OPHEFFING DER DISCRIMINATIE VAN
DE IMMIGRANTEN GEVRAAGD
Om en nabij Chrysoupolis
ONZE NAMEN j
(sl/
Discussies in pees en pademeat aan AustiaÜë
aaet de anqeiiike cecfit&êedeiinq.
Nog onzekerheid over j
de Nobelprijs
Altijd waren we nauw
met het water
verbonden
Erbij
Vervolg van pagina 4
UITTOCHT NAAR DE STEDEN
BEVLOEIING BRENGT BLOEI
DE MOED NIET OPGEVEN
Artikel 21 van de Australische
wet van nationaliteit
en burgerschap 1948-1955
OPTIMISME BIJ TEGENSLAG
Uitmonding
Aan de waterkant':
SATERDAG 12 OKTOBER 1957
PAGINA VIJF
wat het huishoudkundig
onderricht betreft een al
leraardigst voorbeeld van -
te zien. Maria A. heeft een met Amerikaanse hulp aan geteisterd
Griekenland in het leven geroepen opleiding van sociale werk
sters gevolgd. Zij is nu als zodanig actief in elf in de omgeving
van Chrysoupolis liggende dorpen. Haar taak is niet gemak
kelijk, want, transportmiddelen staan haar niet ter beschikking.
Zij wandelt dus van dorp tot dorp en krijgt 's middags of
'S avonds in een geïmproviseerd leslokaal een aantal meisjes en
vrouwen van dertien tot vijftig jaar onder haar gehoor. Het
programma van Maria omvat alle onderwerpen van hygiène in
huishoudelijke en persoonlijke aangelegenheden. Aandacht
wordt besteed aan de lichaamsverzorging en de zorg voor eigen
kinderen, alsmede het verlenen van eerste hulp. De kinder-
<terfte in deze gebieden blijft nog altijd verontrustend hoog.
Maria leert de vrouwen en meisjes hoe de eigen kinderen ge
durende het kritieke eerste levensjaar te doen gedijen en blijft
er regelmatig het oog op houden of aan haar adviezen ook in
de praktijk aandacht wordt geschonken. Zij geeft voorlichting
omtrent het te gebruiken voedsel, omtrent het zoveel mogelijk
voorkomen en genezen van ziekten door het innemen van be
paalde medicijnen en het toedienen van eenvoudige injecties.
Maar de taak van Maria omvat meer. Zij leert hoe het pluimvee
moet worden verzorgd en hoe de kippen beschermd kunnen
worden tegen pseudovogelpest, maar tevens hoe een eenvoudige
jurk van goede snit zelf tegen geringe kosten kan worden ver
vaardigd. De leuze van Maria is kennelijk, dat de ontwikkeling
van een gemeenschap begint bij het omhoog brengen van de
stjmdaard en de levensgewoonten van de vrouw en daaraan
schenkt zij op elk gebied aandacht. Zelfs aan de vrijetijdsbe
steding, aan ontspanningsmogelijkheden, aan de oprichting van
jeugdorganisaties en aan het regelmatig maken van excursies
om met eigen ogen te- kunnen zien hoe het er in andere gemeen
schappen voor staat wordt de nodige tijd en belangstelling be
steed. Maria weet ook, dat het de man alleen maar plezier zal
doen als zijn vrouw er wel verzorgd uitziet en dat hij dienten
gevolge in zijn eigen arbeid zal worden gestimuleerd. Zij geeft
behalve op het gebied van kleding ook onderricht op het terrein
van haar- en eenvoudige .gelaatsverzorging. De Nederlandse
journalisten kregen een aanschouwelijk onderricht in de wijze
waarop met de meest primitief aandoende middelen tandpasta
kan worden vervaardigd. Een tube kost niet minder dan tien
drachmen (ongeveer f 1.30), hetgeen voor vele huishoudelijke
budgetten een te zware belasting betekent (zeker wanneer het
de veelal nog overbodig geachte tandpasta betreft). Maria ziet
echter kans door middel van de menging van kaneel, kalk, zout
en soda een pasta te vervaardigen, die slechts twee drachmen
kost en dus wel degelijk kan worden aangeschaft. Bij de „ge
meenschapsontwikkeling" zit het ook in de kleine dingen. De
bedoeling van de NOVIB is om met betrekkelijk weinig fondsen
zo groot mogelijke'resultaten te bereiken.
