Poezen vallen in de prijzen ONZE NAMEN HERVORMING VAN DE TIJDREKENING BRENGT WINST ook aan levensvreugde Tlieuuxe UITGAVEN Slank worden „Meisjesogen" Talrijke huisnamen prijken in het adresboek Vet en voedzaam Textielspaarbonnen ZATERDAG 12 APRIL 1958 Erbij PAGINA TWEE In Ede womeai megeai mooie suitor a's G. Kromdijk Allerlei wilden Mogelijkheden G. de Boer van der Ley i DE MENSHEID heeft er altijd be hoefte aan gehad op de een of andere wijze de tijd te meten. Om na te gaan hoe lang een spreker bij een proces het woord voerde, gebruikten de Grieken de waterklok, die bestond uit een reservoir waaruit water druppelde in een bakje. Was dit vol, dan was de spreektijd voorbij. Een zelfde functie vervulde de zandloper die sommigen zich nog zullen herinneren als een primitieve „eierwekker" in vroegere huishoudens. En nog ziet men op het gazon van grote buitens wel eens de zonnewijzer. De eerste draagbare uur werken zijn vervaardigd door de Neu- renberger Peter Henlein, die omstreeks 1500 leefde. Bekend is ons Nederlan ders natuurlijk de uitvinding van het slingeruurwerk door Christiaan Huy- gens, de geleerde aan wie wjj ook de „onrust" in ons horloge te danken hebben. ONZE TIJDREGELING is gebaseerd op de dag, die wij indelen in vieren twintig uur. Ieder uur telt zestig mi nuten en iedere minuut zestig secon den. Dit is geenszins een opzienbarende mededeling, maar het is wel merk waardig, dat wij ons nimmer de vraag stellen: hoe komen wij toch aan die wonderlijke indeling en waarom hand haven wij haar even hardnekkig als de Engelsman zijn eveneens op het twaalfdelig stelsel ingestelde munt eenheden? Het zou eigenlijk veel prak tischer zijn, wanneer wij de dag zou den verdelen in tien uur van honderd minuten en elke minuut in honderd seconden. Het is goed zich dit eens te realiseren, wanneer men gaat spreken over klokhervorming. Niet dat het wenselijk zou zijn de eenheden als uur, minuut en seconde nu te gaan wijzigen, maar wel is het nodig na te gaan of wij niet zijn blijven zitten met een tydregeling die helemaal „uit de tijd" is. WIJ KUNNEN wel aannemen, dat de primitieve mens geheel leefde naar de zon. Hij kende geen kunstlicht en het invallen van de duisternis zal voor hem het teken zijn geweest zich ter ruste te leggen. Het dichtst by deze toestand leven thans nog de agrariërs. De boer richt zijn leven en zijn dag indeling in sommige opzichten nog naar de zonnestand. De stedeling heeft er zich tot zyn schade geheel onaf hankelijk van gemaakt. Dat betekent dat wy Is zomers nog in bed liggen, als het al uren en uren volop dag is en 's avonds nog een paar uur kunstlicht moeten branden, omdat we nu een maal gewend zyn niet voor elf uur onze slaapkamer op te zoeken. Wy richten ons hele leven in naar de toe stand, die heerst in het hartje van de winter en wijken van deze regel niet af, al veranderen de omstandigheden. Pas wanneer werkelijk de nood dringt, gaat men over tot de een of andere klokhervorming. In 1916 voerde Duitsland de zomertijd in, daartoe ge- inspireerd door een Engelse architect, William Willett, die juist een jaar voor dien was overleden. Voor ons is het begrip „zomertijd" helaas altijd weer verbonden met bezwaren van de boe ren, met dorpsklokken die men niet vooruit wilde zetten enzovoort. Wat men evenwel pleegt te vergeten is, dat wy thans een permanente „zomertijd" hebben van veertig minuten. Dat nie mand zich dat realiseert en nog veel minder protesteert, bewijst duidelijk dat niet de vervroeging van de wette lijke tijd het strijdpunt vormde, maar alleen de twee onaangename of als zo danig ondervonden tijdsprongen. DAT DUITSLAND de zomertijd mid den in de eerste wereldoorlog invoerde, maar meer nog: dat het daarin binnen enkele weken door zyn aartsvijand Engeland werd