„Atmosfeer van rechteloosheid in Indonesië wordt velen te machtig" ephyr 8150.- A Parlementair commentaar Ook de Kamer verontwaardigd over wat in Indonesië gebeurt ^Praatótoel FORD Geee respect De regeringsverklaring over Indonesië GEERT HOOGEVEEN 3 Van dag tot Verhoging risicopremie voor reizen naar Indonesië Zware psychische druk Heringa Wathrich BLIKSEMAFLEIDERS Regeringsverklaring over Indonesië Speciale commissie van overleg voor repatriëring Omstandigheden lopen uiteen Dank aan Singapore Op de DE OFFICIAL FORD DEALERS UiNSUAG 24 DECEMBER 1957 r. De regeringsverklaring, door minister Luns uitgesproken in de Kamer, en de daaropvolgende debatten over de Indone sische situatie, hebben wel zeer duidelijk de ernst gemarkeerd, waarmee hier te lande deze situatie wordt beoordeeld. Deze ernst is Vllicht nu ook doorgedron gen tot het buitenland, met name tot de grote mogendheden, aangezien de door de Xederlandse regering aan de UNO gezon den protestnota niet verdoezelde hoe hoog de Indonesische maatregelen worden op genomen. Een sterk argument voor de grootst mogelijke aandacht der UNO voor de klacht van Nederland is ongetwijfeld het feit, dat een volkomen reguliere UNO-be- handeling van het Nederlands-Indonesi- ?che geschil werd gevolg door een reeks «•raakmaatregelen tegen Nederlanders en Nederlandse belangen in Indonesië, waar uit immers een volkomen gebrek aan respect voor de UNO-uitspraak blijkt. De nota zegt dan ook terecht dat de Indonesi sche acties moeten worden gezien als po gingen om met onwettige middelen datgene te bereiken, wat langs de wettige UNO- weg niet verkregen kon worden. De UNO is in deze kwestie zeer nauw betrokken, niet alleen door haar laatste uitspraak ten aanzien van Nieuw Guinea, doch eveneens door haar rol in de ganse liquidatie-procedure van het Nederlandse gezag in Indonesië en de opbouw van een nieuwe verhouding tussen beide landen. Indonesië is een troetelkind van de UNO geweest, toen het erop aankwam de plaats van dat land in de wereld opnieuw vast Ie stellen in het licht van de na-oorlogse, veranderde verhoudingen. Nederland heeft in het verleden het gezag van de UNO daarbij aanvaard en gerespecteerd. De houding van Indonesië op dit moment moet objectieve waarnemers in het buitenland, die waarde hechten aan een versteviging van de invloed der UNO bij conflicten, pijnlijke gevoelens geven, nu de situatie in het Oosten tengevolge van de sterke infiltratiepogingen van het communisme zeer onstabiel is geworden en veel is ko men af te hangen van de standvastigheid der volken, die verbonden zijn met het Westen door hun democratische instelling. Het Westen moet wel veel van zijn ver trouwen in zijn beschermeling Indonesië hebben verloren; het is te hopen dat bij een eventuele nieuwe behandeling der Indonesische kwestie door de UNO deze vermindering van vertrouwen tot uiting zal komen, en dat zij niet langer lijdelijk zal blijven toezien, zoals tot dusver het geval is geweest. De regeringsverklaring over de gebeurtenissen in Indonesië, welke minister Luns maandagmiddag in de Tweede Kamer aflegde en waarvan wij reeds enkele punten hebben weergegeven, begon met de constatering, dat „de situatie in Indonesië de laatste drie weken in ernstige mate is verslechterd". Sprekende over de uitzichten van de Nederlandse bedrijven in de republiek, zei de minister: „De Indonesische regering heeft tegen het Nederlandse bedrijfsleven maat regelen genomen of toegelaten, welke een ernstige aantasting betekenen van de rechtspositie der getroffen bedrijven, de bedrijfsuitoefening in hoge mate hebben belemmerd en in vele gevallen zelfs onmogelijk maken." In Londen is een scherpe verhoging van de tarieven tot dekking van het risico van oorlog, staking, opstand en burgeroorlog bekend gemaakt voor