MOEDIG VORST WON IN ONHEILSNACHT HET HART VAN ZIJN VOLK. KAN Hoger tram- en bustarief aan drie gemeenten toegestaan 25 - 60% KORTING OPRUIMING Eisenhower koos ontwapening als kern van zijn boodschap Oostenrijkers brachten laatste eer aan geliefd president Lange afstandsprojectielen en kern wapens moeten onder controle komen Edgar Tytgat overleden HONDERDVIJFTIG JAAR GELEDEN Explosie op kruitschip verwoestte binnenstad van Leiden Lodewijk hielp redders Vragen van Kamerlid over uitspraak der rechtbank G. Klijn te Santpoort viert zilveren jubileum Voor Haarlem en Leiden nog geen beslissing Gary Davis op erewoord in Amerika toegelaten Auto uit militaire colonne door trein aangereden Ir. Fritschij benoemd tot directeur nutsbedrijven te Nijmegen Wat Kan Kan Kan Kan alleen Twintigjarig bestaan van Ver. van Wegenbouwers Bloembollenpensioenfonds verplicht gesteld VRIJDAG 11 JANUARI 1957 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT „GEEN RAMP die onze Stad Leyden ooit onderging heeft immer kunnen evenaren aan de allerverschrikkelijkste gebeurtenis welke haar op dezen Maandagmiddag den 12. January een quartier over vier uuren trof. Op dat allernoodlottigst tijdstip stond eensslags de Hemel in vollen vlamdie van zulk eenen verbazenden slag gevolgd wierd, dat men zelfs te Amsterdam en andere plaatsen omtrent tien uuren in de rondte den slag voelde, denkend dat 'er een Aardbeeving tvas geschied. In Leyden zelve wierd ondertusscheii in ééne minuut omtrent een derde deel der Stad een prooij van de akeligste verwoesting en den deerniswaardigsten jammer. Een ontelbare menigte Huizen wierd plotseling in eenen puinhoop verwisseld of van hunne Glazen en Daken beroofd, en allerwegen klonk hartverscheurend gewee klaag en gesteun van honderden Burgers waaronder zeer veele aanzienlijke Ingezetenen die geheel of ten deele onder de puin bedolven raakten, dan wel door rondvliegende stukken Glas of Steenen gewond wierden". In deze trant schildert een ooggetuige ons „de deerniswekkende rampspoede" die Leiden honderd vijf tig jaar geleden op 12 januari 1807 trof toen op het deftige Rapenburg aldaar een groot kruitschip, geladen met zevendertigduizend pond grof buskx-uit, door onbekende oorzaak ontplof te en de lucht inging. De gevolgen waren vei-schrikkelijk. Over een oppervlakte van tweehonderdvijftigduizend vierkante me ter werden alle gebouwen ter weerszijden van het Rapenburg met de grond gelijk gemaakt of onherstelbaar beschadigd, ter wijl verder in de stqd, tot op vele kilo meters afstand, de ruiten sprongen en de dakpannen weggeblazen werden. „Ongelukkiglijk", zo vervolgt de kro niek, „wierd dit deerlijk onheil nog met een nieuwen ramp vermeerdei'd door het ontstaan van Brand in de ternedergestorte Huizen, die in weerwil van alle betoonde waakzaamheid niet voor den volgenden ogtend ten 6 uuren geheel en al was ge blust". Deze omstandigheid belemmerde de pogingen tot redding van de ongeluk- kigen die in de puinhopen bedolven waren. Wat evenwel „eenieder tot grooten steun en bemoediging strekte", dat was dat „Zijne Koninglijke Majesteit Louis Napoléon, van de beklaaglijke gebeurenis kennis genomen hebbende, reeds des Avonds om K 9 uuren op het di-oevig Too- neel des oi.geluks arriveerde, alwaar Hoogstdezelve in eigen Persoon niet slechts aanzienlijke belooningen ad Tien Ducaten toezegde voor elke geredde Mensche, maar ook, zonder eenig gevaar te ontzien, op de onverschrokkendste wijze zelf medewerkte tot de redding van de Ellendelingen, terwijl hij de nabestaan den met de aandoenlijkste blijken van deelneming omringde". INDERDAAD won Lodewijk Napoleon, toen nog slechts kort heerser over ons land en verre van gezien, door zijn op treden in Leiden met één slag de harten van het ganse.volk. „Met tranen in de ogen hinkte de bleke, moeilijk lopende man in zijn eenvoudig uniform gans den langen onheilsnacht onvermoeid over de puinen; hier vertroostend, daar