Bedrijfsnieuws in Nederland
is niet ongunstig
Werkgeversverbonden pleiten
voor ruimer exportkrediet
Effecten -en
Geldmarkt
Moet economisch zwaartepunt van
ons land verplaatst worden?
Twee brieven
formule meubelen
Een reactie op „Devaluatie
KAPITAALMARKT RUIMER
Grote beleggers
stellen hun eisen
De betekenis der Statenverkiezingen
11
één uit vele...
Over devaluatie
RAPPORT AAN DE REGERING
W e derwoord
KERKELIJK LEVEN
Eerste Kamerleden zien een gevaar-in de daling
van de bodem en het rijzen van de zeespiegel
Examens
ZATERDAG 15 MAART 1958
(Van onze financiële medewerker)
DE MENINGEN over de toekomstige ontwikkeling van de rentestand blijven
uiteenlopen, maar tot dusver houdt de verruiming op de geld- en kapitaalmarkt
aan, zodat de nieuwe 514 percentslening van de Bank voor Nederlandsche
Gemeenten, aangeboden 99 pet. een succes is geworden. Dit ondanks het feit
dat het beleggersfront, dat zijn de grote institutionele beleggers, waarbij de Rijks
fondsen echter niet zijn aangesloten, ditmaal aan de inschrijving niet heeft
meegedaan. Het had zich nog wel met de verlaagde rentevoet willen verenigen,
maar als compensatie daartegenover had zij de periode, gedurendewelke geen
vervroegde aflossing mag plaats vinden, van 10 tot 15 jaar verlengd willen zien.
Het is niet zo'n gemakkelijk samenspel tussen de regering en de institutionele
beleggers. Aan de ene kant heeft de regering de verzekeringsmaatschappijen in de
kaart gespeeld door de fiscale faciliteiten, toegestaan aan hen die lijfrenten sluiten,
aan de andere kant heeft zij de institutionele beleggers het vorige jaar min of
meer gedwongen een groot deel van de bij hen in 1957 en 1958 vrijkomende middelen
voor de woningbouw beschikbaar te stellen tegen een rente, die lager ligt dan
thans. De institutionele bejeggers moeten uiteraard de belangen van hun instellingen
behartigen, om niet te zeggen die van de spaarders en he.t is dus wel begrijpelijk
dat zij zich willen dekken tegen de kans dat bij een dalende rentevoet de thans
gesloten leningen vervroegd worden afgelost. De particuliere belegger heeft zich
vermoedelijk over het grootste deel van de nieuwe lening ontfermd, nu ook voor
de oudere staats- en gemeentelijke fondsen het rendement tot ongeveer 5.3 percent
is gedaald.
Of het de ruimere kapitaalmarkt is,
die deze week tot de betere stemming op
de aandelenmarkt heeft bijgedragen, valt
moeilijk te zeggen, een feit is dat ditmaal
voor tal van fondsen weer hogere no
teringen zijn tot stand gekomen. New York
werkte mee door een groter optimisme,
dat tegen het midden van de week ge
voed werd door de verwachting dat de
Amerikaanse regering tot belastingver
laging zal besluiten, nu er nog steeds be
richten over ontslag van personeel zijn en
het aantal werklozen tot boven 5 miljoen
is gestegen. Aan de andere kant is voor
sommige grondstoffen(koper) een licht her
stel merkbaar, mede als gevolg van
de produkfiebeperking, waartoe de koper
maatschappijen hebben besloten. Hoe dit
zij, het indexcijfer voor de Amerikaanse
industriële aandelen beweegt zich reeds
20 punten boven het laagste niveau van het j
lopende jaar.
A msterdamse beurs
Op de Amsterdamse beurs blijft dit niet
zonder invloed, teminder nu ten onzent in
vele gevallen de jaarcijfers en dividenden
over 1957 meevallen. Deze week heeft de
aankondiging van 12 percent in contanten
door Van Gelder een goede indruk ge
maakt, omdat het vorig jaar van dit
percentage 10 percent in aandelen werd
betaald en men hierop in deze tijd niet erg
gesteld is. Ook de handhaving van het
dividend op \2Vz percent door de Rotter-
damsche Llóyd en de verhoging van het
dividend van 13 tot 14 percent door Van
Reeuwijk (meubelfabriek) kwam aan de
koersen der betrokken aandelen ten goede.