reizen naar, van of tussen havens in Indonesië en/of Neder lands Nieuw-Guinea. De commissie van het Londense „Insti tute of Underwriters", die de tarieven voor oorlogsrisico vaststelt, heeft bepaald dat, onmiddellijk ingaand, het tarief thans vijf shilling per 100 pond sterling zal bedragen, tegen tevoren twee shilling. „Uit de persberichten zal de Kamer be kend zijn dat door het optreden van de Indonesische vakbond van scheepvaart- personeel voor de K.P.M. een vrije be drijfsuitoefening onmogelijk werd, als ge volg waarvan de schepen van de K.P.M. zich zoveel mogelijk in havens buiten In donesië in veiligheid hebben gesteld. Van Indonesische zijde is getracht dit onrecht matig te verhinderen door Nederlandse schepen te dwingen koers te zetten naar Indonesische havens, waar deze schepen tot op heden worden vastgehouden. Hier bij hebben zich gevallen van muiterij en zelfs van vervanging van de Nederlandse vlag door de Indonesische voorgedaan. De zogenaamde overname van de K.P.M. is gevolgd door overeenkomstig optreden te gen Nederlandse banken, handelshuizen en industriële en cultuur-ondernemingen. Van Indonesische zijde worden over dit anti-Nederlandse optreden velerlei vaak met elkaar strijdige verklaringen gepubli ceerd. De officiële Indonesische publici teit over de anti-Nederlandse acties is er op gericht in het buitenland de indruk te wekken, dat het Indonesische optreden in genen dele strijdig is met volkenrechte lijke en andere algemeen aanvaarde nor men. Er wordt dan gezegd, dat de bedrij ven niet geconfisqueerd of genationali seerd worden doch slechts tijdelijk in be heer genomen. Openlijk is daaraan toege voegd, dat niet van nationalisatie moet worden gesproken, want dat er dan scha deloosstelling zou moeten worden betaald. Daaruit blijkt de bedoeling wel zeer duide lijk. De Indonesische minister-president beroept zich op een van vóór de ooi-log daterende Nederlands-Indische verorde ning, maar het is duidelijk, dat hier sprake is van een volkenrechtelijk volstrekt on rechtmatige détournement de pouvoir. In een memorandum, dat door de permanente Indonesische missie bij de UNO is ver spreid, wordt verklaard, dat de recente maatregelen van de Indonesische regering alle in overeenstemming zijn met het in ternationale recht en dat de essentiële be ginselen van de menselijke rechten daarbij zijn geëerbiedigd. Volgens dit memoran dum heeft de Indonesische regering Ne derlandse bedrijven tijdelijk onder admi nistratieve controle gesteld met het doel om excessen van de zijde van extreme elementen te voorkomen. Deze Indone sische voorstelling van zaken is met de feiten in flagrante strijd", aldus ror. Luns. „De anti-Nederlandse activiteiten, zoals het optreden van vakbonden en boycot acties të'gen de Nederlanders zijn in feite door de Indonesische overheid aangemoe digd, georganiseerd en geleid. De Indone sische minister van' Voorlichting trad daarbij op als voorzitter van het zoge naamde „Irian Bevrijdingscomité", van hetwelk de anti-Nederlandse campagne is uitgegaan. De zogenaamde overname van Neder landse bedrijven betekent feitelijk, dat bij deze bedrfjven de leiding en de zeggen schap aan de wettige bedrijfsvoerders zijn ontnomen. Dit geldt zowel voor de be drijven, waarin de vakhonden heer en meester zijn als voor velen van die welke zogenaamd onder beheer van het militair gezag zijn gesteld. Op Sumatra's oostkust bijvoorbeeld is aan de Nederlandse be drijfsleiders verboden contact te onder houden met hun hoofddirecties, elders staat dit contact onder Indonesische con trole. Dit alles wijst op niet anders dan (Van onze parlementaire redacteur) Eensgezind, met uitzondering dan van de communisten, bleek de Tweede Ka mer, achter de regering te staan, wat aan gaat het door haar in de jongste, uiterma