Fa. B. ENGELENBERG
Van dag tot dag
Meerderheid in Tweede Kamer
voor belastingvoorstellen
Motie-Lucas wil belastingverhoging
voor benzine tot één jaar beperken
3
Sanerïo:
Suiker, benzine en jenever duurder
OFFICIsLE VERKOOP SIKKERS LAKKEN
Parlementair commentaar I „Geen spoor van hitleriaans
antisemitisme in Egypte"
Lilienthal telegrafeert
aan minister Dulles
Kolenprijzen in Europa elk
jaar een percent omhoog
Ook Chr. werkgevers achter
prijsstabilisatiepolitiek
Ongeluk in Belgische mijn
Ongeschreven
Morgen arriveren weer
500 Hongaren in ons land
De besteding der gelden
voor de vluchtelingen
Hans Streuli gekozen tot
president van Zwitserland
DONDERDAG 13 DECEMBER 1956
Nu van regeringswege zulke ernstige ver
maningen zijn gekomen ten aanzien van de
noodzaak tot nationale bezuinigingen in
verband met de economische toestand van
ons land, klinken de gevarieerde eisen en
toezeggingen tot loonsverhoging enigszins
vreemd in de oren. In een zo onzekere
economische situatie als die, welke wij
thans beleven, doet immers de leuze „tering
naar de nering" opgeld en daarin passen
ogenschijnlijk slechts beperkingen en niet
verhogingen van uitgaven.
Men moet daarbij echter bedenken dat
verschillende groepen werknemers gedu
rende de achter ons liggende periode van
welvaart en hoogconjunctuur tevergeefs
om aanpassing van hun beloningen aan het
loonpeil hebben gevraagd. Deze groepen
hebben de tijd van voorspoed doorgebracht
met vruchteloos onderhandelen en zijn
thans, nu het vet van de soep is, lang
zamerhand zover achtergeraakt dat hun eis
tot aanpassing onredelijk gaat schijnen.
Een voorbeeld van zulk een ontwikke
ling geeft de situatie ten aanzien van de
onderwijzerssalarissen, al zijn de onder
wijzers niet de enige groep van achter
blijvers. Het onderwijzend personeel heeft
thans op een enigszins spectaculaire wijze
van zijn ongenoegen blijk gegeven door
massale protestvergaderingen. Zijn onge
noegen lijkt allerminst ongemotiveerd. De
salarisverhoging voor hogere ambtenaren
die nu ook wellicht voor hoofdofficieren
gaat gelden - moge dan niet de directe
aanleiding tot deze betogingen zijn geweest,
men kan zich voorstellen dat de onrust in
onderwijskringen er door is toegenomen.
Hoe men ook in dit tijdsbestek over be
langrijke salaris- en loonsverhogingen mag
oordelen, een feit is het dat de zorgelijke
economische toestand niet enkel een kwes
tie van geld is. Wanneer een bepaalde
groep nuttige en broodnodige werkers, op
welk gebied ook, wordt achtergesteld op
een wijze die de leden van deze groep
maatschappelijk op een discriminerende
plaats stelt, zal het desbetreffende beroep
reageren met een uittocht. Een uittocht
naar andere beroepen, die lucratiever zijn
en die aantrekkelijker voorwaarden bieden.
Een dergelijke verschuiving kan niet in het
belang der algemene economische situatie
zijn, afgezien nog van de schade die het
betreffende beroep zelf ervan ondervindt.
Een gezonde economische toestand hangt
niet louter af van deviezenvoorraden en
handelsbalansen, doch evenzeer van aan
vaardbare, stabiele verhoudingen op de
trbeidsmarkt en gezonde omstandigheden
in het loonpeil, die een zo efficiënt moge
lijke nationale inspanning garanderen.
Sanering van situaties, die aan deze eis
niet voldoen, is een even stringente nood
zaak als het herstel van welk euvel in de
economische structuur ook.
