IN HALFWEG ZEGT MEN ELKANDER NA: „LIEVER BIJ AMSTERDAM DAN INLIJVING BIJ DE GEMEENTE HAARLEMMERMEER" Gevreesd wordt, dat buurtschappen teveel in vergeten hoek zullen geraken Radio Moors ZATERDAG 23 FEBRUARI 1957 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 11 Dualistisch Bujf er staat MAAR LIEFST HIELD MEN ALLES BIJ HET OUDE „Vergeten stukje' Liever bij Haarlem c«*wa«K MS&ftwtc AMSTERDAM HAARLEM '«KM» ,jw>n* A HAARLEMMERMEER Wat denken nu de mensen, die in het „stedelijke" grensgebied van beide ge meenten wonen van de voorgenomen „an nexatie" van Haarlemmerliede en Spaarn- woude door Haarlemmermeer? In Halfweg en Zwanenburg blijft men de dingen liever zien van de gezichtshoek van de beide dorpen uit. Door een ophaalbrug en een klein veerpontje met elkaar ver bonden en gescheiden door het water van de Ringvaart voelen de mensen van beide dorpen aan de ene kant een vrij grote verbondenheid met elkaar en beschouwen zij zich aan de andere kant in elk van de dorpjes als volkomen op zich zelf staand. Kleermaker Th. M. Fouw, die zijn hele leven lang, 51 jaar, in Zwanenburg woont en van zijn werkplaats uit over het water van de Ringvaart op Halfweg kijkt, zei toen wij hem ernaar vroegen met iets van schrik in zijn stem: „Als ik dan maar geen Halfwegger wordt", om daar enigszins paradoxaal aan toe te voegen: „Het is een onding, dat Zwanenburg en Halfweg be stuurlijk tot twee verschillende gemeenten behoren". Iets van de dualiteit van de be woners spreekt uit deze mening. Aan de ene kant wil men de beide dorpen graag in één gemeenteverband brengen, aan de andere kant is men huiverig voor de conse quenties. In het algemeen vindt men overeenstem ming in opvattingen tussen de mensen van Zwanenburg enerzijds en die van Halfweg anderzijds. De Zwanenburgers zeggen: „Wij zijn toch al lang gemeente HaaxTemmer- meer. Wij willen Halfweg, waar wij voor een groot gedeelte op aangewezen zijn, graag in het zelfde gemeenteverband, dus waarom zouden wij tegen zijn?" De men sen aan de andere kant van de Ringvaart echter zijn feller in hun meningen: „Wij willen nooit bij de Haarlemmermeer, dan nog liever bij Amsterdam!" is een opvat ting, die men in het kleine forensenplaatsje halverwege Amsterdam en Haarlem veel ontmoet. De reden hiervan wordt juist bepaald door het karakter van Halfweg als foren senplaats. Veel inwoners gaan iedere mor gen per tram of eigen vervoermiddel naar de hoofdstad en komen 's avonds laat thuis. Hierdoor is vooral voor de mannen de band met Amsterdam sterker geworden en zouden zij het niet eens zo erg vinden als Halfweg deel van de hoofdstad zou worden. Zij stellen echter allen voorop, dat zij de toestand liever willen laten, zoals die nu is en als ideaal zouden zij het nog altijd beschouwen, als Zwanenburg in de gemeente Haarlemmerliede en Spaarn- woude zou kunnen worden opgenomen. Hiertegen komen dan echter weer de Zwa nenburgers op, die zoals de oude werk man J. Horstman, die wij op zijn klompen langs de Ringvaart zagen lopen, zeggen: „Ik vind het zo wel best. Laten wij maar rustig bij Haarlemmermeer blijven". Horst man woont dan ook al bijna twintig jaar in de Haarlemmermeer.... Trefpunt van meningen wordt het kleine pontje, dat onder leiding van pontbaas T. Molema, iedere dag honderden keren heen en weer vaart tussen de beide rivaliserende dorpen. Molema zelf heeft nog niet zo over het probleem nagedacht. Hij is slechts bezorgd voor de N.Z.H.