een ge wonde ondersteunend, dikwijls zelf aan het graafwerk deelnemend bij het rosse schijnsel der toortsen. Hij was iedereen een lichtend voorbeeld", zegt prof. Knap pert in zijn in 1907 verschenen boek over de Leidse catastrofe. Maar de koning deed meer dan troosten en helpen. Hij commandeerde zijn gehele lijfgarde en een groot deel van het garni zoen uit Den Haag op om puin te ruimen. De Haagse bakkers liet hij nachtenlang doorwerken om brood voor Leiden te bak ken, hetgeen Lodewijk goeddeels uit eigen zak betaalde. Uit zijn privé-middelen schonk hij nog eens dertigduizend gulden voor de leniging van de eerste nood. Tevens stuurde hij grote aantallen „metze- laai-s en glazenzetters" naar de getroffen stad, terwijl hij bovendien nog op de avond van de ramp de leiding nam van een nationale inzameling, welke het voor die tijd reusachtige bedrag van 156.216 gulden en drie stuivers opbracht! Hij stelde zelfs, zeer tegen de zin van Koningin Plortense, het Huis ten Bosch, ter beschikking van de daklozen. Het ontbrak dan ook niet aan geestdrif tige odes en lofzangen op de eerder zo im populaire vorst. Overal barstten de dicht aders open om Lodewijks moed en hulp vaardigheid te loven. Stadswijk weggevaagd ONTZETTEND waren intussen de tafe relen, die zich bij het reddingswerk af speelden. In de directe omgeving van de plaats waar het kruitschip gelegen had, woonden vele Leidse hoogleraren, grote kooplieden en andere aanzienlijke burgers in hun statige grachtenhuizen, onder an deren de professoren Kluit (een bekend litterator) en Luzac, ds. Broes, de „apothe- cax-" Bonte en de steeni-ijke families Hu- bregts, Van Randwijck, Van Hoogstraten, Van Staveren en vele anderen. Noch van hen, noch van hun huizen, hun kostbare kunstverzamelingen en boekerijen, heeft men ooit een spoor teruggevonden. An deren ontsnapten op wonderbaarlijke wijze aan den dood, zoals de schepen Dorst en professor Rau. Met het puingruis nog in hun kleren, waren zij onder de eersten die het reddingswerk aanpakten. Op één na alle kerken in het Rapenburgkwartier, waaronder ook de thans nog bestaande Lodewijkskerk (toen als „saaijhal" in ge bruik) werden ernstig beschadigd. Erger was het lot dat de schoolkinderen trof: zowel de drie openbare scholen als de Departementale School, de „Jooden School" en de „kostschool van jufvrouw Schneiter' stortten in of werden door brand geteisterd. Slechts enkele leerlingen wist men te redden. IIonderdvijftig doden VAN het geweld der ontploffing kan men zich een beeld vormen uit de be schrijvingen van tijdgenoten, van wie er een de volgende schildering geeft: „Onder de menigvuldige verwonderlijke uitwerk zelen van de uitbersting is op te mei-ken, dat het Water van het Rapenburg zich door de perzing zoo hoog verheeven heeft, dat de gragt een oogenblik geheel leeg was. Daarna is hetzelve, als uit de Lugt komende, met magtig geweld neergestort door de daakelooze Huizen, merkelijke schadcns toebrengend aan de Meubilen en Beddegoederen, hebbende dit veelen op het denkbeeld gebracht, dat het een Wolk- bx-euk was Ook aan navrante details ontbrak het niet: „Wijders is bij dit droef voorval ook het plaizierjacht van Struil, dat over het Kruitschip lag zijnde daar juist een aantal van veertien Lieden ter maaltijd, met Man en Muis weggeslingerd en nooit teruggevonden, behalve eene der Dienst boden, welke later, van onder de Puinen gered en zeer bedwelmd zijnde, de ver zuchting slaakde: „Ach, dat ik maar on der de Dooden gebleven was MEER DAN een week duurde het red dingswerk. In totaal werden er 151 doden geborgen. Van vele tientallen anderen zijn zelfs de stoffelijke resten nooit gevonden. Tweeduizend andere Leidenaars liepen min of meer ernstige verwondingen op; vele honderden anderen waren door de ramp dakloos en brodeloos geworden, maar van alle kanten stroomde hulp toe, in geld en in natura. De vex-antwoordings- lijsten zijn bewaard gebleven en