drink
fris.
Wandeling over de Randweg
Haarlemse expositie in Bolsward
Speeltuinbesturen klagen over de
vernielzucht van de oudere jeugd
Missie en zending op
Nederlands Nieuw-Guinea
VITALE UITVOERING VAN
HAYDN'S „JAARGETIJD EN"
Een muzikaal afscheid van
romantische mogelijkheden
Jacht over spoorsloten en weilanden
naar de rest van het tracé
Zij wensen meer politietoezicht
HAARLEMS DAGBLAD
- OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
5
Albert de Klerk speelde in de Grote Kerk
Soudometal gaat zich in
Vlaardingen vestigen
Tafeltennisdcmonstratie in
Haarlemse Sportweek
Examens
drink
Jongen, die bromfiets weg
nam, werd snel gegrepen
A. Boogaard benoemd tot
rijksinspecteur l.o. te Leiden
BRIEF AAN DE REDACTIE
Avondvierdaagse KNBvLO
P. van Diggelen 25 jaar
in overheidsdienst
Invalidewagen uit de
Koningstraat vermist
Orgelprogramma van
donderdagmiddag
Burgerlijke Stand van
Haarlem
WOENSDAG 4 JUNI 1958
Toen de orgelbouwer Christian Müller
in 1738 het grote orgel in de Grote Kerk
aan het Haarlemse stadsbestuur voltooid
|-on overdragen, had hij een instrument
geconstrueerd, dat voldeed aan het klank
ideaal van de eerste helft van de acht
tiende eeuw. Het was de klank van de
muzikale barokstijl, die men ruim twee
honderd jaar geleden van het orgel ver
wachtte en waarop de dispositie was ge
richt met haar grondstemmen en met haar
naar verhouding vele vulstemmen, die als
kunstmatige boventonen de karakteristie
ke helderheid van timbre van het orgel
bewerkten, het was deze klank, die Die
trich Buxtehude bedoelde voor zijn orgel
werken, die ook Johann Sebastiaan Bach
koos voor zijn magistrale compositie en
die eveneens door Georg Friedrich Handel
werd toegepast bij het ten gehore brengen
van zijn transparante concerten. Het Bavo-
orgel was een representant van de tijd,
waarin het zijn voltooiing beleefde.
Maar de tijden veranderen en wij met
hen. De tweede helft van de achttiende
eeuw kwam met allerlei nieuwe stromin
gen. Classicisme, rationalisme en de eer
ste romantische gerichtheid ontwikkelde
zich naast elkaar, doch het was uiteinde
lijk de romantiek, die ging domineren en
die haar stempel zou zetten op de gehele
negentiende eeuw. Ook de kunst kwam in
haar ban. De toonkunst werd zeker niet
in de laatste plaats haar onderworpen die
nares.
Maar in de kerken stonden nog de oude
barok-orgels en in hun voornaam en edel
artistiek conservatisme weigerden zij elke
onderwerping aan de romantiek. Ook het
orgel in de Grote Kerk te Haarlem kon
jarenlang zijn oorspronkelijk klankkarak
ter bewaren, maar het bleef daardoor be
perkt in zijn repertoire. Dit was echter een
ber "°r. waarbij onze negentiende-eeuw-
se v -rvaderen zich niet wilde neerleggen.
Zij wilden ook op dit orgel romantische
muziek horen en onder leiding van des
kundige organisten is de dispositie van het
orgel gewijzigd Dit betekende een verlies
voor de barok klank, maar een winst voor
de expressiviteit van het orgel, waarop
nu ook „nieuwere" werken gespeeld kon
den worden, zoals composities van Men
delssohn, Schumann, Gernsheim, Merkel
Liszt, ja zelfs van Franck, Widor en Guil-
mant.
Het is echter met orgelmuziek vaak
eigenaardig gesteld. Zij wordt doorgaans
gecomponeerd door organisten, wier inner
lijke klankvoorstelling vrijwel identiek is
geworden met de mogelijkheden van het
door hen regelmatig bespeelde orgel. De
consequentie hiervan is. dat een uitvoe
ring op elk ander orgel gelijk staat met
een bewerking. Wanneer bijvoorbeeld mu
ziek van César Franck op het Bavo-orgel
wordt gespeeld, is dit zeker het geval.
Want met het „orkestrale" romantische
orgel van de „St. Clothilde" te Parijs, waar
Franck organist was, heeft het Haarlemse
orgel weinig gemeen. Maar het heeft nog
steeds de „romantische" registers die men
er in de vorige eeuw in heeft aangebracht
•n een bekwame, met artistiek inzicht en
iijlbegrip begaafde organist kan met .ge
bruik daarvan een voldoening schenkende
uitvoering van Francks orgelmuziek op dit
instrument geven.
Maar hoelang zal dit nog mogelijk zijn?
