„Schotsjevarende" geleerden
ontdekken twee bergketens
Een reusachtig geschiedenisboek
met bladzijden van sneeuw
WMm.
■MHM
Wekelijks toegevoegd aan alle edities van
Haarlems Dagblad/Oprechte Haarlemsche Courant
■-^"V *zii - »8 --1
en IJmuider Courant
EXPEDITIES IN DE POOLZEE
Radioactieve isotopen
tegen valsemunterij
Zij hebben grote invloed op stromingen
en bewegingen van ijsbergen
COJ3JC ,-jV.
De neüen Mezen
BORINGEN IN GRO ENLANDS IJSKAP
door dr. J. J. Raimond jr.
Onze taal
Vreemdelingenbezoek aan
Amsterdam nam toe
->■ >?A' -- -v
'*f i '*V
■y/'/\. WÊg j.$W'j% X 'f sj wMÈ m x X Cv §t!p 1 >,S P«
De machtige ijskap van Groenland en het niet minder indrukwekkende ijsdek van
Antarctica zijn feitelijk de omvangrijkste twee geschiedenisboeken ter wereld. Zij
bestaan uit bladzijden vervaardigd van sneeuw, beschreven door de natuur zelf.
Tijdens de noordpoolwinter wordt geheel Groenland bedekt met een nieuwe laag
sneeuw, gedurende de daarop volgende zomer stijgt de temperatuur zodanig, dat
het bovenste laagje van het jonge sneeuwdek smelt, dan wel eigenschappen verwerft,
die het mogelijk maken dit sneeuwdek te onderscheiden van de sneeuw, die ge
durende de eerstvolgende winter valt. Zo ontstaat ieder jaar een nieuwe laag sneeuw,
die van de volgende gescheiden is door een dun zomers ijslaagje. De lagen liggen
opgetast als de bladen van een heel dik boek. Omdat de onderzoekers vermoedden
dat dit boek vele wetenswaardigheden zou bevatten, hebben ze een poging gedaan
iets te ontcijferen van hetgeen er in dit reuzenboek geschreven staat.
De uitkomsten, verkregen tijdens het
Internationale Geofysische jaar 1957/
'58, beginnen binnen te druppelen. Natuur
lijk nog niet de uitkomsten, die de vrucht
zullen zijn van het werk van groepen ge
leerden, die over de hele wereld ver
spreid aan hetzelfde onderzoek werken.
Hun uitkomsten zullen zeker nog wel een
jaar op zich laten wachten.
Inmiddels wil ik iets vertellen over een
ontdekking in de Noordelijke Poolzee. De
Amerikaanse commissie voor het Geofy
sische jaar heeft in het Noordpoolgebied
op twee grote schollen poolijs waarne
mingsstations gevestigd. Ze heten station
A en station B (zie bijgaand kaartje). De
ijsschots A heeft een dikte van 2 kilometer.
Zijn breedte en lengte bedragen elk ruim
3 kilometer. IJsschots B. is langwerpig:
lengte 16 kilometer, breedte ruim 6 kilome
ter en dikte 50 meter. Het station A is „be
woond" door twintig personen. Deze leven
er in hutten en zij onderhouden door mid
del van radiozenders, hefschroefvliegtui-
gen en gewone vliegtuigen het contact met
de bewoonde wereld.
De Russische onderzoekers hebben
eveneens twee ijsschollen in gebruik, de
stations noordpool (N.) 6 en noordpool (N.)
7. Het eerste is bemand met dertien en het
tweede met zestien koppen. Een van de
stations beschikt over een lier, waarmee
instrumenten tot een diepte van 4 kilome
ter kunnen worden neergelaten.