(Van onze Kamerver slag gever)
Ofschoon er in het debat nog min of meer werd tegengestribbeld en de stemming
werd uitgesteld tot hedenmiddag, kon gisteravond reeds met zekerheid worden vast
gesteld dat een grote meerderheid van de Tweede Kamer het wetsontwerp zou aan
nemen tot verhoging van de belasting op suiker, benzine en gedistilleerd. Suiker
wordt met ingang van 1 januari weer onderworpen aan omzetbelasting, waardoor
de prijs ongeveer 3Y2 cent per kilo zal stijgen. Het invoerrecht op benzine wordt met
ingang van 7 januari verhoogd van f 16.65 per hectoliter tot f 24,25, waardoor de prijs
aan de pomp meer dan 46 cent wordt. Het percentage van de motorrijtuigenbelasting,
dat wordt toegepast op auto's, waarin andere brandstof dan benzine wordt ge
bruikt, wordt verhoogd van 150 tot 220. De accijns op gedistilleerd wordt met ingang
van 14 januari zoveel verhoogd, dat de prijs van een liter jenever van 35 percent
alcohol ongeveer 86 cent duurder wordt. Textiel blijft vrijgesteld van omzetbelasting.
In de begroting voor 1957 was echter nog gerekend op een opbrengst van 70 miljoen
gulden aan omzetbelasting op textiel, omdat de vrijstelling tijdelijk gold tot 1 januari
1957. Het netto-voordeel voor de schatkist na de belastingverhoging op suiker, ben
zine en gedistilleerd wordt daarom geschat op 65 miljoen gulden per jaar.
ADVERTENTIE
Ooclstraat 59 - Haarlem' .-'Tel. 15252
Aluminiumverf hifiebestandig
LUXEMBURG (AFP) In de komende
twintig jaren zal Europa steeds afhanke
lijker worden van overzeese landen voor
zijn grondstoffenvoorziening. Tevens moet
een regelmatige stijging van de Europese
kolenprijzen verwacht worden. Dit zijn de
belangrijkste bevindingen van een bijeen
komst van de commissie voor investeringen
van de gemeenschappelijke vergadering
der Europese Gemeenschap voor Kolen en
Staal (EGKS) waarop gesproken is over
de algemene doelstellingen op lange ter
mijn van de gemeenschap.
De commissie is verontrust over de ver
wachte toeneming van de invoeren van
grondstoffen in de komende jaren en over
de te verwachten stijging van de kolen-
prijs. Om te voorzien in de toenemende
behoeften zal al het mogelijke worden ge-
daaan, om de kolenwinning te ontwikke
len, die vooral door gebrek aan arbeids
krachten wordt beperkt, om het verbruik
van cokes en schroot in de staalindustrie
te verminderen en om zoveel mogelijk
voor de huisbrandvoorziening cokes door
briketten te vervangen. Volgens de des
kundigen moet, over een lange periode, een
gemiddelde stijging van de kolenprijs in de
gemeenschap van 1 percent per jaar wor
den verwacht.
Het verbond van Protestants-Christe-
'ijke Werkgevers in Nederland heeft zich
:n een ledenvergadering beraden over het
advies van de Sociaal-Economische Raad
inzake de bestedingen. Er is uitvoerig ge-
snroken over het prijsstabilisatiebeleid van
de regering, waarvoor minister Zijlstra de
steun der industriële ondernemers heeft
gevraagd. De vergadering stelde zich in
beginsel achter het door de regering op
basis van het SER-advies voorgestelde
stabilisatiebeleid van prijzen en lonen. Met
aandrang werd echter het bestuur ver
zocht in het verdere overleg met de re
gering verschillende bezwaren, welke aan
de uitvoering van het prijsstabilisatie
beleid, blijkens de praktijk in de afgelopen
jaren, zijn verbonden, nader onder ogen te
zien.
Alleen de heer Vondeling (P.v.d.A.)
ging zonder enig voorbehoud met de be
lastingverhogingen akkoord omdat men nu
reeds moet letten op uitgaven in de toe
komst. Maar de overige sprekers gevoel
den het allen als een bezwaar de regerings
voorstellen te moeten beoordelen hoewel
niet precies bekend is wat de verdere
plannen zijn van de regering om tot de
beperkingen van de bestedingen te komen
door andere belastingverhogingen en be
zuiniging. Daardoor kon men de thans
voorgestelde belastingverhogingen niet af
wegen in het geheel van de maatregelen.
Het zou bijvoorbeeld mogelijk kunnen zijn
volgens de heer Van Leeuwen (VVDj,
dat men het bij het afwegen van alle be
langen toch beter zou vinden wèl omzet
belasting te heffen op textiel en dan zou
het besluit tot definitieve vrijstelling voor
barig zijn geweest.
In weerwil van die bezwaren verklaarde
de heer Lucas, dat de KVP toch voor de
belastingverhoging op suiker, benzine en
gedistilleerd zou stemmen, zodat met inbe
grip van de steun van de P.v.d.A. minister
Hofstra al zeker kon zijn van een meer
derheid, zij het dat de heer Lucas een
amendement indiende om de verhoging
van de belasting op benzine voorlopig te
beperken tot 1 januari 1959.