-autobussen, die 1 april van Zwanenburg naar Amsterdam zullen gaan rijden, waardoor vele vaste klanten niet meer per pont zullen over steken om op de Amsterdamseweg de blauwe tram te halen. Eén van de op varenden meende echter, dat bij samen voeging Halfweg er altijd slechter van wordt en pontbaas Molema beaamde dit. Maar zij wonen dan ook beiden in Halfweg. „Geef rnij maar Haarlem" zegt de 74- jarige los werkman Jacob Nooy uit het ■gedeelte Spaarndam, dat nu nog tot de gemeente Haarlemmerliede behoort. „Wij zijn hier helemaal op Spaarndam aangewezen en nu zijn wij een vergeten hoekje". Achter .zijn boerderij wijst de veehou der J. van Schie over het beregende land naar de plaats, waar de nieuwe rijksweg vermoedelijk zal worden aan gelegd. Liever zou hij zien, dat het gebied ten westen va.n de nieuwe rijks weg en ten noorden van de weg Haar lem-Amsterdam bij de gemeente Haar lem wordt gevoegd dan bij Haarlemmermeer. De heer Cornelissen, die een drukbeklant café heeft in Halfweg aan de rijweg Am sterdamHaarlem was iets positiever in zijn mening: „Wij willen het liefst op ons zelf blijven. Moet onze gemeente echter weg, dan liever bij Amsterdam dan bij de Haarlemmermeer", en hij voegde er aan toe „Och mijnheer wij blijven toch maar een bufferstaat. Wij zijn echter niet bang, dat wij opgedeeld worden door Amster dam en Haarlem, want Haarlem heeft geen geld meer en Amsterdam is ook rut!" Graag wil de heer Cornelissen ook Zwa nenburg bij Halfweg hebben, maar hij karakteriseerde het dualistische gevoel dat wij reeds signaleerden met de tooorden: „Je blijft een Halfwegger. Zo gauw je over de brug bent heb je een ander ge voel". Melkboer A. F. Buijs uit Spaarnwoude wil alles het liefst houden zoals het is. „Je moet nog maar afwachten, hoe je het krijgt" meent hij, ofschoon hij zich wel afvraagt of het dorp Spaarnwoude, ook zonder grenswijziging, in de toe komst nog lang ongewijzigd zal blijven Zijn collega M. de Graaff, die even ver derop woont, was het hier ook wel mee eens. Voorzichtiger zei hij er echter bij: „Je weet niet wat het wordt en of wij er slechter van worden." Aarzelend stelde hij, dat de belastingen wel hetzelfde zullen zijn. Een klant, de lasser A. Klomp uit Half weg, die aan de toog een borreltje drinkt, vond samenvoeging wel goed. ,,'t Ligt er alleen aan, hoe" meende hij. „Liever had ik gehad dat Zwanenburg bij Halfweg kwam." Rustiger liet pastoor J. Karskens, die wij in de pastorie in Halfweg opzochten, zich uit. Kerkelijk zal er voor hem wel niet zo veel veranderen door de samen voeging. Wél was hij bang, dat door de toenemende verstedelijking van Amster dam het dorp Osdorp en een gedeelte van de IJpolder van zijn parochie zullen wor den afgenomen. „Ach, op het ogenblik be hoort vijfnegende van mijn parochie al tot de gemeente Haarlemmermeer en de rest is vrij verspreid. Ik wil echter niet hiep, hiep, hoera roepen, want tenslotte blijven wij toch maar een bufferstaat" besloot pastoor Karskens. Telefonisch vroegen wij ds. A. J. Krom hout, Nederlands Hervormd predikant, naar zijn oordeel. Ds. Kromhout hield zich echter zijn mening voor, daar hij zich niet grondig over de samenvoeging had kunnen oriënteren en het overigens niet geheel juist achtte, zijn oordeel via een blad ken baar te maken. Ds. L. Berger, Gerefor meerd predikant, zei, zich geen meping over de plannen te willen aanmeten, daar hij nog te kort in de gemeente werkzaam is. Wel meende ds. Berger, dat de samen voeging weinig gevolgen zal hebben voor het werk van de kerkelijke gemeente. Im mers de predikant is reeds werkzaam in drie gemeenten, te weten: in Haarlemmer- liede-Spaarnwoude, Haarlemmermeer en Amsterdam; het gebied van de kerkelijke gemeente is namelijk over deze drie ge meenten uitgestrekt. (ADVERTENTIE) Vpfpl van ouds bekend TeL 14609 Officieel Philips-reparateur KRUISSTRAAT 38 - HAART.EM PMILi Bij de foto links: Caféhouder M. de Graaff en zijn klant, de lasser A. Klomp, beiden uit Half weg, hielden alles het liefst maar zoals het nu is. Alleen wilden zij, als Haar lemmerliede en Spaarnwoiide toch zou moeten worden opgeheven, liever bij Amsterdam, komen dan bij de Haarlemmermeer. Bij de foto onder: Het gemeentebestuur van Haarlem- merliede-Spaarnwoude zal zich een dezer dagen beraden over de plannen van Gedeputeerde Staten. Reeds heb ben B. en W. het advies gevraagd aan mr. dr. C. Ch. A. van Haren te Den Haag, die over juridisch-planologische