daarin vindt men menig ontroerend blijk van of ferzin vermeld: Van Z.M. Koning Louis Napoléon vele Brooden. Van het Amster dams Genootschap Doctrina et Amicitiae 10 zak rijst, 10 zak gort. Van het land- schapsbestuur Drenthe: „vele produkten, waaronder twee zak gepelde garst, een le vendig kalf, vijftig aggelen aardappels en een kist hemden". Van een onbekende uit Utrecht 4 hemden en 8 p. kinderkousen. Van een der veendorpen tweehonderd ton nen turf. Uit Gouda, Den Haag, Dordrecht en HaaxTem werkhulp, Metzelaars en Tim- merlieden". Officiex-en, onderofficieren en j manschappen van de Grenadiers en an- i dex-e wapens offerden het idee is niet. I nieuw! een dag tractement of soldij, j rijke Gecommitteerden en Regenten zelfs j een jaar salaris. De Michiels van Kesse- j nich en vele andere leden der landadelen stelden hun landgoederen en kastelen open voor de daklozen, de „toneelisten" van de Koninklijke Franse Schouwburg in Den Haag schonken hun verdiensten van een werkdag plus de gehele boetepot van een jaar (bevattende de boeten wegens te laat komen, gemiste repetities e.d.). De acteurs van de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam lieten dat niet op zich zit ten en offerden met bi-eed gebaar „hun nog te vordex-en aandeel in een voorheen gegeven „Benifice-voorstelling". Het suc ces van de nationale inzameling hebben wij al vermeld; Amstex-dam alleen bracht hiervoor ruim f 200.000 bijeen; Haaiiem kwam met f 44.061 uit de collectebus. „Een Haarlemse weêuw", zo lezen wij in het afrekeningsx-apport, had haar bijdx-age in het volgende gedicht gewikkeld: „God weet, hoe zwaar 't mij valt om zelfs maar Iets te geven, 'k Heb een gering bestaan en kan bezwaarlijk leven, 'k Voldoe toch aan mijn plicht met een zeer klein geschenk Van weinig stuivers slechts, 'k Geef die met vreugd' en denk: Als ook de rijke Liên naar hunnen staat zoo geven, zal Leide zeker ras uit zijne Puin herleven". DAT LAATSTE echter zou een vrome wens blijken te zijn. De slechte tyden ver hinderden de algemene herbouw van de verwoeste patriciërshuizen, zodat het to neel van de ramp jarenlang een ruïne bleef. Pas veel later zyn op die kale vlakte het Van der Werffpark aangelegd en de verschillende academische laboratoria ge bouwd, die nu het Rapenburg omzomen. Zelfs een behoorlijk gedenkteken kon er niet op overschieten. Alles, wat nu nog herinnert aan „Leidens donkerste uren" is een onaanzienlyke gedenkplaat in de wallekant van de gracht, waar eens het kruitschip gelegen heeft. Vele Leidenaars weten hem niet eens te vinden. H. C. Lodewijk Napoleon op de ruïne van Leiden. Links wordt een der slacht offers van de ramp uitgegraven. (Gravure: A. A. Nunnink). Rechts inhalen op de Rijksweg in Haarlem mermeer Het tweede Kamerlid de heer Burger (P.v.d.A.) heeft aan de minister van Justi tie de volgende vraag gesteld: Indien het juist is. dat recent de rechtbank te Haarlem een automobilist heeft veroor deeld tot een maand hechtenis en vijf jaar ontzegging van de rijbevoegdheid ter zake van ï-cchts inhalen, wil de minister dan mede delen, of eveneens een vervolging is inge steld tegen en, zo ja, welke straf is opgelegd aan de automobilist, die zich kennelijk aan het niet zo zeldzaam voorkomende delict heeft schuldig gemaakt van nodeloos links rijden, ten gevolge waarvan het rechts inha len blijkbaar mogelijk was? Het betreft een uitspraak van de Haarlem se rechtbank van 27 december, waarbij een directeur van een bedrijf uit Brabant ver oordeeld is tot twee héchtenisstraffen van een maand en tot twee maal intrekken van het rijbewijs gedurende vijf jaar wegens het passeren van een auto aan de rechterkant en het „snijden" van deze auto op de rijksweg nummer 4 in de gemeente Haarlemmermeer op woensdagmiddag 9 mei. Bij de behandeling van de zaak is niet ge bleken, dat de bestuurder van de andere auto, een Haarlemmer, zich wegens een over treding te verantwoorden heeft