Spoorwegwerken Heemstede
TAXI 13.300
Busdiensten Amsterdam - den Haag
en Amsterdam - Leiden
Wethouder Geluk stelt nieuwe
aula H.B.S.-a in gebruik
Haarlemmers in den vreemde
Jubileumconcert van „Caecilia"
„De volle waarheid"
Aanvragen van Maarse en Kroon afgewezen
ZATERDAG 9 MAART 1957
HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
11
UIT STAD EN STREEK
WASSERIJ DUYN
VOLKSWAGENVERHUUR
Engelse thriller voor
Geloof en Wetenschap
Plan tot verplaatsing van de
Nederlandse Bank
Hoofdredacteur „Utrechts
Nieuwsblad" naar IPI
Kamerlid spreekt met
middenstanders
Menselijk
Sprookje'
Musical
Lawaaiig
Romantiek
Op de vuist
Prolongaties en reprises
Expositie „De boer in de
Nederlandse schilderkunst"
Bloemwerk
Blo°m«?»orkunst
afl v. Empelen
Begunstigd door de zachte winter heeft
men zonder onderbreking kunnen wer
ken aan de verhoging van de spoor
baan nabij de Zandvoortselaan te
Heemstede en aan de bouw van het
toekomstige haltegebouw Heemstede-
Aerdenhout. Deze foto geeft een over
zichtsbeeld van de werkzaamheden en
toont de grote bouwput, waarin de fun
damenten zijn gelegd van het nieuwe
haltegebouw. Men is op het ogenblik
reeds zo ver, dat overgegaan kan wor
den tot het storten van een gedeelte
van de wanden van het gebouw.
Bovenaan de foto is het verhoogde
talud van de nieuwe spoorbaan te zien.
Tengevolge van deze werkzaamheden
is de helft van de Zandvoortselaan
voor het verkeer gesloten. Dit kan ech
ter via de andere helft geleid worden,
waarbij afwisselend naar beide rich
tingen voorrang gegeven wordt met
behulp van verkeerslichten.
Nieuws in het kort
Jehovah' getuigen. Het Wachttoren
genootschap houdt van 15 tot en met 17 maart
in „Treslong" te Billegom een driedaagse
kring vergaderingOp zondag 17 maart zal
de heer R. Engelkamp, bedienaar van het
genootshap, spreken over „Kunnen de men
selijke scheidsmuren omver worden ge
haald?"
B.L.O.-onderwys. Onder auspiciën van
de Vereniging voor Pedagogiek zal de heer
W. van der Jagt, adjunct-directeur van de
Stichting Buitengewoon Onderwijs te Am
sterdam op woensdagavond 13 maart in res
taurant Brinkmann te Haarlem spreken over
„Het buitengewoon lager onderwijs in de
toekomst".
Karretje aangereden. Op de Glipper-
weg nabij de Prinsenlaan te Heemstede
staken vrijdagmiddag twee broertjes van
vijf en zes jaar, die met een karretje speel
den, de weg over. Een vrachtauto, komende
uit Bennebroek, kwam in aanraking met het
karretje. De zes-jarige, die het karretje
voortduwde, is met wonden aan benen en
rug naar die Mariastichting overgebracht en
zijn broertje met een lichte hersenschudding
naar zijn huis.
ADVERTENTIE
,*MSTKHD MSKV WKrZC «M 11055
ADVERTENTIE
Garage: Twljnderslaan 35
De werkelijk goede thrillers, die ik in
de loop van ongeveer twintig jaar heb
gezien, ik geloof dat ik die op de vingers
van een hand zou kunnen uittellen. De
beste herinneringen bewaar ik aan een
Italiaans produkt van voor de oorlog, dat
„Ik heb de graaf vermoord" heette en
waarvan ik niet eens meer weet wie de
schrijver is. Het kan zijn dat de afstand
in tijd bedriegelijk werkt, waardoor het
beeld der herinnering vertekend is. Van
de stukken in dit genre uit de laatste tijd
staat „U spreekt met uw moordenaar" van
Frederick Knott voor mij aan de top. De
werkelijke liefhebber van het betere
speurderswerk zal toch, geloof ik, de meer
geraffineerde verteltrant van de uitplui
zende detectiveroman verkiezen. Maar hoe
dan ook, met „De volle waarheid" van
Philip Mackie heeft het Rotterdams To
neel een althans wat het eerste deel be
treft bijzonder geslaagde keuze gedaan,
omdat daarin voldoende sympathie voor
de onschuldige verdachte wordt gewekt
om de sportieve spanning te versterken
door een duidelijk blijkende partijdigheid
van het publiek.