Trouwens de gehele scheepvaartafdeling
lag beter. Opvallend is de vaste stemming
voor aandelen en converteerbare obligaties
Philips, welke deze week tot 263, respec
tievelijk 117 percent zijn opgelopen, zijnde
respectievelijk 40 en 10 percent meer dan
er bij het begin van dit jaar voor werd
betaald. De aan het eind van deze maand
te verwachten jaarcijfers werpen blijkbaar
een schaduw vooruit. Zelfs de Indonesische
fondse- Rebben deze week geen slecht ver
loop gehad, hoewel de verenigde Deli en
De Oostkust hun Europees personeel uit
Indonesië hebben teruggeroepen, omdat
de beschikkingsmacht aan de maatschap
pijen ontnomen is.
Overigens verkeert men ook in ons land
in afwachting van het resultaat der jongste
regeringsmaatregelen tot beteugeling van
de werkloosheid, waartoe ongetwijfeld
ook de grote militaire orders van de
laatste tijd bijdragen. Voor de toenemende
Amerikaanse 'belangstelling voor de Neder
landse industrie is deze week een nieuw
bewijs geleverd door de oprichting van de
Cyariamid-Ketjen, waarin de Cyanamid
Comp. te New York en de Kon. Zwavel-
zuurfabrieken v.h. Ketjen te Amsterdam
voor een gelijk bedrag deelnemen.
Verzekerden profiteren
Om nog even op de gestegen rentestand
terug te komen: terwijl de beleggers in net
algemeen de laatste tijd daarvan hebben
kunnen profiteren, daar immers ook de
Spaarbanken de rentevergoeding hebben
verhoogd, geldt dit niet van hen, die hun
besparingen via de levensverzekerings
maatschappijen laten lopen. Wel zijn enige
tijd geleden de koopsommen voor de uit
kering van kapitaal of lijfrente verlaagd,
maar de jaarlijkse premies zijn niet veran
derd. De aanmerkelijke stijging van de
rente, welke sinds het vorig jaar is inge
treden, heeft uiteraard ook de winsten van
het levensverzekeringsbedrijf doen stijgen,
althans voor zover het de nieuwe belegging
en de herbelegging van uit aflossing ver
kregen gelden betreft. Terwijl de premie
reserve (de contante waarde van de schuld
verplichtingen jegens polishouders) wordt
berekend op een rentevoet, welke sinds de
laatste jaren ongeveer 3 pet. bedraagt (het
ligt in de bedoeling dit percentage tot 31/!
pet. te verhogen), is de gemiddele rente
van de beleggingen bij de levensverzeke
ringsmaatschappijen in 1956 reeds tot 3,91
pet gestegen, wat wil zeggen dat de rente
marge weinig minder dan 1 pet. bedraagt,
waardoor de levensverzekeringsmaatschap
pijen in staat worden gesteld naast de pre
miereserve, steeds grotere algemene en
extra reserves te vormen. Zo heeft de Na
tionale bijvoorbeeld in 1957 van haar winst
ad f l0'/t miljoen, niet minder dan 8,4
miljoen aan de extra reserve kunnen toe
voegen, waardoor naast een kapitaal van
29,8 miljoen, thans 46,7 miljoen aan
extra-reserves op de balans voorkomen.
Nu dient bij een beoordeling van deze
cijfers voorop te staan dat het ook voor de
verzekerden een zaak van de grootste be
tekenis is, dat ren levensverzekeringsmaat
schappij een financiële positie handhaaft
welke de risico's van de verzekerden zo
gering mogelijk doet zijn, hetgeen wordt
verkregen door naast de premiereserve al
gemene en extra-reserves in het bedrijf op
te bouwen. Voorts moet worden bedacht
dat de levensverzekeringsmaatschappijen
commerciële ondernemingen zijn, aan wie
men het recht om winst te maken niet mag
ontzeggen.