Maar prof. Oud (WD) diende een
motie in om in afwachting van de rege
ringsvoorstellen tot beperking van de be
stedingen voorlopig niets in de belastin
gen te veranderen totdat alle te nemen
maatregelen in onderling verband kunnen
worden beoordeeld en men ook een inzicht
kan hebben in de verhouding tussen be
zuiniging en belastingverhoging.
Tegen deze motie had de heer V o n d e-
1 i ng het bezwaar, dat uitstel van belas
tingverhoging het begrotingstekort inmid
dels groter maakt. Minister Hofstra
schatte de duur van het uitstel op negen
maanden. Daarom moest hij de motie vol
strekt afwijzen. Hedenmiddag wordt over
de motie gestemd.
De zorgelijke financieel-economische toe
stand weet de heer Van Leeuwen
V.V.D.) weer aan de beloningsinflatie,
de stijging van de beloningen, die uitgaat
boven de stijging van de produktiviteit.
Door de te sterk gestimuleerde koopkracht
is een tekort op de betalingsbalans en de
kapitaalmarkt ontstaan en wordt een op
waartse druk op de prijzen uitgeoefend.
De mededelingen van minister Hofstra
over de zorgelijke financieel-economische
toestand hadden daarom voor hem niets
verrassend gehad.
De noodzaak van die mededelingen van
minister Hofstra kon prof. Oud niet in
zien. De bedoeling was waarschijnlijk de
Kamer onder druk de belastingverhogin
gen te doen aanvaarden door alarm te ma
ken. Maar met zulk een alarm moei men
oppassen, want het ondermijnt het ver
trouwen in de gulden, waardoor het te
gendeel van de bestedingsbeperking wordt
bereikt, want de mensen kopen dan liever
goederen. De minister moet voortaan liever
niet zo angstig zijn, dat hij in de Kamer
geen meerderheid krijgt voor zijn voorstel
len, want na vier maanden kabinetsforma
tie stuurt men hem heus niet zo gauw naar
huis. Prof. Oud had trouwens een beetje
medelijden met minister Hofstra omdat hij
een toestand heeft aangetroffen, waaraan
hij geen schuld heeft. In de sterkste mate
draagt daarvoor de minister van Economi
sche Zaken, prof. Zijlstra, de verantwoor
delijkheid, omdat hij de beloningen te sterk
heeft laten stijgen zonder de prijzen vol
doende in de hand te kunnen houden. De
consequenties van de daardoor ontstane
toestand moeten wij aanvaarden. Dat moet
ook de oppositie. Wij moeten noodzakelij
ke maatregelen nemen, ook al zijn ze on
aangenaam. Maar men kan niet van de
Kamer vergen, bepaalde maatregelen bij
voorbaat te aanvaarden wanneer het ge
heel van maatregelen tot beperking van de
bestedingen niet bekend is, aldus prof.
Oud, die er onaangenaam door getroffen
was, dat minister Hofstra in zijn verkla
ringen van dinsdag had betoogd» dat aan
het advies van de Sociaal-Economische
Raad niet moet worden getornd. Regeert
de S.E.R. of de regering? Het is geen we
tenschappelijk advies maar een belangen-
compromis. En het afwegen van de ver
schillende belangen is de taak van de re
gering. Als het zo moet gaan, dat de S.E.R.
bepaalt hoe het regeringsbeleid moet zijn,
dan gaat men het gezag van de regering
en de volksvertegenwoordiging onder
mijnen.
Minister Hofstra antwoordde hierop,
dat met de voorstellen tot verhoging van
de belasting op suiker, benzine en jene
ver de regering niet had gewacht op het
advies van de SER. Zijn verklaring van
dinsdagmiddag' had de minister afgelegd
om de Kamer zo goed mogelijk in te lich
ten om de voorstellen tot belastingverho
ging te kunne" beoordelen.
Prijsverhogende werking
Alweer met uitzondering van de PvdA
werd van alle kanten als bezwaar *egen
de verhoging van de bezinebelasting ge
noemd. dat deze een prijsverhogend effect
heeft, hetgeen in strijd is met de politiek
van de prijsstabilisatie. Minister Hof
stra was echter van mening, dat de door
werking in de prijzen uitermate klein zal
zijn. Ook na de verhoging blijft in Europa
Nederland het goedkoopste land voor ben
zine. Ook de prijs van suiker noemde de
minister in ons land betrekkelijk laag in
vergelijking met andere landen.
