VOORDELEN VAN CO NTINUCONTRACTEN
„Gezellige" vakken
De groeistuipen van Sydney
zijn vaak uitermate pijnlijk
Vervolg van pagina 4
Onderzoekingen
Doorgewinterde drinkers
Is systeembouw goedkoper dan traditionele f j
Zijn de resultaten mooi of lelijk
ZATERDAG 25 JANUARI 1958
E*blJ
PAGINA VIJF
jl. Toelichting bij de bovenstaande foto's
van links naar rechts. Men ziet eerst
ie primaire fase van het zogenaamde
mechanisch metselen bij het. systeem bak
steen-montage-bouw: de stenen worden in
het stalen baksteenpatroon, het draagvlak
,-an de lorrie, geplaatst. Vervolgens: het
bekistingsframe voor een volgens het
systeemKorrelbeton te bouwen woning.
Het houten geraamte heeft eerst voor de
maren op de begane grond dienst gedaan.
Nadat deze gestort zijn, wordt de bekis
ting naar de volgende woonlaag opge
heven. Hierboven: het plaatsen van een
schoorsteenelement op het dak van een
huizenblok, dat volgens het systeem-
Rottinghuis tot stand is gekomen. Hier
naast: de Nemavo-Airey-gevelconstructie
met balklagen aan de binnenzijde gezien,
Dóór het aanbrengen van de isolatieplaat
en de binnenmuur.
deelt en zich verbindt met de specie welke
in het volgende gat wordt gestort. In die
lichte holle blokken ontstaat dus een
vlechtwerk van beton, dat de eeuwen kan
trotseren. De mensen op de Muwibouw-
werken (een afkorting van het Rotterdam
se aannemingsbedrijf Muijs en De Winter)
hebben daar eerst zelf verrast van ge
staan. Wanneer op een gewoon bouwwerk
eens een muurtje verkeerd wordt geplaatst,
is het omhakken daarvan een kwestie van
een uur. Maar bij zo'n Muwivlechtwerk
moet de machinale hamer met compressor
eraan te pas komen. Wanneer men de be
tonnen blokken zou afhakken, dan zou men
het vlechtwerk toch altijd overhouden.
De Muwi-elementen worden op een fa
briek met een terrein van zes hectaren bij
Alphen aan de Rijn gefabriceerd, honderd
tien duizend per week, zijnde vijfduizend
woningen per jaar, want de gemiddelde
woning bevat zo'n duizend elementen. Om
dat men bij Muwi alles in het groot doet,
heeft men ook nog een fabriek in Enschedé
gesticht om aan de eisen van een daar
lopend continucontract te voldoen: Men
.fabriceert" er duizend woningen per jaar.
Zoals Nemavo-Airey in de montagebouw
het afzonderlijke element klein en licht
heeft gehouden, zo weegt het element bij
dit stapelprocédé van Muwi op z'n zwaarst
achttien kilogram: men is ervan uitgegaan,
dat elk element door één man gehanteerd
moet kunnen worden.
De voor holle stenen en vloerelementen
gebruikte materialen zijn lava en bims, af
gewerkte vulkaanprodukten, die met sche-
pen tot vijftienhonderd ton uit de Eifel tot
voor de fabriek aan de Oude Rijn worden
aangevoerd. Van de opslagplaatsen van
deze materialen naar de molens en de per
sen geschiedt het transport bij die persen
per vorkheftruck. Bij de pas gebouwde
vierde pers wordt door middel van een
sleepschop rechtstreeks van de bunker in
de molen gegoten. Eén man bedient zowel
de molen, waarin het natgehouden lavaliet
en de bims tezamen met het cement uit
een silo met duizend ton capaciteit wordt
gemengd, als de pers. Afhankelijk van het
gehalte van de lava of de bims wordt naar
behoefte nog zand toegevoegd. In de per
sen, welke onmiddellijk onder de molens
staan, worden vijf elementen tegelijk ge
stampt: achtduizend per achturige arbeids
dag. Die holle stenen worden door een ka
belbaan naar de droogplaats gebracht. En
passant zijn de bramen er nog afgeborsteld.
Van de droogplaats naar het tasveld wordt
opnieuw de honderdtwintig meter lange
kabelbaan gebruikt. Van de zeventig ar
beidskrachten op deee fabriek zijn er
slechts zeven gischoold.
