Ondanks tegenstellingen goede
samenwerking mogelijk
Groen Co
DE SAMENZWEERDERS
MERLIJN EN DE WONDERBESSEN
Dr. Drees: brede basis een voordeel
„Grote partijen kunnen elkaar
nauwelijks missen, hoe kwaad ze
elkaar ook aankijken"
5
Haarlemse tram ramde te
Amsterdam een vrachtauto
Tienjarig bestaan UNO in
Den Haag herdacht
Centrale Verwarming
Pow-R-Matic Oliebranders
Acteur Johan Valk in
Den Haag gehuldigd
Jongen kwam niet thuis na
Van school te zijn gestuurd
VERVOLGVERHAAL^
[door Friedrich Bruegel
Eet wat U wilt-
Maar wees wel voorbereid
als er iets „verkeerd valt"
Plannen voor autosilo's
Arbeiders bij Billiton in
Suriname staken
j, moderne
Agenda voor Haarlem
VRIJDAG 26 OKTOBER 1956
(Van onze parlementaire redacteur)
In de door minister-president dr. Drees
uitgesproken rede ter beantwoording van
het algemeen politiek debat over de rege
ringsverklaring, met inbegrip van hetgeen
gezegd was over het „formatiedrama", was
heel wat blijmoedigs te beluisteren.
Weliswaar moest hij vaststellen, dat
eigenlijk niemand in de Kamer tevreden
was over het resultaat van de langdurige
formatiepoging, maar men kon duidelijk uit
de zin van zijn betoog opmaken, dat hij de
kans groot achtte, dat binnen het kabinet
wel degelijk een goede samenwerking
mogelijk zou blijken te zijn en dat het met
de tegenstellingen in de Kamer nog wel
zou loslopen. Minister Drees ontkende
geenszins, dat er tal van principiële tegen
stellingen tussen de verschillende partijen
bestaan, maar het ging hem toch te ver om
in dat opzicht van onoverbrugbare kloven
of afgronden te gewagen, zoals in het debat
wel was gedaan. „De brede basis moge dan
volgens prof. Romme een uit noodzaak ge
boren basis zijn, een voordeel is toch in elk
geval, dat er in het kabinet vele volksgroe
pen vertegenwoordigd zijn. Het kabinet zal
proberen te tonen, dat het ook in zulk een
gemengd gezelschap niet behoeft te ont
breken aan besluitvaardigehid bij het in
het algemeen landsbelang te voeren beleid",
aldus dr. Drees.
De minister-president deelde de opvat
ting van prof. Romme, dat er veranderin
gen ten aanzien van de opvattingen inzake
politieke samenwerking vgllen waar te
nemen. Dr. Drees had zelf al meer dan
eens verkondigd, het wel gezond te achten,
indien men eens tot een andere indeling
zou kunnen komen, dus bijvoorbeeld tot
een kabinetssamenwerking hetzij zonder
de P.v.d.A., hetzij zonder de K.V.P. De
feiten tonen echter, dat dit op het ogenblik
niet kan. Daarom gaf de minister-president
voorlopig de voorkeur aan de brede basis
in die zin, dat daardoor grote en verschil
lende volksgroepen zich in 't kabinet ver
tegenwoordigd weten, ook juist wanneer
het gaat om kwesties, die ons gehele volk
raken. Over de verhoudingen tussen
P.v.d.A. en K.V-.P. merkte hij nog op:
„Beide grote partijen kunnen elkaar nau
welijks missen, hoe kwaad zij elkaar soms
ook aankijken,"
Het is begrijpelijk, dat iemand, die van
een dergelijk standpunt uit de politieke
constellatie ziet, geenszins de zienswijze van
dr. Bruins Slot (A.R.) kon delen, en even
min die van pa-of. Romme, dat er werkelijk
zulk een diepe kloof waarneembaar zou
zijn tussen de denkbeelden van de P.v.d.A.
enerzijds en die van de Anti-Revolutionai
ren en de K.V.P. anderzijds. Zo vond dr.