Toch is men blijkbaar tot de overtuiging
gekomen, dat het nu voor de koopsommen
en de premies, zomede voor de herbeleg
gingen een hogere rente kan worden ge
maakt, billijk moet worden geacht ook de
verzekerden daarvan enigszins te doen pro
fiteren. Vandaar dat een aantal maatschap
pijen een nieuwe regeling heeft getroffen
voor nieuwe collectieve contracten, welke
bedoelt een deel van de beleggingsvoorde
len, welke bij een hoge rente te behalen
zijn, onmiddeljjk aan de verzekerden ten
goede te doen komen. Dit wordt bereikt
door een van de rentestand afhankelijke
korting toe te passen op de premies, welke
in zulke periodes moeten worden betaald.
Dit kortingstelsel gaat werken als het wer
kelijk rendement van de 2'/j pet. N.W.S.
meer dan VA pet. bedraagt. De totale kor
ting kan nimmer 12 pet. te boven gaan,
ADVERTENTIE
Moderne combinatie: midden
kastje opgehangen tussen zij
kastjes. Eén greep uit de enorme
collectie. Vraag rijk geïllustreer
de catalogus door storting van
f 3.- op giro no. 5316 van
Kempke^ Meubelfabrieken N.V.,
Waddinxveen. Vermeld no.
HD 262
EEN KEMPKES PRODUCT
welk percentage wordt bereikt als het ge
middeld rendement van de 2pet. N.W.S.
5 pet. bedraagt. Op grond van het huidig
rendement van genoemde obligaties kan
de korting op ongeveer 4 pet. worden be
cijferd.
Deze faciliteit is ongetwijfeld ook door
commerciële overwegingen ingegeven, om
dat zij immers vergroting van de produktie
kan bijdragen, maar verdient niettemin
toejuiching. Het is: alleen maar jammer
dat deze korting zich tot de collectieve
contracten beperkt en particuliere verze
keringen worden buitengesloten. Voorts
komt de vraag op of er ook voor de oude
polissen niets is te doen, ook al kunnen de
verzekerden te dien aanzien geen rechten
laten gelden.
OX)OOOOOOOOCCOOOOCCCCOOCOOCCOCCOCCCCOOC>CCCCOOOOOOCCCCCO:
8 g
3 Wij geven hieronder ruimte aan een c
reactie uit de kring der Pacifistisch
8 Socialistische Partij op een redactio- -
3 neel artikel onder de titel „Devaluatie", 8
g dat op 12 maart in de rubriek „Van dag
tot dag" werd opgenomen. De schrijver p
van het redactionele artikel heeft deze g
3 reactie van een wederwoord voorzien,
dat wij hierbij eveneens afdrukken. 8
'COOOCOCCCCCCCOCX3CCOOOOCCCOOCOOCOOOOCCOOOOOOOOOCXXXOOOOC'
In het H.D. van 12 maart wordt de be
tekenis van de Statenverkiezingen aan de
orde gesteld een verkiezingspamflet dat
er van uitgaat dat daar „van u een uit
spraak wordt gevraagd- over de manier
waarop ons land wordt geregeerd" wordt
daarbij aan de kaak gesteld: het wordt be
treurd dat „ook de bestuurders van som
mige politieke partijen zo weinig onder
scheidingsvermogen aan de dag leggen ten
aanzien van de bedoelingen van onze be-
stuursindeling en de daarmee samenhan
gende verkiezingen voor de vertegenwoor
digende lichamen". Als bestuurslid van
de afd. Haarlem van de betrokken poli
tieke partij en als leraar in de staats
inrichting wil ik dit niet graag zonder
commentaar laten!
De Statenverkiezingen hebben nl. wel
degelijk een landelijk-politieke betekenis,
niet alleen omdat zij zoals door u er
kend wordt in toenemende mate graad
meter worden voor de gevoelens van het
kiezerskorps wat overigens reeds een
Uiterst belangrijke zaak is.
Daarnaast mag immers in dit verband
het feit niet onvermeld blijven dat onze
Eerste Kamer door de Provinciale Staten
wordt gekozen. Het is dus in strijd met de
waarheid om het voor te stellen alsof het
bij provinciale verkiezingen alleen om
provinciale zaken gaat.