OP ALLE systeembouwbedrijven is men
rusteloos in de weer om de toegepaste
methode te vervolmaken. Elk bedrijf be
steedt veel moeite, tijd en geld voor de
research, voor welk doel de leden van de
Vereniging van Systeembouwers nog eens
gezamenlijk dertigduizend gulden per jaar
opbrengen. Ook de Muwi-mensen zitten in
dat opzicht niet stil en zo konden we hun
laatste vondst bewonderen: een hoeksteen,
welke bij hoogbouw gewapend kan worden
en betonkolommen met bekisting over
bodig maakt. De stijfheid en sterkte van
zo'n Muwi-muur zijn trouwens verbazing
wekkend: zij fungeert als draagbalk en
scheurt pas bij een puntbelasting van vier-
eneenhalve ton.... De schone, gladde
Muwi-muur biedt ook besparingsmogelijk
heden op het stucadoorswerk. Op de kwali
teit der stenen wordt een strenge controle
toegepast. Zij worden elke veertien dagen
gekeurd en bovendien neemt Muwi geen
enkel risico bij de toepassing van zijn pro-
dukt: aannemingsbedrijven die ermee wil
len werken zullen een opzichter van Muwi
op hun bouwplaats moeten toelaten.
ZES SYSTEMEN, drie uitgangs-
punten, één doelstelling geheten ar-
beidsbesparing, minder manuren.
Een vraag dringt zich onwillekeurig
e op: welk systeem is het beste? De
technische medewerker van de Ver-
eniging van medewerkers, ir. K. R.
e Burger, zei ons voordat we de tocht
e langs de fabrieken en de bouwplaat-
sen begonnen: „Ik weet het niet. Elk
systeem heeft zyn eigen voor- en na-
e delen, maar ik heb geen voorkeur.
Ze zijn allemaal door rföksinstanties
goedgekeurd, ze zyn allemaal goed
e doordacht en worden met succes toe-
SS gepast." En wy dachten: „Dat moet
hij wel zeggen, want anders krijgt hy
e last met zyn zes bazen, de leden van
e de vereniging". Nu weten we dat hij
het meende en nog gelijk had ook.
e Men kan natuurlijk op gevoelsargu-
e menten het ene systeem aantrekke-
lyker vinden dan het andere. Maar
de enige nuchtere manier om zyn
voorkeur te bepalen is een aanbeste-
ding te houden waarop ze alle zes in-
e schrijven. De financiële factor zal
dan de doorslag geven. Door een des-
e kundige autoriteit is kort geleden
e opgemerkt, dat de Vereniging van
Systeembouwers de tendens heeft de
basisprijs op te schroeven en dat de
continucontracten daarom verwerpe-
lyk zyn. De systeembouwers hebben
zich over die uitlating oprecht ver-
e baasd en zich er soms ook over op-
e gewonden. Hoe nu? Heeft de over-
heid dan geen deskundige cijferaars
e meer, die elke bestedingssom en alle
e werkelijk gemaakte bouwkosten tot
op de laatste cent kunnen nareke-
nen? En bevat elk continucontract
e niet een clausule, waardoor elk voor-
delig verschil voor het allergrootste
deel aan de opdrachtgever toevalt?
STOCKHOLM Het is hier de laatste
dagen, voor ik dit schrijf, in de hoofdstad
van Zweden, niet erg koud geweest. Dat
wil zeggen, dat het geregeld een graad of
vier, vijf vroor en dat is voor Stockholm
niet koud in januari. Uit het noorden van
het land komen berichten, dat het daar
28 graden onder nul is en als de Zweden
dat horen kijken ze elkaar even verschrikt
aan. Want dan daagt opeens weer de rea
liteit van de naaste toekomst: dat komt
hier ook nog wel. En met die blik ontdekt
de bezoeker van dit land meteen een van
de meest geruststellende kwaliteiten van
de Zweedse bevolking: deze mensen kunnen
het ook koud hebben. Ik was hier nog nooit
geweest en ergens in mijn achterhoofd
had altijd zo'n idee gehangen van Zweden
en Noren, die vrolijk lachend met een
schillerkraagje tot half op de blondbe-
haarde borst open de poolnacht instormen
zulks op zoek naar tioijgen om zich
mee op het lichaam te slaan. Misschien
zijn er zulke Zweden, maar in Stockholm
houden zij zich dan verborgen. De man
nen lopen hier allemaal met somber ge
kleurde, vaak wat ouderwets gesneden
winterjassen en op hun hoofd hebben ze
een soort bonten Davy-Crockett-muts. Aan
dat hoofddeksel moet men wennen. De eer
ste dagen geeft het voortdurend de indruk
"an een heel volk, dat aan een filmhel
den-adoratie is ten onder gegaan.