Het is niet voor het eerst dat poolonder-
zoekers een ijsschots als voertuig hebben
gekozen. Op zoek naar de „noordelijke zee
weg", een verbinding tussen de Atlanti
sche en de Stille Oceaan, hebben Russen,
Noren en Amerikanen de pogingen van
Heemskerk en Barentsz voortgezet met al
le voertuigen, die zich tot dit barre werk
leenden: schepen, luchtschepen, vliegtui
gen enijsschollen. In de jaren na 1948
hebben Russische onderzoekers in het bij
zonder de bodem van het noolzeebek-
ken onderzocht. Zij hebben toen een groot
aantal dieptemetingen verricht. Op de
bodem van de vier kilometer diepe poolzee
troffen zij het Lomonosov gebergte aan
(zie op de kaart tussen pool en N.7) een
bergketen met een hoogte van ongeveer 3
kilometer en een lengte van 1800 kilome
ter.
Maar laten we terugkeren tot de Ameri
kaanse ijsschollen die thans zig-zag over
de poolzee zwalken. De onderzoekers kre
gen tot taak weerkundige waarnemingen
te verrichten, de diepte van en de stromin
gen in de poolzee te meten, magnetische
waarnemingen te verrichten, poollicht te
fotografei-en en nog veel meer. Terwijl
het drijvende poolstation A., meegevoerd
door de stroom, kilometer na kilometer in
de barre poolzee aflegt, worden regelma-
In de poolzee zijn de Amerikaanse stations A en R en de Russische noordpool 6
e7i noordpool 7 gevestigd op grote ijsschollen, die onbestuurd. worden meegevoerd
door het stromende water. De stations zijn voorzien van de modernste instru-
menten en de onderzoekers leven er maa.nd.en achtereen onder redelijke om
standigheden. Zij wonen er eenzaam en verlaten, maar de moderne verkeers- en
verbindingsmiddelen, onder andere hefschroefvliegtuigen, auto's met rupsbanden
en radio, maken het leven draaglijk. De twee grote bergketens op de bodem van
de poolzee zijn door evenwijdige strepen aangeduid. De bergketen dicht bij de
stations A en N 6 is pas ontdekt. De kaart laat tevens zien hoe in het bijzonder
het 3000 meter hoge Lomonosov-gebergte de stroming van 't zeewater beïnvloedt.
tig lodingen dieptepeilingen verricht.
Tevens wordt met behulp van slingers de
sterkte van de zwaartekracht gemeten.
Toen nu enkele maanden geleden sta
tion A langzaam in de richting van de
noordpool dreef, verrieden de lodingen een
vermindering van de diepte van 3000 me
ter tot 1500 meter. Ook de zwaartekrachts
meter verried de aanwezigheid van een
groot massief. Zou de schol boven een nog
onbekende bergketen terecht zijn geko
men? Terwijl deze vraag de onderzoekers
in spanning hield, veroorzaakte de stro
ming van het water een koerswijziging. De
noordwaartse beweging werd gevolgd
door een westwaartse. Tijdens dit deel van
de tocht bleef het lood diepten van 1500 tot
1800 meter aanwijzen en toonde de zwaar
tekrachtsmeter onafgebroken een onge
woon sterke aantrekkingskracht aan. Na
dat de ijsschol de noordwaartse koers had
hervat, daalde de diepte opnieuw tot onge
veer 3000 m. Blijkbaar was station A weer
boven diep water aangekomen en had het
de bergketen achter zich gelaten.
Desondanks bleef de zwaartekrachtme
ter de aanwezigheid van het gebergte aan
wijzen, zelfs nog toen het station A er
reeds honderd kilometer van verwijderd
was. Kortom: de onderzoekers, die het
Geofysische jaar doorbrengen op station
A hadden een tweede, forse bergketen ont
dekt op de bodem van de poolzee (zie op de
kaart bij A en N 6).
De bemanning van de Nautilus de
met kernenergie gestuwde Amerikaanse
onderzeeboot heeft zijn weg moeten kiezen
onder het poolijs en over het woeste
berglandschap op de bodem van de pool
zee. Doch de bemanning zal niet zo zeer
beducht zijn geweest voor de omhoog ge
richte toppen van de bergketens als wel
voor de, naar beneden gerichte, uitsteek
sels van het ijsdek vlak boven hun schip.
Het mag geen verwondering wekken dat
de onderzeese bergketens invloed hebben
op de richting van de zeestromen in de
poolzee.