te moeilijke weken, met betrekking tot de verwikkelingen in en met Indonesië ge voerde beleid. Diezelfde eensgezindheid viel ook te beluisteren in de welverdiende lof, die minister Luns en met hem het ka binet mocht oogsten voor het wijze zelfbe dwang, dat maandagmiddag uit de door de minister uitgesproken regeringsverklaring sprak. Dat, niettegenstaande Indonesië ge zondigd heeft tegen recht en wet, tegen het volkenrecht en tegen de menselijke rech ten de Nederlandse regering de deur niet definitief gesloten heeft voor het voeren van een gesprek, hoe klein ook de van In donesische kant nog opengelaten kier mo ge zijn, kon insgelijks bij de verschillende sprekers instemming ontmoeten. Overi gens viel er op dit punt nog wel enig onder scheid waar te nemen. Immers, naast de afgevaardigden, die zich er toe bepaalden juist te achten, dat onzerzijds niet volsla gen uitgesloten genoemd wordt, dat het toch nog eens tot een gesprek zou komen, ging de woordvoerder van de fractie van de Partij van de Arbeid bepaald iets ver der. De heer Willems door ongesteld heid was de fractievoorzitter, mr. Burger, afwezig sprak namelijk de verwach ting uit, dat als de construktieve krachten ginds op een gegeven ogenblik de overhand mochten krijgen (hetgeen op het moment helaas allerminst het geval is), de rege ring bereid zal zijn de dan door die krach ten misschien uit te steken verzoenende hand te grijpen en dat Nederland dan ook zou willen meehelpen het economisch o- verwicht in Indonesië te herstellen. Deze afgevaardigde liet niet in twijfel, evenzeer als de anderen het Nederlands- Indonesisch meningsverschil over Nieuw- Guinea slechts als een voorwendsel te be schouwen voor een optreden, dat hij slechts kon zien als een gevolg van over heersing van de destruktieve krachten, die thans hun slag wensen te slaan. Hetgeen er nu gebeurt is een schok voor de crediet- waardigheid van Azië. Dat dienden wij vooral ook tegenover het buitenland te on derstrepen. Op die manier zou het nuttig zijn de tegenwoordige problemen in het in ternationale kader te plaatsen. Dat ver diende de voorkeur boven de toon van na tionaal zelfbeklag, die volgens de heer een doelbewuste, nauwelijks gecamou fleerde politiek om zich wederrechtelijk van Nederlandse bedrijven meester te maken. Uit allerlei officiële verklaringen blijkt, dat de eigenlijke opzet is de Nederlandse bedrijven het verder werken in Indonesië economisch in het belang van beide landen onmogelijk te maken. Dit brengt mij op de omstandigheden waaronder onze landgenoten thans in In donesië verblijven en moeten werken. „De maatregelen tegen de Nederlandse bedrijven gaan gepaard met een bejege ning van de Nederlanders welke hen onder zware psycnische druk heeft gesteld. De Nederlandse gemeenschap leeft door de omstandigheden welke door de anti-Ne derlandse acties en overheidsmaatregelen zijn geschapen in beklemmende onzeker heid over haar toekomst. Een sprekend voorbeeld van de willekeur en rechteloos heid, waardoor het optreden tegen de Ne derlanders in Indonesië wordt geken merkt, is wel het verbod om zonder ver gunning persoonlijke bezittingen te ver kopen waardoor met name zij die uit In donesië wensen te vertrekken, nog extra worden gedupeerd", aldus minister Luns. Wèl heeft de Indonesische minister-presi dent op het telegrafisch verzoek van de minister-president, om aan de evacuatie van Nederlanders medewerking te ver lenen, geantwoord dat de Indonesische regering terzake haar volle medewerking zal geven. Bovendien is bij herhaling offi cieel verklaard, dat ieder die zulks wenst, het land zal kunnen verlaten. Dat op dit recht in verschillende gevallen reeds in breuk werd gemaakt, gaat dan ook alle perken te buiten. In dit verband herinnerde hij aan het decreet waarbij de Nederlandse