Tenslotte: de mogelijkheden van pro
vinciaal en gemeentelijk bestuur om op
hun terrein nuttig werk te verrichten zijn
direct en duidelijk afhankelijk van de al
gemene overheidspolitiek men denke
aan de veelal fatale gevolgen van de
hedendaagse bestedingsbeperking voor de
lagere publiekrechtelijke lichamen. En wie
kan volhouden dat die bestedingsbeper
king niet samenhangt met de hedendaagse
„defensie"politiek? Niet voor niets luidt
de aanhef van het door u geciteerde pam
flet „straaljagers of scholen"!
Het losmaken van de verkiezingen voor
de lagere organen van de problemen van
het landelijk bestuursbeleid is dan ook
fictief. Een werkelijk gezond beleid van
deze organen is alleen mogelijk in het
kader van een werkelijk gezond lands
bestuur.
Vandaar dat de bovenvermelde opvat
ting omtrent de betekenis van de ge
vraagde uitspraak aan de stembus geens
zins „de inzet van de strijd vertroebelt".
Het tegendeel is waar. De vraag die wij
als kiezers ook bij Staten- of raads
verkiezingen te beantwoorden hebben
is duidelijk: steunt gij het politiek beleid
dat in dit land thans wordt gevoerd fun
damenteel wel of fundamenteel niet. Die
beslissing gaat ver uit boven een provin
ciaal (of gemeentelijke) belangengezichts-
punt.
H. WIEBENGA,
bestuurslid afd. Haarlem
Pacifistische Socialistische Partij
De opmerkingen van de heer Wiebenga
nopen ons tot het volgende, uiteraard be
knopt geformuleerde, weerwoord.
1. De verwijzing naar de betekenis van
de Provinciale Staten voor de samenstel
ling van de Eerste Kamer is formeel juist,
practisch evenwel weinig steekhoudend.
Niet alleen geschiedt die verkiezing in
fazen, zodat van een rechtstreekse in
vloed weinig wordt bespeurd, maar ook is
de Eerste Kamer, die de rechten van
amendement en initiatief mist, niet het
lichaam dat de landspolitiek op beslissen
de wijze mede bepaalt. Overleg tussen
regering en volksvertegenwoordiging be
tekent in de praktijk dan ook overleg tus
sen regering en Tweede Kamer.
2. Provinciale Staten en gemeenteraden
staan niet voor de keuze „straaljagers of
scholen": die wordt op het niveau van
regering en parlement gedaan. Staten en
raden hebben uitsluitend de taak de hen
ter beschikking staande middelen te ge
bruiken in overeenstemming met de wen
sen welke in de bevolking leven: om die
tot uitdrukking te brengen gaan wij dit
jaar naar de stembus.
3. De taken van provincies en gemeenten
zijn belangrijk genoeg om daaraan door
afzonderlijke verkiezingen aandacht te be
steden. Wanneer echter in de verkiezings
strijd elementen worden gebracht, welke
niet op het niveau der betrokken be
stuursorganen worden behandeld, beant
woordt deze volksraadpleging niet aan
haar doel.
4. Uit het voorgaande volgt, dat wij het
citaat dat ons tot onze beschouwing aan
leiding gaf, namelijk „dat van de kiezers
een uitspraak wordt gevraagd over de
manier waarop ons land wordt geregeerd",
blijven beschouwen als een onjuist uit
gangspunt. - Redactie.
Dc drie Nederlandse werkgevers
verbonden het Verbond van Ne
derlandsche Werkgevers, het Katho
liek Verbond van Werkgevers-Vak
verenigingen en het Verbond van
Protestants-Christelijke Werkgevers
in Nederland achten de huidige
ontwikkeling op het gebied van de ex
portfinanciering verontrustend. Hun
klachten hebben zij thans in een rap
port samengevat, dat ter kennis werd
gebracht van regering en Staten-Ge-
neraal.
De verbonden menen, dat de door de re
gering tijdens de hoogconjunctuur in 1955
vastgestelde maximum-voorwaarden voor
de kredietverzekering, te weten het deel
van de koopprijs dat vóór of bij levering
van de goederen moet worden betaald en
de maximale krediettermijn, tenminste
weer op het oude peil teruggebracht die
nen te worden. Verder moet er volgens de
werkgeversverbonden gezocht worden
naar wegen om de behandeling van kre
dietaanvragen tot het uiterste te bespoe
digen. Dit zou zo suggereren de ver
bonden bereikt kunnen worden als de
regering de directie van de Nederlandsche
Kredietverzekering Maatschappij zou
machtigen zelfstandig over de kredietaan
vragen (tot een zeker bedrag) te beslissen.