TERWIJL Chrysoupolis met zijn nieuw gebouwde huizen,
althans uiterlijk, nog een betrekkelijk welvarende aanblik biedt,
dringt de verschrikkelijke verarming van dit gedeelte van
Thracië en Macedonië pas goed door bij een tcoht langs de Nes-
tosvlakte en in de bergen. De velden zijn overwegend bruin
van tint, slechts de nog beperkt geïrrigeerde arealen zijn groen
van kleur omdat de tabak en bepaalde voedingsgewassen er
kunnen gedijen. Doornig struikgewas en de jeneverbes vormen
overigens op de door de Nestos meermalen overstroomde zand
vlakten de enige vegetatie. Kale rotsen onderbreken hier en
daar ook de armelijke begroeiing. Nu en dan ziet men een
herder zijn schapen weiden. Zo moet Drente er honderd jaar
geleden hebben uitgezien toen het nog niet in cultuur was ge
bracht. In overeenstemming met de hiergeschilderde situatie is
de bebouwde oppervlakte in de bergen en op de hellingen aan
zienlijk geringer in omvang dan op de vlakte. De cijfers ver
hielden zich in 1954 als 9.232 hectare, 4.871 hectare en 1.082
hectare, respectievelijk voor vlakte, hellingen en bergen. De
bevolking in de vlakte nam van 1940 tot 1951 toe met 3.014, een
derde van de totale bevolking, terwijl die op de hellingen met
117 en in de bergen met 1.990 (23 percent) inwoners achteruit
liep. Uiteraard vormde de communistische terreur, die zich in
het ontoegankelijke berggebied het langdurigst kon handhaven,
daarbij een belangrijke factor. Anderzijds valt er tengevolge
van de na de oorlog sterk dalende tabaksprijzen en het minder
in trek zijn van de zogenaamde oosterse tabakssoorten een
voortdurende stroom van het platteland naar de dorpen en
steden plaats. De Griek ziet er overigens iets beschamends in:
hij geeft niet graag op hetgeen hij in harde strijd heeft moeten
veroveren.
VAN CHRYSOUPOLIS voert de tocht naar het 950 hectare
omvattende geïrrigeerde gebied van Drimousa, dat met nog
twee miljoen drachmen of ruim f 200.000 tot een welvarender
staat gebracht zou kunnen worden dan thans het geval is. Het
oorspronkelijke dorp is geheel door de Nestor overspoeld ge
weest, alle huizen zijn verdwenen. De kerk, waarvan de muren
nog staan, werd door de Bulgaren in brand gestoken. Het ge
bied van het oude dorp biedt een troosteloze aanblik. In tegen
stelling daarmee zijn de velden, die men hier en daar geduren
de de tocht passeert en die wel door de irrigatie konden worden
'oereikt. Zij staan er florissant bij, zelfs vruchtbomen kunnen
or gedijen. De bedijking van de Nestos laat nog veel te wensen
over, hier en daar zijn grote doorbraken zichtbaar, vanwaar in
de wintertijd een nieuwe golf van ellende het omliggende land
rou kunnen overspoelen. Een Nederlandse ingenieur zou hier
wellicht nog het een en ander tot stand kunnen brengen. Het
verderop liggende dorp Peristerion werd al evenzeer door de
Sulgaren met de grond gelijk gemaakt. In de verwoeste kerk
orandt nog altijd het lampje op de plaats waarnaast het altaar
'estaan heeft. Het ikonenkastje met de relikwieën wordt zorg
vuldig bewaakt. Men is nog met de wederopbouw bezig. Op een
Primitieve stookplaats, die de vorm heeft van een Eskimohut.
wordt brood gebakken. Een moeder stelt vol trots haar kin
beren aan de buitenlandse gasten voor. Zes kinderen en drie
■Reisjes, de meisjes zijn klaarblijkelijk nog niet zozeer in tel.