De tieer Van Dis (S.G.P.) verklaarde
dat als het rijk niet zo met geld had ge
smeten. verhoging van de belasting op sui
ker en benzine niet nodig zou zijn. Met de
verhoging van de accijns op gedistilleerd
kon hij zich echter verenigen.
Vandaag wordt over de motie-Oud, het
amendement-Lucas en de regeringsvoor
stellen gestemd.
(Van onze parlementaire redacteur)
Het „buiten-model" optreden van mi
nister Hofstra met zijn dinsdag afgelegde
verklaring, nog vóór de Kamer aan het
woord kwam over het wetsontwerp tot
definitieve vrijstelling van de omzetbelas
ting op textiel en tot verhoging van het
bijzonder invoerrecht op benzine en van de
gedistilleerdaccijns, ontmoette wel critiek.
Maar tenslotte is hij er toch ook weer niet
bijzonder hard om aangevallen. Vooral niet
nadat hij zich tegen sommiger verwijten op
dit punt goed had kunnen verweren. Zo
slaagde hij er in het bijzonder in duidelijk
te maken, dat hij niet „buiten-model ge
handeld had uit een nodeloze angst, dat
zijn ontwerp het anders niet zou halen, ge
lijk prof. Oud hem speciaal voor de voe
ten had geworpen. Evenmin was hij er,
naar hij betoogde, op uit geweest druk op
de Kamer uit te oefenen. Terloops stip ik
overigens aan, dat zijn verklaring en de
daarin vervatte nadere mededelingen over
de financiële en economische stand van
zaken toch wel grote indruk hebben ge
maakt. De Kamer, zo was wel tijaens de
schriftelijke behandeling gebleken, wenste
nog meer gegevens. Welnu, zij werd in dit
opzicht op haar wenken bediend door de
minister van Financiën met zijn verklaring.
Zij bevatte nieuws, waarover de minister
pas na afloop van het laatste mondeling
overleg met de commissie van voorberei
ding de beschikking had gekregen.
Woensdagmiddag laat kwam er leven in
de brouwerij toen prof. Oud uiteenzette,
dat het toch veel juister zou zijn om de
aanhangige voorstellen inzake belasting
verhoging uit het wetsontwerp te verwij
deren en aan te houden, tot de Kamer eerst
aan de hand over de spoedig te verwachten
regeringsnota over het gehele vraagstuk
van de bestedingsbeperkingen zal zijn in
gelicht. Tot zolang zou dan volgens deze
afgevaardigde de huidige stand van zaken
gehandhaafd dienen te worden. Dat zou
dan neerkomen op een „zeer tijdelijke"
verlenging van de huidige vrijstelling van
omzetbelasting op textiel en suiker. Die
redenering van prof. Oud, die een dien
overeenkomstige motie indiende, leek wel
plausibel. Maar toen de minister erop wees,
dat van een „zeer tijdelijke" beperking
niets terecht zou komen, aangezien de er
varing leert, dat er wel een negental maan
den mee gemoeid gaan, eer belastingvoor
stellen van vérgaande betekenis, die als een
geheel complex tot stand gebracht moeten
worden, uiteindelijk wet worden, werd het
duidelijk, dat hetgeen misschien plausibel
kon schijnen dit in werkelijkheid geenszins
was. Minister Hofstra beschikte bovendien
nog over een ander argument ter bestrij
ding van het denkbeeld-Oud. En wel over
het ook al door de heer Lucas gebezigde ar
gument van psychologische aard. Zou men
namelijk thans de aanhangige belasting-
verhogingsvoorstellen laten rusten, dan zou
daardoor allicht toch weer in brede kring
de indruk kunnen post vatten, dat het toch
nog niet zo ernstig gesteld was met de fi
nanciële toestand.
Ofschoon de stemming over de motie-Oud
tot vrijdagmiddag moest worden aange
houden, viel na deze gedachtenwisseling al
te voorspellen, dat zij geen schijn van kans
had. In de Kamer leefde sterk het besef,
dat hier het gelijk aan de kant van de mi
nister was. Dit had hij zeker ook mede
aan zijn verklaring van dinsdag te danken.
Uit een psychologisch oogpunt gezien had
deze haar uitwerking dus ter dege gehad!
Zoeven merkte ik op, dat er door prof.
