OPHEFFING DER DISCRIMINATIE VAN DE IMMIGRANTEN GEVRAAGD Om en nabij Chrysoupolis ONZE NAMEN j (sl/ Discussies in pees en pademeat aan AustiaÜë aaet de anqeiiike cecfit&êedeiinq. Nog onzekerheid over j de Nobelprijs Altijd waren we nauw met het water verbonden Erbij Vervolg van pagina 4 UITTOCHT NAAR DE STEDEN BEVLOEIING BRENGT BLOEI DE MOED NIET OPGEVEN Artikel 21 van de Australische wet van nationaliteit en burgerschap 1948-1955 OPTIMISME BIJ TEGENSLAG Uitmonding Aan de waterkant': SATERDAG 12 OKTOBER 1957 PAGINA VIJF wat het huishoudkundig onderricht betreft een al leraardigst voorbeeld van - te zien. Maria A. heeft een met Amerikaanse hulp aan geteisterd Griekenland in het leven geroepen opleiding van sociale werk sters gevolgd. Zij is nu als zodanig actief in elf in de omgeving van Chrysoupolis liggende dorpen. Haar taak is niet gemak kelijk, want, transportmiddelen staan haar niet ter beschikking. Zij wandelt dus van dorp tot dorp en krijgt 's middags of 'S avonds in een geïmproviseerd leslokaal een aantal meisjes en vrouwen van dertien tot vijftig jaar onder haar gehoor. Het programma van Maria omvat alle onderwerpen van hygiène in huishoudelijke en persoonlijke aangelegenheden. Aandacht wordt besteed aan de lichaamsverzorging en de zorg voor eigen kinderen, alsmede het verlenen van eerste hulp. De kinder- <terfte in deze gebieden blijft nog altijd verontrustend hoog. Maria leert de vrouwen en meisjes hoe de eigen kinderen ge durende het kritieke eerste levensjaar te doen gedijen en blijft er regelmatig het oog op houden of aan haar adviezen ook in de praktijk aandacht wordt geschonken. Zij geeft voorlichting omtrent het te gebruiken voedsel, omtrent het zoveel mogelijk voorkomen en genezen van ziekten door het innemen van be paalde medicijnen en het toedienen van eenvoudige injecties. Maar de taak van Maria omvat meer. Zij leert hoe het pluimvee moet worden verzorgd en hoe de kippen beschermd kunnen worden tegen pseudovogelpest, maar tevens hoe een eenvoudige jurk van goede snit zelf tegen geringe kosten kan worden ver vaardigd. De leuze van Maria is kennelijk, dat de ontwikkeling van een gemeenschap begint bij het omhoog brengen van de stjmdaard en de levensgewoonten van de vrouw en daaraan schenkt zij op elk gebied aandacht. Zelfs aan de vrijetijdsbe steding, aan ontspanningsmogelijkheden, aan de oprichting van jeugdorganisaties en aan het regelmatig maken van excursies om met eigen ogen te- kunnen zien hoe het er in andere gemeen schappen voor staat wordt de nodige tijd en belangstelling be steed. Maria weet ook, dat het de man alleen maar plezier zal doen als zijn vrouw er wel verzorgd uitziet en dat hij dienten gevolge in zijn eigen arbeid zal worden gestimuleerd. Zij geeft behalve op het gebied van kleding ook onderricht op het terrein van haar- en eenvoudige .gelaatsverzorging. De Nederlandse journalisten kregen een aanschouwelijk onderricht in de wijze waarop met de meest primitief aandoende middelen tandpasta kan worden vervaardigd. Een tube kost niet minder dan tien drachmen (ongeveer f 1.30), hetgeen voor vele huishoudelijke budgetten een te zware belasting betekent (zeker wanneer het de veelal nog overbodig geachte tandpasta betreft). Maria ziet echter kans door middel van de menging van kaneel, kalk, zout en soda een pasta te vervaardigen, die slechts twee drachmen kost en dus wel degelijk kan worden aangeschaft. Bij de „ge meenschapsontwikkeling" zit het ook in de kleine dingen. De bedoeling van de NOVIB is om met betrekkelijk weinig fondsen