oude dorp Paleakarja (paleos oud) werd als Neakarja
'Nieuw Karja) heropgericht. De burgemeester vertelt hoe in
1946 de Nestos in vijftien dagen de fundamenten van het oude
b°rp geleidelijk heeft ondermijnd en mens en dier tenslotte
"joesten vluchten. De bevolking begaf zich allereerst naar
Chrysoupolis terwijl de Griekse regering voor haar eerste
•ovensonderhoud zorg droeg. Later werd het nieuwe dorp op
trokken, dat thans een frisse aanblik biedt. Intussen is nog
•'lechts een oppervlakte van 600 tot 700 hectare bebouwde grond
overgebleven voor 800 van de oorspronkelijke 1600 inwoners.
Men verbouwt ten dele sperziebonen, die echter onder de be
staande omstandigheden een geringe opbrengst leveren. Men
leeft becijferd, dat bij bevloeiing de opbrengst tot het twintig-
voudige zou kunnen stijgen.
DE ARMOEDE van Peristerion en Neakarja blijkt nog groter
'"dien men zich moeizaam per „Landrover" de bergen in be
seft naar het dorp Elafochori (hertendorp), welks lot de
1. Indien de minister er van overtuigd is, dat een Austra
lisch staatsburger, die zulks geworden is door registratie of
naturalisatie
a. in woord of daad zich ontrouw of onaanhankelijk heeft
getoond jegens Zijne Majesteit;
b. tijdens enige oorlog, waarbij Australië betrokken is of is
geweest, onrechtmatig handel heeft gedreven of in con
tact heeft gestaan met de vijand, deel heeft genomen aan
of betrokken is geweest bij enige zaak waarvan hij wist
door haar hoedanigheid te kennen, dat zij bedoelde de
vijand in die oorlog te steunen;
c. werd geregistreerd of genaturaliseerd door middel van
fraude, valse voorstelling van zaken of verberging van
enige materiële omstandigheden;
d. op het tijdstip waarop hij werd geregistreerd of genatu
raliseerd niet van goed zedelijk gedrag was of
e. binnen vijf jaar na dat tijdstip in enig land is veroor
deeld tot gevangenisstraf van twaalf maanden of langer
kan de Minister, door lastgeving, die staatsburger uit zijn
Australisch burgerschap ontzetten en dan zal de persoon
in kwestie op wie die lastgeving van toepassing is, op
houden Australisch staatsburger te zijn.
2. De Minister zal van dit recht geen gebruik maken als
hij er niet van overtuigd is, dat het met het oog op het al
gemeen belang niet bevorderlijk is als de persoon op wie
een van bovengenoemde regels van toepassing is, het Austra
lisch staatsburgerschap blijft behouden.
3. Vóór gebruik te maken van dit recht op een van de
gronden genoemd in de paragrafen a, b, c of d onder sub 1
van dit artikel zal de Minister de persoon op wie de last
geving van toepassing bedoelt te zijn, schriftelijk in kennis
stellen van de grond waarop de lastgeving kan worden toe
gepast en van de mogelijkheid de Minister te verzoeken de
vraag óf de lastgeving zal worden toegepast voor te leggen
aan een commissie voor onderzoek en rapport en, indien de
persoon in kwestie dat verzoekt zal de Minister aan dit ver
zoek voldoen.
4. Voor de toepassing van het in deze paragraaf genoemde
kan de gouverneur-generaal een commissie van onderzoek
benoemen waarvan de voorzitter rechter is of is geweest bij
een federale rechtbank of bij een rechtbank van een staat of
van een territorium of advocaat of procureur is of is geweest
bij het hooggerechtshof of het opperste gerechtshof van een
staat voor de duur van niet minder dan vijf jaar.
5. De werkwijze en procedure en de macht, de rechten en
de privileges van een als in deze paragraaf bedoelde com
missie zullen zijn als voornoemd.