consulaire vertegenwoordigingen aanstonds dienden te worden gesloten. De regering had een bevriende mogend heid bereid gevonden de behartiging van de consulaire belangen in de plaatsen, waar een consulaat van deze mogendheid is gevestigd, over te nemen. De Indonesi sche regering heeft evenwel ook het ver zoek van deze mogendheid geweigerd op grond van de overweging, dat hieraan geen behoefte bestond. Door deze beslis sing is de Nederlandse gemeenschap, welke onder de huidige abnormale omstan digheden meer dan ooit consulaire bystand behoeft, hiervan thans verstoken. Alleen de consulaire afdeling van de diplomatieke vertegenwoordiging te Djakarta zet haar werkzaamheden voort. De regering heeft op grond van de binnengekomen rappor ten de sterke indruk dat vele van onze landgenoten in Indonesië niets liever wil len dan dit land zo spoedig mogelijk te verlaten. Het leven in een atmosfeer van rechts onzekerheid, ja rechteloosheid, als daar heerst, waar iedere dag nieuwe anti-Ne derlandse maatregelen het leven kunnen bemoeilijken, waar men niet zeker is van zijn eigendom en waar men zich bevindt in een omgeving van van overheidswege georganiseerde of aangewakkerde tegen zich gerichte acties, wordt velen te machtig". Herinnerend aan de behandeling van de kwestie in de NAVO, zeide mr. Luns, „dat de discussie zich uiteraard niet heeft be perkt tot de zuiver Nederlandse aspecten, doch zich met name heeft beziggehouden met het wijdere politieke belang dat het gehele westen heeft bij ontwikkelingen asl deze, evenals de NAVO zulks heeft gedaan ten aanzien van de ontwikkelingen in het Nabije-Oosten". Ook hier te lande zal de aankomst van een zo groot aantal landgenoten vele moei lijkheden met zich brengen. Mijn ambtge note van Maatschappelijk Werk treft in verband hiermede voorbereidingen en het particulier initiatief zal daarbij eveneens goede diensten kunnen bewijzen. Het Ne derlandse Rode Kruis en het Centraal comité voor kerkelijk en particulier initia tief zijn terzake reeds in overleg getreden. De repatriëring en opvang in Nederland zullen de belangrijkste kosten voor de schatkist medebrengen, terwijl ook de Ne derlandse deviezenpositie belast zal wor den met belangrijke uitgaven. Het is on mogelijk in het huidige stadium nu nog niet bekend is welke omvang deze repa triëring zal aannemen een schatting te geven van de bedragen die hiermede voor budget en betalingsbalans gemoeid zullen zijn. Hij besloot de verklaring als volgt: „Het lijkt mij ook hier de plaats een woord te zeggen over de moeilijkheden van een ge sprek tussen de Indonesische en Neder landse regering. Gedurende de afgelopen jaren heeft de Nederlandse regering grote bereidheid vertoond over tal van aange legenheden met de Indonesische regering te spreken ondanks de voortdurende een zijdige verdragsbreuk van de zijde van Indonesië en tal van andere tegen Neder land of Nederlanders genomen maatrege- ADVERTENTJE Haarlem (Van onze Kamerverslaggever) Na de regeringsverklaring over Indonesië heeft de Tweede Kamer, met uitzonde ring van de communisten, zich gisteren aangesloten bij de gevoelens van veront waardiging over de schendingen van recht en wet in Indonesië, waarvan Nederland en de Nederlanders de dupe zijn en waarvan de vrije wereld, als zij niet op haar tellen past, de dupe zal worden. Men sprak zijn vertrouwen uit in het beleid van de regering. Er werd een speciale Kamercommissie van dertien leden ingesteld voor het onderhouden van voortdurend overleg met de regering over de repatriëring. Op aan drang van de Kamer verklaarde minister Luns dat de regering de voorschotregeling voor de overtocht van Singapore naar Nederland loyaal en soepel zal toepassen. Van de aangekondigde uitbreiding van het Indonesische zeegebied zal Nederland zich in