Achttien tentoonstellingen onder één Fotokina-dak NIGERIA - zal het geheel sterker zijn dan de delen? Het Franse optreden in Algerije Plaatjeskijkeri en gros L Belangrijk constitutioneel architecten- zverk in Londen DINSDAG 30 SEPTEMBER 1958 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 7 Nieuwe leerkrachten aan het Conservatorium „AH-star-orkest" komt naar Nederland Nieuwe dirigent bij het Gelders Orkest Speciaal nummer van „Vredesactie" Conferentie over schrijvers en hun privé-leven Britse Cornet IV nu ook luchtwaardig bevonden Vrachtvliegtuig uit Libanon vermist Zweeds pleidooi in het voogdijgeschil over Elisabeth Boll Prinses Beatrix woonde rechtzitting bij „At oomonder zeetank er' Consultatieve status voor drie Joodse organisaties Randolph Churchill had een onderhoud met Dulles Aan het Amsterdams Conservatorium is benoemd tot hoofdleraar saxofoon de heer J. J. Klemann, tot leraar muziekge schiedenis de heer M. van Duyn, tot lera ren piano de dames J. E. Bettinck-de Rid der, Debora Land, J. L. Vel en de heren J. R. Kruyt, Joh. Röntgen. (Van een onzer redacteuren) HET GROTE bezwaar van de meeste jaar- en vakbeurzen is, dat er teveel te .jen valt. Ook de Fotokina 1958, zaterdag hi Keulen begonnen, lijdt aan dal euvel. £r js zoveel aanbod, dat zelfs de man-van- het-vak het nauwelijks kan overzien, laat staan critische vergelijkingen te maken "njn alles wat er te koop i.< Dat geldt ook voor het culturele deel van de Fotokina. die maar liefst achttien verschillende fototentoonstellingen om val. Bij de bespreking van deze foto-over had zullen wij dus slechts hier en daar (Hl greep doen. Dat kan des te gereder, omdat veel van het geëxposeerde met •Hes respect voor de goede bedoelingen min of meer tegenvalt. De beide collecties foto en school'' en „Duitse jeugd foto grafeert" bijvoorbeeld zijn van zeer mid delmatig gehalte. Wij begrijpen, dat de Duitsers trots zijn op het feit, dat de foto grafie in hun land reeds op de lagere- ichoolbanken ijverig beoefend wordt. Maar om daarvan een beeld te geven, had men met een kleine collectie van de beste prestaties kunnen volstaan. Onder de hon derden foto's in de afdeling „Jeugd foto grafeert" geven er slechts enkele blijk van ren originele visie. De grote meerderheid bestaat uit onrijpe naaperij in Paris Match-stijl, met. veel „suggestieve" on-, scherpte. Dit. soort „nozemisme" in de fo tografie dat bij de meeste beoefenaars alleen maar dient, om een tekort aan tech nisch kunnen te maskeren, ziet men tegen woordig op alle „salons" en clubtentoon stellingen. Op een wereldtentoonstelling als de Fotokina hoort het zeker in deze omvang eigenlijk niet thuis. FRISSER en aanmerkelijk minder pre tentieus zijn de foto's in de collectie „Hoe wij leven", waarin de Europese jeugd, met :nbegrip van die uit. enkele „Gordijnlan- ■en" in foto's iets vertelt over haar vrijetijdsbesteding. Er zijn verbluffend- tnappe actieplaten van kinderen bij hun wilde straatspelletjes, van rappe kunst rijders en van opgeschoten jongelui, in diepe concentratie gebogen over een tafel voetbalspel. Vier foto's van Hollandse jon gens en meisjes zijn in deze keurcollectie opgenomen, waarvan er één een Fotokina- piaquette kreeg. Zijn maker, de 23-jarige Groninger H. M. Heuvel, mag als beloning een negendaagse reis door Duitsland ma ken. Het Amerikaanse weekblad Life toont Dieren die zich „net als mensen" ge dragen. vormen een der dankbaarste onderwerpen voor de fotograaf die naar leuke plaitjes zoekt. Op de ten toonstelling „De lachende camera" op de Fotokina zijlb er diverse voorbeel den van te zien. Deze prent, „De toe kijker" is van de Duitse fotograaf Heinrich Goebel. Fotokina, in hal 3, zijn nu een aantal van cehalve een aantal van haar beste kleuren platen een collectie van honderd opnamen door