Haarlemse raad in principe voor
nieuwe bollenbeurs op Houtplein
Slechts 8 miljoen om grote
werken te financieren
Subsidie voor bijbelkennis op
openbare lagere scholen
Ruime blik
VVD stemde tegen, wegens financiële
en planologische bezwaren
Haarlemse gemeenteraad
Wethouder Bakker slaat alarm
DONDERDAG 10 JANUARI 1957
HAARLEMS DAGBLAD
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
9
Auditie voor organisten
Door auto aangereden
en meters meegesleurd
Te Stadskanaal overleed
honderdtwee jarige vrouw
Champs Elysées
Groot belang
Het scholen-schaaktoernooi
in Haarlem
Kampioenschap van
Haarlem eerste klasse libre
Geen proeftuin
Burgerlijke Stand
van Haarlem
DE ZETEL van de Koninklijke Alge
mene Vereniging voor Bloembollencultuur
jcan voor Haarlem behouden blijven, dank
zij het besluit van de Haarlemse gemeen
teraad- volgens hetwelk in principe akkoord
gegaan
wordt met de vestiging van een
nieuwe bollenbeurs aan het (in de toe
komst te vergroten) Houtplein.
Dit is een verheugende beslissing, die rno-
eelijk geworden is door de vooruitziende
blik van B. en W., die onderhandelingen
hebben geopend met het hoofdbestuur van
Bloembollencultuur, nadat reeds eerder
van de kant van deze vereniging plannen
waren opgegaan haar zetel naar Hillegom
te verplaatsen. Deze voor Haarlem zo fatale
plannen waren ontstaan, doordat het toen
malige gemeentebestuur verzuimd had tij
dig contact met Bloembollencultuur op te
nemen, toen bleek, dat het Krelagehuis
verouderd was en in de toekomst geen
dienst meer zou kunnen doen als zetel van
de vereniging.
Dat B. en W. thans uit eigen beweging
met het hoofdbestuur zijn gaan praten om
te trachten Haarlem als centrum van de
bloembollencultuur te handhaven, stemt
tot des te groter voldoening, nu blijkt, dat
deze onderhandelingen hebben geleid tot
het in principe aanvaarden van het Frede
rikspark als toekomstig bollencentrum. Im
mers als in de toekomst het Houtplein door
de toenemende verkeersdrukte gereorgani
seerd zal moeten worden, kan.het van het
grootste belang zijn dit plein af te slui
ten met een representatief gebouw, dat
door zijn allure een harmonische aanslui
ting kan geven aan de nu enigszins chao
tische situatie in het Frederikspark.
Toch is het begrijpelijk, dat van vele
kanten bezwaren zijn geuit. Juist omdat
de Dreef als een der mooiste toegangswe
gen tot Haarlem een open zijde en passen
de begroeiing zal moeten blijven behouden,
zullen sommigen met recht kunnen vrezen,
dat door de stichting van een nieuw ge
bouw niet de benodigde parkeerruimte, de
beroemde groengordel om de stad een fu
neste inperking zal moeten ondergaan. Er
is echter door B. en W. en door sommige
sprekers in de raad op gewezen, dat de
huizen, die bij realisatie van het voorge
legde plan zouden moeten verdwijnen, niet
uitmunten door architectonische schoon
heid. Bovendien zouden deze huizen toch
moeten verdwijnen, als tengevolge van cle
eisen van het moderne verkeer het Hout
plein vergroot zal moeten worden.
Een ander bezwaar, dat naar voren is
gebracht, wordt gevormd door de finan
ciële consequenties, die het plan voor de
gemeente zou kunnen hebben. Ten aanzien
hiervan echter behoudt de raad zich het
recht voor zijn wensen later nogmaals ken
baar te maken.
Hetzelfde geldt uiteraard voor cle Ver
eniging Bloembollencultuur. Er is nog
slechts gesproken met het hoofdbestuur
van de vereniging, zodat de leden zelf zich
ook nog moeten uitspreken. Wij geloven
echter niet, dat er van deze zijde ernstige
bezwaren tegen de plaats van vestiging van
de bollenbeurs naar voren zullen komen,
omdat de voorgestelde plaats van vestiging
voor de vereniging welhaast ideaal te noe
men is.
Bij de verdere besprekingen met Bloem
bollencultuur kunnen de wensen, die de
gemeente Haarlem heeft ten aanzien van
(alrijke punten, zeker naar voren.gebracht
v/orden. Deze besprekingen zijn zeker ook
nodig opa Haarlem, dat zich bepaalde offers
getroost om de zetel van Bloembollencul
tuur te behouden, de garantie te geven, dat
het nieuwe'g'èh'oüw met zijn omgeving vol
komen-zal harmoniëren. Dit kan alleen als
de opdracht tot de bouw aan een alleszins
bekwaam architect gegeven wordt, zodat
Haarlem niet later tot de ontdekking komt,
dat het een stuk fraai natuurschoon heeft
opgeofferd voor een gebouw, dat latere ge
neraties slechts opvalt door zijn gebrek aan
architectonisch schoon.