zo groot mogelijke'resultaten te bereiken. TERWIJL Chrysoupolis met zijn nieuw gebouwde huizen, althans uiterlijk, nog een betrekkelijk welvarende aanblik biedt, dringt de verschrikkelijke verarming van dit gedeelte van Thracië en Macedonië pas goed door bij een tcoht langs de Nes- tosvlakte en in de bergen. De velden zijn overwegend bruin van tint, slechts de nog beperkt geïrrigeerde arealen zijn groen van kleur omdat de tabak en bepaalde voedingsgewassen er kunnen gedijen. Doornig struikgewas en de jeneverbes vormen overigens op de door de Nestos meermalen overstroomde zand vlakten de enige vegetatie. Kale rotsen onderbreken hier en daar ook de armelijke begroeiing. Nu en dan ziet men een herder zijn schapen weiden. Zo moet Drente er honderd jaar geleden hebben uitgezien toen het nog niet in cultuur was ge bracht. In overeenstemming met de hiergeschilderde situatie is de bebouwde oppervlakte in de bergen en op de hellingen aan zienlijk geringer in omvang dan op de vlakte. De cijfers ver hielden zich in 1954 als 9.232 hectare, 4.871 hectare en 1.082 hectare, respectievelijk voor vlakte, hellingen en bergen. De bevolking in de vlakte nam van 1940 tot 1951 toe met 3.014, een derde van de totale bevolking, terwijl die op de hellingen met 117 en in de bergen met 1.990 (23 percent) inwoners achteruit liep. Uiteraard vormde de communistische terreur, die zich in het ontoegankelijke berggebied het langdurigst kon handhaven, daarbij een belangrijke factor. Anderzijds valt er tengevolge van de na de oorlog sterk dalende tabaksprijzen en het minder in trek zijn van de zogenaamde oosterse tabakssoorten een voortdurende stroom van het platteland naar de dorpen en steden plaats. De Griek ziet er overigens iets beschamends in: hij geeft niet graag op hetgeen hij in harde strijd heeft moeten veroveren. VAN CHRYSOUPOLIS voert de tocht naar het 950 hectare omvattende geïrrigeerde gebied van Drimousa, dat met nog twee miljoen drachmen of ruim f 200.000 tot een welvarender staat gebracht zou kunnen worden dan thans het geval is. Het oorspronkelijke dorp is geheel door de Nestor overspoeld ge weest, alle huizen zijn verdwenen. De kerk, waarvan de muren nog staan, werd door de Bulgaren in brand gestoken. Het ge bied van het oude dorp biedt een troosteloze aanblik. In tegen stelling daarmee zijn de velden, die men hier en daar geduren de de tocht passeert en die wel door de irrigatie konden worden 'oereikt. Zij staan er florissant bij, zelfs vruchtbomen kunnen or gedijen. De bedijking van de Nestos laat nog veel te wensen over, hier en daar zijn grote doorbraken zichtbaar, vanwaar in de wintertijd een nieuwe golf van ellende het omliggende land rou kunnen overspoelen. Een Nederlandse ingenieur zou hier wellicht nog het een en ander tot stand kunnen brengen. Het verderop liggende dorp Peristerion werd al evenzeer door de Sulgaren met de grond gelijk gemaakt. In de verwoeste kerk orandt nog altijd het lampje op de plaats waarnaast het altaar 'estaan heeft. Het ikonenkastje met de relikwieën wordt zorg vuldig bewaakt. Men is nog met de wederopbouw bezig. Op een Primitieve stookplaats, die de vorm heeft van een Eskimohut. wordt brood gebakken. Een moeder stelt vol trots haar kin beren aan de buitenlandse gasten voor. Zes kinderen en drie ■Reisjes, de meisjes zijn klaarblijkelijk nog niet zozeer in tel. oude dorp Paleakarja (paleos oud) werd als Neakarja 'Nieuw Karja) heropgericht. De burgemeester vertelt hoe in 1946 de Nestos in vijftien dagen de fundamenten van het oude b°rp geleidelijk