zaken adviezen uitbrengt. Tijdens een vergadering v>an B. en W. hebben wij hen naar hun mening gevraagdDe burgemeester, drsJ. J. M. Visser, zal echter zijn oordeel voorbehoiLden en dit ook in de openbare raadsvergade ring niet kenbaar maken. Overigens stelde de burgemeester, dat als Half weg toch in een andere gemeente moet opgaan en een enquête zou worden gehouden, de meeste inwoners zich vermoedelijk voor aansluiting bij Am sterdam zouden uitspreken: Halfweg is immers veel meer georiënteerd op Amsterdam dan op Hoofddorp. De beide wethouders zullen hun gedachten over de plannen in de openbare raads vergadering op 13 maart kenbaar ma ken. Op de foto van links naar rechts: secretaris A. Janssen, wethouder J. Bokma, burgemeester drs. J. J. M. Visser en wethouder J. van Lieshout. verzuchtte Buijs, „dat houd je misschien toch niet zo". Een eindje verderop troffen wij de heer P. T. H. Dijkzeul, die juist enige bood schappen had afgeleverd uit zijn kruide niersautootje. Ofschoon hij uit Haarlem kwam, hield hij het echter ook liever zoals het nu is, omdat hij zijn vaste klanten heeft bij de boeren en in het dorpje Spaarnwoude. „Alle verandering betekent nog geen verbetering, mijnheer", meende hij. Wel zou er in het begin niet veel ver anderd worden, als het gebied rond Spaarnwoude aan de Haarlemmermeer zou komen, maar „Je kunt nooit weten Na deze enigszins behoudende stemmen zijn wij doorgereden naar dat gedeelte van Spaarndam, dat bij de voorgestelde grens wijzigingen bij de gemeente Haarlem en dus ook bij het andere gedeelte van Spaarndam komt. De bewoners, die wij hier spraken, toon den zich over deze verandering enthousiast. De 74-jarige los werkman Jacob Nooy, die wij in zijn woning aantroffen, zei ten minste: „Het is 'Hiér 'een vergetéh stukje, mijnheer. In Spaarndam ziet alles er keu rig uit, maar hier.Veelbetekenend was zijn jnisnoegde blik naar de weg voor zijn huis, die vol gaten met mdd- derwater stond. „Je ziet hier nooit iets, voor alles moet je naar Spaarndam" merkte hij verder nog op om er aan toe te voegen „Geef mij maar Haarlem", om na deze bekend aandoende woorden weer naar buiten te kijken, waar de regen nu even had opgehouden en het iets lichter werd. Ook zijn familieleden beamen volmondig zijn opvatting. Neen, hier is men blij als aan het bestaan van Haarlemmerliede en Spaarnwoude, voor zover hen zelf althans betreft, een einde gemaakt wordt. Even verderop troffen wij mevrouw Blom thuis. Haar man is houthandelaar. Op onze vraag naar haar mening viel zij met de deur in huis „Ik vind alles best, als de belasting maar niet hoger wordt." Na deze enigszins verrassende woorden wilde zij wel vertellen, dat zij de samen voeging bij Haarlem bijzonder prettig vindt. „Dan is er eindelijk kans op een betere busverbinding met Haarlem" meen de zij, „nu moeten de inwoners van dit gedeelte van Spaarndam eerst naar het ander gedeelte lopen, om daar de bus te nemen". Dat het gemeentebestuur in Half weg is vindt zij ook onjuist. „Wij moeten om naar het raadhuis te gaan eerst lopen naar Spaarndam, dan de bus nemen naar Haarlem, dan overstappen op een andere Do vette lijnen op deze kaart geven de nieuwe grenzen aan van de gemeenten Haarlemmermeer, Haarlem en Amsterdam na opheffing van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarn woude, volgens de voorstellen van Gedeputeerde Staten van Noordholland. Deze voorstellen dienen evenwel nog door de Kamers te worden aanvaard. Aan Haarlem wordt het gebied van Zuid-Schalkwijk toegevoegd, aan Amsterdam een klein stuk grond ten oosten van het huidige zijkanaal F, dat, zoals ook op de tekening te zien is, in oostelijke richting wordt vergraven en dat van een binnenhavencomplex wordt voorzien. Tevens is op de kaart op Amsterdams gebied de verlegging van de spoorbaan en de rijksweg tussen Haarlem en Amsterdam aangegeven. Bij Haarlem komt bovendien nog een kleine strook aan de oostzijde