Ta"der
Voor en tegen
Journalisten in Indonesië
met één been in gevangenis
IVOROL
Italië komt goed voor de dag
op filmfestival te Cannes
ZWB
ZENUWRUST
Richtlijnen der censuur kunnen op
vele manieren uitgelegd worden
London Opera Ensemble
UIT ANDERE BLADEN
dis briljanten
Explosie in Amerikaans
kernlaboratorium
Boek van Henry Miller
in Noorwegen verboden
Jier om, mv ie bijtevil
Examendressuur
Onbekende onderzeeboten
doken bij Canada op
Kerkelijk Nieuws
Bovenmenselijk moeilijk
Holland in Michigan viert
weer tulpenfestival
Rijksluchtvaartschool heeft
nieuwe gebouwen
Raadslid van Nijmegen
verandert van partij
DONDERDAG 16 MEI 1957
Van onze correspondent in Djakarta)
„Wij leggen bij de uitvoering van de
maatregelen, gebaseerd op de staat van
oorlog en beleg, het accent zoveel mogelijk
op het burgerlijk element", zei ons dezer
dagen een hoofdofficier, die een functie
heeft in het administratieve apparaat der
Indonesische strijdkrachten. Toen wij re
pliceerden, dat de journalisten hiervan tot
dusver toch nog niet veel hadden gemerkt
doelende op de breidel van een pers
bureau en enige dagbladen stokte het
gesprek. Wij waren aangeland op het ter
rein van de persvrijheid, waarop de denk
beeldige bordjes „gevaarlijk terrein" en
„wacht u voor voetangels en klemmen"
staan.
De journalist staat hier bij wijze van
spreken met zijn ene been in de gevange
nis. Voor de persbureaus en dagbladbedrij
ven dreigt het zegel van het militair gezag
op de deur van redactiekamers en druk
kerijen te komen, dat een belangrijke
schade betekent voor de over het algemeen
tóch al weinig financieel-krachtige onder
nemingen.
Dat alles noopt de dagbladen tot voor
zichtigheid, die op zichzelf een schone
deugd is, gelijk zwijgen goud heet te zijn
tegenover spreken zilver. Doch die op za
kelijke belangen gebaseerde voorzichtig
heid kan er toe leiden, dat er gezwegen
wordt als spreken plicht zou zijn, ook al
om persoonlijke moeilijkheden te voorko
men. Dat is het gevaar, dat de persvrijheid
in Indonesië in de huidige situatie be
dreigt.
De instructies en bepalingen van de mi
litaire gezaghebber inzake de pers houden
geen voorcensuur in, al komen zij ten aan
zien van militaire berichten daar in feite
wel op neer. Deze berichten mogen name
lijk alleen worden gepubliceerd, indien zij
van de daartoe aangewezen officiële in
stanties afkomstig zijn dan wel door deze
zijn geverifieerd. De zelfwerkzaamheid
van de journalist is op dit punt dus wel
zeer sterk aan banden gelegd. Het komt er
op neer, dat hij over militaire aangelegen
heden alleen maar officiële, dan wel de
militaire autoriteiten welgevallige, berich
ten heeft te publiceren.
Voor het overige vormen de richtlijnen,
die het militair gezag aan de journalisten
heeft gegeven, geen vaste maatstaf, waar
naar men zich bij zijn werk kan richten.
De algemene regel, dat de pers het lands
belang niet mag schaden, levert reeds ho
pen conflictstof, omdat in een maatschap
pij niet tegengestelde, opvattingen géén
eenstemmigheid zal heersen omtrent het
geen in het belang van het land is.