gehad. Hedenmorgen is de heer G. Klijn, tech nisch opzichtex--B bij het P.E.N. te Bloe- mendaal, wonende Van Dalenlaan 115 te Santpoort-station, ter gelegenheid van zijn zilveren jubileum bij dit bedrijf door de directie ontvangen en gefeliciteerd door de directeur ir. J. den Boesterd, die hem een gratificatie overhandigde. Van het provin ciaal bestuur was er een bloemenhulde. Hedenmiddag zal de heer Klijn te zijnen huize namens de jubileumcommissie van het P.E.N. gecomplimenteerd worden door de heer G. E. Noordhof. De venvoesting op het Rapenburg, zoals een tijdgenoot haar zag. Op de achtergrond de toren van de „Saaijhal", thans de r.lc. Lodewijkskerk. Gravure van L. Overbeek. -NT De ministers van Verkeer en Waterstaat worden ingevoerd, waarbij men meer gaat en van Economische Zaken hebben op grond van de negatieve bedrijfsresultaten van de gemeentelijke vervoerbedrijven in Amsterdam. Den Haag en Utrecht de door deze gemeenten gevraagde tariefsverhogin gen toegestaan. Daarentegen werd nog geen beslissing genomen over de door de ge meentelijke tram- en busbedrijven van Rotterdam en Arnhem aangevraagde ta riefswijzigingen en evenmin over het voor stel tot tariefsverhoging, dat van de direc tie van de NZH met betrekking tot de stads- iijnen in Haarlem en Leiden is uitgegaan. Zoals wij hebben gemeld, wenst de NZH de enkele rit op de stadsbuslijn in Haarlem en op de tramlijnen in Leiden van vijftien op twintig cent te brengen en het overstapje van twintig cent op een kwartje. In over eenstemming daai'mee zullen niet meer ze ven x-itten (in Leiden acht) op een kaart van een gulden wox'den verstrekt, maar zes. De weekkaarten en maandabonnementen ondergaan een overeenkomstige verhoging. De tax-iefsveiTioging in Amsterdam moet nog door de gemeenteraad worden goedge keurd. Zoals gemeld zal daar een geheel ander tariefsysteem dan het gebruikelijke Albanië wijst Joegoslavische legatiesecretaris uit BELGRADO (Reuter) Albanië heeft zonder opgaaf van reden de eerste secre taris van de Joegoslavische legatie in Tirana tot persona non grata verklaard, meldt het Joegoslavische persbureau Tan- jug. betalen naarmate men langer van bus of tram gebruik maakt, een soort sectiestelsel naar tijdsduur in plaats van naar afstand. Het basistarief zou dertig cent per twintig minuten worden. In Utrecht worden de enkele-i-itprijzen op twintig cent gebracht, met recht van overstappen. De knipkaart wordt dan ze ven x-itten voor een gulden, waarbij men overigens moet bedenken dat de Utreohtse buslijnen als x-egel aanzienlijk korter zijn dan de Haarlemse. De tariefsverhoging bij de Haagse Tram weg Maatschappij zal variëren van 25 tot Bij zijn aankomst te New York verklaar de Gary Davis het KLM-vliegtuig, dat hem van Amsterdam naar New York bracht, niet te zullen verlaten als de Amerikaanse autoriteiten zijn „wex-eldpaspoort" niet zou den erkennen. De immigratieautoriteiten hebben dit echter geweigerd en Davis gevraagd zijn Amerikaans paspoort te laten zien. Hij kon echter slechts zijn „wereldpaspoort" tonen en moest daarom aan boord van het vlieg tuig blijven, dat donderdagmiddag weer naar Nederland zou vertrekken. Het vlieg tuig mag niet tanken als er nog een pas sagier aan boord is. Ook moet het toestei schoongemaakt woi-den en dat kan niet ge beuren zolang er nog een passagier in zit. De directeur van de immigratiedienst van New York, Edward Shaughnessy, deel de mee, dat Gary Davis voorwaardelijk (op ei-ewoox-d) in Amerika is toegelaten. Deze voorwaardelijke toelating betekent geen er kenning van de geldigheid van het wereld paspoort van Davis, zo voegde hij er aan toe. De toelating werd door de wereldbur ger zelf beschouwd als „de beste toepas sing van de verklaring der UNO over de rechten van de mens, welke onder meer voorziet in de mogelijkheid om zich vrij in de wex-eld te verplaatsen". Hij was ver der van mening, dat het hier een „feite lijke erkenning" van zijn