Oud's betoog leven in de brouwerij was ge
komen. Dit lag nog in het bijzonder aan het
politieke steekspel, dat hij ontketende metj
bepaalde opmerkingen, die plots rnr. Bur
ger in het harnas deden komen.
De woordvoerder van de V.V.D. maakte
deze opmerkingen over de positie van
de Sociaal-Economische Raad en over de
door het kabinet in verband met het advies
van dat college aangenomen houding. „Re
gering, regeer", was zijn parlementaire har-
tekreet. Daartoe kwam hij, aangezien hij
reden tot beduchtheid zag in de neiging om
al te slaafs een dergelijk advies te willen
opvolgen. Het dient volgens hem zo te zijn,
dat de regering zelfstandig haar eigen be
leid bepaalt en daaromtrent dan verder in
overleg met de volksvertegenwoordiging
CAIRO (AFP/Reuter) Alfred Lilien
thal, voorzitter van de „commissie voor
veiligheid en rechtvaardigheid in het Mid
den-Oosten" heeft de Amerikaanse minis
ter van Buitenlandse Zaken Dulles uit
Cairo getelegrafeerd, dat hij in de behan
deling van de Joden in Egypte geen spoor
van „een hitleriaans anti-semitisme" heeft
gevonden, zo meldt de correspondent van
„Belga" in Cairo. Lilienthal heeft geduren
de een week inlichtingen verzameld bij de
Egyptische autoriteiten, het internationale
Rode Kruis en Joodse godsdienstige leiders.
Van een Jodenvervolging op grote schaal
is hem niets gebleken. Voor zover hem be
kend, zijn er 131 Joden gearresteerd en
hebben er ongeveer 400 aanzegging ge
kregen het land te verlaten. Aanvankelijk
zijn er onrechtvaardigheden voorgevallen
bij de toepassing van de veiligheidsmaat
regelen, maar de autoriteiten doen nu hun
best om misbruiken te voorkomen, aldus
Lilienthal.
Premier Ben Goerion van Israel heeft in
een toespraak te Tel Aviv voorspeld, dat
het huidige Russische bewind vroeger of
later zal verdwijnen. Dan zullen wij weer
kunnen verkeren met de twee miljoen
Russische joden, van wie wij thans zijn
afgesnedeh. Zij zullen ons nog eens helpen
bij de opbouw van Israel", aldus Ben
Goerion. „Wij moeten ook begrijpen dat
de volken van Azië, van India tot Japan,
niets weten van bijbelse tradities", aldus
Ben Goerion.
De secretaris-generaal van het Israë
lische vakverbond, Pinhas Lavon, zei dat
de Sovjet-Unie „bezig is het Midden-
Oosten te veranderen in één grote opslag
plaats van wapens, waarmede Israel moet
worden vernietigd door het godsdienstig-
fanatieke en fascistische nationalisme der
Arabische militairistische kringen.
LUIK, (Belga) In de Kolenmijn Bonne
Esperance te Herstal zijn woensdag twee
mijnwerkers, een Belg en een Italiaan, door
een instorting bedolven. Men heeft weinig
hoop, dat zij gered kunnen worden.
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
FABRIEKEN TE LEEUWARDEN
Geopend, e-12.30 en 14-iauur. Dinsd.lot i3U
beslist. De vraag kan rijzen of de woord
voerder van de V.V.D. zich bij het aanroe
ren van deze kwestie wel voldoende reken
schap gaf van zekere ontwikkelingen in ons
maatschappelijk bestel, die mede op de
positie van het kabinet en Kamers haar in
vloed moeten hebben. Intussen zal het door
hem, overigens slechts terloops, aangesne
den probleem nog wel eens tot een nadere
beschouwing, zowel binnen als buiten
's lands vergaderzaal, leiden. Overigens kon
minister Hofstra er heel snedig op wijzen,
dat hij met het aanhangige ontwerp juist
niet als een gehoorzame dienaar van de
Sociaal-Economische Raad was opgetreden:
hij had het reeds ingediend voordat deze
raad tot zijn advies was gekomen.
In Amsterdam is een ten
toonstelling uitgebroken die de
ontwikkeling van het schrift
in beeld brengt. Dit wil zeg
gen: deze tentoonstelling geeft
een overzicht van het moment
af, waarop de mens iets ter
hand nam om iets neer te
zetten óp iets, tot het mo
ment van heden.
Dat eerste iets is vandaag
aan de dag een super automa
tic selffilling foutain pen ge
worden. Het derde iets heet
in onze tijd Non Plus Ultra
Bankpost en men kan het krij
gen in alle pastelkleuren met
een geurtje Rêve d'Or. Maar
dat tweede iets dat is
moeilijker. Dat tweede iets is
naar alle waax-schijnlijkheid
precies hetzelfde gebleven.