Er zijn in de richtlijnen ook positieve
normen. De eisen, dat berichten moeten
zijn gebaseerd op concrete feiten en niet
op veronderstellingen, zal elk van zijn
verantwoordelijkheid bewuste journalist:
onderschrijven, evenals de wens, dat fei
ten en opinies niet door elkaar moeten
worden gehaald. Maar bij de eisen, dat
gem, het regeringsgezag en de militaire
tucht ondermijnende, berichten mogen
worden verspreid en dat berichten in het
algemeen niet op sensationele wijze moe
ten worden gepubliceerd, komt de subjec
tiviteit het kan moeilijk anders Weer
om de hoek kijken. In deze gevallen zal de
beoordeling, al naar het verschil in opvat
ting, vermoedelijk soms wel zeer sterk uit.
eenlopen. Daarbij komt dan, dat de tot
dusver toegepaste maatregelen van breidel
tegen een persbureau en een aantal dag
bladen onvoldoende ervaringsmateriaal,
dat als leidraad zou kunnen dienen, ge
ven. De reden van de de breidel was in de
meeste gevallen maar zeer sober omschre
ven en bood dus weinig houvast.
Nu is van militaire zijde verzekerd, dat
het militaire gezag de nodige tolerantie bij
de uitvoering der bepalingen in acht zal
nemen en geen enkele discriminatie zal
toepassen. Er is zeker geen reden aan de
oprechtheid van deze bedoeling te twijfe
len, doch zij is ook weer van dusdanige
subjectieve aard het hangt alles te zeer
af van persoonlijke beoordeling dat het
de journalist, hoe zeer zelf ook van de
geest van tolerantie doortrokken, niet in
staat stelt onbevangen en in gerustheid
zijn werk te verrichten. Het zwaard van
Damocles hangt hen voortdurend boven
het hoofd. Dat ondervond de hoofdredac
teur van „Bintang Timur", een sterk-rege-
ringsgezind blad. Het publiceerde het be
richt en dacht vermoedelijk daarmee
volkomen „in het straatje" van het militair
gezag te zijn dat overste Barlian, de
„rebellerende" militaire gezaghebber in
Zuid-Sumatra, bezig was de burgerbevol
king aldaar te bewapenen en dat de vor
ming van een speciaal bataljon voor Suma
tra in het voornemen lag. Het blad kreeg
een verschijningsverbod van drie dagen,
wegens het verspreiden van niet-officiële
militaire berichten. Waarmee het militair
gezag overigens waar maakte, dat het géén
discriminatie zou toepassen.
F 95- 70 ct KJ
ADVERTENTIE
BROOKHAVEN (AFP) In de kern
laboratoria van Brookhaven in de Ameri
kaanse staat New York, een van de voor
naamste centra voor onderzoek naar het
vreedzame gebruik van kernenergie in de
Verenigde Staten, heeft zich woensdag
middag een ontploffing voorgedaan.
Hoe zwaar de ontploffing was en hoe
veel schade er is aangericht, werd niet da
delijk bekend gemaakt. In Brookhaven
wordt op het ogenblik een kernenergie
conferentie gehouden, waaraan deskundi
gen uit Latijns-Amerika deelnemen.
(Reuter). Later is bekend gemaakt, dat
er vier gewonden zijn De toestand van
één van hen is ernstig.
De ontploffing deed zich voor in een la
boratorium voor zeer krachtige straling.
Een woordvoerder van de commissie voor
kernenergie deelde mede, dat de ontplof
fing niet een atomische, maar een „kleine
chemische explosie" was.
Een deel van een stalen afscherming
werd door de ontploffing vernield. Er ont
snapten chemische dampen, waardoor, be
halve de gewonden, die reeds gevallen wa.
ren, zes mensen getroffen werden. Zij
moesten zich onder doktersbehandeling
plaatsen.
Tot welke vreemde situaties de pers
breidel kan leiden spreekt duidelijk uit het
geval van het oppositieblad „Indonesia
Raya". Het kreeg eveneens een verschij
ningsverbod van drie dagen, omdat het
uit het Padangse blad „Haluan" een inter
view met de overste Achmed Hussein, de
man, die het gezag over Midden-Sumatra
in handen nam, had overgenomen. In dat
interview oefende de overste Hussein on
der meer critiek uit op de centrale rege
ring, die hij.er van beschuldigde een ver
deel- en heers-politiek te voeren ten aan
zien van de buitengewesten. Verder zei hij
breidel van het persbureau P.I.A. te be
treuren, omdat dit niet strookt met de de
mocratie.