Met de aanvaarding van het voorstel tot
vestiging van de bollenbeurs aan het Hout
plein heeft de gemeenteraad blijk gegeven
over een ruime blik te beschikken en met
het betreffende voorstel hebben B. en W.
een daad van fors beleid gesteld. Het is in
dit verband niet ondienstig op te merken
dat dit forse beleid, dat zich ook op andere
terreinen openbaart, thans doorkruist
woidt door de moeilijkheden naar aanlei
ding van de voorgeschreven bestedingsbe
perking.
ADVERTENTIE
De Haarlemse gemeenteraad heeft zich in zijn vergadering van woensdag
middag in beginsel uitgesproken voor het verlenen van medewerking fian de
stichting van een nieuw gebouw van de Koninklijke Algemene Vereniging voor
Bloembollencultuur in het Frederikspark, ten noorden van het gebouw van de
provinciale griffie en ten westen en zuiden van het Sportfondsenbad.
Alle fracties waren van oordeel, clat het belang van Haarlem met zich
meebracht, dat de zetel van Bloembollencultuur voor de Spaarnestad (ook wel
bloemenstad genoemd) behouden zou blijven. Slechts de woordvoerder van de
VVD, de heer Stoffels, had bezwaren tegen de plaats in het Frederikspark,
waardoor naar zijn mening op planologisch gebied te veel verloren zou gaan,
als op dat punt een gebouw met parkeerruimte en proeftuin zou verrijzen.
Ook van andere zijde waren bezwaren naar voren gekomen, naar de v o o r-
zitter mededeelde. De vereniging „Haerlem" had namelijk in een adres tot
de gemeenteraad haar teleurstelling uitgesproken over het voorgestelde plan,
waardoor het frisse Frederikspark zou verdwijnen om plaats te maken voor een
gebouw. Zij wilde eerst nadere gegevens afwachten en noemde het geen daad
van vroed beleid, indien de raad in de trant van de oud-testamentische Jacob,
het eerstgeboorterecht in de vorm van een fraai park zou verkopen voor een
linzeschotel van materieel gewin in de gedaante van een bollenbeurs.
Ondanks deze bedenkingen stemde de raad tóch voor het voorstel, waarbij
slechts cle drie aanwezige leden van de VVD-fractie geacht wilden worden
te hebben tegengestemd.
Voor de aanwijzing van een Nederlandse
deelnemer aan de in juli 1957 op. het orgel
in de Grote Kerk te Haarlem te houden
improvisatiewedstrijd zal op zaterdag 2
maart ten overstaan van een commissie,
bestaande uit de heren Piet Kee, Jos de
Klerk en Gustav Leonhardt, een auditie
worden gehouden.
Organisten, niet ouder dan veertig jaar,
die de kunst van de improvisatie in de per
fectie beheersen en aan deze auditie wen
sen deel te nemen, moeten hiervan vóór 15
februari schriftelijk kennis geven aan het
secretariaat van de commissie Internatio
naal Orgelconcours, stadhuis Haarlem.
Toen een fietser woensdagavond om ze
ven uur vanaf de Raadhuisstraat te Haar
lem de Rijksstraatweg opreed, werd hij
door een auto aangereden en een tiental
meters meegesleurd. Met een schedelbasis-
fractuur is de man in het ziekenhuis St.
•loannes de Deo opgenomen. De man had
te laat een snel naderbij komende auto
opgemerkt, zodat hij deze niet meer kon
ontwijken.
Te Stadskanaal (gem. Wildervank) is
overleden de 102-jarige weduwe G. Trip-
Niks. Zij wercl op 3 februari 1854 te Drou-
wenermond, in de Drentse gemeente Bor
ger, geboren. De laatste tijd woonde cle
hoogbejaarde vrouw bij een dochter.
De heer Janssen (Arb.) vond het een
verheugend teken, dat de Vereniging voor
Bloembollencultuur zelf de wens heeft
uitgesproken in Haarlem te blijven. Naar
zijn mening moest al het mogelijke gedaan
worden om aan de verlangens van de ver
eniging tegemoet te komen. Als de tram
naar Amsterdam wordt opgeheven zal er
in de omgeving van de Baan toch het een
en ander veranderd moeten worden, zodat,
naar zijn mening, op de vraag naar een
vestiging van de bollenbeurs daar ter
plaatse zonder meer „ja" gezegd kan wor
den.
Wel kon bij een principiële bereidver
klaring nog geen enkele uitspraak ver
wacht worden inzake de uitvoering en
vormgeving van het gebouw, de materiaal
keuze en de beplanting. Vooral ten aanzien
van de toekomstige beplanting toonde de
heer Janssen zich bezorgd; al was hij van
mening, dat eventuele schade door nieuwe
beplanting ongedaan gemaakt kon worden.