De tentoonstelling in Am
sterdam heeft een verzame
ling van interessante specimi
na van schrifturen en schrijf
materialen, alfabets en letter
tekens, en noemt het totaal
daarvan een overzicht van de
cultuurgeschiedenis. Maar ik
ben zo vrij dit laatste een te
groot woord te noemen. Want
ofschoon ik de betekenis van
het schrift en het geschrevene
voor de cultuur niet wil on
derschatten, worstel ik toch
met de opdringerige overtui
ging, dat nog veel belangrijker
voor de cultuur datgene is ge
weest, wat niét geschreven is.
Daarom koester ik het plan,
een initiatief te nemen tot het-
inrichten van een tentoonstel
ling in het Instituut voor de
Tropen te Amsterdam, zodra
daar de laatste specimina van
de expositie over het schrift
naar buiten gedragen zijn. De
nieuwe tentoonstelling zal een
overzicht geven van wat de
mensheid in de loop der tij
den en nog veel eerder
niét op schrift heeft gesteld
en van de ontwikkeling, die
het nièt-opschrijven door de
eeuwen heen heeft doorge
maakt. Men zal door deze ex
positie een boeiend beeld krij
gen van de invloed, die het
verzwijgen en inslikken van
briljante ideeën en ïraaie
volzinnen gehad heeft op de
klim der mensheid naar om
hoog langs de sporten van de
ladder der beschaving.
Het spreekt vanzelf, dat het
materiaal voor deze tentoon
stelling slechts met de groot
ste moeite bijeengebracht zal
kunnen worden en uiteraard
zal deze expositie niet volledig
kunnen zijn, doch het vertrou
wen is gegrond dat het totaal
beeld de verrassende conclusie
zal wettigen, dat de ontwikke
ling der wereldgeschiedenis,
zoals deze zich aan de hand
van de feiten aan ons voor
doet, zeer braaf en volgzaam
gelopen heeft aan de hand van
alles wat de mensen niét op
schrift stelden en dat zij zich
eigenlijk bar weinig heeft aan
getrokken van datgene, wat
wèl aan het perkament of pa
pier werd toevertrouwd.
In de tijd dat de Hunnen
hunne Hunnebedden bouwden
(of later), is er een soort van
briefwisseling met bebeitelde
stenen geweest. De medede
lingen in deze keiharde brie
ven bevorderden het contact
tussen de geïsoleerd levende
stammen van dierenhuiden
dragers. Doch wat de geschie
denis heeft aangetoond, is m
deze briefwisseling niet te vin
den. Als het ene stamhoofd
aan het andere de schrifte
lijke uitnodiging beitelde, met
zijn ganse gemeenschap op vi
site te komen voor een gezel
lig babbeltje, dan dacht hij
daarbij: als ze komen, slaan
we hen tot moes.
Maar dat schrééf hij niet.
Na het moezen was er één
stam minder op de wereld en
het is zo doorgegaan. Maar in
de brieven leest men daar
niets van.
De gebeitelde brieven wer
den diplomatieke nota's op
zegel, doch wat men in deze
vergeelde documenten aan
vriendelijks en hoffelijks
kan lezen, is nooit tot feit ge
worden. De historie voltrok
zich achter het scherm van
beschreven papieren langs
lijnen van het ongeschrevene,
het verzwegene, het fijntjes
verborgen gehouden doch op
permachtige spel der bedoe
lingen en intenties. Wat een
interessante tentoonstelling
zou die tweede kunnen wor
den!
Wanneer men de mensheid
en haar cultuur zou willen be
oordelen naar haar geschrif
ten, dan zou men haar zien
oprijzen in een kleed, dat haar
gestalte verhult en haar ge
dachten en daden vertekent.
De mensheid heeft door alle
eeuwen heen de kunst van het
schrijven verstaan, ook al
waren haar technische mid
delen in het begin primitief.
Want de kunst van het schrij
ven is steeds de kunst van het
maskéren geweest, de kunst
van het verbergen en vervor
men.
Wanneer men leest dat
Koning Lodewijk de Elfde op
zeker punt in de geschiedenis
een brief met een ontroerende
hulpbelofte aan Karei de
Stoute doet toekomen, dan
dwaalt men hevig wanneer
men daaruit concludeert dat
deze twee nobele figuren op
deze vriendschappelijke wijze
wereldgeschiedenis maakten.