De restauratie, die voor de deur staat, be
oogt een radicale terugkeer naar de oor
spronkelijke dispositie. En dan zal het af
gelopen zijn met uitvoeringen van de wer
ken van Franck en van alle componisten
met romantische inslag. Een groot ge
deelte der orgellitteratuur zal onbruikbaar
worden voor vertolkingen op het Bavo-
orgel en alleen oude muziek en moderne
De bekende Europese electroden-fabriek
Soudometal uit Brussel, waarvan in 1947
in Amsterdam een dochteronderneming
werd opgericht, die in 1949 naar Scheve-
ningen werd overgeplaatst, wordt nu naar
Vlaardingen verplaatst. Het bedrijf in
Scheveningen, dat nodig uitbreiding be
hoefde, kreeg wat betreft de uitbreidings
plannen. weinig of geen medewerking van
het Haagse gemeentebestuur, reden waar
om men uitzag naar een andere plaats in
net Maas-Waterweggebied. Vlaardingen
bleek bereid het bedrijf met open armen te
ontvangen. Alles wijst er op dat deze doch
teronderneming, waarvoor men plannen
koestert deze in een Nederlandse n.v. om te
zetten, in Vlaardingen een grote uitbreiding
zal ondergaan. Aan de Industrieweg te
Vlaardingen is met het oog daarop 5000 m2
?rond gereserveerd, waarop als eerste aan
loop een fabriekspand zal worden gebouwd,
met een front-breedte van 31 meter en een
diepte van 43'/2 meter, met daarachter twee
aansluitende hallen van ieder 15 meter
breed en 30 meter diep: met de mogelijk
heid deze een uitbreiding te geven van
250 pet. Tot de bedrijfsruimte behoort ook
oen laboratorium voor praktische research.
In april 1959 zal dit pand aan de Industrie
weg in gebruik worden genomen. Het is
oen ontwerp van de Vlaardingse architect
A. D. de Vos, en wordt gebouwd door
Philips Bouwbedrijf c.v. uit Haarlem. De
eerste paal zal vrijdag 6 juni door de Brus
selse president-directeur, de heer D. La
grange, worden geslagen. In het project: is
voorlopig een half miljoen gulden geïn
vesteerd.
In het programma van de Haarlemse
Sportweek is er zondag in het Krelage-
huis een demonstratie-avond tafeltennis
gegeven. Afgewisseld met een aantal judo
specialisten zal een drietal bekende spelers
demonstreren. Deze spelers zijn: Frans
Schoofs, van de vereniging Nedlloyd te
Amsterdam, Jan Hogendoorn, oudhouder
van de NTTB-cup, en Jan Scheffer even
eens van Nedlloyd uit Amsterdam. Deze
avond begint om 8 uur.
Utrecht. De heer J. A. Kanters is gepromoveero
'et doctor in de wis- en natuurkunde op het
Proefschrift getiteld: „Het al of niet voorkomen
vao glutamal-5 en asparal-4-resten in eiwitten".
Groningen. Doctoraalexamen economische we
ienschappen: H. Dobbe, Groningen (cum laude).
Kandidaatsexamen geneeskunde Ila: dames W.
Klein Lebbink. Vorden; J. Praamsma. Gronin-
gjn; K.C. Wessels, Groningen: heren T. Feyling,
Ldanger (Noorw.): K. B. L.vkken. Oslo (Noorw.):
W- p. Oudendijk, Almelo; C.A. ter Weeme, Nede.
kandidaatsexamen rechtsgeleerdheid: E. van
Antwerpen, Meppel.
werken van objectief muzikaal karakter
zullen voorbeschikt blijven voor het Bavo-
orgelrepertoire. Mogelijk zal daarom de
orgelbespeling, die Albert de Klerk dins
dagavond in de Grote Kerk gaf en waar
bij nog de drie orgelkoralen van César
Franck tot uitvoering kwamen, als een
gedenkwaardige en misschien door veel
orgelmuziekminnaars betreurde dag en
door andere weer toegejuichte dag in de
geschiedenis van het orgel vermeld blij
ven: als de dag waarop voor het laatst in
deze ruimte de mystiek van Franck's mu
ziek haar meditatieve verstilling en haar
hymnische vreugden aan de toehoorders
kon geven, deze plaatsend voor het wonder
van rijke harmonieën en melodische lyriek,
vaak verweven in éen schoon lijnenspel.
Onder de handen van Albert de Klerk
heeft het orgel zich nog eenmaal in dienst
gesteld van deze muziek en het heeft de
klank van zijn tongwerken en labialen
in doeltreffende orde daarvoor gegeven.
Ja, ook deze uitvoering van Franck's ko
ralen was een bewerking, een aanpassing
en een benadering van de klank van het
orgel van Cavaille Coll, die ook het instru
ment bouwde, dat in de Haarlemse Con
certzaal staat. Maar zij maakt in al haar
gaafheid en zuivere expressie een diepe in
druk en zij deed ons beseffen hoe buiten
gewoon groot de verantwoordelijkheid is,
die de restaurateurs van het orgel op zich
genomen hebben.