Ook de heer Schippers (KVP) sprak
zijn waardering uit voor het vele voor
bereidende werk dat aan het raadsvoorstel
voorafgegaan is, maar meende, dat de
plaatsing van het beursgebouw in het
Frederikspark bij vele rechtgeaarde Haar
lemmers op instinctief verzet zou stuiten.
Hij vond echter, dat men bij het behoud
van het oude niet altijd kan blijven stil
staan. Er was daar ter plaatse al veel
verknoeid door de bouw indertijd van het
Brongebouw, waarvoor later het sportfond
senbad in de plaats gekomen is. Dit laatste
gebouw vond de heer Schippers ook niet
bepaald uitmunten door architectonische
schoonheid en hij was van oordeel, dat
winst te behalen zou zijn door de meest
lelijke gedeelten van het sportfondsenbad
te doen afdekken door het niewe beursge
bouw. Ook het opofferen van enige huizen
achtte de KVP-woord voerder niet zo erg
en hij had dan ook tegen een principiële
uitspraak geen bezwaar. Wel wilde hij zich
uitdrukkelijk losmaken van enige andere
aspecten, die op de schetstekening voor
kwamen en van een beginselbeslissing over
eventuele verkeerswijzigingen. Ook waar
schuwde de heer Schippers tegen de finan
ciële consequenties, die het voorgstelde
beursgebouw met zich mee zou bren
gen. Tenslotte bepleitte hij voor de west
zijde van het nieuwe gebouw een rooilijn,
die in het verlengde zou komen te liggen
van die van het gebouw van de provinciale
griffie.
De heer Stoffels (VVD) zei niet van
een principieel besluit als thans van de
raad wordt gevraagd, te houden. „Als men
eenmaal a gezegd heeft, zal men in vele
gevallen ook b en c moeten zeggen, totdat
men wel eens tol de conclusie kan komen,
dat het gehele plan verder gaal dan men
aanvankelijk wilde".
Op planologisch gebied gaat naar de
mening van de heer Stoffels iets verloren,
als hier een gebouw met parkeerruimte en
proeftuin komt. De VVD-woordvoerder
haalde iemand aan, die eens met een wijde
blik naar het buitenland de Dreef had
vergeleken met de Champs Elysées. Even
als bij deze Parijse allee vormt de open
zijde de grootste charme van de Dreef en
de heer Stoffels was bevreesd, dat bij de
nieuwe plannen de openheid van de oost
zijde verloren zou gaan.
Hij gaf toe, dat de verkeerssituatie op
het Houtplein in de toekomst zeer moei
lijk zou worden, maar vond het verkeers-
facet niet het belangrijkste onderdeel van
eventuele toekomstige plannen. Eerst zou
naar zijn mening de ruimte moeten wor
den ingedeeld. Hij betreurde het, dat bij
het voorstel geen advies van stedebouw-
kundige zijde was bijgesloten. Het voor
gestelde beursgebouw zou voor de gemeen
te en de vereniging voor Bloembollen
cultuur belangrijke offers met zich mee
brengen. Met het oog hierop zou de heer
Stoffels gaarne becijferingen zien, die pre
cies nagaan wat er gaat gebeuren. Hij was
zelfs van mening, dat het belangrijkste as
pect van de zaak op financieel terrein zou
liggen en verlangde daarom een betere
toelichting op dit punt, met name ten op
zichte van hetgeen door de gemeente ge
daan zou moeten worden.
Een warm voorstander van het plan
toonde zich de heer Spek (A.R.), die
het contact, dat de gemeente met de Ver
eniging voor Bloembollencultuur onder
hield van het grootste belang achtte. Hij
vond, dat de voorgestelde plaats zich bij
zonder voor een bollenbeurs leende, om
dat zulk een gebouw niet in het centrum
van de stad kon worden neergezet. Wat
er eventueel verloren zou gaan aan dc
zijde van de Kleine Houtweg vond de
heer Spek niet een dergelijke schoonheid
bezitten, dat daardoor van het plan zou
moeten worden afgestapt. Ten aanzien
van de toekomstige verkeerssituatie wilde
hij de nadere voorstellen afwachten.
ciële consequenties en verder de vorm
geving van het nieuwe gebouw. Voorts
was hij van mening dat een proeftuin in
het Frederikspark een lelijk geval zou
worden en vroeg hij zich af, of die niet
ergens anders ondergebracht zou kunnen
worden. Ten opzichte hiervan zou de ge
meente reeds nu vrijhheid van handelen
moeten bedingen.
Ook de heer Proper (Comm.) toon
de zich een voorstander van het voorstel.
