Ta"der Voor en tegen Journalisten in Indonesië met één been in gevangenis IVOROL Italië komt goed voor de dag op filmfestival te Cannes ZWB ZENUWRUST Richtlijnen der censuur kunnen op vele manieren uitgelegd worden London Opera Ensemble UIT ANDERE BLADEN dis briljanten Explosie in Amerikaans kernlaboratorium Boek van Henry Miller in Noorwegen verboden Jier om, mv ie bijtevil Examendressuur Onbekende onderzeeboten doken bij Canada op Kerkelijk Nieuws Bovenmenselijk moeilijk Holland in Michigan viert weer tulpenfestival Rijksluchtvaartschool heeft nieuwe gebouwen Raadslid van Nijmegen verandert van partij DONDERDAG 16 MEI 1957 Van onze correspondent in Djakarta) „Wij leggen bij de uitvoering van de maatregelen, gebaseerd op de staat van oorlog en beleg, het accent zoveel mogelijk op het burgerlijk element", zei ons dezer dagen een hoofdofficier, die een functie heeft in het administratieve apparaat der Indonesische strijdkrachten. Toen wij re pliceerden, dat de journalisten hiervan tot dusver toch nog niet veel hadden gemerkt doelende op de breidel van een pers bureau en enige dagbladen stokte het gesprek. Wij waren aangeland op het ter rein van de persvrijheid, waarop de denk beeldige bordjes „gevaarlijk terrein" en „wacht u voor voetangels en klemmen" staan. De journalist staat hier bij wijze van spreken met zijn ene been in de gevange nis. Voor de persbureaus en dagbladbedrij ven dreigt het zegel van het militair gezag op de deur van redactiekamers en druk kerijen te komen, dat een belangrijke schade betekent voor de over het algemeen tóch al weinig financieel-krachtige onder nemingen. Dat alles noopt de dagbladen tot voor zichtigheid, die op zichzelf een schone deugd is, gelijk zwijgen goud heet te zijn tegenover spreken zilver. Doch die op za kelijke belangen gebaseerde voorzichtig heid kan er toe leiden, dat er gezwegen wordt als spreken plicht zou zijn, ook al om persoonlijke moeilijkheden te voorko men. Dat is het gevaar, dat de persvrijheid in Indonesië in de huidige situatie be dreigt. De instructies en bepalingen van de mi litaire gezaghebber inzake de pers houden geen voorcensuur in, al komen zij ten aan zien van militaire berichten daar in feite wel op neer. Deze berichten mogen name lijk alleen worden gepubliceerd, indien zij van de daartoe aangewezen officiële in stanties afkomstig zijn dan wel door deze zijn geverifieerd. De zelfwerkzaamheid van de journalist is op dit punt dus wel zeer sterk aan banden gelegd. Het komt er op neer, dat hij over militaire aangelegen heden alleen maar officiële, dan wel de militaire autoriteiten welgevallige, berich ten heeft te publiceren. Voor het overige vormen de richtlijnen, die het militair gezag aan de journalisten heeft gegeven, geen vaste maatstaf, waar naar men zich bij zijn werk kan richten. De algemene regel, dat de pers het lands belang niet mag schaden, levert reeds ho pen conflictstof, omdat in een maatschap pij niet tegengestelde, opvattingen géén eenstemmigheid zal heersen omtrent het geen in het belang van het land is. Er zijn in de richtlijnen ook positieve normen. De eisen, dat berichten moeten zijn gebaseerd op concrete feiten en niet op veronderstellingen, zal elk van zijn verantwoordelijkheid bewuste journalist: onderschrijven, evenals de wens, dat fei ten en opinies niet door elkaar moeten worden gehaald. Maar bij de eisen, dat gem, het regeringsgezag en de militaire tucht ondermijnende, berichten mogen worden verspreid en dat berichten in het algemeen niet op sensationele wijze moe ten worden gepubliceerd, komt de subjec tiviteit het kan moeilijk anders Weer om de hoek kijken. In deze gevallen zal de beoordeling, al naar het verschil in opvat ting, vermoedelijk soms wel zeer sterk uit. eenlopen. Daarbij komt dan, dat de tot dusver toegepaste maatregelen van breidel tegen een persbureau en een aantal dag bladen onvoldoende ervaringsmateriaal, dat als leidraad zou