Vooral de Lomonosov-keten schijnt in dit
opzicht belangrijk te zijn. Deze verdeelt de
poolzee als het ware in twee bekkens. Het
ene bekken is begrepen tussen de Lomono
sov-keten en de noordkust van Europa.
Het andere ligt tussen de Lomonosov-keten
en de noordkust van Alaska en Canada.
Langs het Lomonosov-gebergte stroomt
water naar de oostkust van Groenland. Dit
water is kouder dan het water dat langs
de andere kant van het gebergte naar de
eilanden ten westen van Groenland
stroomt. Hieruit is te verklaren dat vele
ijsbergen die van de oostkust van Groen
land afbreken, in het koude water zeer
lang blijven liggen, terwijl in het warme
re water langs de westkust van Groenland
lang niet zoveel opeenhopingen van drij
vende ijsmassa's ontstaan.
Zo worden stukje bij beetje de raadsels
van de onherbergzame poolstreken opge
lost. De oceanografen, die thans op ijs
schollen hun metingen verrichten, maken
aanzienlijke vorderingen met het explore
ren van de poolzee. Het tijdperk van de ont
dekkingsreizen is nog niet voorbij.
Pax Romana. De Nederlander Tom
Kerstjens is dinsdag op het wereldcon
gres van Pax Romana in Wenen benoemd
tot algemene secretaris van de beweging.
De Spaanse professor Ramón Sugranyes
de Franch werd voorzitter. Het volgende
wereldcongres zal in 1961 worden gehou
den op een nog nader te bepalen plaats
in Zuid-Amerika, dit „ter onderstreping
van de belangrijkheid der Zuidamerikaan-
se landen voor het werk van deze bewe
ging van katholieke intellectuelen".
BENT U deze zomer nog in Parijs geweest?
Tien tegen één dat de vriend, aan wie u
tevoren uw plannen toevertrouwde, de in
tieme mededeling deed: „Dan weet ik een
bijzonder goed eethuisje voor je!" Iedere
toerist heeft namelijk nog iets in zich van
de kwajongen van vroeger, die bij het be
treden van een afgetrapt bospad een weg
dacht in te slaan waar niemand vóór hem
ooit geweest was. In elk van ons sluimert
de romantische avonturier, die twee of drie
weken per jaar de dure gelegenheid heeft
om ontdekkingen te doen in het met neon-
buizen verlichte oerwoud der Franse be
schaving, de naaktloopsters te bestuderen
in hun minuscule beestenvellen en op jacht
te gaan naar met knoflook doortrokken
voedsel.
Was u in augustus in Parijs, dan zult u
bij de opgegeven zéér exclusieve, aan nie
mand anders bekende, volkomen aparte
adressen twee ervaringen hebben kunnen
opdoen. Het meest waarschijnlijke is, dat
er honderd uitgehongerde wilden, in onbe
taalbare textiel verpakt, op de stoep ston
den te dringen naar een plaats aan een
van de tien gammele tafeltjes. De tweeae
kans was, dat de oudgothische krulletters
aan de gevel, waarmee een als een spijs
kaart zo onleesbare naam stond geschetst,
door de felle woorden „Self-service" ver
vangen bleken te zijn. Want Frankrijk mag
dan de vijfde republiek beleven, niettemin
regeert er maandenlang een veelkoppige
koning: de Amerikaanse klant.
Waar is nu de Franse fierheid op de
moedertaal? Zou er daar geen proteste
rend genootschap „Onze Taal" bestaan?
Of zou men de stelling van onze Chariva-
rius: „Het Engels is een taal van louter
vreemde woorden, die allemaal verkeerd
worden uitgesproken" huldigen? Men vindt
in Parijs tegenwoordig Engelse woorden
bij de vleet. En niet alleen bij de vleet,
maar ook op de Champs Elysées en zelfs
in de rustiek vergulde artiestenbuurten.
Blijkbaar redeneert men zo: het buiten-
landse bezoek is een mooie gelegenheid
om een paar van de woorden, die wij heb
ben uitgeleend toen de rest van de wereld
nog onmondig was, eindelijk terug te
nemen. D.K.