Een genaturaliseerde immigrant kan op grond van de Australische wet het staatsburgerschap wor
den ontnomen, wanneer hij zich deloyaal tegenover het staatshoofd toont, of wanneer hij binnen
vijf jaar na zijn naturalisatie veroordeeld wordt - in welk land ook - tot een gevangenisstraf van
één jaar of langer. Deze «wetsbepalingen gelden voor geboren Australiërs niet. Voorts zijn er
enkele andere artikelen, volgens welke de genaturaliseerde immigrant minder rechten geniet dan
de geboren Australiër. Over deze kwestie schrijft Dan D. Rempt, onze correspondent in Sydney
NOVIB zich heeft aangetrokken. Vroeger woonden hier de Tur
ken, die er de tabakscultuur beoefenden. In 1923 werden bij de
uitwisseling van bevolking de oorspronkelijke bewoners door
Grieken uit Klein-Azië vervangen. De nieuwe bewoners pakten
hard aan en konden aanvankelijk van de gouden jaren in de
tabak profiteren. Toen kwam de oorlog en werd al spoedig de
verkoop van tabak naar het buitenland onmogelijk. Na de Bul
gaarse bezetting en de communistische terreur heeft de cultuur
zich niet kunnen herstellen. De markt was ongunstig en de
transportproblemen waren groot. De Bulgaren hadden vrijwel
al het vee van de bewoners met zich gevoerd en het dorp
bovendien met de grond gelijk gemaakt. Hier wonen thans 330
mensen, leden van 55 families, die elk voor zich slechts 0,4
hectare grond ter beschikking hebben. Indien men in aanmer
king neemt, dat de opbrengst van 0,1 hectare 1500 drachmen
bedraagt en per familie dus 6.000 drachmen per jaar, blijft er
voor zo'n familie slechts een opbrengst van f750 per jaar over
en na aftrek van alle kosten nauwelijks f600 zelfs. De veestapel
kon slechts moeizaam worden hersteld. In 1950, na de commu
nistische onderdrukking, waren er nog slechts 35 stuks vee en
300 geiten overgebleven. Momenteel heeft men de beschikking
over 400 stuks vee en 1500 geiten. Het dichtstbijzijnde dorp, dat
een telefonische verbinding heeft, bevindt zich op dertien kilo
meter afstand en is slechts te bereiken langs een niet onder
houden weg waarvan de belangrijkste brug is weggeslagen. De
afvoer van produkten stelt derhalve voor schier onoverkome
lijke problemen. Toch heeft men de moed niet opgegeven en
door bundeling van eigen krachten een pijpleiding weten aan
te leggen ter bevloeiing van het tabaksareaal ten behoeve waar
van het tabaksfonds een lening van 110.000 drachmen heeft
gegeven. De opbrengst van de tabak beweegt zich in stijgende
lijn. Indien echter de leiding neg drie kilometer zou kunnen
worden doorgetrokken naar het „weideterrein en men daar
tevens drinkputten zou kunnen aanleggen zou dit de verdere
bevordering van de veeteelt in dit gebied met zijn beneden ieder
denkbaar bestaansminimum levende bevolking ten zeerste ten
goede komen. De NOVIB wil daartoe f 10.000 ter beschikking
stellen. De ministers Mansholt en Luns zullen op hun binnen
kort te ondernemen Griekse reis de chèque persoonlijk aan de
burgemeester overhandigen. De laatste, Kostos Zavrakidis,
brengt de dank van de bevolking aan de Nederlandse journa
listen over. „Dat u ons hier heeft willen opzoeken om alles te
bekijken en ons straks te geven waarin wij zelf niet kunnen
voorzien stemt ons tot grote dankbaarheid", laat hij de tolk zeg
gen. Een extra zorg biedt de bevolking van Elafochori nog de
verwoeste kerk, die ten dele kon worden herbouwd met de van
de Nomarchos (prefect, dit is de bestuuider van een district)
van Kavalla afkomstige 20.000 drachmen. De bevolking heeft er
zelf nog een bedrag bijgevoegd, maar het moest met centen bij
elkaar gebedeld worden.
MEN WORDT diep getroffen als men in deze wel heel armoe
dige gebieden rondreist en met eigen ogen de grote nood van de
bevolking moet aanschouwen. Men wordt nog dieper getroffen
door het optimisme, dat de bewoners ondanks alle tegenslagen
hebben weten te handhaven en hun energie en werklust. Zij
vertrouwen in de allereerste plaats op zichzelf, al zijn zij uiterst
gevoelig voor ieder bewijs van medeleven en solidariteit. Dr.