kunnen dienen, ge ven. De reden van de de breidel was in de meeste gevallen maar zeer sober omschre ven en bood dus weinig houvast. Nu is van militaire zijde verzekerd, dat het militaire gezag de nodige tolerantie bij de uitvoering der bepalingen in acht zal nemen en geen enkele discriminatie zal toepassen. Er is zeker geen reden aan de oprechtheid van deze bedoeling te twijfe len, doch zij is ook weer van dusdanige subjectieve aard het hangt alles te zeer af van persoonlijke beoordeling dat het de journalist, hoe zeer zelf ook van de geest van tolerantie doortrokken, niet in staat stelt onbevangen en in gerustheid zijn werk te verrichten. Het zwaard van Damocles hangt hen voortdurend boven het hoofd. Dat ondervond de hoofdredac teur van „Bintang Timur", een sterk-rege- ringsgezind blad. Het publiceerde het be richt en dacht vermoedelijk daarmee volkomen „in het straatje" van het militair gezag te zijn dat overste Barlian, de „rebellerende" militaire gezaghebber in Zuid-Sumatra, bezig was de burgerbevol king aldaar te bewapenen en dat de vor ming van een speciaal bataljon voor Suma tra in het voornemen lag. Het blad kreeg een verschijningsverbod van drie dagen, wegens het verspreiden van niet-officiële militaire berichten. Waarmee het militair gezag overigens waar maakte, dat het géén discriminatie zou toepassen. F 95- 70 ct KJ ADVERTENTIE BROOKHAVEN (AFP) In de kern laboratoria van Brookhaven in de Ameri kaanse staat New York, een van de voor naamste centra voor onderzoek naar het vreedzame gebruik van kernenergie in de Verenigde Staten, heeft zich woensdag middag een ontploffing voorgedaan. Hoe zwaar de ontploffing was en hoe veel schade er is aangericht, werd niet da delijk bekend gemaakt. In Brookhaven wordt op het ogenblik een kernenergie conferentie gehouden, waaraan deskundi gen uit Latijns-Amerika deelnemen. (Reuter). Later is bekend gemaakt, dat er vier gewonden zijn De toestand van één van hen is ernstig. De ontploffing deed zich voor in een la boratorium voor zeer krachtige straling. Een woordvoerder van de commissie voor kernenergie deelde mede, dat de ontplof fing niet een atomische, maar een „kleine chemische explosie" was. Een deel van een stalen afscherming werd door de ontploffing vernield. Er ont snapten chemische dampen, waardoor, be halve de gewonden, die reeds gevallen wa. ren, zes mensen getroffen werden. Zij moesten zich onder doktersbehandeling plaatsen. Tot welke vreemde situaties de pers breidel kan leiden spreekt duidelijk uit het geval van het oppositieblad „Indonesia Raya". Het kreeg eveneens een verschij ningsverbod van drie dagen, omdat het uit het Padangse blad „Haluan" een inter view met de overste Achmed Hussein, de man, die het gezag over Midden-Sumatra in handen nam, had overgenomen. In dat interview oefende de overste Hussein on der meer critiek uit op de centrale rege ring, die hij.er van beschuldigde een ver deel- en heers-politiek te voeren ten aan zien van de buitengewesten. Verder zei hij breidel van het persbureau P.I.A. te be treuren, omdat dit niet strookt met de de mocratie. „Indonesia Raya" moest voor het publi ceren van dit interview drie dagen dicht. Het dagblad „Haluan" ondervond er geen nadelige gevolgen van, want al geldt dan de „staat van oorlog en beleg" voor heel Indonesië, Padang ligt in de huidige ver houding verder van Djakarta dan vroeger. Overste Hussein kwam een paar dagen later naar de hoofdstad, overigens pas na dat premier Djuanda hem een bezoek had gebracht. Op het vliegveld uitte hij zijn verbazing over de straf voor „Indonesia Raya" en ging vervolgens naar het paleis om er deel te nemen aan de conferentie van militaire commandanten. In de kran ten in Djakarta kon men een foto van de overste, wiens critische woorden in Dja karta taboe waren, zien. Tezamen met pre sident Sukarno. En naar hun lachende ge zichten te oordelen, voerden zij een vrolijk gesprek! De journalisten