gevolgd, toont over duidelijk aan welke economische be langen met de tijdsvervroeging zijn ge moeid. Maar behalve de besparing levert zy ook nog andere voordelen op: de lange avonden lokten velen naar buiten: er werd gewandeld en gefietst, er werd aan sport gedaan en in het bijzonder de grote groep van volks tuinders genoot van het extra uur daglicht. REEDS KORT na de bevrijding heeft de Amsterdamse hoogleraar in het staatsrecht prof. dr. G. van den Bergh een boekje over klokhervorming ge publiceerd. waarvan in 1950 een tweede druk verscheen. Het belangrijkste be zwaar, dat tegen zijn denkbeelden werd ingebracht, was dat de inter nationale treinverbindingen moeilijk heden zouden ondervinden van de door hem voorgestelde alléén voor Neder land geldende wijzigingen. De schrijver heeft zich toen opnieuw op het vraag stuk bezonnen en in 1957 een derde druk van zijn geschrift in het licht gegeven onder de titel: Euro-klok. klokken vyftig seconden per dag snel ler lopen dan thans, van 21 juni tot 21 december vyftig seconden langzamer. In het begin van dit artikel heb ik er de aandacht op gevestigd dat onze indeling van de dag in vierentwintig uur, de indeling van het uur in zes tig minuten en van de minuut in zesig seconden berust op een overoude tra ditie, maar op niet meer dan dat. Wy kunnen met die traditie breken. Wie daaraan aanstoot zou nemen, beden ke dat het verschil onmerkbaar klein is: het klokke-uur zal gedurende een half jaar 2>/is seconde korter zyn dan het zonneuur en gedurende het andere halve jaar 2'/is seconde langer. WELKE ZIJN de gevolgen van deze manipulatie? Ieder die gewend is zyn horloge of huiskamerklok dagelijks met de radio gelijk te zetten, blyft dat gewoon doen. Bij elektrische klokken moet de centrale zorgen voor een ui terst geringe halfjaarlijkse fazeveran- dering van de stroom. Torenklokken en andere mechanische niet-elektri- sche openbare uurwerken zal men tweemaal per jaar even moeten regu leren. Dat is alles. Met één ding zal men moeten op passen: men moet alle „stop-watches" onveranderd laten. Anders loopt het in het honderd met alle snelheidsre cords van onze hardlopers en zwem sters. Professor Van den Bergh schetst in zijn boekje de situatie van de gewone man, levend in een land waar Euro- klok is ingevoerd. Laat het een Italiaan zijn. Hij staat om zeven uur op, zomer en winter. Komt hij eind juni om die tijd riit de veren, dan is het volgens de zonnetijd half vijf. Om 8 uur begint zijn werk. „In werkelijkheid is het dan half zes. Hij schaft van 12-13 uur (9l/t- 10l/s) en eindigt zijn arbeid om 17 uur (14l/t uur zonnetijd). Wanneer hij zijn middagmaal om 18'/t tiur (16 uur zonne tijd) achter de knopen heeft, wachten hem nog vier volle dagliehturenHij heeft een belangrijk deel van zijn werk tijd in de koele ochtenduren verricht wij zijn in Italië! en veel minder in de hete middaguren. Het zal hemzelf en zijn werk ten goede komen. DE HOOGGELEERDE schrijver voegt aan zijn beschouwingen een' reeks berekeningen toe die ik de le zer zal besparen. Wie er zich voor in teresseert, kan ze in het werkje Euro- Klok, dat bij Tjeenk Willink te Haar lem is verschenen, controleren. De au teur schat de stijging van de produk- tie op een half miljard gulden en de besparing op kunstlicht op vijftien miljoen gulden. Heel West-Europa krijgt eenheid van tijd en de tijd sprongen zijn vermeden. Het platte land kan geen bezwaren meer oppe ren. Integendeel: „de boeren hebben het overwonnen!" Want de voorge stelde klokhervorming betekent in be ginsel voor het agrarische volksdeel een terugkeer tot de natuurlijke om standigheden die ten plattelande nog een paar eeuwen geleden heersten en waarvan de boerenbevolking noodge dwongen, ter wille van de samenle ving met de niet-agrarische