De vele instanties, die de kredietverzeke
ringen en kredietaanvragen moeten beoor
delen, beschouwen tezeer alleen de finan-
cieel-technische aspecten en veronacht
zamen daardoor het aspect van de export
bevordering. De verbonden zijn voorts van
oordeel, dat de behandeling van export
kredieten boven het vastgestelde bedrag
door een daarvoor op te richten coördi
nerende instelling dient te geschieden. De
behandeling van de aanvragen zou moeten
gebeuren aan de hand van algemene richt
lijnen welke soepel gehanteerd zouden
dienen te worden.
Ruimere kredieten
De algemene banken zo luidt het oor
deel van de drie verbonden dient te
worden toegestaan boven het kredietpla
fond ten behoeve van de exportfinancie
ring kredieten aan het bedrijfsleven te
verlenen, annex openstelling van herdis-
contering van exportwissels door de Ne
derlandsche Bank. Een en ander analoog
aan de mogelijkheden, welke de centrale
banken in Duitsland, België en Frankrijk
bieden. Hiervan zou niet alleen de indus
trie van duurzame en semi-duurzame goe
deren kunnen profiteren, maar ook de in
dustrie van niet-duurzame goederen.
Terwille van een duurzame oplossing
«COWXJCXXXXXXXXXXXXXXXXICOOSOOOOOOCOOCCOOCOOCCCOOCOOCCCO
De vergroting van de export van kapi- -
taalgoederen wordt de laatste jaren c
belemmerd door een gebrek aan gelden
op middellange termijn voor de finan-
ciering van deze export, mede tenge- c
ï.volge van een zich voordoende kapi- t
taalschaarste in ons land. De finan-
ciering van de export vormt echter een 8
knelpunt voor het verkrijgen van ex- 8
portorders met uitgestelde betaling.
Indien de Nederlandse industrie nu 8
geen kans ziet om exportorders te ver-
krijgen, dan wordt de exportstij ging l-i
in de komende jaren belangrijk in ge- 8
vaar gebracht zodat Nederland zelfs
bepaalde marktgebieden zou kunnen
verliezen. Dit moet absoluut voorkomen 8
worden en daarom aldus de drie
werkgeversverbonden richten wij g
ons thans met een tot ernstig nadenken
stemmend rapport tot regering en
Staten-Generaal. Zeer waarschijnlijk
zal de jaarlijkse behoefte aan middelen
voor de financiering van de export ten
minste 250 miljoen bedragen, zo
merken de verbonden nog op.
X300ocooodocooooooooocooooooooooooooocoooooco30COOOCOOOC<
van de exportfinanciering en exportkre
dietverzekering dient naar een regelmatige
toevloeiing van middelen naar de Export
Financiering Maatschappij te worden ge
streefd. De drie verbonden denken in dit
verband aan obligatieleningen (eventueel
in het buitenland te plaatsen) en aan kapi
taaldeelnemingen door banken en insti
tutionele beleggers in de Export Finan
ciering Maatschappij. Deze laatste zou bo
vendien meer dan in het verleden is
geschied leningen moeten verstrekken
aan buitenlandse ontwikkelingsbanken of
aan buitenlandse centrale banken
Tenslotte zijn de werkgeversverbonden
van oordeel, dat een raad van advies,
waarin ook de industrie is vertegenwoor
digd, dient te worden ingesteld. Deze raad
zou de directie, van de Export Financie
ring Maatschappij in haar taak moeten
bijstaan. De maatregelen, welke de finan
ciering van de Nederlandse export veilig
moeten stellen dienen aldus de werk
geversverbonden zo spoedig mogelijk
te worden genomen, teneinde een vermin
dering van de stijging van onze export in
het lopende jaar te voorkomen.
Amsterdam. Vrije Universiteit. Kandidaatsexa
men geneeskunde: J van Mazijk, Amsterdam.
Doctoraalexamen economie: J. Beukers. Hilver
sum. Kandidaatsexamen theologie: P. D. Goei.
Russum; G. Assies. Finsterwolde (Gr.); L. C.