wereldpaspoort betreft. Donderdagavond omstreeks kwart over zes is op een onbewaakte overweg onder Acht te Eindhoven een militaire vracht wagen door de personentrein 's Hertogen bosch-Eindhoven aangereden. De wagen werd door de trein op het tweede spoor geworpen, maar de chauffeur bleef onge deerd. De verongelukte auto was de zesde wagen in een militaire colonne, die de overweg passeerde. De raad der gemeente Nijmegen heeft woensdagavond met algemene stemmen tot 30 8-.:^ ^.hebben, dat een enkele rit met overstapbevoegdheid, ir. P. D. J. welke on het osenblik 20 rent knri A rent FritschiJ> hoofdingenieur bij de Provinciale ADVERTENTIE in de bij I. KAN - JUWELIER - HORLOGER BARTELJORISSTRAAT 2 - TEL. 13004 - HAARLEM WASHINGTON (Reuter) President Eisenhower heeft donderdag in zijn jaar lijkse boodschap over de stand van zaken in de Verenigde Staten („State of the Union") op een gemeenschappelijke verga dering van het Congres gevraagd om steun voor zijn voorstellen om communistische agressie in het Midden-Oosten te weer staan. Ik verklaar opnieuw, aldus de pre sident, dat deze kwestie van vitaal en on middellijk belang is voor de veiligheid en vrede van de vrije wereld. De Verenigde Staten kunnen een vijand die een aanval op hen onderneemt, „zwaar straffen", zo vervolgde de president. Er worden in de Verenigde Staten voortdurend doelmatiger wapens, waarvan er sommige een verbazingwekkend vermogen hebben, ontwikkeld. Eisenhower legde grote nadruk op het streven naar een aanvaardbare ontwape ningsovereenkomst met de Sovjet-Unie. Wij zijn bereid elke betrouwbare overeenkomst aan te gaan die aan de neiging naar steeds veiTiietigender kernwapens een einde maakt. „In de wereld wordt het aanzwel lende en begrijpelijke getij van nationalis me gekenmerkt door een wijdverbreide re actie op en opstand tegen tirannie, onrecht vaardigheid, ongelijkheid en annoede. Mannen, vrouwen en zelfs kinderen, die een dorst naar vrijheid gemeen hebben, stellen hun geest tegenover kanonnen en tanks", zo zei hij. De president bepleitte nauwe samenwer king met de bondgenoten op allerlei gebied, gericht op het versterken van de algemene kracht en welvaart in de vrije wereld. Eisenhower betuigde zijn instemming met het streven van de Westeui-opese landen om te komen tot een gemeenschappelijke markt en samenwerking op het gebied van de kernenex-gie. De potentiële kracht van de onafhanke lijk geworden volken in Azië en het Verre Oosten acht Eisenhower een nieuwe pijler voor de stabiliteit en de vrede in de we reld, „als zij hun onafhankelijkheid kun nen behouden". „De Verenigde Staten kurmen zonder samenwerkende buurlanden hun eigen vei ligheid en welzijn niet handhaven, omdat de Amerikaanse belangen de gehele wereld omvatten. In de tweede plaats hebben wij gemeenschappelijke belangen met elk volk in de vrije wereld en ten derde vereist de onderlinge afhankelijkheid van deze be langen eei'bied voor de i-echten en de vrede van alle volken", aldus Eisenhower. Deze beginselen vormen het motief voor het Amerikaanse optreden in de UNO, zo zei hij. Ten aanzien van het ontwapeningsvraag- stuk verklaarde de president: „Een gezonde en gewaarborgde overeenkomst inzake opengestelde luchtruimen, ongewapende schildwachten in de lucht en een verminde ring van de bewapening zou een waarde- volle bijdrage tot een duurzame vrede in de komende jaren leveren. Wij zijn bereid elk beti-ouwbaar akkoord aan te gaan, waardoor aan de ontwikkelingsgang van steeds vernietigender wordende kernwa pens een einde wordt gemaakt, de ontwik keling van ruimteprojectielen en satellie- De Vlaamse kunstschilder Edgar Tytgat Is de afgelopen nacht in zijn woning in Sint Lambrechts-woluwe op zevenenzeven- tigjarige leeftijd overleden. Hy is 28 april 1879 te Brussel geboren. Tytgat bezocht de Academie van Schone Kunsten in Brussel. Hij was lid van de Vrije Academie van België (Stichting Ed- mond Picard), lid