heeft ondermijnd en mens en dier tenslotte "joesten vluchten. De bevolking begaf zich allereerst naar Chrysoupolis terwijl de Griekse regering voor haar eerste •ovensonderhoud zorg droeg. Later werd het nieuwe dorp op trokken, dat thans een frisse aanblik biedt. Intussen is nog •'lechts een oppervlakte van 600 tot 700 hectare bebouwde grond overgebleven voor 800 van de oorspronkelijke 1600 inwoners. Men verbouwt ten dele sperziebonen, die echter onder de be staande omstandigheden een geringe opbrengst leveren. Men leeft becijferd, dat bij bevloeiing de opbrengst tot het twintig- voudige zou kunnen stijgen. DE ARMOEDE van Peristerion en Neakarja blijkt nog groter '"dien men zich moeizaam per „Landrover" de bergen in be seft naar het dorp Elafochori (hertendorp), welks lot de 1. Indien de minister er van overtuigd is, dat een Austra lisch staatsburger, die zulks geworden is door registratie of naturalisatie a. in woord of daad zich ontrouw of onaanhankelijk heeft getoond jegens Zijne Majesteit; b. tijdens enige oorlog, waarbij Australië betrokken is of is geweest, onrechtmatig handel heeft gedreven of in con tact heeft gestaan met de vijand, deel heeft genomen aan of betrokken is geweest bij enige zaak waarvan hij wist door haar hoedanigheid te kennen, dat zij bedoelde de vijand in die oorlog te steunen; c. werd geregistreerd of genaturaliseerd door middel van fraude, valse voorstelling van zaken of verberging van enige materiële omstandigheden; d. op het tijdstip waarop hij werd geregistreerd of genatu raliseerd niet van goed zedelijk gedrag was of e. binnen vijf jaar na dat tijdstip in enig land is veroor deeld tot gevangenisstraf van twaalf maanden of langer kan de Minister, door lastgeving, die staatsburger uit zijn Australisch burgerschap ontzetten en dan zal de persoon in kwestie op wie die lastgeving van toepassing is, op houden Australisch staatsburger te zijn. 2. De Minister zal van dit recht geen gebruik maken als hij er niet van overtuigd is, dat het met het oog op het al gemeen belang niet bevorderlijk is als de persoon op wie een van bovengenoemde regels van toepassing is, het Austra lisch staatsburgerschap blijft behouden. 3. Vóór gebruik te maken van dit recht op een van de gronden genoemd in de paragrafen a, b, c of d onder sub 1 van dit artikel zal de Minister de persoon op wie de last geving van toepassing bedoelt te zijn, schriftelijk in kennis stellen van de grond waarop de lastgeving kan worden toe gepast en van de mogelijkheid de Minister te verzoeken de vraag óf de lastgeving zal worden toegepast voor te leggen aan een commissie voor onderzoek en rapport en, indien de persoon in kwestie dat verzoekt zal de Minister aan dit ver zoek voldoen. 4. Voor de toepassing van het in deze paragraaf genoemde kan de gouverneur-generaal een commissie van onderzoek benoemen waarvan de voorzitter rechter is of is geweest bij een federale rechtbank of bij een rechtbank van een staat of van een territorium of advocaat of procureur is of is geweest bij het hooggerechtshof of het opperste gerechtshof van een staat voor de duur van niet minder dan vijf jaar. 5. De werkwijze en procedure en de macht, de rechten en de privileges van een als in deze paragraaf bedoelde com missie zullen zijn als voornoemd. Een genaturaliseerde immigrant kan op grond van de Australische wet het staatsburgerschap wor den ontnomen, wanneer hij zich deloyaal tegenover het staatshoofd toont, of wanneer hij binnen vijf jaar na zijn naturalisatie veroordeeld wordt - in welk land ook - tot