haar chef-fotografe Margaret Bourke- White, die voor haar blad alle politieke crises, oorlogen, revoltes en natuurrampen der laatste twintig jaar vereeuwigd heeft. Zij is het prototype van de razende repor ter in nieuwe stijl. Kruipend over de slag velden van Korea en hangend aan heli kopters boven werkende vulkanen om slechts twee van haar levensgevaarlijke verrichtingen te noemen, maakte Mar- garet Bourke-White de keiharde nieuws- platen, die Life aan zijn wereldfaam ge holpen hebben. Maar ook haar fascineren de portretten van grote staatslieden (en van doodgewone kleine luyden) zijn staal tjes van uitzonderlijk fotografisch talent. De markante foto's, op de Keulse expositie bijeengebracht, doen dat talent alle recht wedervaren. DE VERZAMELING „Subjectieve foto grafie" heeft ons daarentegen maar weinig gedaan. Een heel enkele plaat in deze ra riteitencollectie boeit door zijn ritmisch vormen- en lijnenspel, maar de overgrote meerderheid is naar onze smaak zinloos experimenteel gebroddel. Stellig zijn er op dit fotografische grensgebied treffende dingen gemaakt, maar in de Fotokina-show blijft het subjectivisme ver beneden de middelmaat. Van uitzonderlijk gehalte is de afdeling waarin 25 vooraanstaande internatinonale dierenfotografen hun werk tonen: docu mentaire opnamenseries die een boeiend beeld geven van de strijd om het bestaan in de dierenwereld, variërend van de broedzorg der insecten tot aan de minne strijd van het grofwild. DE MEEST GESLAAGDE show is naar ons oordeel „De lachende camera", een col lectie van zestig humoristische foto's uit de archieven van het internationale pers- fotografendom. Nu is humor in de foto grafie, afgezien van het naar onze smaak tamelijk vervelende „table top"-genre, een zeer zeldzaam artikel, vooral omdat van de meeste als „grappig" bedoelde foto's de mop er veel te dik opgelegd wordt. Vrijwel alles kan men namelijk in de fotografie versieren" (de vakterm voor: in scène zetten), behalve nu juist, de humor. Die moet echt spontaan uit de foto naar voren springen. Op het tentoonstellingsbalkon van de die zeldzaamheden te zien. De plaat van die politieagent bijvoorbeeld, die van zijn paard valt precies voor een reclamebord met de tekst: „Leer autorijden". Fotografengeluk zult ge zeggen. Maar de man achter de camera heeft toch maar bliksemsnel moeten reageren om dit ab surde geval vast te leggen zoals het zich in een fractie van een seconde voor hem afspeelde. Actualiteit en een soort wrange humor Nog een grappige foto uit de collectie „De lachende camera", Mens erger je niet". zijn verenigd in de foto. die een Duitse journalist van de jongste overstromingen in Oostenrijk maakte: een stuk van een asfaltweg die op de achtergrond diep in het kolkende water wegduikt, geflankeerd door een bordje: „Verboden voor wiel rijders". Ook zelfspot is de fotojournalisten niet vreemd. Een van hen vereeuwigde, als symbool van zijn beroep, een brutaal rond kijkende kraai, neergestreken op het spat bord van een motorfiets met de aandui ding „Pers". SOMS ZORGT de combinatie van de foto met het onderschrift voor een stukje verrassende humor: een chimpansee, opge wekt morrelend aan een fototoestel met daarvóór, als modellen, twee charmante jonge meisjes. „Persfotografie is een vrij beroep" staat eronder. En dan die close-op van een rijtje solda- tenprofielen. Een man of zes in ceremo nieel tenue, stram in de houding, van ter zijde gezien. Alleen een man in het strakke gelid kijkt verstolen opzij, recht in de lens van de fotograaf. Kon het onderschrift an ders luiden dan: „Eén oogje waag ik er aan"? ZO ZIJN er nog tal van verrassende vondsten te doen in deze fotografische moppenhoek. De meeste zijn misschien toevalstreffers en het genre zelf hoort, vol gens sommigen althans, eigenlijk niet eens