de praktijk niets aantrekken. De heren Romme (K.V.P.), Oud (V.V.D.) en Tilanus (C.H.U.) getuigden niet alleen van hun medeleven met de Nederlanders in Indonesië, maar ook met de Indonesiërs, die misschien het ergst gedupeerd zullen worden. len. Hoewel in principe dezelfde geneigd heid ook thans nog bestaat, moet in alle duidelijkheid worden gezegd, dat in de schaduw van de ongehoorde maatregelen, welke thans in Indonesië worden genomen de basis van een eventueel gespr'ek wel uitermate smal is geworden". De minister deed vervolgens nog enige mededelingen omtrent de maatregelen, welke de regering in 't belang van de be proefde landgenoten heeft genomen. „Zij stelt zich op het standpunt, dat zij voor zover het in haar vermogen ligt de Ne derlanders, die uit Indonesië wensen te vertrekken, daartoe in de gelegenheid moet stellen. Zij heeft zich onthouden van advies aan de Nederlanders in Indonesië om, het zij aldaar te blijven, hetzij dat land te ver laten. Naar haar mening dient de beslissing over deze vraag aan deze Nederlanders te worden overgelaten. De omstandigheden zijn namelijk in verschillende streken zeer uiteenlopend." „Er zijn bij de verwerking van de aan vragen tot vertrek in Indonesië grote moei lijkheden te overwinnen. Het zal duidelijk zijn, dat door de sluiting van de Neder landse consulaire vertegenwoordigingen, het behandelen van aanvragen van buiten Djakarta en de voorbereiding voor de boekingen in andere havenplaatsen ten zeerste worden verzwaard. De bericht geving uit andere plaatsen is hierdoor eveneens zeer gebrekkig. De Indonesische regering is op deze onredelijke consequen tie bij herhaling gewezen, doch zij is niet bereid gebleken van haar beslissing terug te komen. Het ingediende protest is afge wezen met de onhoudbare motivering, dat voortzetting van de werkzaamheden van de consulaten „geen nut" heeft. Het interna tionale Rode Kruis heeft met veel begrip gereageerd op het Nederlandse verzoek de behulpzame hand te bieden in de moeilijke omstandigheden van onze landgenoten, en zich bereid verklaard zich ter plaatse te oriënteren", aldus minister Luns. „Het is mij een behoefte om van deze plaats de oprechte dank van de Neder landse regering te betuigen aan de regering van Singapore en Australië voor de door haar verleende medewerking in deze. Daardoor is het mogelijk geweest een pen deldienst naar Singapore te organiseren. De door de omstandigheden veroorzaakte noodzaak om vertrek te stellen bóven re patriëring heeft de regering ook doen be sluiten om de kosten van afvoer van hen, die met regeringsschepen naar Singapore worden overgebracht volledig ten laste van het rijk te nemen, evenals de kosten van verblijf van hen in door de regering te Sin gapore ter beschikking gestelde kampen. Ten aanzien van de afvoer naar Nederland of elders heeft de regering zich op het standpunt gesteld, dat de kosten daarvan in beginsel moeten worden gedragen door de betrokkenen of hun werkgevers. Uiter aard wordt aan hem, die tot betaling van hun overtocht naar Nederland niet in staat zijn, van rijkswege een voorschot verstrekt. De kerstkaars-engel Het kind stond met zijn moeder voor een étalage van kerstartikelen. Het keek zwij gend mee naar de kerstboomsneeuw, de kerstboomslingers, de kerstboomkaarsjes. Terwijl zijn moeder zocht en overwoog, wat zij kopen zou, hechtte zijn blik zich aan een kerstkaars-engeltje. Het engeltje had een rose gezicht, twee rose, biddende handjes, geel krulhaar, een wijd, wit engelenkleed en twee bleekblauwe vleugels, die niet helemaal de kleur gepakt hadden en bij de schouders eindigden in streperig wit. Middenop het hoofd uit het gele krulhaar stak een puntje van de pit. „Ik wou die", zei het kind en wees naar de kerstkaars-engel. „Niet een gekleurde bol?", vroeg de moe