Na de pauze, met het tergende uitstel
van de goede afloop, wordt het melodra
matische, die iedere thriller eigen is, door
buiten de sfeer van de spitsvondigheden
tredende schurkenstreken in het ouder
wetse getrokken. Het eerste gedeelte geeft
in de trant van Pirandello te zien hoe on
waarschijnlijk de waarheid kan klinken,
maar het tweede bestaat alleen nog maar
uit onwaarschijnlijkheid zonder meer. De
leden van „Geloof en wetenschap" hebben
er vrijdagavond in de Haarlemse Schouw
burg hoorbaar van genoten en zullen hun
bestuur wel dankbaar voor deze keuze zijn
geweest. Gezegd moet dan ook worden,
dat de blijken van bijna kinderlijk mede
leven door Lia Dorana en Pim Dikkers ten
volle waren verdiend. Leo de Hartogh
maakte de inspecteur van politie zoals
men een gezagsdrager graag ziet: betrouw
baar, maar geenszins feilloos. Eric van
Ingen speelde het klaar de misdadiger een
satanische slimheid en tegenwoordigheid
van overspannen geest te geven. Het ge
heel voltrekt zich in een voortreffelijk de
cor van Joost van der Grinten en was
door Bob de Lange vakkundig in scène ge
zet. De verstaanbaarheid was jammer ge
noeg niet ideaal.
David Koning
ADVERTENTIE
Naar wij vernemen heeft de Commissie
Vergunningen Personenvervoer de aan
vragen van de n.v. Autobusdienstonder-
neming Maarse en Kroon te Aalsmeer voor
de uitoefening van een busdienst tussen
Amsterdam en Den Haag via Amstelveen,
Schiphol en Wassenaar en een sneldienst
tussen Amsterdam en Leiden via de nieuwe
ryksweg 4a en rijksweg 4 door de Haar
lemmermeerpolder afgewezen. Wel kreeg
Maarse en Kroon een seizoenvergunr.ing
voor de maanden mei tot en met sep
tember voor een sneldienst tussen Amster
dam en De Kaag.
Dat de aanvraag voor de busdienst Am
sterdamDen Haag wordt afgewezen,
komt niet onverwacht, nu de Commissie-
Van Breen reeds enige tijd geleden aan
de Nederlandse Spoorwegen opnieuw voor
tien jaar concessie verleenden voor een
dergelijke dienst. In haar overwegingen
stelt de Commissie nogmaals, dat een der
gelijke dienst zou uitgaan boven de aan
Maarse en Kroon toevallende taak van
regionaal vervoer in en met Haarlemmer
meer en Amstelland. De hoekpunten van
dat gebied worden gevormd door Amster
dam, Haarlem, Leiden en Utrecht en het
is in deze steden, dat goede aansluitingen
op de overige vervoervoorzieningen dienen
te worden geboden, hetgeen dan ook in
voldoende mate het geval is. Voor een der
de vervoersmogelijkheid naast de reeds
bestaande rail- en wegverbindingen van
de Nederlandse Spoorwegen is uiteraai-d
in het geheel geen reden.
De Commissie ontkent niet, dat de aan
gevraagde dienst voor sommige reizigers
de voordelen van een sneller en goedkoper
verbinding zou bieden, doch evenals de
vertegenwoordiger van de Nederlandse
Spoorwegen op de openbare zitting in sep
tember, waarop deze aanvraag werd be
handeld, verwijst ook zij naar het Konink
lijk Besluit waarbij een particuliere aan
vraag om een dienst AmsterdamNoord-
wijk werd afgewezen met de motivering,
dat de daaraan voor sommigen verbonden
voordelen niet kunnen opwegen tegen de
met het algemeen vervoerbelang strijdige
nadelen, verbonden aan onttrekking van
vervoer aan de bestaande diensten.