in Indonesië kunnen er zich niet schertsend van af maken. In -de uit de strijd der partijen gegroeide situatie van het ogenblik schuilt het gevaar, dat hun vrijheid van werken en van critiek verloren gaan. De persvrijheid zit er klem in de botsing der meningen! De Noorse procureur-generaal heeft het boek „Sexus" van de Amerikaanse schrijver Henry Miller geconfisqueerd en de origi nele versie, die in Frankrijk werd gepubli ceerd, zowel als de Deense vertaling ver boden. Deze confiscatie volgt enige dagen na het verbod van de roman „De rode robijn", van de Noorse schrijver Agnar Mylke. Dit ver bod had reeds zeer veel stof doen opwaaien, daar het in deze eeuw he,. eerste boek was geweest, dat wegens immoraliteit aan de circulatie werd onttrokken. Critici, pers en letterkundigen hebben zich op bijzonder felle wijze tegen deze maatregelen gekeerd. De laatste boeken die in Noorwegen wer den verboden, waren „Fra Kristiania Bo hemer" van Hans Jaeger en „Albertine" van de bekende schrijver-schilder Chris tian Krogh. Beide schrijvers gelden nu als belangrijke figuren in de Noorse litteratuur. De stafchef Nasution te midden van de journalisten. Aan de vooravond van het tot vergeven en vergeten ge stemde feest van het einde van de Islamitische vasten kon er, ondanks alle wrijving, toch nog wel een lach af CANNES Wanneer men op het ogen blik, dat op het internationaal filmfestival ruim tweederde van de films in vertoning is gekomen, de stand opmaakt, kan men vaststellen, dat dit jaar de kwaliteit ligt boven het gemiddelde van de internatio nale filmfestivals. Zeker, we hebben ook nu wel een kinderlijk-primitieve film ge zien, een speelfilm van de Libanon bijvoor beeld, en enkele werken, die niet boven het gemiddelde bioscooppeil uitkwamen, zoals „De Molen van de Kans" van Roe menië, maar in het algemeen zijn de films goed. Dat betekent niet altijd, dat de bioscoop wereld er veel in zal zien, want een film die voor een festival voortreffelijk is, houdt niet steeds ook beloften in voor een commercieel succes. Intussen echter doen filmproducenten en -importeurs blijkbaar toch veel zaken. Ook ui1 Nederland zijn enkele groten uit de kringen der filmim porteurs aanwezig en ik ben er zeker van. dat verscheidene festivalfilms dan ook bin nenkort in ons land in vertoning zullen komen. Dat zal o.a. het geval zijn met de nieuw ste film met Audrey Hepburn: „Funny Face" (Grappig snuitje), een musical van regisseur Stanley Donen, waarin de on danks zijn meer dan vijftig jaren eeuwig- jonge Fred Astaire tegenspeler en -danser is van onze vroegere landgenote. „Funny Face" behoort beslist niet tot de meester werken, maar de inleiding ervan is zeer origineel, er is een razend-knappe dans scène van Fre Astaire en het geheel biedt prettig amusement. Het werd hier dank baar ontvangen. Van meer allure, maar voor onze wester se smaak wellicht wat te langzaam van tempo, was de Japanse film „De mensen ADVERTENTIE O Meningen over belangwekkende onderwerpen, ter redactie ontvangen en hierbij in de vorm van een forum-discussie aan onze lezers aangeboden. Allerwege wordt de schooljeugd thans weer klaargestoomd voor de aanstaande examenslag. Mijn innige deelneming gaat vooral uit naar de kleintjes die hun eerste vuurproef tegemoet gaan: het toelatings examen voor de middelbare scholen. Mijn dochter net twaalf is een van de „gelukkigen". Reeds wekenlang zit zij, dikwijls tot ver over bedtijd, te zwoegen in een vragenboekje, dat een bloemlezing van opgaven voor de „admissie-examens" uit vorige jaren bevat en dat de treffende naam van ,-Toetsnaald" draagt. Een toets- naald is het stellig, althans voor het hu meur van de jeugdige slachtoffers, die al deze examenstof moeten doorwerken, ter wijl hun vrienden en hun vriendinnetjes, die geen hbs-aspiraties hebben, heerlijk in de lentezon buiten spelen. Mijn dochter (en ik) althans zitten avond aan avond gekromd over vragen als „Wanneer je van Groningen naar Haren fietst, aan welke kant (windrichting) zie je dan het Pater- woldse meer?" of: „Op welke manier wordt Nederland geregeerd (noem de voornaam ste bestuurslichamen)?" Om die laatste vraag bij de kop te ne men: mijn kind had er weinig moeite mee. Ze wist zelfs tot mijn grote verbazing zo ongeveer wat een bestuurslichaam" is en antwoordde vlot „Nederland wordt ge regeerd door gemeenteraden, provinciaal bestuur, parlement en regering. Aan het hoofd staat de Koningin". Blijkbaar had haar onderwijzer zijn naam zij geprezen haar dit lesje nauw keurig ingeprent. Maar toen ik door ging vragen: „Wat doet nou bijvoorbeeld zo'n gemeenteraad?" kwam er slechts de vol gende repliek: „Nou, gewoon. Zeggen wat er gebeuren moet en op het bordes staan als er een aubade is". Blijkbaar had het kind niet de flauwste notie en wie zal het haar kwalijk ne men? van de taken van onze bestuurs colleges en als ik mij mijn eigen hbs- tijd herinner, dan zijn er zelfs jongelui van achttien of daaromtrent, die na twee jaar onderwijs in de staatsinrichting een der gelijke vraag nog niet bevredigend beant woorden kunnen. Waarom er dan kinderen van twaalf en dertien jaar mee lastig te vallen, als al dit opdringen van „parate kennis" klaarblij kelijk toch slechts examendressuur is. De onderwijzer moet zich beperken tot het in stampen van feiten en jaartallen, aan de verklaring van de achtergrond en de sa menhang der feiten komt hij niet toe, om dat hèm daartoe de tijd en de kinderen het begrip ontbreekt. En wie nu maar domweg genoeg van buiten leert, slaagt dan wel voor het toelatingsexamen, terwijl de werkelijk intelligente leerling, die mis schien al een beetje zélf heeft leren den ken, een grote kans maakt om te zakken, omdat hij bijvoorbeeld door nervositeit op het examen gaat blunderen. Examenvrees is natuurlijk niet aan een leeftijd gebon den, maar een jong kind zal die angst van zelfsprekend moeilijker overwinnen dan een eindexamenkandidaat van zeventien of achttien. Naar mijn lekenoordeel is het zelfs zeer de vraag, of een kind van om streeks twaalf jaar überhoupt wel exami- neerbaar is een vraag waarop vele psy chologen, directeuren van hbs-en en gym nasia en lagere schoolhoofden nadrukke lijk neen zeggen. Ik besef natuurlijk heel goed, dat men niet iedere L.O.-leerling zonder meer tot de middelbare scholen kan toelaten. Een of andere vorm van selectie moet er zijn. Maar het toelatingsexamen is mijns inziens niet de goede weg. Ook het experiment dat men nu in Amersfoort wil gaan beginnen namelijk de vervanging van het toela- tingsexamen door een eindexamen op de j lagere school lijkt mij alweer als j buitenstaander geen juiste oplossing. I Dit immers zou de moeilijkheden slechts verplaatsen, zonder het kind te ontheffen j van de psychische druk, examen te moe ten doen. Zijn er, zo vraag ik me af. geen andere mogelijkheden om tot een soort van voor selectie der kandidaten voor het M.O. en V.H.O. te komen? Zo hoog is het gemid delde peil der leerlingen op de hbs-en en gymnasia nu ook weer niet, dat men zou kunnen zeggen: het instituut werkt als kwaliteitsnorm feilloos. A. v. B. van de Rijstvelden", waarin we nu eens niet kennis maakten met figuren uit de heel oude Japanse geschiedenis, maar met mensen van nu. De film geeft een beeld van het zware bestaan, dat velen op het platteland hebben en van allerlei moei lijkheden, die tenslotte een huismoeder zelfs zozeer te veel worden, dat ze de dood zoekt. Het verhaal wordt prachtig verteld, in beelden van grote schoonheid met die kleurtoepassing, die een renommee is van de Japanse cinemato' rafie. Een meesterwerk bleek ook de Italiaan se film „Notti di Cabiria" (De nachten van Cabiria) van de befaamde regisseur Fede- rico Fellini, met zijn vrouw, Giuletta Ma- sina en de acteurs Francois Périer en Ame- deo Nazzari in de voornaamste rollen. Dit zeer knappe w -rk over een jonge