Van der Plas staat dan ook in hoog aanzien en Nederland is bij
velen reeds een begrip geworden. Het is ontroerend te zien hoe
de tot dusver gebleken bewijzen van solidariteit de bevolking
hebben aangesproken en hoe deze haar versterkt hebben in de
wil om de eigen bijdrage tot vergroting van de welvaart te ver
sterken. „God beproeft degenen, die hij lief heeft", zegt de bur
gemeester van Chrysoupolis, Johannes Delikaris. En met een
zeker vertrouwen kijkt hij naar de Nederlandse journalisten,
want beloften wekken nu eenmaal ook verwachtingen.
ER IS beroering in de Nederlandse ge
meenschap van Australië en in Austra
lische regeringskringen als gevolg van een
reeds eerder door ons gemeld protest van
dr. Cornelis Wouters, bestuurslid van de
„Raad van Goede Buren" in Nieuw Zuid
Wales, tegen de ongelyke rechtsbedeling
tussen genaturaliseerde immigranten
enerzijds en geboren Australiërs ander
zijds. De Australische minister van Immi
gratie, mr. Athol Townley, is in het parle
ment tweemaal kort achter elkaar daar
over aan de tand gevoeld. In de Austra
lische pers hebben zowel Nederlanders als
niet-Nederlanders herhaaldelijk van hun
ontevredenheid over de bestaande toe
stand laten blijken. Toch gaat de regering
voort met op elke naturalisatie-plechtig
heid te verklaren, dat genaturaliseerde
immigranten dezelfde rechten als geboren
Australiërs genieten. Toen dit dezer dagen
wéér gebeurde, stond een parlementslid,
dat de nieuwkomers verwelkomde, op en
zei prompt: „Het is jammer, dat jullie pas
verkregen burgerschap een tweederangs
burgerschap is".
EEN IN de Nederlandse taal verschij
nend blad „De Nieuwe Wereld"
heeft, nadat het de aandacht van minister
Townley gevestigd had op het protest van
dr. Wouters en critiek op de ongelijke
rechtsbedeling had geoefend, een uitvoerig
antwoord van de minister gepubliceerd,
waarin de bewindsman de bestaande wet
telijke regeling verdedigt, maar de onge
lijkheid niet ontkent. In Bendigo, een be
langrijke provincieplaats in de staat Vic
toria, waar vele Nederlanders wonen,
hebben zes landgenoten geprotesteerd te
gen de rechtsongelijkheid door zich van
een naturalisatie-plechtigheid terug te
trekken. Onder hen bevond zich de heer
Jaap Valstar kunstschilder, glazenier
en leraar in de vreemde talen aan de
mijnschool van Bendigo die in 1952 uit
De Bilt naar Australië emigreerde. Hij is
lid van het bestuur van de „Raad van
Goede Buren" in Bendigo, een door de re
gering ingesteld adviescollege,
KORT NA het protest in Bendigo heeft
een parlementslid, L. R. Johnson, lid van
de Arbeidspartij, de kwestie aanhangig
gemaakt in het parlement. De minister
verdedigde zich door onder meer te wijzen
op soortgelijke regelingen in andere lan
den. Enkele dagen daarna echter kwam
het parlementslid C. H, Webb, een partij
genoot van Johnson, wéér met de kwestie
naar voren. En op een naturalisatie
plechtigheid in Victoria zei een ander par
lementslid, Percy Cleary, ronduit dat in
een democratische staat geen plaats be
hoort te zijn voor discriminatie.
De Raad van Goede Buren in West-
Australië heeft inmiddels met algemene
stemmen een motie aanvaard om pogingen
in het werk te stellen de wet gewijzigd te
krijgen. De adviescommissie (bestaande
uit immigranten van de Australische Ar
beidsparty, in dezelfde staat) heeft
eveneens unaniem een motie aanvaard,
waarin wetswijziging als doel wordt ge
steld. Deze motie zal spoedig in de fede
rale partijraad ter sprake komen. De
Democratische Arbeidsparty de afge
scheiden rechtervleugel van de Arbeids
party heeft een brief aan minister
Townley gezonden, waarin ten sterkste
wordt geprotesteerd tegen de discrimi
natie.