een gevangenisstraf van één jaar of langer. Deze «wetsbepalingen gelden voor geboren Australiërs niet. Voorts zijn er enkele andere artikelen, volgens welke de genaturaliseerde immigrant minder rechten geniet dan de geboren Australiër. Over deze kwestie schrijft Dan D. Rempt, onze correspondent in Sydney NOVIB zich heeft aangetrokken. Vroeger woonden hier de Tur ken, die er de tabakscultuur beoefenden. In 1923 werden bij de uitwisseling van bevolking de oorspronkelijke bewoners door Grieken uit Klein-Azië vervangen. De nieuwe bewoners pakten hard aan en konden aanvankelijk van de gouden jaren in de tabak profiteren. Toen kwam de oorlog en werd al spoedig de verkoop van tabak naar het buitenland onmogelijk. Na de Bul gaarse bezetting en de communistische terreur heeft de cultuur zich niet kunnen herstellen. De markt was ongunstig en de transportproblemen waren groot. De Bulgaren hadden vrijwel al het vee van de bewoners met zich gevoerd en het dorp bovendien met de grond gelijk gemaakt. Hier wonen thans 330 mensen, leden van 55 families, die elk voor zich slechts 0,4 hectare grond ter beschikking hebben. Indien men in aanmer king neemt, dat de opbrengst van 0,1 hectare 1500 drachmen bedraagt en per familie dus 6.000 drachmen per jaar, blijft er voor zo'n familie slechts een opbrengst van f750 per jaar over en na aftrek van alle kosten nauwelijks f600 zelfs. De veestapel kon slechts moeizaam worden hersteld. In 1950, na de commu nistische onderdrukking, waren er nog slechts 35 stuks vee en 300 geiten overgebleven. Momenteel heeft men de beschikking over 400 stuks vee en 1500 geiten. Het dichtstbijzijnde dorp, dat een telefonische verbinding heeft, bevindt zich op dertien kilo meter afstand en is slechts te bereiken langs een niet onder houden weg waarvan de belangrijkste brug is weggeslagen. De afvoer van produkten stelt derhalve voor schier onoverkome lijke problemen. Toch heeft men de moed niet opgegeven en door bundeling van eigen krachten een pijpleiding weten aan te leggen ter bevloeiing van het tabaksareaal ten behoeve waar van het tabaksfonds een lening van 110.000 drachmen heeft gegeven. De opbrengst van de tabak beweegt zich in stijgende lijn. Indien echter de leiding neg drie kilometer zou kunnen worden doorgetrokken naar het „weideterrein en men daar tevens drinkputten zou kunnen aanleggen zou dit de verdere bevordering van de veeteelt in dit gebied met zijn beneden ieder denkbaar bestaansminimum levende bevolking ten zeerste ten goede komen. De NOVIB wil daartoe f 10.000 ter beschikking stellen. De ministers Mansholt en Luns zullen op hun binnen kort te ondernemen Griekse reis de chèque persoonlijk aan de burgemeester overhandigen. De laatste, Kostos Zavrakidis, brengt de dank van de bevolking aan de Nederlandse journa listen over. „Dat u ons hier heeft willen opzoeken om alles te bekijken en ons straks te geven waarin wij zelf niet kunnen voorzien stemt ons tot grote dankbaarheid", laat hij de tolk zeg gen. Een extra zorg biedt de bevolking van Elafochori nog de verwoeste kerk, die ten dele kon worden herbouwd met de van de Nomarchos (prefect, dit is de bestuuider van een district) van Kavalla afkomstige 20.000 drachmen. De bevolking heeft er zelf nog een bedrag bijgevoegd, maar het moest met centen bij elkaar gebedeld worden. MEN WORDT diep getroffen als men in deze wel heel armoe dige gebieden rondreist en met eigen ogen de grote nood van de bevolking moet aanschouwen. Men wordt nog dieper getroffen door het optimisme, dat de bewoners ondanks alle