Rietveld. Den Haag: P. Huisman. Utrecht. Doc
toraalexamen theologie: Han Bing Kong, Am
sterdam.
De Eerste Kamer heeft in een zeer uit
voerig voorlopig verslag haar mening ken
baar gemaakt over het ontwerp-Deltawet
en financiële, technische, maatschappe
lijke en sociale aspecten daarvan.
Wat de technische aspecten betreft vroe
gen verscheidene Eerste-Kamerleden de
regering mede te delen, of de studie be
treffende de wenselijkheid, in de Nieuwe
Waterweg een stormstuw aan te brengen,
reeds tot conclusies had geleid. Zeer vele
leden vroegen de aandacht van de regering
voor de toestand van de bedijking van de
Nieuwe Waterweg, welke, naar zij vrees
den, wel zeer onvoldoende beveiliging
bood. Sommige leden drongen er op aan
om aan de zeedijken in het noorden van
het land alle aandacht te besteden. Met
name dachten zij aan de indijking van de
Lauwerszee. De dijken langs deze zee moe
ten huns inziens ongetwijfeld tot de
zwakke plaatsen worden gerekend en een
doorbraak van deze dijken zou tot zeer
grote schade kunnen leiden. Het was voor
deze leden een grote teleurstelling, dat in
1958 nog niet met de uitvoering van dit
werk zal worden begonnen.
Vele leden waren van mening, dat be
studering van de mogelijkheden van een
vaste oeververbinding over de Wester-
schelde thans noodzakelijk is, daar deze
dient te worden gezien als het sluitstuk
van de Deltawerken, voor zover deze be
trekking hebben op zuidwest-Nederland. In
dit verband achtten zij tevens een onder
zoek naar de mogelijkheden van een vaste
oeververbinding ZierikzeeColijnsplaat
over de Oosterschelde zeer gewenst.
Energiewinning
In Frankrijk zijn projecten ontwikkeld
om uit de vloed- en ebstroom van het
zeewater energie te verkrijgen. Enige leden
vroegen, of niet ook de omvangrijke Delta
werken aan de winning van energie op
deze wijze mede dienstbaar zouden kun
nen worden gemaakt. Met betrekking tot
de verhouding tot België vroegen deze
leden, of de regering kennis had genomen
van de inhoud van de technische nota,
door de Belgische minister van Openbare
Werken. De daarin vervatte berekeningen
over de invloeden van stormvloeden op de
Westerschelde, hadden de aandacht van
deze leden getrokken. Komen de conclu
sies overeen met de desbetreffende rap
porten van onze Nederlandse deskundi
gen? zo vroegen zij.
Wat de financiële aspecten van het
Deltaplan betreft waren sommige leden
van oordeel, dat er in de praktijk van het
Ten behoeve van de Deltawerken is
bij Katseveer op Noord-Beveland na
een jaar van hard werken een 300
meter lange en 80 meter brede bouw
put zo goed als gereed gekomen.
bijdragen door anderen in de kosten der
door het rijk uit te voeren werken niet
veel zal terechtkomen, omdat vele water
schappen al op lasten zitten, die hun
draagkracht te boven gaan. Enige leden
meenden dat de regering met betrekking
tot de bijdrageregeling een gebrek aan
pschologisch inzicht had getoond en dat
daardoor onnodig onrust in den lande was
gezaaid. Tegen de tegenwoordige gang van
zaken bleven zij bedenkingen koesteren.
Het moest huns inziens met betrekking tot
de financiële consequenties geen verschil
maken, of de werken door het rijk dan
wel door een beheerder worden uitge
voerd.
Vele leden beschouwden de in de me
morie van toelichting bestede aandacht
aan de sociale aspecten van de Delta
werken zelf en de sociale gevolgen, welke
zich waarschijnlijk in de toekomst in het
Deltagebied zullen voordoen, als onvol
doende. Zij dachten aan de sociale impli
caties van de te verwachten industriali
satie en aan het zich ontwikkelen van be
langrijke delen van het Deltagebied tot
recreatiegebied voor de omliggende dicht
bevolkte streken van ons land. Zij wezen
erop, dat sociale en culturele overwegingen
het scheppen van mogelijkheden voor in
dustrialisatie aldaar dringend gewenst ma
ken. Zij achtten het uit sociale overwe
gingen ongewenst, dat er tussen Groot-
Rotterdam en Vlissingen-Middelburg een
weinig of niet-geïndustrialiseerd gebied
zal ontstaan, zodat de bevolking ten ge
volge van de geringe arbeidsmogelijkheden
hetzij tot vertrek, hetzij tot arbeid buiten
de plaats van vestiging zal worden ge
noopt.