Hij was van mening, dat aan een zekere
mate van verstedelijking toch niet te ont
komen zou zijn en herinnerde aan de on
rust, die er in de raad geheerst had, toen
er sprake van was, dat de bollenbeurs uit
Haarlem zou weggaan. Hij meende, dat
een nieuwe bollenbeurs in het Frederiks
park niet tot culturele verarming behoef
de te leiden en achtte het een gunstige
mogelijkheid, als de bollenbeurs gecom
bineerd zou kunnen worden met het al
gemeen culturele belang.
ven bestaan. Ten aanzien van de behoef
ten van het toekomstige verkeer worden
voorzieningen geëist, die meer ruimte vra
gen dan thans aanwezig is. Hierover zal
de raad zich echter te zijner tijd nog kun
nen uitspreken.
Het nieuwe gebouw zal aan het, in
de toekomst te vergroten, Houtplein
komen te liggen en niet aan de Dreef,
daarom behoeft de rooilijn niet gelijk ko
men te liggen met die van het gebouw van
de provinciale griffie. Voorts wees de heer
Happé er op, dat van de zijde van de ver
eniging voor Bloembollencultuur nog een
uitspraak moet komen: er is nog slechts
gesproken met het hoofdbestuur van de
vereniging. Spreker verzocht de raad zich
thans voor een principiële bereidverklaring
uit te willen spreken. Daarna kunnen er
nieuwe besprekingen geopend worden met
de vereniging waarbij ook de punten over
financiën en proeftuin nog eens ter sprake
zullen worden gebracht. De heer Happé
was van mening, dat het Frederikspark al
een tc doods aanzien heeft gekregen en bij
het nieuwe plan ten aanzien van een vi
suele aansluiting bij de Dreef slechts zou
kunnen winnen.
„Wij kunnen thans geen nadere gegevens
afwachten. Wij moeten a zeggen", meende
de spreker, die verder opmerkte, dat zelfs
bij minimale verkeersvoorzieningen de be
staande huizen toch zullen moeten verdwij
nen. De heer Happé besloot zijn toespraak
met de verwachting uit te spreken, dat er
bij juist overleg een oplossing tot stand kan
worden gebracht, die de stad een nieuw en
beter aanzicht zal kunnen geven.
Na deze uitvoerige verdediging kon het
voorstel zonder hoofdelijke stemming wor
den aangenomen. Slechts de drie aanwe
zige leden van dc VVD-fractie verzochten
om de aantekening, dat zij geacht wensten
ft, te hebben tegengestemd.
De uitslagen in het scholen-schaaktoernooi
in Haarlem luiden als volgt:
Poule 1 (eerste ronde): D. G. Vonk—L. Lin-
denberg remise; D. H. J. de JonghP. Rabé
0-1.
(Tweede ronde): D. H. J. de JonghD. G.
Vonk remise; P. E. RabéL. Lindenberg re
mise.
Poule 2 (eerste ronde): H. DuisenbergR.
Koster 1-0; E. J. PetersmaM. P. v. Over-
beeke remise.
(Tweede ronde): E. J. PetersmaH. Duisen
berg remise; M. P. v. OverbeekeR. Koster
1-0.
Poule 3 (eerste ronde): D. v. VuurenH. W.
v. Dis 1-0; W. PetersmaF. v. Maanen 1-0.
(Tweede ronde): W. F. Petersma—D. v.
Vuuren 0-1; F. v. MaanenH. W. v. Dis 1-0.
Poule 4 (eerste ronde): W. M. MazeeH.
Mostertman 1-0; H. BosschertR. Gisolf 1-0.
(Tweede ronde): H. BosscherW. M. Mazee
1-0; R. GisolfH. Mostertman 0-1.
Poule 1: F. MissetW. Mijnssen 0-1; L. Ha
makerF. Misset 0-1; L. HamakerW. Mijns
sen 0-1.
De uitslagen in het biljarttoernooi om het
kampioenschap van Haarlem eerste klasse
libre luidden:
Koopman
Heiligenberg
Koopman
Kroon
Corver
Nassau
Engwerda
Corver
200
47
23
1
200
47
20
1
200
44
24
2
177
44
20
0
200
37
29
1
200
37
20
1
194
40
18
0
200
40
21
2
Poule 2: D. O WijnandsB. Hylkema 0-1;
P. SteenmanD. O. Wijnands 0-1; W. Geu-
zebroekP. Steeman 0-1; B. HylkemaW.
Geuzebroek 1-0; W. GeuzebroekD. O. Wij
nands 1-0; P. Steeman--B. Hylkema 1-0.
Poule 3: W. L. de RuiterJ. W. Boland 1-0;
J. W. Boland—P. G. Scholtens 0-1; W. L. de
RuiterP. C. Scholtens 1-0.