tegenslagen hebben weten te handhaven en hun energie en werklust. Zij vertrouwen in de allereerste plaats op zichzelf, al zijn zij uiterst gevoelig voor ieder bewijs van medeleven en solidariteit. Dr. Van der Plas staat dan ook in hoog aanzien en Nederland is bij velen reeds een begrip geworden. Het is ontroerend te zien hoe de tot dusver gebleken bewijzen van solidariteit de bevolking hebben aangesproken en hoe deze haar versterkt hebben in de wil om de eigen bijdrage tot vergroting van de welvaart te ver sterken. „God beproeft degenen, die hij lief heeft", zegt de bur gemeester van Chrysoupolis, Johannes Delikaris. En met een zeker vertrouwen kijkt hij naar de Nederlandse journalisten, want beloften wekken nu eenmaal ook verwachtingen. ER IS beroering in de Nederlandse ge meenschap van Australië en in Austra lische regeringskringen als gevolg van een reeds eerder door ons gemeld protest van dr. Cornelis Wouters, bestuurslid van de „Raad van Goede Buren" in Nieuw Zuid Wales, tegen de ongelyke rechtsbedeling tussen genaturaliseerde immigranten enerzijds en geboren Australiërs ander zijds. De Australische minister van Immi gratie, mr. Athol Townley, is in het parle ment tweemaal kort achter elkaar daar over aan de tand gevoeld. In de Austra lische pers hebben zowel Nederlanders als niet-Nederlanders herhaaldelijk van hun ontevredenheid over de bestaande toe stand laten blijken. Toch gaat de regering voort met op elke naturalisatie-plechtig heid te verklaren, dat genaturaliseerde immigranten dezelfde rechten als geboren Australiërs genieten. Toen dit dezer dagen wéér gebeurde, stond een parlementslid, dat de nieuwkomers verwelkomde, op en zei prompt: „Het is jammer, dat jullie pas verkregen burgerschap een tweederangs burgerschap is". EEN IN de Nederlandse taal verschij nend blad „De Nieuwe Wereld" heeft, nadat het de aandacht van minister Townley gevestigd had op het protest van dr. Wouters en critiek op de ongelijke rechtsbedeling had geoefend, een uitvoerig antwoord van de minister gepubliceerd, waarin de bewindsman de bestaande wet telijke regeling verdedigt, maar de onge lijkheid niet ontkent. In Bendigo, een be langrijke provincieplaats in de staat Vic toria, waar vele Nederlanders wonen, hebben zes landgenoten geprotesteerd te gen de rechtsongelijkheid door zich van een naturalisatie-plechtigheid terug te trekken. Onder hen bevond zich de heer Jaap Valstar kunstschilder, glazenier en leraar in de vreemde talen aan de mijnschool van Bendigo die in 1952 uit De Bilt naar Australië emigreerde. Hij is lid van het bestuur van de „Raad van Goede Buren" in Bendigo, een door de re gering ingesteld adviescollege, KORT NA het protest in Bendigo heeft een parlementslid, L. R. Johnson, lid van de Arbeidspartij, de kwestie aanhangig gemaakt in het parlement. De minister verdedigde zich door onder meer te wijzen op soortgelijke regelingen in andere lan den. Enkele dagen daarna echter kwam het parlementslid C. H, Webb, een partij genoot van Johnson, wéér met de kwestie naar voren. En op een naturalisatie plechtigheid in Victoria zei een ander par lementslid, Percy Cleary, ronduit dat in een democratische staat geen plaats be hoort te zijn voor discriminatie. De Raad van Goede Buren in West- Australië heeft inmiddels met algemene stemmen een motie aanvaard om pogingen in het werk te stellen de wet gewijzigd te krijgen. De adviescommissie (bestaande uit immigranten van de Australische Ar beidsparty, in dezelfde staat) heeft eveneens unaniem een motie aanvaard, waarin