prostituee-met-ide^len (een werk overi gens, dat zich ook in opzet gunstig onder scheidt van de films over dit onderwerp, die vele landen tegenwoordig aan de lo pende band vervaardigen!) maakte diepe indruk op alle aanwezigen en kreeg ova tionele bijval. Een andere Italiaanse film, Guendali- na, van regisseur Alberto Lattuada, die hier een persconferentie hield, waarin ook de hoofdrolspeelster, Jacqueline Sassard. een meisje uit Nice, aanwezig was, bleek vlot amusement te bieden, maar weinig meer dan dat hoewel men dat meerdere juist van Lattuada zou hebben verwacht. De Britten zijn nu ook in het strijdperk getreden. Van hen zagen we een film, die op een zeer noordelij": gelegen Canadees eiland speelt: „High Tide at Noon" (Vloed in het Middaguur) van regisseur Philip Leacock. Ze lleek onderhoudend en dege- lijk-gemaakt, met enkele scènes, die zelfs voortreffelijk waren. Bij zulke scènes pleegt men hier dan, midden in de voor stelling, t applaudisseren. Een andere film, die in het hoge noor den speelt, „Qivitoq", van Deense make lij en geheel opgenomen op Groenland, had sfêrker cihegrafische kwèliteiten. Dit werk, met een documentaire inslag, was één getuigenis van de ongebroken kracht van de Deense cinematografie, die vorig jaar haar halve-eeuwfeest heeft gevierd. Evene s zeer sterk kwamen de Polen en de Oostduitsers vo.r de dag, beide lan den met films, die een bepaalde periode uit de tweede wereldoorlog behandelen. De Poolse film „De Riolen", over de strijd te Warschau tijdens de opstand tegen de Duitsers, vertoonde de sterkst-denkbare artistieke en technische kwaliteiten, maar was haast ondragelijk om te zien, door de genadelozwijze waarop zij in alle hard heid de ondergang van de Polen toont. De regisseur, Andrzej Wajda, vertelde ons, dat hij veel bewondering heeft voor de neo realistische Italiaanse cineasten, voor Bu- nuel en voor Eisenstein („in diens eerste periode", zei hij, en dat hield een veroor deling in van het zogenaamde socialistische realisme, dat in de Sovjet-Unie zolang op geld heeft gedaan). Hij gaat nu >n film maken over die liefdj tussen twee jonge mensen. Voorts vertelde hij, dat Polen sa men met Westduitsland een film vervaar digt en dat coprodukties met andere lan den in voorbereiding zijn. De Oostduitse film „Betrogen bis zum jüngsten Tag" (Tot op de laatste dag be drogen) van regisseur Kurt Jung-Alsen die van 1. toneel afkomstig is, maar alle kijk blijkt te hebben op de mogelijkheden van de cinematografie vertelt ook een gruweli" verhaal, dat echter toch niet zó veel van de zenuwen vergt als met de pnolse film het geval was. Het tempo is in de eerste helft wat te traag. In deze film is zeer knap gebruik gemaakt van jour naalbeelden en van opnamen van een van Hitiers toespraken. Bij de ducumentaires is van Haren No- mans werk over de Nederlandse oorlogs monumenten terecht warm ontvangen. In de serie korte films heeft men weer eens een Tsjechische poppenfilm kunnen be wonderen. „De kleine Paraplu" van Bre- tislav Po jar, bleek een meesterwerk op dit gebied. Jan Koomen Fraaie opname uit de Japanse film „De mensen van de rijstvelden". Maandag begon een Engels gezelschap van drie vocalisten en een pianiste een tournee door ons land. Zij noemen zich collectief „London Opera Ensemble" voorwaar een indrukwekkende ui ver wachtingen oproepende naam. Dit ensem ble concerteerde woensdagavond te Haar lem met een omvangrijk programma van operafragmenten en tot mijn spijt moest ik ervaren hoe ook in dit geval de naam de vlag was, die de lading moest dekken. Wat de sopraan Edith Joyce en de tenor Robert Pearson met hun versleten, slecht- zittende stemmen ten gehore brachten, was beneden alle critiek. De derde vocalist, de bariton Alan Pearson, was waarlijk nog de beste, maar dan op de manier van een één ogige koning in het land der blinden. De pianist Mary Earl had de weinig benijdens waardige taak de begeleidingen te verzor- zen. Zij