Want de wereldgeschiedenis
werd gemaakt door het ver
raad van Lodewijk, die in het
geheim de vijanden van Karei
steunde.
En wat betekenden de
hooggestemde proclamaties
van de Franse Revolutie, die
daverden van' gelijkheid, van
vrijheid, van broederschap?
Zij brachten niet onder woor
den wat hun schrijvers be
doelden: dood aan degenen die
meer hebben dan wij, haat
aan degenen die zich niet
onder ons schikken, onvrij
heid voor allen die onze op
vatting van vrijheid niet hul
digen.
Zo tekent zich de loop der
historie allerminst in wat de
mensen schreven. Doch het
grootste bezwaar tegen de
leuze der Amsterdamse ten
toonstelling is wel dit; dat zij
een afdeling telt waar de ver
bazingwekkende mededeling
wordt gedaan: „zonder schrift
geen moderne tijd".
Want, ofschoon men zich
moeilijk kan voorstellen hoe
onze tijd zou zijn wanneer
thans nog steeds niet het
schrift zou zijn uitgevonden,
het is aan geen twijfel onder
hevig dat hij niettemin toch
onze eigen, moderne tijd zou
zijn. Een tijd waarin de dingen
enigszins anders zouden zijn
geproportioneerd waarin
een ander mens zou leven en
een andere levenswijze opgeld
zou doen, weliswaar.
Doch een tijd die even mo
dern en even hedendaags zou
zijn als deze, en wellicht niet
veel minder genoeglijk.
Wie zal het zeggen?
Men kan het de holbewoner
van eertijds immers moeilijk
euvel duiden, dat hij meende
met de uitvinding van het
vuur het uiterste uiterste van
het menselijk kunnen te heb
ben bereikt. En dat hij geens
zins het verlangen voelde, er
over naar huis te schrijven.
Deze moderne mens uit de toen
hypermoderne oertijd schreef
niets, omdat hij niet wist wat
schrijven was.
Doch hij maakte een stuk
cultuurgeschiedenis dat in zijn
betekenis zelden is geëvenaard.
En daarom moeten we hém
vooral op onze tentoonstelling
hebben. J. L.
0/? de
Beentjes
Vroeger zat ik me bij de lessen in de
natuurlijke historie op school iedere keer
weer af te vragen van wie toch dat ge
raamte zou zijn geweest, dat daar in een
hoek van het lokaal stond. Ik herinner me
nog goed, dat ik er in momenten van ge
ringe concentratie op het lesonderwerp
hele theorieën over opbouwde. Op een of
ander moment moet er een man om al die
beenderen hebben gezetendie griezelige
schedel moet bedekt zijn geweest met een
gezicht, dat vriendelijk kon kijken, of ver
liefd, of ernstig onderzoekend in de spiegel
bij de kapper. Misschien had de eigenaar
zelf ook wel, lang geleden, bij nattehis-
lessen op zijn school met enig afgrijzen
naar een geraamte zitten kijken en zich af
gevraagd hoe dal er gekomen was. Het
idee, dat hij zelf nog eens in een gelijke
rol zou optreden, kwam toen niet bij hem
op, natuurlijk.
Ik kom hier op, omdat ik vorig week
voor het eerst een Röntgenfoto van mijzelf
heb gezien. Het was een leerzame ervaring.
Ieder mens denkt met een zekere vreugde
van zichzelf, dat hij iets heel aparts is, ge
heel anders dan andere mensen, anders
geconcipieerd, opgebouwd en afgemaakt.
Maar dan komt zo'n foto op tafel. In dit
geval van een been en een voet. Nu had ik
me nooit bewust gerealiseerd, dat ik ook
een geraamte bezit. U wel? Heus, u hebt
het ook. Al die beentjes en benen met ver
schillende namen, die we vroeger op school
zonder enige passie uit het hoofd leerden
en opzegden, zitten ook werkelijk in ons.
Ik kon ze allemaal zien: tenen, die in uit
gebeende staat nog onaantrekkelijker zijn
dan zoals we ze iedere dag daar beneden
zien, voetwortelbeentjes en middenvoets
beentjes (wat onbelangrijk uitziende, non
chalant gesneden kiezels), een ingenieus
passende enkel en daarboven dan het been
zelf, dat er kloek en stevig uitziet, maar
toch eigenlijk niet sterk genoeg om de hele
rest van het lichaam op ie dragen. Het was
overigens een voet, die op geen enkele ma
nier verschilde van de voet van het ge
raamte in de klas, indertijd. Precies zo'n
voet ook als u heeft, en uw vroxiw en uw
kinderen, hoewel allemaal in misschien
iets verschillende maten.