onder de „serieuze" lichtbeeldkunst thuis. Desondanks schamen wij ons niet te be kennen, dat wij deze kleine collectie „gek ke plaatjes" een verkwikking vonden na de honderden diepzinnige socialerige en „artfs.Uekë"' voortbrengselen vam :de se rieuze fotografie waarmee de Fqtokina 1958 volhangt. Wij zouden zélfs dé gedachte willen opperen, dat onze hedendaagse foto grafie, net als de litteratuur, misschien wel wat al te ernstig en zwaar op de hands is en dat zij bij een vrolijk opkikkertje zo nu en dan alleen maar gebaat zou zijn. Het „All-Star-orkest" van Sammy Price »1 tijdens een tournee door Europa ook ?en aantal uitvoeringen geven in ons land Op 12, 13, 16 en 25 oktober speelt het tien man sterke orkest (met onder meer de trombonist J. Higginbotham, de trompet tist Doc Cheatham, de drummer J. C Haerd en de zangeres Taffy Douglas) res pectievelijk in het Concertgebouw te Am sterdam. de Brabanthal in Den Bosch, Ti- voli in Utrecht en in Enschede. Met ingang van het concertseizoen 1959/ I960 is voor een periode van drie jaar als dirigent aan het Gelders Orkest Carl Caraguly gecontracteerd, die als vaste di rigent verbonden is aan een orkest jn Ber- ?en en nu in Stockholm woont. Deze acht envijftigjarige dirigent is een groot Sibe- liuskenner. Hij is Hongaar van geboorte. Per 1 januari krijgt het Gelders Orkest ook een nieuwe tweede concertmeester, namelijk Anton Koene, die thans aan het Nederlands Kamerorkest van Szymon Goldberg is verbonden. Wat het concert- Programma voor dit seizoen betreft, tre den als gastdirigenten op, Carl Caraguly, Bernard Haitink en Willem van Otterloo. Tot de solisten behoren Eduardo del Pueyo, Alexander Uninsky en het duo Krebbers- Olof. De Haarlemse advocaat mr. J. H. van Wijk heeft deze zomer een bezoek aan Tunis gebracht en vandaar uit gegevens verzameld voor een speciaal nummer van het pacifistische blad „Vredesactie", gewijd aan de oorlog in Algerije. Wat hij zag cn vernam is aanleiding geworden tot 'n met verontwaardiging geladen serie artikelen, waarin het Franse optreden in Algerije fel gehekeld wordt. Het nummer wordt ingeleid met een groot artikel van de hand van de Tunesische president Habib Bourguiba, die de aandacht vestigt op de verdrijving van duizenden bewoners van de grensstreek tussen zijn land en Alge rije om over een breedte van vijftig kilo meter een niemandsland te doen ontstaan ter voorkoming van infiltratie van het Algerijnse Bevrijdingsfront uit Tunesië. Bourguiba, die altijd als een der gema- tigdste tegenstanders van de Franse Noord- afrikaanse politiek bekend heeft gestaan, schrijft hierin ondermeer: „Er is een landstreek in Noord-Afrika tussen Tunesië en Marokko, Algerije ge heten. Daar zijn tien miljoen menselijke wezens overgeleverd aan wilde beesten, zonder barmhartigheid en zonder genade. Dat. alles vindt plaats terwijl de gehele wereld het weet en ziet. Enkele honderden kilometers van Italië, nog geen twee uur vliegen van Frankrijk, een uur vliegen van Spanje, worden tien miljoen mensen be dreigd met volledige vernietiging, onder worpen aan alle middelen van de tirannie en de onderdrukking;, opdat zij zichzelf prijsgeven, opdat zij Fransen willen wor den en Algerije Frankrijk zal zijn. Het is niet meer mogelijk over dergelijke dingen te zwijgen. Tunesië en Marokko staan niet meer alleen. Zij kwamen tot daden omdat hun volken zich één voelen met het volk van Algerije. De gehele wereld en in de eerste plaats de vrije wereld begint te be grijpen dat deze oorlog, dat deze duivelse methoden, dat deze misdaad en deze schande, die indruisen tegen de menselijke waarden, niet alleen Frankrijk schaden, of deze vrije wereld, maar een smaad zijn voor de gehele mensheid...." Mr. Van Wijk. die het zwijgen in het Westen over de toestand in Algerije ver klaart