De vrouwen, die mooi zijn in Zweden,
dragen dure bontjassen of andere jassen
net dure bontkragen en overschoenen.
Die overschoenen vervullen een voorna-
ne rol in het leven. Eergisteren ivas ik in
de Siockholmse Opera bij de bouw
waarvan men een knipoogje naar de Pa-
r'jse Opera niet achterwege heeft willen
laten en zag daar bij de garderobe alle-
naal mannen en vrouwen gebukt voor
de toonbank staan. Die trekken overschoe-
nen uit of verwisselen van schoenen.
Rijen voorovergebogen mensen. Als men
dan in de pauze van „Boris Godoenov"
langs de garderobe loopt, ziet men een
lange rij jassen en daaronder een wirwar
"an schoenen waar met krijt nummertjes
°P staan geschreven. Na afloop komt dan
hetzelfde schouwspel als tevoren. Nie
mand dringt, want het zou te gemakke
lijk rijn om ergens in de omgeving iemand
uit balans te stoten. En dat doet men niet.
Met behidp van
een torenkraan
worden de bakstenen
muurfragmenten op
hun plaats in het in
aanbouw zijnde blok
geplaatst. Aan de voet
van de kraan ziet
men deze muur ge
deelten (met spouw
muur compleet) ge
reed staan, evenals
een groot aantal
oioerelementen.
Weerspreekt het
feit van het gereed
komen van bijna ne
gentigduizend wo
ningen in 1957 de
noodzaak van sy
steembouw? Grote
getallen kunnen aan
het achterblijven van
de produktiviteit in
het bouwbedrijf niets
veranderen. De capa
citeit van de traditio
nele bouw zal in de
toekomst door het
schaarser worden van
vaklieden verder ver
minderen. Deson
danks zal tot in leng
te van jaren een pro-
duktie van ruim ze
ventigduizend wo
ningen per jaar nodig
blijven, vooral wan
neer er een begin
wordt gemaakt met
opruiming van krot
ten en sanering van
stadskernen.
Ook bij hun ontzagwekkend mooie onder
grondse spoorlijn dringen de Zweden niet.
Zij betalen de hoge prijs en laten zich ge
willig meevoeren op de menselijke stroom,
die tijdens de spitsuren dicht en snel is.
Maar uitstappers mogeneerst uitstappen
en daarna gaat iedereen zitten, wie een
plaats kan krijgen. Overwegingen van
dames-gaan-voor heb ik daarbij nog niet
in cle praktijk zien brengen. Zij gaan dat
blijkbaar niet.
AL EEN PAAR ochtenden had ik 's och
tends om negen uur een klein groepje
mannen onder mijn hotelraam, maar aan
de overkant van de straat, zien wachten
bij de deur van een textielwinkel. Om
negen uur precies ging die deur open en
dan repten zij zich allen naar binnen. Ik
dacht, dat zij er werkten. Maar een uurtje
geleden liep ik langs die dev.r en ik heb
eens goed gekeken. Welnu, die mannen
wérken er vast niet. Het bleek een winkel
te zijn van wat hfer met fantasie is ge
noemd de Nya System Aktiebolaget. e
in de winkels van de Nya System Ak- [s de systeembouw kwalitatief betrouwbaar? 1
tiebolaget verkoopt de Zweedse staat e
DE in dit artikel genoemde systemen werden door de Stichting Ratiobouw
onderzocht en goed bevonden, zij werden door het ministerie van Volkshuis- E
vesting en Bouwnijverheid erkend Ten aanzien van de sterkte en stijfheid,
de warmte-isolatie en de geluidwering is de systeembouw vaak in het voor-
deel boven de traditionele bouw. e
IN enkele gevallen kwam een systeembouwer inderdaad tot een iets lagere
kostprijs dan een aannemer van een vergelijkbaar object in traditionele bouw. e
e Het tegenovergestelde is eveneens voorgekomen. Systeembouw wordt dan e
ook niet gekozen om de financiële voordelen, maar om de besparing op het
aantal arbeidskrachten, hetgeen in deze tijd van woningnood enerzijds en
e schaarste aan bouwvakarbeiders anderzijds van aanzienlijk belang is. Men e
moet niet vergeten, dat bij een bouwsysteem grote kapitalen worden gein-
vesteerd in fabrieken met terreinen, molens, pompen en persen, in weten-
schappelijke en praktische onderzoekingen. Hoe meer huizen in systeem e
worden gebouwd, des te minder zullen deze investeringen op de kostprijs
drukken. Vandaar de aandrang der systeembouwers op continucontracten.