Het dagblad The Sun (De Zon) een
der belangrijke avondbladen in Sydney
heeft met een verwijzing naar de natura-
lisatiewet, woordelijk geschreven: „De
wetten van Australië laten zien, dat de
federale regering onrechtvaardigheid han
teert, waar het immigranten betreft". Het
voegt er aan toe: „Geen menselijke wet
kan rechtvaardigen, dat iemand, die ge
naturaliseerd is, in de categorie van een
tweede-rangs Australiër wordt geplaatst".
IN DE Nederlandse pers in Australië
wordt de ongelijke rechtsbedeling natuur
lijk uitvoerig besproken. Zelfs het offi
ciële orgaan van de Nederlandse Vereni
ging in West-Australië (Perth) heeft de
dringende noodzaak van wetswijziging
naar voren gebracht. Uit de vele ingezon
den stukken in de Nederlands-Austra
lische pers blijkt, dat de meeste tot Aus
Waar Engeland verandert in Schotland maakte Poppe Damave deze tekening
traliër genaturaliseerde Nederlanders het
betreuren, dat zij een onvolwaardig bur
gerschap hebben verkregen.
In gesprekken, die ik met vele landge
noten over dit voor hen zo belangrijke
onderwerp heb gevoerd, kwam naar
voren, dat de Australische regering op z'n
minst tekort is geschoten in haar voor
lichting dus voorlichting vóór de natu
ralisatie omtrent de inhoud van de wet
en dat juridisch de ongelijke rechtsbe
deling niet kan worden ontkend en uit
de wet gelicht behoort te worden. Van
deze mening getuigde ook de heer G.
Schmidt, vertrouwensman van het Ko
ningin Wilhelminafonds, openlijk in de
Sydney Morning Herald, de vrees uitend,
dat de arbitraire macht, die de minister
heeft om iemand het staatsburgerschap
te ontnemen, wel eens (door onscrupu
leuze elementen) kan worden misbruikt.
HET WAS NIET de Nederlandse pers in
Australië, die de zaak aan het rollen heeft
gebracht, maar de Australische pers. Het
eerste protest tegen de ongelijke rechts
bedeling ging van het dagblad „The Sun"
uit. Er is dus geen kwestie van, dat de
goede verstandhouding tussen Australië
en Nederland nadelig zou kunnen worden
beïnvloed, zoals het Australische Immi
gratiebureau in Den Haag blijkens een
publikatie in de Nederlandse pers in Ne
derland zegt te vrezen. Het hoofd van ge
noemd bureau ontkent in die verklaring,
dat de Australische regering discrimi
natie tegenover nieuwe inwoners toont.
Maar zijn minister schrijft in een brief
aan een Australisch parlementslid: „De
discriminatie tussen genaturaliseerde en
geboren Australiërs is voor wat de prak
tijk betreft van geringe betekenis". Daar
mee erkent de minister dus de discrimi
natie. En over de al of niet „geringe" be
tekenis ervan bestaan zeer grote verschil
len van mening. Het door de minister in
diezelfde brief (van 18 juli en in mijn be
zit) uitgesproken vertrouwen, dat de Ne
derlandse immigranten „geen enkele be
tekenis aan deze zaak zullen schenken"
moet door de vele artikelen en ingezonden
stukken in de Australische en Nederland
se pers in Australië al lang geschokt zijn.
Dat de Australische regering heel veel
voor de immigranten doet (zoals het Aus
tralische Immigratiebureau in Den Haag
schrijft) om hen zo goed mogelijk en zo
snel mogelijk te doen assimileren, heb ik
meermalen betoogd en met sprekende
voorbeelden geïllustreerd, doch dit neemt
het feit van de bestaande ongelijke rechts
bedeling niet weg.
VOOR DE immigranten en voor alle
emigranten, die naar Australië trekken, is
deze kwestie van groot belang, want de
ongelijke rechtsbedeling strekt zich ook
uit tot de onmondige kinderen van de ge
naturaliseerde! „Australië zou door op
heffing van de discriminatie kunnen to-
nen, dat het een wereldleider is in de uit
oefening van democratische regering en
rechtsbedeling", schreef een vertegen
woordiger van een der grootste Ameri
kaanse persbureaus in het invloedrijkste
dagblad van Australië, de Sydney Mor
ning Herald, welk blad de houding van
de minister evenmin kan bewonderen en
daarvan in een hoofdartikel heeft getuigd.