der, „of zo'n gouden trompetje om aan de kerstboom te hangen? Of een glazen vogel kooitje?" „Nee". Het kind schudde zijn hoofd. „Die", zei hij en zijn vinger wees nog naar de engel. Zijn moeder ging de winkel binnen en kocht de kerstkaars-engel voor hem. Hij lachte liefkozend naar het pakje toen hij het. van haar aannam.. Thuis liep hij met het engeltje in zijn gesloten hand rond, hij liet het niet los, hij wilde het onafgebroken tegen zijn vingers voelen. Op kerstmorgen moest hij het van zijn moeder bij de kerstboom zetten. Hij pro beerde wikkend en wegend verschillende plaatsen: onder een onversierde tak; in de buurt van een rinkelend, glinsterend molen tje; tegenover een kerstman van rood vilt met een gemeen, papieren gezicht. Geen ervan beviel hem, hij zocht naar een betere plek. Bij de kribbe. Zonder aarzelen schoof hij de engel voor de kribbe van de kerststal, die terzijde van de boom stond opgesteld. „Moeder, bij de kribbe", zei het kind, aan het voeteneinde staat hij". In de avond temidden van het licht van alle kerstboomkaarsen brandde de kerst- kaars-engel mee, een klein, sereen vlamme tje midden op zijn onbeweeglijk hoofd, dragend. En het vlammetje wierp schijnsel en schaduw over het Jezusbeeld in de kribbe. Tegen het eind van de kerstavond, waren bijna al de kaarsen opgebrand.. Sommige wapperden vog onrustig met hun vlam, andere doofden kleiner wordend geruis loos. De moeder deed het elektrische licht in de kamer weer aan. „Mijn engel", zei het kind ineens en draaide zich om, om naar zijn engel te zien. Op hetzelfde ogenblik strekte de moeder haar hand uit vóór de opgebrande engel, om het kind de aanblik van het gesmolten hoopje kaarsvet te besparen. Maar het kind begreep het al en keek fel over de hand van zijn moeder heen. Zijn blik haakte even ontsteld, aan het kaarsvet aan de voet van de kribbe. Dan trok een langzame glimlach over zijn gezicht, en naar zijn moeder opkijkend zei hij zacht verheugd: „Zag je dat, mijn engel heeft de voetjes van het. Jezuskind gewarmd". Maps Valk ADVERTENTIE Willems al te zeer in de jongste i-egerings- verklaring op de voorgrond stond. Tegen over deze, niet door de overige sprekers gedeelde critiek, kon minister Luns er op wijzen, dat uit de aard der zaak klanken, gelijk de Kamer nu gehoord had, daar op haar plaats waren. En ook, dat bij haar op treden op internationaal gebied de rege ring wel degelijk voor een belichting zorg heeft gedragen, gelijk de heer Willems aanbeval. Meer dan één van de sprekers had te kennen gegeven geen onverdeelde bewon dering te kunnen koesteren voor de geda ne mededelingen omtrent het stelsel van verlening van voorschotten aan repatrië- renden, die zelf de kosten van hun terug reis van Singapore naar Nederland niet zouden kunnen betalen, en ook hun werk gevers daartoe niet in staat zouden zijn. Minister Luns kon echter de verzekering geven, dat toepassing van de maatregelen op royale en soepele wijze zal geschieden. De regeringsverklaring muntte door be zonnen soberheid uit. Dat was eveneens het geval met de daarop gevoerde gedach- tenwisseling. De kamer gaf aldus blijk mét de heer Willems te beseffen, dat de re gering zich in de gegeven omstandigheden genoopt ziet van stap tot stap haar houding te bepalen in een nog zeer onoverzich telijk proces. Daarom hadden uitvoerige beschouwingen thans geen zin. Verstandig was het, slechts onder aantekening van het communistische tegen, genomen be sluit, overeenkomstig het door prof. Rom me geopperde denkbeeld, een bijzondere commissie te benoemen. Daarmee zullen de ministers zonder dat daardoor ook maar enigermate de door de commissie voor Buitenlandse Zaken ingenomen plaats in het gedrang zal komen het no dige contact kunnen onderhouden, spe ciaal in verband met de problemen inzake