uit de behoefte aan olie uit de Sa hara nu het Nabije Oosten te kwetsbaar is geworden, heeft tal van verbitterde vluchtelingen gesproken en in vrijwel elk gesprek keerde de weeklacht terug over door de Franse para's gedode mannen verkrachte (en vaak daarna gedode) meisjes en vrouwen, opgejaagde kinderen en verbrande woonsteden. Naast artikelen over de psychologie der Franse parachu tisten. die inmiddels samen een kwart miljoen man vormen, overgenomen uit het Franse dagblad „I'Express", bevat het nummer van Vredesactie ook nog een in teressant vraaggesprek tussen mr. Van Wijk en leiders van het Algerijnse Bevrij dingsfront. Als overtuigd antimilitarist wierp hij in zo'n vraaggesprek een Alge rijns leider tegen: „Ik geloof niet in deze keus: of bukken óf dit geweld. Ik heb voor ogen de strijd, die Ghandi voerde in Afrika en India. Hij heeft met eenzelfde soort geweld te maken als gij", waarop geantwoord werd: „Dat is niet te verge lijken. Ghandi had te maken met de En gelsen. Wij hebben te maken met de Fran sen. De Engelsen kunnen luisteren naar de geschiedenis, zij kunnen zich aanpassen; zij passen zich aan. De Fransen niet. Zij veranderen niet. zij passen zich niet aan. zij luisteren alleen naar geweld". Tegen werping: „Let dan eens op Tunesië en Ma rokko. Daar zijn toch nog andere mogelijk heden gebleken. Slechts een paar jaar ge leden was het geweld van de Fransen daar precies hetzelfde als in Algerije, dezelfde bloedbaden, dezelfde uitbarstingen van de Europeanen". Antwoord: „Ook die ver gelijking gaat niet op. Want wij zijn tot Frans grondgebied verklaard, wij zijn in gelijfd. Tunesië en Marokko zijn altijd protectoraten gebleven. Dat maakte alles toch anders. De staatsrechtelijke en vol- kenrechtelijker argumenten waren ster ker". Vraag: „Is dat zo? Is niet het ver overen en het inlijven van een land zon der enige rekening te houden met de wen sen of de rechten der bevolking vee) meer in strijd met het volkenrecht?" Antwoord: „Dat kan wel, maar de Fransen kunnen voorlopig nog steeds volhouden, dat alles wat in Algerije gebeurt een binnenlandse aangelegenheid is. Er is volkenrechtelijk niemand, althans geen Algerijn, die dat kan tegenspreken. De Fransen zijn op dat punt fanatieker dan ooit. Een paar weken geleden schrijft de regering van Tunesië naar Algiers over een telefoonregeling tussen beide landen: dus Tunesië en Al gerije. Antwoord: het schrijven kan niet in behandeling worden genomen want Al gerije bestaat niet. Dat is Frankrijk". Mr. Van Wijk geeft voorts gegevens van de Rode Halve Maan, volgens welke er in Tunesië 135.000 Algerijnse vluchtelingen zijn en in Marokko 90.000. De regeringen der beide landen hebben de grootste moei te met het opvangen van deze legers have lozen. De schrijver voegt dan ook aan zijn artikelen een oproep toe om gebruikte kleding te zenden aan het „Croissant Rou ge Algérien, 94 Rue de Serbie, Tunis" of giften op het gironummer 445129 van de penningmeester der A.N.V.A. te Rotter dam met de uitdrukkelijke vermolding: „Algerijnse vluchtelingen". De internationale P.E.N.-club houdt de zer dagen in Parijs een conferentie over het thema: „De schrijver en het recht op niet-openbaarheid van zijn privé-leven". Victor E. van Vriesland, voorzitter van de Nederlandse afdeling van deze internatio nale vereniging van schrijvers, merkte in een referaat op, dat indiscretie over het leven van schrijvers vaak tot een betere kennis over henzelf en hun werk heeft bij gedragen. LONDEN (Reuter/ANP). De eerste „Cornet IV" van de Britse de Havilland vliegtuigenfabrieken heeft maandag het bewijs van Lichtvaardigheid gekregen. Dit toestel, dat op 27 april voor het eerst vloog, zal morgen worden overgedragen aan de „British Overseas Airways Corpo ration", die negentien toestellen van dit type