burgers is afgeweken. De denkbeelden van professor Van den Bergh, die hier kort geschetst zijn, hebben in allerlei kringen belangstel ling gewekt en instemming gevonden. Een voorlopig comité bereidt thans de oprichting van een Euro-klokvereniging voor. Secretaris mr. Te Strake te Ber gen (N.H.) ziet gaarne adhesiebetuigin gen tegemoet. Wij hebben nu Eurovisie en Euratoom, moge de Euro-klok even eens werkelijkheid worden. De over grote meerderheid der bevolking ver werft daardoor een groot geestelijk goed, dat zeker even belangrijk is als het economische voordeel. Dr. P. H. Schroder DE EURO-KLOK de naam zegt EE het reeds is een tijdregeling niet voor Nederland alleen, maar voor alle landen van West-Europa, met Groot- j| Brittannië en Ierland daarbij inbegre- pen. Alle landen ten westen van het ijzeren gordijn, van Scandinavië in het noorden tot Italië en Portugal in het zuiden, van Oostenrijk in het oosten tot Ierland in het westen zullen gedu- rende het gehele jaar dezelfde klokke- tyd hebben zonder dat daarvoor de bezwaarlijke tijdsprongen nodig zijn. MEN KAN de grondslag van het denkbeeld in drie regels samenvatten: e van 21 december tot 21 juni zullen de (Van een onzer verslaggeefsters) EEN SLAPENDE POES naast een vaas met bloemen op een kast. Een spinnende poes in een stoel en een derde waakzaam op de vensterbank. Drie prachtige, lang harige angora's die het met zes andere, eveneens zeer fraaie, familieleden opper best hebben bij de heer en mevrouw Roer horst aan de Eikenlaan te Ede. „Ik neb mi.in leven lang gewone poezen gehad", vertelt mevrouw G. Roerhorst- Voorhof. „Maar ik wou dolgraag een an gorapoes hebben. Het bezwaar was, dat die zoveel geld kostten. Vijf jaar geleden kon ik vrij goedkoop een angorapoesje krijgen. Het was een stakkerdje, heel mager en haast zonder haar. Eerst wilde ik het diertje al terugbrengen, maar het gaf zo lief kopjes en toen heb ik het toch maar weer mee naar huis genomen. We hebben er heel wat mee gedokterd, voor ze op knapte. Daar ziet u het resultaat". Me vrouw Roerhorst wijst naar de stoel bij het raam, waar een prachtige bruinge- Witschka's zoon Beer, die mooie prijzen haalde en de Zweedse kater Pierre, die het tweemaal tot kampioen bracht, amuseren zich best op de stoel van mevrouw Roer horst. persoonlijkheid hebben. Ze laten zich niet terroriseren door een mens. Als een an gora naar je toekomt, meent 'ie het". Waarop wij trots naar Witschka keken, die tevreden spinnend bij ons op schoot lag. Drieduizend gulden bood een pas serende meneer mevrouw Roerhorst op een tentoonstelling voor deze brown-tabby! „Ik ga nu nog een apart hok voor de katers bouwen", vertelt de heer Roer horst, als we het buitenverblijf bezich tigen. Er zijn al twee met board betimmerde kamers met verhoogde vloeren en zeil op de grond, keurige hokjes met kussentjes naast elkaar, een door gaas afgeschermde kachel en een ingebouwde kattebak met afvoer. Als het mooi weer is, kunnen de angora's aan beide kanten van hun hok in een omheinde ruimte spelen. Binnen is ook elektrisch licht. „Ik heb het in elkaar getimmerd van oude autokisten", legt de maker van dit riante poezenverblijf uit, en hij aait zijn lieveling Ascha, die een grijsblauwe vacht heeft. Ook stoeit er in het kamertje nog een zwarte angora, die even aanhankelijk en lief is als de statige katers Pascha, Pierre en Abdoel. Onderling kan de negenkoppige, langharige familie het best vinden. „De keurmeesteressen op de tentoonstel lingen hebben het over: een prettig uiter lijk. Maar ik zeg gewoon: een liêf snoetje", zegt mevrouw Roerhorst. „Wordt slank en blijf gezond" is de titel van een Prismaboekje van de Amerikaan Herbert Pollack, voor Nederland bewerkt door de diëtiste Mia Snelder. Het is een werkje, dat we iedereen, die