de repatriëring. De Kamer, die eerst met 101 tegen 26 stemmen (V.V.D., A.R. en Communisten) het ontwerp tot tijdelijke wijziging van de verdelingssleutel in de betaling van de werkloosheidsverzekering-premie goed keurde, was merkbaar onder de indruk van de ernst van al het tragische, dat zich in Indonesië afspeelt. Voorzitter Korten- horst liet dan ook zijn vóó het kerstreces gebruikelijk overzicht van in de jongste maanden verrichte werkzaamheden ach terwege en bepaalde zich tot een betuiging van medeleven met onze beproefde land genoten in Indonesië. De overgrote meerderheid van de Kamer had er begrip voor dat de regering aan de Nederlanders in Indonesië geen advies heeft gegeven omtrent blijven of vertrek ken. Wat de voorschotregeling betreft, zei prof. Romme dat de omstandigheden geheel anders zijn dan die, welke gelden voor de reeds jaren bestaande voorschot regeling. Wat de verwarrende bericht geving van Indonesische zijde betreft, had hij de indruk dat dit een welbewuste tak- tiek was. Voordat het debat in de Ver enigde Naties begon over Nieuw-Guinea, heeft premier Djuanda aangekondigd dat maatregelen zouden worden genomen, waarvan de wereld versteld zou staan, in dien de Verenigde Naties Indonesië zouden teleurstellen. In het licht van hetgeen is gebeurd en nog gaande is, heeft hij niet teveel gezegd, aldus prof. Romme, maar het is beschamend voor zijn land. Overi gens wordt zijn land door de maatregelen het ergst getroffen en daarheen gaat onze bezorgdheid tevens uit. Aan de Indonesische Nieuw-Guinea- politiek als vrijheidspolitiek heeft prof. Romme nooit geloofd. Die politiek is alleen een instrument voor een anti-Nederlandse politiek en die is weer een instrument voor de binnenlandse politieke machts strijd. Prof. Romme eindigde met de drie voudige bede, dat God Indonesië moge beschermen en haar leiders tot bezinning moge brengen, dat wijsheid wordt geschon ken aan de leiders van de vrije wereld en dal. de Nederlandse regering kalmte en bezadigdheid zal paren aan onverzettelijk heid. „Machteloos" Prof. Oud (V.V.D.) had voor de rustige en beheerste regeringsverklaring grote waardering. Het beeld van de gebeurtenis sen in Indonesië na de souvereiniteitsover- dracht geeft voortdurende rechtsschendin- gen te zien. Men staat helaas in de wereld machteloos tegen schendingen van het in ternationale recht. Het is jammer dat wij zo weinig vertrouwen kunnen stellen in de Verenigde Naties en het is daarom begrij pelijk dat de regering meer heeft ver wacht van de NAVO, zei prof. Oud, die verwachtte dat repatriëring van Nederlan ders zo gemakkelijk mogelijk gemaakt zal worden, omdat het een nationale zaak is. Indonesië wordt bedreigd door het ver lies van de kortstondig genoten vrijheid. Zo zag de heer Willems (P.v.d.A.) de ontwikkeling in Indonesië. Sedert de sou- vereiniteitsoverdracht hebben de vernie tigende krachten de opbouwende krachten steeds overheerst, met het gevolg dat de Indonesische bevolking in een poel van ellende wordt gestort. De geschiedenis vraagt altijd tijd voor een vreedzame op lossing van geschillen, zoals dat over Nieuw Guinea, maar de vernietigende krachten hebben niets nagelaten om een vreedzame ontwikkeling te ondermijnen. Het is nog niet te zeggen hoe en door wie in Indonesië de orde zal worden her steld. Men kan volgens de heer Willems geen vertrouwen stellen in een regering, die in het parlement afhankelijk is van de communisten. Indien echter de opbouwen de krachten de overhand krijgen, dan ver trouwt hij dat de regering begrip voor deze nieuwe toestand zal willen tonen. De zaken zijn inderdaad zo beschamend als in de regeringsverklaring is gesteld, maar de heer Willems had te sterk een toon van nationaal zelfbeklag gehoord. Hij vroeg zich af of het niet beter zou zijn de