„Indonesia Raya" moest voor het publi
ceren van dit interview drie dagen dicht.
Het dagblad „Haluan" ondervond er geen
nadelige gevolgen van, want al geldt dan
de „staat van oorlog en beleg" voor heel
Indonesië, Padang ligt in de huidige ver
houding verder van Djakarta dan vroeger.
Overste Hussein kwam een paar dagen
later naar de hoofdstad, overigens pas na
dat premier Djuanda hem een bezoek had
gebracht. Op het vliegveld uitte hij zijn
verbazing over de straf voor „Indonesia
Raya" en ging vervolgens naar het paleis
om er deel te nemen aan de conferentie
van militaire commandanten. In de kran
ten in Djakarta kon men een foto van de
overste, wiens critische woorden in Dja
karta taboe waren, zien. Tezamen met pre
sident Sukarno. En naar hun lachende ge
zichten te oordelen, voerden zij een vrolijk
gesprek!
De journalisten in Indonesië kunnen er
zich niet schertsend van af maken. In -de
uit de strijd der partijen gegroeide situatie
van het ogenblik schuilt het gevaar, dat
hun vrijheid van werken en van critiek
verloren gaan. De persvrijheid zit er klem
in de botsing der meningen!
De Noorse procureur-generaal heeft het
boek „Sexus" van de Amerikaanse schrijver
Henry Miller geconfisqueerd en de origi
nele versie, die in Frankrijk werd gepubli
ceerd, zowel als de Deense vertaling ver
boden.
Deze confiscatie volgt enige dagen na het
verbod van de roman „De rode robijn", van
de Noorse schrijver Agnar Mylke. Dit ver
bod had reeds zeer veel stof doen opwaaien,
daar het in deze eeuw he,. eerste boek was
geweest, dat wegens immoraliteit aan de
circulatie werd onttrokken. Critici, pers en
letterkundigen hebben zich op bijzonder
felle wijze tegen deze maatregelen gekeerd.
De laatste boeken die in Noorwegen wer
den verboden, waren „Fra Kristiania Bo
hemer" van Hans Jaeger en „Albertine"
van de bekende schrijver-schilder Chris
tian Krogh. Beide schrijvers gelden nu als
belangrijke figuren in de Noorse litteratuur.
De stafchef Nasution te midden van
de journalisten. Aan de vooravond
van het tot vergeven en vergeten ge
stemde feest van het einde van de
Islamitische vasten kon er, ondanks
alle wrijving, toch nog wel een lach af
CANNES Wanneer men op het ogen
blik, dat op het internationaal filmfestival
ruim tweederde van de films in vertoning
is gekomen, de stand opmaakt, kan men
vaststellen, dat dit jaar de kwaliteit ligt
boven het gemiddelde van de internatio
nale filmfestivals. Zeker, we hebben ook
nu wel een kinderlijk-primitieve film ge
zien, een speelfilm van de Libanon bijvoor
beeld, en enkele werken, die niet boven
het gemiddelde bioscooppeil uitkwamen,
zoals „De Molen van de Kans" van Roe
menië, maar in het algemeen zijn de films
goed.
Dat betekent niet altijd, dat de bioscoop
wereld er veel in zal zien, want een film
die voor een festival voortreffelijk is,
houdt niet steeds ook beloften in voor een
commercieel succes. Intussen echter doen
filmproducenten en -importeurs blijkbaar
toch veel zaken. Ook ui1 Nederland zijn
enkele groten uit de kringen der filmim
porteurs aanwezig en ik ben er zeker van.
dat verscheidene festivalfilms dan ook bin
nenkort in ons land in vertoning zullen
komen.
Dat zal o.a. het geval zijn met de nieuw
ste film met Audrey Hepburn: „Funny
Face" (Grappig snuitje), een musical van
regisseur Stanley Donen, waarin de on
danks zijn meer dan vijftig jaren eeuwig-
jonge Fred Astaire tegenspeler en -danser
is van onze vroegere landgenote. „Funny
Face" behoort beslist niet tot de meester
werken, maar de inleiding ervan is zeer
origineel, er is een razend-knappe dans
scène van Fre Astaire en het geheel biedt
prettig amusement. Het werd hier dank
baar ontvangen.