Drees de voorstelling van zaken omtrent de
onoverbrugbare afstand tussen de door zijn
partij en door anderen gekoesterde opvat
tingen inzake bezitsvorming onevenredig
aan de werkelijkheid.
Volgens de minister-president bestaat
niet de minste reden voor een paniekstem
ming omtrent de economische toestand van
ons land, noch voor beduchtheid voor een
zijdige beperkingen op het gebied van het
verbruik. Na enig voorbehoud te hebben
gemaakt inzake het vraagstuk van de wo
ningbouw wees dr. Drees op de hoge pro-
duktie en de stijging van het nationale in
komen. Hoogconjunctuur veroorzaakt
echter zekere spanningen. Vandaar dat de
kaspositie en de afneming van de devie
zenreserves de aandacht verdienen. Maar
de daardoor geëiste maatregelen worden
getroffen. Tegen het inflatiegevaar zijn be
perkingen van de overheidsuitgaven, van
investeringen en van de consumptie in het
algemeen zeer zeker vereist. Toch heeft de
aankondiging van allerlei plannen op
sociaal en cultureel gebied zin. Maar er
moeten prioriteiten gesteld worden. Zo
komt de verlaging van de leerlingenschaal
eerst aan de beurt en pas later, wanneer
dat dan kan, verhoging van de schoolplich
tige leeftijdsgrens.
Dr. Bruins Slot had het kabinet verweten
tal van maatregelen nog niet definitief te
hebben aangekondigd. Maar het was een
vergissing dit toe te schrijven aan menings
verschillen binnen het kabinet, die een
voortzetting zouden zijn van meningsver
schillen, die zich in het formatietijdperk
hadden geopenbaard. Op 13 oktober waren
de ministers beëdigd. Vijf dagen later was
de kabinetsverklaring ontworpen, die op de
22 oktober werd vastgesteld. Het zou wat
te veel gevergd zijn, als de ministers in
zulk een korte tijd omtrent dit alles reeds
tot een gemeenschappelijke beslissing had
den moeten komen.
Zo mogelijk zal er ten opzichte van
diverse vraagstukken op het advies van de
Sociaal-Economische Raad worden ge
wacht. Over de kwestie van de omzetbe
lasting op textiel en op suiker zal men
echter reeds in de Memorie van Antwoord
uitsluitsel krijgen.
De kabinetsformatie
Als voorzitter van een kabinet van ge
mengde samensteling vond dr. Drees het
niet bijster aantrekkelijk lang stil te staan
bij de geschiedenis van de formatie.
Zijns inziens was de lange duur van de
formatie niet gelijk prof. Romme meende,
bovenal een gevolg geweest van het bestaan
van onoverbrugbare principiële verschillen.
Het kwam dr. Drees namelijk eerder voor,
dat de K.V.P. er ook thans nog niet zo vol
komen anders over dacht als tien jaar ge
leden. De diepste grond van de moeilijk
heden zag hij meer in bepaalde in de jong
ste tijd toegepaste strijd methoden.
Prof .Romme kreeg ook nog een verwijt
te horen over de manier, waarop hij in de
eerste fase van de formatiepogingen-Drees
plotseling met allerlei amendementen op
het ontworpen regeringsprogramma de
vijf knelpunten voor de dag was ge
komen.
Ter verklaring van het feit, dat hij, dr.
Drees, aanvankelijk over die vijf knelpun
ten niet meer had willen praten en later
dan toch maar te dien opzichte tot con
cessies bea-eid was gebleken, voerde hij
tweeërlei aan. In de eerste plaats lag het
voor de hand, dat er, als gevolg van de
lange duur van de formatie-crisis, in een
later stadium eerder bereidheid aanwezig
was om hier en daar iets toe te geven dan
uiteindelijk gedane concessies een geheel
ander karakter, dan die aanvankelijk ver
langd waren.