DE systeembouw is net zo mooi of lelijk als de architecten haar maken.
In de meeste gevallen kan het lekenoog de volgens systeem gebouwde
woningen zelfs in het geheel niet van traditionele bouw onderscheiden. En
e datzelfde geldt ten aanzien van het woongerief,
met kennelijke tegenzin flessen alcohol
aan zijn bevolking. Men vindt dit een zo
minderwaardig bedrijf, dat de winkel dus
verborgen wordt achter de valste etalage
van een naburige textielwinkel. In de slij
terij zelf staan vier kribbige ju.ffrouwen
onvriendelijk te doen tegen de klanten.
Als het er niet zo sterk naar akvavit rook,
zou men de indruk krijgen van een kan
toor van het bevolkingsregister of iets der
gelijks. Er hangen korzelige mededelin
gen aan de wand, waarin de arme klant
die de staat aanzienlijke winsten komt
bezorgen wordt verboden te roken, luid
te praten, zijn kinderen of zijn hond mee
te nemen en waarschijnlijk ook te lachen.
Tot voor kort hadden de Zweden distri
butiekaarten om in zulke winkels iets te
kopen. Dat is nu afgelopen. Maar binnen
hóór je de Zweedse staat denken: „Fout,
broer, dat je je goede geld weer aan de
alcohol verslingert. Maar je zult het we
ten!" En op dat moment snauwt dan de
winkeljuffrouw iets tegen je. v
De Zweden moeten doorgewinterde drin
kers zijn om dit te kunnen doorstaan.
Maar enfin, het vriest. En ook Zweden
kunnen het koud hebben.
A. S. H.
LEVITTOWN is één van de grootste
rorensen-nederzettingen op Long Island
bij New York. Evenals elders in Amerika
hebben ook daar de Sovjet-spoetniks on
rust verwekt. De ouders van de vele kin
deren in die gemeente hebben nu een bro
chure ontvangen, die hun wellicht de weg
wijst om uit de impasse te geraken: be
ter onderwijs! Die ouders kunnen in de
brochure namelijk lezen, dat een kind in
ie Sovjet-Unie, dat tien jaar naar school
*3 geweest, vier jaar scheikunde heeft ge-
Aad, vijf jaar natuurkunde, natuurlijke
üstorie en wiskunde, zes jaar vreemde
talen en een jaar sterrekunde. Meer dan
Je helft van de kinderen in Levittown. die
twaalf jaar naar school zijn geweest, heeft
echter helemaal geen onderricht in boven
genoemde vakken gehad. In het algemeen
daagt men er in deze tijd over, dat de
ónderen in Amerika veel te veel „a la
arte" kunnen kiezen wat zij leren willen.
3ij, die het zich gemakkelijk willen ma-
ben, kiezen dan van het menu de „gezel
lige" vakken, die weinig vergen.
(Van onze correspondent in Australië)
Australië is een land van grote tegen
stellingen. Twee jaar geleden schreven wij
over het natte Sydney, toen de zon bijna
een half jaar lang schuil bleef achter een
regendek. Thans ondergaat Sydney een
langdurige droogte en een verzengende
hitte. Op één dag, toen het 108 graden
Fahrenheit in de schaduw was, kwamen
zeven mensen om door de warmte. Twee
jaar geleden kon men in Nieuw Zuid Wa
les de ravage zien van geweldige over
stromingen. Thans gaat dit zelfde land ge
bukt onder een droogte van langer dan
acht maanden, die al evenveel slachtoffers
onder de veestapel heeft geëist als de wa
tervloed. Om dan van de bosbranden, die
telkens weer opschieten (en reeds vijf
mensenlevens hebben geëist) nog maar te
zwijgen.
Sydney is het ergste slachtoffer van de
droogte. Er is niet genoeg water om in
alle behoeften van de twee miljoen in
woners te voorzien. Na de zware straf
fen, die overtreders van de ordemaat
regelen ter beteugeling van bosbranden
zijn opgelegd, zijn het thans de clan
destiene waterverbruikers, die zonder par
don door de rechters worden aangepakt.
Groentekwekers en pluimveehouders lij
den zware verliezen en bloemen en plan
ten in particuliere tuinen verdrogen.
Voornamelijk de huisvrouwen vechten da
gelijks een verbeten strijd tegen de nood
zakelijk opgelegde beperking van het
waterverbruik.