van de Koninklijke Vlaamse Academie, commandeur in de Or de van Leopold II en officier in de Leo poldsorde en de Kroonorde. Als schilder, etser en illustrator laat Edgar Tytgat een belangrijk oeuvre na: meer dan vijfhonderd schilderijen, een honderdtal aquarellen en talrijke tekeningen en etsen. Tytgat begon als impressionist. Zijn vroegste wei-k dateert uit 1905. Tijdens de eerste wereldoorlog verbleef hij in Londen. Daarna keerde hij terug naar België en vestigde zich in de plaats waar hij nu gestorven is. Omstreeks 1927 maakte hij zich de stijl eigen, waardoor hij vooral bekendheid heeft gekregen, een stijl in een wat verhalende, naïeve trant. Hij maakte reeksen houtsneden en illustraties bij legenden en sprookjes. Zijn onderwerpen vond hij in de folkloi'e, in de entourage van kermissen en circussen en in zijn om geving. Vele van zijn schilderijen bevatten autobiografische gegevens. Zijn werkwijze werd gekarakteriseerd door een zekere onbeholpenheid, een natuurlijke argeloos heid, humor en speelse fantasie. Zijn colo- riet, van grote zuiverheid en fijn 'gescha keerd, doet soms aan Matisse en Vuillard denken. ten op basis van wederkerigheid onder controle wordt gebracht en een verminde ring van de bewapening, de strijdkrachten en de last van de militaire uitgaven uit- voerbaar wordt gemaakt". Laatste wapen Diplomatieke waarnemers beschouwen deze eerste officiële verklaring, dat de Ver. enigde Staten bereid zijn over het toezicht op de ontwikkeling van langeafstandspro- jectieien te ondei-handelen, als het belang rijkste punt uit Eisenhowers program. Naar verluidt zou Eisenhower van mening zijn, dat zijn vooi-stel tenslotte zou kunnen wor den uitgebreid tot een poging om te komen tot een algemeen verbod op de vervaardi ging en het gebruik van lange-afstands- raketten, waaronder het intercontinentale pi-ojectiel, waarvan de baan van tevoren nauwkeurig is bepaald. Dit projectiel, dat „het laatste wapen" wordt genoemd, zai volgens militaire deskundigen met een wa terstofbom duizenden mijlen kunnen af leggen. De president liet in zijn van tevoren op gestelde boodschap een passage weg, waar in hij zou aankondigen, dat de Verenigde Staten bereid zijn in de UNO verdere voor. stellen te doen. De perschef van het Witte Huis, Hagerty, maakte later bekend, dat de president nog steeds van plan is, het ontwapeningsvraagstuk in de UNO te be handelen. Hij kon geen officiële reden geven, waarom de president de passage had weggelaten, doch hij zei te menen dat I Eisenhower tijd had willen sparen. Volgens de Amerikaanse UNO-delegatie zullen de Verenigde Staten volgende week bij de UNO-Assemblée in New York nieuwe voorstellen inzake de ontwapening j indienen. De voorstellen voor de binnenlandse po- litiek, die de president noemde, oxnvatten nieuwe wetgeving om de bux-gerrechten van negers in de zuidelijke staten te ver zekeren en uit te breiden, maatx-egelen om de inkomsten van de boeren te verbeteren, scholen te bouwen, de natuurlijke hulp bronnen te beschermen en de voordelen van de huidige wetten op de gezondheid, het onderwijs en de sociale voorzieningen uit te breiden. De president merkte hierbij op, dat veel van de nu voorgestelde maat regelen vorig jaar reeds aan het Congres waren voorgesteld, doch nog niet zijn af- gehandeld. De Nedex-landse Vereniging van Wegen bouwers zal op 16 januax-i haar 20-jarig bestaan viex-en. Zij werd in 1937 opgericht met het doel de gemeenschappelijke be langen der wegenbouwers te behartigen, Naar op een heden te 's-Gravenhage ge houden persconferentie werd meegedeeld, zijn bij deze vereniging thans 150 onder nemingen aangesloten, die in 1955 voor een bedrag van bijna 175 miljoen aan wegen bouwwerken en onderhoudswerk uitvoer den én die werk verschaffen aan ongeveer 50.000 personen. Sedert 3 oktober 1941 houdt de vereni ging zich bezig met de opleiding van uit voerders en hoofduitvoerdex-s, van straten, makers en