Over de klacht van prof. Romme om
trent aan zijn partij aangedaan onrecht,
doordat zij in de sociaal-economische sector
niet had gekregen, hetgeen haar zou zijn
toegekomen, merkte de minister-president
op, dat het op grond van de verkiezingsuit
slag logisch was, dat er aan Financiën en
Sociale Zaken ministers van de P.v.d.A.
zouden blijven, en voorts, dat prof. Romme
te weinig oog had voor de gelijkwaardige
medezeggingschap in de ministerraad van
alle leden van het kabinet. De geschetste
indeling in sectoren achtte dr. Drees dan
ook te willekeurig.
De door prof. Romme voorgestane vér
gaande bemoeiing der fracties bij kabinets
formaties, ging minister Drees te ver, ook
omdat op die manier niet voldoende ruimte
zou overblijven voor hen, aan wie een por
tefeuille wordt aangeboden, hun eigen be-
leidswensen verwezenlijkt te zien.
Over de positie van staatssecretarissen,
over de partijverhoudingen en nog veel
meer is tenslotte bij de replieken nog een
en ander ter sprake gekomen.
Mr. Burger (P.v.d.A.) verweerde zich
tegen hen, die, gelijk prof. Romme, ver
kondigd hadden, dat hij de richting van
een vrijzinnige concentratie (samenwer
king van P.v.d.A. en V.V.D.) op een uit
zonderlijke manier had willen bevorderen.
Ook liet hij uitkomen er geenszins op uit
geweest te zijn op het allerlaatst de V.V.D.
er toch weer uit te willen werken. Met hem
had trouwens ook minister Drees duidelijk
gemaakt, dat het nog geen uitgemaakte
zaak is, dat het departement van Overzeese
Rijksdelen moet en kan verdwijnen.
Ook enige internationale kwesties maak
ten nog deel van de beraadslagingen uit.
De minister-president verheelde aller
minst te beseffen, dat er helaas in en door
Indonesië ergerlijke rechteloosheid heerst.
Mogelijk zal, wanneer het ogenblik daar
voor is aangebroken, getracht worden
enige bemoeienis in dit verband van het
Internationaal Gerechtshof te bereiken. Op
het ogenblik is dit echter juridisch dermate
onmogelijk, dat men de goede zaak. die
men voorstaat met zulk een stap thans
alleen maar zou schaden.
In de Tweede Kamer vroeg prof. 8
Romme de minister-president hoe het
kabinet erover denkt de zaak-Schmidt J
aanhangig te maken by de U.N.O. ten- 5
einde een uitspraak te krijgen van het
Internationaal Gerechtshof.
Dr. Drees zei dat in 't proces-Schmidt
een bedroevende rechteloosheid aan de
dag is getreden, waarin de onschuld
wordt miskend. Hy bracht hulde aan
mevrouw Bouman voor de bekwaam
heid, vasthoudendheid en moed, waar-
mede zy haar taak heeft verricht. De
j zaak-Schmidt komt nog in hoger beroep
en daarom kan van Nederlandse zyde
nog niet worden vastgesteld wat er ver
der zal geschieden.
Prof. Romme begreep dit antwoord
niet. In antwoord op vragen van het
Kamerlid Van R(jckevorsel is verklaard,
dat de regering overtuigd is, dat het
proces een opzettelijke rechtsverkrach
ting is ter uitvoering van politieke doel-
einden. Is het dan wel verantwoord op
hoger beroep te wachten?
Dr. Drees antwoordde, dat volgens het
kabinet de kans op succes bij de U.N.O.
kleiner is wanneer nog uitspraak moet
i worden gedaan in hoger beroep. Men
kan daar op het standpunt staan dat
eerst de uitspraak in hoger beroep moet
worden afgewacht. Na een dergelijke
afwijzing is het moeilijk met succes
opnieuw een beroep te doen op de
U.N.O. De mening van het kabinet om
trent het proces-Schmidt verschilt ech
ter in geen enkel opzicht van die van
prof. Romme, aldus dr. Rees. 8
a - s
>xooococcccccc<xoooo<x>a)coooocoooooocooooooo3cioocx>oax>a
Donderdagavond omstreeks kwart voor
elf is op de kruising Nassaukade-De
Clercqstraat in Amsterdam een vrachtauto
met aanhangwagen in botsing gekomen
met een tram van de Noord-Zuidhollandse
Vervoer Mij. van de dienst op Zandvoort.