Deze foto van mijn voet heeft echt iets
voor me betekend. Af en toe als ik zit te
lezen, nu, kijk ik nieuwsgierig en ook wat
afkerig naar die voet en realiseer me dat
al die lelijke beentjes daar nu rustig op
hun plaats liggen. Ik beweeg, als ik in het
bad zit, een teen en probeer me voor te
stellen welke wonderlijke beweging zich
nu daar binnen afspeelt. En op het ogen
blik, al typend, leg ik al mijn vingers
kruislings over elkaar en zit in mijn eentje
te lachen bij het idee aan de mallotige aan
blik, die de kootjes nu op zo'n Röntgen
foto zouden vertonen. Buiten loopt juist de
buurman van de B.B. langs het raam; een
nare, preciese lacher is hij, maar denk. die
dunne lippen weg, die bolle ogen, die
kromme neus en die te grote oren, en wat
blijft er over? De schedel van het geraamte
in de nattehuis-klas. Een ontmoedigende
gedachte.
En hier komt het knappe buurmeisje
néén, nu denk ik niet verder. Ik wil niet
meer. Het is ook eigenlijk niet leuk. Het
buurmeisje hééft vast geen geraamte. Ze is
alleen maar zo mooi van buiten. En wat
dom maar dat is weer een heel ander
onderwerp waar we eens op een andere
keer over moeten praten.
E. Romayn
Woensdagavond is uit Utrecht de vierde
extra trein naar Wenen vertrokken om
Hongaarse vluchtelingen te halen. Het
materieel was wederom ter beschikking ge
steld door de Nederlandse Spoorwegen: een
slaaprijtuig en een restauratierijtuig had
den de Wagon-Lits hiervoor geleverd.
De Hongaarse organisaties in ons land
hebben voor een groep ervaren tolken ge
zorgd, die de reis meemaken. Velen van
hen doen dit reeds voor de derde keer. Een
team van Rode Kruis-helpsters kwam in
Venlo in de trein. De leiding van het me
dische team ligt in handen van dr. Bankij
uit Venlo, die ook al twee transporten uit
Wenen heeft begeleid. Vermoedelijk zal
deze trein met ruim 500 vluchtelingen in
de loop van vrijdag in ons land terugkeren.
Het Nederlands Comité Hulpverlening
Hongaarse volk heeft een aantal beslissin
gen genomen aangaande de gelden, die tot
nu toe op giro 999 zijn binnengekomen.
Aan de Nederlandse Federatie voor Vluch
telingenhulp werd een bedrag toegewezen
van maximaal 1.1 miljoen gulden ter dek
king van de kosten, verbonden aan de ont
vangst, voeding, legering en kleding van
de 2000 Hongaren, die thans in ons land
zijn opgenomen.
Voorts heeft de vergadering zich beraden
omtrent een voorstel van een hiertoe spe
ciaal in het leven geroepen Nederlands
comité in Wenen voor de oprichting van
een middelbare school voor de Hongaarse
jeugd. Er zou een aantal leerlingen en
leraren van een Hongaarse school, die na
genoeg in zijn geheel uit Hongarije is ge
vlucht, kunnen worden geplaatst. De ver
gadering besloot in principe akkoord te
gaan met de aankoop van een voor dit doel
geschikt pand en tot beschikbaar stellen
van de gelden voor de inrichting. In totaal
is hiermee f 650.000,gemoeid.
De vergadering achtte het echter niet
verantwoord, uit de middelen van het na
tionaal comité de exploitatie te bekostigen,
zodat het genoemde bedrag slechts zal
worden uitgekeerd, indien het Nederlands
comité in Wenen uit Oostenrijkse of inter
nationale fondsen de exploitatie gedurende
de komende vijf jaren kan verzekeren.
Postverzending naar Hongarije
Volgens door de PTT ontvangen berich
ten is postverzending naar Hongarije tot
nader order weer mogelijk via Tsjecho-
Slowakije. De verzending zal heden bij
wijze van proef beginnen voor gewone cor
respondentie. Met vertraging moet reke
ning worden gehouden.
BERN (AFP) - De 64-jarige Hans Streuli
is gekozen tot president van de Zwitserse
bondsrepubliek voor 1957 als opvolger van
dr. Marcus Feldmann