wetswijziging als doel wordt ge steld. Deze motie zal spoedig in de fede rale partijraad ter sprake komen. De Democratische Arbeidsparty de afge scheiden rechtervleugel van de Arbeids party heeft een brief aan minister Townley gezonden, waarin ten sterkste wordt geprotesteerd tegen de discrimi natie. Het dagblad The Sun (De Zon) een der belangrijke avondbladen in Sydney heeft met een verwijzing naar de natura- lisatiewet, woordelijk geschreven: „De wetten van Australië laten zien, dat de federale regering onrechtvaardigheid han teert, waar het immigranten betreft". Het voegt er aan toe: „Geen menselijke wet kan rechtvaardigen, dat iemand, die ge naturaliseerd is, in de categorie van een tweede-rangs Australiër wordt geplaatst". IN DE Nederlandse pers in Australië wordt de ongelijke rechtsbedeling natuur lijk uitvoerig besproken. Zelfs het offi ciële orgaan van de Nederlandse Vereni ging in West-Australië (Perth) heeft de dringende noodzaak van wetswijziging naar voren gebracht. Uit de vele ingezon den stukken in de Nederlands-Austra lische pers blijkt, dat de meeste tot Aus Waar Engeland verandert in Schotland maakte Poppe Damave deze tekening traliër genaturaliseerde Nederlanders het betreuren, dat zij een onvolwaardig bur gerschap hebben verkregen. In gesprekken, die ik met vele landge noten over dit voor hen zo belangrijke onderwerp heb gevoerd, kwam naar voren, dat de Australische regering op z'n minst tekort is geschoten in haar voor lichting dus voorlichting vóór de natu ralisatie omtrent de inhoud van de wet en dat juridisch de ongelijke rechtsbe deling niet kan worden ontkend en uit de wet gelicht behoort te worden. Van deze mening getuigde ook de heer G. Schmidt, vertrouwensman van het Ko ningin Wilhelminafonds, openlijk in de Sydney Morning Herald, de vrees uitend, dat de arbitraire macht, die de minister heeft om iemand het staatsburgerschap te ontnemen, wel eens (door onscrupu leuze elementen) kan worden misbruikt. HET WAS NIET de Nederlandse pers in Australië, die de zaak aan het rollen heeft gebracht, maar de Australische pers. Het eerste protest tegen de ongelijke rechts bedeling ging van het dagblad „The Sun" uit. Er is dus geen kwestie van, dat de goede verstandhouding tussen Australië en Nederland nadelig zou kunnen worden beïnvloed, zoals het Australische Immi gratiebureau in Den Haag blijkens een publikatie in de Nederlandse pers in Ne derland zegt te vrezen. Het hoofd van ge noemd bureau ontkent in die verklaring, dat de Australische regering discrimi natie tegenover nieuwe inwoners toont. Maar zijn minister schrijft in een brief aan een Australisch parlementslid: „De discriminatie tussen genaturaliseerde en geboren Australiërs is voor wat de prak tijk betreft van geringe betekenis". Daar mee erkent de minister dus de discrimi natie. En over de al of niet „geringe" be tekenis ervan bestaan zeer grote verschil len van mening. Het door de minister in diezelfde brief (van 18 juli en in mijn be zit) uitgesproken vertrouwen, dat de Ne derlandse immigranten „geen enkele be tekenis aan deze zaak zullen schenken" moet door de vele artikelen en ingezonden stukken in de Australische en Nederland se pers in Australië al lang geschokt zijn. Dat de Australische regering heel veel voor de immigranten doet (zoals het Aus tralische Immigratiebureau in Den Haag schrijft) om hen zo goed mogelijk en zo snel mogelijk te doen assimileren, heb ik meermalen betoogd en met sprekende voorbeelden geïllustreerd, doch dit neemt het feit van de bestaande ongelijke rechts