De vrachtwagencombinatie wilde vóór het
uit drie wagens bestaande tramstel met
bestemming Zandvoort, dat de brug af
kwam, passeren.
Vermoedelijk heeft de chauffeur de snel
heid niet goed geschat, want het voor-
balcon van de tram kwam tussen vracht
wagen en aanhanger, waardoor het voor
ste wielenstel van de tram ontspoorde. Het
voorbalcon werd aan de rechterzijde gro
tendeels ingedrukt, waarbij een ruit ver
splinterde; ook de vrachtwagen kreeg
materiële schade.
Beide voertuigen konden op eigen kracht
hun rit vervolgen. Er deden zich geen per
soonlijke ongelukken voor. Het stadsver
keer en de dienst op Zandvoort waren
geruime tijd gestagneerd.
In de Ridderzaal te Den Haag is don
derdagavond de elfde verjaardag van de
UNO gevierd met een bijeenkomst onder
auspiciën van de Vereniging voor Inter
nationale Rechtsorde. De ambassadeur van
Pakistan, de begum Liaquat Ali Khan gaf
een overzicht van de daadwerkelijke steun
aan de UNO door haar land en de ziens
wijzen, die als gevolg van eigen instelling
en overtuiging daarbij naar voren zijn ge
treden.
Pakistan heeft zich daarbij laten leiden
door zijn opvatting van de geest van het
handvest, daarbij geïnspireerd door een
voudig verlangen tot het bevorderen van
internationaal wederzijds begrip en sa
menwerking. De ambassadeur besloot met
te zeggen, dat „in de tijd, waarin wij leven
de UNO onmisbaar is en dat haar bruik
baarheid buiten kijf is. De UNO te verster
ken betekent de vrede dienen. Het verbre
ken van de vrede zou verdoemenis voor de
mensheid kunnen inhouden.
Het kamerlid prof mr. I. A. Diepenhorst
hield onder de titel „In worsteling voor de
vrede" een diepgaande beschouwing over
de ontwikkeling van het internationale
recht en de groei van rechtsorde in de
begrippen der volkeren. Hij constateerde,
dat tot heden door de UNO tot de concrete
rechtsorde weinig is bijgedragen en ook
het oorlogsvraagstuk nog niet wordt be
heerst. Toch zou het onjuist zijn thans naar
„het ijle doodsklokje van de twijfel te luis
teren, want men mag niet voorbij zien,
wat wel bereikt is". Men mag bovendien
nimmer voorbij zien hoeveel eeuwen het
geduurd heeft voordat in de West-Europese
landen de rechtsorde tot gelding kwam. De
groei daarvan in jongere landen, het be
grip, dat vrijheid en recht boven macht en
willekeur uitgaan, gaat langzaam, want in
de mens moet het rechtsgevoel gaan spre
ken.
Een uitvoerige beschouwing heeft het
Tweede Kamerlid G. J. N. M. Ruygers ge
wijd aan de hebzucht der naties en de
mogelijkheden om tot een economie voor
het menselijk geslacht te komen. Op voor
namelijk historische interpretaties meent
hij een weg te zien om via economische
eenwording vrede en welvaart in de gehele
wereld met behulp van de UNO te ver
wezenlijken.
ADVERTENTIE
BLOEMENDAAL
TELEFOON 22143
ADVERTENTIE
Margriethet frisse blad van déze tijd, telt reeds jarenlang het grootste aantal lezeressen.
Géén wonder: ieder jaar voegen de jongeren zich erbij want... Margriet" is véél gezelliger!
De bek met de scherpe tanden wijd open, stond de monsterlijke draak nu vlak voor
Merlijn, die daarbij wel 'n dwergje leekNog enkele seconden, en het beest zou
hem in enkele happen verslinden.