van de sluis te Spaarndam, waar de bebouwing aansluit aan het Haarlemse gebied. Al het overige komt bij de gemeente Haarlemmermeer. Op de kaart is ook duidelijk te zien hoe Halfweg en Zwanenburg, ondanks de scheiding door de Ring vaart, tot één dorpskern samengroeien. Even verder langs de Liedeweg staat rechts de boerderij van J. B. van der Aar, die het werk thans zoveel mogelijk aan zijn zoons overlaat. „Ja ik heb van de plannen gehoord", zei de heer J. v. d. Aar, een van de zoons. „Als ze o.ns maar op de boerderij laten." Deze jonge veehouder was echter niet zo enthousiast over de toe komstige ontwikkeling en vreesde, dat na verloop van jaren het agrarisch gebied steeds meer zal worden aangetast. „Nou ben je eenmaal zo ver, dat je kunt gaan trouwen en dan moeten ze je ook op de boerderij laten. We kunnen toch niet ergens drie hoog in een stad gaan zitten?" En terwijl de jonge Van der Aar deze vraag stelde, ging hij onvermoeid door met hel volladen van een kruiwagen uit een hoop pulp, en als de wagen vol was verplaatste hij die met behulp van zijn broer over een glibberige ijzeren plaat. Er werd stevig doorgewerkt, want spoedig zou het vee weer om eten vragen en dan moet de maaltijd gereed zijn. HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE is volgens de laatste druk van Winkler Prins een Noordhollandse ge meente van 3468 ha met 3633 inwoners, waarvan dertig percent protestant, 59 percent rooms-katholiek en elf percent onkerkelijk. De gemeente omvat onder "andere de dorpen Spaarnwoude, Haarlemmerliede, Houtrijk- en Polanen of Halfweg. Wanneer men daar nu nog aan toevoegt, dat in Halfweg een grote suikerfabriek is gevestigd en dat de ge meente verder een zuiver agrarisch karakter draagt, dan is het beeld ongeveer compleet, dat de meeste inwoners van Zuid-Kennemerland zich van hun naaste buren hebben gevormd. Haarlemmerliede is een streek, waarover men bijna nooit spreekt. Maar in 1954 veranderde dat, toen het in tal en last toenemende Haarlem Zuid-Schalkwijk voor zich op eiste. Haarlemmerliede dacht een tegenzet te doen en vroeg Zwanenburg in ruil. Daarna heerste er weer twee jaar stilte om dit grensincident, totdat Gedeputeerde Staten van Noordholland het zwijgen verbraken. Hun oordeel is zoveel als de aankondiging van het doodvonnis over het zelfstandig bestaan van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude. Zwanenburg gaat niet naar Halfweg, maar het grootste deel van Haarlemmerliede zal voortaan van Hoofddorp uit worden bestuurd en Amsterdam pikt ook nog een graantje mee. De voorstellen van Gedeputeerden vormen nu in de dorpen en buurt van de bedreigde gemeente het gesprek van de dag. Natuurlijk zal straks de gemeenteraad de officiële mening van de ingezetenen vertolken. Wij gaven er de voorkeur aan die ingezetenen zelf spontaan te laten spreken en voerden daartoe tal van gesprekken met boeren en arbeiders, intellectuelen en ondernemers. In de na volgende reportage vindt men een bloemlezing van de meest markante gezichtspunten. Op een sombere, grauwe achternamid dag reden wij via het dorp Spaarnwoude naar Spaarndam. De lucht was dicht getrokken en de regen gutste naar beneden, alsof het voorlopig niet meer droog zou worden. Over een hobbelige weg, waarin de kuilen met bruin drabbig water gevuld waren, dat in venijnige fonteinen opspoot steeds als de wielen van onze auto erin bonkten, ging het in een enigszins ge drukte stemming door het vlakke polder land langs boerderijen, die eenzaam weg gedrukt achter de schaarse druipende bo men lagen. Spaarnwoude was verlaten: wij troffen slechts melkboer A. F. Buijs aan, die zelf in het dorp woonde en bezig was zijn klanten te bedienen. In een leren jas stond hij naast zijn motorbakfiets en vertelde, dat de boeren het dorp het liefst zouden willen houden, zoals het nu is. Hij zelf was daar ook een voorstander van. „Maar wat oud-Spaarnwoude geweest is", De oude stompe toren