een beetje aan de gezette kant is of het dreigt te worden, van harte willen aanbevelen. Het onderscheidt zich namelijk van de vele reeds op dit gebied bestaande werkjes: doorgaans worden erin speciale diëten van dag tot dag voorgeschreven, hetgeen in de praktijk voor degene, die al die kostjes klaar moet maken, allerminst een pretje is. Laat men zich door dit boekje leiden, dan kan men eten wat de pot schaft, zij het in bescheiden hoeveelheden, zonder vette jus en dikmakende sausjes uiteraard. De auteur baseert zich op het benodigde aantal calorieën. In tabellen kan men, uit gaande van leeftijd en lengte, nagaan hoe veel calorieën men nodig heeft. Hij advi seert onder andere gebruik te maken van levensmiddelen, die langzaam verteren en de maag langer gevuld houden (een portie spinazie, bijvoorbeeld, vult de maag langer dan een klein stukje suiker, dat evenveel calorieën bevat). Wil men vermageren dan moet men na tuurlijk wel onder de toegestane hoeveel heid blijven. In een hele serie grondpatro nen staan menu's vermeld voor diverse calorieëngroepen; voorts geeft het. boekje lijsten voedingsmiddelen, in caloriewaar-, den uitgedrukt en levensmiddelen die el kaar kunnen vervangen. Om het de kook ster helemaal gemakkelijk te maken, staan de hoeveelheden niet in grammen, maar in kopjes, lepels of in stuks gespecificeerd. Dit boekje bevat voorts reële wenken en keert zich op wetenschappelijke gronden tegen de zogenaamde „wonderdiëten". T. R. Calliopsis bicolor noemen we ook wel meisjesogen, die donkere hartjes doen er wel een beetje aan denken. Ik vind het echter veel belangrijker dat de Calliopsis zo maar in de volle grond van de tuin ge zaaid kan worden en dat u dus niet eerst in een broeibak of in een kas behoeft voor te kweken. Zoek wel een zonnig plekje en zorg ook voor een voedzame grondsooox-t. Calliopsis kan men nu bestellen. U moet er wel rekening mee houden dat de „meis jesogen" zich niet zo gemakkelijk laten verplanten. Bent u dat toch van plan dan moet het gedaan worden als de kleine din gen hanteerbaar zijn; dus zo spoedig mo gelijk bij voorkeur op een donkere of re genachtige dag. In ieder geval: dunnen zal wel nodig zijn, maar ze mogen wel dicht op elkaar blijven staan; een onder linge ruimte van zeven centimeter is voor dit aardige goedje al voldoende. WE ZAGEN dat onze vaderen zich zelfs op hun huizen vaak vervaarlijke rijmers toonden. Voorts waren zij ver zot op opschriften met een bespiege lend karakter. Op uithangborden en ge velstenen verschenen dus zedelessen als „Besiet u selven" en ,,'t Is een wys man die maet houden can". El ders las men: „Nogh leer ick". Dit op schrift getuigde niet slechts van een gepaste bescheidenheid, doch zinspeel de tevens op het beroep van de bewo ner, die ladders maakte. Zijn vakgeno ten voorzagen hun uithangborden wel van het opschrift „De geleerde man" onder de afbeelding van een man, die een leer (ladder) droeg. EEN UITERST modern aandoend op schrift vond men reeds voor 1600 in de Vuchterstraat te Den Bosch, waar een huis „Het Marsmanneke" heette. Dit heerschap was echter niet per vlie gende schotel gearriveerd: een mars man, was een reizende handelaar, die een mars (een korf of bak) op de rug droeg. Al kan men hem niet meer op onze wegen ontmoeten, nog steeds geldt het niet als een aanbeveling als men weinig „in zijn mars heeft". Daar een kramer oorspronkelijk een reizen de koopman was, die zijn waar in een kraam uitstalde, kon ook de benaming marskramer ontstaan. Aan deze hande laars hebben we de familienamen Kramer, Kraamer, Kremer, Cremers, Cramerus en Klijnkramer te danken. In Van der Kraam bleef de oude kraam bewaard, terwijl de mars in de namen Marsman, Merseman en De Mersse- man voortleeft. Een geheel andere mars (laag, drassig