Maar Merlijn trok het elastiek van zijn katapult zo ver mogelijk uit, richtte, en liet
het los. Zjjjiet! suisde de bes, en... pèngü... Met 'n harde tik kwam het ding
midden op de kop van het monster terecht.
„Rrrrwaaaauuuuwwwü, klonk een oorverdovende snauw van de draak, die ver in
het rond klonk tussen de bergwanden.
Merlijn kromp in elkaar en kneep zijn ogen dicht... 41-42
In de Koninklijke Schouwburg in Den
Haag is de acteur Johan Valk donderdag
avond, ter gelegenheid van het feit dat hij
veertig jaar toneelspeler is, op zeer harte
lijke wijze gehuldigd. Aan de huldiging op
het met vele bloemstukken gevulde toneel
was een opvoering voorafgegaan van „Or-
nifle", van Jean Anouilh, in een vorig
seizoen door de Haagsche Comedie vele
malen opgevoerd. Johan Valk speelt daarin
de rol van Machetu, de vriend van Ornifle,
v/elke laatste rol werd vertolkt door Paul
Steenbergen. Ook thans hebben de vele
bezoekers zich zeer vermaakt met het stuk.
Johan Valk werd bij zijn opkomst in het
eerste bedrijf op zeer hartelijke wijze toe
gejuicht. Onder de „regie" van de directeur
van de Koninklijke Schouwburg, de oud
acteur Bob van Leersum, is Johan Valk,
nadat aan de bijvalsbetuigingen aan het
slot der opvoering een einde was gekomen,
op feestelijke en warme wijze gehuldigd.
De jubilaris had op een zetel in het mid
den van het toneel plaats genomen. Rond
om hem en aan zijn voeten de actrices van
de Haagsche Comedie, daaromheen directie
en acteurs van het gezelschap, vertegen
woordigers van andere gezelschappen en
organisaties. De Haagse wethouder van
Onderwijs en Kunstzaken, de heer J. van
Zwijndregt was de eerste, die woorden van
gelukwens tot Johan Valk richtte. Hij
noemde hem onder meer een ras-acteur en
bood een groot bloemstuk aan. Dr. Van
Gelder sprak een hartelijk woord namens
de Haagse Kunststichting, zijn woorden
vergezellende met bloemen en een ge
schenk in enveloppe. Cees Laseur sprak
niet als directeur maar namens het werk
comité en bood Johan Valk een album met
de handtekeningen van hen, die aan het
huldeblijk een geschenk onder couvert
hadden deelgenomen. Fie Carelsen sprak
namens de collega's. Zij herinnerde eraan,
dat zij Valk reeds veertig jaar geleden op
het toneel heeft meegemaakt. Hij was toen
een slaaf en zij een slavin. Korte tijd later
was zij in „De pastoor van Neuvilette" in
de schouwburg op het Leidseplein in Am
sterdam grootmoeder en de jubalaris haar
•kleinzoon. Zij bood namens de collega's een
statief voor een filmtoestel en een tele-lens
aan. Vervolgens werden geschenken van
bewonderaars en van bewonderaarsters
aangeboden, waarna Albert van Dalsum
enige hartelijke woorden sprak. Hij bood
de jubilaris eveneens een geschenk aan.
Nadat nog een aantal collega's hun geluk
wensen had aangeboden en een groot aan
tal telegrammen van collega's en bewon
deraars was voorgelezen, dankte Johan
Valk voor de waarderingen en zei te hopen
nog lang voor het Haagse publiek in de
Haagsche Comedie en in de Koninklijke
Schouwburg te kunnen spelen.
De commissaris van politie, chef afdeling
kinderpolitie te 's-Gravenhage verzoekt
namens de vader opsporing, aanhouding en
terugbrenging van de veertienjarige Robert
Keij, geboren te 's-Gravenhage. De jongen
is op 23 oktober om elf uur van school ge
stuurd en is sedertdien spoorloos; een on
geluk wordt gevreesd.
Signalement: lang 1.74 meter (lijkt on
geveer achttien jaar oud), blond haar,
bleek gelaat, draagt bril, flink postuur;
kleding: bruin colbertjasje, donkerbruine
broek, grijze trui, kaki overhemd, beige
sokken, lage bruine schoenen.
in het begin. Maar bovendien hadden de onbekende.