Geen regionaal belang
De argumentering van de Commissie
Vergunning Personenvervoer tot afwijzing
van de door Maarse en Kroon gevraagde
snelverbinding tussen Amsterdam en Lei
den loopt vrijwel parallel aan de hiervoor
genoemde motieven. Inzonderheid wordt
hierbij echter gesteld, dat een dergelijke
lijn grotendeels over autosnelwegen zou
lopen, waarlangs geen bebouwing voor
komt, zodat hierdoor geen regionale be
langen worden gediend, maar wel vervoer
wordt onttrokken aan de bestaande rail
verbinding. Om elk misverstand hierover
uit te sluiten heeft de Commissie in haar
thans opnieuw voor tien jaar verleende
streekvervoervergunning aan Maarse en
Kroon de uitsluiting van rechtstreeks ver
voer AmsterdamLeiden over die gedeel
ten van rijksweg 4, die wel voor het i-egio-
nale vervoer mogen worden gebruikt in
casu BurgerveenAbbenes en Burgerveen
—Schiphol uitdrukkelijk in de concessie
vastgelegd.
Echter is de Commissie wel gezwicht
voor het argument van Maarse en Kroon,
dat er in het seizoen grotere behoefte be
staat aan een snelle verbinding Amster
damDe Kaag vice versa met grote bus
sen. Daarom wordt daartoe thans wel ver
gunning voor de maanden mei tot en met
september verleend, alweer onder het uit
drukkelijk beding, dat deze dienst geen
onderdeel mag vormen van een sneldienst
Amsterdam—Leiden.
Geen operagebouw op Frederiksplein
te Amsterdam?
Op het ogenblik worden zo verneemt
het ANP van de zijde van het gemeente-
stuur met de directie van de Nederland
se Bank besprekingen gevoerd over ver
plaatsing van dit bankcomplex aan de
Turfmarkt te Amsterdam naar een andere
plaats in de Amsterdamse binnenstad.
Hierdoor komt, tezamen met de ontrui
ming van het binnengasthuis ter plaatse,
de zo noodzakelijke ruimte in het hart van
de stad vrij ten behoeve van de uitbreiding
van de Gemeente Universiteit.
Dit plan heeft in beginsel de instem
ming van de directie der Nederlandse
Bank. Als nieuwe plaats van vestiging
wordt genoemd het Frederiksplein, dat de
gemeenteraad enkele jaren geleden be
stemde voor het vestigen van een opera
gebouw. Deze kunsttempel zou dan elders
in de stad een plaats moeten krijgen. In
theaterkringen is hiertegen enige oppositie
ontstaan, te meer daar men meent, dat een
bankgebouw op het Frederiksplein, waar
eertijds het Paleis voor de Volksvlijt veel
vertier bracht vooral in de avonduren, niet
zal bijdragen tot verlevendiging van dit
plein.
Met ingang van 1 juli 1957 is drs. L. F.
Tijmstra, hoofdredacteur van „Utrechts
Nieuwsblad", benoemd tot plaatsvervan
gend directeur van het Internationaal Pers
instituut in Zürich. Hij zal naar aanleiding
daarvan op die datum het hoofdredacteur
schap van het „Utrechts Nieuwsblad" neer
leggen.
Hij werd op 1 augustus 1951 tot hoofd
redacteur van „Utrechts Nieuwsblad" be
noemd. Drs. Tijmstra is tevens docent aan
het „Institute for social studies" in Den
Haag, waar hij geschiedenis der politieke
theorieën en de leer der internationale be
trekkingen doceert. Bovendien is hij lid van
de persraad. Hij zal deze beide functies
evenals zijn hoofdredacteurschap neerleg
gen. Op 1 juli zal de heer Tijmstra zijn
nieuwe functie te Zürich aanvaarden.
(ANP).