P. Zwaanswijk
Advertentie
fris
„iris" is geen nieuw merk!
alle goede koolzuurhoudende,
alcoholvrije dranken zijn fris-dranken!
Burgemeester mr. O. P. F. M. Cremers
zal op maandag 23 juni in het stadhuis te
Bolsward een tentoonstelling openen, be
vattende werken van Haarlemmers uit de
afgelopen vijf eeuwen, /^an de voorberei
ding heeft de directeur van het Frans Hals
museum, de heer H. P. Baard, zijn mede
werking verleend en de tentoonstelling
duurt tot en met 31 augustus.
Bolsward heeft een prachtig raadhuis
uit het begin van de zeventiende eeuw,
waarin de laatste jaren in de zomermaan
den kunsttentoonstellingen worden gehou
den. Op het ogenblik is de oud-Haarlem
mer mr .J. A. Geukers burgemeester van
Bolsward en deze heeft zich in verbinding
gesteld met de heer Baard met verzoek
Wij hebben gistermiddag een hele weg
voor ons alleen gehad. En daar moest van
geprofiteerd worden, want binnen een
tijdsverloop dat officieel altijd „afzien
baar" genoemd wordt, zal deze weg een
drukke verkeersader zijn: de westelijke
randweg van Haarlem. Een wandeling
over het gereedgekomen gedeelte is weer
eens een heel andere manier om van de
Wagenweg naar de Zijlweg te komen. Op
de plek, waar men vroeger met de tram
uit Zandvoort op de Leidsevaart afdaalde,
hetgeen we altijd een kunstwerk hebben
gevonden, ziet men thans enerzijds de
nieuwe brug over de vaart in haar laatste
bouwstadium cn anderzijds het spoorweg
viaduct over de nieuwe randweg, die in wa
terstaatstermen terecht óók als kunstwer
ken worden aangeduid. Over het laatste
reed de trein, alsof dat altijd al zo geweest
was. Maar als om eraan te herinneren, dat
het niet altijd zo geweest is, ziet men
haaks op de verhoogde spoorbaan het
overblijfsel van het tramviaduct en de
naar Aerdenhout afbuigende afrit, waarop
men zich eens in de coupé, waarin het
verboden was te spuwen, helemaal ont
spande omdat men zijn recreatie tegemoet-
reed. De randweg, neemt daar zijn draai
naar het noorden en mén volgt, een menig
te herinneringen achter zich latend aan die
trambaan, die nu een zielloos stukje sla
perdijk is geworden.
Een nieuwe weg brengt verrassingen
met zich mee: wij hebben nooit beseft, dat
het Oosterduinkwartier zó dicht bij de
kruising van de Leidsevaart en de Zand-
voortselaan lag. Wij wandelden langs de
Lorentzkade en hoorden van een aldaar
in de berm gravend man, dat er van die ge
meentelijke hulpbrug naar het Ooster
duinkwartier wel niets zal komen. „Dat
krijgen ze bij de waterstaat nooit voor el
kaar", meende hij.
Op het stuk randweg na de kruising met
de Pijlslaan, aan welks breedte men weer
eens gewaar wordt hoezeer ook bij deze
weg de besteding is beperkt, kwamen wij
een dragline tegen. Met forse zwaaien
wierp deze een vrachtauto vol, die bij elke
hap op zijn wielen stond te schudden. Toen
de vrachtauto helemaal vol was gestort
en de chauffeur naar de draglinemachinist
knikte, waarop de draglincmachinist een
gebaar van „niettedanke" scheen te ma
ken liepen wij op de cabine van de
graafmachine toe. De machinist zette juist
de motor af en toen wij hem aanspraken,
haalde hij een der speciaal voor hem ge
construeerde geluidsstoppertjes uit een
zijner oren. „Goedenmiddag", zeiden wij
opnieuw, maar toen wij hem vragen wil
den stellen verklaarde hij alleen de meest
nabije bushalte te weten, want hij was
Amsterdammer en vond het werk nogal
eentonig. Wij gaven hem niettemin een pe
permuntje en wandelden verder. Achter
ons kwam een nieuwe vrachtauto in zijn
draaicirkel staan en de dragline zwiepte
weer driftig heen en weer. Het gaf ons vol
doening te weten dat de machinist van dat
ontzagwekkende ding nu een pepermuntje
van ons in de mond had.
Rechts van ons lag Haarlem, links de
tuinderijen met op de achtergrond de
prachtig kleurende bossen van Overveen.
De weg splitste zich weer even in twee ba
nen bij de kruising met de Vlaamse weg.
Van de kunstwerken ten behoeve van de
tuinders valt vooral het kleine viaduct over
het Houtmanpad en de Brouwersvaart
op en we zijn even in de tunnel afgedaald
om de glinsterende vaart met de Grote
Kerk aan de horizon in deze betonnen om
lijsting te zien. Het lieve Houtmanpaadje
heeft aldus ook alweer zijn romantiek ver
loren. Maar het gaat hier per slot niet
om dc minnende paartjes die hier 's avonds
langs de hoge heg schuifelen, maar
om de tuinders en die kunnen erdoor met
schuilen vol groenten.