"iri.f.'fWl'.SfJ'
GENèVE (ANP) Radio-actieve iso
topen hebben de toekomst zwart gemaakt
voor de muntvervalsers. Het is namelijk
mogelijk, deze isotopen te gebruiken om
bankpapier een radio-actief merk te ge
ven, zodat vervalsing ervan veel moeilij
ker wordt. Het radio-actieve merkteken
kunnen vervalsers niet, of zeer moeilijk
aanbrengen en is heel gemakkelijk op
te sporen door wie er de apparatuur voor
bezit.
Dit is een van de voorbeelden van de
ontelbare toepassingsmogelijkheden van
de radio-actieve isotopen, die op de atoom
conferentie te Genève werden gegeven
door dr. Libby van de Amerikaanse com
missie voor kernenergie. Dr. Libby be
weerde, dat de terreinen waarop de ra
dio-isotopen diensten kunnen bewijzen, zo
uitgestrekt en gevarieerd zijn, dat men
elke vijf minuten een nieuwe toepassing
zou kunnen uitdenken.
Een ander voorbeeld is het conserveren
van boeken. Papier vergaat vrij snel, maar
radio-isotopen zouden een boek wel twin
tigduizend jaar houdbaar kunnen maken.
Radio-isotopen zouden de artsen gelegen
heid kunnen geven in bepaalde gevallen
met een radio-actieve pil zeer snel een
diagnose te stellen. Zij kunnen bederf van
voedsel tegengaan, automatische controle
uitoefenen in olieraffinaderijen, en de me
teorologen in staat stellen op de duur veel
nauwkeuriger weersverwachtingen te ge
ven. De enige moeilijkheid is, dat de isoto
pen, die hiervoor het meest geschikt zijn
koolstof-14 en tritium, die lichte stra
ling uitzenden nog zeer duur zijn. Maar
naar de mening van dr. Libby zal het mo
gelijk zijn een nieuwe methode te vinden
voor de vervaardiging van deze isotopen,
die veel goedkoper is.
In een rapport verklaart dr. Libby dat
in de drie jaren die verlopen zijn sinds de
eerste atoomconferentie in Genève, het
industriële gebruik van radio-isotopen al
leen al in de Verenigde Staten in 1957 een
half miljard dollar heeft bijgedragen in
de nationale economie. In 1953 was dit hon
derd miljoen dollar. Een onderzoek naar
de bespranigen, die radio-isotopen de in
dustrie kunnen opleveren, geeft als ver
moedelijke uitkomst een miljard dollar per
jaar.
Japanse geleerden hebben met behulp
van radio-actieve scheikundige stoffen vin
gerafdrukken ontdekt die met de bestaan
de methoden niet gevonden kunnen wor
den, aldus blijkt uit een Japans rapport
op de Geneefse atoomconferentie. Vinger
afdrukken op kleding die gewoonlijk niet
zichtbaar gemaakt kunnen worden, kun
nen met de nieuwe manier ook niet wor
den ontdekt.
Toby Rix. De Nederlandse artiesr
Toby Rix is uitgenodigd zaterdagavono
voor de Engelse televisie op te treden. Hij
zal medewerking verlenen aan het pro
gramma van de show van George Formby.
Eerste prys. De Haagse schilderes
Isabella de Reede heeft de eerste prijs ge
wonnen in de afdeling moderne composi
tie van het Concours du Grand Prix In
ternational de Deauville.
up ue ijsuujj
munsters
sneeuw en ijs van honderden meiers diepte omhoog te halen.