Poule 4: E. de JonghR. Vos 0-1; T. Jan
sen—H. Boon 0-1; T. JansenE. de Jongh
0-1; H. Boon—R. Vos 0-1; R. Vos—T. Jansen
1-0; E. de JonghH. Boon 0-1.
Drie televisieomroepsters zullen zaterdagavond in België de jury vormen bij een
goochelwedstrijd lussen Engelse en Nederlandse goochelaars. De drie leden van
deze - charmante - jury zijn (v.l.n.r.) Marianne Lecenne uit Frankrijk; Eve
Hafeli uit Zwitserland en Marisa Borroni uit Italië.
De heer Wensing (C.H.U.) zou, on
danks de bezwaren, die hij tegen de voor
gestelde plaats had, toch het voorstel steu
nen, omdat hij het behoud van het bollen
centrum voor Haarlem van het grootste
belang achtte. Ten opzichte van enige
punten wilde de heer Wensing zich vrij
houden, zoals in de eerste plaats de finan-
Wethouder Happé stelde in zijn ver
dediging van het voorstel allereerst het
grote belang, dat Haarlem heeft bij het
behoud van de zetel van de Vereniging
voor Bloembollencultuur en vond het be
grijpelijk, dat er bezwaren tegen het plan
zijn, vooral ook van de zijde van de ver
eniging „Haerlem", die krachtens haar
taak zoveel mogelijk moet behouden, waf
ons uit het verleden is overgeleverd. „Wij
aks gemeentebestuur moeten ons echter
ook met de toekomst bezighouden".
In tegenstelling tot de opvatting van ds
heer Stoffels was wethouder Happé van
mening, dat ook bij de verwezenlijking
van het plan tot stichting van een nieuwe
bollenbeurs de gordel groen om de stad
behouden kan blijven. Daarom ook heb
ben B. en W. voorgesteld de nieuwe zuide
lijke randweg zuidelijker te projectereh;
zodat de groengordel slechts van één kant
(het noorden) iets zou worden terugge-
drongen door de nieuwe bollenbeurs. Ver
der zou hij echter ongerept kunnen blij-
Dc Haarlemse gemeenteraad is woensdagmiddag in grote meerderheid akkoord
gegaan met het voorstel van Burgemeester en Wethouders om een subsidie toe te
kennen aan de Haarlemse vereniging tot verspreiding van bijbelkennis, onder wier
auspiciën onderwijs in dat vak gegeven zal worden aan de leerlingen van de hoogste
klassen der openbare lagere scholen. Algemeen zag men het belang in voor de
algemene vorming en ontwikkeling van de kennis van de bijbel. Dat twee humanis
tische leden van de fractie van de Partij van de Arbeid desondanks tegen het
voorstel stemden, vloeide voort uit de omstandigheid dat zij minder vertrouwen
hadden in het resultaat dan in de bedoelingen van degenen die het initiatief tot deze
vorm van uitbreiding van het leerplan der lagere scholen hadden genomen.
Dat waren onder meer de raadsleden
Voogd (Arbeid), Wensing (C.H.U.), Bettink
(V.V.D.) en Spek (A.R.); uit gepaste be
scheidenheid zwegen zij bij de behande
ling van het voorstel en slechts de heer
Wensing verstrekte in tweede instantie een
aanvullende toelichting.
Als eerste spreekster wees mevrouw
Van der W a 11-D uyvendak (Arbeid)
erop, dat de in Haarlem gévonden organi
satievorm voor het onderwijs in bijbel
kennis uniek moet worden genoemd, om
dat zoveel richtingen, organisaties en par
ticulieren elkander in dit gezamenlijk stre-
Wethouder Bakker heeft woensdagmiddag in de Haarlemse raad een korte toe
lichting gegeven op de aard van de huidige financiële moeilijkheden der gemeente.
Toen het rijk namelijk het disconto wel verhoogde, maar het rentegamma niet, werd
het voor de gemeenten onmogelijk geld op lange termijn te lenen. Gelukkig had
Haarlem zijn vlottende schuld op dat ogenblik juist geconsolideerd, zodat men de
crisis op het nulpunt inging. Men moet nu alle uitgaven met kort geld financieren,
waarvoor men slechts tot 25 n/u van het totale budget (inclusief kapitaaldienst) mag
lenen. Dat wil zeggen, dat Haarlem voor de financiering van de kapitaaldienst
zeventien miljoen ter beschikking heeft. Op 31 december bedroeg evenwel dc vlot
tende schuld der gemeente acht miljoen, zodat men een speling van slechts acht
miljoen over heeft. Dit wil zeggen, dat van de kapitaalsinvesteringen alleen de
woningbouw voortgang zal vinden. Het door wethouder Happé opgestelde woning
bouwprogramma zal dit jaar in totaal ongeveer 13 miljoen gulden vergen; bovendien
moet men rekening houden met de termijnbetalingen voor de in uitvoering zijnde
grote werken, als de Prinsenbrug en de ophoging van Parkwijk.