Boringen
Nog even en wij waren aan de Zijlweg.
Het was goed, dat dit stuk randweg, dat
wij nog slechts als een forse streep op de
kaart hadden gekend, zelf te hebben be
wandeld. De westelijke randweg liep ten
noorden van de Zijlweg echt nog niet door,
maar wij wèl. Wij liepen dus een weiland
in, langs een paard dat ook niet kon ver
moeden, dat het van een stuk tracé liep
te grazen, recht op de spoordijk van de
lijn naar Zandvoort aan. Dit stuk is zelfs
nog niet aanbesteed, maar dat wil niet zeg
gen dat er niets gebeurt. Want aan de
spoorsloot stond een auto van de firma
H. Haitjema uit Dedemsvaart geparkeerd
en aan de overkant van de spoorsloot ston
den een paar mannen van Haitjema bij
een driepoot en een krachtig schuddende
motor. Zij verrichtten twee proefboringen
op dertig meter van elkaar (en dat kan
best de breedte van het tracé wezen, af
gezien van alle bestedingsbeperking).
Via een geboorde schacht lieten zij een
„puls" in de grond zakken en af en toe
haalden zij op. Dan liet een man de in
houd van de puls in een gegraven goot lo
pen en hij kwam er onmiddellijk met een
potje bij dat hij met modderig water vul
de en zorgvuldig dichtschroefde. „Dat
gaat naar het Rijksbureau," sprak hij
veelbetekenend.
Verheugd, op deze voorbereidingen voor
een nieuw kunstwerk te zijn gestuit, ver
volgden wij het uitgezette tracé. Daartoe
moesten wij, naar links en rechts goed op
lettend, de spoorbaan overklimmen en
aan de andere zijde over een sloot sprin
gen. Toen waren wij ineens in de riante
Waldeck Pyrmontlaan en in de tuinen
links en rechts zagen wij aardige mensen
onder kleurige parasolletjes zitten.
Maar midden in het plantsoen werd óók
al voorbereidend werk gedaan. Er stond
een sondeerwagen van de Technische Ho
geschool in Delft, afdeling weg- en water
bouwkunde, die een boor tot op 32 meter
diepte door de kleilaag in het zand dreef
om de weerstand ervan te onderzoeken.
„Tja," als je hier wilt gaan heien om een
viaduct bij de Julianalaan te maken, dan
moet je die dingen weten,'! ,zei ops een
der sondeermannen.
Wij waren dus nog steeds op het tracé,
staken de Julianalaan over en wandelden
rechtdoor de Willem de Zwijgerlaan in.
Daar liepen we bij de bocht naar dc Domp-
vloedslaan tenslotte vast op een hek. Maar
het tracé had ons in zijn greep. Wij klom
men erover en slenterd -r, een weiland in,
naar een boer, die er in volle gemoeds
rust een koe zat te melken. „Komt de weg
door uw land?" vroegen wij aarzelend.
,,'k Weet er niks van," zei de boer ver
baasd.
Als het dan wel zo was, wilden wij hem
niet inlichten. We zijn hard weggelopen.
Zulke dingen moeten de instanties maar
doen.
Dinsdagavond om half tien zag een 23-
jarige Haarlemmer, die op bezoek was bij
een kennis in de Kleine Houtstraat, dat
een jongen er met zijn voor de deur neer
gezette bromfiets vandoorging. Hij rende
naar buiten en zette de achtervolging in.
De jongen gooide de brommer bij de hoek
van de Lange Hofstraat neer, spurtte ver
der, deed bij de Korte Hofstraat zijn schoe
nen uit om sneller uit de voeten te kun
nen komen, maar werd even later toch
ingehaald. Er ontstond een vechtpartij,
rnaar toen de inmiddels gewaarschuwde
radio-autodienst arriveerde gaf de vluch
teling zich gewonnen.
Bij het verhoor vertelde de jongen, die
zeventien jaar oud bleek te zijn. dat hij de
bromfiets alleen maar weggepakt had om
een tochtje te maken, waarna hij de brom
mer weer op zijn plaats wilde terugzetten.
zijn medewerking te verlenen aan de in
richting van een tentoonstelling, gewijd
aan Haarlem.
Als toeristisch centrum is Bolsward
zeer belangrijk en het is te beschouwen als
een voorpost van het westen van óns land.
Er komen daar veel toeristen uit Scandina
vië voor zij naar het zuiden trekken en
ook wordt Bolsward druk bezocht door Ne
derlanders, die dit bekende Friese stadje
dat in het begin van 700 gesticht is, in hun
vakantieprogramma opnemen. Het stad
huis wordt 'n monument van Noord-Neder
landse renaissance genoemd en trekt de
aandacht door het fraaie interieur en een
toren van een bijzondere constructie.