van het personeel dat de we- genbouwmachines bedient. Deze opleiding berust bij de „Stichting Bevox-dering We genbouw" en staat onder leiding van de Heemstedenaar P. C. Zanen. De vakoplei ding van machinisten geschiedt thans in een kamp te Ede. Op omvangrijke wijze maakt de vereni ging de laatste jaren propaganda voor een nauwere samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven bij het ixitvoeren van het wegenbouwpi-ogramma, terwijl zij ook meewerkt aan het in 1956 opgerichte Stu diecentrum voor Wegenbouw, dat beoogt door een intensieve uitwisseling van gege vens de techniek van de wegenbouw te verbeteren. Op verzoek van de organisaties van werkgevers en werknemers in het bloem- bollenbedrijf heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken met ingang van 1 februari voor de mannelijke werknemers van 18 t/m 64 jaar, werkzaam in deze bedrijfstak, het deelnemen in het bedrijfspensioen fonds voor het bloembollenbedrijf verplicht gesteld. In dit te Haarlem gevestigde pensioen fonds, dat reeds in 1931 is opgericht, rxemen ongeveer 14.350 werknemei's deel. Met inbegrip van dit pensioenfonds is het aantal bedi'ijfspensioenfondsen, waarin de deelneming op grond van de wet be treffende verplichte deelneming in een be drijfspensioenfonds verplicht is gesteld, thans gestegen tot 22. (Van onze correspondent in Wenen) Donderdag is president Theodor Körner met alle eer, die een staatshoofd past, naar zyn laatste rustplaats gedragen. Sinds keizer Frans Josef heeft men in Oosten rijk nooit met zoveel belangstelling en zo veel oprechte droefheid afscheid genomen van het hoofd van de staat. De plechtigheid in de grote zaal van het Weense gemeentehuis werd geopend met de treurmars uit de „Eroïca" van Beet hoven. Tegenover de katafalk had zich het episcopaat van Oostenrijk opgesteld, onder leiding van de aartsbisschop, die de absoute verrichtte. Een indrukwekkende afscheidsrede hield de bondskanselier Raab, die Körner reeds als jong officier aan het Italiaanse front had leren kennen. Hij herinnerde onder meer aan een poging tot algemene staking in Wenen: toen de stakers begon nen waren de tramrails en de straten op te breken, verscheen opeens Körner als burgemeester, geheel alleen en zonder be scherming van de politie. Hij sprak met de stakers en wist hen ervan te overtuigen dat zij de staking moesten opheffen. Raab besloot zijn afscheidsrede met de woorden: „Wanneer zijn stoffelijk overschot voor de laatste maal door de straten trekt van die stad, waarvan hij zoveel heeft gehou den, dan zal de bevolking van Wenen en van geheel Oostenrijk hem dank*® zijn werk en voor zijn voorbeeld". Langs de straten van de binnenstad stond het zwart van mensen. Meer dan een kwart miljoen Oostenrijkers waren opgekomen om afscheid van hun presi dent te nemen. Achter de wagen met de baar liepen enkele familieleden en de chauffeur van de president, Semrad, die hem reeds 40 jaar geleden als oppasser aan het front en in de kazerne had gediend en die hij later als chauffeur in zijn dienst had ge nomen. Terwijl een militair muziekkorps met omfloerste trommels en vaandels treur muziek speelde, trok de rouwstoet een uur lang door de straten van de binnenstad. Bijna alle bisschoppen en abten van Oos tenrijk liepen in de stoet mee, gevolgd door de buitenlandse diplomaten in hun met gouden tressen versierde uniformen. In de eerste rij van de diplomaten schreed naast de regerende vorst van Liechten stein, ook de Nederlandse gezant mr. E. Star Busman, als persoonlijk vertegen woordiger van Koningin Juliana, van Prinses Beatrix en tevens van Groot vorstin Charlotte van Luxembui'g. Op het Schwax-zenbergplein formeerde zich een kleinere stoet, die zich per auto naar het centrale kerkhof begaf, waar het stoffelijk overschot onder twaalf schoten van de zware artillerie in een eregrnf voor staatshoofden w»H hn>

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 10