heeft besteld. Verwacht wordt dat binnenkort nog enige machines van dit type aan de BOAC zullen worden over gedragen. Wanneer de BOAC drie „Cornet IV" vliegtuigen heeft kan zij een begin maken met het uitvoeren van lijndiensten tussen Londen en New York. De „Pan American", die, zoals bekend is, Boeing 707 verkeersvliegtuigen met straalmotoren heeft besteld, zal op 26 okto ber aanstaande haar eerste dienst met vliegtuigen van dit type openen tussen Parijs en New York. De BOAC heeft tot dusverre nog geen datum voor het openen van haar „Cornet IV"-diensten op New York bekendgemaakt. Wel heeft zij laten weten dat dit vóór begin december zal zijn. In Engeland houdt men er rekening mede dat de BOAC het plan heeft nog vóór de 26ste oktober de eerste transatlantische luchtdienst met verkeersvliegtuigen met straalmotoren te openen, daarmede de eer voor de Engelsen opeisend. De „Cornet IV" is, zoals de fabrikante verklaart, 's werelds eerste volkomen ont wikkelde verkeersvliegtuig met straal motoren. Het toestel is, gelijk men zich zal herinneren, ontstaan nadat met de „Cornet I" (die op 1 juli 1949 voor het eerst vloog) een paar zeer ernstige ongelukken waren gebeurd .tengevolge van het optreden van metaalvermoeidheid. Nadat de oorzaak van die ongelukken was vastgesteld, zijn de „Cornet I" vlieg tuigen uit de dienst genomen. Sommige daarvan zijn zodanig veranderd en verbe terd dat zij in gebruik werden genomen als „Cornet II"-toestellen door de Engelse luchtmacht. Sedert het verongelukken van enige „Co rnet I"-toestellen heeft de Havilland-vlieg- tuigenfabriek haar nieuwe ontwerp aan uitgebreide proeven onderworpen en een proefmodel gebouwd dat als „Cornet III" vele vluchten heeft gemaakt. Het eerste „Cornet IV"-toestel heeft onlangs vluch ten gemaakt naar de Verenigde Staten en naar Hongkong. De „Comet IV", die voor de lange afstand is bedoeld, kan zestig tot eenentachtig pas sagiers vervoeren, al naar gelang de in richting van de kajuit. Het maximumstart- gewicht bedraagt ruim zeventig ton, maxi male lading ruim negen ton. Het toestel zal ruim zesenveertighonderd kilometer zonder tussenlanding kunnen afleggen, een kruissnelheid hebben van rond achthon derd kilometer per uur en op een hoogte van gemiddeld elfduizend meter. Behalve de BOAC heeft de Argentijnse luchtvaartmaatschappij Aerolinas Argenti- nas een aantal „Cornets" besteld. ROME (UPI) De verkeerstoren van het vliegveld Ciampino bij Rome heeft maandagmiddag gerapporteerd geen radio verbinding meer gekregen te hebben met een viermotorige AVRO „York" van de Libanese luchtvaartmaatschappij. Het toe stel was van Beiroet onderweg naar Rome met een bemanning van vijf koppen en een lading vracht. Het laatste heeft dc piloot, zijn toestel gemeld toen het boven het Griekse eiland Rhodos vloog, en dat was maandagochtend vroeg. Prinses Beatrix heeft maandagmiddag in Den Haag de voortzetting van het ZweedsNederlandse voogdijgeschil in 't Vredespaleis bijgewoond. De Nederlandse raadsman, prof. mr. I. Kisch, had zijn pleidooi vorige week afgesloten. Het woord was thans aan de Zweden. De Belgische Senator prof. Henri Rolin, die als raads man voor Zweden optrad, begon zijn plei dooi met woorden van lof voor het bril jante pleidooi van prof. Kisch, die echter „een nogal eenzijdige visie op deze ge compliceerde zaak" gegeven zou hebben. Zo had prof. Rolin zich erover verbaasd, dat in het Nederlandse pleidooi met geen woord melding wordt gemaakt van het feit. dat de vader van het meisje reeds op 18 maart 1954 voogdij voorziening in Zwe den had .aangevraagd. Pas later heeft de heer Boll zich beroepen op de Nederlandse wet. die hem van rechtswege tot voogd verklaarde. Dat de vader later, na de eerste uitspraak van de „Regeringsratt". het hoogste admi nistratieve gerechtshof in