/y Als om te voorkomen, dat zij nog iets zou zeggen,
riep hij luid: Mooi, dat doet me genoegen, dat
doet me werkelijk genoegen. Tot morgen dus!, waarna
hij de verbinding verbrak.
Toen zij weer voor het raam zat, besefte zij dat hij
uitsluitend opgebeld had om iets te kunnen zeggen over
Josefs zaak. Ik heb hem verraden, dacht zij. Het gevoel
van schaamte en afkeer jegens haar zelf was zó groot,
dat zij bang werd in een hi ilkramp uit te barsten. Maar
wat had ze anders kunnen zeggen? Zij mocht haar baan
tje niet verliezen. Zonder geld zou zij geen van beiden
kunnen helpen.
Een paar minuten lang staarde zij gedachtenloos voor
zich uit. Toen mompelde zij zachtjes: Hun spel is ge
meenniet het mijne. Misschien zouden zij wel van
hem geëist hebben om haar geen werk meer te geven.
Zij was tenslotte de zuster van een om politieke redenen
gearresteerde. Het zou best mogelijk kunnen zijn, dat zij
haar in het oog hielden, dat zij haar schaduwden. Helena
keek uit het raam om te zien of er op straat soms een
rechercheur stond. De straat was echter verlaten. In het
tegenover haar flat staande huis, van waar men haar
kamers goed in het oog zou kunnen houden, viel niets
vreemds op te merken. De tandarts was kennelijk nog
aan het werk. Er brandde tenminste licht op zijn kamer.
In het huis daarnaast leunde de dikke vrouw, wier naam
Helena niet kende, uit het raam en knikte haai- vrien
delijk toe.
Ik moet 'niet hysterisch worden, dacht zij, terwijl zij
het raam sloot. De buitenlucht had haar verfrist. Zij
voelde zich niet meer beschaamd, maar ze was grenze
loos treurig.
Die stemming zou zij nooit meer kunnen ontvluchten,
meende zij. Wat geschied was, greep dieper in dan de
Duitse bezetting. Het was door haar huid tot in haar
diepste innerlijk doorgedrongen.
Helena had de lamp op haar bureautje aangedaan, zo
dat haar kamer schemerig verlicht was. De dikke ak-
tentas deed haar denken aan het telefoongesprek met
Prochazka. Wat hij gezegd had, beangstigde haar echter
niet meer en zij vroeg zich af of ze Kosek zou opbellen
of niet. Voordat ze echter hierover in het reine kon
komen, ging de bel van de voordeur over.
Het licht op de gang brandde nog niet. Het was een
Vrij luid zei hij: Ik kom van het Districts Comité
voor Instructie. Mag ik binnenkomen? Fluisterend voeg
de hij er echter aan toe: Ik heb een boodschap voor u.
Ze liet hem in de zitkamer. Hii ging naast de boeken
kast zitten, zodat het licht niet op hem viel.
Wilt u uw jas niet uittrekken? vroeg Helena.
Hij knoopte met de ene hand zijn jas los en hield met
de andere zijn hoed vast.
Ik moet zo direct weer weg. Ik ben inderdaad lid
van het Instructie Comité, maar niet voor dit district.
Ik.hij aarzelde even, doch liet er toen snel op vol
gen: Ik heb nieuws van uw broer. Hij zei dat het drin
gend was.
Hij haalde een stukje papier van onder de band om
zijn hoed te voorschijn en gaf het aan Helena.
Ze keek hem onderzoekend aan en vroeg toen: Hoe
moet ik nu weten of u inderdaad van mijn broer komt?
De man begon te lachen.
Ik ben gevangenisbewaker. Dit is mijn vrije avond.
Ik heb burgerkleding aangetrokken, om u dit briefje
te kunnen brengen. Maar ik moet nu heus weg.
Niemand heeft u toch gezien?
Weest u maar gerust, niemand heeft mij gezien.