Op de tentoonstelling zullen ongeveer
honderd werken te zien zijn, namelijk
schilderijen, aquarellen, zilverwerk en
beeldhouwwerk. De heer Baard heeft me
dewerking ontvangen van het Rijksmu
seum, het Mauritshuis, het Bisschoppe
lijk en Teylers museum, beide te Haar
lem, en uit het Frans Halsmuseum zullen
vierendertig werken ruim twee maanden
in Bolsward te zien zijn. Het is niet ge
makkelijk werken uit de musea te krij
gen in de zomermaanden, omdat dan het
bezoek het grootst is. Voor de Bolswardse
tentoonstelling heeft men toch veel me
dewerking ontvangen en een verzameling
wordt verkregen, die een indruk geeft van
de kunst uit Haarlem in de laatste vijf
eeuwen.
De heer Baard stelt een catalogus sa
men, waarin de burgemeesters van Haar
lem en Bolsward ook een artikel zullen
schrijven.
Bij Koninklijk Besluit is met ingang van
1 september benoemd tot rijksinspecteur
voor het lager onderwijs in de inspectie
Leiden de heer A. Boogaard uit Rotter
dam, thans leraar aan de Rijkskweekschool
in Haarlem. De heer Boogaard volgt in
Leiden de heer J. Machielsen op, die per
1 september met pensioen gaat.
De heer Boogaard is in 1914 geboren en
is onderwijzer geweest aan verscheidene
lagere en uloscholen in Rotterdam. Daarna
is hij hoofdbestuurslid geweest van de Ne
derlandse Onderwijzersvereniging. In sep
tember 1.957 werd hij benoemd tot leraar
'opvoedkunde aan de Rijkskweekschool iri
Haarlem. De heer Boogaard is een vooral
in ulo-kringen zeer bekende figuur.
Er zijn tekenen die erop wijzen, dat de
jeugdbaldadigheid in Haarlem in veront
rustende mate toeneemt. Beschadiging en
vernieling van eigendommen, straat
schenderijen en het ongeoorloofd zich op
houden op afgesloten terreinen zijn vrij
wel aan de orde van de dag. Afgezien van
de klachten van particulieren hebben
vooral tal van speeltuinen te lijden van
deze activiteiten van groepjes opgescho
ten knapen. Meer dan eens moesten speel
tuinbesturen ervaren, dat hun vaak na ja
ren van zuinig beleid verkregen bezit, bin
nen enkele uren aan dit jeugdvandalismc
ten offer viel. Hekken worden zonder par
don stukgetrapt, bestratingen opgebroken
cn tegels bi; tientallen tegelijk verdonke
remaand om nog maar niet te spreken van
de spcclwerktuigen, die door gewelddadig
gebruik onklaar zyn gemaakt of moedwil
lig onherstelbaar werden vernield. Tegen-
OAer dit ergerlijk optreden van de jeugdi
ge vernielers staan de besturen van de
speeltuinen vrijwel machteloos. De mees
te tuinen zijn na het sluitingsuur zonder
toezicht en bij wijze van spreken „aan de
heidenen overgeleverd". Menig tuinop-
zichter vraagt zich 's avonds bij het slui
ten van de hekken in alle ernst af, welke
herstellingen of erger hem de volgende
dag te wachten staan.
Een bijzonder onaangename kennisma
king met de werkzaamheid van zo'n stel
opgeschoten lanterfanters had onlangs het
bestuur van de speeltuin „Te Zaanen", ge
legen aan de Anthonie Fokkerlaan in
Haarlem-Noord. Op één enkele avond za
gen de „heren" kans een schuurtje af te
breken, het zich daarin bevindende ser
viesgoed in gruzelementen te smijten, een
aantal ruiten van het clubhuis in te gooien
en een ballonlamp stuk te slaan. De speel
tuin „Weltevreden" aan de Spaarndamse-
weg kan er ook over meepraten. Toen een
van de bestuursleden toevallig op een avond
na sluitingstijd op de tuin kwam werd hij
onaangenaam verrast door de aanblik van
een tegel plateau dat over een oppervlak
te van verscheidene vierkante meters was
opgebroken terwijl van de ongeveer ze
ventig ontbrekende tegels geen spoor was
te bekennen.
Een van de aardigste trekpleisters van
de speeltuin „Het Vondelkwartier" aan de
Vergierdeweg in Oud-Schoten, de kabel
baan, waarvoor dikwijls tientallen kinde
ren in de rij staan, staat op non-actief
nadat een groep zich vervelende slungels
in een onbewaakt ogenblik dit speelwerk-
tuig tot doelwit van hun vernielzucht had
den gekozen. Deze gevallen van opzette
lijke beschadiging van een anders eigen
dom kunnen nog met tal van voorbeelden
worden aangevuld.
Brief aan hoofdcommissaris
Een en ander is voor het bestuur van het
Haarlemse Speeltuin Verbond aanleiding
geweest zich schriftelijk tot de hoofdcom
missaris van politie iu Haarlem te wen
den.