Een schril contrast met de oude ver
weerde muren van de Haarlemse H.B.S.-a
aan de Zijlvest vormt de nieuwe aula, die
wethouder D. J. A. Geluk vrijdagavond of
ficieel in gebruik heeft gesteld. In een
gloedvolle inleiding schetste de wethouder
de geschiedenis van de aula, die voor de
restauratie eigenlijk niet veel meer was
dan een haveloos klasselokaal, waar hier
en daar wat muren waren weggebroken en
waarvan de vloer uit halfvermolmde
planken bestond. Het podium, dat vroeger
als toneel werd gebruikt, voldeed in geen
enkel opzicht aan de eisen. Mede door de
geringe mogelijkheden een passende en
tourage op te bouwen en het ontbreken
van een goede toneelverlichting, kon met
een toneelstuk, hoe ijverig ook gespeeld,
nauwelijks een goed resultaat worden ge
boekt.
Hierin is enorm veel verbetering ge
bracht: de jeugdige toneelspelers beschik
ken thans over een plankier met een souf
fleurshok, verwisselbare en te demonteren
lichtbakken en een reeks mogelijkheden
om decors aan te brengen. Aan de hand
van een kort programma van allerlei acti
viteiten van de leerlingen werd gedemon
streerd, welke talloze diensten de zaal aan
de school kan verlenen.
De wethouder besprak het nut van deze
aula en merkte op, dat deze in grote mate
kan bijdragen tot dé vorming van de leer
lingen. Een hechte gemeenschap en kame
raadschap kunnen mede door het benutten
van de mogelijkheden, die de aula biedt,
buiten het klasseleven worden bereikt. De
muziekleraar kan in de toekomst er, dank
zij de nieuwe vleugel die de h.b.s., als
eerste school in Haarlem door toedoen van
het gemeentebestuur heeft verkregen, voor
borg staan, dat veel aandacht aan de mu
zikale vorming van de leerling zal wor
den gewijd.
De sleutel van de vleugel zal in handen
van de directeur, de heer R. Proseé be
rusten, zodat er voor zal worden ingestaan,
dat zij niet te pas en te onpas door de
leerlingen zal worden gebruikt. De oude
piano zal nu echter tijdens feestjes zijn
diensten wel bewijzen. De leerlingen zul
len er dan naar hartelust op kunnen „pin
gelen".
Nadat de wethouder dank had gebracht
aan architect, aannemers en werklieden,
droeg hij de aula aan de leraren, leerlingen
en oudervereniging over.
Vooraf had de directeur van de school,
Wij herinneren eraan, dat het lid van
de Tweede Kamer drs. H. Peschar maan
dagmorgen in hotel „De Leeuwerik" aan
de Kruisstraat in Haarlem een speciaal
spreekuur houdt voor middenstanders.
Daar er in het algemeen vaak over wordt
geklaagd, dat er in de perioden tussen
twee verkiezingen zo weinig contact be
staat tussen de bevolking en haar officiële
vertegenwoordigers, dient men dit voor
beeld van een „openbaar" spreekuur als
middel om de problemen van bepaalde be
volkingsgroepen te leren kennen, toe te
juichen. De zitting van de heer Peschar is
dan ook voor iedereen toegankelijk. Het
Kamerlid zal zich laten voorlichten door
het gemeenteraadslid de heer G. K. Jans
sen over plaatselijke aangelegenheden.
Een vrolijk tafereeltje van een Haarlems gezin - thans levend in een vreemde
omgeving. Het is de familie Tulen uit de Bastiaanstraat in Haarlem, die in 1952
naar Australië emigreerde en het daar uitstekend getroffen heeft. Zij woont in
een dorpje nabii Melbourne, dat de vreem denaam Traralgon draagt, in een eigen
huisje, dat vader Tulen kocht met behulp van vrienden en eigenhandig opknapte
de heer R. Prosée, enige woorden gespro
ken en de oude „pijpela", die de wijdse
naam van aula droeg, vergeleken met de
„vorstelijke zaal", waarop men momenteel
kan bogen. De heer Prosée doorspekte zijn
inleidend woord met geestige anekdotes
en ironische opmerkingen.
De voorzitter van de oudervereniging, de
heer G. Boeschoten, sprak vervolgens en
bood namens de vereniging een elektrische
klok aan, die de heer Prosée persoonlijk
onthulde.