Nu zullen B. en W. hun voorstellen nor
maal voorbereiden en bij de raad indienen
om pas na de goedkeuring door Gedepu
teerden te beslissen of men tot uitvoering
zal overgaan of niet. De wethouder voegde
er dadelijk bij, dat de beslissing in de
meeste gevallen wel negatief zal uitpakken.
De raad zal op de hoogte worden gehouden
van alle zaken, die niet worden uitgevoerd.
Men volgt deze methode om geen stagnatie
in de voorbereidingen van verschillende
projecten te veroorzaken, zodat men on
middellijk tot uitvoering kan overgaan,
wanneer de financiële beperkingen niet
meer gelden.
B. en W. zullen dus met de raad een
„wijze zelfbeperking" in acht dienen te
nemen, zoals ook al door de nestor, me
vrouw Scheltema-Conradi (V.V.D.) in haar
antwoord op de nieuwjaarsrede van de
burgemeester werd opgemerkt.
Deze uitvoerige toelichting werd uitge
lokt door de heer W e n s i n g (C.H.U.) naar
aanleiding van het voorstel om drie vleu
gels aan te schaffen voor het muziekonder
wijs in het Stedelijk gymnasium. H.B.S. B
en de meisjes-H.B.S., waarvoor een totaal
krediet van ruim 25 mille werd gevraagd.
Ook mevrouw Scheltema en de heer
Schippers (K.V.P.) hadden het voorstel
critisch bekeken: de laatste vroeg zich af of
men niet met een. laag model piano's kon
volstaan en ook mevrouw Scheltema
merkte op, dat het toch niet per se con
certvleugels behoefden te zijn. De heer
Schippers had zich blijkbaar terdege
georiënteerd, want hij deed uit de doeken,
dat een nieuwe vleugel niet duurder dan
4500 gulden, een nieuwe piano niet meer
dan 2300 gulden behoefde te kosten.
Hetgeen wethouder Geluk beaamde: B.
en W. zijn ook niet van plan het gehele
bedrag uit te geven. Intussen zal pas tot
aankoop besloten worden nadat een kleine
commissie van deskundigen het college zal
hebben geadviseerd.
Het voorstel van het college om ongeveer
vijfduizend gulden beschikbaar te stellen
voor een taperecorder, een platenspeler,
een radio en enige platen voor het muziek
onderwijs op de gemeentelijke uloscholen,
werd zonder discussie aangenomen.
Het voorstel tot toevoeging van de vroe
gere dienstwoning aan het gebouw van het
gemeentelijk bejaardentehuis aan de Scho
tersingel werd ook al aanleiding tot een
wat diepgaander behandeling, omdat, na
dat mevrouw Kerkho f f-P e t (Arbeid)
eens te meer had aangedrongen op een
radicaler voorziening door eerst een ander
kinderhuis te stichten, de heer Vissers
(K.V.P.) erop wees, dat, evenals dat bij de
ziekenhuizen het geval is, het aanbeveling
zoü verdienen dat ook voor de bejaarden
zorg een zekere coördinatie met particu
liere plannen werd bereikt. Hij zou ook
gaarne de behoefte gemeten willen zien.
Wethouder Bakker, die de hartekreet
van mevrouw Kerkhoff best begreep, vond
dat dat laatste wel uit de gehouden en
quête zou blijken. Overigens zijn de voor
bereidingen voor een nieuw bejaardente
huis al enige jaren aan de gang. Men heeft
in verschillende plaatsen daartoe een on
derzoek ingesteld. Een en ander hangt ook
samen met de bouw van een nieuw zieken
huis, omdat van rijkszijde men er ook prijs
op stelt te weten, wat er met het bestaande
St. Elisabeths gasthuis gebeurt.Voorts moet
rekening gehouden worden met de huis
vesting van geestelijk gestoorde en chro
nisch verpleging behoevende bejaarden. De
wethouder vroeg zich af of men met de
oplossing van al deze vraagstukken zou
moeten wachten tot er een nieuw zieken
huis is. Intussen gaat dezer dagen de com
missie bejaardenzorg en de pas in functie
getreden geriater aan het werk, zodat men
voor de definitieve plannen het resultaat
daarvan moet afwachten.