Helena vroeg zich af, of zij de man een antwoord mee
zou geven. Maar ze voelde er niets voor om in zijn aan
wezigheid het briefje te lezen. Dat wilde ze pas doen, als
ze weer alleen zou zijn.
Heus, u hoeft niet bang te zijn, zei de man gerust
stellend. Ze zullen me niet pakken. Ik kom nog wel
eens terug.misschien over een weekof nog eer
der.... ongeveer om deze tijd.... Heeft u soms een
boodschap voor u broer?
Ja, zei Helena. Zoudt u hem willen zeggen, dat
oom Kosek en ik alles doen, wat in ons vermogen ligt?
Hij herhaalde de boodschap en stond toen op.
Heus, ik moet nu gaanMaakt u zich maar
geen zorgen om mij
Ze liep met hem mee naar de voordeur. Hij gaf haar
een hand en vertrok.
Ze holde terug naar het raam en wilde het open doen
om hem na te kunnen kijken. Nee, dat zou niet verstan
dig zijn! Ze schoof de gordijnen dicht en stak alle lam
pen aan. Toen ging zii achter haar schrijftafel zitten en
streek het papiertje glad.
De boodschap luidde: Ga naar Rastignacs flat. Neem
alle foto's mee. Identificeer de onbekende. Laat één van
ons beiden het resultaat weten. Er is haast bij! Met ons
naar omstandigheden goed. J.
Helena begreep direct wat Josef bedoelde. Rastignac
was de naam, die zij Jan gegeven hadden, toen hij zo
duidelijk bewondering aan de dag legde voor deze held
uit de verhalen van De Balzac. De ongeïdentificeerde
foto's konden alleen maar betrekking hebben op de foto's
van Antonin. Het zou niet moeilijk zijn die te vinden,
want het was steeds Jans gewoonte geweest om op de
achterkant aantekeningen te krabbelen.
Als zij er in zou slagen, achter Antonins werkelijke
naam te komen, dan was dat een wapen in hun handen
en dan zouden zij niet volkomen weerloos zijn.
Zou zij direct naar Jans kamer gaan? Mevrouw Pollak
zou haar ongetwijfeld wel helpen. Maar zij zou natuur
lijk ook kunnen opbellen. Neen, dat was te gevaarlijk.
Zij moest zelf gaan. Maar er woonden nog meer mensen
bij mevrouw Pollak, en die zouden 's avonds waarschijn
lijk wel thuis zijn en zij kon mevrouw Pollak toch niet in
gevaar brengen? Morgenochtend, ja, dan zou zij gaan;
wanneer de huurders naar hun werk zouden zijn. Maar
Josef had geschreven, dat er haast bij was. Eigenlijk
mocht zij dus niet langer wachten!
Helena besloot dus direct te gaan, maar eerst belde
ze nog Kosek op om een afspraak te maken. Ja, zij kon
tüssen negen en tien uur wel even langs komen. Ik
heb je trouwens wat te vertellen. Zijn stem klonk ter
neergeslagen en nerveus.
Helena vroeg zich af, of zij het briefje van Josef nu
moest verscheuren, of dat zij het mee moest nemen om
aan oom Kosek te laten zien. Ze sloot haar ogen en pro
beerde of zij het onthouden had. Toen zij het woord voor
woord kende, verbrandde ze het.
Op weg naar mevrouw Pollak repeteerde zij wat ze
zou moeten zeggen om in het bezit van de foto's te
komen. Jan moest de kiekjes aan haar gegeven hebben,
om te bewaren, want anders had de politie ze wel in
beslag genomen. Toen herinnerde zij zich plotseling, dat
Jan haar eens verteld had, dat hii al zijn foto's in een
ebonieten doos bewaarde. Dat had hij haar gezegd, toen
ze hem een foto van haarzelf gegeven had.
Ik berg haar op in de ebonieten doos, had hij gezegd.
(Wordt vervolgd).
ADVERTENTIE
Zorg voor Renniesl
Met Digestif Rennies bij de hand geeft zelfs
de hevigste zuurbrand u geen zorgen meer.