Ook de voorzitter van de leerlingenver
eniging „Die Raeckse", de heer Björn Jon
ker, richtte het woord tot de aanwezigen
en toonde zich blij, dat hij nog een jaar
voor de boeg had, zodat hij nog ruim
schoots van de nieuwe ruimte kan profite
ren. Namens alle leerlingen overhandigde
hij zijn directeur een grammofoonplaat.
Na het officiële gedeelte konden jongens
en meisjes uit de laagste klassen, die reeds
enige tijd stonden te popelen van ongeduld,
hun kunnen op muzikaal gebied laten ho
ren. Ans Philippo speelde aan de vleugel
Claire de Lune" van Debussy. Enige leer
lingen van de tweede klas voerden een
tweetal schetsen op, waarbij vooral de
uitstekende kostuums, de verzorgde gri-
mage en de van veel fantasie getuigende
decors opvielen. De heer J. Zwart trad op
met zijn meisjeskoor, dat enige grappige
liedjes zong. Na de pauze brachten enige
leerlingen van de vierde en vijfde klassen
een met veel élan gespeeld blijspelletje op
de planken.
(Frans Hals) Het is een mense
lijk filmverhaal, dat „Alarm in de Paci
fic" een enigszins misleidende titel; het
Engelse „The eternal sea" geeft veel dui
delijker de bedoelingen weer te zien
geeft. Het thema is niet nieuw en de uit
werking is middelmatig, doch het geheel
vermag een sympathieke indruk te maken.
Het verhaal handelt over een ambitieuze
Amerikaanse zee-officier, die zijn hart
verpand aan de „eeuwige zee". In de afge
lopen wereldoorlog krijgt hij een schip,
de Princeton, toegewezen, dat deel uit
maakt van de vloot in de Stille Zuidzee.
Hij heeft amper zijn hoge post op het schip
betrokken, of het wordt door vijandelijke
vliegtuigen aangevallen. Het schip zinkt,
de bemanning wordt gered, doch de ge
zagvoerder is getroffen: hij zal voortaan
een been moeten missen. Uiteindelijk weet
de officier zijn geestelijke moeilijkheden
als gevolg van de lichamelijke handicap
te overwinnen. De officier blijft in functie,
krijgt een nieuw schip toegewezen en
klimt op tot schout-bij-nacht. De film is
op authentieke gegevens gebaseerd en ein
digt op het moment, dat de officier twee
de niveau blijft staan is de muziek, die als
overheersend element haar stempel op de
rolprent drukt en algemeen gesproken
slechts lawaaiig is.
Het verhaal handelt over een oude gang
ster, die met een vrouw wil trouwen, die
„iets" is. Hij kent een op zijn zachtst
gezegd opvallend meisje, dat echter nog
niets in het leven bereikt heeft. Een ver
lopen impresario neemt de taak op zich
van dit meisje een ster te maken. Hij
slaagt hierin, maar wordt tevens verliefd
op haar. Tot ieders grote verrassing doet
de gangster aan het slot van de film af
stand van zijn verloofde ten behoeve van
de impresario.
Enige aardige vondsten zorgen ervoor,
dat de film een kolderachtig karakter
krijgt, waardoor de regisseur er in ge
slaagd is voor het nodige amusement te
zorgen.
(L u x o r) „De blonde heks" weet,
want ze kan in de toekomst zien, dat het
haar dood zal zijn als ze toegeeft aan haar
liefde voor de Franse ingenieur, die een
weg aanlegt door haar bos in het prach-
belangrijke opdrachten afwijst om zich ,™ordeun van Zweden. Marina VTady
aan het vervoer van zieke en gewonde
militairen uit Korea te wijden.