De overige voorstellen werden zonder of
na korte discussie aanvaard, even zo ver
liepen de benoemingen conform de voor
drachten van B. en W.
ven hadden gevonden. Daardoor ook wordt
de waarborg geschapen, dat hier geen
sprake kan zijn van godsdienstonderwijs
in leerstellige zin. De vereniging wil ook
niet de taak der kerken overnemen, maar
het onderwijs heeft het belang ingezien
van dit vak. Op de vraag van het Huma
nistisch Verbond of de invoering van dit
vak in overeenstemming kon zijn met de
taak van het openbaar lager onderwijs,
antwoordde zij volmondig bevestigend. Het
Humanistisch Verbond had trouwens in
zijn in ons blad van gisteren vermeld adres
aan de raad zelf ook gesteld, dat het de
noodzaak van bijbelkennis voor buiten
kerkelijken onderschrijft. Uiteraard kan
de overheid moeilijk waarborgen, dat een
vak in een bepaalde geest wordt gedoceerd:
dat kan zij bijvoorbeeld bij geschiedenis
ook niet. Maar hoewel zij er oog voor had,
dat de klasse-onderwijzer uit een oogpunt
van didactiek en pedagogie het beste het
nieuwe vak zou kunnen geven, vond me
vrouw Van der Wall het anderzijds een
voordeel, dat de speciaal daartoe opge
richte vereniging haar eigen leerkrachten
zou kunnen doordringen van de uitgangs
punten voor dit bijbelonderwijs. Daarbij
was het zeker niet de bedoeling, dat uit
sluitend belijdende christenen dit vak zou
den kunnen doceren: humanisten zouden
dit even goed kunnen, zoals dc praktijk
trouwens heeft bewezen.
Mejuffrouw Bolsius (K.V.P.), die in de
commissie nog tegen' het voorstel was ge
weest, bleek thans haar stem er wel aan
te willen geven, al wenste zij wel zeker
heid, dat inderdaad bijbelonderwijs ge
geven zou worden - het raadsvoorstel
sprak verwarrend steeds van godsdienst
onderwijs - en dat ook andere, niet bij de
vereniging aangesloten kerkgenootschap
pen, op grond van de in de wet gegeven
bevoegdheden, toegang tot de school zou
den kunnen behouden.
Geen formalisme
Mevr. Scheltem a-C o n r a d i (V.V.D.)
grondde haar instemming ook op het groot
gebrek aan kennis van de bijbel, dat valt
op te merken. In het buitenland is dat vak
een vanzelfsprekend onderdeel van het
leerplan. Ook zij vond het niet nodig als
eis aan de leerkrachten te stellen, dat zij
belijdend godsdienstig moeten zijn, omdat
het hier niet om catechese gaat. Over de
formele kanten van de zaak wilde me
vrouw Scheltema deze keer heenstappen,
al wenste zij wel, dat de raad, die immers
door middel van de subsidie een vinger in
de pap houdt, van jaar tot jaar vrij blijft
om op zijn beslissing terug te komen.
De vierde Haarlemse vroede vrouw die
over dit voorstel het woord voerde, bleek
haar bezwaren niet opzij te kunnen zetten:
mevrouw Kerkhoff-Pet (Arbeid), die
geloofde, dat het voor een godsdienstige
leerkracht onmogelijk zou zijn bijbelkennis
te onderwijzen „buiten zijn eigen geloofs
overtuiging om". Zij zou er echter wel voor
voelen om bijvoorbeeld de klasse-onder-
wijzer op te leiden door iemand als ds. Van
Gelder, die immers met zoveel succes dit
vak op de middelbare scholen doceert.
De heer DeLandmeter (C.H.U.) ver
trouwde, dat bij voldoende animo ook de
klasse-onderwijzers er wel toe zouden
komen bijbelkennis te willen onderwijzen,
al zouden de leerkrachten waarschijnlijk
in het algemeen de tijd niet kunnen vin
den om daartoe een speciale cursus te vol
gen. Ook hij juichte het voorstel toe, onder
meer ook als middel tot meer taalbegrip,
hoopte dat in de toekomst ook lagere klas
sen van de regeling zouden profiteren en
wees er op, dat de gemeente een curator
benoemt en daardoor invloed op de gang
van zaken behoudt.
Positief antwoord
De heer Hennevelt (C.P.N.) vroeg of
er gegevens omtrent de behoefte bestonden.
Wanneer de deelneming aan deze lessen te
gering zou zijn, zou dit onderwijs tot een
paskwil worden. Evenals mevrouw Kerk
hoff legde hij er de nadruk op, dat een
positief antwoord van de ouders verlangd
moest worden, dat zij dit vak inderdaad
voor hun kinderen wensen: niet op de
manier van „geen antwoord is ja".
Maar wat dat aanging vonden zy me
vrouw Van der Wall en wethouder
Geluk aan hun zyde. De eerste had reeds
betoogd, dat de ouders keuze moeten doen
en de wethouder bleek dezelfde mening
toegedaan.