In dit schrijven vestigt het verbonds-
bestuur de aandacht op de stijging van het
aantal gevallen van vandalisme door zekere
In uw artikel „Overzees gebied" onder
de rubriek „Van dag tot dag" j.l. 30 mei
toont u zich lichtelijk geïrriteerd over het
in het Parlementaire N.G.-rapport gecon
stateerde tegengestelde standpunt van de
Zending en de Missie op N.G., ten aanzien
van de voertaal aldaar. De Zending zou
voor Maleis en Nederlands naast elkaar,
en de Missie enkel voor het Nederlands
geporteerd zijn. U stelt de vraag, wat bei
den dan feitelijk met dit probleem uit
staande hebben. Met het strijdvoeren over
vi'aagstukken, die direct met de verant
woordelijkheid van het Koloniale bewind
verbonden zijn, zouden Zending en Missie
buiten hun boekje gaan van de eigen
directe opdracht om een bepaalde geloofs
overtuiging te moeten verkondigen. In
welke taal dit gebeuren moet, zou nergens
in de boodschap van het Evangelie dwin
gend voorgeschreven zijn. Tot zover een
samenvatting van uw gedachtengang op
dit punt. Inderdaad, de Bijbel schrijft geen
bepaalde taal voor om speciaal daarin de
Evangelieboodschap door te geven. Wel
Tien jaar geleden ondernam de organist
en koordirigent Simon C. Jansen de taak
om Haarlems christelijk gemengd koor
„Door Zang Vriendschap" op te werken
tot de levenskrachtige oratoriumvereni
ging, die het sindsdien geworden is. Hij
begon zijn activiteit en zo mede zijn
rol in het Haarlemse muziekleven met
„De Jaargetijden" van Haydn.
Zonder dat daar nu speciaal gewag van
gemaakt werd, heeft het koor dit tweede
lustrum dinsdagavond in de Haarlemse
Concertzaal herdacht met een herhaling
van hetzelfde werk, waarmee het zijn
„renaissance" inzette. Zo kon men deze
manifestatie zien als een belangrijke mijl
paal. die uiteraard deed terugdenken aan
de afgelegde weg, aan de groei van het
koor en ook aan die van de dirigent. Veel.
heel veel zelfs van wat wij verwachtten
toen wij Simon C. Jansen voor hel eerst
bij „Door Zang Vriendschap" aan het werk
zagen, is werkelijkheid geworden. Er
staat nu een mooi volklinkend koor, dat
onder Jansens leiding geleerd heeft ste
vig ritmisch en onder voortdurende hoog
spanning te zingen. Het mag dan waar
zijn dat het lenige gebaar niet de sterkste
zijde is van het talent van de dirigent,
maar hoe dan ook, hij bereikt door zijn
accuratesse een respectabele samenzang,
waarin steeds de bezieling van een warm
en gevoelig temperament leeft. Bovendien
was het ditkeer bijzonder opvallend, hoe
evenwichtig, delicaat genuanceerd en
klankschoon het begeleidend Noordhol
lands Philharmonisch Orkest onder zijn
leiding speelde.
Het lust mij niet om spijkers op laag
water te gaan zoeken betreffende deze
briljante kooruitvoering, die voor de zo-
veeiste keer het bewijs leverde dat Haydn
een groot meester was, die evenals de
beste Nederlandse genreschilders uit de
Gouden Eeuw het waarachtige leven boven
de aristocratische vormelijkheid wist te
stellen en het daarom waagde uitgelaten
volksfeesten in zijn werk te pas te bren
gen, waarvan hij kon verwachten, dat zijn
tijdgenoten er de neus voor zouden op
trekken. Wat dan ook het geval was, want
het heeft nogal een tijd geduurd eer „De
Jaargetijden" integraal op de oratorium
programma's verscheen, uitgezonderd de
première van 1801. De laatste twee delen
„Herfst" en „Winter" werden als contra
bande beschouwd. Maar men heeft er na
derhand van leren genieten, zoals wij op
picturaal gebied de hoogste waardering
hebben voor een ruige Hals en een gees
tige Jan Steen, die ook de poëzie ontdek
ten in het alledaagse.
De solisten, de sopraan Annette de la
Bije, de tenor Arjan Blanken en de bas
Herman Schey, beijverden zich om door
levendige voordacht de algemene tendens
van de uitvoering te dienen. Want samen
vattend kan gezegd worden, dat wij heb
ben kunnen genieten van een vitale inter
pretatie van het meesterwerk. Deze vitali
teit, uitgaande van de leider, die nu tien
jaar zijn energie en zijn kunde aan „Door
Zang Vriendschap" spendeert, belooft nog
veel voor de toekomst.