land) schuilt in de geslachtsnamen Van der Marsch, Ter Marsch, Overmars, Van der Mersch en Vermeirsch, waarvan de beide laatste een herkomst uit Vlaanderen verraden. Marsmeijer was de aanduiding van de pachtboer, die nabij zo'n stuk mars- grond woonde. LOGEMENTEN kregen wel de bena ming „De Reijsende Man" en nering doenden noemden hun huizen „De Toe- backsman" of „De Yzeren Man" (de laatste naam werd onder de afbeelding van een ridder in harnas aangebracht). De familienaam IJzerman herinnert aan een dergelijke huisnaam, waarvan te Haarlem nog een aardig voorbeeld te vinden is: de gevelsteen van het huis „Inden Iserman" op de Houtmarkt. Ook de geslachtsnaam De Man zal door afkorting uit een huisnaam ont staan zijn, in al onze steden was wel een „De Man Godts" met de afbeelding van een profeet te vinden. Geliefd waren ook afbeeldingen van gespierde man nen met baarden, knodsen en een schor tje van bladeren. Ze werden als te nants van wapenschilden gebezigd en verschenen ook op uithangborden. In het laatste geval luidde het bijschrift „In de Wildeman" en hier en daar vond men zelfs een pand, dat „Het Wild- wyff" heette. De laatste benaming heeft niet tot een familienaam geleid, wel kennen we Wildeman, Wildeboer en De Wilde. AAN EEN uithangbord zal dan ook de naam Wildebeest herinneren. Waar ta- bak verkocht werd, blies op het uit- i hangbord een moor dikke rookwol- j ken uit, te Den Bosch droeg een winkel zelfs de naam „De drie Indiaensche i Vrouwen". De namen De Moor en Moorman zullen tot zo'n oude roker te- j ruggegaan. Bijzonder pupulair waren huisnamen als: Het Casteel van Ant- i werpen, Het schip van Enckhuysen en De Poort van Kleeff. Bij familienamen als Van den Kaste- Ie, Van 't Schip en Van der Poort moet dus aan de mogelijkheid gedacht wor- den dat er een oude huisnaam in het j spel is. „Het Schip van Damiate" was j te Haarlem een geliefde huisnaam, in het gehele land vond men na 1590 hui- j zen, die „Het Schip van Breda" heetten i en zo de herinnering aan het beroemde turfschip levendig hielden. De Hoop, j De Liefde, De Deugd, De Dood, Trouw, Zeevaert, Nooitgedagt, Welte- i vreden alweer enkele namen, die j oudtijds op huizen, schepen en pakhui- j zen prijkten en zo hun weg naar de hui- i dige adresboeken vonden. Ook menige schijnbare herkomstnaam gaat naar j een huisnaam terug. Want honderden i huizen heetten „De Stadt Campen" of „Het Wapen van Hoorn". iiiMii' Ten onrechte word volgens het Voorlich tingsbureau voor de Voeding over het al gemeen in ons land veel waarde gehecht aan een vette voeding. Zo komt het in sommige streken nog voor, dat de kinde ren 's morgens een lepel gesmolten vet moeten slikken „tegen de kou". In bepaal de delen van het land kent men aan scha penvet bijzondere kwaliteiten toe. En toch heeft schapenvet dezelfde waarde als de andere dierlijke vetten. WITSCHKA, eens het stakkerdje uit het nest, werd door mevrouw Roerhorst met liefde en geduld opgekweekt en bracht het binnen vijf jaar tot drievoudig nationaal en internationaal kampioene. Hier zit ze, spinnend en tevreden, tussen haar linten en medailles. De verzorging van de angora's kost veel tijd. Maar ook hier assisteert de heer Roer horst zijn vrouw. Hij heeft een functie bij de Nederlandse Spoorwegen met wisselen de werktijden en kan daardoor veel thuis zijn. 's OCHTENDS KRIJGEN de hokken en de bakken een beurt en de hele dag door vraagt de kostbare voedselvoorzie ning de aandacht. 72 pakjes kattenbrood per maand gaan er bijvoorbeeld in de poezenmagen. 