Van meer allure, maar voor onze wester
se smaak wellicht wat te langzaam van
tempo, was de Japanse film „De mensen
ADVERTENTIE
O
Meningen over belangwekkende onderwerpen, ter redactie
ontvangen en hierbij in de vorm van een forum-discussie aan
onze lezers aangeboden.
Allerwege wordt de schooljeugd thans
weer klaargestoomd voor de aanstaande
examenslag. Mijn innige deelneming gaat
vooral uit naar de kleintjes die hun eerste
vuurproef tegemoet gaan: het toelatings
examen voor de middelbare scholen. Mijn
dochter net twaalf is een van de
„gelukkigen". Reeds wekenlang zit zij,
dikwijls tot ver over bedtijd, te zwoegen
in een vragenboekje, dat een bloemlezing
van opgaven voor de „admissie-examens"
uit vorige jaren bevat en dat de treffende
naam van ,-Toetsnaald" draagt. Een toets-
naald is het stellig, althans voor het hu
meur van de jeugdige slachtoffers, die al
deze examenstof moeten doorwerken, ter
wijl hun vrienden en hun vriendinnetjes,
die geen hbs-aspiraties hebben, heerlijk
in de lentezon buiten spelen. Mijn dochter
(en ik) althans zitten avond aan avond
gekromd over vragen als „Wanneer je van
Groningen naar Haren fietst, aan welke
kant (windrichting) zie je dan het Pater-
woldse meer?" of: „Op welke manier wordt
Nederland geregeerd (noem de voornaam
ste bestuurslichamen)?"
Om die laatste vraag bij de kop te ne
men: mijn kind had er weinig moeite mee.
Ze wist zelfs tot mijn grote verbazing
zo ongeveer wat een bestuurslichaam" is
en antwoordde vlot „Nederland wordt ge
regeerd door gemeenteraden, provinciaal
bestuur, parlement en regering. Aan het
hoofd staat de Koningin".
Blijkbaar had haar onderwijzer zijn
naam zij geprezen haar dit lesje nauw
keurig ingeprent. Maar toen ik door ging
vragen: „Wat doet nou bijvoorbeeld zo'n
gemeenteraad?" kwam er slechts de vol
gende repliek: „Nou, gewoon. Zeggen wat
er gebeuren moet en op het bordes staan
als er een aubade is".
Blijkbaar had het kind niet de flauwste
notie en wie zal het haar kwalijk ne
men? van de taken van onze bestuurs
colleges en als ik mij mijn eigen hbs-
tijd herinner, dan zijn er zelfs jongelui van
achttien of daaromtrent, die na twee jaar
onderwijs in de staatsinrichting een der
gelijke vraag nog niet bevredigend beant
woorden kunnen.
Waarom er dan kinderen van twaalf en
dertien jaar mee lastig te vallen, als al dit
opdringen van „parate kennis" klaarblij
kelijk toch slechts examendressuur is. De
onderwijzer moet zich beperken tot het in
stampen van feiten en jaartallen, aan de
verklaring van de achtergrond en de sa
menhang der feiten komt hij niet toe, om
dat hèm daartoe de tijd en de kinderen
het begrip ontbreekt. En wie nu maar
domweg genoeg van buiten leert, slaagt
dan wel voor het toelatingsexamen, terwijl
de werkelijk intelligente leerling, die mis
schien al een beetje zélf heeft leren den
ken, een grote kans maakt om te zakken,
omdat hij bijvoorbeeld door nervositeit op
het examen gaat blunderen. Examenvrees
is natuurlijk niet aan een leeftijd gebon
den, maar een jong kind zal die angst van
zelfsprekend moeilijker overwinnen dan
een eindexamenkandidaat van zeventien
of achttien. Naar mijn lekenoordeel is het
zelfs zeer de vraag, of een kind van om
streeks twaalf jaar überhoupt wel exami-
neerbaar is een vraag waarop vele psy
chologen, directeuren van hbs-en en gym
nasia en lagere schoolhoofden nadrukke
lijk neen zeggen.