(Cinema Palace) In Amerika ge
nieten de zogenaamde musicals een onge
kende belangstelling. Duizenden en nog
eens duizenden gaan ze op Broadway zien
en niet zelden blijft zo'n musical - op het
toneel dan wel te verstaan - heel lang op
het programma. En alsof dat nog niet ge
noeg is, komt zo'n meestal mierzoete ope
rette naar Hollywood om verfilmd te wor
den. om zodoende nog eens vele tiendui
zenden de kans te geven hèt succes van
Broadway met eigen ogen te zien, ook al is
het dan op het witte doek. Zo is het ook
gegaan met „Oklahoma". En wij kunnen
ons levendig voorstellen dat de liefhebbers
van aardige liedjes op de muziek van al
even vrolijke melodietjes zich opperbest
kunnen amuseren bij het zien van zo'n
musical op het toneel, compleet met een
groot orkest en alles wat dies meer zij.
Maar als film - en dan nog een die ruim
twee uur in beslag neemt - neen, dat is wel
wat veel gevraagd van de echte filmlief
hebber, die moet vaststellen dat de film te
toneelmatig is en nog meer vaart kan ge
bruiken.
Er zijn niet minder dan elf topsongs in
„Oklahoma", waarvan sommige - zoals „Oh
what a beautiful morning" - enige malen
aan de beurt komen. Verder kan men dan
nog op een breed scherm het mooiste van
het mooste zien wat kleurdeskundigen te
voorschijn konden toveren. En tot slot is er
dan nog een ballet, dat verreweg nog het.
meest aantrekkelijke deel vormt, maar dat
in deze film eigenlijk verdwaald is. Een
gelukkige bijkomstigheid is dat de stem
van de zanger en zangeres die men het
meest hoort (Gordon McRee en Shirley
Jones) niet de weekheid hebben van hoofd
rolvertolkers van vroegere musicals die
Nederland bereikten.
Men zal intussen begrepen hebben dat
het zien van „Oklahoma" een speciale be
levenis is - een belevenis vooral, waarbij
alleen de pure liefhebbers van de musicals
met alles wat daar bijkomt aan hun trek
ken komen.
(L i d o) Men de film „Je kunt 't
haar niet kwalijk nemen" met een Engels
woord een „musical" kunnen noemen. Re
gisseur Frank Tashlin is echter bij een po
ging iedereen aan zijn trekken te laten ko
men, zijn doel voorbijgeschoten. Een
scheutje „rock 'n roll", een snufje roman
tiek en een flinke dosis gangstersmentali
teit vormen de hoofdbestanddelen van deze
film, die om een middelmatig en onwaar
schijnlijk verhaaltje is opgebouwd.
Wat de gehele film door wèl op hetzelf-
Het tweede jubileumconcert van het
zestigjarige koninklijke mannenkoor „Cae
cilia" bracht twee voor Haarlem represen
tatieve mannenkoren op het podium van
de Gemeentelijke Concertzaal. In de eerste
plaats was daar de jubilerende vereniging
zelve en daarnaast trad de koninklijke lie
dertafel „Zang en Vriendschap" op. Elk
koor voerde een zelfstandig programma
uit, maar bovendien gaven beide ensem
bles gezamenlijk uitvoeringen, die verheu
gende perspectieven openden voor de
muziekbeoefening in onze stad, mits de
samenwerking op een goede basis, waar
mede ik speciaal de artistieke grondslag
bedoel, bestendigd zou kunnen blijven. Elk
koor kan uiteraard zijn zelfstandigheid
handhaven, alsook zijn karakteristieke in
stelling, al zal er naar mijn overtuiging
een heilzame wisselwerking van de beste
beginselen der mannenkoorzang ontstaan.
De resultaten, die op dit jubileumconcert
al werden bereikt, hebben reden genoeg
gegeven om over de samenwerking opti
mistische gedachten te hebben.
Men kon bijvoorbeeld de uitvoering van
het „Gloria" uit de „Missa in Die Festo"
van Alphons Diepenbrock door het gewel
dige koor van ruim tweehonderd zangers
onder leiding van dirigent Jack P. Loorij
van „Zang en Vriendschap" een zeldzame
muzikale gebeurtenis noemen. Met het
machtige volume van sonore mannenstem
men werd de hymnische intentie van het
werk prachtig gediend. En om de glorieuze
jubel nog op te voeren was daar de maje
stueuze klank van het orgel, dat voortref
felijk bespeeld door Albert de Klerk, een
onmisbare uitvoeringsfactor werd. Met lof
kan voorts gewaagd worden van de zang
van de solist, de tenor Bert van 't Hof.