's Avonds zit het echtpaar Roerhorst an derhalf uur de veelgeprezen vachten van hun dieren te kammen en te borstelen. En als een van hen op tentoonstellingen on danks alle goede zorgen eens niet in de prijzen zou vallen, dan hindert dat niets. Dan mag poes toch blijven. Mevrouw Roerhorst kweekt momenteel een totaal verwaarloosd poesje op, dat ze van een boerderij haalde, waar men niet begreep dat een angora niet „zomaar een kat" is, maar een gevoelig dier met een historie, die terugloopt tot in het oude Perzië. Van show en overdrevenheid waar het hun poezen betreft, zyn de heer en me vrouw Roerhorst echter helemaal niet ge diend. „Het is mooi dat ze al die pryzen winnen, maar van malle fratsen houd ik niet", zegt de Edese mevrouw Roerhorst. En het langharige negental, hoe beroemd ze ook mogen zijn, houdt daar terdege rekening mee! Dit is in aansluiting op onze fotomon tage over de komende wereldtentoonstel ling te Brussel op de voorpagina van „Erbij" het paviljoen der protestantse kerken op de Expo '58, waaraan deze week de rubriek „Kerkelijk Leven" in de courant van heden is gewijd. Een bakker in Amsterdam stelde tegen betaling van 20 cent per stuk spaarzegels beschikbaar voor de klanten, die bij hem brood kochten. Opgeplakt op een spaar kaart gaven deze zegels, wanneer men in gulden gespaard was, recht op een textiel - pakket van een bedrijf in Hengelo. Een andere bakkersfirma in Amsterdam achtte dit in strijd met de Verordening Sanering Bakkersbedrijven en vorderde in kort geding dat deze wijze van doen zou worden stopgezet. De president van de rechtbank overwoog, dat de textielfirma aan iedereen eenzelfde pakket levert voor 10 gulden, zodat de klanten van de bak ker dus geen voordeel werd geboden. Hij wees de vordering af. Het gerechtshof oordeelde echter, dal het verbod in de verordening bedoeld is om, buiten de normale middelen van reclame, alle pogingen van bakkers tegen te houden, waardoor in de concurrentie strijd andere factoren zouden meetellen dan goede kwaliteit en vlotte bediening. Het verbood de bakker met zijn spaar systeem door te gaan. De bakker ging van dit arrest in cassatie, maar de Hoge Raad heeft zijn beroep verworpen. streepte angorapoes met een dikke don zige en lange vacht net ontwaakt uit haar middagdutje. „Dat is nu onze Witschka, nationaal en drie maal inter- kampioene. Ze kan niet meer hoger''. De eerste tentoonstelling, die mevrouw Roerhorst met haar nu internationaal be faamde Witschka bezocht, werd in Haar lem gehouden. „Ik vond mijn poes mooi en ik wilde wel eens weten, wat andere mensen ervan dachten", vertelt ze. „Mijn man was er helemaal tegen. Doe het toch niet. Ze jagen je bij de deur weg", zei hij een paar keer per dag tegen me. Maar ik zette door en haalde een goede prijs. Een jaar later werd Witschka nationaal kam pioene. IJr begon als een volslagen vreem de eend in de bijt; nu komen de aanvra gen. ook uit het buitenland, geregeld bin nen. Maar we zijn geen rasfokkers en dat zullen we nooit worden ook. We doen het voor ons plezier", gaat ze verder en aait een van haar langharige lievelingen. „De eerste twee nesten van Witschka hebben we gehouden. Het derde is verkocht, maar dat ging me wel aan m'n hart". DE HEER DES HUIZES zit tijdens dit enthousiaste verhaal rustig aan zijn pijpje 'te trekken. Op het eerste gezicht lijkt het, of de hele poezenhistorie een beetje aan hem voorbijgaat, maar wie dat gelooft, be gaat een grandioze vérgissing. Als puntje bij paaltje komt, heeft hij alles voor de angora's over. Hij was het die besloot niet met vakan tie te gaan, maar voor dat geld hout en ander materiaal te kopen om een com fortabele woning voor de poezenfamilie in de achtertuin te bouwen, ,,'t Is een lief hebberij van me geworden, die katten", verklaart hij laconiek. „Ik ben maar een heel gewone jongen en de poezen kosten ons een heleboel geld, dus heb ik zelf de handen uit de mouwen gestoken. We hou den van onze dieren omdat ze een eigen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 16