OVER enkele weken eind oktober of
begin november moet de Zweedse Aca
demie van Wetenschappen* de Nobelprijs
voor letterkunde toewijzen, maar de acht
tien leden die hierover moeten beslissen,
zijn tot nu toe meer verdeeld in hun me
ningen dan ooit.
In voorgaande jaren was meestal de
naam van de favoriete litterator ruim van
te voren bekend, maar thans schijnen nog
verscheidene auteurs op de nominatie te
staan. Sommige leden der academie heb
ben de aandacht gericht op Japan. Als zij
hun zin krijgen lijken de volgende Japan
se litteratoren de beste kansen te hebben:
de 72-jarige toneelschrijver en romancier
Junichiro Tanizaki, adept van de roman
tische school, die nog steeds grote invloed
op de Japanse letteren uitoefent, de 58-
jarige Yasunari Kawabata, voorzitter van
het Japanse PEN-centrum, meester van de
Japanse lyrische stijl en Kojiro Serizawa,
een internationaal bekend prozaïst, die
aan de Parijse Sorbonne heeft gestudeerd.
Indien werkelijk een Japanner wordt
verkozen, zal het de tweede keer zijn, dat
een Aziaat de Nobelprijs voor letterkunde
krijgt. Tot dusverre is de Indische dichter
Rabindranath Tagore de enige Aziatische
bekroonde geweest.. Hij won de Nobelprijs
in 1913. Maar de Japanners zijn niet de
enige kanshebbende kandidaten. Veel aan
dacht schenkt men ook aan de in Frank
rijk wonende Griekse schrijver Mikos Ka-
zantzakis, aan de in Amerika wonende
Franse dichter-diplomaat Alexis Saint-Lé-
ger en aan de Italiaan Riccardo Bacchelli.
Vooral Saint-Léger, die publiceert onder
het pseudoniem Saint John Perse, wordt
veel genoemd. De Rus Michail Sjolochov,
die in de laatste paar jaar herhaaldelijk
als kandidaat voor de Nobelprijs is ge
noemd, maakt ditkeer waarschijnlijk geen
kans, tengevolge van de gebeurtenissen in
Hongarije. Er blijken verscheidene leden
van de academie te zijn, die de prijs aan
een in ballingschap levende Hongaarse
litterator zouden willen geven, bij wijze
van demonstratie. Maar de moeilijkheid
is, dat men tot dusver geen uitgeweken
Hongaar heeft kunnen vinden, wiens lit
teraire capaciteiten hem in aanmerking
zouden doen komen voor de Nobelprijs.
De discriminatie zal de gemoederen be
zig blijven houden tot de wet gewijzigd is.
Het is opmerkelijk, dat de druk van Aus
tralische zijde om tot wetswijziging over
te gaan, thans al groter is dan die van de
kant der immigranten zelf. Doch dit is na
tuurlijk slechts uiterlijke schyn, want er
zijn talloos vele immigranten, die te be
schroomd zy'n om zich in het openbaar te
uiten. De Australische politicus daaren
tegen kent het klappen van de zweep en
daarom knalt hij harder.
OOK ZONDER dat wij in onze va-
kantie door de regen weggespoeld wor-
den weten we, dat het water in de ge-
schiedenis van ons volk een grote rol
speelt. Van die verbondenheid legt een
aantal namen getuigenis af. In geheel
West-Europa was A of Aa (afkomstig
van een germaanse grondvorm ahwa) j
de oude aanduiding van water. Nog
steeds dragen binnen onze grenzen niet
minder dan vierenveertig riviertjes j
deze naam. De bekendste daarvan zijn
de A in Noord-Brabant, de Steenwijker
A, de Almelose A, de Westerwoldse A
en de Pekel-A, die men in de plaats-
namen Oude- en Nieuwe-Pekela terug-
vindt.