Een stad van twee miljoen inwoners zou
tegen dergelijke eventualiteiten opgewas
sen moeten zijn, maar met Sydney is dat
niet het geval, want zij is uit haar krach
ten gegroeid. Nog dagelijks lijdt zij aan
groeistuipen, die vooral voor aan vele ge
makken gewende Nederlandse immigran
ten niet ongemerkt voorbij gaan. Die on
gemakken zijn voor hen zwaarder te dra
gen omdat zij in Nederland over riolering,
waterleiding en over geplaveide straten
en wegen beschikten. In het twintigste
eeuwse Sydney is het anders gesteld. Im
migranten wonen meestal niet in het
hartje van de stad, waar alle moderne
gemakken voor het grijpen liggen, maar
trekken meestal met hun gezinnen naar
de randgemeenten, waar de grond goed
koper is en de uitbreiding van de stad
zich voltrekt met de dag en met. het uur.
Zo ziet men een ontzagwekkende ont
wikkeling, die de autoriteiten voor pro
blemen stelt, welke zij niet naar behoren
kunnen oplossen. Dertien jaar na de oor
log wonen nog een half miljoen mensen in
randgemeenten, *die niet veel anders zijn
dan een wildernis met. huizen, gebouwd
tussen de bomen op stukken grond, die de
moderne pioniers dikwijls zelf hebben
schoongemaakt van bos en opgaand hout.
Men moet zich beslist niet voorstellen, dat
een randgemeente van Sydney ook maar
enigermate lijkt op Voorburg of Rijswijk,
op Amstelveen of Nieuwendam. O ja, de
huizen zijn mooi en modern, kleurig en
pittig, droomhuizen voor jonggehuwden,
rustpaleisjes voor ouderen, maar van de
twee miljoen mensen, die Sydney bevol
ken, moeten zeshonderdduizend het stellen
zonder riolering.
In die randgemeenten zijn ruwe wegen,
die in de regenperiode modderpoelen wor
den en in de droogte tot stof vergaan, zo
dat elke auto, die er over rijdt, grote zand
wolken opwerpt, die het stof tot in de
huizen brengen en het uitzicht belemme
ren. Deze wegen hebben geen goten, geen
voetpaden en geen drainering. zodat men
in de regentijd op blote voeten door het
water moet waden.
De ontzaglijke groei der randgemeenten,
die in een ononderbroken reeks tot veer
tig en meer kilometer van het centrum
der stad verwijderd liggen, heeft ook de
ziekenverpleging tot een ontzaglijke taak
gemaakt. Duizenden patiënten moeten
maanden, soms jaren, wachten op een
ziekenhuisbed. Er worden nieuwe zieken
huizen gebouwd, maar nog niet genoeg.
Bij het onderwijs is een dergelijk pro
bleem gerezen. Naast moderne nieuwe
scholen, volstaat men dikwijls met nood
gebouwen, waar aan de elementaire voor
waarden van hygiëne niet kan worden
voldaan. Denis Winston, professor in de
stedebouw aan de universiteit van Syd
ney zei: „Sydney's ontwikkeling bevindt
zich in een chaotisch stadium".
Men behoeft slechts door Sutherland
Shire (90.000 inwoners), Parramatta
(90.000), Liverpool (30.000), Blacktown
(37.000), Banktown (137.000), Manly-War-
ringah (40.000) te rijden (om slechts en
kele van de bijna 400 randgemeenten te
noemen) om te beseffen hoe waar de
woorden van die hoogleraar zijn. Men ziet
er tienduizenden prachtige huizen, die
25.000 tot 60.000 gulden waard zijn en
waarin ook onze immigranten wonen.
Maar wat men er om heen ziet, is de
woeste grond van een pioniersland. Hon
derden straten hebben geen voetpaden.
De huisvrouwen, die daar boodschappen
moeten doen, strompelen over ruwe ste
nen of door rulle zandpaden.
In sommige randgemeenten weigeren
leveranciers om aan huizen in zulke stra
ten hun goederen af te leveren. (Onlangs
heeft zelfs een begrafenisondernemer ge
weigerd de lijkwagen erheen te sturen).
Immigranten, die vol hoop hun huis in
zulke randgemeenten hebben gebouwd of
gekocht, zien zich ineens geplaatst voor
extra uitgaven. De vage beloften van een
spoedige rioleringsaanleg zijn nog door
niets gevolgd. De „nachtreiniger" (ton
netjesman) verdient honderdvijftig gulden
per week. Elke woning in randgemeenten
zonder riolering heeft een klein huisje
in de achtertuin. Enkele keren is er een
staking geweest onder de nachtreinigers
en daar deze staking enkele weken duur
de, veroorzaakte zij toestanden, die de