Vele leden waren van mening dat in de
plannen de beveiliging tegen het water
dient te prevaleren. Zij achtten het niette
min doelmatig reeds bij de uitvoering der
werken rekening te houden met enige fac
toren van andere aard. Zij pleitten voor
de opstelling van een basisplan door de
drie planologische diensten der Deltapro
vincies en de Dienst van het Nationale
Plan, in nauwe samenwerking met de be
sturen der drie provincies. Zo'n basisplan
zou huns inziens dienen te worden be
schouwd als een grondslag voor het
streekplan.
Vier bisschoppen van de Lutherse Kerk
in de Scandinavische landen hebben een
gemeenschappelijk schrijven gezonden aan
de Hongaarse regering in verband met de
kerkelijke situatie aldaar. De brief, die
reeds half januari werd verzonden, is pas
nu, tegelijk met het antwoord, gepubli
ceerd. Het schrijven is gericht aan de lei
der van de afdeling van kerkelijke zaken
van de Hongaarse regering, Janos Horvath,
en luidt als volgt:
De Scandinavische landen waren zeer
verblijd kennis te nemen van de onpar
tijdige belangstelling van de Hongaarse re
gering in 1956 ten aanzien der Lutherse
kerken in uw land. Het scheen vooral van
betekenis dat, overeenkomstig de wet, de
kerk haar twee gekozen leiders, bisschop
Ordass en Turoczy, terugkreeg. Daarom
waren wij te meer ontsteld over het be
richt dat ons onlangs bereikte. Volgens
deze mededeling is bisschop Ordass be
roofd van zijn positie als eerste bisschop.
Over bisschop Turoczy wordt gezegd, dat
hij uit het ambt verwijderd is, alhoewel de
wettigheid van zijn ambt door de regering
werd erkend toen bij de officiële installatie
een vertegenwoordiger van de regering
aanwezig was.
Wij hopen, dat de berichten over der
gelijke ernstige beperkingen van de gees
telijke vrijheid der kerk overdreven zijn en
mocht dat zo zijn, dan zouden wij gaarne
in dankbaarheid mededelingen hierover
ontvangen. Is het evenwel niet het geval,
dan wensen wij uitdrukking te geven aan
onze ernstige vrees. Door een nauw contact
met de beide kerkelijke leiders zijn wij er
van overtuigd, dat zij niet alleen mensen
zijn met hoge geestelijke eigenschappen,
maar ook goede en loyale burgers van hun
land. Daar wij bekend zijn met vroegere
pogingen, die gij aangewend hebt om de
godsdienstvrijheid in Hongarije te bewa
ren, niet het minst ten aanzien van de
Lutherse kerk, zouden wij u willen vragen
om alles te doen wat in uw vermogen ligt
deze kerk ook in de toekomst haar geeste
lijke vrijheid ongehinderd te doen genieten.
Misschien komt het u ongewenst voor,
dat vertegenwoordigers van andere ker
ken tussenbeide komen in een conflict, dat
van interne aard schijnt. Wij willen er ech
ter op wijzen, dat dit een zaak is waarin
de evangelische kerken zich één gevoelen
zonder te letten op nationale en geografi
sche grenzen. Om deze reden kunnen wij
niet afzijdig blijven wanneer het gaat om
de mogelijkheid, dat onze zusterkerk in
vrijheid haar geestelijke en organisatori
sche taak kan vervullen.
Hongaars antwoord
Op dit schrijven van de Scandinavische
kerkelijke leiders heeft Janos Horvath aan
wie de brief gericht was, het volgende ge
antwoord:
Ge hebt volkomen gelijk wanneer ge
in de laatste alinea van uw brief zegt, dat
het ons toeschijnt een onrechtmatige in
menging te zijn. Wat er in de Lutherse
kerk van Hongarije gebeurt, in het bijzon
der tussen die kerk en de staat is een vol
strekt interne aangelegenheid van de Hon
gaarse lutherse kerk, een aangelegenheid
van Hongarije. Toch wil ik enkele opmer
kingen maken.