bedeling niet weg. VOOR DE immigranten en voor alle emigranten, die naar Australië trekken, is deze kwestie van groot belang, want de ongelijke rechtsbedeling strekt zich ook uit tot de onmondige kinderen van de ge naturaliseerde! „Australië zou door op heffing van de discriminatie kunnen to- nen, dat het een wereldleider is in de uit oefening van democratische regering en rechtsbedeling", schreef een vertegen woordiger van een der grootste Ameri kaanse persbureaus in het invloedrijkste dagblad van Australië, de Sydney Mor ning Herald, welk blad de houding van de minister evenmin kan bewonderen en daarvan in een hoofdartikel heeft getuigd. OVER enkele weken eind oktober of begin november moet de Zweedse Aca demie van Wetenschappen* de Nobelprijs voor letterkunde toewijzen, maar de acht tien leden die hierover moeten beslissen, zijn tot nu toe meer verdeeld in hun me ningen dan ooit. In voorgaande jaren was meestal de naam van de favoriete litterator ruim van te voren bekend, maar thans schijnen nog verscheidene auteurs op de nominatie te staan. Sommige leden der academie heb ben de aandacht gericht op Japan. Als zij hun zin krijgen lijken de volgende Japan se litteratoren de beste kansen te hebben: de 72-jarige toneelschrijver en romancier Junichiro Tanizaki, adept van de roman tische school, die nog steeds grote invloed op de Japanse letteren uitoefent, de 58- jarige Yasunari Kawabata, voorzitter van het Japanse PEN-centrum, meester van de Japanse lyrische stijl en Kojiro Serizawa, een internationaal bekend prozaïst, die aan de Parijse Sorbonne heeft gestudeerd. Indien werkelijk een Japanner wordt verkozen, zal het de tweede keer zijn, dat een Aziaat de Nobelprijs voor letterkunde krijgt. Tot dusverre is de Indische dichter Rabindranath Tagore de enige Aziatische bekroonde geweest.. Hij won de Nobelprijs in 1913. Maar de Japanners zijn niet de enige kanshebbende kandidaten. Veel aan dacht schenkt men ook aan de in Frank rijk wonende Griekse schrijver Mikos Ka- zantzakis, aan de in Amerika wonende Franse dichter-diplomaat Alexis Saint-Lé- ger en aan de Italiaan Riccardo Bacchelli. Vooral Saint-Léger, die publiceert onder het pseudoniem Saint John Perse, wordt veel genoemd. De Rus Michail Sjolochov, die in de laatste paar jaar herhaaldelijk als kandidaat voor de Nobelprijs is ge noemd, maakt ditkeer waarschijnlijk geen kans, tengevolge van de gebeurtenissen in Hongarije. Er blijken verscheidene leden van de academie te zijn, die de prijs aan een in ballingschap levende Hongaarse litterator zouden willen geven, bij wijze van demonstratie. Maar de moeilijkheid is, dat men tot dusver geen uitgeweken Hongaar heeft kunnen vinden, wiens lit teraire capaciteiten hem in aanmerking zouden doen komen voor de Nobelprijs. De discriminatie zal de gemoederen be zig blijven houden tot de wet gewijzigd is. Het is opmerkelijk, dat de druk van Aus tralische zijde om tot wetswijziging over te gaan, thans al groter is dan die van de kant der immigranten zelf. Doch dit is na tuurlijk slechts uiterlijke schyn, want er zijn talloos vele immigranten, die te be schroomd zy'n om zich in het openbaar te uiten. De Australische politicus daaren tegen kent het klappen van de zweep en daarom knalt hij harder. OOK ZONDER dat wij in onze va- kantie door de regen weggespoeld wor- den weten we, dat het water in de ge- schiedenis van ons volk een grote rol speelt. Van die verbondenheid legt een aantal namen getuigenis af. In geheel West-Europa was A of Aa (afkomstig van een germaanse grondvorm ahwa) j