In 1957 heeft een groep Amerikaanse on
derzoekers in het kader van het Geofy
sisch Jaar, ergens op Groenland tot een
diepte van 410 meter een gat geboord. De
werktuigen en de bedienende vakmensen
waren beschikbaar gesteld door het Ame
rikaanse leger. Zij gingen zo ongeveer te
werk als een kok. die het klokhuis uit een
appel boort. Met de grootste zorgvuldig
heid werd de boor telkens opnieuw om
hoog gehaald teneinde er de uitgeboorde
ijskern uit te verwijderen. Elke omhoog-
gebrachte cylinder sneeuw (of ijs) werd
aandachtig bekeken op zoek naar de ken
merken. die de zomer er in achter gelaten
had. Met andere woorden: de onderzoe
kers boorden in elke bladzijde van het
ijsboek een gat. Aldus telden zij het aan
tal bladzijden, dus het aantal jaren. Zij
zijn er thans reeds in geslaagd de „blad
zijden" behorende bij de jaren 1700, 1701,
1702tot 1957 met zekerheid te her
kennen. Weet u het nog: 1702: koning
stadhouder Willem III overlijdt na een
val van zijn paard: begin van het tweede
stadhouderloze tijdperk
Tot op een diepte van ongeveer 300 m
verliep alles vlot. maar toen begonnen de
moeilijkheden. De diepere lagen, zijn na
melijk samengeperst door de zware
sneeuwlast die er boven ligt. Niet alleen
de sneeuw maar ook de erin opgesloten
luchtbelletjes zijn samengeperst. Toen de
boor de luchtbellen de drukkende last
••an de schouders nam, ontwikkelde de
samengeperste lucht zulk een kracht dat
er kleine ntploffingen ontstonden. De uit
geboorde sneeuw verbrokkelde en de
wand van het geboorde gat werd ver
nield. Moeder natuur geeft haar geheimen
niet zonder slag of stoot prijs! Toch zijn
de onderzoekers er in geslaagd tot een
diepte van 410 m door te dringen, toen
waren zij tot bladzijde 800 doorgedrongen,
in de sneeuw, die op Groenland is gevallen
in de tijd dat de kruistochten werden
ondernomen.
Doch het is niet de bedoeling het bij het
tellen van de bladzijden te laten. Er staat
ook iets op, of laat ik liever zeggen in de
bladzijden te lezen. De hoeveelheden ijs
behorende bij de opeenvolgende jaren,
werden zo goed mogelijk van elkaar ge
scheiden en onderzocht op insluitsels. Er
bleken allerlei verontreinigingen voor te
komen: meteorieten, bacteriën en
vulcanische as.
Op een diepte van 30 m werd in de
Groenlandse ijskap as gevonden, die door
de vulkaan Katmai (Alaska) tijdens de
uitbarsting van 1912 de dampkring in werd
geslingerd. Hoogstwaarschijnlijk zal ook
de as van de Krakatau, uitgestoten bij de
hevige uitbarsting van 1883 worden terug
gevonden. niet alleen op Groenland maar
ook op Antarctica. De Krakatau heeft ont
zaglijke wolken as omhoog gestuwd. Zij
zijn maandenlang in de dampkring blijven
zweven. De stromingen in de dampkring
hebben de as van de Krakatau die nabij
de evenaar is gelegen over de gehele
aarde verspreid, zowel naar het zuidelijke
als naar het noordelijke halfrond. Aange
zien de weerkundigen grote belangstelling
hebben voor de wereldomspannende stro
mingen in de dampkring, zijn zij zeer
nieuwsgierig naar de as van de Krakatau,
die nabij de noord- en de zuidpool terecht
is gekomen.
Er Is ook een groep onderzoekers naar
Antarctica vertrokken. Hun doel was daar
soortgelijke boringen te verrichten. Maar
ook zij ondervonden moeilijkheden. In Ant
arctica valt des winters veel minder
sneeuw en hagel dan op Groenland. De
jaarlijks gevormde sneeuwlagen zijn dus
dunner, of. om bij onze beeldspraak te
blijven: de bladzijden van het Antarctische
sneeuwboek zijn dunner. Niet alleen valt
er 's winters minder neerslag, maar de
zomers zijn er bovendien kort van duur.
Dit heeft tot gevolg dat lang niet elke
zomer het bovenste laagje van de sneeuw
smelt en in ijs wordt veranderd. In plaats
van duidelijk gescheiden lagen, ontstaat
er dus een pak sneeuw waarin de „blad
zijden" niet of moeilijk te tellen zijn.