Ik besef natuurlijk heel goed, dat men
niet iedere L.O.-leerling zonder meer tot
de middelbare scholen kan toelaten. Een
of andere vorm van selectie moet er zijn.
Maar het toelatingsexamen is mijns inziens
niet de goede weg. Ook het experiment dat
men nu in Amersfoort wil gaan beginnen
namelijk de vervanging van het toela-
tingsexamen door een eindexamen op de j
lagere school lijkt mij alweer als j
buitenstaander geen juiste oplossing. I
Dit immers zou de moeilijkheden slechts
verplaatsen, zonder het kind te ontheffen j
van de psychische druk, examen te moe
ten doen.
Zijn er, zo vraag ik me af. geen andere
mogelijkheden om tot een soort van voor
selectie der kandidaten voor het M.O. en
V.H.O. te komen? Zo hoog is het gemid
delde peil der leerlingen op de hbs-en en
gymnasia nu ook weer niet, dat men zou
kunnen zeggen: het instituut werkt als
kwaliteitsnorm feilloos. A. v. B.
van de Rijstvelden", waarin we nu eens
niet kennis maakten met figuren uit de
heel oude Japanse geschiedenis, maar met
mensen van nu. De film geeft een beeld
van het zware bestaan, dat velen op het
platteland hebben en van allerlei moei
lijkheden, die tenslotte een huismoeder
zelfs zozeer te veel worden, dat ze de dood
zoekt. Het verhaal wordt prachtig verteld,
in beelden van grote schoonheid met die
kleurtoepassing, die een renommee is van
de Japanse cinemato' rafie.
Een meesterwerk bleek ook de Italiaan
se film „Notti di Cabiria" (De nachten van
Cabiria) van de befaamde regisseur Fede-
rico Fellini, met zijn vrouw, Giuletta Ma-
sina en de acteurs Francois Périer en Ame-
deo Nazzari in de voornaamste rollen.
Dit zeer knappe w -rk over een jonge
prostituee-met-ide^len (een werk overi
gens, dat zich ook in opzet gunstig onder
scheidt van de films over dit onderwerp,
die vele landen tegenwoordig aan de lo
pende band vervaardigen!) maakte diepe
indruk op alle aanwezigen en kreeg ova
tionele bijval.
Een andere Italiaanse film, Guendali-
na, van regisseur Alberto Lattuada, die
hier een persconferentie hield, waarin ook
de hoofdrolspeelster, Jacqueline Sassard.
een meisje uit Nice, aanwezig was, bleek
vlot amusement te bieden, maar weinig
meer dan dat hoewel men dat meerdere
juist van Lattuada zou hebben verwacht.
De Britten zijn nu ook in het strijdperk
getreden. Van hen zagen we een film, die
op een zeer noordelij": gelegen Canadees
eiland speelt: „High Tide at Noon" (Vloed
in het Middaguur) van regisseur Philip
Leacock. Ze lleek onderhoudend en dege-
lijk-gemaakt, met enkele scènes, die zelfs
voortreffelijk waren. Bij zulke scènes
pleegt men hier dan, midden in de voor
stelling, t applaudisseren.
Een andere film, die in het hoge noor
den speelt, „Qivitoq", van Deense make
lij en geheel opgenomen op Groenland,
had sfêrker cihegrafische kwèliteiten. Dit
werk, met een documentaire inslag, was
één getuigenis van de ongebroken kracht
van de Deense cinematografie, die vorig
jaar haar halve-eeuwfeest heeft gevierd.