ogen van de wereld te openen voor het gevaar van uitbreiding van het commu nisme in Azië en de Pacific, die daarvan totnutoe vrij waren gebleven. Zo'n inter nationale argumentatie zal onze mensen in Indonesië meer helpen dan nationaal zelf beklag, meende hij. „Uitleven der revolutie" De gehele gang van zaken in Indonesië vond de heer Bruins Slot (A.R.) het konsekwent uitleven van de revolutie zoals Sukarno die ziet. Het. is de vraag of dit op iets anders kan uitlopen dan communisme volgens Chinees model. Ook ds Zandt (S.G.P.) verklaarde dat de gang van zaken in Indonesië was te voorzien omdat Sukarno reeds vóór de souvereiniteitsoverdracht sprak: „Snijd alle Nederlanders de hals af". Hij drong aan op een volkomen vergoeding van de gemaakte kosten voor repatriëring. Evenals de heer Bruins Slot was hij van mening, dat het onjuist zou zijn degenen die moeten eva cueren te belasten met een schuld van de overtocht als zij in Nederland een nieuw bestaan moeten opbouwen. Ook de heer Tilanus (C.H.U.) drong aan op een soepele toepassing van de voorschotregeling. Overigens had de wijze en bezonnen regeringsverklaring op hem een bevredigende indruk gemaakt. Geen zelfbeklag Minister Luns dankte voor de steun, die het regeringsbeleid had ondervonden. De uitbreiding van het Indonesische zee gebied zal de regering niet aanvaarden. In overleg met Amerika, Engeland en Austra lians juist nu interessant om met ons te komen b.v. over inruil van uw wagen. Informeer ook naar de Ford Consul en Ford Zodiac. Bel de official Ford Dealer in uw rayon vandaag nog Official Dealer voor Haarlem en omstreken van CONSUL ZEPHYR - ZODIAC Zijlweg 26 - Haarlem - Tel. 17296 lië zal naar de beste methode worden ge zocht om dit ter kennis van de regering van Indonesië te brengen. De bij de Ver enigde Naties ingeleide stappen dienen om zo nodig verder te kunnen gaan. Ook in dien daarvan geen resultaat kan worden verwacht is het toch een middel om de aandacht van de wereld op de rechtsschen- dingen in Indonesië te vestigen. Van een sterke toon van nationaal zelf beklag was minister Luns zich niet bewust geweest, maar in het nationale parlement zou deze toon passen. Die toon heeft in elk geval niet geklonken in internationaal ver band, zoals in de NAVO-conferentie. Daar is juist de aandacht gevestigd op de alge mene kant van de ontwikkeling in Indo nesië. Moeilyk contact Het is moeilijk de Nederlanders buiten Djakarta te helpen, nu onze consulaire vertegenwoordigingen gesloten zijn. Er zijn echter nog wel enige contacten moge lijk. Men heeft contact met plaatselijke comité's. er is contact met plaatselijke scheepvaart-agentschappen, er wordt ge tracht ambtenaren uit Djakarta uit te zen den en steun uit te keren via bank-agent- schappen Maar dat blijft alles lapwerk en daarom heerst er bezorgdheid. De minister wilde niet ingaan op het communistische betoog van de heer Bak ker (C.P.N.), die een gans andere taal had gesproken dan de overgrote meerderheid van het volk en de regering. De bericht geving uit Indonesië had de heer Bakker „de grootst mogelijke onzin" genoemd en van de regeringsverklaring zei hij dat deze vol insinuaties zat. Hij betoogde voorts dat het eigenlijk gaat om een nieuw streven, de Indonesische republiek om hals te bren gen. Alle pogingen om de klok terug te draaien, aldus de heer Bakker, zijn echter stuk gelopen op de kracht van het Indo nesische volk. Hij deed een beroep „op het laatste restje gezond verstand in de P.v.d.A. die in staat zou zijn de regering ten val te brengen". „Alleen al het wegjagen van Luns en Staf zou in staat zijn een golf van geestdrift door het land te jagen," zei de heer Bakker. Minister Luns sloeg dubbel van de lach en de hele Kamer lachte mee.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 5