Zweden, op eigen verzoek door de rechtbank in Dor drecht van de voogdij was ontheven, klopte volgens prof. Rolin ook niet, want het Nederlandse wetboek zegt. dat een dergelijk verzoek alleen door de raad van de kinderbescherming kan worden inge diend. Volgens Rolin hield het op twee juni 1954 door de Amsterdamse politierechter genomen besluit, waarbij de Dordrechtse notaris J. A. Idema tot toeziend voogd over Elisabeth Boll werd benoemd, een erkenning in van het feit, dat het meisje haar wettelijke woonplaats in Zweden had. „Volgens de Nederlandse wet is de wet telijke woonplaats van Elisabeth feitelijk ten huize van mevrouw IdemaPostema. Doch volgens de Zweedse wet wordt haar domicilie door dat van haar ouders bepaald en dat. is in Zweden", aldus Rolin. die hier aan toevoegde, „dit kan belangrijke juri dische gevolgen hebben". Hierop zette het hoofd van de afdeling juridische aangelegenheden van 't Zweed se ministerie van Buitenlandse Zaken, Sture Petren, uiteen, dat de Zweedse kin- derwe.tgeving ten doel heeft zowel de be langen van het kind, als die van de maat schappij te verzekeren en dat haar be palingen bindend waren. „In het geval van Elisabeth Boll is de uiteindelijke beslissing genomen door de twee hoogste Zweedse gerechtshoven en zij werd in goed vertrouwen, en met vol ledig bewustzijn van de ermede gepaard- gaande verantwoordelijkheid, getroffen", aldus Petren. Na deze verklaring werd de zitting tot dinsdag verdaagd. Prinses Beatrix heeft de gehele zitting, die twee uur duurde, bijgewoond. (Van onze correspondent in Londen) De politieke atmosfeer van Lagos, de hoofdstad van Nigeria, was maandag ge deeltelijk overgeheveld naar het hart van Londen, waar Afrikaanse studenten luid keels demonstreerden voor het indruk wekkende Lancaster House, waar de con ferentie, welke Nigeria een nieuwe grond wet moet geven, haar werkzaamheden is begonnen. Dit is de voorzetting van de ge deeltelijk mislukte conferentie van vorige zomer en de vijfde sinds 1953. Deze keer hoopt men. dat het de laatste zal zijn, welke voldoende obstakels uit de weg zal moeten ruimen om op 2 april 1960 de onaf hankelijkheid van de federatie van Nigeria binnen het Britse Gemenebest te kunnen uitroepen. Dit zal een feit van grote betekenis kun nen worden, niet alleen voor Nigeria en Zwart Afrika zelf, maar ook voor het vrije Westen, omdat de destructieve krachten, welke elders vaak een rol spelen, Nigeria nog nauwelijks schijnen te hebben aange tast. Nigeria bezit de grootste concentratie van zuiver Afrikaanse volken in de gehele wereld. Het heeft 34 miljoen inwoners, waarvan de helft in het reusachtige noor delijke gebied woont. Wegens zijn aard rijkskundige ligging, zijn economische mo gelijkheden er is ook pas olie gevonden en de bereidheid om een politieke de mocratie te verwezenlijken in een land met vele stammen, ziet Nigeria zichzelf als de unieke leider van alle Afrikaanse naties ten zuiden van de Sahara. Het pan-Afri- kanisme leeft er sterk. Men droomt reeds van de oprichting van de Verenigde Sta ten van West-Afrika als eerste stap naar de zelfstandigmaking van de overige Afri kaanse volken. De politieke leiders van Nigeria willen niets met Nassers inspiraties te maken hebben en zullen zich verzetten tegen pogingen tot Afrikaanse eenwording onder zijn leiding. De kwestie is gelukkig nog niet actueel, maar men moet niet ver geten, dat de Nigeriaanse politici op dit ogenblik alles doen om het Britse moeder land ervan te overtuigen, dat het met hen geen risico' loopt! Nigeria is omge ven door Frans grondgebied, maar het gelooft dat de sconomische en so ciale banden tus sen de Westafri- kaanse volken op den duur sterker zullen blijken dan van de Franse ge bieden met Parijs. Men verwacht eveneens, dat het onafhankelijke Ghana, dal nog