoeld, draaide hij zich eens klaps om en stak ter begroeting een hand op. (Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1956 | | pagina 6