hield zich wel aan de voorgeschre ven noten, maar veel inhoud kwam er niet in haar spel. Wat het London Opera Ensemble be zield heeft zijn „kunst" te gaan exporteren, is mij een raadsel. Heeft het misschien als de kraai uit de fabel van Lafontaine te veel naar de misleidende praatjes van de vos geluisterd? F. Zwaanstvijk ST. JEAN DE TERRENEUVE (AFP) Er kruisen onbekende onderzeeboten in de Atlantische Oceaan voor de Canadese kust. Volgens berichten van vissers, piloten, kapiteins en bewoners van de kuststreek zou er in het gebied van de Atlantische Oceaan, dat behoort tot de territoriale wateren van Canada sinds verscheidene maanden een geheimzinnige activiteit onder de zeespiegel heersen. Geref. Kerken Beroepen te Hattem W. Wiersinga te Bleiswijk; te Middelstum (Gron.) P. R. Everaars te Avereest. Tweetal te Zwolle (vac. G. Lugtigheid) J. C. Hagen te Leeuwarden en J. B. Vogelaar te 's-Gra- venhage-Loosduinen. Beroepen te En schedé (3de pred.pl.) A. J. van Sluijs te Harlingen. Benoemd tot hulpprediker te Kockengen J. van der Meulen, a.s. em. pred. te 's-Hertogenbosch. Chr. Geref. Kerken Tweetal te Woerden B. Bijleveld te Noordeloos en P. Op den Velde te Hilver- sum-Oost. Aangenomen naar St. Jans klooster A. Zwiep te Schiedam. Ned. Herv. Kerk Beroepen te Hedel A. J. Wijnmalen te Maartensdijk. De Volkskrant (R.-K.) schrijft naar aanleiding van de critiek van prof. Romme op het kabinet, dat dit tenslotte toegelaten is als enige mogelijkheid om uit de for matiepuzzel te komen. Dat blijft een dwang leggen op de politieke situatie. Het blad vraagt zich echter af of men het zich niet onnodig moeilijk maakt door die omstan digheid steeds opnieuw te accentueren. „In het algemeen blijft het belangrijkste be zwaar, dat dit kabinet uit nood toegelaten daardoor een wezenlijke vertrouwensbasis mist. Dat maakt de positie van sommige mi nisters in het kabinet bijzonder moeilijk. Dit is vooral duidelijk geworden op het partijcon vent van de A.R. De afkeer van de huidige constellatie, zoals die daar tot uiting kwam, drijft ongewild een wig tussen deze par tij en de geestverwanten in het kabinet. De partijraad van de K.V.P. heeft dat voorbeeld niet gevolgd. Toch zijn wij er ook niet onver deeld gelukkig mee als onze katholieke minis ters een „opofferende liefde" wordt toege schreven. Bij de kabinetsformatie waren zij de beste mensen die de katholieke politiek op dat ogenblik kon opbrengen. Zij zijn hun departe menten zeker niet binnengestapt met de over tuiging, dat zij zich nu gingen opofferen. Zij zullen dat toch vooral gedaan hebben met de hoop op steun en vertrouwen van geestver wanten. Te veel de nadruk leggen op de nood en dwangsituatie zou zeker niet begeesterend werken. Dat geldt trouwens voor het hele kabinet. Prof. Romme heeft terecht opgemerkt, dat een kabinet, net als een mens, aan zijn leven hecht en dus ook wel moeite zal doen om het te be houden. Maar dan geldt ook voor ieder ka binet, dat het toch wel bovenmenselijk moei lijk wordt om aan het werk te blijven, als men zich iedere dag van alle politieke daken hoort toeroepen, dat het maar zo gauw mogelijk af gelopen moet zijn". ADVERTENTIE Zwaarmoedige gedachten, tobberijen en angstgevoel worden verdreven door MIJNHAROT'S ZENUWTABLETTEN Versterken het zelfvertrouwen en stemmen U weer moedig en rustig. In het stadje Holland in West-Michigan (V.S.), waar vele inwoners van Nederland se afkomst wonen, begon woensdag weer het jaarlijkse vierdaagse tulpenfestival. Niet de geringste attractie voor de be zoekers vormen de tulpen. Naar schatting twee miljoen tulpen staan in bloei en de hoofdstraten en huizen zijn voor deze ge legenheid versierd. Prins Bernhard verrichtte de officiële opening Prins Bernhard heeft woensdag op vlieg veld Eelde de gebouwen van de Rijkslucht vaartschool officieel in gebruik gesteld. De Prins hield daarbij een rede, waarin hij zei dat een grote ondernemingsgeest