sputtert tegen Westafrikaanse aaneensluiting, om economische rede nen daartoe zal overgaan. De Westafrikaanse Statenbond is op dit moment wel een héél ambitieus orogramma, vooral als men bedenkt, dat het ondanks alle hoopvolle woorden, welke gisteren bij de opening van de Nigeriaconferentie gesproken zijn. nog wel heel wat voeten in de aarde zal hebben voor er in Nigeria zélf van wer kelijke eenheid sprake zal zijn. Maar alle sprekers wilden, dat de onder linge geschillen op zij gezet zouden worden ter wille van een snelle verkrijging der onafhankelijkheid. Het vraagstuk dat de conferentie be heerst, is, zoals ook uit de agitatie op straat bleek, centralisatie of regionalisme. In meerderheid stellen de politieke leiders, nationale eenheid boven alles. Maar of dit een farce is, zal dezer dagen wel blijken. De minderheden vrezen namelijk dictatuur van het centrum en eisen waarborgen, zo als de oprichting van regionale politie. Een andere eis in dit verband, gesteund door het opperhoofd Awolowo. de premier van het zo actieve West-Nigeria, is verdere verbrokkeling door de oprichting van nog drie nieuwe staten binnen de federatie, een voorstel dat verworpen is door de onder Britse leiding staande minderhedencom- missie, wier rapport thans voor de confe rentie ligt. Deze wilde handhaving van de bestaande indeling. De congrespartij van het mohammedaanse noorden, de belang rijkste politieke groepering in de federa tie, is het daarmee eens. Het touwtrek ken op de conferentie gaat tussen degenen, die de inwendige vraagstukken willen op lossen vóór Nigeria's onafhankelijkheid en hen, die bereid zijn tot later te wachten. Awolowo betoogde, dat er nog tijd genoeg is dit nü te doen. Zijn uitspraak, dat het niet aangaat om een schip te water te laten en pas in het midden van de oceaan te onderzoeken of het zeewaardig is, werd met instemming begroet! De gematigde actiegroep, waarvan hij de leider is, propageert uitbreiding van het algemene kiesrecht tot de vrouwen van het noorden, dat zich daartegen om godsdien stige redene verzet. Stambesef Tijdens de openingsplechtigheid in de muziekzaal van deze vroegere vorstelijke residentie, waar eens Chopin piano speel de voor koningin Victoria, bezongen de Afrikaanse leiders in redevoeringen van hoog gehalte, het beginsel van de politieke democratie. Kenners van Nigeria betwij felen echter of zij in staat zijn dit te ver wezenlijken. Het stambesef, dat ook de grondslag vormt voor de politieke partijen, is namelijk nog steeds sterker dan het na tionale bewustzijn en nationale leuzen, welke thans worden aangeheven, vormen vaak een dekmantel voor groepsaspiraties. De vraag is daarom of na de onafhanke lijkheid werkelijke samenwerking tussen de partijen mogelijk zal zijn, of dat de lei der, die de top bereikt, zal trachten zich van rivalen te ontdoen. Vandaar dat dit een uiterst moeilijke conferentie wordt, waarvan het vooral van de Engelsen zal afhangen of een systeem zal kunnen worden gevonden, dat de ont wikkeling van een gezonde democratie mogelijk maakt. (Reuter) De inwoners van Nigeria zijn verdeeld over vele stammen of stamgroe pen, die zich door gewoonten, tradities en talen onderscheiden. De grootste hiervan zijn de Hausa en de Fulani, die het reus achtige noordelijke gewest bewonen, de Yoruba in het westelijke gewest en de Ibos in het oostelijke gewest. Zelfs binnen deze voornaamste talengroepen bestaat grote verscheidenheid. De volken van zuidelijk Kameroen zijn verwant met de Bantoes. Hoewel de Britse handelsbetrekkingen met delen van Nigeria verscheidene eeuwen oud zijn, is het nog geen 50 jaar geleden, dat de Britse regering het bestuur over het land, als een enkel gebied, over nam. Het was voornamelijk het voortdu rende pogen van de Britse regering, aan gespoord door de