Jos. de Klerk
wordt aangedrongen op een duidelijke
taal, die spreekt' tot „verstand en hart
Vandaar dat mannen als Adriani en Kruyt
dan ook met klem aandrongen op bestu
dering en handhaving, waar mogelijk, van
de streektalen. Het probleem voor N.G. is
echter de tientallen streektalen, gedurig
door slechts zeer kleine gemeenschappen
gesproken. Daarom zond het Ned. Bijbel
genootschap van 1936'40 dr. J. Held naar
N.G., met de opdracht om na te gaan of
eventueel één of meerdere talen van een
eigen gebied tot algemene taal verheven
zou kunnen worden en deze dan te ge
bruiken in de sfeer van kerk en school.
(Dit dus in verband met Bijbelvertaling,
taal in de godsdienstoefening, de voertaal
op de scholen).
Dr. Held heeft echter moeten consta
teren, dat dit niet mogelijk was. Daarom
werd door de Zending (en naar ik meen
ook door de Missie, hoewel hier het taal
probleem voor kerkelijk gebruik enigszins
anders ligt) doelbewust gekoerst in de
richting van Maleis als lingua franca voor
kerk en school. Een lijn, die men feitelijk
allang volgde. Geheel in overeenstemming
met het Gouvernement. Waar Zending cn
Missie het allergrootste aantal scholen op
N.G. in beheer had (en heeft) was het van
groot belang, dat in deze dus volkomen
gelijke gedragslijnen werden gevolgd. Het
moet voor ieder duidelijk zijn, dat het
taalvraagstuk, speciaal in de vorm, waarin
het op N.G. naar voren komt, Zending en
Missie wel degelijk raakt, ook in het meest
essentiële vlak van haar directe opdracht
en arbeid. Indien in de naoorlogse periode
hier echter andere factoren in werking
treden en verschil van inzicht ontstaat,
dan ligt de oorzaak hiervan voornamelijk
in de andere verhouding, waarin N.G. tot
het overige deel van het voormalige Ned.-
Indië is komen te staan.
Een opzettelijke en algemene invoering
van het Nederlands als lingua franca (om
gangstaal) zou de meest ingrijpende con
sequenties inhouden voor Zending en
Missie in haar kerkelijke en schoolarbeid.
Het zou een artikel op zichzelf vragen om
hier iets dieper op in te gaan. Kerk en
Missie staan dan ook in haar volste recht
als zij zich over dit vraagstuk bezinnen en
aan de discussie hierover deelnemen.
Om hier zonder meer een verwijt aan
Zending en Missie te maken, lijkt mij tè
simplistisch geredeneerd, tenzij bepaalde
feiten naar voren gebracht worden ter
illustratie en fundering van dit verwijt.
Op N.G. draagt de Overheid te veel ge
zamenlijk met Zending en Missie verant
woordelijkheden, vooral op het terrein van
de school, dan dat men aan Zending en
Missie zonder meer het recht zou mogen
ontzeggen om zich mede te bezinnen in
zake het taalprobleem, tenslotte niet het
minst ook, omdat de taal op school onder
wezen, van zo'n grote invloed is voor de
omgangstaal in de prediking en in de ziel
zorg van Kerk en Missie.
EI. v. d. BRINK,
pred. van Makassar (met verlof).
elementen onder de Haarlemse jeugd. Als
speeltuinen, die daar in de laatste tijd in
het bijzonder schade van hebben onder
vonden, worden genoemd „DVS" aan de
Vondelweg, „Weltevreden" aan de
Spaarndamseweg, „Het Centrum" op het
Wilsonplein, „Te Zaanen" aan de Anthonie
Fokkerlaan en „WIK" aan de Oudeweg in
Haarlem-oost.
Het bestuur van het EI.S.V. wijst erop,
dat de op de tuinen aangebrachte bordjes
met „verboden toegang voor onbevoeg
den" meermalen in dubbele zin met de
voeten worden, getreden. Het verbond ver
zoekt daarom met klem het toezicht door
de politie in de buurten, waar speeltuinen
zijn gevestigd, te willen verscherpen.
Voorts brengt het verbondsbestuur on
der de aandacht, dat meer dan eens is ge
bleken dat, wanneer een politieagent door
iemand van de speeltuinleiding of door
omwonenden attent werd gemaakt op de
aanwezigheid van jongelui op de gesloten
tuin, door de desbetreffende agent of te
lankmoedig of in het geheel niet tegen
deze ongewenste bezoekers werd opgetre
den.
Naar wij van de zijde van het Haarlems
Speeltuin Verbond nog vernemen heeft de
Haarlemse politie naar aanleiding van de
gerezen klachten inmiddels een diepgaand
onderzoek ingesteld.
Gisteravond is de Avondvierdaagse van
de KNBvLO in Haarlem begonnen. Er
verschenen 255 deelnemers (244 voor de
eerste keer) aan de start, waaronder tien
groepen. De 10 km. tocht ging langs de
Brouwerskolk, de 17 km. tochts langs de
boulevaard naar Zandvoort.