Evene s zeer sterk kwamen de Polen
en de Oostduitsers vo.r de dag, beide lan
den met films, die een bepaalde periode uit
de tweede wereldoorlog behandelen. De
Poolse film „De Riolen", over de strijd te
Warschau tijdens de opstand tegen de
Duitsers, vertoonde de sterkst-denkbare
artistieke en technische kwaliteiten, maar
was haast ondragelijk om te zien, door de
genadelozwijze waarop zij in alle hard
heid de ondergang van de Polen toont. De
regisseur, Andrzej Wajda, vertelde ons, dat
hij veel bewondering heeft voor de neo
realistische Italiaanse cineasten, voor Bu-
nuel en voor Eisenstein („in diens eerste
periode", zei hij, en dat hield een veroor
deling in van het zogenaamde socialistische
realisme, dat in de Sovjet-Unie zolang op
geld heeft gedaan). Hij gaat nu >n film
maken over die liefdj tussen twee jonge
mensen. Voorts vertelde hij, dat Polen sa
men met Westduitsland een film vervaar
digt en dat coprodukties met andere lan
den in voorbereiding zijn.
De Oostduitse film „Betrogen bis zum
jüngsten Tag" (Tot op de laatste dag be
drogen) van regisseur Kurt Jung-Alsen
die van 1. toneel afkomstig is, maar alle
kijk blijkt te hebben op de mogelijkheden
van de cinematografie vertelt ook een
gruweli" verhaal, dat echter toch niet zó
veel van de zenuwen vergt als met de
pnolse film het geval was. Het tempo is in
de eerste helft wat te traag. In deze film
is zeer knap gebruik gemaakt van jour
naalbeelden en van opnamen van een van
Hitiers toespraken.
Bij de ducumentaires is van Haren No-
mans werk over de Nederlandse oorlogs
monumenten terecht warm ontvangen. In
de serie korte films heeft men weer eens
een Tsjechische poppenfilm kunnen be
wonderen. „De kleine Paraplu" van Bre-
tislav Po jar, bleek een meesterwerk op dit
gebied.
Jan Koomen
Fraaie opname uit de Japanse film
„De mensen van de rijstvelden".
Maandag begon een Engels gezelschap
van drie vocalisten en een pianiste een
tournee door ons land. Zij noemen zich
collectief „London Opera Ensemble"
voorwaar een indrukwekkende ui ver
wachtingen oproepende naam. Dit ensem
ble concerteerde woensdagavond te Haar
lem met een omvangrijk programma van
operafragmenten en tot mijn spijt moest
ik ervaren hoe ook in dit geval de naam
de vlag was, die de lading moest dekken.
Wat de sopraan Edith Joyce en de tenor
Robert Pearson met hun versleten, slecht-
zittende stemmen ten gehore brachten, was
beneden alle critiek. De derde vocalist, de
bariton Alan Pearson, was waarlijk nog de
beste, maar dan op de manier van een één
ogige koning in het land der blinden. De
pianist Mary Earl had de weinig benijdens
waardige taak de begeleidingen te verzor-
zen. Zij hield zich wel aan de voorgeschre
ven noten, maar veel inhoud kwam er niet
in haar spel.
Wat het London Opera Ensemble be
zield heeft zijn „kunst" te gaan exporteren,
is mij een raadsel. Heeft het misschien als
de kraai uit de fabel van Lafontaine te
veel naar de misleidende praatjes van de
vos geluisterd?
F. Zwaanstvijk
ST. JEAN DE TERRENEUVE (AFP)
Er kruisen onbekende onderzeeboten in de
Atlantische Oceaan voor de Canadese kust.
Volgens berichten van vissers, piloten,
kapiteins en bewoners van de kuststreek
zou er in het gebied van de Atlantische
Oceaan, dat behoort tot de territoriale
wateren van Canada sinds verscheidene
maanden een geheimzinnige activiteit onder
de zeespiegel heersen.
Geref. Kerken
Beroepen te Hattem W. Wiersinga te
Bleiswijk; te Middelstum (Gron.) P. R.
Everaars te Avereest. Tweetal te Zwolle
(vac. G. Lugtigheid) J. C. Hagen te
Leeuwarden en J. B. Vogelaar te 's-Gra-
venhage-Loosduinen. Beroepen te En
schedé (3de pred.pl.) A. J. van Sluijs te
Harlingen. Benoemd tot hulpprediker te
Kockengen J. van der Meulen, a.s. em.
pred. te 's-Hertogenbosch.