Die blussen Rennies van de ene minuut op
de andere, 'n Wonder die Rennies! En zo
eenvoudig om in te nemen gewoon laten
smelten op de 'ong, zonder water of wat ook.
't Tabletje opgelost zuurbrand geblust.
Enkele Rotterdamse firma's in het bouw
bedrijf hebben plannen om door het bou
wen van „autosilo's" een oplossing te vin
den voor het parkeer- en stallingprobleem
in de grote steden. Zij hebben met elkaar
de „Combinatie Autosilo Holland" gevormd.
De „Sicomatic" te Zürich, die zes jaar ge
leden begonnen is met het ontwerp van dit
stallingsysteem, heeft een contract met
deze combinatie gesloten. In enkele andere
landen was dit reeds gebeurd. Vorig jaar
werd in Karlsruhe reeds een autosilo ge
opend.
Een autosilo is een gesloten gebouw met
vijf tot veertig verdiepingen, waarin de
auto's naast en boven elkaar worden op
geborgen. Daarbij gebruikt men een geheel
automatische verrijdbare lift. De ontwer
pers menen, dat het voordeel van een auto
silo boven een torengarage is, dat het
grondoppervlak veel kleiner is. De plannen
zijn in ons land nog in een voorbereidend
stadium, maar er zou volgens de organi
satoren in Utrecht. Den Haag, Eindhoven,
Delft, Arnhem en Rotterdam belangstelling
voor autosilo's bestaan.
PARAMARIBO. De arbeiders van de
Billitonmaatschappij in Suriname hebben
donderdagmiddag het werk neergelegd om
hun eisen inzake lotsverbetering kracht bij
te zetten. Zij hadden tevoren een aambod
van de maatschappij tot tien percent loons
verhoging met ingang van november ver
worpen. De arbeiders eisen een collectief
arbeidscontract en een loonsverhoging van
45 percent.
Naar verluidt krijzen zij financiële steun
van de Caribische Mijnwerkersfederatie,
waarin de Caribische, Amerikaanse en
Canadese bonden verenigd zijn. Het aan
tal arbeiders bij de Billiton in Suriname be
draagt ongeveer 1500.
ADVERTENTIE
VRIJDAG 26 OKTOBER
Studio: „John en Julie", alle leeft., 7 en
en 9.15 uur. Lido: „Het trottoir". 18 jaar, 7
en 9.15 uur. Luxor „Johnny Concho", 14 jaar,
7 en 9.15 uur. Rembrandt: Anastasia, de
laatste dochter van de tsaar", 14 jaar, 7 en
9.15 uur. Roxy: „De gemaskerde ruiter", 14
jaar, 7 en 9.15 uur. Cinema Palace: „De
terugkeer van Lemmy Caution", 14 jaar, 7
en 9.15 uur. Frans Hals: „Door het dolle
heen", alle leeft., 7 en 9.15 uur. Minerva:
„Geen liefde duurt eeuwig", 18 jaar, 8.15
uur. Stadsschouwburg: 8 uur, Toneelgezel
schap Puck voor geloof en weten op met
„Cycloon" 3 antwoordt niet".
ZATERDAG 27 OKTOBER
Studio: „John en Julie", alle leeft., 2.15,
7 en 9.15 uur. Lido: „Het trottoir", 18 jaar,
2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Johnny Con
cho", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Rem
brandt: „Quastasia, de laatste dochter van
de tsaar", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Roxy:
„De gemaskerde ruiter", 14 jaar, 2.30, 7 en
9.15 uur. Cinema Palace: „De terugkeer van
Lemmy Caution", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15
uur. Frans Hals: „Door het dolle heen", alle
leeft., 2.30, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Puutje
en Anton", alle leeft., 2.30 uur. „Geen liefde
duurt eeuwig", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Stads
schouwburg: Rotterdams Toneel met „De
kalktuin", 8 uur. Gem. Concertgebouw: Jaar
lijkse uitvoering Haarlemse Postfanfare, 8
uur.