publieke opinie in het moederland, om slavenhandel af te schaf fen, welke haar er toe bracht, hoewel niet van ganser harte, in de tweede helft van de negentiende eeuw een zeer grote ver antwoordelijkheid te aanvaarden. Pas in 1914 werden de kleine Britse kolonie La gos, die in 1861 was bezet om een eind te maken aan de uitvoer van slaven en ver schillende protectoraten en handelsgebie den. die door Britse handelaren en missio narissen waren ontsloten, tezamengevoegd onder een enkel bestuur, dat verantwoor delijk was jegens het verenigd koninkrijk. WASHINGTON (UPI) De Ameri kaanse regering is bezig met plannen voor de bouw van een door kernenergie aange dreven onderzeetankschip, waarvan men eind 1959 de kiel hoopt te leggen. De directeur van het scheepvaartbu reau, Clarence G. Morse, schatte de kos ten van een dergelijk schip, dat een lading van 22.000 ton zal kunnen vervoeren met een snelheid van 20 knopen, op 40 a 50 miljoen dollar. Hij zeide, dat een onderzeetanker van 40.000 ton met een snelheid van 40 knopen ook mogelijk was, maar dat de bouwkos ten te hoog zijn voor een winstgevende exploitatie. Een onderzeetanker is volgens Morse veiliger dan bovenwaterschepen ingeval van oorlog. PARIJS, (UPI) Drie particuliere or ganisaties, die tezamen de consultatieve raad van Joodse organisaties omvatten, is de „consultatieve status" toegekend door de Raad van Europa in Straatsburg. De consultatieve raad van Joodse organisa ties (C.C.J.O.) deelde mede, dat deze bij zondere status de organisaties het recht verleent hun standpunten over kwesties aangaande de rechten van de mens en bur gerlijke en godsdienstige vrijheden aan de Raad van Europa voor te leggen en op hun beurt te worden geraadpleegd. De drie organisaties van de C.C.J.O. zijn de „Al liance Israélite Universelle" (Frank rijk), de „American Jewish Committee" en de Anglo-Jewish Association". Randolph Churchill Sir Winston's zoon die onlangs zoveel stof deed op waaien door zijn weergave van een privé- gesprek met premier Macmillan („Wij staan achter Amerika"), heeft in de Lon- dense Evening Standard een onderhoud gepubliceerd, dat hij in New York met de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken heeft gehad. Randolph zegt, dat Dulles niet van plan is toe te geven inzake de Chinese kusteilanden. Hij lijkt bereid soepel te zijn. maar zal niet capituleren met het pistool op de borst. „Vechten voor Quemoy en Matsoe?" Natuurlijk zal iedereen weglopen, zoals vandaag twintig jaar geleden toen het om Tsjechoslowakije ging, aldus Randolph. Maar Dulles en Macmillan hebben de les geleerd. Dulles is bereid tot onderhandelen, zodra commu nistisch China het vuren staakt. Hoewel het in het belang van de Verenigde Staten is nationalistisch China er toe te bewegen, de kusteilanden te demilitariseren, is de Amerikaanse invloed beperkt. De Verenig de Staten kunnen Tsjang Kai Tsjek niet bevelen. Wel kunnen de Verenigde Staten in het uiterste geval de militaire en finan ciële hulp aan Formosa afsnijden, maar dan is het risico, dat Tsjang's regering wordt vernietigd door een communistische staatsgreep, waarbij niet alleen Quemoy en Matsoe, maar ook Formosa verloren zouden gaan. Volgens Randolph ziet het er daarom naar uit, dat Washington niet verder kan gaan dan zijn goede diens'en te gebruiken om Tsjang te bewegen, het grootste deel van zijn troepen terug te trekken van de kusteilanden. Als tegen prestatie zouden dan de communisten hun militaire concentraties langs de kust moeten inkrimpen. Het is zeer wel moge lijk, dat Tsjang een dergelijk Amerikaans advies zal aanvaarden, omdat het werke lijk niet in zijn belang is, dat een derde deel van zijn strijdmacht is opgesloten op Quemoy en Matsoe, aldus Randolph Churchill.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 7