Ten eerste: het is een feit, dat de betrek
kingen tussen de staat en enkele leiders
van de Lutherse kerk in de loop van de
laatste maanden slechter zijn geworden.
De reden hiervan is, dat deze leiders zich
in feite niet gehouden hebben aan de over
eenkomst tussen staat en kerk, waarin zij
aanvankelijk hebben toegestemd. Daardoor
zijn zij in verzet gekomen tegen hun kerk,
tegen de meeste geestelijken en gelovigen
en daardoor en daarna ontstonden de moei
lijkheden met de staat.
De vex-wijdering uit het ambt van
bisschop Turoczy is eveneens een gevolg
van de halsstarrige houding van deze ego-
istische kerkelijke leiders, die op geen en
kele wijze de ware belangen van de kerk
bevorderen en die koppig iedere construc
tieve oplossing van de hand wijzen. Bis
schop Ordass heeft het tot stand komen
van verscheidene belangrijke zaken on
mogelijk gemaakt. In de loop van de laatste
weken is de situatie aanmerkelijk ver
beterd en is zij meer stabiel geworden, het
geen ook blijkt uit het feit, dat de staat
een extra toelage heeft gevoegd aan de
predikantstraktementen.
Ten tweede: Aan het eind van uw brief
doet gij het verzoek, dat het de kerk wordt
toegestaan om haar eigen zaken te regelen,
waarmee gij de status van de beide bis
schoppen bedoelt. In Hongarije garandeert
een positief ingestelde wetgeving bij voor
baat de goedkeuring van de regering op
iedere bisschoppelijke benoeming. In uw
landen benoemdt de koning of de minister
voor kerkelijke aangelegenheden de bis
schoppen naar willekeur. Ik zeg „naar wil
lekeur", daar wij juist uit Noorwegen ver
nomen hebben, dat de betrokken minister
daar iemand tot bisschop heeft benoemd,
die vijfde op de voordracht stond, omdat
de minister zich niet kon verenigen met de
vier voorgaande kandidaten. Ik zou ook
Engeland kunnen aanhalen en vele andere
kapitalistische landen, waar de staat in
veel grotere mate zich mengt in kerkelijke
benoemingen.
Ten derde: Tenslotte, wat de verklarin
gen van de Lutherse Wereld Federatie en
van enkele buitenlandse kerkelijke bladen
en leiders betreft, wil ik slechts zeggen, dat
zij de grenzen van hun gebied in hoge mate
overschrijden. Zij schijnen te menen, dat
zij druk mogen uitoefenen op onze regering
en op de progressief gerichte kerkelijke
personen door middel van pers en radio.
Dit doel zullen zij in Hongarije nooit kun
nen bereiken. Zij ontmaskeren slechts de
politiek, die zij aanhangen.
van oordeel is dat de veiligheid van het
westen des lands en wel in het bijzonder
die van de grote kom, gelegen in de pro
vincie Zuid-Holland en gedeeltelijk ook in
de provincie Noordholland, door het tot
stand komen van de Deltawerken zo goed
verzekerd zal zijn dat het verantwoord is
in dit gebied het zwaartepunt van het
nationale economische leven te laten rus
ten. Deze leden gevoelen een grote be
duchtheid wanneer zij, denkende aan de
steeds voortgaande daling van de bodem
in de reeds diepe kom in het westen van
het land en het rijzen van de zeespiegel,
zien dat het aantal inwoners van dit ge
bied en het aantal bedrijven dat er wordt
gevestigd steeds toeneemt.
Zij vragen zich af of een toenemende
concentratie van bewoners en bedrijven
in dit gebied zal mogen voortgaan. Huns
inziens zouden in dit gebied alleen zij mo
gen wonen en dat slechts die bedrijven
daar zouden mogen zijn gevestigd, die in
nauw verband staan tot de bedrijvigheid
Somige leden vragen de regering, of zü 1 aan de Nieuwe Waterweg of de IJmond.