Chr. Geref. Kerken
Tweetal te Woerden B. Bijleveld te
Noordeloos en P. Op den Velde te Hilver-
sum-Oost. Aangenomen naar St. Jans
klooster A. Zwiep te Schiedam.
Ned. Herv. Kerk
Beroepen te Hedel A. J. Wijnmalen te
Maartensdijk.
De Volkskrant (R.-K.) schrijft naar
aanleiding van de critiek van prof. Romme
op het kabinet, dat dit tenslotte toegelaten
is als enige mogelijkheid om uit de for
matiepuzzel te komen. Dat blijft een dwang
leggen op de politieke situatie. Het blad
vraagt zich echter af of men het zich niet
onnodig moeilijk maakt door die omstan
digheid steeds opnieuw te accentueren.
„In het algemeen blijft het belangrijkste be
zwaar, dat dit kabinet uit nood toegelaten
daardoor een wezenlijke vertrouwensbasis
mist. Dat maakt de positie van sommige mi
nisters in het kabinet bijzonder moeilijk. Dit
is vooral duidelijk geworden op het partijcon
vent van de A.R. De afkeer van de huidige
constellatie, zoals die daar tot uiting kwam,
drijft ongewild een wig tussen deze par
tij en de geestverwanten in het kabinet. De
partijraad van de K.V.P. heeft dat voorbeeld
niet gevolgd. Toch zijn wij er ook niet onver
deeld gelukkig mee als onze katholieke minis
ters een „opofferende liefde" wordt toege
schreven. Bij de kabinetsformatie waren zij de
beste mensen die de katholieke politiek op dat
ogenblik kon opbrengen. Zij zijn hun departe
menten zeker niet binnengestapt met de over
tuiging, dat zij zich nu gingen opofferen. Zij
zullen dat toch vooral gedaan hebben met de
hoop op steun en vertrouwen van geestver
wanten. Te veel de nadruk leggen op de nood
en dwangsituatie zou zeker niet begeesterend
werken.
Dat geldt trouwens voor het hele kabinet.
Prof. Romme heeft terecht opgemerkt, dat een
kabinet, net als een mens, aan zijn leven hecht
en dus ook wel moeite zal doen om het te be
houden. Maar dan geldt ook voor ieder ka
binet, dat het toch wel bovenmenselijk moei
lijk wordt om aan het werk te blijven, als men
zich iedere dag van alle politieke daken hoort
toeroepen, dat het maar zo gauw mogelijk af
gelopen moet zijn".
ADVERTENTIE
Zwaarmoedige gedachten, tobberijen en
angstgevoel worden verdreven door
MIJNHAROT'S ZENUWTABLETTEN
Versterken het zelfvertrouwen en
stemmen U weer moedig en rustig.
In het stadje Holland in West-Michigan
(V.S.), waar vele inwoners van Nederland
se afkomst wonen, begon woensdag weer
het jaarlijkse vierdaagse tulpenfestival.
Niet de geringste attractie voor de be
zoekers vormen de tulpen. Naar schatting
twee miljoen tulpen staan in bloei en de
hoofdstraten en huizen zijn voor deze ge
legenheid versierd.
Prins Bernhard verrichtte de
officiële opening
Prins Bernhard heeft woensdag op vlieg
veld Eelde de gebouwen van de Rijkslucht
vaartschool officieel in gebruik gesteld. De
Prins hield daarbij een rede, waarin hij
zei dat een grote ondernemingsgeest en een
even groot doorzettingsvermogen tot het
resultaat hebben geleid dat de Nederlandse
burgerluchtvaart een zeer eervolle plaats
inneemt in het wereldluchtverkeer. Deze
voor een klein land als het onze zo mar
kante positie is bevochten en veroverd in
een lange strijd tegen concurrentie en
helaas ook tegen restrictieve luchtvaart-
politiek.