Op zondag 1 juni was het vijfentwintig
jaar geleden, dat de heer P. van Diggelen,
wonende Benkoelenstraat 10 te Haarlem,
in overheidsdienst trad. De heer Van Dig
gelen, werkzaam als commies-A op het
kantoor van de PEN-centrale te Velsen,
heeft dit heuglijke feit dinsdag gevierd en
is 's morgens door de directie van 't PEN
te Bloemendaal op het hoofdkantoor ont
vangen. waar hij door de economisch ad
junct-directeur, de heer F. W. J. Straaken-
broek werd gefeliciteerd en hem tevens de
gebruikelijke gratificatie werd overhan
digd. Van het Provinciaal bestuur ontving
de heer Van Diggelen een bloemenhulde.
Door zijn naaste collega's werd hij op de
PEN-centrale te Velsen gehuldigd. Des
middags recipieerde de heer Van Diggelen
te zijnen huize, waar hij namens het jubi
leumfonds van het PEN bij monde van de
heer M. O. W. van Geijtenbeek werd ge
complimenteerd.
De 21-jarige Jan Rijkers, woonachtig in
de Koningstraat boven de rijschool Hage-
man, zette dinsdagavond om half acht zijn
invalidewagentje voor het huis op het
trottoir. Elij bleef de hele avond binnen,
maar wilde om kwart over elf zijn hondje
gaan uitlaten en toen bemerkte hij tot zijn
schrik, dat het wagentje weg was. Zijn
broer stapte onmiddellijk op zijn motor en
doorkruiste de stad in alle richtingen in de
hoop dat hij het pompwagentje zou vinden,
maar al zijn moeite was vergeefs.
De invalide jongeman kon vandaag al
niet naar zijn werk, maar zijn broer zorgde
ervoor, dat hij wat werk thuisbezorgd
kreeg. De vraag, die de omwonenden zich
stellen, is hoe het bij een zinnig mens kan
opkomen, een invalide van zijn wagentje te
beroven. Wei is het al eens een paar keer
gebeurd, dat een niet meer zinnige bezoeker
van een café er 's avonds laat mee ging
rijden, maar daar kon dan meestal een
stokje voor worden gestoken.
Inmiddels is aangifte van de vermissing
gedaan bij de politie.
Het programma van de orgelbespeling
op donderdagmiddag van drie tot vier uur
in de Grote of St. Bavokerk te Haarlem
door Albert de Klerk luidt: 1. Toccata e
Canzona, Girolamo Frescobaldi; 2. a. Fan
tasia octavi toni, Tomas de Santa Maria,
b. Medio registro alto de primer tono,
Francisco Peraza, c. Tiento de falzas de
cuarto tono, Sebastian de Eleredia; 3. Prae-
ludium und Fuge e moll, Dietrich Buxte
hude; 4. Sonata V d moll, Carl Ph. Em.
Bach; 5. a. Auf, auf, mein Merz, mit Freu-
den, b. Wir wollen alle frÖhlich sein, c.
Heut singt die liebe Christenheit, Ernst
Pepping.
BEVALLEN van een zoon: 31 mei: A.
Visser-Brand, A. Reitsma-Bijtsma, D, Sie-
mons-Poorter; 3 juni: M. H. Leeuwenstein-
Van der Ouw, C. M. van der Noll-Lina, J.
C. de Mol-Hulst.
BEVALLEN van een dochter: 2 juni:
A. M. de Smit-Graafland, V. M. Hulse-
bosch-Redeker, J. M. Duivenvoorden-Gui-
teneau; 3 juni: J. Wiegman-Zwaanswijk.
ONDERTROUWD: 28 mei: A. J. van der
Werff en J. J. T. Bos; 29 mei: J. Schoe-
maker en A. Klein, J. W. Govers en C. H.
Lucke, R. J. A. Ellenkamp en G. van Her
wijnen, C. A. van de Stolpe en D. J. Horst,
J. de Wilde en E. de Geus: 3 juni: H. van
Beukei en A. E. van der Steeg, B P. Abe-
ling en M. C. H. E. Leenderts, H. W W.
Plantjé en N. van Wees, G. H. Born en M.
de Bie, J. M. Wittkamper en C. G. van
Wingerde.
GETROUWD: 3 juni: A. P. M. Boots en
A. C. Pannekeet, P. W. Muys en J. A. van
der Klooster, A. van der Leij en D. Broer
tjes, I. J. de Block en J. W. Souwer.
OVERLEDEN: 31 mei: P. Piet, 61 j.,
Kamperlaan; J. Götzl-Odkolek, 67 j', Haze-
paterslaan; G. A. Dekker-Ott, 59 j., Prin-
sesselaan; A. Blokdijk-Valk, 66 j., Dinkel-
straat; H. Jansen, 90 j., Marnixstraat; 1
juni: H. C. Vermolen, 66 j., Westerhout
straat: 2 juni: J. H. J. Surendonk, 68 j„
Dr. Schaepmanstraat; A. J. Möhringer. 71 j.
Overtonstraat; E. Sikkema, 46 j., Velser-
straat: A. J. van Dokkum-Bruins, 85 j.,
Kijkduinstraat.