Voorzover thans bekend is, hebben de
Amerikaanse onderzoekers een put met
een diepte van 30 meter gegraven en in de
bodem van deze put nog weer een gat van
30 meter geboord. Omdat de Antarctische
lagen dunner zijn, beslaat een boring tot
een diepte van 60 meter reeds een aanzien
lijk aantal jaren. Mocht het gelukken er
gens in Antactica tot een diepte van 300
meter te boi-en, dan zou sneeuw, gevallen
tijdens de geboorte van Christus, opge
doken worden. Tot nu toe echter zijn de
Amerikaanse onderzoekers tot 60 meter
diepte doorgestoten en de Russische tot
een diepte van 70 meter. Mocht in Antarc
tica „het tellen van de bladzijden" niet ge
lukken, dan staat er nog een andere moge
lijkheid ter beschikking: de ouderdom van
de omhooggebrachte sneeuw kan met be
hulp van radio-actieve stoffen worden be
paald.
In de sneeuw, die uit bevroren water
bestaat, komen geringe hoeveelheden
radio-actieve waterstofkernen voor, zo
genaamde tritiumkernen. Naarmate de
sneeuw en dus ook de daarin voor
komende tritiumkernen langer in de
Groenlandse en de Antarctische sneeuw-
dekking bedolven hebben gelegen, zal het
aantal nog aanwezige tritiumkernen klei
ner geworden zijn. Met andere woorden:
het aantal tritiumkernen zal de ouderdom
van de bedolven sneeuw verraden.
Nu we toch over radio-activiteit spre
ken regendruppels en sneeuwvlokken
vormen zich gewoonlijk om geladen stofjes
heen. Zulke geladen deeltjes worden in de
dampkring gebracht door de industrie
endoor proeven met kernenergie-
bommen. Indien de poolsneeuw die hon
derd jaar geleden op de poolkappen is
neergedwarreld. wordt vergeleken met de
sneeuw, die er in de jongste tijd terecht is
gekomen, dan zal kunnen blijken in hoe
verre de industrialisatie en de proeven
met kernwapens de aardse dampkring
hebben verontreinigd. Zo helpt, de natuur
ons bij het vorsen naar de gevolgen van
's mensen daden.
Blijkens cijfers van het Gemeentelijk
Bureau van Statistiek te Amsterdam be
droeg het aantal buitenlandse gasten in de
hoofdstad gedurende de eerste helft van
dit jaar 249.514 tegen 235.966 in de over
eenkomstige periode van 1957. Het aantal
overnachtingen bedroeg in deze periode
553.331 tegen 543.225 in 1957. Het totaal
aantal buitenlandse gasten steeg met 5,7
pet. Het gemiddelde overnachtingscijfer
liep terug van 2,3 tot 2,2. Deze kleine ach
teruitgang in de verblijfduur wijt men be
halve aan de krapheid van geldmiddelen
ook aan de moeilijkheid gedurende het sei
zoen in Amsterdam op korte termijn lo
gies voor langere tijd te vinden.
Het bezoek van Nederlanders aan Am
sterdam bedroeg in dit eerste half jaar
92.529 tegen 95.548 in het eerste half jaar
van 1957. Het aantal overnachtingen in de-
ze période bedroeg 157.414 tegen 156.042 in
1957. Dit totaal aantal Nederlandse gas
ten daalde met 3,1 pet. Het aantal over
nachtingen met 4,6 pet. Het gemiddeld
overnachtingscijfer handhaafde zich op
1,7 pet. Het teruglopen van het overnach
tend Nederlands bezoek ziet men als ge
volg van de steeds beter wordende ver
bindingen, die het niet te controleren dag-
bezoek stimuleren.
De cijfers voor juli zijn 89.084 buitenlan
ders (73.021 in 1957) en 17.455 Nederlan
ders (18.546 in 1957).
Avondopenstelling. Gedurende de
maand september zal de tentoonstelling
van Franse tekeningen uit Amerikaanse
collecties „Van Clouet tot Matisse" in
Museum Boymans te Rotterdam ook elke
woensdagavond geopend zijn van 19.30 tot
22 uur. Tevens bestaat er dan voor de
bezoekers de gelegenheid onder deskundigs
leiding een rondleiding te volgen.