en een even groot doorzettingsvermogen tot het resultaat hebben geleid dat de Nederlandse burgerluchtvaart een zeer eervolle plaats inneemt in het wereldluchtverkeer. Deze voor een klein land als het onze zo mar kante positie is bevochten en veroverd in een lange strijd tegen concurrentie en helaas ook tegen restrictieve luchtvaart- politiek. Ons land is zich, als eerste in de rij van luchtvarende landen, bewust geweest van het belang dat gelegen is in een doelge richte opleiding tot vlieger bij de verkeers- luchtvaart. De rijksoverheid is namelijk reeds in 1931 overgegaan tot het instellen van de rijksopleiding tot bestuurder van verkeersvliegtuigen. De rijksluchtvaartschool heeft sedert haar „vliegende start" in april 1946 niet minder dan 383 jonge vliegers, onder wie ook een aantal buitenlanders, afgeleverd. Met de wens dat het de Rijksluchtvaart school gegeven moge zijn in het komende tijdperk van het straalverkeersvliegtuig met evenveel succes de K.L.M. van goede vliegers te voorzien, als zij tot nu toe heeft gedaan, verklaarde de Prins het gebouwen complex officieel in gebruik gesteld. Tevoren had de minister van Verkeer en Woensdag heeft Prins Bernhard te Eelde het nieuwe gebouwencomplex van de Rijkshichtvaartschool officieel geopend. Tijdens de inspectie van het luchtvaartpersoneel: rechts van de Prins minister Algera, links de com mandant K. J. A. Meester. Waterstaat, mr. J. Algera, de geschiedenis van de opleiding tot verkeersvlieger in ons land gereleveerd. Hij herinnerde eraan dat de cursus 1931 van de rijksopleiding slechts vier adspiranten telde, die door de toen malige commissie van advies uit drieën dertig gegeadigden werden gekozen. Zich richtende tot de heer H. Ch. E. v. Ede van der Pais, oud-directeur-generaal van de Rijksluchtvaartdienst, zei de minister: „Het moet voor u, als voorzitter van die com missie van advies, een grote voldoening zijn, dat deze eerste keuze reeds zulk een geslaagde is geweest. Drie van de vier on der uw leiding aangewezen leerlingen zijn nog steeds gezagvoerder bij de K.L.M.". De heer J. A. Bach, hoofd van de afde ling vluchtproduktie van de K.L.M. en eerste directeur van de Rijksluchtvaart school, haalde persoonlijke herinneringen uit de begintijd van de school op. Hij ver heugde zich erover dat de school genegen is haar opleidingsprogramma geheel en al in te stellen op de hoge eisen van de mo derne vliegerij. De leerlingen die thans reeds bij de R.L.S. in opleiding zijn, zullen op vrij jonge leeftijd met de DC-8 ver keersvliegtuigen met straalmotoren en de nog daarna komende straalvliegtuigen gaan vliegen. De heer Bach bood tenslotte namens de directie van de K.L.M. aan de directie van de Rijksluchtvaartschool gelukwensen aan. In de woensdag gehouden gemeente raadsvergadering van Nijmegen deelde de heer P. J. A. Mulder, lid van de raads fractie van de Katholieke Nationale Partij mee, dat hij overgegaan was naar de K.V.P. en nu deel zou uitmaken van de K.V.P.-fractie. Deze verklaring lokte ver bazing uit bij zijn fractiegenoot, drs. B. E. Troost, en bij de vertegenwoordigers van de P.v.d.A., C.H.U., V.V.D. en de A.R. De heer Van Dalen (C.H.U.-A.R.) diende een motie in waarin de raad verklaart, dat de heer Mulder zijn zetel ter beschikking dient te stellen van zijn opvolger op de lijst van de K.N.P. De motie zal in de volgende raadszitting aan de orde komen, daar de raad een motie van orde van mr. dr. Begheijn (K.V.P.) aannam tot uitstel van de be handeling van de motie van de heer Van Dalen. De door Gedeputeerde Staten van Gel derland voorgestelde verhoging van de presentiegelden der raadsleden van f 15 op f 17,50 per zitting vond in de vergade ring geen weerklank. De raad handhaafde het presentiegeld op f 15 per zitting. Plotselinge dood Op weg van de gemeenteraadszitting naar huis is drs. Troost in zijn auto plotse ling overleden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 7