Ons land is zich, als eerste in de rij van
luchtvarende landen, bewust geweest van
het belang dat gelegen is in een doelge
richte opleiding tot vlieger bij de verkeers-
luchtvaart. De rijksoverheid is namelijk
reeds in 1931 overgegaan tot het instellen
van de rijksopleiding tot bestuurder van
verkeersvliegtuigen.
De rijksluchtvaartschool heeft sedert
haar „vliegende start" in april 1946 niet
minder dan 383 jonge vliegers, onder wie
ook een aantal buitenlanders, afgeleverd.
Met de wens dat het de Rijksluchtvaart
school gegeven moge zijn in het komende
tijdperk van het straalverkeersvliegtuig
met evenveel succes de K.L.M. van goede
vliegers te voorzien, als zij tot nu toe heeft
gedaan, verklaarde de Prins het gebouwen
complex officieel in gebruik gesteld.
Tevoren had de minister van Verkeer en
Woensdag heeft Prins Bernhard te
Eelde het nieuwe gebouwencomplex
van de Rijkshichtvaartschool officieel
geopend. Tijdens de inspectie van het
luchtvaartpersoneel: rechts van de
Prins minister Algera, links de com
mandant K. J. A. Meester.
Waterstaat, mr. J. Algera, de geschiedenis
van de opleiding tot verkeersvlieger in ons
land gereleveerd. Hij herinnerde eraan dat
de cursus 1931 van de rijksopleiding slechts
vier adspiranten telde, die door de toen
malige commissie van advies uit drieën
dertig gegeadigden werden gekozen. Zich
richtende tot de heer H. Ch. E. v. Ede van
der Pais, oud-directeur-generaal van de
Rijksluchtvaartdienst, zei de minister: „Het
moet voor u, als voorzitter van die com
missie van advies, een grote voldoening
zijn, dat deze eerste keuze reeds zulk een
geslaagde is geweest. Drie van de vier on
der uw leiding aangewezen leerlingen zijn
nog steeds gezagvoerder bij de K.L.M.".
De heer J. A. Bach, hoofd van de afde
ling vluchtproduktie van de K.L.M. en
eerste directeur van de Rijksluchtvaart
school, haalde persoonlijke herinneringen
uit de begintijd van de school op. Hij ver
heugde zich erover dat de school genegen
is haar opleidingsprogramma geheel en al
in te stellen op de hoge eisen van de mo
derne vliegerij. De leerlingen die thans
reeds bij de R.L.S. in opleiding zijn, zullen
op vrij jonge leeftijd met de DC-8 ver
keersvliegtuigen met straalmotoren en de
nog daarna komende straalvliegtuigen
gaan vliegen.
De heer Bach bood tenslotte namens de
directie van de K.L.M. aan de directie van
de Rijksluchtvaartschool gelukwensen aan.
In de woensdag gehouden gemeente
raadsvergadering van Nijmegen deelde de
heer P. J. A. Mulder, lid van de raads
fractie van de Katholieke Nationale Partij
mee, dat hij overgegaan was naar de
K.V.P. en nu deel zou uitmaken van de
K.V.P.-fractie. Deze verklaring lokte ver
bazing uit bij zijn fractiegenoot, drs. B. E.
Troost, en bij de vertegenwoordigers van
de P.v.d.A., C.H.U., V.V.D. en de A.R.
De heer Van Dalen (C.H.U.-A.R.) diende
een motie in waarin de raad verklaart, dat
de heer Mulder zijn zetel ter beschikking
dient te stellen van zijn opvolger op de
lijst van de K.N.P.
De motie zal in de volgende raadszitting
aan de orde komen, daar de raad een
motie van orde van mr. dr. Begheijn
(K.V.P.) aannam tot uitstel van de be
handeling van de motie van de heer Van
Dalen.
De door Gedeputeerde Staten van Gel
derland voorgestelde verhoging van de
presentiegelden der raadsleden van f 15
op f 17,50 per zitting vond in de vergade
ring geen weerklank. De raad handhaafde
het presentiegeld op f 15 per zitting.
Plotselinge dood
Op weg van de gemeenteraadszitting
naar huis is drs. Troost in zijn auto plotse
ling overleden