FAMILIENAMEN werden weer van
die waternamen afgeleid, het zijn Van
der Aa, Van Ouderaa, Van der Ouwe-
raa, Traa (samengetrokken uit Ter Aa),
Minderaa, Van de Wiekeraa en Wyke-
raa. Door klankverschuiving werd ook
Ee de aanduiding van waterlopen. De
Oude Ee in Groningen en de plaats
naam Edam herinneren daaraan, dit
geldt ook voor de geslachtsnamen Van
Ee en Eestra. Wie weet hoe een ras
echte Amsterdammer de e-klank ten
gehore brengt begrjjpt, dat IJ de naam
van de voormalige inham van de Zui
derzee kon worden, waar zyn stad de
opkomst aan dankt. En een ei-land is
vanouds een land, dat in water ligt. Wat
het Amsterdamse IJ betreft, dit werd
na de afsluiting in 1865 vrijwel geheel
ingepolderd. Als vaarwater herkreeg
het de betekenis toen het Noordzee-
kanaal tot stand kwam. Opnieuw stond
het IJ-water in verbinding met een zee.
IJmuiden werd de plaats genoemd, die
bij de sluizen ontstond. Stellig een goe
de vondst van de naambedenkers uit
1876.
MUIDEN was oudtijds in onze ge-
westen de benaming van een uitmon-
ding. Bij het stadje Muiden stroomde
de Vecht in zee, we kennen ook de
plaatsnamen Genemuiden, Arnemuiden
en Dixmuiden. Een Engelse stad, die
eveneens aan een riviermond ontstond,
is Plymouth, dat in de rapporten van
admiraal De Ruyter steevast als Pley-
muiden voorkomt. De twee IJsels, die
op ons grondgebied stromen, leidden
tot de namen van de Overyselse ge- i
meente IJselmuiden en het Zuidhol-
landse eiland IJselmonde, die dezelfde j
betekenis hebben. Aan het stadje zyn
de geslachtsnamen Van Isselmuden en
IJsselmuiden ontleend. Al waren de j
IJmuidense sluizen indertijd een formi-
dabele nieuwigheid, sluizen bouwden
onze voorouders toen reeds eeuwen.
Vele plaats- en familienamen bewaren
de herinnering aan die activiteit:
Nieuwersluis, Versluys, Blokzijl, Ver- j
zyl, Zijlstra, Oldenziel, Van 't Sas. De
geslachtsnaam Van 't Verlaat (een
schutsluis) hoort ook in deze groep
thuis en de familie Voorspuy dankt.i
haar naam aan een sluis, die voor het
spuien van overtollig water gebruikt
werd.
DE GRONINGERS noemden een ge-
graven water een diep, vandaar de fa-
milienamen Westcrdiep en Overdiep.
Elders gaf men een gedolven waterloop
de naam delf. De stad Delft dankt er
de naam aan, in Delfzijl sloot een sluis C
zo'n delf af. Bruggen, dammen en dij-
ken deden eveneens een flink aantal
namen ontstaan: Ten Brugge, Verbrug-
gen, Bruggeman, Brugmans, Meulen-
bruggen. Ten Bruggencate (hier stond
een kleine boerderij nabij een brug), j
Verdam, Damstra, Hoogendam, Koe-
dam, Nieuwendam, Nijdam, Bij de Dijk,
Dijkmans, Dijkstra, Hoogendyk, Meu-
lendyk, Kerkdijk, Oosterdijk en zo nog
ettelijke dozijnen meer. Ook aan poe-
len, sloten en vlieten was geen gebrek, j
vandaar dat we in onze telefoonboeken j
de namen Van der Poel, Poelstra, Poel-
man, Zwanepoel, Diepersloot, Kerk- j
sloot, Versloot, Molenvliet, Noorder- J
vliet en Vervliet lezen. Beken vinden
we in de namen Verbeek, Beekhuis, r
Molenbeek, Visbeek en Buytenbeek
terug. Merkelbach (oorspronkelijk Mar-
kelbach), Borrebach, Gertenbach, Kei-
lenbach en Steinbach behoren tot de f
vele op -bach eindigende namen, die j
uit Duitsland tot ons kwamen.
J. G. de Boer van der Ley