De wethouder wees er in zijn antwoord
op, dat kennis van de bijbel voor de West-
europese mens van uitzonderlijk gewicht
is, omdat de bijbel nu eenmaal een van de
grondslagen van onze cultuur vormt. De
reikwijdte van dit onderwijs beperkt zich
trouwens niet tot de buitenkerkelijke ge
zinnen. Ook in vele wel godsdienstige ge
zinnen komt men aan de vorming van de
kinderen op dit punt niet of in niet vol
doende mate toe. De behoefte is weliswaar
niet in een enquête gemeten, maar bij de
regeling onder auspiciën van het inter
kerkelijk overleg in schoolzaken waren er
klassen, die deze lessen in haar geheel
volgden. Het Humanistisch Verbond er
kent wat dat aangaat trouwens de behoefte
ook.
Omslachtig
De thans gevolgde procedure door middel
van een speciaal opgerichte vereniging lijkt
wat omslachtig, maar vormt de beste weg
om het doel te bereiken. Het leerplan biedt
namelijk geen wettelijke uitbreidingsmoge
lijkheid, maar godsdienstonderwijs vanwege
particulieren wordt, met subsidiemogelijk
heid, wel toegelaten.
De heer Wensing vulde het betoog
van de wethouder op dit punt nog aan met
de 'opmerking, dat „bijbelkennis" een on
derdeel van godsdienstonderwijs is. De
term „godsdienstonderwijs" moet dus ge
bruikt worden om in het spoor van de
lager-onderwijswet te blijven. Bovendien
heeft de term godsdienstonderwijs wel een
leerstellige bedoeling gehad, maar die is
in de wet nergens neergelegd. Daarom is
de catechese door de kerken hiermee niet
overbodig geworden en het onderscheid
tussen openbaar en bijzonder onderwijs
blijft even essentieel als het was. Bij het
laatste is immers het gehele onderwijs
doortrokken van de levensbeschouwelijke
opvatting der leerkrachten. Dat men het
vak bijbelkennis niet objectief zou kunnen
doceren, zoals mevrouw Kerkhoff had be
weerd, bestreed spreker met een voorbeeld
uit de praktijk. Mejuffrouw Bolsius kreeg
de door haar gevraagde verzekering, dat
ook niet bij de vereniging aangesloten
kerkgenootschappen van haar bevoegdheid
ingevolge artikel 26 van de l.o.-wet gebruik
mochten maken en wat de invloed van de
gemeente aangaat: de gemeentelijk inspec
teur voor het lager onderwijs zal ten allen
tijde de lessen kunnen bijwonen.
De heer Wensing wees er voorts nog
op, dat de statuten van de vereniging de
garantie behelzen, dat het onderwijs de
perken van de zuivere bijbelkennis niet te
buiten zal gaan.
Wethouder Happé motiveerde als hu
manist nog zijn stem. Hij stemde voor, om
dat hij overtuigd was van de grote geeste
lijke en culturele betekenis van de bijbel,
al kon hij zich de aarzeling van zijn huma
nistische medeleden indenken, die vrees
den, dat bij dit onderwijs het voor de
leerkrachten moeilijk zal zijn altijd de
juiste grens te trekken tussen hun liefde
voor hun geloof en hun lust om te getuigen.
Mevrouw Kerkhoff-Pet en mevrouw
Smitz-Peper (beiden Arbeid) bleken hun
partijgenoot hierin niet te kunnen volgen
en stemden tegen.
ONDERTROUWD, 9 jan.: J. Smit en Th.
M. van der Hoorn; C. M. Lagerweij en A.
van Roterdam; J. E. Bruinzeel en S. E. van
Doorn; J. de Haan en E. G. Bel; S. P. J.
Bakker en F. Adelaar; H. Korevaar en M.
Verbeeten: G. J. van den Berg en J. H. S
van den Nouwland; C. van der Holst en T.
Spit; A. G. Schreurs en C. Spruit; H. Ver
kerk en J. H. Stolte; C. Ligthart en A. J.
Hilterman; B. Breems en C. M. Hetem: Th.
J. M. van Galen en P. R. Schemmekes; F. H.
Heeremans en J. J. Nijssen; P. C. van Dolen
en I. M. Rooijers.
GETROUWD 9 jan.: R. Hommes en G. C.
Berkhout, J. Langeveld en J. Chr. Eulink.
H. Gon en G. M. de Groot, J. M. van Til en
F. S. Neugartner.
BEVALLEN van een Zoon, 7 jan.: H. M.
MenseBulters; 8 jan.: A. H. E. Holleboom
1Andriessen; R. Gottmer—Groeneveld; 9
jan.: J. de GrootHeemskerk.
BEVALLEN van een Dochter, 8 jan.: C. E.
Woning—Hoefsmit; 9 jan.: C. J. Bakker-
Van der Drift.
OVERLEDEN, 7 jan.: A. S. van Rooden,
86 j., Goetzeestraat; T. Breeuwer—Schutte,
78 j„ Burgemeester Sandbergslraat; 8 jan.:
K. Kolk, 61 j.. Schotersingel: H. Snippe
Koster, 71 j., Houtmarkt; C. H. G. van Sta
verenLaan, 60 j., Kamperlaan.