Het andere werk, waarmede de koren
verenigd optraden, was van de mannen
koorexpert Heinrich Zöllner, bestaande uit
een Requiem, een Benedictus en een
Sanctus. Het was jammer, dat het polyfone
Sanctus een mislukking werd, juist omdat
de leider van deze uitvoering, de dirigent
Nico Hoogerwerf met de twee voorgaande
delen wèl een fraai resultaat had ver
kregen. Voor deze fragmenten klonk het
koor met de sonoriteit van een schoon or
gel, indrukwekkend groots van volume en
daarnaast weer gevoelig en teer, zoals in
het Benedictus.
Er viel echter meer op deze avond, die
door de zeer grote omvang van het pro
gramma ongeveer vier uur in beslag nam,
te beleven. Van „Zang en Vrienschap"
hoorde men een ingetogen uitvoering van
een „Tantum ergo" van Da Vittoria in een
bewerking van Olivier Koop. voorts een
vertolking van één van de zich het meest
handhavende werken van Philip Loots: het
„Morgenlied", waarvan de climax aan het
slot weer indruk maakte. Als dei-de werk
zong het koor een compositie „De fluyt
van Pan" van Jos. de Klerk. De renaissan
cistische tekst van Karei van Mander (1548-
1606) - die men een ode aan het fluitspel
zou kunnen noemen heeft de componist
ertoe gebracht de fluit niet als begeleidend,
maar als samenwerkend, zelfstandig in
strument toe te passen. De twee klank
elementen: het mannenkoor en de fluit,
bleken elkaar voortreffelijk te complete
ren, juist door het contrast. Dit leidde tot
een natuurlijk gevolg: de contrapuntisêhe
schrijfwijze, het plaatsen van zelfstandige
melodische eenheden naast elkaar. Zij zijn
een opvallende reflex van de tekstgedach
te geworden en daarenboven ongekunsteld
en in wezen eenvoudig. De fluitist Jan
Sevenstern vervulde bekwaam de solo
partij en het koor voerde het werk. vooral
bij de herhaling, naar wens uit. Jos de
Klerk had reden om de uitvoerders zijn
erkentelijkheid te komen betuigen.
1-Iet mannenkoor „Caecilia" - dat het
concert had geopend met het ..Wilhelmus"
- kwam in de tweede helft weer op het
podium voor eigen uitvoering van „Haec
dies" van Nico Hoogerwerf, een composi
tie waarmede de componist aantoonde de
geheimen van de homofone koorzang te
kennen, alsmede de effectrijke toepassing
daarvan. De vertolking maakte veel in
druk, mede door de waarlijk schone, even
wichtig geproportioneerde stemmenklank.
Ter gelegenheid van het jubileum van het
koor schreef Jos. de Klerk een aantrekke
lijk, mooi werkje - „Caecilia" - voor de
vereniging. Hieraan bewees het koor met
het zingen alle eer. Verder schonk „Caeci
lia" met succes zijn krachten aan een
andere compositie van zijn dirigent „O,
heiligen" en hierna nog aan „Het porce-
leinen paviljoen" van Jac. Bonset, een werk
met een wat exotische inslag, maar toch
in hoofdzaak „westers" van aard.
De koorzang werd afgewisseld door
solozang van de bas David Hollestelle, die
eerst voortreffelijk drie oud-Italiaanse
liederen van grote schoonheid, drie prach
tige liederen van Schumann en „Le Bes-
tiaire" van Fr. Poulenc ten gehore bracht.
Met alle respect voor het willen tonen van
waardering moet mij toch van het hart,
speelt het bosmeisje, de heks, en williger
regie-materiaal kan geen regisseur zich
wensen. Zij kan zo voortreffelijk niéts zijn,
dat een knap regisseur haar éne gelaats
uitdrukking talloze betekenissen kan laten
oproepen. Dat is ook nu weer gelukt. Daar
om alleen al is de film interessant. Ook
zijn er vele leuke vondsten te genieten,
onder andere wanneer het wereldschuwe
meisje in een stad komt.