de oude aanduiding van water. Nog steeds dragen binnen onze grenzen niet minder dan vierenveertig riviertjes j deze naam. De bekendste daarvan zijn de A in Noord-Brabant, de Steenwijker A, de Almelose A, de Westerwoldse A en de Pekel-A, die men in de plaats- namen Oude- en Nieuwe-Pekela terug- vindt. FAMILIENAMEN werden weer van die waternamen afgeleid, het zijn Van der Aa, Van Ouderaa, Van der Ouwe- raa, Traa (samengetrokken uit Ter Aa), Minderaa, Van de Wiekeraa en Wyke- raa. Door klankverschuiving werd ook Ee de aanduiding van waterlopen. De Oude Ee in Groningen en de plaats naam Edam herinneren daaraan, dit geldt ook voor de geslachtsnamen Van Ee en Eestra. Wie weet hoe een ras echte Amsterdammer de e-klank ten gehore brengt begrjjpt, dat IJ de naam van de voormalige inham van de Zui derzee kon worden, waar zyn stad de opkomst aan dankt. En een ei-land is vanouds een land, dat in water ligt. Wat het Amsterdamse IJ betreft, dit werd na de afsluiting in 1865 vrijwel geheel ingepolderd. Als vaarwater herkreeg het de betekenis toen het Noordzee- kanaal tot stand kwam. Opnieuw stond het IJ-water in verbinding met een zee. IJmuiden werd de plaats genoemd, die bij de sluizen ontstond. Stellig een goe de vondst van de naambedenkers uit 1876. MUIDEN was oudtijds in onze ge- westen de benaming van een uitmon- ding. Bij het stadje Muiden stroomde de Vecht in zee, we kennen ook de plaatsnamen Genemuiden, Arnemuiden en Dixmuiden. Een Engelse stad, die eveneens aan een riviermond ontstond, is Plymouth, dat in de rapporten van admiraal De Ruyter steevast als Pley- muiden voorkomt. De twee IJsels, die op ons grondgebied stromen, leidden tot de namen van de Overyselse ge- i meente IJselmuiden en het Zuidhol- landse eiland IJselmonde, die dezelfde j betekenis hebben. Aan het stadje zyn de geslachtsnamen Van Isselmuden en IJsselmuiden ontleend. Al waren de j IJmuidense sluizen indertijd een formi- dabele nieuwigheid, sluizen bouwden onze voorouders toen reeds eeuwen. Vele plaats- en familienamen bewaren de herinnering aan die activiteit: Nieuwersluis, Versluys, Blokzijl, Ver- j zyl, Zijlstra, Oldenziel, Van 't Sas. De geslachtsnaam Van 't Verlaat (een schutsluis) hoort ook in deze groep thuis en de familie Voorspuy dankt.i haar naam aan een sluis, die voor het spuien van overtollig water gebruikt werd. DE GRONINGERS noemden een ge- graven water een diep, vandaar de fa- milienamen Westcrdiep en Overdiep. Elders gaf men een gedolven waterloop de naam delf. De stad Delft dankt er de naam aan, in Delfzijl sloot een sluis C zo'n delf af. Bruggen, dammen en dij- ken deden eveneens een flink aantal namen ontstaan: Ten Brugge, Verbrug- gen, Bruggeman, Brugmans, Meulen- bruggen. Ten Bruggencate (hier stond een kleine boerderij nabij een brug), j Verdam, Damstra, Hoogendam, Koe- dam, Nieuwendam, Nijdam, Bij de Dijk, Dijkmans, Dijkstra, Hoogendyk, Meu- lendyk, Kerkdijk, Oosterdijk en zo nog ettelijke dozijnen meer. Ook aan poe- len, sloten en vlieten was geen gebrek, j vandaar dat we in onze telefoonboeken j de namen Van der Poel, Poelstra, Poel- man, Zwanepoel, Diepersloot, Kerk- j sloot, Versloot, Molenvliet, Noorder- J vliet en Vervliet lezen. Beken vinden we in de namen Verbeek, Beekhuis, r Molenbeek, Visbeek en Buytenbeek terug. Merkelbach (oorspronkelijk Mar- kelbach), Borrebach, Gertenbach, Kei- lenbach en Steinbach behoren tot de f vele op -bach eindigende namen, die j uit Duitsland tot ons kwamen. J. G. de Boer van der Ley

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 17