van Spaarn woude zal zich over de grensivijziging niet druk maken. Gedurende zijn hele bestaan heeft hij al uitgekeken over het groene polderland en of dat nu gemeente Haarlemmerliede en Spaarn woude of Haarlemmermeer heet, laat hem koud. bus naar de Tempelierstraat en vervolgens met de blauwe tram naar Halfweg. Dat is toch vreselijk omslachtig". Omdat het ge hele leven van dit dorpsgedeelte op het andere gedeelte van Spaarndam georiën teerd is, vinden de bewoners het prettig als beide delen nu één worden onder be stuur van Haarlem. Bij het verlaten van de woning van de familie Blom zagen wij drie gemeente arbeiders van de gemeente Haarlemmer liede en Spaarnwoude bezig met uit een vrachtauto gruis te scheppen, dat voor de versteviging van het voetpad naast de rij weg dient. Zij bleken alle drie in een ver schillend deel van de gemeente te wonen: C. Kabel in de Houterpolder, die vermoe delijk in de toekomst bij Amsterdam zal komen, zijn maat A. Kooijman in Halfweg, dat gemeente Haarlemmermeer wordt en de derde, B. Wempe, die in Spaarnwoude woont zal ook vermoedelijk bij Haarlem mermeer komen. Erg bezorgd maken zij zich niet over deze situatie. De nieuwe gemeentes, waar zij bij zullen gaan be horen, zullen ook wel gemeentewerklieden nodig hebben en dan kunnen zij doorgaan met. hun werk, zij het dan op verschillende plaatsen. Erg onder de indruk van het feit, dat de gemeente, waar zij bij in dienst zijn, zal verdwijnen, zijn zij dus niet en voor lopig" bepalen zij zich maar tot de naaste toekomst. Achter zijn boerderij zette de veehouder D. J. van Schie, wonende aan de Liede weg in Haarlemmerliede, zijn kruiwagen vol pulp neer, toen wij hem naar zijn me ning over de samenvoeging van gemeenten vroegen. Over het uitgestrekte weiland achter de boerderij hing een dicht regen gordijn en daarom nam de heer Van Schie, die namens de Katholieke Volkspartij in de gemeenteraad zitting heeft, ons mee naar de huiskamer. „De plannen kwamen voor mij niet onverwacht", zei de heer Van Schie, die erop wees, dat de belangen van de agrariërs op het spel staan. „Mijn vrees is, dat het plattelandsgedeelte van de huidige gemeente niet gemakkelijk een vertegenwoordiger in de nieuwe gemeente raad te Hoofddorp zal krijgen", aldus het raadslid, die in de gemeenteraad steeds is opgekomen voor de belangen van zijn buurtschap, speciaal als die op agrarisch terrein lagen. De buurtschap wordt groten deels door rooms-katholieken bewoond, die bij opname in een veel grotere gemeente vermoedelijk niet zo sterk als thans zullen worden vertegenwoordigd. „Ik ben geen voorstander van deze sa menvoeging en ik verwacht, dat de ge meenteraad van Haarlemmerliede-Spaarn- woude zich ook in dergelijke zin zal uit spreken". Nadat het raadslid gewezen had op het mentalifeitsverschil tussen de in woners van beide gemeenten, vroeg hij zich af, of vanuit Hoofddorp wel voldoende de belangen van de buurtschappen Spaarn woude en Haarlemmerliede kunnen wor den behartigd. Dit gebied ligt namelijk ver uit het centrum van de geplande gemeente. „Helemaal in een uithoek" vond de vee houder, die vervolgens wees op de plan nen tot aanleg van een recreatiegebied bij de Mooie Hel. „Dit recreatiegebied zal wel niet zijn tegen te houden, maar als agrariër verzet je je zo lang mogelijk." En verder zei dit raadslid: „Als die sa menvoeging dan toch moet doorgaan, dan moet het gebied ten westen van de ge plande rijksweg beoosten Haarlem maar bij bet gebied van de gemeente Haarlem worden ingelijfd". Voor ons is dit veel aan lokkelijker, omdat men bier veel meer op Haarlem is georiënteerd dan op Hoofddorp en de twee grote wegen de nieuwe rijksweg en de weg HaarlemAmster dam dit gebied van de gemeente zullen afsnijden." Overigens vreesde de heer Van Schie wel, dat als deze plannen zullen worden uitgevoerd, veel van de vertrouwde dorpssfeer verloren zal gaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 11