Volstrekt mislukt is de film voorzover
het de poging betreft de bosheks enerzijds
een meisje te laten zijn uit de echte
sprookjeswereld, en anderzijds ook een
verstandig meisje, dat nuchter reageert op
het „gewone" beschaafde leven. Men ver
dwaalt in de onwaarschijnlijkheden en de
litteraire bedoelingen. Want u b.egrijpt
het al het christelijke dorpsvolkje blijkt
ten aanzien van de „bosheks" te falen in
naastenliefde. Dat wil de film nu eenmaal.
(Studio) Sterk geromantiseerd en
niet erg attent tegenover de ware toe
dracht der geschiedenis is de film, welke
de Franse regisseur Jean Delannoy aan
„Marie Antoinette" heeft gewijd. De in
drukwekkend tragische aspecten worden
door het romantisch onkruid overwoekerd
en dat is jammer, omdat er toch stof ge
noeg inzat voor een verfilming naar waar
heid Delannoy schildert dus een afwij
kend beeld van de historie dat maar wei
nig boeit en slechts in de massascènes
werkelijk weet te treffen. Michele Morgan
vervult haar rol met de gratie, die haar
verschijning de grote aantrekkingskracht
verleent van deze film.
(R o x y) Tot en met zondag is de al
tijd innemende, maar ook hardhandige Ed
die Constantine te zien in een film, die
hem alle gelegenheid verschaft zijn-supe
rioriteit in de meest benarde situaties te
bevestigen „Blake helpt een handje" heet
die film en daarin is ook maar alles te
vinden wat de op sensatie beluste bezoeker
zal bevredigen: er wordt een stevig robber
tje gevochten, hulpeloze vrouwen smeken
om bescherming, overal dreigt het gevaar!
Maar Blake helpt een handje, dat wil zeg
gen, Eddy Constantine staat persoonlijk
voor een gewelddadige goede afloop borg.
Van maandag tot en met donderdag ver
toeven we met Jean Gabin in de „Onder
wereld van Montmartre".
(Minerva) Het groots opgezette
schouwspel „Helena van Troje" zal tot en
met zondag verbazing kunnen wekken om
de verbeelding van Homerus' machtig epos.
In de matinees zingt Doris Day in „On
moonlight bay" alle gedachten aan de
Griekse oudheid weg. Maandag en dins
dag draait de echt Amerikaanse typering
van mensen en hun problemen „Picnic".
(Rembrandt) De liefhebbers van
de romantiek kunnen „Sissi, de jonge
keizerin" nog een week in haar wel en wee
gadeslaan.
Opening dinsdag in Vijfhuizen
Dinsdag 12 maart wordt in het gymnas
tieklokaal van de Openbare School in Vijf
huizen de reeds aangekondigde tentoon
stelling „De boer in de Nederlandse schil
derkunst" geopend. De expositie bevat ori
ginele schilderijen uit de periode 1550—
1900, gewijd aan de boer, zijn bedrijf en
zijn milieu, onder meer van Bruegel, Van
Gogh, de Van Ostades en Van Ruysdael en
zal vijf weken in de Haarlemmermeer blij
ven. Behalve in Vijfhuizen zal zij te zien
zijn in Badhoevedorp, Hoofddorp, Zwanen
burg en Nieuw-Vennep.
ADVERTENTIE
wordt alleen gewaardeerd als
het opvalt door aparte opmaak.
Heemstede - Binnenweg 18 - Tel. 3-80-80
dat het veelvuldig onderbrekend applaus
voor Hollestelle's zang zeer storend was.
De bijval halverwege de aria van Lepo
rello uit „Don Juan" kon zelfs beschouwd
worden als een grandioze toehoordersfla
ter. Overigens heeft men in deze en nog
een paar andere aria's van Mozart en van
Lortzing weer kunnen genieten van de
fraaie stem en van de voordracht van
David Hollestelle.
De pianist Anton de Beer was de zanger
tot een betrouwbare en artistieke steun.
Na afloop van het concert werd Nico Hoo
gerwerf nog omstandig gehuldigd met een
krans en met bloemen, die hij kwistig
onder de „Caecilianen" rondstrooide.
P. Zwaanswijk